A 929046 # # # 3 # &WX # % # #%#% ### º # %% # % %%% W8%%%%% & # # # # 3 #3% ## #3 # # # % # W # # # # # # # # # # # # # # # WW # % %%%% 3 # # g # # % R # # # # # # # # # # # % # # # WW # # # # # Z # # % # # # # 8% # # âſ # %## # # # ## # # % # &WXSW.WOZ # # 8% # O # # # &2. # # % # # ſ # % % # # # # # # # WS # ## # # # # # # Z # # # # % # WW #% # S ## # % # # 3 QSIX2 # # Z # # # # # W # # # # # S # # i3 # # # # # X # # # # #3 Z # Z # # # # # # # # ## 28 # # % # #%# 8% 8 3 ſ3 # # # # # # #%$#%#8 S # # # g # # # # # # S 'X2 33 # 3 # # # O # # # # # W S # # # # & # # # # # # # & # Z # S # # # # # # % # S3 # cº # # 8% # # 8% # WW ſº # # # & %#$% # # # Z # # # # # # & # # # # # # # # # %#%#%#%# W. # # # #$%%%%%% Z # # %### # # # # % S # S # # # # # # 3 #% % # # # # %$#%& # # ſ %& & # %%%%%%% # $3;& %# # % # # # # # # % % # # S # # # 3 # # # # # # # # # # # # &#% # # # # # # # W # # # # # # # # # # # # # % # # #%# # # # # # # # # #% # 3% # # # % Q # # # # Z # % # & Q # # # # # # # # # # # 3 & # 8 # # # # # % W. 8 % %% # # % 3 iſ 3 ## # # # # # % S # # # 3 # # # 3% ## # # # WW # G # X3 # # 3 C # # QTXWS %%%%%%% 38888333 W â% ## W # % #% # # S88 $ # ## # % &#$%#$% # # # # ſ %#%#$  #&# # # #%#%# %%%%%% %%%%% SW # # # # ſ# # # # gº # % Z 3 # 8 # % ſ %%% # #% # # ## # # # # # # # %$ # # # # # % # #%& # % # # # # # # "S % #% # 3GX Q # # # W. # # # # # # # 3 % % #%#$% &#%#% # # % # # 83 3 % # % # # # # # % # % % # % # # S 3XQ3XS 3 # # S # 3% &# X # º # # %#g # # # # # # # # # N » druk de taak werd opged reische woorden er bij te voegen, heb ik niet ges evers toch lieten mij geheel vrij de aanwijzing der uitspraak en, daar het mij minder doeltreffend scheen de Engelsche k # # te methode, bij jongelieden vooral, verwarring in de klank klankletters welke ik aangenomen heb, zi gekozen met het oog W de woorden zoo weinig mogelijk te misvormen. Bij de "rtrouw ik dat mijne methode, met inachtneming der a evonden worden. Dordrecht, 1862. tige verwijzigingen, die in de meeste woordenboeken voorkomen, heb ik vermeden, zonder dat daar- door onnoodig plaatsruimte is ingenomen. Mogen de aangebrachte veranderingen verbeteringen blijken te zijn en de roem, waarin zich dit ' Woordenboek verheugt, gehandhaafd blijven ! R. 1877. •x- F, N. Voor bericht voor de Zesde TUitgave. EMENDED & IMPRovED is thans, bij de 6de Editie van PICARD's PocKET DIGTIoNARY, als kenmerkende eigenschap op den titel geplaatst. Voor hen, die dit door veler, zelfs bekwame han- den, verbeterd, omgewerkt of uitgebreid. Woordenboek slechts oppervlakkig kennen, moge de quali- ficatie dezer nieuwe Uitgave - al ware het enkel om de algemeene verspreiding en waardeering, die er reeds aan ten deel viel - wat sterk klinken, en daarom voelen wij ons genoopt met een enkel woord aan te stippen wat de 6de Editie van de 5de onderscheidt. t s '1o. Hebben wij getracht het Woordenboek van alle wantaal, wanspelling, germanismes als an- derszins, naar ons beste weten, te zuiveren, inzonderheid hebben wij alle woorden en zegswijzen, die zelfs uit de gemeenzaamste spreektaal der fatsoenlijke kringen geweerd worden, zonder aarzelen geschrapt. Voor het Engelsch leverde die schifting weinig moeielijkheid op, wijt de laatste Editie van Doctor Webster's GoMPLETE DICTIoNARY oF THE ENGLISH LANGUAGE tot leiddraad diende. Voor het Nederlandsch was er meer bezwaar om 't kaf van 't koren te wannen, wegens de zeer bescheiden bronnen, die de lexicographie onzer eigene taal tot dusver als vraagbaak aanbiedt. 2°. Een andere verbetering, die wij meenden te moeten aanbrengen, was het rangschikken der bruikbare en het aanvullen der ontbrekende beteekenissen, zegswijzen en spreekwoorden. Zoo zal | men bv. bij de werkwoorden van eenig belang, die door praepositiën en adverbia gevolgd worden, nu een alphabetische volgorde aantreffen, te beginnen met about, again, at, awy etc. om te eindigen met under, up, upon, terwijl de scheepstermen (steeds alle bij elkaar gerangschikt) meestal an het einde van het artikel volgen. samenstelling en derhalve in gemak en bruikbaarheid voor den Leerling gewonnen heeft, kan schier X ip elke bladzijde blijken. De overige wijzigingen, die in deze 6de Editie zijn aangebracht, als Wat PicARD's DictioNARY hierdoor in gangbare taal, volledigheid, ordelijke en eraan.' tº ) een + bij de verouderde en een 5 bij de zelden voorkomende Eng. woorden, zullen den gebruik hºmº ereedelijk in het oog vallen en, naar ik mij vlei, mede als verbeteringen aangemerkt worden. Terwijl ik verschoning vraag voor de gebreken, die aan mijne aandacht zijn ontsnapt, of voo eiten, die ik zelf mocht begaan hebben, zij aan Leeraren en Leerlingen mijn groet gebracht. Gouda, 1881. J. LOO GMAN, Jz. # - 's PrD - - - - - - - - - - - 19 i'GI10Ult, So . . . . . . . . . . substantive. x, » - Proper names and adjectives derived from theua are to be found in the list at the end of the first part. 2- #- , & R. # @j samenmen n nºver * . #x .A I #) V- # # # - & # ... # # # # ### j 3%x , 4. g : - 's- t /, # # V E R KI, A R IN G DIE R, T EE! R JE IN S. ENGELSCHE KLANK, i # u th (scherp) TH (zacht) "dg, dj tch sh . zh als s in pleasure sy als aanvangsletter y als sluit letter f f fâte, Air fât får fást fAll whàt mië mét prefèr fine, sky wïll marine bird, firm hö nöt môve, sôôn tiine tijn bit.ll fur sound,now, oU, ou noise, boy. e-,-. * . *--*-. * . . “- *& vºrs-e-". - “. * . *--* :-*- - - - - -ºº' ovEREENSTEMMENDE KLANKEN. -- -"-smans-------men-man--- Nederl. EE in vLEET, EER E in vET AA in vAAR A in wAT 1E in M1E I in w IT EI in REIN Ig in TIEN o in Boog e tusschen A en o oE in sro EI, JoE in GEJoEL EU in HEUR J in Jan 1E in FAL1E (maar flauwer) Hoogd. EH in r; EH F, EHRE ä in HäTTE AH in FAHR A in wAssER 1E in VI RH ö in HöRE & E1 in REIN 1 in wILL 1 E in sc HIEN ò in HöRR on in F RoH U H in STU HI, J u in JUG EN n U in RUNn 'ö in HöRE G in GUr ETSC H. sc H in F1scs g J in JEtzr w, in FouT, v Rouw AU in FRAU thin 'T HIJS go age, jar catch fish vet happy **----------------------------- ------------------------------------- -------" LFransch. é in DE, AIR. A in PHRARE, A in FAT, o in FoRT. 1E in Maz. E in MErrRE. EU in a EURE 1 in MARINE, EU in HEt RE. AU in RAUME ou in Mouvoir. EU in HEURE. G in Goûr- Hy G, 'Tt: H., ch in cH1CRE- J in JE ſ # t \. Aanwijzing ter verduidelijking van de Klankteekens in dit werk gebruikt. Het zou wel ondoenlijk zijn de klanken van de eene taal anders dan approximatief door klanken uit andere talen aan te geven. De gebruikers van een PRoNouNCING DictionARv behoeven dan ook alleen bij twijfelachtige gevallen, wenken en beslissingen van klanken welke zij reeds kennen moeten. Het moet een vraagbaak maar geen leerboek zijn. , - . . :- Evenwel geven wij tot verduidelijking onzer methode een beknopt overzicht van de grond- & regels der Engelsche uitspraak. I. Alle klinkers hebben in het Engelsch een langen en een korten klank. - De lange klank komt voor : . " - 1°. wanneer de letter alleen staat; a, e, i of y, o, u. ºf 2°. wanneer zij een lettergreep sluit; ba, be, bi of by, bo, bu. " , , 3°. wanneer zij gevolgd wordt door een medeklinker met eene e daarachte fame, glebe, bride, style, bone, duke. - # -, Aanmerkingen. De lange klank komt nog voor bij sommige klinkers onder 's , dere gevallen; als: A voor ste, ºnge, the, bv. haste, strange, hathe, en in de verbindingen af. en somtijds ei, ey, ea, bv. rain, stay, reign, grey, breaks * . . . . E verdubbeld, en in verbinding met andere klinkers, als : ee, ea, ei, sy, se, see, near, seize, key, people. -. x AANwijzING TER vERDUIDELIJKING VAN DE # - I of Y: de i voor gh, ld, md, benevens de verbindingen ie, ye, met een medeklin- ker er voor in dezelfde lettergreep, bv. sigh, wild, bind, pie, rye. O voor 11, Id, It, benevens in de verbindingen oa, be, ou, ovv, bv. roll, bold, cole, U voor gh, gua en in de verbindingen eu, ue, ew, ieu, iew, bv. Hugh, oppugrº, road, toe, four, bovv. ( feued, a gue, new, lieu, vievv. j k # Deze lange klank wordt met het teeken - boven de letter | w aangeduid: â, ë, I of y, ö, ü, | f II. Alle kinkers hebben een korten klank. Deze korte klank komt voor : 1°. voor een enkelen medeklinker (of meer, met uitzondering van de bovenver- melde gevallen) bv. bad, bed, bid, styw, rod, hud, band, rend, sink, fond, bulk; 2° in twee- en meerlettergrepige woorden waar de klinker verkort wordt door den invloed van klemtoon of afleiding, als in: vapid, very, city, cynic, geography. Deze korte klank wordt met het teeken - boven de letter aangeduid: â, ë, ï of y, ö, ü. III. Behalve deze klanken heeft het Engelsch andere zuivere zelf- - . . . klanken, die eigenlijk bepaalde letterteekens moesten hebben, maar welke men bij gemis van deze aan positie of aan an- , dere teekenen kennen moet: # I. Den klank van de Nederlandsche a, voorkomende in het En- gelsche woord FATHER; deze klank heet in het Engelsch de Italiaansche a, en komt voor (behalve in eenige afzonderlijke gevallen) vóór r, th, lm, lf, en in de verbinding aun, bv. far, A* path, calm, calf, aunt, Deze klank wordt aangeduid met ' - boven de let- - , - ter a (ä). - ' . #" # # # #" # # # # KLANKTEEKENS IN DIT wERK GEBRUIKT. . II. Veelal geeft men de a een klank, welke zeer nabij de Itali- aansche a komt, vooral heeft dit plaats wanneer ze gevolgd wordt door ss, st, nee, nt, bv. pass, lass, cast, lance, grant. Deze gewijzigde Italiaansche a-klank wordt aangeduid met een ' op de (á). * * Aanmerking. Eenige orthoëpisten in navolging van Walker, willen van dezen º tusschen klank niets weten en meenen de gelijkvormigheid te bevorderen door alleen den korten a-klank ook in deze woorden aan te nemen, doch dat hij bestaat en zelfs bij de beschaafdste sprekers gehoord wordt is niet te ontkennen, en wordt ook # niet door Walker betwist. Om echter in deze gevallen den klank der a identisch met den Italiaanschen a-klank te maken, zoo als Webster doet, wordt, vooral bij den vreem- deling, die de taalnuances natuurlijk niet kent, gevaarlijk, daar zulk eene uitspraak aan platheid grenst. Ik heb dus een ( '' ) aangenomen, terwijl men veilig overal deze let ter als à mag uitspreken, zoo men aan dien klank de voorkeur geeft. - # III. Den klank dien men in het Engelsch broad a noemt en waar- voor het equivalent niet in het Nederlandsch bestaat maar , in andere talen moet gezocht worden. Op deze plaats wordt hij duidelijk genoeg aangewezen door hem te vergelijken met de Fransche o in het woord fort. Deze klank komt voor : . . ººi 1". wanneer de a na w of qu staat, als: water, vooral wanneer r volgt: “J warm, war. « " , l x 2°. voor ll, ld, lt, ,lk; bv. all, bald, salt, talk. 3 e * # 3°. in verbinding met u en w, bv. fault, saw, cause. -- Deze klank wordt aangeduid met het teeken A boven ? x > ? .2 t . . de a (â). -- -- Aanmerking. De o onder de o-klanken is geheel identisch met deze â. IV. Den korten klank van de a-broad voorkomende in was, what, iets ronder dan de korte Nederlandsche a in was, wat; hij komt voor meestal na w of qu: wash, quarrel en is bijna iden tisch met 6 in not, bosh. - & ', AANwijzING TER vERDUIDELIJKING vAN DE Deze klank wordt aangeduid met het teeken t op de a (à). # V. De i wordt door de r gewijzigd (zie VIII), bovendien, heeft g zij dikwijls den klank van ee overeenstemmende met ie in het Nederlandsch, als in: marine, enz. z ºp Deze klank wordt met • • boven de i uitgedrukt (i). Aanmerking. Deze i-klank komt in vele toonlooze lettergrepen ook voor, voor een anderen klinker moet zij ineensmelten gelijk ië of je in het Nederlandsch: Italië, franje, amiable klinkt (in Nederlandsche letters uitgedrukt) eem-je-bl. s VI. Den klank van o in move, overeenstemmende met het Neder- landsche oe in BoEL. Deze klank komt voor : 1°. in o bij bijzondere gevallen, als in: lose prove, do. 2". in oo, als in : roof, coop, root. 3°. dikwijls in de verbindingen ou, en oe, bv. through, you, shoc, canoe. Aanmerking. De u, eu, ue, ew, etc. na r, ch, j, en 1 met een medeklinker, is ..." indentisch met dezen klank, rude, chuse, June, plume, Jevv. Deze klank wordt door ô of ôô aangeduid. r, Den korten klank van deze ô, gewoonlijk de Duitsche u ge- * noemd, als in bull, hij komt voor. 1°. somtijds in u bv. put : meestal voor ll, full, pull. 29. somtijds in oo, bv. foot, wood, wool, en altijd voor k, bv. brook, took, look. Deze klank wordt aangeduid met • • boven de u (ü). Nederlandsche eu in heur, of beter de oew in 't Fransch als in soeur. Deze klank komt voor : 1". in u voor de r, bv, fur, cur, demur. - . . . - - - 2'. dikwijls in i voor de r, bv. sir, bird. vïII. Den klank van u voor de r, als in fur, bijna gelijk aan de t k KLANKTEEKENS IN Dit wERK GEBRUIKT. Deze klank wordt aangeduid door N op de u (û) of doer # tºt A op de 1 (i). de Aanmerking, e en i voor de r hebben een klank, welke deze ûr zeer nabij komt, - dit onderscheid is voor een vreemdeling nauwelijks waar te nemen, maar ik heb evenwel gemeend het verschil te moeten aanduiden, en heb daarom de 1 aangenomen, aldus ( è i). Men lette op het onderscheid tusschen de i in bird en virtue- NB. De uitgangen, er, our, ur, ir, or, kunnen alle door ur worden aangeduid, maar zijn toonloos, en komen den Nederlandschen uitgang er zeer nabij. IV. De medeklinkers b, p. d, t f, v, s, l.h, kl, l m, n, r en w, klinken evenals in het Nederlandsch; slechts moet men er op letten om het onderscheid tusschen de scherpe en zachte klanken. als b, p, enz. goed te bewaren, terwijl de zachte w medeklinkers b, d; ve, zachte z of s ook aan het slot der let- tergrepen zacht moeten klinken, en geenszins als in het Ne- derlandsch, in de verwante scherpe klanken mogen overgaan. W. De c klinkt als scherpe s voor e, i, y, in alle andere gevallen klinkt zij als k. Deze regel is zoo algemeen en bekend, dat ik geen reden gevonden heb om de c door eene s of k te vervangen, hetgeen de spelling ontsiert. . . . . Aanmerking. In enkele gevallen heb ik zulks evenwel gedaan, om allen twijfel weg te nemen, << < WI. De g heeft een tweeledigen klank, namelijk: ' 1°. als zachte k in go, get, overeenstemmende met de Franscheg in grand, goiſt, 2°. zoo als dg of dj in het Fransch zouden klinken. < - s De eerste klank komt voor: X- 1°, altijd voor a, o, u, l, r, bv. goat, gave, gush, gloom, ground, - 2". somtijds voor e, i, bv. get, gite; hiervoor zijn geen regels te geven. Deze klank wordt aangeduid door de letter g zoo te laten J als zij voorkomt. | | | : j } xrv AANwijzING TER vERDUIDELIJKING VAN DE * . - De tweede klank komt voor: . t 19. meestal voor e, i, bv. gem, gender, gin, age, agility. -r 29. altijd voor y, gyves, gymnastic. # - | Deze klank wordt door dg of dj aangeduid. Aanmerking. Ofschoon de j in het Engelsch altijd dezen klank van dj heeft, heb ik telkens de d in de uitspraak er voor geplaatst, om op dezen eigenaardigen klank beter de aandacht te vestigen. . VII. Qu wordt soms als kw, dan weer als een enkele k uitgespro- - ken, daarom heb ik bij de uitspraak deze letters door k of kw vervangen. viII. De s heeft twee klanken: ** 10. als scherpe s in het Nederlandsch; 20. als z (zachter nog dan de Nederlandsche z). :ww. De eerste klank komt voor: 3 " 10. als aanvangsletter, verdubbeld, en met een scherpen medeklinker; bv. send, # . lass, kiss, rest, lips. < 2°. als sluitletter na een klinker en zachten medeklinker, bv. has, plays, birds, hogs. - De scherpe s wordt telkens met een s (of waar de c dezen | . " klank heeft blijft die staan), terwijl de zachte ſ klank met een z wordt aangeduid. IX. Sh klinkt volkomen gelijk ch in het Fransch, welke klank dikwijls bij de s voorkomt, als in fissure. Voor den verwanten zachten klank bestaat er geen letter- teeken; hij komt evenwel voor in pleasure, waar de s volko- men identisch is met de Fransche j. Deze klank wordt door zh aangeduid. 2% Fºr:# . . • #* . . * * * * # : ,, 3 x KLARKTEEKENS IN bIT wERK GEBRUIKT. KV . pelijk gemaakt worden door tch in het Fransch, bv. church, porch, chin. - w- ' , Om dezen tch-klank duidelijk te maken is overal in de uitspraak deze spelling aangenomen. , 25- je XI van de th bestaan er twee klanken: w 10. de scherpe als in thin, three, path. 29. de zachte als in this, thus, father. De scherpe klank wordt th de zachte TH gedrukt. , # XII. Somtijds ondergaan d, t, s en z een verzachting of aspiratie; namelijk voor de wi, ieu, iou, eu, enz., kortom telkens wan- meer zij gevolgd worden door een klank welke een j-klank insluit, en de klemtoon onmiddellijk voorafgaat, alsdan klin- ken d en t bijna als dg, tch, de s en z bijna als sh, zh; bv. soldier, virtue, glazier, pleasure. Deze aspiratie wordt in de uitspraak aangeduid: 1°. bij d en t, door y er achter te voegen. 2°. bij s en 2 door bijvoeging van h. '- - In de toonlooze uitgangen klinken al de klinkletters als de doffe of toonlooze u. Daarom heb ik geen reden gevonden. om zulks klinkers telkens door andere te vervangen ! in - » - : NB. Deze klank is eigenlijk door geen letters of teekenen aanschouwelijk te maken, te meer daar men bij langzame of deftige voordracht toonlooze klinkers eenigszins duidelijker dan in de conversatie mag laten hooren, maar in het Engelsch zou het on- draaglijk zijn, zoo men de toonlooze klinkers even duidelijk liet hooren als zulks in het Nederlandsch geschiedt. De reden hiervan is te zoeken in den meerderen nadruk, waarmede de Engelschen de lettergreep onderden klemtoon uitspreken, dat natuurlijk, eene verzwakking der overige lettergrepen ten gevolge heeft. De lettergrepen onder den bijklemtoon hebben daarentegen meerder duidelijkheid van allºne. { &- " , t zº a 3 e ze vººr t e e- AANwijzING TER vERDUIDELIJKING vAN DE ENz: XIV. De klemtoon wordt aangewezen met het accent (") na de let- tergreep waarop de nadruk valt; dus: dc' cent. De bijklemtoon wordt soms ('') aangeduid, en soms al- leen door den klank der klinkletter onder dien klemtoon aan te geven, terwijl alsdan de toonlooze lettergrepen ongetee- kend zijn. N. xv. Een geteekende klinker vóór een ongeteekenden, als in däy duidt aan dat beide klinkers onder dezen klank begrepen zijn. S-'-k 4 --aaaaaam dººr ºmw- # # ve-sessies"- •V f t # & «- - # # 2: , let W # F1 R s t P A R T. ſ E N G L IS H - DU T C H. A, l.' a. f. de eerste letter van het a, b, c ; he Abaft [a-báft'J, adv., achter; ahaft draught of isws not an a from a b, hij kent, geen, al water, , diepgang achter m., abaft maat hang- v. een b , from a to z, van 't begin tot 't einde. | ing, achterovervallende, hellende maat, ahaft A, 1 ] [a, ân], art. een, eene; so much a week, the midships, achter op het groot spant ; a baft , zevieel 's weeks; so much a head, zoo veel de rail, gilling van het halfdek f; a baft saiſe, ach* m; twice a year, tweemaal 'sjaars ; it is a - terzeilen n. d', g, het is onder handen ; to go a hunting, op Ahaimanee Ia-baiſsance], zie Obeiaance. jt , gaan; what a man are you ? wie zijt gij ? Abalienate ſab-ale'yen-nate] -ed -ing, v.t. ver- #, heb ik voor mij ? to be a bed, te bed zijn, vreemden, eigendom op een ander overdragen, taf- & tagn a foot, te voet gaan ; a colonel B, ze- , keerig maken van, zie Alienate. - f k, kolonel B, a miss N, zekere juffrouw N... Abalienation. [ab-ale-yen-na'shun], s. vervreem- A' rbastering voor have, hebben, voor he, hij; | ding f., overdracht f; fvervreemding van iemand scs ook voor I, ik. of iets, zie Alienation. 3 A. . (accepted) aangenomen.. te betalen; . (amal-|f Aband [a-bänd"J, v.t. verzaken, verbannen n. | gsa) mengsel; (ama) een gelijke hoeveelheid bij de Abandon [a-bân' don] -ed -ing, v.t. overgeven, - verenging van geneesmiddelen ; A: B. (able bo- overlaten, ten prooi geven, verlaten, verzaken, op- j dij geschikt om zee te bouwen; A. H. (Artium | geven, laten varen ; to abandon one's zelf to, g Bt alaureus) candidaat in de letteren m.; A. C. | . zich overgeven aan, to abandon over, opgeven. (, ount-current) rekening-courant f. ; Ac. (ac-|fAbandon [a-bân'don], s. overgever, opgever, ver- | | ceed) aangenomen te betalen; Ae. ae. (account) | ,zaker m., ºvergeving, #. verzaking f. reining f.; A. M. ſ Ante Meridiem), in den voor- | Abandoned [a-bân/dondJ, adj. overgegeven, verla- m:dag m.; A. s. f. (and so forth), enz.; A. D. | | ten, bedorven, snood, verworpen ; - villain. :-er (sao Domini) in het jaar des Heeren ; A. M. | Abandoner ,ſa-bân'don-merj, s. verlater m., iemand ialium magister) meester der vrije kunsten; A. die overgeeft, U C, (anno urbis conditae) het jaar van de stich-Abandoning [a-bân 'don-ning], s. verlaten f. - tie' der stad Rome m.; A. F. (firkin) kinnetje nº, IAE dan ºnºnt Ia-bân'don-ment], s. verlatenheid, A. k. (anker) anker n. ( oude maat). verlating f. Aan ſaam], m. aam n. (een oude maat = 37-41 |Abandonnee ſa-bân-don-ëel, s. iemand aan wien A. , gajoran 1, 3%. i iets is overgegeven, over gelaten. Abara Lab'a-caJ, s, een soort van vlas (van de Phi-| Abandum fa#n dumj, s. verbeurd verklaard, in lipijnsche eilanden). (fel m. l beslag genomen goed in, Aharist ſab'a-cſstJ, s... rekenaar met een rekenta-Ahannition ſab-an-nïsh'un], s. verbanning f. voor Ahaek In-bäck'J, adv. terug, achter. één of twee jaar. paneerboor f. # . Abatant ſab'a-cotJ, s. koningskroon f., vroeger door Abaptiston [äb-ap-tïs'tonJ, s. kroon van een tre- # # de Engelsche vorsten gedrag +Abare Ia-bare'J -ed -ing, v.t. ontblooten. # #- (EB, Absentor ſa-bäc'tor], s. veedief op groote schaal m.' Abarticulation [äb-är-tïc-cü-li'shun], s. geleding f. -x . Ahaense ſkb'a-eus], s. rekentafel f; - Pythago- 'Abase ſa-bäce'] -ed, I-bästeſ -ing, v.t. verne- . rietae, . tafel van vermenigvuldiging, dekstuk van deren (bv. one's pride, iemands trots); to abase - teel eener zuil n.; tafel tegen een muur f, one's power, iemands macht fnuiken ; to abase plaat van steen of porcelein voor muurbekleeding f., the flag, de vlag strijken, to - the eyes, de - major, bak om erts te wasschen in de mijnen. | | oogen neerslaan. Abaddon fa-bºd' don] s. booze geest m. ; bodem-A## La-bace'ment], s. vernedering f. - d Abash [a-bäsh'J -ed, ſ-bäsht'J -ing, vt. bescha looze put m... afgrond m. der hel. & fate, fºt, far fást, fall, what t me mët, prefer; rine, wml, ma-rine, bird; nu, nöt, nor, move, ..." ! e, ttin, fur; - th als in thin ; Tn ais in Tuus, g als in go , dg, dj als in âge, jar. PAcaan 6de Daux, rº. Abrenunciation 4 Abo about my fathers business, betrekkelijk de za- ken van mijn vader, bring about, omvoeren, om- brengen, ten uitvoer brengen, te turn about, om- keeren, om wenden; to be about, gewend hebben, to brace about, rond brassen, te come about, go about, wénden; coming about, wending, to come about in the stays, op den wind komen, haaal about the aftersails, achterzeilen bijzet- ten, put about again, nog eens wenden ; to range about, to sheer about, voor het anker gieren, ready about for head, vóór (op het schip) klaar om te wenden; the ship is about, het schip klaar om te wenden; yawing about, onder het zeilen gieren en bijgevolg geen koers houden, a mile about, een mijl om. Above [a-büv'J, prep. and adv. boven, meer dan hiervoren, vroeger; omhoog, in den hemel; above all, vooral, voor alle dingen, in de eerste plaats, grooter, boven alles, buiten het bereik ; above taking adviee, te trotsch om raad te nemen; above an act of meannen, boven een laffe daad verheven; a good sname is above wealth, een goede naam is beter dan geld ; above compre- hemsion, boven bevatting; above one's bend, boven iemands bereik, verstand ; boven het hoofd, hoofdzakelijk, vóór, the above observations, bo- ven gemelde bemerkingen ; what has been abo- ve said, hetgeen, zooals boven gezegd is (in boeken). Above-board [a-büv'-board], adv. rondborstig, rond- uit; in 't openbaar; vlak in 't gezicht, zonder be- drog , I am above-board, ik ben er boven op, above-board, voor de vuist. Abeve-eited[a-büv'cIt-ed],adj.hiervoren aangehaald. Above-ground [a-büv'groünd], adv. in leven. - Above-mentioned [a-büv'men-shund], adv. boven gemeld, vergl. Above Above-said [a-büv'sed i adj. hiervoren gezegd. A. B. P. ſverk, voor Archbishop) aartsbisschop. Abracadabra[ëb-ra-ca-däb'ra],s. tooverwoord n. der Ouden om ziekten te genezen, wartaal f. Abrade [a-brade'] -ed -ing, v.t. afwrijven, af- schaven, afschuren, wegbijten ivan medicijnen ). Abrading [a-bräd'ing], s. afschafing, afbrokkeling van aarde na vorst bij den landbouw f. (maken. +Abraid [a-braid'J-ed -ing, v.t. opwekken, wakker- Abrahaam men [a'bra-ham mën], s.pl. weleer in Engeland zekere bedriegers, die zich krankzinnig hielden (om aalmoesen te bekomen); to sharma- brahan, ziekte voorwenden, zich ziek houden. Abrasion [a-bra'zhun], s. afwrijving, afschaving, slijmverdunning f., afschaafsel n. Abreast [a-brëst'J, adv. naast elkander, tegenover. äb-re-mijn-ci-ä'shun], s. afstand- doening f., volstrekte loochening f. Abreption' (ab-rép'shun], s. wegvoering f. Abridge [a-brfdg'J - ed -ing, v.t. verkorten, in- krimpen ; bekorten : to abridge one of his rights, iemands rechten verkorten, iemand van zij- ne rechten berooven. Abridger [a-brfdg'er], s. verkorter, inkrimper m. Abrialgment [a-brYdg’ment], s. verkorting f., kort begrip n.., inkrimping f., bekorting f. Abroach [a-bröatch"I, adv. open gestoken ; to set abroach, opsteken; a caek is abroach, een vat is opgestoken. Abroad Ia-bràwd'], adv. buiten, van huis, buiten 's lands ; ruim, grootelijks, onbekrompen, in de , open lucht, wijd , at home and abroad, binnen Abs en buiten 's lands ; te go abroad, buiten 's lands ## to set abroad, verspreiden, ruchtbaar ma- en ; the tree spreads its branches abroad, de boom spreidt zijne takken wijd uit. Abrogable ſâb'ro-ga-blJ, adj. afschafbaar. Abrogate Iâb'rU-gäte] -ed -ing, v.t. afschaffen, intrekken, opheffen (as laws). (king f. Abrogation Lab''rd-ga'shun]. s. afschaffing, intrek- tAbrood # adv. broeiend. fAbrooding [a-brôôd'ing], s, broeding f. zitten te broeien m. (dulden. fAbrook [a-brük'J -ed -ing, v.t. verdragen, Abrotanuman [a-bröt'a-nüm J, s. averoon. Abrupt Tab-ript'J, adj. afgebroken, # RRIt- g, steil, onvoorzien, onvoorbereid , onsamenhan- gend. (rukken. fAbrupt Tab-rüpt'J - ed -ing, v.t. afbreken, weg- Abruption [ab-rip'shun], s. afbreking, scheiding f. Abruptly [ab-rüpt'lyl, adv. plotselijk, haastig, on- gewaarschuwd. ." Abruptaness ſab-riipt'ness], s, afgebrokenheid, over- haasting, steilheid, puntigheid t in stijl) f. Abscess [ab'cëss], s. zweer f, gezwel n. 'Abscind [ab-cïnd'] -ed -ing, v.t. afsnijden. Absciss [âb'scïss], s. afsnijdsel, het afgesnedene in de meetkunde n. Abscission [ab-clzh'un], s. afsnijding, uitlating f. Abacond [ab-scönd'J -ed -ing, v.i. zich verber- gen, zich schuil houden. Absc onder [ab-seönd’er], s. die zich verschuilt. Abaemse [äb'sens], s. afwezigheid, verstrooidheid, onoplettendheid f.; in absense of, bij gebreke van. Absent [äb-sent], adj. afwezig, verstrooid, onop- lettend ; niet te huis ; long absent, soom for- gotten, uit 't oog, uit 't hart. Absent [ab'sënt'] -ed -ing, v.t. verwijderen ; toe abseat one's self, zich afwezig houden. .. Absentee Iàb''sen-tée'J, s. afwezige uit zijn land Absenter[ab-sënt'er],s.afwezige m. º (of betrekking. Absentee ism Iäb-sen-tëë'ismJ, s. afwezigheid uit zijn land of betrekking f. Absentament ſab-sënt'ment], s. afwezigheid f. Absinthiam [âb-sïn'thi-an], adj. van den aard van alsem ; bitter. ( zwangerd. Absinthiated ſäb-sin'thl-a-ted], adj, met alsem be- Ahsinthium ſàb-sſn'thI-um], s. alsem m., absinten +Ahsist [ab-sſst'] -ed -ing, v.i. afstaan, afzien. Absolute [âb'sö lüte], adj, onbepaald, volstrekt, op- permachtig, volkomen, volslagen. , - Absolutely [äb'so-lüte" ly], adv. volstrekt, volkomen. Absolute mens [äb'so-lüte”ness], s. onbepaaldheid, onbeperkte macht f. Absolution [ēb”so-lu'shun], s... vrijspreking, kwijt- schelding van zonden, absolutie f. Absolutism [äb'sö-lu-tism], s. de staat m, of be- ginsels van onbepaalde macht. Absolutist I&b'so-lu-tſst], s. voorstander van onbe- paalde macht m. (vrijsprekend. Absolutory ſab'sn-lu-to-ry, ab-sö1'u-to-ryl, adj Absolvatory [ab-söl'va-to-ry], adj. vergeeflijk, ver- geefbaar, iets dat te vergeven is. Absolve [ab-zölv'J -ed -ing, v.t. vrijspreken (from van); to absolve a persen froran his promise, iemand van eene belofte ontslaan; to T absolve from sin, de zonde kwijtschelden, de absolutie ge- ven; to absolve an offender, iemand, die be- leedigd heeft, vergeven. (schenkt. Absolver [ab-zölv'er], s, iemand, die vergiffenis #k rate, fät, far, fást, fall, whàt, më, mët, prefèr, fine, will, ma-rïne, bird; nu, uöt, mòr, move, l # # t x &x- .- Abundant [a-bün dant], adj. overvloedig. # Abs Absonant Tab'sö-mant], adj. ongerijmd, tegenstri # Absomeus Iäb'so-noüsj, adj. ongerijmd, wanluidend. Absorb Tab-sorb'J -eding, v.t. in zuigen, tot zich trekken, opslurpen, verslinden ; absorbed in stu- dy, in studie verdiept. Abnorbability Tab-sorb-a-bſ1'i-ty], s. vatbaarheid voor inzuiging of opzwelging. Absorbable ſab-sorb' a-ble], adj. voor inzuiging of opzwelging vatbaar. ſe Absorbent # adj. inzuigend, opzwel- gend; - s. inzuigend (slijm)vat, (zuur) opslurpend middel n. (in de geneesk. Absorption [ab-sorp'shunJ, s. opslurping f. Absorptive ſab-sorb'tifJ, adj. opslorpend. Abstain [ab-stain'] -ed -ing, v.i. zich onthouden v. from meat, van spijs). Abstermious Tab-stë'mf-us], adj, onthoudend, matig. Abstemiously [ab-ste'mi-us-ly], adv. matig. Abstemiousness Tab-stë'mi-us-ness], s. matigheid f. Abstention Tab-stën'shun], s. onthouding f. Absterge [ab-stèrdg'] -ed -ing, v.t, afwisschen, zuiveren, reinigen. Abstergent, Abstersive [ab-stèr'dgent, ab-stèr'siv], adj. zuiverend. ': f, Ahstersion Lab-stèr'shun], s. afwisseling, zuive- Abstinence 'stï-nence], s. onthouding f. Abstinent [àb'stI-nent], adj. matig. Abstinently ## adv. matig. Abstorted Tab-stort'ed], adj. afgeperst, met geweld Ontnomen. (korting f. Abstract ſ#### s. aftreksel, uittreksel m., ver- Abstract [áb-strãct’1 -ed -ing, v.t. aftrekken, uittrekken, scheiden (from, van), een uittreksel maken, verduisteren ; his mind was vvholy dis- ſtracted by others objects, zijn geest was ge- heel afgetrokken door andere voorwerpen. Abstract [âb-strâct'J, adj. afgescheiden, onderschei- den, afgetrokken ; an abstract idea, een afge- trokken denkbeeld. (zonderd. Abstracted [ab-strâct'ed], adj. afgetrokken, afge- Abstractedly ſab-sträct'ed-ly], adv. op een afge- trokkene wijze. (heid f. Abstractedness # s. afgetrokken- Abstracter I&b-strâct'er], s. uittrekselmaker m. Abstraction [ab-strãc'shun], s. aftrekking f., afge- trokken denkbeeld n., afgetrokkenheid f. Abstractive [ab-strâct'iv], adj. aftrekkend. Abstractness [ab'strâct-ness], s. afgetrokkenheid f. Abstringe Lab-strïndg"] -ed -ing, v.t. ontbinden. tAbstrude Tab-strôôde-] -ed -ing,wegduwen, weg- Stooten. (borgen. Abstruse Tab-strtise'J, adj. diepzinnig, duister, ver- Abstrueely [ab-strüse'ly], adv, diepzinnig. Abstruaeness ſab-striise (ness], tAbstrusity Lab- strü'si-tyJ, s diepzinni heid, duisterheid f. tAbsuameſab-süme'J - ed T-sü’mdJ -ing, v.t. lang- Zaanen verteren, #Absumption [ab-stimp'shun], s., verwoesting f. Absurd [ab-surd'J, adj. ongerijmd, mal, dwaas Absurdity, Absurdnessſab-sûr' di-ty,absurd''ness], s. ongerijmdheid f. Absurdiy fab sirdiyJ, adv. op een ongerijmde wijze. - Abundance [a-bün'dance], s. overvloed m.; $ groot - Accentor, ſäc-cën'-tor], s, discantstem f. aantal n. (bv. of peasants, ren). buse Ia-büse'J, s. misbruik n... beleediging f.. scheldwoorden n. pl. «n ging Abuse Ia-buze'J, -ed -ing, vt. misbruiken, mis- Ace handelen, schelden, misleiden, schenden (as pri- vileges); verkrachten , verdraaien (as wordeſ, to abuse the confidence of a friend, misbruik maken van het vertrouwen eens vriends. Abuser #, s. misbruiker, schelder, bedrie- ger, verleider m. Abusion ſa-bu'zhon], s, misbruik m., mishandeling f. Abusive ſa-bü’siv], adj. beleedigend, verkeerd, Abusively, [a-bu'siv-ly], adv. op een beleedigende wijze, verkeerd. Abueiveness [a-bü's ſv-ness], s... beleedigende taal f. Abut [a-büt'J -ted - ting, v.i. palen, grenzen, be- lenden aan, (hoekmuur m. Abutment ſa-büt'ment], s. grens f., boogpilaar, Abuttal [a-biït'tal], s. grens f., uithoek m. fAb volate ſab'vo-late], -ed -1ng, v.t. wegvliegen fAhºy [a-by'I -ed -ing, v.t. verduren, boeten. Abiam [a-bïzm'J, s. afgrond m. fAbysmal [a'bſz-mal], adj. grondeloos. Abyss [a/bfss], s. afgrond m. A, C. verk, voor Anno Christi Ian 'no-Crïs'til, het jaar des Heeren. Acacia [a-ca-shMa], s, acacia m. fAcademme ſâc'a-dëme], s, hoogeschool, academie f, Aen denial f#cºa de miaij, AEmie'ſacºla démº- # #ademieel [äc''a-dém'ic-alJ, adj. aca- (EIAl S Ch. # # is : . 5 3 x 2. ' , . Academian [äc''a-de'mi-an], Academie [kc''a- dém 'ic], Academician [ac-ãd-e-mïsn'-un], Aca- de mist [ac âd'e-mist], s. lid n, een er hoogeschool of academie, student m. Academica Ily [äc-a-dëm’i-cal-lyJ, adv. op academi- sche wijze, als een hoogeschool. (school f. Academy fac-àd'e-myJ, s.hoogeschool, school, kost. Acajou Täc'à-djôu], s. mahoniehout f. g' Acantha [a-cân'-thal, s. doren, stekel m. (kelig. Acanthaceous [äc-a-na'she-usj, adj. # ste- Acanthus [a-cân-thus], s. berenklauw m., bi van het Corinthische kapiteel n. Acarus [äc'a-rüs], s. schapen luis f. aden | | 3Aentalepsy ,ſa-c#t'a-lep-syJ, s, onzekerheid omtrent het wezen der dingen, onbegrijpelijkheid Acntaleptic [a-cät''-a-1ëp'tic], adj. onzeker, betwij- felbaar, onbegrijpelijk. Acaualoua ſa-càu'lous], adj. zonder stengels, Accede [äc-ceed'] -ed -ing, v.i. toetreden (bv. to a treaty, tot een verbond), toestemmen. Accelerate fie 4. digen, verhaasten, versnellen. -cël'le-rate], v.t. -ed -ing, bespoe Acceleration [ac-cel-lë-ra'shun], s. bespoediging f, versnelling (bv. of motion). Accelerative ſäc-cël'er-a-tïve], - tory, adj, spoes , w (ontsteken. -ing, v.t. ontvlammen, 'º bevorderend. +Accend [âc-cën d-J -ed A#ibility [âc-cën-di-bïl'i-ty], s. ontvlambaar- e r x Aeeendible #. adj. ontvlambaar. Accension I -cčn-shun], s. ontvlamming f. Accent [äc'-cent],.. s. stembuiging, uitspraak fº, klemtoon m., klank-. toonteeken n. Accent fac cºntj Tea -ing, vi, door de stembui- ging onderscheiden, de uitspraak door toonteeken, zº aanduiden, accentueeren. Accentual ſäc-cënt'u-al], adj. dat tot toon behoort. den klem- " . . (centueeren. # Accentuate [äc-cën'-tyü-ate] -eal -ing, v.t. ac- Accentuationſäc-cën” tyu-a-shun],s. accentueeren m, tune, ttin, bull, far , - th als in thin ; rn als in Thus, g als in go ! dg, dj als in age, jar. 6 . Aco Accipitrine ſäc-cip' ':P Acclaim Tac-cläim'J Acclamator Acclimate luchtstreek gewennen. Acclimation Täc''clI-mâ'shun], s. gewenning aan Accept [Ac-cépt'J -ed -ing, v.t, aannemen (an a proposal), goedkeuren, genoegen nemen (of met), opvatten, accepteeren (bv. a bill of ex- change, een wissel). Acceptability Iäc-cëp”ta-bï1"II-ty], Acceptable- #t ſäc-cëp'-ta-bl-ness], s. aannemelijkheid, ver- Engte - I, Acceptable [ac-cëp'-ta-bl], adj. aannemelijk, aan- €In AAII), (melijke wijze, Acceptably Tàc-cép'-ta-bly], adv, op een aanne- Acceptance [äc-cëp'tance], s. ontvangst f.., accep- tatie f. (van een wissel); handelsovereenkomst; toetreding tot een contract f. Acceptation, Acception Täc' 'cép-ta'shun, ãc-cëp' shunJ, s. aanneming, beteekenis van een woord f. Accepter, Aceeptor Täc-cëp’-ter, ãc-cép'tor], s. aannemer, acceptant m. (van een wissel). tAeceptilatie:ckpºtl-la' shunJ,s.kwijtschelding f. tAcception ſâc'cëp'-shun], s. beteekenis f. (men. +Acceptive Iâc-cép'tive], adj. bereid om aan te ne- Access Täc-cëss'], s. toegang m., toenadering f., vrijheid om te naderen, vermeerdering, bijvoeging, f; verheffing, wederkomst f.., aanval m. van ziekte. *#nee- [äc'-cès-sa-rï-ness], s. medeplich- tigheid f. Accessary Iâc'-cës-sa-ry], s. medeplichtige m. Accessibility Tâc-cés-sï-bï1'i-ty], s.genaakbaarheid f. Accessible fac-cés-sf-bl], adj, toegankelijk, genaak- baar, spraakzaam. vriendelijk. wº. Accessibly Täc-cës'-sï-bly], adv. toegankelijk. Accession Däc-cësh'un], s. toetreding, aanwinst f.; vermeerdering, bijvoeging f.; komst tot den troon, tot eene betrekking of waardigheid, instorting van ziekte f. (band staande. Accessorial Täc-ces-so'ri-al], adj. met iets in ver- Accessoril âc'-cès-so-ri-ly], adv. bijkomend, als medeplichtige. fheid f. Accessorineas Iäc'ces-so-ri-néss], s. medeplichtig- Accessory , ſâc'-ces-so-ry J. adj. and s. bijkomend medeplichtig ;... medeplichtige m.; an accessory thing, een bijkomende omstandigheid. Accidence #, s. beginsel, boekje dat de beginselen eener taal bevat. Accident ſâc'-cf-dent], s. toeval, ongeval n.., eigen- schap van een woord f. e- Accidental ſâc”cl'dën'talJ, adj. toevallig,bijkomend, songs are accidental to play, zang is toeval- lig. (behoort niet noodzakelijk tot), het tooneel. , .. Accidentally Iäc-cy-dën'tal-ly], adv. toevallig, bij toeval. heid Accidentalmess T&c-cf-dën'tal-ness], s. +Aceipient [Ac-cſp'Y-entJ. s. ontvanger m. ecipiter ## s, roofvogel m. -trïne], adj. roofgierig, roof- 1 toevallig- van vogels). (gen, dagvaarden. -3 +Accite E# -ed -ing, v.t. oproepen, inda- Acclaim [äc-claim'J, Acclamation Iäc’’cia-mä' shun], s. toejuiching f., vreugdekreet m. N -ed -ing, v.t. toejuichen, [ac-clâm'a-to-ryj, adj. toejuichend. ac-clI'mäte] -ed -ing, v.t. aan een (een luchtstreek f. Aeelimatize [ëc-clI'ma-tIze] -ed -ing,v.t, aan een luchtstreek gewennen n. (van planten). Acclimature ſâc-cli'ma-ture], s. het aan een lucht- (helling f. . . streek gewennen. Acclivity fac-clºv'-1-ty], s. opgang m., schuinte, Acc Accli vous Iac-cli'vus], adj. opgaand, Aceloy [ac-clöy'J -en -ing, v.t. verzadigen, over- laden, volproppen. * fAccoast [äc-coast'T -ed -ing, Accoil , [ac-chil"J -ed [ac-coild] kronkelen. " w Accolade Täc' 'co-lade'J, s. ridderslag m. (ner m. Accolent [äc'-cU-liënt], s. naaste buur, grensbewo- $ Accommodable Iäc-cöm'mo-da-bl], adj. (to)bruik- baar, toepasselijk, doelmatig, vereffenbaar. Accommodableness Iac-com'-mo-da-bl-ness], s. bruikbaarheid, geschiktheid f. ve Accommodate, Accommodated [âc-com'mö-date -dated], adj. geschikt, gepast. Accommodate ſäc-cöm'mo-date] -ed-ing,v.t. ge- riefelijk, bruikbaar maken, schikken, voegen, bij- leggen, vereffenen (bv. differences, geschillen); voorzien, leenen ; 4-, v.i. passend, geschikt zijn ; to be well accommodated, goed wonen ; to accommodate one's self to circumstances, zich naar de omstandigheden schikken; accommo- date with, voorzien, opschikken, vereeren met; ae- comarmodate between, schikken tusschen, veref- fenen tusschen. Accommodately [äc-cöm'mö-date-ly], adv. op een gepaste, geschikte wijze. (schiktheid f. Accommodateness [äc-cöm'mo-date-ness], s. ge- Accommodating Iâc-cöm'mo-da-ting], adj. inschik- kelijk, on accommodatieg terms, op aanneme- lijke voorwaarden. (voeging f. Accommodating ſãc-cöm-mö-da-ting], s. schikking, Accommodation [âc-cöm''mö-da'shun], s. verdrag n., vereffening f., gemak m., acommodation biII, formawissel m. Aecommodations Các-cöm''mU-da'shunz], s. pl. gemakkelijke inrichtingen f. pl. ſopleveren i. Accommodative ſäc-cöm'mo-dä-tive], adj. gemak Accommodator [âc-cöm 'mo-dä-tor], s. iemand, die iets schikt, van pas maakt. #Accompanable. Iâc-cüm'pa-na-ble], adj. gezellig. Accompanier [äc-cüm'-pa-nl-er], s. vergezeller m. Accompaniment [ac-cüm'-pa-ni-ment], s. verge- zelling, begeleiding f., accompagnement n. Accompanist Cac-ciim'pa-nist], s. iemand die ac- compagneert. Accompagny [ac-ciïm'pa-ny] -ied [ac-clim'pa-nidJ -ying, v.t. vergezellen, accompagneeren. Accomplice [äc-cöm 'plïss], s. medeplichtige m. & f.; medewerker, medearbeider (in goeden zin) m. Internºs v.t., aan wal ko- -ing, v.i. zich f A#pijee-hip [ac-com-plice-ship], s. medeplich- tighe Accomplish IÈc-cöm'plish] -ed f-plisht] -ing, v.t. volvoeren (as a design, een plan), vervullen (as a vovv), voltooien, volmaken. Aecomplished fäc-cöm 'plisht], adj. talentvol, be- gaafd, bedreven, welopgevoed. Accomplisher ## s. voltooier m. Accomplishment ſâc-cöm'plish-ment], s. voltooi- ing, vervulling. . volmaaktheid f, talent n., beval- ligheid van manieren, beschaafdheid. fAccompt [äc-count'J, zie Account. +Accomptant, zie Accountant. Accord Lac-cord"J, s. eendracht, overeenstemming, overeenkomst, schikking f. accoord n.; of one's own aecord, uit eigene beweging. Aecord ſäc-cord'] -ed -ing, v.t. doen overeen- stemmen (to met), vereffenen, verzoenen, toestaan, vergunnen ; - v.i. overeenstemmen (vvith, met). fate, fkt, far, fast, fall, what; me, mét, prefer, fine, wmi, ma-rine, bírd, no, nöt, nor, move, 's wat l W , # ſ | ! j AOC Aeeordable [Mc-cbrd'a-bl], adj. overeenstemmend, Accordance #ºrvener , s. overeenstemming, ge- lijkluidendheid f. # (lijkluidend, Accordant [âc-cord'ant], adj. overeenstemmend, ge- Accordantly [âc-cord'ant-ly], adv. overeenkomstig. According ## p. a. als prep. - to, vol- gens, maar, an according, naarmate. Accordingly [äc-cord'ingly], adv. diensvolgens. Accorporate [äc-cör'po-râte] -ed -ing, v.t. aan- eenvoegen, zie Incorporate. +Accost Tac-cöst'J -ed ## Accostable [ac-cöst'a-bl], adj. ###Tºl, (valling f. Accouchement Iac-coosh'ment], s. verlossing, be- Accoucheur [ac’’-coo-shur'J, s. vroedmeester m. Account [ac-coûnt'J, s. rekening f.., bericht, ver- slag, aanzien n.., inschrijving, rekenschap, reden f; for acount, voor rekening; on all accounts, in alle opzichten ; on my account, wat mij be- treft; upon all accounts, alles wel overwogen, on account of, wegens , of no account, on- beduidend; the Julian account of time, de Ju- liaansche tijdrekening ; to call to account, re- kenschap vorderen; to make account of, achten; to make no account of, gering achten ; to settle an account, een rekening afsluiten ; to turn to account, voordeelig zijn; a thing of no account. een zaak van geene waarde ; you will find your account in doing it, gij zult winst daarbij hebben, als gij 't doet ; old or new accounts, oude of nieuwe stijl ; take an ac- count of, onderzoeken, bring one's accunt, v.t. aanspreken. vriendelijk, gemeen- rekening indienen ; upon vvhat account ? op wat grond ? ſes Account ſac-cbünt'J -ed -ing, v.t. rekenen, in rekening brengen, toerekenen, houden voor, ach- ting, overwegen, in gedachte houden ; - v.i, reke- king gegeven, optellen, verslag geven van bijzon- derheden; to account of, in achting houden, waardeeren; to acount for, rekenschap geven, ver- ren, verantwoordelijk zijn. Accountabilit # S. verantwoor- delijke toestand m.; verantwoordelijkheid f. als borg. Accountable fac-count a-bij. adj, verantwoordelijk. Accountableness [ac-cbünt'a-bl-nessj, s. verant- - woordelijkheid f. ( lij Accountably ſac-coünt'a-bly], adv. verantwoorde- Accountant [ac-coünt'ant], s. rekenaar, kantoor- bediende, boekhouder, rekenmeester m. Accountantship Tac-coûntant-ship], s. betrekking, plichten van een boekhouder m. Account-book [ac-coünt'-bükJ. s. rekenboekje n. Accouple [ac-clip’ ple] -ed --ing, v.t. koppelen, binden, te zamen voegen, vereenigend. Accouplement [ac-coüp'le-ment], s. koppeling, ver- eeniging f., het aan paren maken m. (digen. tAccourage ſac-cür'ridg] -ed -ing. v.t. aanmoe- +Accourt [ac-coürt'J -ed -ing, v.t. vriendelijk onderhouden, frusten. Accoutre Iac-cou'-ter] -ed-ing, v.t. takelen, uit- Acco.utrement [ac-cou'ter-ment], s. kleeding, uit- rusting f. (liefkoozen. tAE#eerJ -ed-ing, v.t. sussen,rustig maken, Aecredit [ac-crëd'-dit] -ed -ing, gelooven, ac- crediteeren, volmachtigen (bv. a consul). > Aeereditation [ac-créd-dY-ta'shunj, s. het geen aan- spraak op vertrouwen geeft. ,. Aeerescent ſac-crës eentj, adj. toenemende. Ace Accretion Lac-cre'-shun], s. aanwas m. Accretive Tac-crë'tiv], adj. aan ging f., verwijt n. Accroach ſac-cröatch'I -ed [-croacht-] -ing, v.i. aanhaken, door sluwheid verkrijgen. fAccroachment tºe:":#, s. inbreuk f. Accrue [ac-crôô'J -ed -ing, v.i. toenemen, aan- groeien, voortspruiten ; aanwassen, voortvloeien ; a profit accrues to government from the coinage of copper, een voordeel vloeit uit het munten van koper voort voor het gouvernement. tº:#ent [ac-crôô'ment], s. toevoeging, vermeer- ering 1. Accubation [Ac-cu-ba'shun], s... het aanliggen op een rustbed ( bij de maaltijden der ouden), fAccumb [ac-cümb'J -ed -ing, v.i. aanliggen op een rustbed bij de maaltijden der ouden, tAccumbent ## adj. aanliggend ; - ts. aanligger, aanzitten (aan eene tafel ) m. Accumulate ſâc-cü’-mu-late] -ed -ing, v.t. op- hoopen, opstapelen, bijeenbrengen ; - v.i. aanwas- sen, zeer toenemen. Accumulate [äc-cü'mu-late], adj. opeengehoopt. Accumulation [ac-cü"-mü-là'shun], s. ophooping f. Accumulatively [äc-cu'mü-la-tïv-ly], adv. ophoo- pender wijs, bij ophooging. 8 Accumulator fac-cü'-mü-la”-ter], s. ophooper m. Accuracy Tàc'-cu-ra-cyJ, Accurate mess rate-ness], s... nauwkeurigheid, stiptheid f, Accurate [âc'cü-rate], adj. nauwkeurig, stipt. Accurately [äc'cü' rate-ly], adv. nauwkeurig. 3Accurse Iac-cürs'] -ed I-curst'J -ing, v.t. ver- vloeken, verwenschen. Accusable [ac-cu'-za-ble], adj. laakb Accusant [ac-cli'zant], s. beschuldi Accusation [kc” cü-za'shun], s. besc iging, aan- klacht f.; to bring forward an -, een beschul- diging in brengen. val m. Accusative Iac-cü'za-tiv],s.accusativus, vierde naam- Accusatively [ac-cu'za-tiv-ly],adv. beti Accusatory Tac-cu'za-to-ry], adj, beschuldigend. aſºl', crime, iemand van hoog verraad beschuldigen, digster f. Aecustomary Accustomable, ac-cüs'tum-ary], adj. gewoon, gewoonlijk. - ac-cüs'-tum-a-ri-ly], adv. gewoonlijk. Aceunstormed gewoonlijk. tac-cüs' tumdJ, adj. se": gewoon, Accustomedness [ac-cüs'tom-ed-ness], s. zaamheid f. weduwe ; not an ace, geen zier. Acephalist [a céf'a-lſst], s. iemand, die geen hoof Acephalous [a-cëf'a-lusj, adj. hoofdeloos. zº Acephaluas [a-cëf'a-lus], s. lintworm m. Acerb [a-cèrb"J, adj. wrang, zuur. r Acerbate [a-cèrb-ate] -ed -ing, v.t. wrang, zuur maken. t - , . . tune, tiin, bull, far; - th aio in thin, te ade in thuis, g als in go; dg, dj als in age, jar. groeiend, Sw. StAccrimination Tac-crüm-i-na'shun], s. beschuldi- ac'-cu- Accuser [ac-cu'zer], s. beschuldiger m., beschul- (nen, gewoon zijn. . Accustomably, Accustomarily ſac-cüs' # - 'Er Die fAccustomaneeſac-ciis'tom-anceJ,s. gewoonte f.., ge- º. 7 Accumulative [ac-cu'-mu-la-tſv], adj. ophoopend. - Accurset E#1 adj. vervloekt, verwenscht. er aanklager. uid g chtenderwijs. Accuse [ac-cüze'J -ed -ing, v.t. beschuldigen, aan- klagen, berispen, laken; to accuse one of high ' : Accustom Iac-clis'tum] -ed -ing, v.t. & ji. gewen- . . [acectis'tum-a-bl, «. Kneen" , Ace ſace], s. eenheid f., aas n., kleine hoeveelheid fi, atoom n..,nietigheid f.; to be within an ace of the - matter, zeer nabij de zaak zijn; ace of apadet, , # & " Se mi 8 Ace Acerbity fa-cër'bi-ty], s. wrangheid, zuurheid, ge- Acerous Täc'cer-olis], adj. kafachtig. (strengheid f. Acerval [a-cèr'valJ, adj. tot een hoop behoorende. tAcervate ſa-cèr’väte] -ed -ing, v.t. ophoopen. Acervate Ia-cèr’ vate], adj. opgehoopt , op hoopen groeiende. Acervation Iäs-cer-va'shun], s. ophooping f. +Acervose ſâ-cèr-vöse'J, adj. vol hoopen. Acescence [a-cés'cen-ce], s. verzuring Acescentſa-sës'sant],adj, verzurend, wrang wordend. Acetabulum Lä-ce-täb'u-lüm], s. azijnkroes m. (bij de Romeinen); de holte van een sluitbeen f.; soort van leverkruid n. Acetification [a-cët-i'fi-ca'zhun], s. azijnmaking f. Acetify[a-cët'i-fy]- ied-ing,v.t.in azijn veranderen. Acetimeter [âc-ce-tïm/e-ter], s, azijnweger m- +Acetosity Iäs-e-tös'i-ty], s. zuurheid, scherpheid f. Aeetose, Acetous [âs-se-töze'J, a-cë'-tus], adj.zuur, azijnzuur bevattend. er kruid). Ache [Eikel, s. pijn - f., vergel. Ake ; eppe f. (ze- Ache ſäke] -ed Täk' t] -ing, v.i. zeer doen, lijden, in pijnlijken toestand zijn, vergel. GB, Acherset [ak'er-sët], s. een oude maat van acht schepels. ºn Achievable [a-tchïef'a-bl], adj. uitvoerbaar. Achievance fa-tchïev'ance], s, uitvoering, volvoe- ring, verrichting f. Achieve [a-tchïev'] -ed -ing, v.t, uitvoeren, vol- voeren, verrichten, behalen, voltooien. Achievement [a-tchïev'ment], s. verrichting, daad f, bedrijf, wapenfeit n., voltooiing f; geslachtswa- (EIl The # A#ie er ſa-tchiev'er], s, verrichter, voltooier m. Aching Taſking], s. smart, pijn f, lijden n. \chor [a-kor], s. zeer hoofd n. Tehramatie fke cro-maticj, adj. kleurloos. Mehromaticity Tac-cro-ma-tic'i-ty],s.kleurloosheid f. Acicular ſa-cſcºii-lär], adj. naaldvormig. Aeid [as'sidJ, adj. and s. zuur, norsch. Aeidiferous Ta-cïd-Yf’er-otis], adj. zuurachtig. Acidify # -ied -ing, v.t. zuur maken ; (oneigenlijk) in zuur veranderen. (heid f. Acidity, Acidness [a-cfd'-1-ty, âs'sïd-ness], s. zuur- Aciduliate Ia-cſd'jui-late] -ed -ing, v.t. zuur ma- Aciform [âh'i-form], adj. naaldvormig. (ken. tAcknow [ak-now'J, -ed -ing, v.t. erkennen, ; elijden. Acknowledge Lak-möl'Iedg] - ed -ing, v.t, erken- nen, bekennen, beantwoorden ; geldig verklaren ; to - a favor, eene gunst (dankbaar) erkennen. Aeknowledger [ak-möl'ledg-er], s. erkenner m. Acknowledgment ſak-nöl'ledg-ment], s. bekente- nis, erkentenis, dankbetuiging f. Acme Tàk'm E], S. toppunt n. Aene [kc’nel, s. knobbel #" puist f. +Acold [a-cold'I, adv, kou +Aeolothist, Acolyt(h) [ac-cöl'lo-thist, ãc'co-lyth], sdienaar, ondergeestelijke, die den priester bij het altaar helpt, acoliet m. Acomite #co-nitel; s, monnikskap f., zekere plant. Acorn [a'corn], s. eikel m. Acorn ſa’corn] -ed -ing, v.t. eikels opzamelen - en daarvan leven. Acorned [a'corn-edJ, adj. met eikels beladen, met eikels gevoed. (rende. Acoustic [a-cöüs'tic], adj. tot het gehoor behoo- fAerase. ,,Acra ze [a-crase', a-craze'J Acoustics fa-coüs'tics], s.pl. gehoorleer f. Aequaint Lac-kwaint'J -ed-ing, v.t, verwittigen, Aot • bekend maken met, gemeenzaam maken met ; he. acquainted me with his plans, hij deelde mij zijn plannen mede , to acquant one's self with, zich bekend maken met. (nis f. Acquaintance ſac-kwain'tance], s. bekendheid, ken- | Acquaintanéeship ſac-kwain (tance-ship], s, bekend zijn. ſ krijging f., aankoop m. Acquaest, Acquist [ac-kwëst', ac-kwist'J, s." ver- Aequieace [äc kwieëss']. -ed -ing, v.i. berusten, toestemmen (in, .in), zich neerleggen (in bij); to - in an opinion, zich met een gevoelen ver- eenigen. (onderwerping f.. Acquiescense [Ac-kwI-ëss'enceJ, 's. # tAcquirability [ac-kwore'a-brl-i-ty], s. verkrijg- baarheid f. Acquirable Iac-kwIre'a-bl], adj. verkrijgbaar. Acquire [ac'kwire'J Fed -ing, v.t. verkrijgen, ver- werven, winnen, verdienen. (nis f., talent n. Acquirement, [ac kwIre'ment],,s. verkrijging, ken- Acquirer Eac-kwIr'er], s. verkrijger m. +Acquiry Iac-kwI'ryj, s. verkrijging f. Acquisite ſac'kwij zit], adj. gewonnen, verkregen. Acquisition . [ac-kwi-zïsh'un], s. verkrijging, ver- A## f, - equit [ac-kw'It'J -ted -ting, v.t. kwijten, ontslaan # van), voldoen, kwijtschelden ; # one's self, zijn best doen, zich van iets kwijten. Aequit t,Acquittal[ac-kwït'ment,ac-kwit/tal], s. kwijting, vrijspraak f., ontslag n. fAequittance fac-kwrt lancej -ed -ing, v.t. kwijtschelden. (ning, quitantie f, Acquittance [ac-kwït'tance], s. ontslag in., voldoe- -ed -ing, ** + v.t. krankzinnig maken, verbijsteren, Acrasy #cºra-syl, s. onmatigheid f. Acre [a'ker], s• stuk land n., van 4840 vierkante yards. g (mogend. Acred [a'kred], adj. grondeigendom bezittend, ver- Acrid [ēc'crid], adj. scherp, wrang, bijtend. Aeridness [äc'crid-ness], s, scherpheid, wrangheid f. Acrimonious [äc''crt-mö'ni-usJ, adj. scherp, streng, bits, bijtend, sarcastisch. Aerimoniousness, Aerimony [äc”-cri-mö'ni-us- ness, ãc'cri-mo-ny], s.. scherpte, bitsheid f. (te f. Aeritude, fAcrity ſäc'crI-tude, ac'cri-ty],s. scherp- Aeroa motic, Aeromatical Câc-ro-a-mät'ic, ãc-ro- a-mät'i-call, adj. verborgen, diepzinnig. Aerospire [Ac'ro-spire], s. kiem f. Across [a-cröss'], prep. and adv. dwars, kruiselings, Acrostic [a-crös'tic], s naamdicht n. Act Iakt], s. daad f;, bedrijf m., handeling f.,, Act of the Apostles, Handelingen der Apostelen, act of oblivion algemeene vergiffenis, kwijtschelding f-, aet of Parliament, Parlements-acte, wet; aet of cassation, vonnis, n van cassatie (vernietiging), act of faith, auto-da-fé, brandstapel , taken in the very act, op heeterdaad betrapt, to put in- to act, ten uitvoer leggen. Act, [âkt] -ed -ing. v.i. handelen, te werk gaan, zich gedragen, op het tooneel spelen ; - v.t. # volbrengen; to act up to, zich gedragen overeen- komstig;.. to act a part, eene rol spelen. Action Däc'shun]. s, handeling, daad, verrichting, aanklacht,f,, proces, gevecht m., gebaarden n.. pi, actief.; bloedsomloop m., eisch m. (in een rechts- geding); aandeel n. (in maatschappijen). (baar. Actionable ſâc'shun-a-bl], adj. in rechten vervolg- Actionary Tác'shun-a-ry] -mist, s. deelhebberm. tate, ſt, fûr,- raat, fºlie what IT m8, mit, prefèr , fine, will, ma-rïne, bird , nu nót, mor, mêve, / 'ſ. Act Action-taking [âc'shun-ta'king], adj. ## fActivate [Ac'tI-vate] -ed -ing, v.t. doen werken, bespoedigen. (drijvend. Active Dác'tivJ, adj. werkzaam, bezig, , vlug, be- Actively ſâc'tiv-ly], adv. werkzaam, bezig. Activeness, , Activity ſäc'tiv-ness, ac-tYv'i-tyJ, s. werkzaamheid, bezigheid, vlugheid f. Actor [äc' ter], s. bewerker, tooneelspeler n. Actress [âc'tressJ, s. tooneelspeelster f. Actual Tâc'tyü-al], adj. werkelijk, dadelijk, wezen- lijk, tegenwoordig (as situation), Actuality:Täc-tyü-81'li-ty],fs. werkelijkheid f., sphe- re of -, werkkring. (mak Actualize Täc'tyti-al-Ize] -ed -ing. v. a. wezenlijk Actually [âc'tyü-al-ly], adv. werkelijk, inderdaad. Actualness [äc'tyü-al-ness], s. wezenlijkheid f. Aetuary [äc'tyu-a-ry J, s. griffier, secretaris m., be- stuurder van een verzekeringmaatschappij m. Actuate [äc'tyü-ate] -ed -ing, v.t. in beweging brengen, aanzetten. (gen n. Actuation [âc-tu-a'-shun], s. het in beweging bren- Acuate [äc'-cu-äte] -ed -ing, v.t: scherpen,punten. Acuition ſâc-cu-Yshºun], s. het scherp maken n. Aculeate ſa-cu'le-âte], adj. scherp, puntig. Aeumen , Ia-cu'menJ, s. scherpzinnigheid, schran- derheid f., vernuft n. #Acuminate [a-cü'mi-nate] -ed -ing, v.t. scher- pen, wetten ; - v.i. in een scherpe punt uitloopen. Aeumination [a-cú''m1-nä'shun], s. scherpe punt f. Acuminous [a-cü'mi-nous], adj. puntig, scherp. Acute Ia-cUite'J, adj. scherp, scherpzinnig, vlug ; schrander, snedig. (maken. Acute [a-cüte'J -ed -ing,v.t.het toonteeken scherp Acutely Ia-cüte'ly J, adv. scherp, scherpzinnig. Acuteness [a-cüte ness], s. scherpte, scherpzinnig- heid f.., hevige crisis f. (eener ziekte). Adacted [ad-ãc'ted], adj. met geweld ingedreven. Adage Iäd'idg], s. spreekwoord n. Adagio Lad-aſ-dg1-5 or a-dà'-dgi-ö], s. adagio f. Adamant [âd'a-mãnt], s. diamant, o. en m., eig. elke ondoordringbare harde steen m. Adamantime, Adamanteam [ad-a-mânt'in, ãd-a- mân-të'an], adj. hard als een diamant, Adam's-apple. [ēd'amz-ap'plJ, s. adamsappel m. Adam-tiler [âd'amz-tI'ler], s. handlanger van een zakkenroller m. (passen, Adapt [a-däpt'J - ed -ing, v.t. pas maken, toe- Adaptability ſad-dãp-ta-bil'i-ty] s... geschiktheid f. Adaptable [ad-däpt'a-bl], adj, schikbaar. (heid f, Adaptable.ness [ad-däpt'able-nëss], s. schikbaar- Adaptation, Adaption [ad-dap-ta'shun, a-däp' shun], s. # f, (geschiktheid f. Adapt(ed) neen ſa-dãpt(ed)'ness], s. bekwaamheid, fAdaunt [a-däunt'J -ed -ing, v.t. onderwerpen. tAdsvv [a-dàw'I -ed -ing, v.t. vervaard maken, onderwerpen. days (movv) [nou'a-dRyz], adv. hedendaags. tAdcorporate ## -ed -ing, v.t. lichamen met elkander verbinden. Add ſâdJ -ed ſãd' dedJ -ing, v.t. bijvoegen (up), optellen ; - v.i. vermeerderen, vergrooten. Addecimate [ad-däc'i-mate] -ed -ing, v.t. ver- tienden, tienden verpachten, tiend heffen: #Addeem . [ad-deëm'] -ed -ing, v.t. uitspraak doen, beslissen. Adder [Ad'der], s. adder, slang f. Adder's graan, Adder'e tongue Câd'derz-gras -tting], 5. slangentong f. "- *--*: : : : * . 3. -V- Adh 9 Adder's-wwort ſâd'derz-würt], s. slangenkruid n. - Addibility [äd-di-bï1'i-ty], s. toevoeglijkheid, vat- baarheid, voor vermeerdering. Addible Läd’di-bl], adj. toevoegbaar. fAddice [âd'diss], s. zie Adze. Addict [ad-dIct'] -ed -ing, v.t. wijden, toewij- den, overgeven, zich overgeven (as to game, dronkenness, aan spel, dronkenschap), zich wij- den (to his study). Addiction, Addicted mens [ad-dic'shun, ad-dYct'ed- ness], s. toegenegenheid, gehechtheid, neiging f. Additament ſad-dſt'ta-ment], s. bijvoegsel n. en. |Addition [ad: dſsh'un], s. bijvoeging f, toegift n.., optelling f., bijvoegsel m., titel m.; voordeel, ver- siersel n., verbetering f. Additional [ad-dïsh'un-al], adj. ## Additionally [ad-dYshºun-al-ly], adv. bij wijze van vermeerdering, toevoeging. e Additive [ad' diſt-tivJ, adj, bijvoegbaar. ## [ad' d'It-to-ry], adj. bijvoegend, toegevend. Addie [âd'dl], adj. ledig, onvruchtbaar; bedorven; an aal alle egg, een windei. maken. A«l die [ãd 'dl] -ed [âd'dld] -ing. v.t. onvruchtbaar Addleheaded, Addlepated ſâd-d1'héd-ded,-pa'ted] adj. hersenloos, onverstandig. Address [ad-drëss'j, s. opschrift, adres, eerbiedig schrijven n., bekwaamheid, behendigheid, handige heid, houding f., uiterlijk n. - Addres- [ad-drëss] -ed -ing, v.t. wenden, rich- ten, aanspreken, adresseeren. r A«l dresser fad drëasſerij, s. die ren adres inlevert. Adduce [ad-düce'J -ed ſ":# -ing, v.t. aan- voeren (as a wittness, een getuigenis), bijbren- Adducent Tad-dj'cent], adj, aantrekkend. Adducer [ad-dü'cer], s. bijbrenger m. Adalucible [ad-dü'ciblJ, # aanhaalbaar. Adduction [ad-düc'shun], s, bijbrenging f. Adductive [ad-däc-tiv], adj, bijbrengend. -- -- Adductor [ad-düc'torj, s. aantrekkende spier f. . fAddulce [ad-düls'] -ed [-dülst'J -ing, v.t. ver- ZOeten, king f. Ademption [a-pëmp'shun], s. berooving, intrek- ## [âd-e-nög'ra-fyJ,s. klierbeschrijving f. Ademolo â. [âd-e-nol'o-djy], s. klierleer f. Adenos # d'e-nos], s. katoensoort van Aleppo. Adent ſa-dënt'J -ed -ing, v.t. vast maken. k i Adept fa-dépt'T, s... ervaren man, ingewijde m. - Adept # adj. ervaren, ingewijd. tAdeption ſa-dép'shun], s. verkrijging f. Adequacy ſâd'e-kwa-cy], s. gelijkheid, overeenkom- stigheid, evenredigheid f. - - . - Adequate [âd'e-kwâte], adj. evenredig, gelijk, toe- reikend, voldoende. (maken. # tAdequate [äd'e-kwäte] -ed -ing, vt. evenredig Adequately [ãd'e-kwate-lyJ, adv. evenredig... . . . . . . Adequate mens [ad'e-kwate-ness], s. evenredigheid, gelijkheid, toereikendheid f. ân * # x- Adfeeted ſād-féct'ed], adj, samengesteld in de algebra. . . Adfiliated [ad-fï1'i-ät-ed], adj. aangenomen tot kind. - Adhere [ad-hëër'J -ed -ing, v.i. aankleven, aan- hangen ſto a party, eene partij); vasthouden, ge- hecht blijven, bestaanbaar zijn; every thing adhe- ; res together, alles is met elkander bestaanbaar. Adherence [adhëër'-rence] -cy, s, aankleven n,,. ,, verkleefdheid, getrouwheid f. - - - Adherent [ad-hëë'rentJ, Adherer [ad-hëë'rer], s. aanhanger m. z- - " , # ', - Adherent [ad-hëe'rent], adj. aanklevend. #o. - (gens # tune, tún,Tball, Tfor TinTais TinTthin Tri-Tai-TinTTEut , TeleT-TroTds, ºf als in ase,TarT w i "g. 10 t Adh %. Adhesion [ad-hë'-zhun J. #letins, gehechtheid, vereeniging, meening, opinie f. Adhesive [ad-hë'siv], adj. aanklevend, vasthoudend. Adhesiveness [ad-he'siv-nessJ, s. kleverigheid vast- houdendheid f. W. (bruiken. tAdhibit [ad-hſb'itJ -ed -ing. v.t. aanwenden, ge- \dhibition [ad-hY-bY'shun], s. gebruik n. Ad ho, Ado Lä'dho, à-do"J, s. karnemelk f. Adhortation [âd-hör-ta'shun], s. raad m. Adhortatory (ad-hör'ta-to-ry], adj. raadgevend. Adiaphorous [R-di-äf'forus], adj. onzijdig, adia- phorous salt, middelzout n. (schilligheid f. Adiaphory ſä-di-åf ſo-ry], s. onzijdigheid, onver- Adieu Ta-dü"I, adv. and s. vaarwel. dip ſãd'i-poze'J, adj. vet. (m. Adit [äd'it], s, luchtschacht een er mijn f., toegang fAdition [a-diſs's hun], s. het gaan naar iemand m. Adjacency [ad-jä'cen-cy], s. aangrenzen m., nabij- Adjaeemt [ad-ja'cent], adj. aangrenzend. (heid f. Adjacent [ad-ja' cent], s. het aangrenzende n. Adject [ad-ject'J -ed -ing, v.t. samenvoegen, bij- ### [ad-jec'shun],s. bijvoegsel n. (eenvoegen. Adjectitious ſád-jec-tr'ti-djus], adj, bijeen gevoegd, Adjective Iâd'jec-tſv], s. bijvoeglijk naamwoord n. ## ſâd'jec-tïv-ly], adj. als bijvoeglijk naam- A mºna â na dez Arzº. woord. Adjoin [ad-join'J -ed -ing. v.t., bijvoegen, aan- hechten; - v.i. aangrenzen; nabij liggen, belenden- Adjoinant [ad-join'änt], adj. aansluitend, aanpralend. Adjourn ſad-jûrn 'J -ed -ing, v.t. uitstellen, op- schorten, verschuiven, verdragen. Adjournmentſad-jûrn’ment],s.uitstel m.,verdaging f. Adjudge Dad-jiidg'J -ed -ing, v.t., toewijzen, ver- oordeelen, beslissen ; to - the prise to the wie- tor, den prijs aan den overwinnaar toekennen ; to adjudge a ease in court, eene zaak voor het gerecht beslissen. (nis n., beslissing f. Adjudgment Dad-jiidg'ment], s. toewijzing f, von- Adjudicate [ad-ju'dI-cate] -ed -ing, v.t. toewij- zen, beslissen. * * (nis n. Adjudication ſad-ju''dI-ca'shun], toewijzing f-, von- +Adjugate [adſju-gate] -ed -ing, v.t. onder het juk brengen, koppelen. s de tAdjument ſad'ju-ment],,s. hulp, fº, bijstand m. Adjanet [adſjunctJ, s, and adj. bijvoegsel n., ambt- genoot m., bijgevoegd. in Adjunction [ad-jünc'shunJ, S. bijvoeging f, A, djunctive Tad-jünc'tiv], s. and adj. bijvoegsel n.; ' bijgevoegd. en e- Adjunctively ſad-jünc'ttv-ly], adv. als bijvoegsel. Adjunctly [ad-jünct'ly], adv. in verband met ze- volglijk. g (roeping f. Adjuration ſâd”-jii-rä'shun], s. , bewering, in- Adjure [ad-jure'] -ed -ing, vt. bezweren, beve- len; een eed opleggen. Adjurer [ad-jürer'J, s. eed oplegger, eed afperser m. Adjust ſad-jüst'J -ed -ing, v.t. vereffenen (as aan account, difficulties), in order brengen,nauw- keurig maken, pas maken (as a garment to the body, een kleed aan 't lijf), Adjustable [ad-jüst'abl], adj. schikbaar, regelbaar. Adjuster [ad-jüst'erJ, s, regelaar, schikker, m., re- "#er'f. - F, ## Tad-jiïst' ment], s. vereffening, regeling f. Adjutancy [äd'ju-tân-cy J. s.adjudantschap m., slimme regeling fº, schrander beleid n. Adm | Adjutant Tad'ju-tant], s. adjudant m, een soort van 4Adjutor ſad-jü'-torj, s. helper m. (kraanvogel m. fAdjutory ſad-jü"-to-ry J, adj. helpend. fAdjutrix [ad in'trix], s. helpster f: ,.. Adjuvant fad'ju-väntj, adj. helpend, bijstaand. Adjuvant Iäd’ju-vånt], s. helper m. ie ººk Adjuvate Lad'-jü-vate]-ed-ing,v.t.helpen,bijstaan. Admeasure Iad-mëzh'tireJ -ed -ing, v.t. toeme- ten, afmeten. Admeasurement [ad-mëzh'tire-ment], s. toeme- ting, afmeting, maaat f.., het ijken. Admeasurer [ad-mëzh'ü-rer], s. meter, opnemer m. Admerasuration [ad-mën''sú-ra'shun], s. zie Ad- Enneasurement, fAdminicle [ad-mïn'-ſcal], s. hulp f. Adminicular [âd-mi-nïc'cu-lar], adj. helpend, hulp aanbrengend. - Administer [ad-mYn'Ys-ter] -ed -ing, v.t. bestu- ren, beheeren, handhaven, toedienen; to adminis- ter an oath, een eed afnemen ; - v.i. to admi- mister toe, bijdragen tot. Administrable [ad-mYn'n ſs-tra-blJ, adj. bestuurbaar. fAdministrate [ad-mïn”-nïs-tråte] -ed -ing, v.t. besturen, toedienen. Administration [ad-mïn''nïs-trå'shun], s, bestuur, beheer n.., toediening, beheering f.; administra- tion of justice, rechtsbedeeling. p Administrative [ad-mïn'-nis-tra-tYvJ, adj. bedie- nend, bewindvoerend, besturend. Administrator [âd''mYn-nïs-trå'-ter], s. bestuur- der, bewindhebber, voogd m. Administratorship Tad”mïn-nſs-trå'ter-ship], s. ambt van een bestuurder n. (deres, regentes f. Administratrix [ad''m fn-nïs-trå'trix], s. bestuur- Admir.able Täd'-mï-ra-blJ, adj. bewonderenswaardig. Admirah Beness [âd'mi-ra-bl-ness], s. bewonderens- waardigheid f. (renswaardige wijze. Admirably ## adv. op een bewonde- Admiral ſâd' mï-ral], s. admiraal m., admiral of the white, admiraal van de witte vlag ; Hord high admiral, groot-admiraal, bestuurder van het zeewezen ; port admiral, directeur, kommandant van schepen in een haven; rear admiral, schout- bij-nacht, vice admiraI, onder-admiraal. Admiralship (âd' mï-ral-ship], s. admiraalschap n. Admiralty ſãd'mi-ral-ty], s. admiraliteit f; board of the, admiralty, bureau, vergaderplaats van de admiraliteit , admiralty court, ook court of admiralty, gerechtshof voor alle zaken van het Zeewezen, -, Admiration Däd''mi-rä'shun], s. bewondering f; ta- en up with -, van bewondering opgetogen. Admire [ad-mire'J -ed -ing, v.t. bewonderen; - v.i. to admire(at), zich bewonderen, versteld staan, verbaasd staan (over). Admirer [ad-mire'-ur], s. bewonderaar, aanbidder, vereerder m. ng. Admiringly # , adv. met bewonde- *#ibility (ad-mïss'ï-bY1'-i-ty], s, aannemelijk- (Elſt is g ## “ ， (adj. aannemelijk. Admissible,Admittahleſad-miss'I-bl,ad-mftºta-bij. Admissibly [ad-mïss'I-bly], adv. op aannemelijke wijze. (f, toegang m. Admission [ad-mïsh'un], s. toelating, aanneming Admit [ad-mït'J -ted - ting, v.t. toelaten, toestaan, aannemen, erkennen, dulden, toegang verleenen; this ticket admits the bearer, dat kaartje ver. rate, tat, far, fást, fall, what, me, mèt, prefer, fine, will, ma-rine, birdj nu, möt, nbr, move, T | # #g # & Adm leent den toonder # (into, tot), I admit A:#e: [ad-strïct'zhunJ, s, samenbinding, ver- sºn # the fact, ik erken het feit Admittable [ad-mſt’ta-bl], adj. duldbaar,toelaatbaar. Admittance [ad-mYt'-tance], s. toegang m., aan- toelating f.; erkenning : concessie f. [ad-mit'ter], s. toelater m. ad-mïx'J -ed [-mïxt] -ing, v.t. vermen- Tad-mïx'tshun], s. menging f. (gen. [ad-mïx'tyüre], s. mengsel n. [ad-mön'ish] -ed [-nisht] -ing, v.t. vermanen, waarschuwen. (gever, waarschuwer m. Admonisher [ad-mön’nish-er], s. vermaner, raad- Admonishment [ad-mön'nish-ment], Admonition [ād-mö-nïsh'un], s. vermaning, waarschuwing f.; -er, s. zedenpreeker m. Admonitive ſ ad-mön’I-tïf], adj. vermanend. (wijs. Admonitively ſad-mon’I-tïf-ly], adv. vermanender- Admonitor [ad-mön'ï-ter], s. vermaner m. Mdmonitory [ad-mön'-1-to-ry], adj. vermanend. dmortization [ad-mor-ti-za'shun], s. in de doode hand brenging n. Admove [ad-môôv'] -ed -ing, v.t. toevoeren, bij- elkander brengen. (peling f. tAdmurmuration [ad-mûr-mu-ra'shun], s. toemom- Adnascent [ad-näs’cendJ, adj. aanwassend. Admoun [âd'nöün], s. bijvoeglijk naamwoord n. Adnubilated [ad nü'bil-à-ted], adj. bewolkt, ver- duisterd. Ado [a-dô'J, s. getier m., moeite last f; much ado about nothing, veel geschreeuw en weinig wol. #p f. àdolescence, Adolescency IXd-U-lés'sence], s. Adolescent [âd-U-les' cent], adj. opwassend. \doors fa-doorz'J, adv. aan de deur. kdopt fa-döpt'J -ed ET:# vt. aannemen (bv. a. child), to adopt the opinions of an other, de gevoelens van een ander (aannemen) deelen. doptedly [a-dopt'-ed-ly], adv. bij aanneming. Adopter # S. aan Ine IIier rºn, Adoption [a-döp'shun], s. aanneming f. (zaak f. , A ; , Adoptive ## adj. aangenomen. Adorable Ia-dör'a-blJ, adj, aanbiddelijk. , , heid f. Adorableness Ia-dör''a-ble-ness], s. aanbiddelijk- Adorably Ta-dör-a-bly], adv. aanbiddelijk. Adoration Täd-U-ra'shun], s. aanbidding f. Adore Ia-dure'J -ed ing, v. t. aanbidden. Adorer ſa-dgreer), s. aanbidder m., aanbidster f. Adnringly [a-dor'ing-ly], adv. met aanbidding. dorn [a-dörn'] -ed T-dornd] -ing, v.t. versie- ren, verfraaien (vvith, met). tAdorn Ta-dorn'], s. versiersel f. tAdorn Ta-dörn'], adj. versierd. Adorned Ta-dorn'-edJ, adj. gedekt, versierd,verfraaid. Adorner Ia-dorm'er J, s. verfraaier, versierder m. Adorning [a-dorp, ing], s. versiersel n., decoratief. tAdornment [a-dorn'-mentJ, s. versiersel, sieraad n. Adovvn [a-doün’J, P# naar beneden, nederwaarts. Adown [a-doün’j, adv. op den grond, hier bene- neden, nederwaarts, langs. iAdread ſa-dréd"J, adv, bevreesd, in vreeze. Adrift Ta-drººft j, adv, drijvend vlot, (dingrijk. Adroit Ta-droït'J, adj. behendig, # vlug, vin- roitly [a-droit'ly], adv. # v # (f, ſa-droït'ness], s. behendigheid, knapheid y. Ia-drIJ, adj. dorstig. (leend, bijgevoegd. Adseitition a ſad-cï-tish us], . adj. vergezocht, ont- daeript Tad-script'J, s. lijfeigene m. and f. Adreitner, Adry Ta-d ſ Adoptive [a-döp'tſv], s... aangenomen persoon m., Adv stopping, hardlijvigheid f. Adulation [iſd''yu-la'shun], s, vleierij, kruiperij f. Adulator [#l. s. vleier, kruiper m. Adulatory Tiſd ſy: xd, adj. vleiend, kruipend. Adulatress [Ad''yü-là'tressJ, s. vleister, ik Adult [a-dult'J, s. volwassene m. Adult Ta-dült'], , adj. volwassen ; adult schools, scholen voor volwassenen (menschen, die in hun jeugd geen opvoeding hebben ontvangen', tAdulter [a-diilt'er]-ed-ing,v.i.overspel bedrijven. Adulterate [a-dü1ſte-rate] -ed -ing, - v.t, ver- valschen (as liquors); +- v.i. overspel bedrijven, Adulterate [a-diil'te-rate], adj. overspelig, bedor- ven, vervalscht. Adulterateness [a-dül'ter-ra''te-ness], s, toestand m., hoedanigheid van vervalsching f. Adulteration [a-diil''ter-ra'shun], s. vervalsching f. Adulterator [a-dü1'ter-ra''ter], s. vervalscher m. Adulterer [a-diſlºter-rer], s. overspeler m. Adulteress Ta-dü1/ter-ress], s. overspeelster f. Adulterine [a-dül'ter-rïnj, adj. in overspel ver wekt, onrecht, - s. onecht kind n. fAdulterize Ta-dul'ter-Ize] -ed -ing, v.i. overspel bedrijven, echtbreken. ver, Adulterous [a-dü1'ter-rus], adj. overspelig, onzui- A# [a-diil'te-ry], s, overspel m., echtbreuk, afgoderij I. Adultness [a-dult'nessJ, s, volwassenheid f. Adumbrant ſad-tim’-brant], adj. afschetsend. Aduambrate [ad-tim'-brate] -ed -ing, v.t, afscha- duwen, schetsen, (schets f. Adumbration ſâd-um-bra'shun], s. afschaduwing, +Adunation [ēd''yü-na'shun], s. vereeniging f. Aduncity [a-diſn'cI-ty], s. kromte f. Aduneous Ta-diin'cus], adj. krom. fAdumque [a-diink'J, adj. haakvormig. fAdure [a-dür'] -ed -ing, v.t. verbranden. Adust [a-diist'J, adj. verbrand, verdroogd, gezengd; heet, vurig, # Adusted [a-düst' edJ, adj. gedroogd, gezengd. fAdustible [a-düst''I-bl], adj. verbrandbaar. Adustion [a-düst'shun], s, branding, zenging f. Advance [ad-vâns'], s, vordering f, voortgang m., in prijs stijgen, ce, den prijs verhoogen; - v.i. voortgaan, vorde- ren, vooruitgaan, in rang stijgen ; to advance in life, ouder worden. ad-vâns-ed'gärdJ, s. voorhoede f. Advancement [ad-vâns'ment], s. # # - e 1e- -- ### voorschieter ind. ' voortgang m., voorschot n.., schenking onder venden van een ouder aan een kind. Ad van cive [ad-ván 'civ], adj. bevorderlijk, Advantage [ad-vân'-tädgT -ed -ing, v.t. deelen, bevorderen, nuttig zijn voor. -. ruipster f. voorschot n.; winst f.; to be on the advance, # Advance [ad-vâns"J -ed L-vänst] -ing, v.t. voor- , waarts brengen, verhaasten, bevorderen (bv. the " ripenning of fruits), voordragen, opperen (as an " argument, an opinion); to advance the pri- , bevoor- Advance-guard, Advanced-guard ſad-väns'gard, . Advantage fad-van'tadgj, Evoordeel, voorrecht n, to take advantage of, zich ten nutte maken; to turn to advantage , to have the advantage of (over) an other, iemand overtreffen ; vvhat advantage will that be to thee ? wat voordeel kan u dit aanbrengen, 4 * . * . . . . tune, tün, bull, fur, -th als in thin , en als in Thus, g als in go; dg, dj als in age, jar. : “ax 12 Adv A#" Lad-ván'tadg-grbünd], s, voor- deelige stelling iſ .. Advantageous nuttig. Advantageously Tàd-van-tâ'dge-us-ly], adv. voor- #Advectitious Täd-vec-tº'shus], adj. ingevoerd. #Advene [ad-veën'] -ed. ſ-veënd] -ing, bijkomen. Advenient [ad-vëën'ient], adj. bijkomend. Advent ſad'vent], s. komst f, advent m. ,,. ik ºp Adventitious [ád-ven-tïsh'uaj, adj. toevallig, # komend. bij geval. Adventitiously Tàd-vën-tïsh'us-ly], adv., toevallig, Adventive ſadºven'tiv], adj, toevallig, bijkomend, Adverative Tad-vën'tiv], s. bijkomende persoon me, bijhoorende zaak f. #g. Adventual Ead-vën'tyli-al], adj. van den advent. Adventure [ad-vën'-tytire], s. voorval, avontuur n.., kans f., lotgeval, toeval n.; to try a thing at all adventure, iets op luk of raak beproeven ; bill of -, bodemerij-brief. (durven, vermeten Adventure [ad-vën'tyure]-ed-ing,.v.t. & i-wagen, Adventureful [ad-vën'tyüre-fül], adj. avontuurlijk. Adventurer [ad-vën'tyü-rer], s. avonturier, geluk- zoeker, waaghals m. # Adventuresome [ad-vën'tyüre-sum], adj. stoutmoe- dig, vermetel, gewaagd, Advánturesomeness [ad-vën'-tyüre-sum-ness], s. stoutmoedigheid, roekeloosheid, vermetelheid f. Adventurous fadºvan'tyu rusj, adj, gewaagd, stout, vermetel, vol gevaar. Adventurously ſad-vën'tyu-rus-ly], adv. stout, ver- metel, op een gewaagde wijze. Adventurousness [ad-vën'tyu-rus-ness],..s, avon- dverb [ad'verb], s, bijwoord n.. (tuurlijkheid f. Adverbial [ad-vèrb'i-al], adj. bij woordelijk... Adverbially ſad-vèrb'I-al-lyJ, adv. als een bijwoord. +Adversable [ad-vèrs'abl], adj. tegenstrijdig. Adversaria [ad-ver-sa'-rI-a], s, aanteekenboek n. Adversarious Tad-ver-sa'-ri-oüs], adj. tegenstrevend. Adversary Tad'ver-sary], s. tegenstrever, vijand m. Adver-aafve [ad-vèr'sa-tYv], adj. tegenstrevend, Adversative [ad-vèr'sa-tYv], s. tegenstrijdigheid, wij- andelijke strekking van een verhaal, f. . .. Adverse [âd'-versj, adj. tegengesteld, strijdig met vijandig, ## rampspoedig. fAdiverse (âdºversl -ed -ing, v.t. zich verzetten. Adversely IKd'-ver-sely], adv. op een tegengestelde, vijandige, ongelukkige wijze. Adversity [ad-vèr-si-tyJ, s. tegenspoed, ramspoed m. Advert [ad-vèrt'] -ed -ing, v.i. letteren acht ge- ven (to, op); +- v.t. opmerken- Advertence, Adverteney Lad-vèrſtens -cy], s. opmerkzaamgeid, behoedzaamheid f. Advertent Tad-vèr tent], adj. oplettend, behoedzaam. Advertise Täd-ver-tize'I -ed-ing, v.t. kennis ge- ven ( of, van), aankondigen, inlichten. Advertissement [ad-vèr'tſz-ment], s. bericht m., aankondiging, waarschuwing, bekendmaking ſ. Advertiser ſâd-ver-tï'zer], s. aankondiger m. fAdvesperate [ad-vës’per-äte], -ed-ing, v.i. don- ker worden ; it advesperaten, het loopt naar den avond. Advice Tad-vice'J, s. bericht n., raad m., advies n..; to take - with, raad inwinnen bij, advices have just been receivet, er is zoo even bericht ont- -- Varigen, AE#beat [ad-vice’boatJ, s. adviesjacht n. fäd-van-ta-dge-us), adv. voordeelig, (deelig. aaraan ºa A º tAdvigilate [ad-vïg'il-late] -ed -ing, vt. waken, - #* * & ºr x Aer Advisable ſad-vIze'a-blJ, adj. raadzaam. - # Advisableness [ad-vIze'a-bl-ness],s. raadzaamheid f. Advise [ad-vIze'J -ed -ing, v.t. raden, raadge- ven, berichten; to... - and assist one, iemand met raad en daad bijstaan ; kennis geven (of, van); - v.i, overwegen, beraadslagen, to advise with, te rade gaan bij, raadplegen. Advised Lad-vi'zed], adj. geraden, wel beraden. Advisedly [ad-vº'zed-ly], adv.. welberaden, met op- zet, na rijp overleg j # Advisedness Lad-v1'zed-ness], s. rijpe overweging f. Advisement [ad-vize'ment], s. raad m., bedacht- zaamheid, omzichtigheid, raadpleging f. Adviser [ad-vIze'er], s. raadgever ; ophitser m. Advisory [ad-vIze'öry], adj. raadgevend, raadbehel- zend. (ging f. Advocncy [ad'vo-ca-cyJ, s. voorspraak, verdedi- Advocate Iâd'vo-cate], s. verdediger, voorspreker, advocaat, pleitbezorger m. Advocate Läd'vo-câte]. -ed -ing, v.t. voorstaan, verdedigen, bepleiten (a cause, eene zaak). Advocateship [äd'vo-cate-shYp], s. beroep n. van advocaat, advocaatschap n. Advocatess [Ad'vo-cat-essJ, s. pleitster f. Advocation Läd”-vo-ca'shun], s. verdediging f. fAdvolation [ēd-vo-la'shun], s. het aanvliegen n. +Advolution Iâd-vo-lü'shun], s. het aanrollen m. Advoutrer [ad-voü'trer], s. echtbreker m. Advoutress [ad-voü'tress], s. echtbreekster f. , , Advoutry ſad-vöü'try], s. echtbreuk f. Advowvee Täd-voù-ëe'], s. collator n. Advovvson [äd-voü'zon], s. collatie-recht n. Adynamic Iñd-y-näm'ic], adj. zwak, krachteloos. Adynamy fa-dyn'à-my], s. zwakheid door ziekte f. Adytum ſâ-dy'tum], s. geheim vertrek m.; plaats waar in de tempels het orakel werd uitgesproken f. Adzſe) Tadz], s. dissel m. iën Aedile Të'dile], s. bouwopzichter te Rome m. Aeneid [ë-ne’id J, s. de Aeneïs, het helden licht van Aeoliam [ē-U-li-an], adj. aeolisch. (Virgilius. Aeolian-harp ſë-0'li-an-harp], s. aeolusharp f. Aerial ſa-ë'rl-al], adj. dat van de lucht is, daartoe behoort of daarin geschiedt. Aerate [a'ë-ratJ, -ed -ing, v.t. luchten. Aeration [a-e-ra'shun], s. het luchten. Aerie [a'ry, é'ry], s. nest van een roofvogel n. Aeriform ſâ'-e-ri-form], adj. luchtvormig. Aerify ſa'ë-ri-fi] - ed -ing, v.t, lucht inblazen, met lucht vullen, met lucht vereenigen. Aerodynamics [a-ë-rö-dy-näm'ics], s. beweging der gassoorten f. Aerography (E-e-rög" gra-fy], s. luchtbeschrijving f. Aerolite TE'rë-ro-lite], 8. meteoorsteen m. 1 Aerology [a-ë-röl'lo-dgy], s. luchtkunde f. Aeromancy #neerd, s. waarzegging door de luchtverschijnselen f. w Aerometer Ia-e-röm'eter], s. luchtweger m. # Aerometry In-é-röm'me-try], s. luchtmeting f. # *#" ſa’ë-ro-nàut], s. luchtschipper, luchtrei- znger m. Aeronauties [a-ë-ro-nâut'ics], s. luchtvaartkunde f. Aerophyte [a'ë-ro-phiteJ, s. luchtplant f. Aerosco ſa”ë-r ## s, waarneming der Aerostat ſa'ë-rös-tätJ, s. luchtbal m. (lucht f. Aerostatic [a''ë-rös'ta-tic], adj. tot de luchtweeg- kunst behoorende; - s, s. pl. luchtweegkunst f. Aerostation ſa-e-rös-ta'shun], s. luchtvaart, stuur- kunst bij de luchtvaart, 5 luchtweegkunde r. leer van de # fate, ſat, far, fast, fall, what , mis mbt, prefèr ; fine, wil, ma-rine, bird, no, mbt, mor, môve ; i ** ""waan" ---- ---- -- -- tûne, ttin, büll, far, - th als in hun rºl als in thuis t e als in zo, de dj als in reist, - Aes AEstates LHE-ta/tes], s. zomersproeten f. AEthetie fes-th#iej, adj, tot de schoonheidsleer behoorend; - s, s. pl. de schoonheidsleer f. Afar ta-far'j. adv. ver, in de verte. fAfeard Ia-ſëard"J, adj. bevreesd, verschrikt, verplet. Afer [a'-fer J, s. zuidwestewind m. Affability, -bleness [af''fa-bï1/11-ty, âf'fa-bl-ness], s. minzaamheid, spraakzaamheid f. Affable # adj. minzaam, spraakzaam. Aſfably [kf'fa-b## adv. op minzame wijze. fAſfabrous ſâſ'fa-broüs], adj. kunstig gemaakt. Affabulation ſaf-fã-bu-li's hun],s.les van een fabel f. Aſfair [af-fair'], s. zaak, bezigheid f., tweegevecht, gevecht m., minnehandel m. + Affamish tar fam’ ish] -ed -ing, v.t. uithongeren. Aſfear [af-fear'] -ed -ing, v.t. verschrikken. Affect [af-féct’1-ed - ing, v.t., werken op, aandoen, bewegen, roeren, naäpen, veinzen, streven naar , cold affects the body, koude doet het lichaam - aan; he affected the supreme power, hij streef- de naar de oppermacht; to affect ignorance, on- wetendheid veinzen. Affectation [af''féc-ta'shun], s. gemaaktheid f. Affected [af-féct'edJ, adj. #n. geroerd, ge- zind, gemaakt, gedwongen geveinsd. Affectedly faffected-tyj, adv. met gemaaktheid. Affectednese ſaf-féct'ed-ness], s, gemaaktheid f. Affeeting [af-féct'ing], adj. aandoenlijk, roerend. Affection ## s. toegenegenheid, liefde, gevoeligheid, aandoening f.; ontsteking, ziekte f. Affectionate [af-féc'shun-ate], adj. liefhebbend, ijverig, toegenegen, welwillend. Affectionately [af-féc'shun-ate-ly], adv. met toege- negenheid. (rijkheid f. Affectiomateness ſaf-fée'shun aten al, s. liefde- Affeetiomed [af-féc'shund], adv. # gemaakt. +Affeetiously, [af-féc'tious-lyj, adv. op een aandoen- lijke, treffende wijs. Affeetive [af-féc'tIv], adj. zielroerend, aandoenlijk. Affectively ſaf-féc-tYv-ly], adv. zielroerend, treffend. fAffectuous [af-féct'-u-ous], adj. hartstochtelijk. #Affectuousity [af-féct'-tu-ous-si-ty], s. hartstoch- telijkheid f. Affeer [af-feër'J -ed -ing, v.t. straf verminderen Aff Amsmant tatarmantl. s die verklaart. krachtigend. e wijze, Affirmatively ſaf-firm'a-tiv-ly], adv. op een beves- Affirmer [af-firm'er], s. bevestiger m. Affix [af-fix'] -ed ſaf-frxt'] -ing, v.t. aanhech- ten, bijvoegen (to). Aſſix [af'-fix], s. bijgevoegd woorddeeltje n. Affixion fatºfix-shiºnj, s. achtervoeging f. Aſſixture [af-fïxt'urej, s. het achtergevoegden. Afſlation [af-fla'shun], s. aanblazing f. Aſſlatua [af-fla'tus], s. adem, rukwind m., ingeving, van goddelijke kennis, gave van voorspeiling ſ. Afniet ſaf-fiïct'] -ed'-ing, v.t. bedroeven, kwel- len, verdrukken, verzwakken. (slachtigheid f. fAfnietedness ſaf-flïct'ed-nëss], s. droefheid, meer- Afſlieter [af-flïc'terJ, s. kweller m. Afflictingiy ſaf-flIct'ing-ly], adv, kwellend. Aſſliction [af-fiſc'shun], s. droefheid, kwelling, we- derwaardigheid, ellende f.., nood m. Afflictive faf deſtivj, adj. bedroevend, grievend, Afnietively ſaf-fiſc'tiv-ly], adv. op grievende wijze. Afnu en ee . [äf'flu-ence], s. toevloed ; overvloed, rijkdom m. (dig. Aſſiuent [äf'flu-ent], adj. toevloeiend, rijk, overvloe- #"# [äfflu-ent-ly], adv. overvloedig. Aſſlux [ēf'flux], Afſluxion [af-flüc'shun], s. toe- vloeiing, samenvloeiing. Werk n. fAfforeement [af-force'ment], s. fort, verdedigings- ven, opleveren, leveren, bekostigen ; the earth afforde fruits, de aarde levert vruchten op, to aſ- ford shelter, schuilplaats verleenen; M ea aasaot afford it at that price, ik kan het voor dien # niet leveren; I can't afford to spend so high, ik kan zulke groote verteringen niet maken; he eara afford to buy a farm, hij is in staat (rijk ge- noeg) om eene pachthoeve te koopen. +Affordment [af-ford'ment], s. giſt f... geschenk n. Afforest ſaf-för'restJ-ed -ing,v.t.tot boseh maken. Afforestation [af-för-es-ta'zhun], s. het maken van land tot boschgrond n. Affranchise [af-frän'tchïz] -ed -ing, v.t. vrij ma- ken, bevrijden, (making f. of vermeerderen, al naar mate de wet het voor- Aſfranchisement ſaf-frän'chiz-mënt], s, het vrij- schrijft; + bevestigen. Affiance [af-fi'ance], s. verloving f. (verloven. Affiamee ſaf-fi'ance] -ed ſ-fi'anst] -## V.t. Affiameer [af-f1'an-cer], s. degene, die de huwe- lijksverbintenis maakt tusschen partijen m.. & f. Affidavit [Af-fi-dR'vit], s. beëedigde verklaring f. +Affile [a-file'J -ed -ing. v.t. polijsten. Affiliate [af-fY1''I'it] -ed -ing, v.t. als lid op- nemen in eene familie of genootschap ; wettigen (een kind). Affiliation [af-f/1''I-a'shun], s. opneming in eene familie of ootschap, wettiging van een kind. Aſfinage ſaf'fi-nadge], s. zuivering f. (huwelijk. Affinedi Läf-fin' edJ, adj. verwant, aanverwant door Affinity Iſaf-fïn'ï-ty], s. verwantschap, betrekking, gelijkenis f., verband n. (wwith, met 1. rm taf-firm'J -ed -ieag, v.t. bevestigen, be- krachtigen ; - v.i. verzekeren, (plechtig)verklaren. Affirmable [af-firm'a-bl], adj. dat men betestigen kan. (wijze. #Affirmably ſaf-firm'a-bly], adv. op bevestigbare Affirmaance, -naution [af-firm'ance.äf-fir-mà'shun], a. verklaring, bevestiging, bekrachtiging f. tAftrap ſaf-frap. J -ed -ing, v.t. treffen, slaan, fAffray ſaf-fray/] vaard, bevreesd maken, Aſfray ſaf-fray], s, klopparty f, oploop m. -ed -ing, v.t. verschrikken, ver- Aireight [af-fraht'J -ed -ing. v.t. bevrachten. Aſfreighter [af-fräth 'er], s. bevrachter m. huren van een schip om het te bevrachten n. fAffret [af-frët"J, s. aanval m. fA ſfriended [af-frïend'edJ, adj. vrienden gemaakt, Aſfright [af-fríhtf], s. schrik m., # Affright [af-fr1ht'J -ed -ing, v.t versc droom en bevangen onze ziel met schrik. Affrightedly [af-fright'ed-ly], adv. met schrik. Affrighter te: ## s. verschrikker m. Affrightfull [af-fright'fül], adj. vreeselijk, schrikkelijk, ontzettend. 'Affrightenment [af-fright' ment], s. zie Afright. fAffroaat [af-frün schimping, schande f. * * Affirmative ſaf-firm'a-tivJ, adj. ":#", be- i Afford [af-ford'J -ed -ing, v.t. verschaffen, ke- # Affreightment [af-fraht'ment], s. bevrachting f; het : f. . . rikken, " schrik aanjagen ; dreams affright our moula, -* 1 x , ^ +Afrietion [af-frſc'shunl, s. wrijving f. (verzoend, ver- Afrightfully ſaf-fright'ful-ly], adv. verschrikkelijk. » . * tſj, a. hoon m., beleediging, be- E- # Ameont tattriatº -ea After-account t Atter-afi ## IA * A A ; f zwee resgarare -ºrre -s-, # v.t., aanranden, be- leedigen, trotseeren; +aantreffen. Aſfronter ſaf-frtint'er], s... beleediger m. Aſfronative Iſaf-frünt'ivºj, adj. beleedigend. Affuse Iſaf-fuze"J -ed -ing, vt. begieten. Affusion Iaf-fü'zhunJ, s. begieting f. (wen. tAffy ſaf-fy'J -ied ſide] -ying, v.t. verloven, vertrou- Aſield [a-field’J, adv. op het veld, te velde. Afire Ia-fIre'J, adv. op vuur. Aflat [a-flat'J, adv. gelijk gronds. Afloat [a-float'J, adv. vlot ; drijvend, zwemmend ; bewegend, heen en weer trekkend; omvast. Afoot [a-füt'J, adv. te voet, op den been, aan den gang ; we ii walk afoot a while, wij zullen Gent eindweegs te voet gaan, the design is afoot, het plan wordt ten uitvoer gelegd. ( liever. Afore Ia-fore'J, adv. eer, voor, te voren, van voren, Aforegoing ### adj. voorgaande. Aforehand [a-före’händJ, adv. vroeger, vooraf, voor- bereid; to be aforehand in business, in zaken den loef afsteken, vóór zijn. (meld. Aforementioned Ia-fore” mën'shund], adj. voor- Aforemamed [a- 'nâmdJ, adj. voornoemd. Aforesaid Ia-fore” said"J, adj. voorn oemd. Afore thought - [a-fore'tought], adj. voorbedacht, vooraf beraamd, overlegd, malice aforethought, misdaad met voorbedachten rade. Afore time Ia-före'time], adv., eertijds. (vrij. Afoul Ia-foul'J, adv. en adj. verstrikt, omklemd, niet Afraid [a-fraid'], adv. bevreesd (bv. of death), ver- vaard; to be more afraid than laurt, schreeu- wen, voordat men geslagen wordt. Afresh # adv. op nieuw, wederom. Afront ſa-frünt'J, adv. tegenover. Aft [aft], adv. achter, fore and aft, voor en achter. After ſáf"ter], prep. and adv. naar, na achter, daar- na, later, nadat ; - opinion. maar mijne mee- ning; - this law, volgens deze wet, I shall co- me after him, ik zal na hem komen; one and after other, de een achter den ander, about the pace of three hours -, ongeveer drie uren la- ter, (daarna); after I am risen again, nadat ik weder zal zijn opgestaan. - âf’ter-ac-coünt'J, tweede rekening f. After-saet ſáf'ter-ãct], s. volgende acte, na-acte f. After-ages, Iaf'-tër-a'-dges], s, pl. volgende eeuwen f. v. toch, alles wel beschouwd. After-band [áf'ter-bänd], s. toekomstige bond m. fter-birth ſáf’ter-birth], s. nageboorte f. After-body [áf'ter-böd'dyj, s. achterschip, deel van het schip achter het grootspant. (mis f. fter-clap [áf"ter-cläp], s. onvoorziene gebeurte- ſter-conner ſáfter-cüm'er], s. opvolger m. ſmak. \fter-comfort [áf'ter-cüm'fort], s. toekomstig ge- kfter-eonduct [áf"ter-cön'duct], s. later gedrag f. fter-convietion ſáf'ter-con-viſc'shun], s, toekom- stige overtuiging f. (uitgaven. ter-eost [áf'ter-cöst], s. nakosten, buitengewone \fter-cource ſáf’ter-cours], s. toekomstige loop, ter-erop ſáf ter cröpl, s. nagewas n. (richting f. \fter-days Táf'ter-days], s. toekomstige tijd m. After-endeavor ſáfter-en-déav'or], s. latere po- ging f. (oog houden. After-eye Iaf'ter-ie] -ed -ing, v.t. (iemand) in 't After-game # s. naspel n. s. narekening, A Ama. " ... Aaa ºm haar kºffers gras n. After-grasa ſafter-gräss] -math [-máth], B. na- After-guard ſáfter-guardl, s. kampanjewacht m. Aga After-hatchway # s. achterluik n, After-hold Iafter-hold], s. victualieruim n - Afterings [áf'ter-ïngs], s. melk, molken wordt f. Afters-life #l, s. latere leeftijd m., volgend leven; het leven hier namaals n. Akſter-love [af"ter-ltivJ, s. tweede liefde f. After-magazine Láf’ter-mäg-a-zin'], s. kruidka- mer f: (tersteven, After-maost [áfter-möst], s. het dichtst bij den ach- After-moon ſáf’ter-nôônl, s. namiddag m. After-pains Dáf’ter-päinz], s. pl. naweeën n. pl. After-part [áf'ter-pärt], s. later deel; het deel n. van het schip naar den achtersteven. After-piece # s. mastuk m.; after piece of the rudder, klink van het roer f. After-reckoning [áf"ter-réck’kn-ing], s. narekening, tweede rekening; they are afraid of an after- reckoning, men is beducht voor een volgend on- heil ; men is bevreesd voor een onderzoek. After-repentance [áf’ter-re-pënt'ance], s. nabe- FOUW Ils A# [áf’ter-re-port’1, s. latere tijding f., nabericht m., latere mededeeling f. After-supper Láf'ter-stip'per], s. tijd na het avond- maal en vóór het naar bed gaan m. After-swarma [ſif'ter-zwàrm], s. mazwerm, zwerm bijen, die den korf na den eersten verlaat m, After-taste [áf"ter-tast], s. nasmaak m. After-thought ſáf’ter-thâwt], s. nagedachte f.., te laat overleg n. (achterschip. After-timbers ſáf'ter-tïm-bers], s. # in het After-dinnen, fatter-ti'mezj, , pi. toekomst f: After-ward, -vvards [áf ter-wûrdJ, -wtardzj, adv. naderhand, daarna. Afterwise [áf'ter-wise], adj. te laat, te laat bedacht. After-wit [áfter-wït], s. wijsheid, die te laat komt f, te laat inzien van iets, after-wit is every body's wit, den put dempen als het kalf ver- dronken is. After-vvitness [áf'ter-wſt'ness], s. latere, volgende getuige f. ( heid f, After-wrath # ter-wrâth], s. natoorn ma., haatdra- After-vwriter ſáf’ter-writ'er], s. volgend sehrijver m. Again [a-gain', a-gën'], adv. weder, opnieuw, nog eens; as much again, nog eens zoo veel; again . and again, dikwijls, herhaald; fºto and again, heen en weer ; (bij oude schrijvers wordt again soms voor against gebruikt). >- Against [a-gënst'J, prep. tegen, aan, bij; against reason, tegen de rede, ongerijmd , against lavv, in strijd met de wet; against the wind, tegen (den) wind; against the stream, tegen den stroom, against an other day, op een anderen dag; against the light-house, tegenover den vuurto- ren; against the time of meed, in tijd van nood; . it was much against the grain wit him, het was zeer tegen zijn zin. +Agalaxy ### iſ. , s. gebrek aan melk n. Agallochum [a-gal'lo-küm], s. aloëhout n. tAgamist ſâg'a-mïst], s. ongehuwde m. & f. Agape ſ#äpel, adv. met open mond- Agape Täg'-a-pë], s. liefde maaltijd m., agape f. •" Agaric ſâg'a-ric], s. lorken zwam f; agaric mi- neral, bergrkijt n. Agast, Aghast [h gást', âg-hást'], adj. verschrikt, verstomd, versteld, verbaasd, ontzet. .w tAgate [a-gate'], adv. op den weg, gaande. die het laatste ge- # Trte,Tſai, ras,Tſaat, Tau, what, me, met prefer, fine, win, marine bird; at Röt, nor, move, ' '( - # l Aga Agate Täg'atel, s... agaat n. ## # ## ag'a-tyJ, adj.agaatachtig. Agatired ## , adj. als agaat gebloemd, gea- # (as - wood). Agave [a-ga've], s. de Amerikaansche aloë f. fAgaze Da-gaze'J -ed -ing, v.t. verbazen. Age tº:## s. eeuw f., ouderdom, leeftijd m.; under H# age, in ### of age, meerderjarig, to come to age, mondig worden , golden age, gouden eeuw; iron age, ijzeren eeuw ; ages yet un- born, nog ongeboren geslachten, worm out with age, door ouderdom verzwakt; what age are you? hoe oud zijt gij ? Aged Ia'dged], adj. oud, bejaard, bedaagd. AEed fardgeij, E oude lieden m: a f. Agedly [a'dged-ly]. adv. als een bejaard mensch. Agency # s. agentschap n.., bemiddeling f. Agent Ta'dgentJ, adj. werkend. Agent faſdgentj, s. agent, zaakwaarnemer, bewer- er m., agent of a regiment, betaalmeester, van een regenent, navy agent, soort van ronselaar; the devil and all his agents, de duivel en al zijn karnuiten. tAgentship [a'dgent-sh ſp], s. zie Agency, fAggelation ſäg ge-la'shun], s. samenvriezing f. tAggeneration Dag-ge-ne-ra'shunJ, s. aan elkander groeiing, aangroeiing, samengroeiing f. (stapelen. tAggerate [äg’ger-ate] -ed -ing, v.t. ophoopen, Aggeration [âg-ger-a'shun], s. opeenhooping, op- eenstapeling f. pen tAggerose Täg-ger-ose'J, adj, opgehoopt, vol hoo- Agglomerate [ag-glöm 'me-rate] -eding, v.t. sa- menhoopen; - v.i. zich samenhoopen. (hooping f. Agglomeration [ag-glöm''me-ra'shun], s. samen- Agglutinant [ag-glü'ti-nântJ, s. elk klevend vocht in, elke bind- of lijmstof f. Agglutinant Tag-glü'ti-nânt], adj. kleverig. *# ag-glü'-tï-näte] -ed -ing, v.t, aan- tK ## # Uit d t. b ti ggrace. Dag-grace'J -ed -ing, v.t. begunstigen. t## Iag-grace'J, s. vriendelijkheid, gunst, be- Ing I. Aggrandizable [àg-gran-dize'abl], adj. vergrootbaar. Aggrandization s. zie Agrandizement. Aggrandiºze [äg'gran-dize] -ed -ing, v.t. vergroo- ten ; verhoogen, verheffen, grooter maken. (ting f. tAggrandizement [äg-gran-dïze'ment], s. vergroo- fAggrandizer ſäg-gran-d1'zer], s. vergrooter m. tAggrate [ag-grate'j -ed -ing, v.t. behagen. tAggravable Täg 'gra-va-ble], adj. verergerend. Aggravate Iäg 'gra-vate] -ed -ing, v.t. verzwaren, verergeren, verbitteren ; aggravate a guilt, een d verzwaren, overdrijven. Aggravation [âg'' gra-va'shun], s. verzwaring, ver- grooting, verergering, overdrijving f. Aggregate # s, verzameling f. Aggregate, ſäg 'gre-gate] -ed -ing, v.t. samen- voegen, bijeenbrengen, verzamelen. Aggregate ſäg'gre-gate], adj. bijeen verzameld, ag- gregate flowers, gevuld bloemenmandje. Aggregately ſäg'gre-gate-ly], adv. gezamenlijk, ta- ken aggregately, gezamenlijk genomen. Aggregation [ag''gre-gä'shunj, s, verzameling, aan- neming f. (collectief. Aggregative IËg'gre-ga-tiv], adj. te zamen genomen, Aggregator #### s, verzamelaar m. *#- [ag-grëss J -ed I-grëst'J -ing, v.i. aan- vallen, the English and French aggressed, de Engelschen en Franschen deden den eersten aanval. Aggression [ag-grësh'un], s, aanval m. Aggressive tag-grës'siv], adj. aanvallend. Aggressor, [ag-grës'sor], s. aanvaller, aanrander m., the Russians were the aggressors, de Russen waren de aanvallers, Aggriwanee [ag-grie/vance], s. bezwaar, verdriet n, Aggrieve [ag-grïeve’1 -ed -ing, v.t. bedroeven, kwellen, benadeelen ; f- v.i. klºzen, zuchten. *# roup [ag-group'J -ed [-grôupt'] -ing, v.t. # plaatsen, groepeeren. Aghast [a-ghäst' v. door schrik bevangen, Agile [âdg'il], adj. gauw, handig, vlug, gezwind. Agilely ſa-dgºly , adv. vlug, behendig, gezwind. Agileness [a-dgY1'ë-ness1, s. vlugheid, bedrijvig- eid, gauwheid, gezwindheid, levendigheid f. Agility [a-dgY1'li-tyl, s. vlugheid f. t AgiIlochum [a-dgï1/o-chum], s. aloëhout n. Agio [a'dgI-ol, s. ## , agio n- , .. Agiotage [a'dgl-o-tadg], s. het opdrijven en onder- drukken van den koers der effecten. Agist [a-dg(st'] -ed -ing, v.t. het vee van iemand in zijn weide laten grazen. Agistment [a-dgſst'ment], s. het opnemen en laten weiden van vee van een ander in de koninklijke bos- schen of op eigen landen, de huur, die men voor dat weiden betaalt f., weidegeld n. Agiator, , Agistator [a dgist'or, a-dgis-ta'tor], s. een boschbeambte van den koning, die met het toe- zicht over het vee, dat in de bosschen weidt, is be- last, en de huur daarvan moet ontvangen m. Asgitable [ēdg'I-ta-bl], adj. beweegbaar. > Agitate [ädg'i'tate] -ed -ing, v.t, bewegen, schud- en, verontrusten, behandelen (bv. a controver- sy. eene strijdvraag); , the wind sagitates the sea, de wind slingert, de zee, an agitated coun- tenance, een ontsteld gelaat. Agitation Cädg''I-ä'shun], s. # beroering, ehandeling, overweging, rustelooshe d, opgewon- denheid f: he is in a continual agitation, hij 4 in een voortdurende beweging; hij is nooit in rust, that business is in agitation, de zaak is in behandeling, wordt overwogen, onderzocht. Agitative #####Vl, adj. verontrustend. Agitator Tädg Aglet [äg'let, a 'glet], s. nestel m. (ker m. Aglet-baby [âg'Iet-bä'byJ, s. beeldje op de punt. ' van kantwerk, voorwerp om kleederen vast te . * hechten n. tAgminal [äg'-mi-nal], adj. tot een krijgsbende be- & * * (hoorende. Agmail [ãg'-mail], s. nijnagel m. Agnate # adj. verwant van vaderszijde. Agmate Täg'nate], s. bloedverwaat van vaderszijde ' ik (lijke linie. . -nát'ic], adj, afstammend in de manne- Agnation [ag-na'shunJ, s. afstamming f. in de man- Iſl. # Agnatie I nelijke linie. fAgnition [ag-nïsh'..n J. s. erkenning f. #Agnize (ag-nize'J -eil -ing, v.t, erkennen. Agnomen [ag-no'men], s. bijnaam m. t4Agnominate Tag-möm'i-mate] -ed noemen, bijnaam geven. Agnomination fag nöm-i-na'shun]. 8. bijnaam mº, ºf Agnus Dei [äg'nus-dë-ïJ, s. lam Gods, een ſwas- 4 % sen) beeldje in dien vorm ; ook een smeekgebed K; mis, dat met deze woorden aan- t ſten, Ago [a-go"J, adv. geleden ; a year -, een jaar ge- tune, ttin, bull, far ; - th als in thin, TE als in Thus, g als in go; dg, dj als in age, jar, onder de vangt, Agnus-Dei n. ,8 'I-tä'ter], s. stokebrand, oproerma- v, %. #s, ? - * * w T -: ## 45 " -3- -ing, vt. be a 4 van f... - #* *«. & #” # x | » - Y 2 %. # gue of the face, het opzwellen van het *# r- #, adv. verlangend ; all agog, onge- *## "E--- --- --- , # # # 4 Agricolation ſa-grie-o-la'shun], s. landbouw m. # x 3- º: * < ik & - * . -- s Agoing fa-gö'ing], adv. aan den gang, to set a mill : zº ## molen in beweging brengen ; I am ### heen. . . . . . . .- A ### ,,s. het dingen naar een prijs n. 'Agone ſa gön'J, adv. geleden, . >- , ºr Agonism Iäg'o-nism],s. muededinging naar een prijs f. gonist, Agonisten ſäg'o-nist, âg''o-nïs'tëz], s. strijder m., iemand die wedijvert m. Agonistie, Agonistical Lüg-o-nïs'tic,a _ adj. mededingend, mede worstelend. *## ], adv. mededingen- A # # #n # sy Agonnzei -o-nizeJ - - ºng, 8 - - - * # #ben: wa:# folteren, kwellen. g Agonizingly Tag-o-nIz'ing-ly], adv. t# 'ag'-o-no-thetej, s... beambte, die pre- sideerde bij de spelen in Griekenland m. *# t## s. angst m., foltering f., dood- in mei to be in agony, zieltogen. #Agood fa-güd'J, adv. in ernst. Agrace # -ed -ing, v.t. zie Aggrace. tA grammatist Ia-gräm'ma-tſst], s. onkundig, on- geletterd mensch m, » Agrarian Ia-gra'-rl-an], adj. tot het veld behoo- - rend; agrarian Havvas, akkerwetten. (wetten m. Agrarian ſa-gra'ri-anj, s. voorstander van de akker- Agree # -ed -ing, v.i, overeenstemmen, overeenkomen, toestemmen (to, tot); v.t, aannemen bv. the fact); t vereffenen, verzoenen; this meat does not agree with me, die spijs kan ik niet verdragen; fasting doen mot agree with my eonstitution, mijn gestel kan niet tegen vasten, ik kan niet tegen vasten, to make things agree with one another, zaken met elkander overeen- brengen; fools can never agree, gekken kun- EMEA thing, over iets eens worden; to agree for, eens worden over. *-. Agreeable Ia-grëe'a-blJ, adj. overeenkomst: # e (##ok K., Agreeableness ſa-grëe'a-bl-ness], s. aangenaam- kgr #. E:# adv. volgens, aangenaam. reeingly ſa-grëe'ing-ly], adv. overeenkomstig. greement Ia-grëe'ment], s. overeenstemming, een- stemmigheid fº, verdrag, vergelijk n. ie ſa-grës'tic], -al, # boersch, landelijk. : , go-aïs'ti-cal], v.i. met den dood verkeeren ; - v.t. (wonen angst. met buitenge- & ſ k g Agricultor ſàg'ri-cult-or], s. landbouwer, boer, landman m... . undig. Agrieultural ###rall, adj. landbouw- Agriculture ſâg” ri-ctil'tytire], s, landbouw m. 5A erieulturism ſâg-ri-cül'tyü-rizm], s. landbouw- kunde f. » - ### 'ri-ctſlºtyü-rist], s. landbouwer m. rI-mö-ny J, s, leverkr Agrimony [i. II, tAgrise Ia-griseſ -ed -ing, v.i. huiveren, trillen, - v.t. verschrikken, verschrikt maken. x. Agruundeſa-ground'J, adv. aan den grond, gestrand. *# #, s- koorts f.; an ague in the spring, 3 #t « for a king, een koortsje in 't voorjaar # ºrt 't bloed, is gezond, ague powder, koorts- er; aan ague fit, een verheffing van koorts; ngezicht, vergezeld van ontsteking. ue enke, Isºzueen'kel, is #roetin g: f. Agued der nooit verstaan; to agree about any |A Air [a’gtied], adj. kil, huiverig, met de koorts ehept, koortsig. guefit ſa'gu-fſt.” J, s, aanval van koorts m. Ague-proof #or" J, adj. tegen koorts bestand. fAguerry [a-guër'ry] -ed -ing, v.t. harden tegen de vermoeienissen van den krijg, onderwijs in de krijgskunde geren. r Ague-spell ſa'güe-spëll], s. talisman tegen koorts m. Ague-tree [a’gü-trëe''J, s. sassafrasboom m. tAguise. Ia-guïce'J -ed -ing, v.t. kleeden, versie- +Aguise fa-guIce”I, s. *# f, (ren. Aguish [a’gü-ïsh], adj. koortsig, vurig. Aguishaese ſa’gii-ſsh-ness], s. koortsigheid f. Ah [ähJ, interj. ach ! A-ha, A-ha Iä-hä], interj. hoera ! Ahead Ea-hëd'], adv, verderop, voorwaarts, vooraan, haastig, hals over kop. +Ah eight #1; adv. omhoog. fAhigh fa-high'J, adv. in de hoogte. tAhold [a-hold"J, adv. bij den wind. "- Ahoy La-höI'J, interj. hola ! heiho! (bij zeelieden in gebruik om aan te roepen). Ahull [a-hüll'J, adv. voor top en takel. - Ai tº: s. luiaard, ai m. Aid [a d] -ed -ing, v.t, helpen, bijstaan ; onder- stand, ondersteuning verleenen. Aid ſaid1,5 bid ance, s. hulp f., bijstand m., royal aids, schattingen, belastingen. Zats DIA. +Aidant ſaid'ant], adj. helpend, bijstaand, behulp- Aider Iait (# s. helper # ondersteuner m. Aidless ſaid'less], adj. # oos , weerloos, verla- ten, ontbloot van verdedigingswerken. fAid-major [iid'ma-jor], s. bataljons-adjudant m. # ſai'glett], s, arend (wapenkunde) m. fAfgre [ai'gre], adj. zuur. Aigret, Aigrette ſäi'gret, ai-grëtt'J, s. kleine witte reiger m.; bos m., kuif f.; pluim van vederen f. Aiguiet Tai'gu-lét], s... veter, nestel m. iſ ſailJ -ment IRil'ment], f. onpasselijkheid f.., onge Il. Ain [ailJ -ed ſaildJ -ing, v.t., & 1. deren, schor- ten, pijn gevoelen; vvhat ails the man ? wat deert, wat scheelt dien man ? Ailing ſail'ing], adj. ziekelijk. Aimm faij, s.. oogmerk, doelwit n-, punt, waaro men mikt, mikknopje m., I missed my aim, i miste mij ; to be the aim of, het mikpunt zijn van; take one's aim vvell, wel mikken ; you have no other aim, gij hebt geen ander oogmerk,; to reach his aim, zijn doel bereiken, your aim was at me, gij hadt het op mij ge- munt ;.. he is quite out of his aim, hij is geheel van zijn stuk af; to aim at the shipsmasts, pointeeren om masten en tuig te beschadigen, te ontredderen, to aim between wind and water grondschoten doen. - Aim faim] -ed ſaimdj -ing, v.i. mikken, doelen, - vt. richten ; what do you aim at? wat hebt gij op het oog ? wat voert gij in het schild; he aimed at my destruction, hij had het op mijn ondergang gemunt ; to aim a musket, een ge- weer aanleggen ; to aim an arow, een pijl af- Aimmer [a'merJ, s. mikker m. (schieten (at, op). ## [äm'less], adj. doelloos. Air ſairl, s. lucht f, windje n., houding f, aan zien, gezang, lied n., melodie f; airs, trotschheit hooghartigheid, give one's self airs, trotschheit hooghartigheid toonen , take the air, een lucht! # "in , ºfást, tall,5 what, me met, prefer, fine, will, marine, bird, mo, nöt, mor, move t Air scheppen, zich verluchten, take air, ruchtbaar, openbaar, bekend worden; it in taken air that, het gerucht loopt dat ; she told it with an air of assurance, zij verhaalde het met een stoute houding, he has had air and exercise, hij is gegeeseld voor kleinen diefstal. Air [air] - ed -ing, v.t. luchten, to air a rooman, een vertrek luchten. # Z- Air-balloon [air'-bâl-lôôn], s. luchtbol m. Air-bed [air' bëd], s. luchtbed n. Air-bladder ſair' blâd” der], s. zwemblaas f. Air-born [air' born], adj. uit lucht geboren. Air-borne ſair'borne], adj. in, door lucht geboren. Air-braving [air'bräv-ing], adj. de winden trot- seerende. Air-built [air'bſlt], adj. in de lucht gebouwd. Air-cells ſair'cëlls], s. luchtcellen f. #l. Air-drawm fair'drâwn], adj. ingebeeld. Airer ſäir'er], s. luchter m., droogrek n. Air-funnel [air'fün”nelJ, s. lucht, ruimte f.., tus- schen twee inhouten van een schip. Air-gun Lair'gün], s. windroer n. (waarder m. Air-holder [air’hold-er], s. luchthouder, luchtbe- Air-hole [air’hole], s. luchtgat n. Airily [air"I-ly], adv. luchtig. (levendigheid. f. Airiness ſair'ï-ness], s. luchtigheid, vroolijkheid, Airing, [air'ing],.. s. beweging in de vrije lucht f.; to take an airing, een luchtje scheppen, luchten. Air-jacket ſair'jäck-etJ, s. zwemkleed m; Airless ſair/less], adj, zonder lucht, dicht. Airling ſair"ling], s. wildzang m. Air-pipe ſhiºpipel, s, luchtbuis (op schepen} f. Air-plant fair plântJ, s, luchtplant f. Air-poine fair"poiz], s. luchtweger m. Air-pump ſairſpümp], s. luchtpomp m. [vogels): Air-sacks ſair'säcksj, s.pl. luchtzakken m. E i bij Air-slacked [air'släkt], adj. door de lucht gebluscht. Air-shaft [air'shäft], s. luchtgang, -koker na Air-stirring [air'stir-ring], adj. in beweging gen van de lucht. Air-thread [air'-thrëdJ, s. herfstdraad m. Air-threatening ſair'thrëat''en-ing], adj. hoog, ver- heven, trotsch. Air-tight [airºtſht], adj. luchtdicht. ir-trap Iair'trãp], s, luchtklep m. (in riolen). ir-vessel ſair'vés-selj, s. luchtvat n. ſ van planten). ſair'yj, s, arendsnest, valkennest n. (jagers- adj. luchtig, vroolijk. ſterin) fairtyrightjº adj. licht als lucht. vleugel van een gebouw m. , adj. gevleugeld [wapenkunde]. “# adj. van vleugels voorzien. eilandje ge A A A A bren- n. (in een rivier of meer). Ajar [a-djär'J, adv. op een reet, half open. Aiutage Täjºu-tadg], s. spuit van een fontein f. Aice, Aehe ſäkel, s. pijn, smart f; head ake, hoofd- pijn , tooth ake, tandpijn , belly ake, buikpijn. ke, Ache ſäke] -ed -ing, v.i. pijnlijk zijn, zeer doen; my head aken, ik #E hoofdpijn, to have ## aking tooth at one, iemand gaarne te lijf willen, iets tegen iemand hebben. Akin fa-kin'], adv. verwant. Alabaster Täſ'a-bás-terj, s, albast n. Alabaster ſäi'a-bás-terj, adj van albast, albasten. Alabastrum ſâl'a-bás-trumj, s. albasten vaas bij Alack Talack'j, interj. helaas ! [de ouden) f. Alack-a-day ſa-lack'a-day], interj, verdord, helaas! Alaerious fa-fäc'ri-otisj, adj, vroolijk, blijmoedig. A j tune, tiin. büll, fur, -th als in thin; ra als in rhus, g als in ges, dg, PICARD 6de DRUK. | +Aiate [a-late'], adv. onlangs. Alc +Alaeriously fa-läe'ri-oilsel - aat. vroolijk, blij. #eels t ºyl. "E#. ſnoeſtig. * - - -- akkerheid f. +Alaeriousness fa-läc'ri-otis-ness], s, levendigheid, Alaerity [a-läc'ri-ty], s. wakkerheid, vroolijkheid f. Alarmode ſh-la-model, adv. naar de mode. .. A1 • nao de ſk-la-mode'J, s, soort van dunne zijde, f. Alamort. Dá-la-mort'], adj, bedrukt, somber, treurig. Alan Iſil'an], s. windhond m. s % Aland ſa-länd' - # - - Alar ſâ'larg, adj. vleugels hebbende, gevleugeld. Alaram talarmij, s. alarm, ontsteltenis f, schrik, wekker m. (uurwerk'; to asound -, alarm blazen, to give -, het alarmsein geven , to spread -, onrust verspreiden ; - of ſire, brandgeroep. > Alarm [a-lärm'J -ed -ing, v.t. in de weer bren- gen, te wapen roepen, ontroeren; alarmmed by the rumors of military preparation, ontsteld door het gedruisch der krijgstoerustingen. » Alarm-hell [a-lärm'-bºlJ, s, alarmklok f. {ker f. # Alarm-clock [a-lärun' clöck], s. klok met een wek- / Aſarming [a-lärm'ing], adj, verontrustend. . . . . . Alarmningly ## onrustwekkend, Alarmist fa-lärm"istJ, s. een die schrikmaren ver- breidt m. & f, schrikverspreider m., spreidster f. Alarzan-post ſalarm'postj, s. loopplaats ºf Alarm-watch fa-1ärm'wâtch J, s, horl Alarm ºm Ia-la'rum], s. zie Afarma. Alary ## Alas Lä-lás"J, adj. aan land, %. oge met wek- (ker m. , adj. vleugelachtig. - nterj. helaas. f «." Alate Ia-lâte], adj. gevleugeld. AIJ» [âlb], s. ## # albf. - Albatross ſal'ba-tröss], s. stormvogel m. Albeit [âl-bë'itJ, adv. alhoewel, &T Albeneemt [al-bés' cent], adj. wit, witachtig wor tien (fe. *-* :- (gloeiing 1 tAlbification [âl-bi-fi-ca'shunJ,,s. witmaking, wit Albino [âlebi'-no], s. albinos, blanke neger m. " ## s. Albion n. (oude naam vaks Engeland); albion metaal, vertind lood n Alisora [âl'bo-ra] melaatschheid f. *# [äl-bü-dgïn'e-us}, adj. eiwitachtig zal bea &. , s . * : Ai S * * # #- , s. soort van jeuk m., schurft H h gineous humor, het waterachtig vocht van et oog. 1 “. - ' 2 - ARfs u go [ii]-bü'go], s. parel op het oog. f. . . . , *# #n band, s. album m., gedenkboek'n., vrien- . “ ####'D # Album en [âl-bü'men], s. eiwit in. (eiwit. " Albuminouz ſäl-bü'mi-nus], adj. van der aard var" , Aliburnum [al-bûr' num], s. spint van hout n. Alcade, AIeaid fal-caïd'1, 5. gouverneur (in Spanje en Portugal), overheidspersoon (in Portugalj, ge- vangenbewaarder (in Spanje) m. - r& . - |AIealde fal-cã1'de], s, overheidspersoon of rechter - Alcedo ſal-ce'doJ, s... ijsvogel m. (in Spanje. ' Alchemical Iäl-kenn'mi-calJ, adv. alchimistisch. ' . Alchemieally ſâl-kem'mf-cal-ly], adv. op een al- chimistische wijze. " - - - - - - t], s. goudmaker, alchinist m. . . * l Alehemist ſâlſke-mis 3. - 8 1elnemy [äl'kermyl, s. gewaande kunst om goud te maken, alchimie f. #. "- '- Aleo [â1'cöJ, s. Mexicaans Alcohol s. wijngeest m, '- -- - Alcoholic [äl-cd-höl'ic], adj, van den aard van wijngeest. - 4 - ; Ex: #-ſyan al Alcoholization ſalen hâlºi Atenhotize [kl/cd-höl-ize] :-ed che hond m. 3. } . A # # Argebraiat A A1c cohol overhalen, sterk maken (van geestrijke voch- ten), 8 III, Alcoholmeter ſâl''co-höl'me-ter], s. alcoholmeter Aleoran #, s. alkoran m. Alcove [al'cd-ve of âl-cove'J, s. alkoof f. AEeyon ſâl'cy-on], s, soort van ijsvogel m. (bosch. Alder [A1'der], s. elzeboom m., alder bed, elzen- fAlder ſâl'derij, adj. al; al derfirst, allereerst, alder- hest, allerbest ; alderliefest, allerliefst ; meest- beminde. (wethouder m. +Alderman [Al’der-man], pl. men, s. raadsheer Aldern ſâl'dernJ, adj. van elzenhout, elzen. Alder-tree [àl' der-trëë], s. elzeboom, els m. AIdgate [âld'gateJ, s. zwendelwissel m. A1e ſâle], s. bier n., eel m. & n. Ale-bench ſale' benchj, s, bank voor een eelhuis f. Aleberry ſale'bër-ry], s. drank, van bier met spe- cerijen, suiker en geweekt brood gekookt m. Ale-brevver ſale'brew-er], s. eelbrouwer n. Alecomner Dale'cön''ner], s. keurmeester van de vochtmaten m. Alecost ſale'cöst], s. vrouwement f. Ale-draper Tale'dra-per], s. bierhuishouder m. Alee [a- # adv. aan lij. Ale-fed ſale"fëdJ, adj. met eel gevoed. Alegar ſalºle-gar], s. bierazijn im. tA1eger ſâl'e-dger], adj. vroolijk, levendig. +AIegge ſa-lëdg'J -ed -ing, v.t. verlichten, ver- Alshoof [ale' hoof], s. aardveil n. (zachten. AR: house [ële'hôüs], s. bierhuis n. (houder m. Ale-hn: keepe: Dale’hôtis-këëp-er], s. bierkroeg- Ale-knight ſale' niht], s. drinkebroer m. . AIemhic [a-lém'bic], s. distilleerkolf f. Alenght , Ia-lënght], adv. in de lengte. Alert [a-lèrt'J, adj. wakker, vlug; upon the alert, op wacht, op de hoede. Alertness fa-lèrt'-mess],,s. wakkerheid, vlugheid f. Ale-shot [ale'shot], s. bierrekening f. A1e-eiiver ſale'sIl-ver], s. belasting voor de verkoo- ers van bier in Londen f. (bierhuis. Aſhe-stake # s. uithangbord n.. voor een Ale-taster ſale'tast-er], s. keurmeester m. van bier Ale-wat Tale'vãt], s. eëf (en brood. +Alevv ſa-lew], s. # Ils Alewashed ſale’wâshedJ, adj. in eel gedoopt. Alewife ſale'wife], s. bierkroeghoudster f.; Ameri- kaansche visch, soort haring m. WerS Ins Alexandrine Läll”-leg-zân'drïn], s. alexandrijnsch Wat n. Alexipharmie ſäll''lex-i-fär'mic], s. tegengift n..; alexipharmic -al, adj, giftwerend. Alga, pl. A### [âl'ga, âl'dgë], s. zeewier n. tAlgaten # # adv. op elke voorwaarde. Algebra, ſâl'dge-bra], s. stelkunst, algebra f..... Algebraïe ſâl''dge-brâ'ic], Algebraical Iäll''dge- bra'ic-al], adj. stelkunstig. Algebraïeally, ſâll”dge-bra'ic-al-ly],adv.stelkunstig. Iâll''dge-bra'ist], s... algebraïst, stelkun- + Aigid ſâl'dgſd], adj. kil, koud. (stenaar m. +Angidity ſal-dgſd'í-tyJ,,s: kilheid, koude f. Atgific Tal-dgff'-ic], adj... koudmakend. + Algor ſâI'gorij, s. hevige koude f. Alganse Tal-gose'J, adj. buitengewoon koud. Algouw.ſal'gous],,ad) tot zeewier behoorende, daar- op gelijkende, vol van zeewier. - a:# âl'go-rfthm], s. leer der getallen f. Alguazil ſalºgua;zil], s konstabel, m. Sn Aliaa Ia'II-as], adv. anders genoemd. Alihi ſâlti-bij, s. elders n.., afwezigheid f.., alibi *» %. All n:; to prove one's alibi, zijn alibi bewijzen. +Alible #ij, adj. voedzaam. wijzer m. Alidade ſâl'i-dadel, s. wijzer m., naald f., graad- Alien [g'-lyenJ, s... vreemdeling, buitenlander ºm. Alien [a-lyen], adj. vreemd. heid f. Aliensabilit ſale yenºa-biºſ-tyl: s. vervreemdbaar- Alienable ſale'yen-a-blJ, adj. vervreemdbaar. Aliemage, s, (ale'yen-adge], s. vreemdelingschap. Alienate [âle'yen-näte] -ed -ing, v. a. vervreem- den (ook fig. from, van); verkoopen, overdragen (as a property); misbruiken; to alienate the minds, de gemoederen van elkander verwijderen Alienate [#le'yen-äte], adj. vervreemd; verwijderd, tAlienate [ale-yen-ate], s. vreemdeling m. (vreemd Alienation [äle"yen-g-shun], s. vervreemding f. Alienator [ale''yen-R'tor], s. overdrager m. Aliene [al-yën'] - ed -ing, v.t. overdragen, ver- koopen, vervreemden ; fig. z. Alienate. Alienee Läl-yen-ëë'J, s. degeen, aan wien iets is overgedragen m. en f. Alien's dut ## s. belasting f., die betaald wordt van visch. welke niet door Engelsche schepen is gevangen. Alife [a-life'], adv. bij mijn leven. #" a lifer-oüs], adj. gevleugeld, gevlerkt. liform [âl'i-form], adj, vleugelvormig. Aligerous ſa-lïdg'er-oüs], adj. gevleugeld. Alight ſa-liht/l, adj. aangestoken, opgestoken, Alight [a-liht'] -ed -ing, v.n, afstijgen (bv. from a horse), neerstrijken, neerkomen (on, op). #### ſa-lign'] -ed -ing, v.t. & i. linie vormen. Alike [a-like'J, adv. gelijk. eid. Alike-minded # adj. eenstemmig- Aliment Iâl'1-ment], s. voedsel n. Alimental ſâl''I-m ## adj. voedzaam. Aiinentally fal-i-mën'tailyj, adv, voedend. (heid f. Alimentariness Läl''I-mën'ta-ri-ness], s. voedzaam- Alimentary ſall, in tºta: J, adj. voedend. Alimentation ſâl''í-mën-ta'-shun], s. onderhoud n., voeding f. ſhoudend. Alimonious Iäl-i-mö'ni-oüs], adj. voedend, onder- Aliped Lâl’i-pëdJ, adj. snelvoetig, vlug ter been ; met pooten als een vledermuis. Aliquant, ſál'i-quänt], adj. onevenredig (van een ge- tal, dat bij verdeeling altijd iets overlaat), niet opgaande, ongelijk. . Aliquot [äl'i-quöt], adj. evenredig (van een getal, dat bij verdeeling niets overlaat], opgaande, gelijk, Alish [al'ish], adj. eelachtig. >- fAliture [âl'i-tü-re], s. voedsel n. - Alive , Ia-live'J, adj. levend, vroolijk, dartel, opge- ruimd , no man alive, geen mensch ter wereld; he yields to no man alive, hij doet voor nie-, mand, onder ; the matter is alive, de zaak is aan den gang; to keep alive, aan den gang, gaande houden. 3. "- Alive [a-live'J, adv. in leven, levendig. w Alkali, pl. Alle alies Läl'ka-lij, s. loogzout n. Alkalimeter. Läl-ka-lſm'e-ter], s. loogweger f. #, AIkaline ſâl'ka-line] [1ïn], adj. loogzoutachtig. # Alkanet [âlſka-nët], s. spaansche ossetong, plant" die een roode verfstof oplevert f. zeef. * AIkekengi ſâl-ke-kën'dgij, s. jodenkers, kriek over # Alkermes , Ial-kèr'mëz], s, stroop van scharlaken." beziën, suiker, kaneel, enz. f. # All , [âll], adj. geheel, gansch , not at all, in het geheel niet, alſ one, even eens; all of us, you: * wij, gij allen, he has no ambition at all, hij # fate, txt, far, fast, fall, what, me mét, prefer; fine, wnl, marine, bird; nu, nöt. nor, move, vº-e--- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - All º is volstrekt niet eerzuchtig, fall and some, allen te zaam genomen ; all hands high, all hands hoy, alle hens aan dek ; all in the wind, den wind tegen hebben , all laaff, loef wat ge kunt ; al1 trim sharps, alles bij den wind zetten ; all rowed off, geroeid, waarschuwing om niet meer te roeien , his all is at stake, al wat hij heeft, hangt daarvan af; the latter end of all, 't eln- de ; all the world, de geheele wereld; he is aandone to all intents and purposes, hij is in alle opzichten bedorven; for good and ali, eens en vooral , for all we know, voor zoover wij weten ; I wou'd not do it for all the world, ik zou 't om den dood niet doen ; 't is just for all the world, as if she. . . ., 't is eveneens alsof zij. . . . ; when I was busiest of all, toen ik 't het drukst had ; 't is not all a - ease, 't is 't zelfde niet ; to be all in all with one, iemands vertrouweling zijn ; go upon all four, og handen en voeten gaan; 't is all one to me, 't is mij overschillig, 't is mij om 't even; to read a book all over, een boek geheel door- lezen; you understand not one word at a II, gij verstaat geen enkel woord ; by all means, vooral ; all of a sudden, eensklaps, oogenblikke- lijk; he is ashamed of nothing at all. hij is nergens beschaamd over ; nowhere at all, ner- gens ; there is no doubt at all made of it, er wordt niet 't minst aan getwijfeld; all the bet- ter, des te beter, after all, alles wel beschouwd; all along, op den duur, onophoudelijk, she was all eyes, zij zag scherp toe. All-abandoned [àll-a-bân' dondJ, adj. door ieder, geheel verlaten. foeid. All-abhorred ſâll-ab-hor-red"J, adj. door allen ver- AlJ-absorbing Iàll-ab-sorb'ing], adj. alles verslin- dend, alles verdringend. f- All-accomplished ſâll-ac-cöm'plisht], adj. geheel voltooid ; This education is all-accomplished, zijne opvoeding is voltooid, is buitengewoon goed. *#irine [àll-ad-mIr'ing], adj. geheel bewon- erend, €11, All-advised # adj. door allen aangera- All-along [al #l, adv. doorgaande. All-amort [all-a-mort'n, abj. geheel versuft. *#even [All-ap-prôôvd'J, adj. door allen goed- gekeurd, 'Allatrate_ſal-lä'trate] -ed -ing, v.n, blaffen. Allay Fal-lay' , s. tempering, verzachting f. Allay [al-la' -layd'J -ed -ing, v.t. & v.i. bijleg- gen, tot bedaren brengen, verzachten, verlichten, matigen, verminderen, bedaren. - Allayer [al-la'-yer], s. die of dat verzacht. .. t *#nt ſal-lay'ment], s. het sussen, verzachten; : i #, #oestand van rust na verstoring ; gemak n. # Alihearing ſâll-bear'ing], adj. alles voortbrengend. - A#-beauteoueſall-bu'dgë-usj, adj. volkomen schoon, All-blasting [all'blástingj, adj, al verwoestend, ai- # , vernielend. (oneindig goed. # AE!-bounteousſall-boun'te-ous], adj. volmaakt goed, l-ehenging fall-tehange ingj, adj. steeds veran: dierend. wetend ; vast overtuigd. l-senscious fall-cön'sciousj, adj. aibewust, ai. All-disgraced fall-diz-grastºj,” adj. geheel volko- # A# onteerd, geschandvlekt. Il-divine ſail-divinej, adj, buitengewoon, uitmun- , Zeer WOIkonnen, All-divining ſâll-di-vin'ing], adj. alvoorspellend. d. Alley Iâl’ly], s. steeg, laan f.., tune tiin, bull, für ; - th als in thin ; th a is in rHus; g als in go; dg, dj als in age, jar.. 19 An All-dreaded [All-dréad'edJ, adj. door allen gevreesd, +Allect [al-lëct'l -ed -ing, vt. lokken, verleiden. +Allectation ſâl-lec-ta'shmn], s. lokaas n. A11-efficacious IAll'ëf-fi-ca'shus], adj. alvermogend. AIlegationſ all''Ie-ga'shun],s.aanhaling, verklaring f. #### vt. aanhalen, # fAllegeable ſal-lëdg'a-blj, adj. dat tot bewijs kan aangehaald worden, Alleger # , s. aanhaler. Allegiance ſal-ledg/I-ance],,s. getrouwheid f. +Allegiant Iäl-lédg'ant], adj, getrouw, Allegorie [kl''le-gör'ricj, adj, zinnebeeldig. Allegoricaily. Iäl”le-gor'ric-al-ly], adv. op een zin- nebeeldige wijze, zinnebeeldig. Allegoricalneas Iai"le-go'ri-cal-nessJ, s, het zinne- beeldige, zinnebeeldigheid, figuurlijkheid f. Allegorize Tä1'le-go-rIze] -ed -ing, v.t. zinne- beeldig voorstellen, opvatten; - v.i. zinnebeel- dig spreken. Allegorizer ſâl'le-go-ri-zer], s. iemand, die figuur- lijk voorstelt, iets zinnebeeldig maakt. A11egory Tàl'-le-go-ry J, s. zinnebeeld n. Alleluiah ſâl1’’lë-lü’-ya], s. hallelujah n. All-embracing Läll-ëm-brâce'-ing], adj,alomvattend. All-ending [àll-ënd'ing], adj. albeëindigend. . . All-enlightening [àll-en-lith'tn-ing], adj. alver- lichtend. ( dend, All-enraged ## adj. uitermate woe- All-essential ſâll-es-sën'sha ij, adj, geheel wezen- lijk, volstrekt noodzakelijk. Alleviate Tal-le'vi-ate] -ed -ing, v.t verzachten lenigen (bv. pain, smart); #verbloemen. Alleviation [ël-le-vf-a's hun], s. verzachting f. knikker m.; turn again alley, steegje of laantje, dat dood loopt. All-fools-day [all-foölz'-day], s, gedenkdag, 1sten Apri & Alifoura Iàll-forz'J, s. een kaartspel uit vier kan- sen bestaande ; he went on all-fours, hij loopt op handen en voeten; to be on wil fours with, in alle punten, volkomen # zijn aan. ºl. # All-giver Láll-gſv'er], s. Algever m. . (alroemrijk. AII-glorious ſâll-glö'ri-oüs], adj. al-doorluchtig, All-good [àll-güd"J, adj. volmaakt goed. All-good [àll-güd"J, s. veldspinazie f. All-gracious ſâll-gra'shus], adj, volmaakt bevallig. " AII-guiding, [all guid'ing], adj, albegenadigend. " AII-hail [àll-häil'J, interj. heil ! (groeten. - +A11-hail [àll-hail'] -ed ## v.t, feestelijk be- s. AII-hallovvs, ſâll-hâl(loze], s. Allerheiligen, 1ste Nov. * , AII-hallowtide [all-hâl'lo-tidJ,s, allerheiligentijdm. | | All-happy ſâll-häp'py], adj. volmaakt gelukkig... : A11-heai, Clown's alheal [All-heal', cloüns àll- hëal'J, s. geneesmiddel voor alle kwalen. - 1 ###### ## adj. # . All-holy ſâll ht'ly], adj, volmaakt, volkomen heilig, , Alliaceous ſâl-le-a'shus], adj. knoflookachtig. . . . . . Allin nee Ial-li'ance], s, verbond, bondgenootschap : n. verwantschap f. -. g s fAlliaat [al-lſ 'ant], s. steeg, laan f. ' s zº SAIliciency #l, s aantrekkingsvermogen n., aantrekkingskracht f.., magnetisme n. * 3 x +Aliicient [al-Iïsh'ent], s. hetgeen aantrekt. - All-idolizing [all-1'dol-Hz-ingj, adj, alaanbiddend." Allied fal-lied'], adj. verwant. (vereenigen. Alligate [äl'li-ga-te] -ed -ing, vet, samenbinden, Alligation [äl-li-ga'shun],, s. verbinding f: regel in de rekenkunst om den prijs of de waarde van ge » - - #vºer - e - er is t 20 All combineerde artikelen van verschillende waarde te Alligator ſâl'li-ga-tor], s-, kaaiman m. (vinden. AIL-Illuminating ſáll-il-lü'mi-nat-ing], adj. alles verlichtend. 9. All-imitating [all-ſm'i-tat ing], alles navolgend. All-important [àll-im-pbr'tant], adj. allergewich- tigst. & gº. (kendst. All-impressive ſâll-im-prës'siv], adj. ,indrukma- Ati-interpreting [all-in-ter'prèt-Yng], adj. al verkla- rend. den grooten beer. Allioth [A1'li-öth], s. een ster f. in den staart van Allision ſal-lſ zhun], s... het slaan, botsen n. Alliteratiean ſal-liſt''e-ra'shn.nl, s. stamrijm m. Alliterative [al-lYt'-e-ra-tiv], adj. tot stamrijm be- hoorende. N. (oordeelend. A11-judging IAll-judg'ing], adj... al beslissend, albe- AII-ikindi ſâll-kind'], adj, alleszins volmaakt, vrien- delijk, goedertieren, weldadig, AH1-knowing [âll-now'ing], adj. alwetend. All-licensed ſâll-l1'senst], adj, algerechtigd. AII-loves Iâll-luvz], adv. om der liefde wille. All-loving Läll-luv'ing], adj. albeminnend. All-making [All-ma’king], adj, alscheppend, alles voortbrengend. .w- algenadig. AlI-merciful [âll-mèr'ci-füll, adj. albarmhartig, AII-murdering [âll-mür'der-ïng], adj. aldoodend, al moordend. r (zaam. AII-obedient Iàll-o-bë'di-ent], adj. volkomen gehoor- AII-oblivious [àll-ob-lYv'i-oüs], adj. geheele verge- telheid veroorzakende. 3e Alt-obseuring [âll-ob-scür'ing], adj.alverduisterend. $Allocate [âl'lo-ca-tel, -ed -ing, v.t. vastzetten van gelden voor minderjarigen. & (ring f. Allocation # s. toelating, goedkeu- AIlocatur (âI-lo-ca'tur], s. een certificaat van goed- keuring van kosten door den bevoegden beambten. Allocution [äl-lo-cu'shun], s. aanspraak f. .. Allodiaal ſál-lö'dyï-al], adj. onleenroerig, vrij van leenrecht, vrij..,. a s en Allodian Tal fo'di-an], adj. vrij van leenrecht, Allodium ſal-lo-di-üm], s. # land, land, dat het onbelast en onbezwaard eigendom van den eigenaar is; land, waarvan geen huur betaald wordt n. A11onge [al-lönz'J, s. stoot met een zwaard m: Anlongshore-boys fal-löng'shore-boïs], s. landrot- ten m. pl. * Allopathy [al-löp'a-thy],, s. gewone geneeswijze, waarbij men eene uitwerking tracht te verdrijven, tegenovergesteld aan het ziektevsrschijnsel, allo- athie f; - ic adj. tot die gewone geneeswijze be- oorende, allopathisch ; - ically, op de gewone ge- neeswijze, allopatisch ; -, ist,,s. voorstander van de gewone geneeswijze, allopathist m. Vergel. Ho- tAlloquy ſâl'lo-kwy], s, toespraak. f. (meopathy. Ailot #1## - ted -ting, wit, bij het lot toedee- len, toewijzen, bedeelen, bewilligen. (ling f. AIIoinment Täl-löt' ment], s. lot, aandeel n., toedee- Allow [äl-löü'J.--ed I-löüd"J -ing, v.t, toestaan, toelaten, bewilligen, erkennen, twijden, toeleggen, geven; aftrekken (as a sum); he allowed his verwant to go abroad, hij vergunde, gaf verlof aan zijn bediende om uit te gaan, he was allo- vved about three hundred pounds a year, jaarlijks werd hem ongeveer driehonderd pond sterl. toegelegd ; E allow that to be true, ik, erken dit voor waar ; allow the leeway, het afdrijven All Allowablemens Läl-löü'a-bl-nëss], s. vergunbaar- heid, wettigheid, goedkeuring f. -- Allowably Läl-loü'a-blyJ, adv. wettig. Allowanee ſâl-Ibü'ance], s. toestaan n., toelating, vergunning, toegevendheid, oogluiking, portie, toe- lage f, aftrek m., korting f; monthly allowvan- ce, maandgeld; there must be some grains of a 1- lowvannee, er moet eenige inschikkelijkheid gebruikt worden , men moet iets toegeven ; allowance of ovvder, lading kruit , half sailowance, halve- ading (van geschut), maake allowance for drift, aanteekening van de wraak houden; dayly allo- vvance, dagelijksch rantsoen , to put upon al- Hovvamce, op rantsoen stellen, Allowance [ël-loü'ance] -ed -ing, v.t. op rant- soen stellen, inkrimpen. Allowver [al-loü'erj, s. veroorloover, vergunner m. Alloy ſäl-loi'I), s. allooi, inmengsel n. Alloy [äl-loi'j -ed -ing, v.t. edele metalen met andere vermengen, op keur brengen. Alloyage [äl-loü-ädgj, s. het vermengen van meta- len n.., vermenging van metalen f. (dringend, All-penetrating [ēll-pen'me-trå-ting], adj. aldoor- All-perfect [äll-pèr'fect], adj. allervolmaakst. All-perfectness [âll-pèr'fect-ness], s. volmaaktheid van het geheel, geheele volmaking f. (al doorziend. All-piercing, ſâll-pïers'ing], adj. aldoordringend, All-powerful [àll-poü'er-fü1], adj. almachtig. All-praised ſâll-praizd'1, adj. door allen geprezen. All-present [all-prëz'zent], adj. alomtegenwoordig. All-protecting [âll-pro'tëct-ing], adj. albescher- Eſhtºn GI. od m. All-righteous, ſâll-riht'tye-us],,, s. Rechtvaardige, AIR-ruling [àll-rôôl'ing], adj. albesturend. AIls [àllz], s. vermogen n., bezitting f. (m. All-zaiuts-day Tàll-saints'day], s. allerheiligen (dag) All-saints-vvort [âll-saints' wurt], s. St.-Janskruidn. A#etities Iàll-sänc'-ti-fi-ing], adj. alles hei- lgend. AIl-saving [àll-sa'ving], adj. alles reddend, sparend. Ait-searching ſâll-sèrtch’ingj, adj. alnavorschend- AIl-seed [âll'sëëd], s. melde f. All-seeing #, adj. alziend. All-seer Täll-sëë'er], s. alziener m. All-shaking [âll-sha'king], adj. alles schokkend, All-slaunned [àll-shün' ned], adj. door ieder verme- den, geschuwd, alontwijkend, alontvliedend. #### [âll soüls' däy], s Allerzielen (dag) m. AII-spice ſâl1'spiceJ, s. nagelbollen m. pl., piment f. Aii-snifficiency [âll-süf-ffsh'en-cy], s. volkomene, oneindige bekwaamheid f. AH-surfficient [àll sûf-ffsh'ent], adj. al voldoend, on- eindig bekwaam. (zen m., God m. AIl-sufficient Iàll-süf-ffsh'ent], s. Alvoldoend We- All-surrounding [âll-sür-roün' ing], adj. alomvat- tend. {dersteunend. Ali-sustaining [àll-süs-tain'ing], adj, alles on- AIl-telling ſâll-tell'ing], adj. alles vertellend. Aii-to ſâll-tô'J, adj. volkomen, geheel, te zamen. All-triumap hing [âll-tri'um-phing], adj, aloverwin- nend, alzegepralend. tvergenoegdheid f. tAilubescency , ſâl-lu-bës'cen-cy], s. gewilligheid, Allude [àl-lude' j -ed -ing. v.i. zinspelen, doe- -len, betrekking hebben (to. op). - fAlluminate ſâl-lü'mi-näte] -ed -ing, v.t. met kleuren afzetten (platen ). V- van het schip, de wraak gissen. (worden, geoorloofd. 'Alluminor ſâl-lü'mi-nor], s. zie Limner. (loksel m. Itaswable [âl-löil'-a-hl], adj. dat toegestaan kan Atlure. Allurement ſâl-lüre'. âl-liïre'-ment], R. aan fate, fãt, fär, fást, fàll, whàt ; me, mët, prefèr , fine, wíll, ma-rine, bird , no, nöt, nor, move: 3 * A11 fAllure (âl-lüre'] -ed I-lürdJ -ing, v.t. aanlok- ken, verleiden. Allurer [âl-lüre'er], s. verleider, verlokker m. Al Iuringly [âl-lüre'ring-ly], adv. aanlokkelijk. Al iuringnessſal-lüre'ring-nëss],s.aanlokkelijkheid f. Aiinsion ſai-ſuºzhunj, E. zinspeling f. Allusive Täl-lü'sivJ, adj. zinspelend. (wijze. Allusively [âl-lü'siv-ly], adv. "# een zinspelende Allusiveness [âl;lü'siv-nëss], s. het zinspelende n. Alluvial [âl-lü'-vi-al], #Alluvious, adj. aangeslibd. A#n Iâl-lü'vi-un], s. aanslibbing f., aangeslibd ##### # A11uvium ſâl-lü'vi-tim], s. aanspoeling f., het aan- gespoelde land n,, aanwinst van land f. All-watched [âll-watch'ed], adj. geheel bewaakt. All-wise Iàll-wize'J, adj. alwijs, oneindig wijs. A11-witted [àll-wït'tedJ, adj. door en door vernuftig. All-worshipped [àll-wûr'shïpt], adj. door allen aan gebeden, geëerbiedigd. (allerwaardigst. All-worthy Tàll-wûr 'THy], adj, oneindig waardig, Ally [älili'J, s. bondgenoot, aanverwant m. Ally fäl-li"J -ied [-äl-lied'J -ying, v.t. verbin- den, verwant maken ; allied powers, verbonden mogendheden, families are allied by blood, familiën zijn door bloed aan elkander vermaag- schapt; princes ally themselves to powerful states, vorsten vereenigen zich met machtige staten. Almady [kl'ma-dy], s. Afrikaansche kano van boom- bast f., oostindische boot f. *## [â1'mà-dgest], s. verzameling van proble- men in astronomie en geometrie door Ptolomeus f. Almagra ## s. roode oker f. Almanac ſal'-ma-näc], s. almanak m. (maker m. Almanac-maker [àl'ma-näc-mâ'ker], s. almanak- AImamdine Tä1'man-dine], s. een soort robijn m. Almightiness Tâl-mIth' tï-ness], s. almacht f. Almighty [âl-mih'ty], adj. and s. almachtige, de Almachtige m. Almond [a'-mondJ, s. amandel m. (m. Almond-furnace [a'mend-fur” nïss], s. smeltoven Almond-oil Ca’mond-öïl], s. amandelolie f. Almond-shaped ſa 'mond-shapt],adj.amandelvormig. Almond-tree [ä'mond-trëëJ, s. amandelboom m. Almoner [äl-mo’ner], s. aalmoezenier m. Almonary Iâl-mun'ry], s. aalmoezeniershuis n. Almost Täl'möst], adv. bijna, bijkans, voor het mee- rendeel; he was almost undone, hij was er bij- na onder, bijna in het verderf. Alma Tamz], s. pl. aalmoes, liefdegift f. Ahms-box Tämz'böxj, s. armbus f. Alms-cent ſâmz'tchëst], s, aalmoeskist f. Alms-deed [ämz' deedj, s. liefdegift, aalmoes f. fAlsms-folkſäm z'foke],s, bedeelden, huisarmen m.pl. AIms-giver ſämz'gfvºer], s. liefdadig mensch m. Almashouse ſamz'hoüs], s. aalmoezeniershuis, arm Alsman ſâmz'män], s. bedeelde m. en f. (huis n. Almug, Almug-tree ſâl'mug, â1'mug-treë], s. al- muggimhout n. ( waarschijnlijk rood sandelhout). Al nage E## s. ellemaat f. Almeger ſä1'nidger], s. weleer gezworen meter van wollen stoffen m. Alnight ſâl'niht], s. nachtlicht n. Aloes ſâl'öze], s, aloë (zekere plant) f. Aloes: woed [â1'Gze' wüdj, s. aloëhout n. Aloetie, Aloetical ſal-o-ët'ic, àl-o-ët'i-calJ, adj. - aloëachtig, uit aloë bestaande, #loetien fil-o-eticsj,s.pl geneesmiddelen met aloë n. Aloft [a-ibft'J, adv. omhoog, in de hoogte, hoog. # 21 boven, to ## aloft, naar boven klimmen, to go aloft, hand over hand, langs touwwerk openteren, he goes aloft from the bank, hij houdt van de bank af; to weer aloft, hijschen. fAlogy Iäl'o-dgy], ongerijmdheid, wartaal f. Alomaney Iâl-o-mân-cy], s. voorspelling uit zout f. Alone [a-lone'J, adv. alleen, eenzaam; to let alone, met rust, onaangeroerd laten; let me alone for that, laat mij daarmee omspringen; leave one alone, iemand verlaten, alleen laten. Along [a-löng'J, adv. langs, in de lengte, all along, doorgaande, van het begin tot het einde, along vvith, met, along the nhore langs den wal, sail along the coast, langs de kust zeilen ; a- long-side, naast elkander ; come along side- op zij de komen (met een sloep); to heel along. overhellen bij het zeilen ; Iying a long, krengen, op zijde hellen; he strokes along, hij doet lan- ge slagen bij het roeien ; to stretch a rope a- long, een touw rekken, uitrekken; to come along with any one, met iemand mede gaan ; let us wwalls along, laat ons verder gaan. +Alongst Ia-löngst], adv. langs, ter zijde heen. Aloof [a-lôôf"], adv: van verre ; to keep a loof, zich op een afstand houden, de ruimte houden ; stand aloof, van verre staan, Aloofness [a-1ôôf'mess], s. het op een afstand hou- GU. T. s (uitvallen" . Alopecy #1'oºp: cy , s, ziekte, die het haar dbet Al op een ſâl-op-eën'], s. soort van bombazijn n. Aloud [a-loud'J, adv. overluid, hardop. +Alow [a-löw'J, adv. omlaag. AIp [älp], s. een hooge berg m. Alt van Peruaansche wol n. Alphabet [A1'fa-bët], s. alphabet n. Alphabet ſâl'-fa-bet] -ed -ing, v.t. alphabetisch rangschikken of aanwijzen. Alphabetarian Iâl-fa-be-ta'-ri-an], s, leerling, die het abc leert m. Alphabetic [âl''fa-bétºic] -tical, adj. alphabetisch. Alphabetically [âll”fa-bët i-cally], adv. volgens het alphabet. # (gerstemeel f. Alphilomane al-fY1'o-mân 'cy], s. · profetie uit uit een wond te halen n. Alpine ſâl'pin], adj, zeer hoog en bergachtig, Alquifou (à1'gui-ſoüJ, s. looderts n. # [àlréd'-dy], adv. reeds. fAls [àls], adv. ook, insgelijks. Also Lâl-so], adv. insgelijks, ook. Alt [Élt], s, alt (in muziek) f. Altar [âl'ter], s. altaar n., communietafel in de episkopale kerk f., heiligdom n. Altar-cloth [âl/ter-cloth], s. altaarkleed n. AItar-fire ſâl'ter-fire], s. altaarvuur n. •' AItar-piece fâl'ter-pïesj, s. altaarstuk n. A1 ter[âl 'ter]-edIâl' terd] -ing, v.t. & i. veranderen, ter-a-bl-nëss],s. veranderbaarheid, veranderlijkheid f. Alterable ſâl'ter-a-bl], adj. veranderlijk - AIterably ſâl'ter-a-bly], adv. veranderlijk. Alterant [âl'ter-ànt], aåj. veranderend. Alterant ſâl'ter-äntj, s. verandering veroorzakend geneesmiddel n Alteration # s. verandering f: Alterative fä1'ter-a-tivJ, a j. veranderend. , 'Altercate ſâlter-cate] -ed -ing. v.i. twisten. tune, tin, bull far; - th als in thin, thans in thuis, game in go, dik, dj als in age, jars , i - ， Alpaea Ial-päc'a], s. Peruaansch schaap n.; kleed Alphonsin [al-fön'sin], s. instrument om kogels A1 terability. A1 terabieness ſal-ter-a-bï1'i-ty, al 22 Alt; Altercation I&l''ter-cº'shun], s. twist m., krakeeln. Altern [al-tèrm'J, adj. afwisselend. Alternacy # r'na-cy], s. beurtelingsche werking f, het afwisselen n.,, afwisseling, f. Alternally ſâl-tèr'nal-ly], adv. bij beurten, beur- lings, beurtsgewijze. Alternate [äl-tèr'nate], s. geregelde verwisseling, afwisseling, verandering van jaargetijden f. Alternate [älºter-nate, fäl-tèr'nate] -ed -ing, v.t: bij beurten, bij afwisseling iets doen; - v.i. beurten gebeuren; to alternate with each other, elkander afwisselen. Alternately Iäl-tèr'nate-ly], adv. beurt om beurt, Alternation [äl-ter-na'shun] -nity ſâl-tèr'ni-ty], s, afwisseling, beurtwisseling f. Alternative Iâl-tèr'ma-tiv], s. keus f., uit twee zaken. Alternative Läl-têr'na-tiv], adj. afwisselend, beur- telingsch. Alternatively ſâl-tèr'na-tiv-ly], adv. bij beurten. Alternativeness [äl-têr'na-tiv-nessJ, s, afwisseling f. Althea [al-thë'a], s. althee, wilde maluw f. Although [àl-THö'J, adv. alhoewel, ofschoon. (f. +Altiloquenceſ àl-til'lo-kwence], s.. hoogdravendheid +Altiloquent Läl-tï1'lo-kwent], adj. hoogdravend. Altimeter ſâl-tIm'e-ter], s. hoogtemeter m. Altimetry ſâl-tſm'e-try], s. hoogtemeting f. Altincar ſâl-tïn’carJ, s. soort van nagemaakt zout, om metalen te zuiveren n. Altisonant [âl-tïs'so-nant], Altisonous ſâl-tïs'so- nöun], adj. hoogklinkend, verheven. Altitude [âl'ti-tüde], s. hoogte f; the sun's alti- tude of the meridian, de middagshoogte, take the sun's altitude, zonshoogte meten, 5the man is in his altitudes, de man heeft de hoogte, is dronken. Altivolant [âl-tYv'o-lânt], adj. hoogvliegend. Alto, Läl-tö'J, s: bovenstem, alt f. Altogether [âl-tô-gëTH'er], adv. altemaal, he came to town for altogether, hij kwam in de stad om Alumn Iâl'lum], s. aluin m. (er te blijven. Alum ſâl'lum] -ed -ing, v.t. aluinen, in aluin doopen. urn-earth Iä1'lum-èrth], s. aluinaarde f.. (dend. \Iuminiferous ſà-lii-mr-nïf-e-röus], adj. aluinhou- Aluminous [al-lü'mi-aus], adj. aluinachtig. Mluminium, Aluminum [a-lu-min'i-um, a-lü'mi- num], s. aluminium n. (zeker metaal). \lutaceous Iäl-lü ta'shus], adj. bleekbruinachtig. Alutation [al-ü-ta'zhun], s. het leerlooien n. veary [âI've-a-ry], s. bijenkorf n,, oorholte f. Mlveolar, Alveolary [al-ve’o-lar, al-vë'o-la-ry], adj. holligheden bevattende, Alvine [âl' vſnJ, adj. tot den onderbuik behoorende. Alwargrim [al-war'grim], s. gespikkelde pluvier m. (vogel), s (regelmatig, Always [âl' wäyz], adv. altijd, zedurig, aanhoudend, Amm ſâm], lste pers. pres. van Be. ſ ſ - A. M. [ân 'no-miin'dI], 't jaar der wereld. A. M. [ân'te-me-rë'di-em], vóór den middag. A. M. verk, voor Artium Magister [är'shïum-ma- dgïs'ter], meester in de vrije kunsten... Annability [âm-a-bïI'lityJ. s. beminnelijkheid f. - Amadou [âm-a-dôu'J, s. zwam f. Amain ſa-mâin'J, adv. zeer geweldig, hevig, you co- me to om amain, gij vordert sterk; let go ahmain. in eens losgooien; go amain, let go amain ! laat gaan, vier, strijk ! * * Armain ſa-main'] -ed -ing, v.t. strijken,neerhalen, Amb Amalgam, Almmalgama #d. s, amalga- man., metaalmenging f., mengsel n. re Amalgamate [a-mål'gam-ate] -ed -ing, v.t, men- gen (as quicksilver with an other metal); - v.i. zich vermengen. (ging f. Amalgamation fa-mäl' gam-a'shun], s. metaalmen- fAmand [a-mänd'J -ed -ing, v.t. iemand wegzen- ſh Els (iemand om een boodschap n. tAmandation ſa-min-da'shun], s. het zenden van Amandolaſa-mân'do-laJ,s. soort van groen marmer n. Amanuensis [a-män” nü-ën'ses], s. afschrijver, hand- langer m. (kleur. Amaranth ſäm'a-ránth], s. duizendschoon m., zekere Amaranthine ſam-a-rän'thine], adj. iets dat op flu- weelbloemen gelijkt, fluweelbloemachtig. Amaritude ſa-mår 'i-tüdJ, s. bitterheid f. Amarulent ſa-mâr'u-lënt], adj. bitter. Amaryllis ſâm-a-ryl'lis], s. annarillis f. (plant): Amass [a-máss'] -ed [-mást'] -ing, v.t. ophoo- pen, opstapelen, (hooping f. fAmass [a-máss'], s... verzameling f., hoop f., op- Armassment [a máss'ment], s. hoop. ophooping f. fAmate [a-mate'J, -ed ing, v.t. vergezellen, ver- schrikken, ontstellen. ." Amativeness [àmºa-tiv-nëssJ, s. neiging f. tot liefde. fAmatorculist [âm-a-tor'cu-lſst], s. weinig betee- kenende minnaar m. Amatorial Täm-a-to’ri-al], adj. betrekking hebbende op liefde, liefde veroorzakende, door sekseverkeer veroorzaakt, (de behooremd. Amatorious, Anatory [äm'a-to-ry], adj. tot de lief- Amaurosis [âm-àu-ro'sis], s. zwarte staar Amaze [a-maze'J, s. verbaasdheid f. Amaze [a-maze'J -ed [-mazd'I -ing, v.t. ver- bazen, ontzetten. (warring, ontsteltenis. $Amazedly [a-ma’zed-ly], adv. met verbazing, ver- Amazedness, Amazementſa-ma'zed-ness], a-maze” ment], s, verbazing, ontzetting f., schrik m. • Amazingly [a-mä'zing-ly], adv. verbazend. Amazon ſâm'a-zon], s. amazone f.; krijgshaftige vrouw, heldin ; # f. Amazonian tkm-a zo'n -an], adj. amazoneachtig; stoutmoedig (van vrouwen), krijgshaftig. Ambages ſam-bâ'dges}, s.pl. wijdloopigheid f. #Ambagious ſam-ba'dgi-oüs], adj. wijdloopig. +Ambassade ſam-bas-säde'J, s. zie Embassy. Ambassador beter Embassador ſam-bäss'a-der], s. gezant, afgezant m., neptunus-doop bij het pas- seeren van de linie , ambassador of morocco, schoenmaker, play, the ambassador, inwijden, toelaten, opnemen, bespotten, Ambassadress [am-bäss'a-dress], s. afgezante f. fAmbassage, fAmbassy ſäm'-bas-sädg,äm'bas-syJ, s. gezantschap n. zie Embassy. -- Ambe, Ambi Iäm'be]. s. rand, bovenrand m... boord n.; instrument waarmee ontwrichte schouders te recht worden gezet n-, mangoboom m. (steen n. Amberſâm'ber], s.amber m., yellow amber, barn- Amber Täm'ber], adj. amberachtig, geam berd. + Amber [äm'ber] -ed ## v.t., ambergeur geven. Amber-drink [äm'ber-drink], s. drank, die de kleur van amber heeft m. - Ambergris [äm'ber-gris], s. grijze, doffe amberm, Amber-seed Iäm'ber-sëëdJ, s. muscuszaad n. k Amber-tree [äm' ber-trëë], s. amberheester m. iAmbes-as [äm'bes as], s. twee azen bij een worp. Ambidexter Iäm” bï-dëx'ter], s. die even vaardi- is met beide handen, dubbelzinnig mensch m. »” * . fate, fit, far, fast, fall, what; me, mët, pretèr; fine, wïll, ma-rine, bird, no, nöt, nor move; # : Amb Ambidextrous ſám''bi-dëx'trus], adj. beide han- den kunnen de gebruiken, dubbelzinnig. Ambient, [äm'bi-ent], adj, omringend ; ambient air, omringende lucht. -> Ambigu Iäm'bi-güJ, s. maaltijd waarbij alle ge- rechten tegelijk op tafel staan. Ambiguity [am''big-yii'I-ty], s.., dubbelzinnigheid, twijfelachtige beteekenis f. (felachtig, duister. Ambiguous # adj. dubbelzinnig, twij- Ambiguously [âm-bïg'yii-üs-ly], adv. dubbelzinnig, twijfelachtig, (zinnigheid f. Ambiguousness - Täm-bïg'yu-us-ness], s. dubbel- mbiievous (àm bi-leſvous], adj. links. mbilogy [am-bï1'lo-dgyl, s, twijfelachtige, dub- belzinnige taal f. taal gebruikend. Ambiloquous [am-bï1'o-quoüs], adj. dubbelzinnige Ambiloquy # s. het gebruik van twij- felachtige, dubbelzinnige uitdrukkingen n. Ambit [äm'-bit], s. omvang, omtrek m. Ambition [am-bïsh'un], s. eerzucht f. fAmbition [am-bïsh'un] -ed -ing, v.t. naar iets * haken op een eerzuchtige wijs. (zucht. Ambitionless ſam-bïsh'un-less], adj, zonder eer- Ambitious [am-bïsh'us], adj. eerzuchtig. Ambitiously [am-bïsh’us-ly], adv. op een eerzuch- tige wijze, # Ambitude Lämºbi-tüde], s. omtrek m. Ambitus Iäm'bi-tiisJ, s. omtrek van een figuur m.; open vlakte om een gebouw of graf op te richten f, dinging naar eene betrekking f. of eerbetoon n. Amble [am' bl], s. F## telgang m. Amble [äm'bl] -ed ſ-bld] -ing, v.i. den telgang gaan, gemaakt loopen. Ambler Täm'bler], s. ## er, telganger m. Amblingly ſâm-bling-ly], adv. in den telgang. Amblygonſâm'bly-gön], s. stomphoekige driehoek m. ly'go-nal], adj. stomphoekig. y ſäm'bly-o-pyJ, s. dofzichtigheid f. za) [äm'bo(n)J, s. kansel, predikstoel m. Ambrosia [äm-bro'zhi-a], s, godenspijs; lekkernij f. Ambrosiac [âm-bro"zhi-ac], adj. hetgeen de hoeda- nigheid vam ambrosia bezit. (telijk Ambrosial Iâm-brö'zhal], adv. van ambrozijn, kos- Ambrosian fam-broºzhi knij, adj. hetgeen tot St. ius behoort, Ambrosiaansch. lam-chant ſam-brö'zhi-an-tchànt], s. soort van kerkgezang door Ambrosius, bisschop van Mi- laan, ingevoerd n. Ambry Täm'bre], s. aalmoezeniersplaats ; plaats waar aalmoezen ter uitdeeling aan armen worden geplaatst, spijskamer, etenskast f, pottenbank m. bs-ace ſämz'ace], s. dubbel aas n. Ambulance fäm bu-fäncej, s. verplaatsbaar hospi- taal n. (van plaats tot plaats. Ambulant [äm'bu-länt], adj . wandelend, reizend Ambulate fam'bu-latej'-ed -ing, v.i. wandelen. ambulation (#m-bu-lä'shung, s. wandeling f. Ambulative Täm'bu-la-tivJ, adj. wandelend, Ambulator ſâm'bu-la-tor], 's, wandelaar m., zeke- - re insect ne, zekere vogel, afstandsmeter m. bulatory [äm bu-la-to-ry], s. wandelplaats f. Ambulatory [äm'bu-la-to-ryl, adj. wandelend, am- court, rondreizend gerechtshof. Ambury ſam'bu-ry], s.bloedzweer f, (bij paarden). Ambuscade, Amhuah, Ambushment Iäm”büs- , cade', âm'bush], s. hinderlaag iſ. d 4 ſ d Ami 23 t# ſam-biist'J, adj. verbrand, gezengd, ge- gCitrO ERGl, +Ambustionſâm-büs'tchunJ,s. branding,schroeiing f. mel [äm'eij, s. zie Emanmel. fAmel-corn famvel-cornij, s. ameldonk, graan waar- van stijfsel wordt gemaakt m. Ameliorable [a-mële'yo-rabl], adj. verbeterbaar. Ameliorate Ia-mële'yo-rate] -ed -ing, v.t. verbeteren ( as the condition of the poor, het lot der armen); wine ameliorated by age, wijn wordt beter (verbetert door ouderdom ). Amelioration [a-mële''yo-ra'shun], s. verbetering f. Amen [a'men'], s. waarheid, standvastigheid f., ver- trouwen. n.; say yes and amen, op alles ja zeggen. Amen [a'men'J, adj. standvastig. Amen [a'men'], interj. het zij zoo ! amen ! Amenable [a-më'na-bl], adj. verantwoordelijk, Amenability [a-më-na-bï1'i-ty], s. verantwoorde- lijkheid f. tAmenage [âm'e-nadg] - ed -ing, v.t. besturen. fAmemance ſâm 'e-nänce], s. gedrag n. Amend [a-mënd'] -ed -ing, v.t. & i, verbeteren, beter worden ; the world is well amended , with her, 't geluk heeft haar wel gediend. Amendable [a-mënd'a-bl], adj. verbeterbaar, her- stelbaar. (stellend. Amendatory ſa-mënd'a-tory], adj. verbeterend, her- Amende ſâ-mänd"J, s. herstel n., vergoeding, in- trekking f.; - honorable, eerherstel. z%. Amender [a-mënd'er], s. verbeteraar m. +Amendful Ta-mënd'fül], adj. vol verbetering.' Amendment ſa-mënd'ment], s. verbetering, beter- schap, wijziging f. - Amends [a-mëndz’1, s. pl. vergoeding f. Amenity [a-mën'nI-ty], s... aangenaamheid, beval- ligheid van ligging, lieftalligheid f. A mensa et thoro Tä-mën'sa ét thÜ'röJ, s. (schei- ding) van tafel en bed f. # tAmenty [a-men (ty], s, razernij f. Amerce ſa-mèrce'J -ed [-a-mèrst'J -ing, v.t. in boete slaan, bestraffen, beboeten (in the sum of, voor de som van). (boete. Amerceable Ia-mèrce'a-bl], adj. strafbaar met geld- Amercement ſa-mèrce'ment], s. geldboete f. Ammercer ſa-mèr'cer], s. beboeter, bestraffer m. Amess [âm'ess], s. linnen schouder bekleedsel des mispriesters, amict m. (geschikt. . . fAmethodical Iäm-e-thöd'ſ-cal], adj. ongeregeld, on- ºf fAmethodist [a-mëth'o-dſst], s. kwakzalver m. ..., Amethyst [äm'-e-thïst], s. amethist m. - Amethystine [äm-e-this'-tin], adj. amethistkleurige , Amiability [a-mi-a-bïl'i-ty], s. beminnelijkheid, be- valligheid, minzaamheid f. - Amiable fa'mi-a-bl], adj. beminnelijk, minzaam. Amiable mess [a’mſ-a-bl-ness], s. beminnelijkheid, vriendelijkheid, minzaamheid f. ' Amianthus ſâm''I-ân'thus], steenvlas n. S Amicable ſâm'I-ca-bl], adj. vriendelijk, welwillend. Amicably [am'I ca-bly], adv., op, een vriendelijke $ Amical Ta-mi'calJ, adj. vriendelijk. (wijze. Amid, Amidst [a-mïd', ## te midden van, onder; - the # midden in den tuin. Amiel-ships Ia-miſd'ships], adv. midscheeps. " . fAmiss [a-mïss'J, adv. verkeerd, kwalijk, kwaad, ten onpas, mis; to take it amise, kwalijk nemen. ,, +Amission [a-mïsh'unl, s. verlies n.., schade - f.. * Ambush, Iam'büsh] -ed -ing, vt. in hinderlaag leggen; - v.i. in hinderlaag liggen. # & +Amit [a-mït'J -ed ing, v.t. verliezen. Amity [äm'1-tyJ, s. vriendschap f. 75% tune, ttin, bull, für; - th als in thin; Thaie in thus; g als in go; dg, dj als in age, jar." '44"-kaart 24 Amm Amma ſâm'ma], s. abdis f; breukband m. Ammammiral [âm'mi-ral], s. admiraal m. Ammunition ſäm''mü-nïsh'un], s. krijgsvoorraad m. Ammunition-bread Tâm''mü nïsh'un-brédJ, s. ko- miesbrood, soldatenbrood n. Amnesty Iâm'nes-ty], s. vergiffenis, amnestie f. Among, Amongst [a-miing", a-müngst'J, prep. on- der, tusschen (the trees), bij ; from among them, uit hun midden. Amoret Täm’o-rët], s. minnaar m. Amorette f#m 'o'rëtte'J, s. minnares f.; liefdestrik, minnehandel m., minnarij f. Amorist Läm'o-rſst], s. minnaar m. #" fAmornings ſa-morningz]: adv. 's ochtends. Amorous #n o-rus], adj. verliefd i of, op. ) Amorously Tàm 'o-rus-lyi, adv. op een verliefde wijze. Amorousness [âm'o-rus-nessJ, s. verliefdheid f. Anaorphy [a-mor' # ,s. onregelmatigheid van vorm f. Amort [a-môrt'J, adv. dood, neerslachtig, moedeloos. Amortization La-mor''tI-za'shun], s. overdracht van goederen in de doode hand. Amortize ſa-môr'tIz] -ed -ing, v.t. (goederen) in de doode hand geven, overdragen, Amount ſa-môünt'J, s. bedrag, b:## Ils Amount ſa-moſlint"J -ed -ing, v i. bedragen. Amour [a-môôr'J, s. minnarij f. fAmove [a-môôv'] -ed -ing, v.t. verwijderen, ontzetten (van een post). Anaphibian, s. Amphibia, s.pl. [âm-fſb'í-an, -f(b' I-a], s. tweeslachtig dier n. Amphibious [am-fïb'i-us], adj. tweeslachtig, Amphibology [âm-fi-bö1'o-dgy],s.dubbelzinnigheid f. Amphis ciiſâm-fish'I-IJ,s.pl.dubbelschaduwigen m.pl. Amphitheatre [âm”fi-thë'-a-ter], s.amphitheater n. Ample [äm'pl], adj, wijd, ruim, breed, breedvoerig; ample room, ruime, groote plaats ; ample re- sources, ruime middelen. Amplemens [âm'pl-ness], s. wijdte, ruimte, grootte. breedvoerigheid f., overvloed in. #Ampliate [äm'plI-ate] -ed -ing, v.t. vergrooten, uitbreiden, vermeerderen. n Ampliation ſäm-pli-a'shun],.. s. , uitbreiding, ver- meerdering, verlenging van tijd f. Amplificate ſim-plif'i-câte] -ed -ing, v.t. ver- grooten, vermeerderen, ophelderen. Amplication [äm''plï-fi-ca'-shun], s. uitbreiding f. Amplifier ſäm'plï-fi ''er], s. uitbreider m. Amplify [âm'plI-f1"J -ed ſ-fied'] -ing, vt. uit- breiden, vergrooten ; -, v.i. uitwijden. Amplitude ſam’pli-tüde], s, uitgestrektheid. f. Amply [äm'ply], adv. breedvoerig. rijk lelijk). Ampullaceous ſâm-pul-la-shus], adj. fleschvormig, blaasvormig. (afsnijden. Amputate [ämpu-tate] -ed -ing, v.t. afzetten, Amputation Iâm-pü-ta'shun], s. afzetting f. Amulet ſäm'u-let], s. amulet n. Amuse Ta-müze'I -ed -ing, v.t. vermaken, op- houden, in spanning houden, paaien (bv. with pro- mises, met beloften). (drijf n. Amaumerament [a-müze'-ment], s. vermaak, tijdver- Amuser[a-mü'zer],s. die vermaakt, grappenmaker m. Amusing [a-mu'zing], adj. vermakelijk. Amusiveſa-mü'sivi, adj. onderhoudend, vermakelijk. Amusively ſa-muli'siv-ly], adv. vermakelijk. Amygdalate, [a-myg'-da-lâte], adj. amandelachtig; -, s... amandelmelk f. Amygdaline Ta-myg'darlin], adj. amandelachtig, -, s. amandelstof f.., -bitter n. fate, fat, tär, fast, fall, what; me, mët, prefer, & Ana An Tân], art. een, een e; conj. indien, alsof. (pers f. Anabaptism ſân''na-bâp'tizm], s. leer der wederdoo- Anabaptist [ân''na-bäp' t## s. wederdooper m. tAnabaptistry [än''na-bâp iïs tryj, s. sekte van we- derdoopers f. r fAnabaptize [ân''na-bäp'tIze] -ed -ing, v.t. we- derdoopen, (weerkaatst. Anacamptie ſân-na-câmp'tic], adj. weerkaatsend, Anacamptics Tân-na-camp'tics], s. leer der terug- kaatsing van geluid, licht enz. f. Anacephalaeosis [ân-na-ceph-a-lë'o-sïs], s. herha- ling van de hoofdpunten eener redevoering f. Anachoret ſan-näck'o-ret], zie Anchoret. Anachronism , ſân-näc'kro-nizm], s. misslag m., dwaling f. in de tijdrekening, anachronisme n. Anna clastic [ēn-na-klas'tſc], adj. straalbrekend, te- rugbuigend van lichtstralen. (king f. Amaelastics Ian-na-klas'tics], s. leer der straalbre- Anaconda Ian''na-kön'-da], s. een slang f., soort van boa f. (hoofd m. Amadem(e) ſân/a-dëm], s, krans, rozenkrans om het, $ Ana droºm [ân'-a-dröm], s. visch die op bepaalde tijden uit zee de rivier opzwemt m. Anagoge [ân' na-go-dge], s, verheffing der ziel tot goddelijke zaken, geestelijke beteekenis of toepas- sing van woorden f. { schouwingen. Amagogies Iân-na-godg'Ics], s. geheimzinnige be- Annagram ſân'-na-gräm], s. letterkeerdicht Il. Anagrammatist [ân-na-gräm'mà-tist], s. maker van letterkeerdichten m. Anagrammatize Iän-na-gräm'mä-ti-ze] -ed -ing, v.i. letterkeer dichten schrijven. (ventaris f. Anagraph ſân/na-g-äph J, s. staat m., boedellijst, in- Anaïectic [än''na-lëc'tic], adj. verzamelend, saam- gesteld, uitgekozen stukken. Amalects Iän'-na-lects], s. bijeen verzamelde stukken van schrijvers n, pl. (na ziekte f. W nalepsis [än'' na-lëp'sis],s. terugkrijging van kracht A naleptic ſân''-na-lëp'-tic], adj, versterkend; -, s. versterkend geneesmiddel, verkwikkend middel n. Amalogicai [án''na-lödg'I-calJ, adj. gelijkvormig, overeenkomstig, analogisch. Amalogically . [án''ma-lödg'I-cal-ly], adv. op eene analogische wijze. vormigheid f. Analogiealness ſân'' na-lödg'I-cal-nëss], s. gelijk- Analog ism ſân''na-lo’gism], s. betoog van de oor- zaak tot het gevolg; onderzoek van zaken door over- eenkomst, die zij onderling hebben. Analogize [an-nä1'lo-dgize] -ed -ing, v.t. door analogie verklaren, (lijkvormig. Analogous [an-nä1'lo-gus], adj. overeenkomstig, ge- Analogy Tan-näl'lo-dgy], s. overeenkomstigheid, ge- lijkvormigheid, analogie f. Analysis ſam-näl"li-zïz], s. ontleding f. Analyst [ân' na-lïst], s, ontleder, uiteenzetter m. Analytical [äu''na-lyt'ï-cal], adj. ontledend, ana- lytisch. (binden, Analyze ſân'-na-lizel -ed-ing, v.t. ontleden, ont- Aan amnestic Iân-am-mës'tik], adj. het geheugen steu- nend, versterkend. Ananas [a-na'nas],,s.,, zie Pine-apple. Ama angular Ian-ân 'gu-lar], adj. zonder hoeken. - t Annaplerotic [ân-a-ple-röt'ic], adj. aanvullend; ver- nieuwend van het verlorene; -, s. pl. vleeschaan- brengende geneesmiddelen n. Anarch ſân 'härkl, s. voorstander van regeeringloos- heid, roervink m. Anarehisann Ian' nár-kizmJ, s. regeeringloosheid f. fine, wïll, ma-riue, bird ; nö, nöt, nòr, môve ; Ana Anarehical ſân-när'-kt-cal], adj. regeeringloos. Anarchist [ân'när-kist], s. zie Anarch. Anarchy [ân' när-ky], s. regeeringloosheid f. Anarthrous [ân-när 'trous], adj. zonder lidwoord, zonder ledematen (pooten of vleugels). Anasarcous [ân-a-sär'cous], adj. waterzuchtig. Anastomose [ân-näs'to-möz] -ed -ing, v.i. on- derling verbonden zijn (van aderen of vaten), in- osculeeren. Amastomosis [an-näs-to-mö'zis], s. verbinding van de monden der bloedaders, in osculatie f. Anathema [an-näth'e-ma], s. ban, banvloek m. Anathematize [an-näth'e-ma-tize] -ed -ing, v.t. in den ban doen, met den banvloek treffen. . Anathematizer Ian-nath'e-ma-ti-zer], s, die in den ban doet, vervloeker m. ( brengend. Anatiferous Tän-a-tºff"er-öus], adj. eendvogels voort- #Anatocism [a-nât'o-cïzmJ, s. interest op interest m. Anatomical Tân''-na-töm’i-cal], adj. ontleedkundig. Anatomically ſân''na-töm'ïcal-ly], adv. ontleed- kundig, door middel van de ontleedkunde. Anatomist Ian-nât'o-mist], s. ontleder m. Anatomization [an-nât-o-mi-za'shun], s. het ont- leden n.., ontleding f. (leden. Anatomize Tan-nät’o-mize] - ed -ing, v.t. ont- Aanatomy ſan-nât'o-my], s. ontleedkunde f.., ge- rââImte n. ſnit Irell In, Amatron [ân 'a-trön], s. glasschuim n., salpeter op Ancestor [ân’ces-ter], s. voorvader m. Ancestral Tân'-ces-tral], adj. voorvaderlijk. Ancestress Tän'ces-trëss], s. stammoeder f. Ancestry [ân’ces-tryJ, s, afkomst f., stam m., voor- +Anchor Iân'kör], s. kluizenaar m. (vaders m. pl. Anchor ſäng'ker], s. anker n.; at anchor, ten anker; anchor arm, arm van het anker ; anchor bill, punt van het anker ; to bring a ship to an anchor, een schip ten anker brengen ; bovver anchor, how anchor, boeganker; best bovver anchor, daagsch anker ; small bovver anchor, vertuianker;shore anchor,landanker, sea anchor, zeeanker; spare anchor, noodanker; stream an- ehor, werpanker ; Ikedge anchor, werpanker; float anchor, vloedanker ; · floating anchor, drijfanker; sheet anchor, plechtanker; anchor fouled, onklaar anker; bed of the anchor, plaats, - waar het anker in den grond ligt , eatted anchor, ekat anker ; to ride at anchor, voor anker rij- en ; to weigh anchor, anker lichten ; anchor is at cathead, anker is onder den kraanbalk, to help a ship clear of her anchor, een schip vrij houden van zijn anker; the anchor is close up, het anker is boven water (bij 't lichten); come to aan anchor,ten anker komen, to carry one amehor out, to cast out one anchor, één anker uitbren- gen ; to east an anchor by the steraa. een anker achteruit brengen ; the anchor in a cock-bi II. alles is klaar om 'tanker te laten vallen, to dislodge the anchor from his bed, 't anker laten door- dreggen , to drag the anchor, naar 't verloren an- onder de kraan vieren om 't dadelijk te laten val- len; to get ready the anchor, 't anker klaar ma- ken om 't te laten vallen, anchor ground, an- chor hold, ankergrond ; let go the anchor, laat 't anker vallen ; to purchase the anchor, 't anker winden ; the au chor is a peak, 't anker is rechtop en neer ; the anchor start, 't loslaten van 't an- ker ; the anchor in starling, 't anker schiet uit den grond, to seize, to secure the anchor, 't anker aan boord vastsjorren; the anchor loo- sems from its hold, 't anker gaat door ; the an- schor is up, to anchor is up together, 't an- ker is voor ; to unbend an anchor, de ankertou- wen uitsteken; anchor ring, ankerring; anchor shank, schaft van het anker; anchor stock, an- kerstok ; anchor shoe, ankerschoen; anchor fluke, hand van het anker ; the flooks of an an- chor, de ankerklauwen ; anchor stopper, por- tuurlijn ; anchor lining, ankervoering, pudde- ming of an anchor, ankerroering ; anchor yard, ankerpark , anchor stock tackle, kiptakel; ana- chor stock hoop, ankerstokband ; bring your arse to an anchor, val neer, ga zitten, he iets go the anchor to the windward of the law, zijn gedrag is niet strafbaar, zijn handelingen zijn niet van dien aard, dat zij ingevolge de wet straf- baar zijn. » Anchor [äng'ker] -ed -ing, v.t.&i. ankeren, be- vestigen, rusten (on, op); to anchor in the open sea, in het gezicht van de kust ankeren. Anchorage ſâng'-ker-ridge], s. ankerplaats f., an- kergeld n..; to get to an ancherage, naar een an- kerplaats verzeilen ; to strike to anchorage, peilen naar een geschikte ankerplaats. Anchoress ſân 'ko-ress], s. kluizenares f. N Anchoret [äng'ko-ret] -rite, s. kluizenaar m. Anehor-smith [äng'ker-smſth'J, s. ankersmid m. Anchovy [an-tchö'vy], s. ansjovis f. Anchovy-pear ſan-tchö’vy-pare], s. soort van west- indische peer f. (baar verbinden. Anehy-lose ſan'tchy-löz] -ed -ing, v.t. onbeweeg- *# [ân-tchy-lo'sis], s. stijfheid, onbeweeg- baarheid (van een gewricht) f. Anchy-lotie [ân-tchy-Iö'tic], adj. stijfachtig. Ancient [Ane'shent], adj. oud ; -, s. pl. the an- eients, de ouden (uit de vorige eeuwen). e Ancient ſane'shent], s. vlag f., vaandrig m. Anciently Cane'shent-lyJ, adv. van ouds, oudtijds. Ancientness [äne'shent-ness], s. oudheid f. Ancientry [ane' cient-ry],s. geboorteadel m., eer van een oud geslacht “am. (fouderdom m., oudheid fi +Ameienty [äne'cien-ty], s. meerderheid in jaren f## Ancile ſân-ci'le], s. schild van Mars n. Aneillary [ân'-cil-la-ry], adj. dienstbaar (van vrou- wen), ondergeschikt. -ºr Ancome [an 'cüm], s. plotselinge zweer f. Aneon Iân'kön], s. elleboog, hoek van een deksteen m. Ancony ſân'kö-nyl, s. ijzeren staaf, die aan de ein- & den miet bewerkt is m. And IändJ, conj. en; toast and ale, geroost brood . in bier; toast and butter, geroosterde boterham ; . to go and see, gaan bezoeken, gaan zien; how can schip ligt gemakkelijk ten anker; to fish the an-| you go out and not be seen ? hoe kunt gij uit- ehor, 't anker kippen ; the ship fails over her gaan, zonder gezien te worden ? to go and drink, . . . #nchor, 't schip giert over zijn anker , the ship | drinken gaan; this is pure and clean, dat is te founders at her anchor, 't schip is achter zijn | zuiver, oprecht; a little more and we had been anker gezonken ; get the anchor, licht 't anker : ' Ikilied, 't scheelde maar weinig of wij waren ge-, to get every thing clear to the anchor, 't anker' dood , he grows better and better, hij wordt vuue, tiin, büll, für ; - th als in thin , ta als in thus , g als in go , dg, dj als in age, jar... ker visschen ; be driven from the anchor, van tanker afgeslagen zijn; to drop anchor, anker uitbrengen, the ship is easy at anchor, dit And hoe langer hoe beter; by little and little, al- lengskens, ongemerkt daarna ; tvwo and two, twee aan twee, and please God, als het God behaagt, yes, and please your lordship, ja, mijnheer; without ifa or ands, zonder omwegen of talmen. Andarac ## s. roode operment f. - Andiron [änd'i''urn], s. vuurbok m. Andranatomy, ſân- "# , s. ontleding van een menschelijk (inz. mannelijk lichaam f. Androgynaal Ian-drödg'y-nal], adj. tweeslachtig, her- maphroditisch. maphrodiet m. & f. Androgymus [an-drödg'y-niis], s. tweeslachtig, her- Androphagiſan-dröph'a-gIJ,s.pl.menscheneters m.pl. *# [an-dröt'o-my], s. ontleding van het menschelijk lichaam f. Anear [a-near'], prep. dicht bij, (ten behoort. necdotal ſân-nec-dö'tal], adj. 't geen tot anecdo- Adecdote [ân 'nec-dUte], s, anecdote f. Anelace [ēn'e-lace], s. dolk m. #Anele [a-nële'] -ed -ing, v.t. het laatste oliesel toedienen. ving f. Anemographie Tän''e-mög'ra-phy], s. windbeschrij- Anemometer ſân''-me-möm'mëter], s. windmeter m. Anemone [an-nëm'o-nëJ, s. anemone, klaproos f. Anemoscope ſa-nëm'o-scope], s. windwijzer f. An-end [ân-änd], adv. voorwaarts, tegen het eind; the plank is to be an-end, de plank is aan, de plank komt tegen 't inhout; the topmast is to be aan-end, de steng is voor, voorgaats. Aneroïd [ân'e-roïdJ, s. doos-barometer m. Aneurism [an'-nu-rizm], s. slagadergezwel n. Anew [a-nü"], adv. op nieuw, anders. Anfractuous [an-frâc'ta-us], adj, bochtig, kronkelig. Amgariation [an-går-i-ä'shunJ, s. dwang m., in- spanning I- Angel Gáne'gel], s. engel m., Godsgezant m., zeer schoon mensch n..; guardian-angel, bescherm- engel ; angel of the bottomlese pit, verderf- engel ; gouden muntstuk n. Angel-bed ſäne'dgel-bëd"J, s. kinder-ledikantje n. Angel-fish [ane’dgel-ffsh], s... soort van haai m. Angelie Iân-dgël' lic] -al, adj. engelachtig.' Angelica ſân-dgé1'1-ca], s. engelwortel m. Angelieally [ân-dgël'I-cal-ly], adv. engelachtig. Angelot # s. soort van luit f., zeker oud muntstuk m., zekere kaassoort f. Angel-shot ## s. ketting-kogel m. Anger ſângſger], s. gramschap f., toorn m. Anger Täng' ger] -ed -ing, v.t. vertoornen. Angerly Iäng’ger-ly], adv. boos, -toornig. ## ſang'ger-nessJ, s. toestand van toorn m. A # tºt 33, ##### #8 p hy. â Angiogra , Angnology n-dg1 og"ra-phy, ân- -- '#### beschrijving van, verhandeling f. over de vaten van het lichaam. Angiotomy Iân-dgi-öt'o-m # s. het openen van een . ader n.; ontleding van de bloedvaten f. Angle # s. hoek; hengel ; onnoozele hals m. *# [äng' glJ -ed [-ân'gldJ -ing, v.i.&t. hen- VN- gelen ſfor, naar); lokken, verlokken. Angled IÈng'gldJ, adj. hoekig. 't Angler ## , s.hengelaar m.; kikkervisch m. Angle-rod # -rödJ, s.hengelroede f., hengel m. # glf- knglican # canJ, adj. and s. Anglicaansch. w ## ſäng’ gli-cſzm],s. Engelsche spreekwijze f. ge lieize Läng'gli-cIze] -ed -ing, v.t. tot En- #n maken ; een Engelschen vorm geven aan. ; by and by, aanstonds, kort | Anglo Tän'glol in ## Ani Angling [äng'gling], s. het hengelen n. Engelsch, bv. Anglo-American, adj. Engelsch- of Anglo-Ame- Angober [àn go-ber], s. wilde peer f. (rikaansch. Angor [än' gôr], s. smart, hevige lichaamssmart f. Amgrily Tàng 'gry-ly], adv. boos, toornig, ontstoken. Angry [äng-'gryl, adj. toornig, boos; he is angry wwith me, hij is toornig, ontevreden over mij; an angry vvound, een boosaardige, ontstoken wond. Anguilliform ſan-guï1'li-form], adj. aalvormig, slangvormig. Aanguish ſäng'gwish], s. angst m., foltering f. #Anguish [äng'gwish] -ed -ing, v.t. beangstigen, benauwen, kwellen, folteren. Anguished [äng'hwisht], adj. gekweld, gefolterd. Angular [äng' gu-lar] -lous, adj. hoekig. Angularity [ēng''gü-lâr'ri-ty], s. hoekigheid f. Angulated ſâng'gu-lä-ted], adj. gehoekt, met hoe- ken, hoekvormig. Angust [äng-güst'J, adj. nauw, eng. (wing f. Angustation [âng-güs-ta'shun], s. engte, vernau- f. | Angustate Iâng-gust’ate], adj. nauw, snel in breedte verminderend. ( der Romeinsche ridders f. Angusticlave Ian-güs'ti-clav], s. soort van tunica Amhelation Tän-hë-lâ'shun], s, hijging f. Anhelose Iân-hë-löze'J, adj. hijgend. Amhydrous [an hi’drous], adj. waterloos. (ijdelen. tAniente Lân 'i-ënt] -ed -ing, v.t. vernietigen, ver- Amights [a-nihts'J, adv, 's nachts, bij nacht. Anil ſan'il],,s. indigoplant van de Westindiën f. Amile [ân'1le], adj. bejaard, kindsch. Anility [a-nſl’i-ty], s. bejaardheid eener vrouw f. fAnimable [ân'nI-ma-bl], adj. levensvatbaar. Amimad version Iän''nï-mad-ver'-shun], s. aanmer- king, berisping, bestraffing f. Animadversive [ân''nï-mad-vèr-siv], adj. beoordee- fAnimadversiveness Iân”nt-mad-vèr'siv-ness],.. s. waarnemingsvermogen, nadenken n., waarnemen. Animadvert Iân''nI-mad-vèrt'J -ed -ing, v.t. be- oordeelen, aanmerkingen maken. (berisper m. Animaal verter [ân''nI-Imad-vèrt'er], s. beoordeeler, Animal, [än'ni-mal], s. dier n.; stupid animal, dom schepsel, dom mensch. Animal [ân' nï mal], adj. dierlijk; animal faecalty, dierlijk vermogen (beweging, gevoel, gewaarwor- ding) ; animal passions or appetites, dierlijke . neigingen ; animal spirits, levensgeesten. Animalcule [ân''ni-mal'cu-le}, s. diertje f. Animal-ſlower IËn'nï-mal'flbü’er], s. zeeanemone Animalish [ân'ni-mal-Ysh], adj. dierachtig. Animality [ân''ni-mäl'I-ty], s. dierlijkheid f. Animal-magnetism Ian'ni-mal-måg'ue-tism], dierlijk magnetisme n., zie Mesmerism. Animate, [ën'ni-mate] -ed -ing, v.t. bezielen, aanmoedigen ; the soul animates the body, de ziel doet het lichaam leven. Animate [ân'nI-mate], adj. levend, levendig, bezield. Animated [ân'ni-mà-ted], adj. moedig, vurig, le- vendig. diging f. Animation [ân''nI-ma'shun], s. bezieling, aanmoe- Animative [än''ni-mä'tiv], adj. bezielend, moed- gevend. levensbeginsel n. Animator ſân 'nt-mä-tor], s. bezieler, moedgever m., fAnimose Ian''ni-möze'J, adj. vurig, vol moeds. fAnimoseness Iân-ni-möz'ness], s. moed m., drift f. Animosity Tàn''-ni-mös'sI-ty], s. verbittering f, Anaise, Tän'nſs], s. anijs m. (toorn m. Anime-seed ſân'nise-sëëdJ, s. anijszaad n. f, "Tate Time Trar, Traat, all, what; ms met, prefer, fine wil, marine, bird, no, nº, aor, move,T - - :: Ani Anisette Tän-nl-sett'J, s. anisette f. Anker ### anker n.., vochtmaat (n). Ankle ſang'kl], s. enkel m. Ann ſ#j voor Amanum), jaar n. Annalist Tän' na-list], s. jaarboekschrijver m. #Annalize ſân'nal-izej -ed -ing, v.t. in de jaar- boeken schrijven. (denis f. Annals Tän'nalz], s, pl.jaarboeken in. pl., geschie- Anneal Tän-nëal"J -ed ſ-nëald'] -ing, v.t, brand- verven, ontlaten (bv. iron). tend. Annectant [an-nëc'tant], adj. verbindend, aanhech- Annex Iân-nëx'J -ed. ſ-nëxt] -ing, v.t.& i. aan- hechten, bijvoegen, zich vereenigen. tAnnex Iân-nëx'l, s. # f, Annexation Iân-nex-a'shiin], Annexion [ân-nék'- shunJ, Amnexment [ân-nex'ment], s. bijvoeging f. Annihilable [an-n1'hi-lä-bl], adj. vernietigbaar. Annihilate Tän-nI'hI-late] -ed -ing, v.t. vernie- n, te niet doen, verdelgen. ihilation Iân-ni”-hI-la'shun], s. vernietiging f. ihilator [ën ni"hI-la''ter],,s. vernietiger. m. iversarily # adv. jaarlijks. versary Tàn-ni-vèr'sa-ry J, adj. jaarlijksch. versary days, verjaardagen van heiligen. Anniversary [ân-ni-vèr'sa-ryl, tAniverse, s. ver- jaardag m. (ren n. Anno Domini ſân'no-döm'mi-myJ, het jaar des Hee- tAnnoisanee Ian-noï'sance], s. hindernis, plaag f. Amnomination [an-nöm-i-na'shun], s. woordspe- ling, dubbelzinnige uitdrukking f. Anno mundi ſân-no-mün'diJ, het jaar der wereld n. Annona Ian-nö'na], s. jaarlijksche proviand f. Amnotate [Kn'no-tate] -ed -ing, v.t. aanteekenen. Annotation [ân''no-ta'shun], s. aanteekening f. Annotator [ēn'-no-trå''ter], s. aanteekenaar m. Annotto Tan-nöt'töI, s. kaas- en boterkleursel n. Announce Tan-noünce'J -ed I-noünst'J -ing. v.t. aankondigen, bekend maken. ( diger m. Announcer ſan-notin'cer], s. kennisgever, afkon- announcement Lan-noüns'-ment],s. aankondiging f. *# [an-nöï'] -ed [-noïd] -ing, v.t. vervelen, kwellen, verontrusten, hinderen, storen. Amney Tan-noï'J -anee Ian-noi'ance], s. vervelend iets n., verontrusting, kwelling, hindernis f. (m. Annoyer Tan-noI'erJ. s. kweller, plager, verontruster tAnnoyful [an-noï'fül], adj. kwellend, hinderend. Annoying fan-not'ingj, adj. vervelend, hinderlijk. tAnnoyous Tan-not'ous], adj. lastig. Annual [än'nü-al], adj. jaarlijksch ; -, s. éénjarige plant f.., werk dat jaarlijks uitkomt n. Annually ſân'nü-al-ly], adv. jaarlijks, alle jaren. Annuitant [an-nü'I-tant], s. die een jaargeld of een lijfrente heeft m. & f. Annuity Tan-nü'I-ty], s. # n., lijfrente f. Annul Tan-nul'] -ied [-nüld'] –fing, v.t. ver- nietigen; annal a signal, een sein vernietigen. Annular Iän'nu-lar], adj. ringvormig. Annulate ſän'nu-late], adj. van ringen voorzien. Annulation ſan-nu-la'shun],s. kringvorm: ring f., gordel m. (kunde n, Annulet ſân'nu-lét].. s. ringetje in wapen- en bouw- Annulment Ian-nül'ment), s, vernietiging f. Annumerateſan nu'me-rate]-ed-ing,v.t bijtellen. Annumeration ſan-nu"me-ra'shunj, E bijtelling f. Annunciate ſa-miin'shſ-hte] -ed -ing, v.t. aan- , kondigen, verkondigen. j # manueiation [a-ntín''ci-a'shun], s. verkondiging f; # . annºunciation day, Maria-boodschap. tune, tin, bull, für ; -th als in thin, Ta als AE# aansprakelijk, overeenkomstig. Annunciator ſan-ntin'ci-R-tor], s. aankondiger m. Anodyne # s. verzachtend geneesmiddel m. Amodyne [ēn'o-dinej, adj. pijnstillend. Amodymous ### adj. verzachtend. Anoint [a-noïnt'] -ed -ing, v.t. zalven, Anointed # adj. and s, gezalfd; gezalfde m.; the Lord's anointed, de gezalfde des Heeren. Anointment [a-nbïnt'ment], s. zalving f. Anomalism #', s. afwijking f. van den regel, onregelmatige staat m., onregelmatigheid f. Anomalous [a-nöm'a-lus], adj. onregelmatig. Anomalously [a-nöm'a-lus-ly], adj. onregelmatig, Anomaly fa-nöm'a-ly], s. onregelmatigheid f. tAnomy ſân/o-my], s, verkrachting van de wet f: Anon Ia-nön’J, adv. # aanstonds; ever and anon, van tijd tot tijd, dikwijls. Anonymous ſa-nön'í-mus], adj. naamloos. Anonymously [a-non'í-mus-lyJ, adv. zonder naam. Anopsy Ian'op-syJ, s. gebrek aan gezicht n. --- Anorexy ## s. gebrek aan eetlust n. Anormal fa-nor'mal], adj, niet overeenkomstig den regel, van den regel afwijkend. Another Dan-üTH'er], prom. een ander, nog een ; one another, elkander ; one with another, met , elkander ; ome after another, de een na den an* der; one among another, ondereen, onder elke ander; from another, van elkander (geschelden); such annother, zulk, zoodanig een ; give me ano- ther yet, geef mij nog een ; to sell things one vvith another, goederen door elkander, door een verkoopen; one misfortune comes upon the neek of another, 't eene ongeluk komt bij 't an- der ; it is one thing to promise, and another , to perform, beloven en doen zijn twee dingen : ome while he does this, and another while +#. Hill # # # dan # - N mother-gains ſan-ûTH'er-gåinz adv. van een fAnother-gates [an-üTH'er-gätes] n 3 Another-guise r:# andere soort. # Amsated ## adj. met ooren, of handvatten. * * Amser ſân'ser], s. geslacht der zwemvogels n.; kleine ster f: in den melkweg. W- Anserine [ân'ser-Ine], adj. gansachtig. - +Anslaight ſân'slât], s. aanval m. - * . . . Answer [ân'ser], s, antwoord n., repliek, oplos- , sing f; he will call you to answer for it, hij zal u daarvan rekenschap vragen (ter verantwoor- ding roepen ). iſ Answer ſân'ser] -ed Tän'serd] -ing, v.t.&i, ant: ' woorden, beantwoorden (aan), boeten (voor); ere gens voor instaan, voldoen ; mobody answered ' him, niemand antwoordde hem; to answer a :: letter, een brief beantwoorden ; his life shall answer it, hij zal het met zijn leven boeten ; let his neck answer for it, laat hem dit met zijn leven (de halsstraf) boeten ; it answer no pur- ; poses, het dient tot niets; to answer a bill, een 'º wissel betalen , to answer the helm ready, naar 't roer luisteren van een schip ; money answers all things, geld maakt alles goed ; to answer for, zich verantwoorden voor, rekenschap geven van ; to answer to one's strength, aan iemands krachten beantwoorden (geëvenredigd zijn); a very few will ansvver, slechts weinig zal voldoende, genoeg zijn. - Answerable ſân'ser-ra-blJ, adj. te beantwoorden navverableness Ian'ser-ra-ble-ness],s. verantwoor- in thus, g als in go , dg, dj als in age, jar, # x' g - Anten # fAntevert ſân'te-vèrt # Ans delijkheid, overeenkomstigheid f. (eenkomstig. Ann vverably Uſin'ser-ra-bly], adv. evenredig, over- Amswverer # rer], s... beantwoorder, borg m. Answer-jobber [ân'ser-jöb'ber], s. briefbeantwoor- der (iemand, die van het beantwoorden van brieven zijn bestaan maakt). Answveriens ſán'ser-lëssJ, adj, onbeantwoordelijk. Ant [ânt of ántl, s. Inier f.; ant'eggs, mieren- eieren ; ant'-hill, ant'-hole, mierennest. Amta, s. (pl. Antae) [ân'tae] }, z. Antes. Ant-acid ſânt-ãs'sid], adj. zuurtegenwerkend. Antagonist Ian-täg'go-nist], s. tegenpartijder m., tegenpartij, tegenspier f. Antagonist Ian-täg'go-nist], adj. tegenstrevend, te- genstaand, tegenwerkend. (staand. Antagonistie ſan-tãg-go-nis' tic], adj. tegenover- Aatagony fan-tâg'o-ny], s. strijd, tegenstand m. $Antalgie [an-tà]'dgic], adj, pijnstillend. Antarctic ſan-tärc'tic], adj. zuidelijk; antarctic pole, zuidpool. (vroeger..... Amste ſân-te], in samenstelling: voor..... te voren..... Ante-act ſân' teâct], s. vorige akte f. Amteater Iân'të ater], Anthear [ant'bear], s, mie- reneter, mierenbeer m. Amte-bellum [ân'te-bel'lum], s. voor den krijg m. +Antecede ſan-te-cede'J -ed-ing, v.t. voorafgaan. Antecedent [an-te-cë'dent], adj. voorafgaand. Antecedently [am-te-cë'dent-ly], adv. te voren. Antecessor Ian-te-cëss'er], s. voorganger m. Anteehaumber [än''te-tcham' ber], s. voorkamer, an- tichamber, spreekkamer f. Antecursor Ian-te-cur’ser], s. voorlooper m. Amte date [ân'te-date] -ed -ing, v.t. vroeger dag- teekenen, verhaasten. (vloed. Ante diluvian [ân-te-dſ-lu'vf-anJ, adj. vóór den zond- Amate diluvian ſân-te-dI-lü'vï-an], s. mensch die vóór den zondvloed leefde m. Antelope [ânt'e-lope], s. antilope f. Anteluean ſân-te-lü'can], adj. vóór de zon opkomt. Antemmeridian Lân-te-me-rfd'i-an],adj, voormiddags. Amatenmundane [ën''të-mün' dåne], adj. dat vóór de schepping was, voorwereldlijk. Akatemural Iân-te-mü’ral], s. wachttoren, hooge muur met torentje voor de poort van een kasteel. Antennae ſân-tën 'nië], s. pl. voelhorentjes n. Antepast [än'te-pàst], s. voorsmaak m., voorproef f. Antepen ult ſän''te-pë-nult'J, s. derde lettergreep van achteren. Amstepen ultimate # de vóór-voorlaatste lettergreep behoorende. fAnatepone ſän'te-pöne] -ed -ing, v.t. voorplaat- ssen, voorrang geven. (voor..... Interior Tan të'ri-or], adj. voorafgaand, vroeger, adj. tot Anteriority [an-te-ri-ör'ri-ty], s. het voorafgaan, vroeger bestaan n., voorrang m. Anteroomn ſân'te-rôôm], s. voorzijkamer f. s. pilaster f, z. Anta. ân-te-tëm/ple], s. schip van een kerk n. J -ed -ing, v.t. voorkomen, kanthem [ân’them], s. koorzang m. Anthem is [än'the-mïs], s. groote kamille f. Mint-hiIl [ànt' hïll], s. mierennest n. \nthology [an-thöl'lo-dgy], s. bloemlezing, antho- logie f, berººij, van planten f. Anthorism [ân'tho-rſzm], s. beschrijving of bepa- tAntetemple ling strijdig met die welke de andere partij geeft. Anthropology ſân-thro-pöl'lo-dgy], s. menschkun- , de, natuurleer f, van den mensch. . fatt, fat, fär, ºfást, fàll, what ; mé, mët, prefèr ; fine, wfil, ma-rine, bird , no, nöt, nor môve ; % 83 # Ant Anthropomorphist ſân-thrö-po-mor'phïst], s. ie- mand, die zich God in menschelijke gedaante voor- stelt, antropomorphist m. Anthropophagus, ſân-thro-pöf'fa-gus], pl. -po- phagi [-pöf'fa-dgi], s. menscheneter m. Anthroposophy [ân-thro-pös'o-phy], s. kennis van den aard van den mensch, anthroposophie f. Anthropotomy Iân-thro-pöt'o-my], s. ontleedkun- de van den mensch, anthropotomie 1. Anti Tän-ti], in samenstellingen: tegen..... strijdig met....., afkeerig van....., vijandig aan....., in plaats V8 in. . . . . Antic [ân'-tic], adj. kluchtig, koddig. Amtie Ian'-tic], s. potsenmaker, hansworst m. Anticalvinist Tän-ti-câl' vſn-ist], s. tegenstander van het Calvinisme, anticalvinist m. Antiearnivorous Län-ti-car-nYv'o-roüs], adj. tegen het gebruik van vleesch. Antichrist [ân'tï-krist], s. antichrist m. Antichristian [ân''ti-krïs'tchï-an], adj. and s. het christendom vijandig, vijand van het christendom m. Anticipant [an-tſs'si-pänt], adj. vroeger terugkee- rend (inz. van koortsen). Anticipate ſan-tïs'sI-pate] -ed -ing, v.t. in de voorbaat geven of nemen, voorkomen, voor den tijd doen, verwachten, voorzien ; vooraf gevoelen, sma- ken (bv. the pleasure of a visit: the evils of life, den druk des levens); to anticipate a pay- ment, vóór den vervaldag betalen. Anticipation [ân-tYs''si-pâ'shun], s. voorkomen n., voorsmaak m., voorgevoel n. ; by anticipation, vooruit. ( & f. Anticipator Tän-tIs'si-pa''ter], s, die voorkomt m. Anticly [ân'tic'ly], adv. op een kluchtige wijze. Anticonstitutional Iân'' tï-cön-stï-tü'shun-al], adj. strijdig met de staatsregeling. (stuipen. Antieonvulsive Ian''ti-cön-viil'siv], adj. tegen de Anticor [ân'-ti-cor], s. borstgezwel bij paarden n. Anticosmetie ſân-ti-coz-mét ic], adj. schadelijk voor de schoonheid. Anticourtier[ân-ti-coür'tier],s. vijand van het hof m. Antidemocratie al ſân-ti-dém-o-crat'icâl], adj. af- keerlg van de volksregeering. Antidote Län'tI-döte], s. tegengift n. Antifebrile Tän''ti-fé'bril], adj, koortsverdrijvend. Antifederal [ân-ti-féd'er-al], adj. tegen bondgenoot- schappelijke wetgeving. Antigraph Län'ti-gräph], s. afschrift m., kopie f. fAntilogy [an-tï1'o-dgy], tegenstrijdigheid in woor- den of aanteekeningen, antilogie f. fAntiloquist [ân-tY1'o-kwïst], s. bestrijder, dwars- boomer m. (voor bericht n. fAntiloquy (an-tï1'o-kwij, s. woord aan den lezer, Antimonarchical Iàn''ti-mo-när'-ki-kal], adj. tegen de alleenheerschappij, - de monarchie. Antimony [ân'ti-mo-ny], s. spiesglans n. Antimoralist [ân-ti-mör'al-Ist], s, bestrijder m. van de zedenleer. Antimusical Iân-ti-mü'zi-cal], adj. niet muzikaal. fA ratinomist Iân-ti-nö'mist], s. iemand die niet let op de wet. Antinomy Iân'ti-no-my]. s. strijdigheid f, tusschen twee wetten of twee bepalingen eener wet. Antipathetie(al) Län''ti-pa-thët'1-c (al)], adj. een na- tuurlijken afkeer van iets hebben. r Antipathy [an-tÏp'pa-thyj, s. natuurlijke afkeer van iets, tegenzin m... antipathie f. Antiphon fân-t5'fön], s. beurtzang door koren m. Ant Antiphoma1 ſân-tïf'o-nal], adj. het koorboek be- treffende, (koorboek, antiphonarium n. Antiphoner Lán-tIfo-ner], s. boek met koorzangen Antiphrasis [ân-tYf'ra-sis], s. gebruik van een woor in tegenovergestelde beteekenis n. Antipodal [an tYp'po-dal], adj. tot de tegenvoeters behooremde. (voeters m. pl. Antipodes [ân'ti-pUdz, an-tïp'po-dëz], s. pl. tegen- Antipoison ſân-ti-poi' zonJ, s. tegengift n. Antipope ſàn'ti-pope], s. valsche-, tegenpaus m. Antiport Can'ti-port], s. buitenpoort, buitendeur f. Antipriest ſân'ti-priëst], s. bestrijder, vijand m. van priesters of van het priesterdom. . Amtiptosis ſân-tip-to’sis], s. verkeerd gebruik van een naamval n. (s. oudheidkenner m. Antiquarian Ian-tï-kwa'rI-an],-ary [ân'tï-kwâ-ry], Antiquate [ân'-tY-kwate] -ed -ing, v.t, doen ver- ouderen ; opheffen, afschaffen (bv. a Haw). Antique [an-tëëk'J, s... oudheid f. Antique [an-tëëk], adj. ouderwetsch. Antiqueness [an-tëëk'ness], s. oudheid f. Antiquity [an-tYk' kwY-tyJ, s. oudheid f., oud stuk n. Antirevolutionist [ân-ti-rë-vo-lü'shun-ist], s, te- genstander van verandering der regeering m. Antiscorbutic [ân”-ti-scor-bü'tic], -zal, adj. tegen- scheurbuik ; - s. middel n. tegen het scheurbuik. Antiseripturist Eân-ti-skrYp'tu-rïst], s. loochenaar van de openbaring m. Antislavery ſân-ti-sla've-ry], s... afkeer van sla- vernij m. schappelijke samenleving. Antisocial [âh-ti-sö'cial], adj. afkeerig van maat- Antispasmodic Län''tI-pas-möd'ic], adj. and s. tegen de kramp, krampstillend (middel n.). Antistes ſân-tis'tezJ, s. opperpriester m. Antitheist [ân-ti-thè'ist], s. bestrijder van het geloof aan God. Antithenis Ian-tYth'e-sis], s. tegenstelling f. Antitrinitarian [ân-ti-trïn-i-tä'ri-an], s. loochenaar m. van het dogma der Drieëenheid. Antitype Ian'ti-ty-pe], s. tegem.beeld n. Antler [Ant’ler], s. tak aan de horens van een hert m.; brow antler, eerste tak , bear antler, sur antler, boventak m. Antlike ſánt'like], adj. mierachtig. Antoeei fan-të's1], s. tegenwoners m, pl. Antonomasia ſân-to-no-më'zia], s. naam verwisse- ling, verbloemde naamgeving f. tAntre Län'-ter], s. kuil m., spelonk f., hol n. Anvil [ân 'vilJ, s. aanbeeld u.; stock of aan aan wil. aanbeeldsblok ; rising an wil, speerhaak ; to be on the amvil, in behandeling zijn, gereed gemaakt worden. (begeerte f. Anxiety Iâng gzi'e-tyJ, s. angst m., benauwdheid Anxious ſânk'shusJ, adj. angstig, bezorgd. verlan- gend. langend. Anxiously Tànk'shus-ly], adv: angstig, bezorgd ver- Any [ën'myJ, pron. eenig; een, iemand, nog; any thing. iets, alles; any where, ergens; any one. any body, iemand, een ieder ; not any (one), geen, niet een, niemand ; take any, neem wat u bevalt; anx hovv. onverschillig op welke wijze, in any place, waar het ook zij, have yon any books ? hebt gij boeken ? would you have any thing with me, hebt gij mij iets te zeg- gen; any wither, ergens ; any vvhere else, ergens elde: ; any body but you, iedereen be- halven gij; he is as drunk as any thing, hij is volslagen dronken, at aaay time, te eeniger tijd , tune, tuin, bull, für , -th als in thin, Thais in Thus, gas- in go; dg, dj ais in age, jar. 29 do it hut any how, doe het maar, zoo als # I'einde, Apo wilt. Aonian [ä'o'nI-an], adj. tot het muzenrijk behoo- Aorist ſa"o-rïst], s. onbepaald verleden tijd, aoris- tus m., in de Grieksche spraakkunst. Aoristie [a-o-rſs'tic], adj. onbepaald. Apace [a-pace'], adv. snel ; it rains apace, het re- gent hard, might wears apace, de nacht vervliegt, that came a pace, dat kwam sterk aanzetten. Apagoge [äp'a-go-dge], s. zijdelingsche bewijsvoe- ring, waarbij men slechts de ongegrondheid van het tegendeel een er stelling aantoont, apagoge f. *#rors [a-pän'thro-pyJ, S. menschenschuw- eid f. (bijzonderheden f. Aparithmesin ſâp-a-ryth'me-sis], s. optelling van Apart [a-pärt'J, adv. afzonderlijk, ter zijde, alleen, Apartment [a-pärt' ment], s, vertrek n. (weg. Apathetic [ap-a-thët'ic], adj. ongevoelig. rºm Apathist Iàp'a-thïst], s. gevoellooze, on hartstoch- telijke, koud persoon m. & f. Apathy [âp'pa-thy], s. ongevoeligheid f. Ape [apel, s. aap, naäper m., the higher the ape oes, the more he shews his tail, als de apen oog klimmen willen, dan ziet men hun naakte bil- len : ape Ieader, oude meid; to lead apen in heII, als een oude vrijer of vrijster sterven. Ape [ape], -ed -ing, v.t, naäpen. Apeak [a-peak'), adv. steil, loodrecht. Apepsy, Iäp'ep-sy], s. gebrekkige spijsvertering f. Aper, [a'per], s. naäper m. Aperient [a-pë'rſ-entj, adj. openend, purgeerend. Aperiemt [a-pë'rï-ent], s. openend geneesmiddel m, fApert La-pèrt'J, adj. open, onvermomd. Apertion [a-pèr'shun], s. opening f. Apertness fa-pèrt'nessJ, s, openheid, openbaarheid f. Aperture Läp'er-türe], s. opening f. Apery [â'pe-ry], s... naäperij, nabootsing f. Apetalous [a-pët'a-loüs], adj. zonder bloembladeren. pex [a'pexl, S. punt f.., top m. . . " Alphaeren is, Apheresis, ## S. wegne- ming van schadelijke deelen n, afzetting, afsnij- / . ding f. (menschetſte de hi, hººf, Aphilanthropy ſäph-i-lân'thro-pyJ, s. gebrek aan | #. Aphis [a'phis], s. plantluis f. 5 ApInlogistie Läph-o-dgïs'tie], adj. vlammeloos. Aphony [âf"fo-ny], s. sprakeloosheid f. phorism Iäf'fo-rizm], s. bondige spreuk, leer- spreuk, leerstelling ſ., aphorisme n. #s Aphrodite [äph'ro-dI-te], s. Venus f. Aphthous Iâph'thous], adj. spruwachtig. Aphyllous Ia-phil'lous], adj. bladerloos. Apiary # s. bijenstal m. Apiece ſa-piece'J, adv. voor ieder, het stuk. Apish [â'pish], adj. aapachtig, dwaas, zot. Apiahly [ä'pish-ly], adv. als een aap. Apishmess ſa’pish-ness], s, aperij, zotheid f. . * Apitpat [a-pït"pätº, adv. met hard geklop. (ling f. : Apocalypse [a-pöc'a-lipseJ, s. openbaring, onthul- , 4 Apocopate [a-poc'o-päte] -ed -ing, v.t. weglaten wij van de laatste letter of lettergreep van een woord. - Apoerustic ſâp-o-crüs' tic], adj. and s. stoppend, terugdrijvend (middel n.). (pºls Apocrypha Ia-pöc'ry-faJ, s, pi. apocriefe boeken n. Apocryphal Ia-pöcºry-fal], adj. apocrief. , , Apocryphaleesa Ta-pöc'ry-phal-nëss], s. onzeker- heid omtrent echtheid of onvervalschtheid f. • • Apodal Iäp'o-dal], adj. zonder pooten of buikvinnen, #s Apo lietie, Aps, die tieat Täp-o-dſe'tic, ap-o-dic'ti- %% .- 3.3, -5'3;& & Apo cal], adj. klaar betoogend, helder bewijzend. Apodyterium [a-pöd-y-të'ri-umJ, s. kleedkamer f. Apogee Iäp'o-dgeë], s... punt waar de maan het verst van de aarde is verwijderd, apogeum n. Apegraph Läpºo-grãph], s. exemplaar, afschrift n. ApoIlyon [a-pöl-ly-ön], s... verdelger, duiveiºm, Apologetic, -al te rºnºlo-deº: adj. verdedi- gend. ſ verdedigende wijze. Apologetically [a-pöll' lo-dgët'ï-cally], adv. op een Apologist, -izer Ia-pöl'lo-dgist], -dg1'zer], s. ver- ediger m. Apologize [a-pöl'lo-dgIze], -ed -ing, v.i. (zich) verdedigen, verontschuldigen, eene verschuldiging inbrengen (for, wegens). Apologue ### s. zedelijke fabel f. Apology [a-pöl'lo-dgy], s. verdediging f. ;, to make an apology, eene verontschuldiging in brengen. A#meter [Ap-o-me-cöm'e-try], s. afstands- meting M. Apophthegm [ap'po-theme], s. zinrijke spreuk f. Apoplectie, -al [âp-po-plëc'tic], adj. tot de be- roerte behoorend; an apopleetic fit, een beroerte. Apoplexed[ap'o-plëkst], adj. door beroerte getroffen, Apoplexy Läp'-po-plëx-syl, s. beroerte f.; to fall # an apopiexy, door eene beroerte getroffen worden. Aporia [a-priºri-a], s. verlegenheid van een rede- naar, waar hij beginnen, wat hij doen moet f. Aporrhoea [äp-or-rë'a], s. uitvloeiing f. Apostasy ſa-pös'tasyJ, s. afval.. m., afvalligheid f. Apostate ſa-pös'tate], s... afvallige m. MApostate ſa-pös'tatej, adj. valsch, verraderlijk. Minostatical ##aj, adj. afvallig. Mpostatize Ta-pös'ta-tIze] -ed -ing, v.i. afvallen, afvallig worden (van kerk, of parti j. Aposteme [a-pös'tëmel, s. ettergezwel n. Apostil [a-pös't, IJ, s. kantteekening f, Apostle [a-pös'tl], s. godsgezant, apostel m. ; acts of the apostles, handelingen der apostelen f.; he , manoevres the apostles, hij leent geld van Jan i (EY - in ## '#n hip] telsch 1 - Apostleship ſa-pös'sl-ship], s: apostelschap n. ## ſa-pös'to-late], s. zending f., apostel- f Schäp ns Apostolie, -al, [ap-po-stöl'ic], adj. apostolisch. Apostolically ſap-po-stöl'li-cal-ly], adv. op een apostolische wijze, Apostolicalnese ſäp-po-stöl'i-call-nëss], s. het over- eenstemmen met de leer van de apostelen n. Apostrophe Ia-pös'tro'fe], s, aanspraak f., afkap- " pingsteeken n.., apostrophe f. #n Apostrophize [a-pös'tro-fize] , -ed, -ing, v.t.&i. aanspreken, met een apostrophe teekenen. Apothecary ſa-pöth'e-ca-ryl, s. apotheker m. i Apothegm, zie Apophthegm. # ex # # . . Apotbegmatiet [äp-6-thëg'rna-tſst], s. schrijver van , , " merkwaardige gezegden m, tº ge # # Apothegmatize #el -ed -ing, v.i. # # . kernspreuken maken of bezigen. & “Apotheosie [ap-po-the'o-sis], s. vergoding f. #' . Apotomme [a-pöt'o-me], s. ,verschil tusschen twee grootheden, die tot geen gelijke maat kunnen wor- en gebracht n. ; kleinere helft van een toon in de muziek f. me pozem ſäp'o-zëm], s: gekookt drankje m, 3 t verminderen, ontaarden, verbasteren zie # "Appall tap-pâl"] -ed -ing. v.t.&i. verschrikken, *, #ppair. [ap-pair'] -ed -ing. v.t.&i. benadeelen, App (doen) verbleeken; the sight appalled the stou- test heart, het schouwspel joeg het koenste hart APPalment [ap-pâl'ment], s. schrik m. (schrik aan. Appanage Iäp'pa-nadg], s. landerijen f. pl. die een vorst voor het onderhoud van zijn jongere kinderen bestemt f. pl. ; deel, aanhangsel n. N. Apparatus Täp-pa-rä'tus], s. toestel m., werktuig n..; the respiratory apparatus, de ademhalings- werktuigen. (rusting f. Apparel ſap-pär'relJ, s. kleeding f., gewaad n..; uit- Apparel [ap-pär'rel] -ed -ing, v.t. kleeden, op- schikken ; optooien, voorzien, uitrusten. x tApparence, fApparency [ap-par'ence, ap-pär'- en-cy], s. voorkomen n. ; z: A pearance. » Apparent [ap-pa'rent], adj... blijkbaar, duidelijk, zichtbaar, waarschijnlijk, schijnbaar, vermoedelijk; apparent tide, ware tijd. Apparently [ap-pa'rent-ly], adv. klaarblijkelijk. Apparentneas Lap-pa'rent-ness], s. duidelijkheid, laarblijkelijkheid f. (sel, spook n. Apparition [ap-pa-rïsh'un], s. verschijning f, schijn- Apparitor [ap-pär'ri-tor], s. bode m., pedel, deur- waarder m. Appartments [ap-párt'ments], s. beschieting, ver- eeling van het schip f. tAppay [ap-pay] -ed-ing, v.t. bevredigen, voldoen. fAppeach [ap-pëatch'I -ed -ing, v.t. beschuldigen. tAppeacher [ap-pëatch'er], s. beschuldiger m. tAppeachmentſiap-peatch'mentj, s. beschuldiging f. Appeal [ap-pëal"J, s. beroep, #! Ils Appeal [ap-peal"J -ed [-pëald'J -ing, v.i.&t, in eroep komen, appelleeren, zich beroepen, beschul- digen (bv. of felonie, van landverraad). Appealable [ap-peal'abl], adj. voor appel vatbaar. Appealamt, -ler [ap-pëal'ant], s. appellant m. Appear [ap-pëar'J -ed [pëërd"l -ing, v.i.. ver- schijnen, blijken, schijnen ; in het gezicht komen, in het gezicht zijn, zichtbaar worden voor het oog, appear against one, tegen iemand opkomen. tAppear [ap-pëar J, s. verschijning f. *#e: [ap-pëar'ranceJ, s. verschijning f., schijn m., voorkomen n..; great appearance zat court, groot gala ten hove , great appearance of people, groote oploop van menschen. (In. Appearer ta#arretj, s. verschijner, comparant, Appeasable [ap-pëaz'a-bl], adj. bevredigbaar, Appease [ap-pëaz']-ed I-pëazd'] -ing, v.t. stillen, evredigen. is (bemiddelend. Appeasive [ap-pëaz'iv], adj. stillend, bevredigend, *## [ap-pël' lant], s. appellant m., iemand, e dingt naar; party appellant, in hooger be- roep komende, appelleerende partij. +Appellate ſap-pël' late], s. z. Appellee. Appellate [ap-pël'late], adj. tot appel behoorend; #erreliate partij, waartegen wordt geap- pelieerd. Appellation, Iâp-pel-la'shun],s.benaming f.., naam m. Appellative [ap-pël'la-tivJ, s. gemeen naamwoord, woord n. (m. & f. Appellee ſap-pel-lëë'J, s. gedaagde, beschuldigde Appellor [ap-pël'lor], s. appellant; vervolger te- A# # # m. A *- ppenage Lap pén-age J, s. zie Appannage. Append ſap-pend"J -ed E-pen dedj -ing, v.t. aanhangen, bijvoegen. - . Appendage Lap-pën'dage], s. aanhangsel m. 'tte, fºt, far, fast, tall, what; me, met, prefer; fine, wril, ma-rine, bird, no, nöt, nor, move, Appendance, Appendant [ap-pënd'ance, ap-pënd'- ant], s. aanhangsel m. :. ; : xss- App App 81 »pendant ſap-pën'dant], adj, aanhangend. grondslagen leggen, in God's appointed time, ppendiente ap-pën/di-cate] -ed -ing, v.t, aan- , als God het behaagt. hangen, aanhechten (bv. a seal),, bijvoegen. Appointable [ap-pbïnt'àbl], adj. benoembaar. Appendicle [ap-pen'di-cle], •, aanhangseltje n. Appointee [ap-point-ëë'J, s... aangesteld persoon, Appendix [ap pén' dix], s... bijvoegsel n. (pen. | infanterist die wegens langdurigen dienst of dap- pperceive [ap-per-ceive'] -ed-ing, v.t, begrij- , perheid meer geld verdient m. perceptionſ #er-eëpº h#J, s. zelfbewustheid f. | Appointer [ap-pbïnt'er], s. die bepaalt. pperil ſap-per'il], s... gevaar n. (hooren. | Appointment [ap-point' ment], s. bepaling, aan- pertain TIËp"per-tain'] -ed -ing, v.i. toebe- stelling f, bevel n., uitrusting, jaarwedde f.; it pertainment, -tenance [äp-per-tain'ment, was done by the appointment of the magis- #ap-pèr'te-nan-ce], s. toebehooren n. trates, het werd gedaan op last van de over- Appertemance [ap-pèr'te-nance] -ed -ing, v.i. |tApporter [ap-port'er], s. inbrenger m. (heid. van rechtswege toebehooren. Apportion [ap-por's hun] -ed T-shundJ -ing, v.t. ppertinent ſap-pèr'tI-ment], adj., toobehoorende. | , evenredig verdeelen. petence, -cy ſäppe-tencej s. begeerte f. fApportionateness [ap-pör'shun-ate-ness], s. juiste à #bm:j, s... begeerlijkheid f. | - verhouding f. (deeler me ippetible ſâp'pe-tY-bl], adj begeerlijk. Apportiomer [ap-pdr'shun-er], s. evenredige ver- # [äp'pe-titel, s. begeerte f.., lust, eetlust # ap-por's hun-ment], s. verdeeling f. onger m., power is the naturai appetite of tAppose [ap-poze'] -eil ſ-pozd'] -ing, v.t. on- rinces, de vorsten hebben een aangeboren ver- dervragen, aanleggen, bijvoegen. angen naar macht. Apposite[äp'po-zït], adj. geschikt, voegzaam, van pas. Appetite [äp/pe-titel -ed -ing, v.t. verlangen. | Airponitely ſäp'po-zit-lyJ, adv. op eene geschikte, Appetition [ap-pe-ti'shun], s. verlangen, begeerte n. | voegzame wijze. (voegzaamheid, gepastheid f. Applaud [ap-plâud’J. -ed # v.t. toejuichen, Appositen een ſap'po-zïte-nëss], s. geschiktheid, Applauder [ap-plâud'er], s. toejuicher m. (prijzen. | Apposition [ēp-po-zſsh'un], s. bijvoeging ſ. pplause, ſap-plàuz'J, s. toejuiching f. *# [ap-praiz'J -ed [-praizd'] -ing. v.t. pple, ## J, s. appel m. ; ## of the eye, schatten, waardeeren; Sprijzen, aanprijzen. bogappel, apple of Love, iie? esappel. Apprainement [ap-präiz'ment], s. schatting f. pple-blossom [âp'pl-blös'sumj, s. appelbloesem | Appraiser [ap-pråiſzer], s. schatter, deskundige m. m, ook de kleur daarvan, | |Appreciation [áp-pre-ca'shunJ, s... ernstig gebed n. Apple-core Iâp'pl-core], s. klokhuis n. (del m. | Appreciable [ap-prë'shl-a-blj, adj. waardeerbaar, pple-dumpling Iàp'pl-düm'pling], s. #noe: "E:# [ap-prë'shi-âtel, -ed -ing, v.t. waar- pple-paring I ## s. appelschil f. eeren, ... op prijs stellen, hoog schatten, -v.i. in Apple-tart ## 'pl-tart'J, s. appeltaart f. prijs stijgen. (schatting f. ple-sauce [âp'pl-sàus"J, s. appelmoes n. Appreciation [ap-prë-she-a'shunJ, s. waardeering, IE: s. appelboom m. Apprehend ſäp-pre-hënd'] -ed -ing, v.t. vatten ard Iäp'pl-yärdJ, s. appelboomgaard m. (a criminal); bevatten, begrijpen, verstaan, vreezen. iable Dap-pli'a-bleJ, -plicable Iäp'pli-ca-bl]," Apprehen der ſâp pre-hën derj, s. begrijper m.,.,., - toepasselijk, Apprehensible fäp-pre-hën'sï-bl], # bevattelijk." l Al l (t Appliance [ap-plI'anceJ, s, toepassing f. Apprehension [âp-pre-hën's hun], s. het aanvatten, A # [äp''plica-bï1'li-ty] Applieablerness) vatten n., bevatting f., begrip n', vrees, verdenking , F# e-ness], s. toepasselijkheid f. f, a man, of dull apprehension, een man van Applicably [à plºea blyd, adv. toepasselijk. moeielijk begrip ; to be in apprehension for, [äp'plï-can-cy], s. toepasselijkheid, ge- beducht, bevreesd zijn voor. pplicane '# epastheid f. Apprehensive [äp-pre-hén 'siv], adj. bevattelijk, be- * * Applicant p'pli-cânt], s, toepasser, verzoeker, ucht, bevreesd; I am ## he wiII . . . requestrant, smeekschriftschrijver m. disappoint us, ik vrees dat hij ons zal teleurstellen. ,, # [äp-pll-ca-te] -ed-ing, vt. z. Apply.|Apprehensively [äp-pre-hën'siv-ly], adv. op een, pplication ſâp''pli-cä'shun],.. s. oplegging, aan- evattelijke wijze, beducht, bang, . 3. . . wending, toepassing, vlijt f, ijver m., verzoek n..,|Apprehensiveness, ſäp-pre hën'siv-ness], s, bevat- . . inspanning poging f. telijkheid, vrees, schroomvalligheid f. ſling m. pplieative #; adj. toeleggend. Apprentice Lap-prën'tiss], s. leerjongen, klerk, leer- . pplicatory [ pl#carto-ryl, adj, ' toepassend. Apprentice [ap-prën'tiss] -ed ſ-tſst] -ing, v.t. . lI-cã-to-ry], s. het toepassen m., op een ambacht -, in de leer doen # Iãp e ede f, verzoekschrift n. Apprentice-fee [ap-prën'tiss-feë], s. leergeld n... . # #p # adv. toepasselijker wijs. | Apprentieeship #pºp:## s. leertijd m., pply [äp-pli"J -ied (-plied] -ying, v.t. opleggen, 'Apprise [ap-prise 1, -ed I-prisd'I -ing, v.t. on- toepassen, toeleggen, aanwenden; - v.i. passen, derrichten, kennis geven (of, van). “- i. zich toeleggen, zich wenden, he applies a plas- tApprise ſap-priseſj, s. kennis, kennisgeving f. , ſter to the wound,, hij legt een pleister op de Apprize Lap-nrize'J, -ed -ing, v.t. waardeeren, wond, to apply one's self, zich toeleggen, zich schatten. tº, (ting f., vaste prijs in. wenden, zich wenden tot, aanspreken; to apply 'Apprizement [ap-prize'ment], s waardeering, schat- to a friend for information, zich tot een Apprizer [ap-priz'er], s, waardeerder, schatter m. vriend wenden om inlichting. (schikking f. ! Apprizing [ap-priz'ing], s. het schatten n. •w Applying [ap-plI'ing], s. aanlegging, aanwending, 'Approach [ap-pröatch"J, s. nadering f., toegang mi, Appoint tap-point'J, - ed -ing, v.t, & i. bepalen, Approach ſap proatch'j, #ed -ing, v.t.&i. (doen). vaststellen, benoemen, aanstellen, voorschrijven, naderen, nabijkomen, gelijken. - -- uitrusten ; to appoint the foundations, de 'Approachable ſap-proatch"a-bl], adj. genaakbaar, tune, tiia, bull, far, -th als in thin, thans in thus: g als in go; dg, dj als in age, jar.. april blown hi ki s die nadert m. vierd, ººk niet te na |Ar: atch' ment], s nadering f. i (1e Ap , adj, goedgekeurd. | A1 & » day J, s, ge ### t, vit, goedkeuren. Apriori fa-pri-6'rij, adv: van te voren, a pri p-pro-hä'shun], s. keuring fi, Apronfå'pürn],s, schort fi, voorschoot, platlood in een boek f. | geschut, schootsvel, deksel n. op 't laa Tap' pro-ba-to-ry], Approbative ſäp'- een kanon , lederen dek & : - - - - -&X: 2. , adji goedkeurend. •W | koetsier; apron of the - ####### ## pro-pin' Gua-te] -ed -ing, v.i. Apron-man fa’purnemän'], s, ambachtsman, derbij komen S. » ter, kamerwachter m. # # # # # at. goe pro pri- » tºe. ap-pro'pri-atel ed -ing, vat. toe- s, twee punten in de loopbaan van een afzonderen, schikken : the neousse of waarvan het eene het dichtst het tweede he s has appropriated a million for van de zon is verwijderd, rond dak n.., tion of ships, het huis der ge- plaatst ºf van relequieën, # # # :: en millioen voor den aanbouw van t flipt J, adj, bekwaam, geschikt, geneigd en, » iptſ -ed-imag, v.t, schikken, bekwam le tapt'a-blJ, adj, vatbaar, geschikt to » W Apºtate ſap 'tate] -ed a": vat geschikt pri-ate], s, eigenaardigheid ºf Apterous fápºte-röusj, adj. vleugelloos. (nei i-ate-ly], adv, geschikt, Aptitude Tipºti-tudej Aptness, s, bekwaa » Aptly Tàpt'lyJ, adv. op een bekwame wijze. Anto te ſâpºtotel, is onverbuigbaar naamwoo eid, gepastheid ºf APyrone Lap'y-röus], adj, onbrandbaar. ro" pri-a'shum], s. toeëi Aquarium ſac-kwäirºrf-um], s. bak of vijve ng ! J. la waterplanten in te kweek en m, # ro'pri-a-bij, adj. toe te eigenen. |Apsie, Apsides, Apees, # ap'st-des, a » g, | Aquarius Lae-kwair'ri-us], s, waterman m, .. y ſap-pro'pri-a tor, Aquatieſac-kwât' ic], adj, in het water levend, groe toeëigenaar, bezitter van toe- Aquatics Ia-kwäties], s, pl: waterplanten f. ::::> # Aquatieal Mac-kwât'i-cal],adj. in het water groeiend, aquaatieal bird, s, watervo lijke Aqueduet ſac'kwë-dictij, s. waterleiding heid. fºtº Aqueity ſa quëti-ty J,s waterachtigheid -ing, ##### # #A geeſa kwoºt » or verhoor be-Aqueousnessſa'kwe-us-ness], +Aquosity fa-k prove one's i-ty], s waterachtigheid ºf S ie one's self Aquila Läc'kwe-laJ,s : ; 't is an Aquiline Laeſ kwi-ling # et w line nose, haviksneus m. -, vis approve Aquaiion ſite kwe-lön], s, noordenwind m. we of the mea- Arabesque fair'ra-bäskJ, adj. Arabisch ; - ## # 1. in Arabisch en smaak, ºrnaam, geloofwaardig. Arabesques [arra bésks], s. arabesken f. nt], s. tgoedkeuring, Arabist far'ra-bïst J. s kenner, beoefenaar bische taal en letterkunde m. # ſärtra-bij, adj, ploegbaar, bebouwbaa ee ſar-angeej, s. #k m., galerij v. .. # » . # Arehing I -res'centJ,adj, boomachtig, boon | R# en tar 3%& » Architect ## > is. boompje in. park na, kweekerij fº, Architective # en, is en f. Er hout ri-cuiſ S& W. i-formJ, adj. s, boomkenner wkunde > ## boom | Are tonie adj, b # ## . #j":": # r-dgen-tk'shu verzilvering ºf är-dgen-trfºer-ous], adj, zilverbevº re, zilverhoudend looderts. gen-t1'naj, s, soort van zachte klei, potaarde f; soort ººkineu- tar-aan-la-ahus, arden #" en is" , » t Kraak 1 oot koopvaardijschip m., yl,, s groo ## -ed f-gewd] -ing, v.i. redekave- w er m. betooger, betwister, redetwis- s, redeneering, betooging f: , , s. bewijs n, bewijsgrond, jº-ea-inex i. redeneeren. erwerp ärºgu-men » #bij, adj. aanvoer ta'shun],s redetwist m. » w ent'a-tYv-ness], s.be- rijsbaarheid ºf Lär'gü-ment-1-zer], s. reden: #. # #dend, adj, scherp, snedig, fijn, fijnlui- ess], s. schepzinnigheid, sne- eid f. - ## en 3 wijs fº: toon, zang m. og, tº, rt van Oostindische taf f. dorheid, droogte f: ,, en far | -kli j|Armor far' | Armillary die zich uitstrekt; gestelden ## Hea! ehºest, geweerkist, anchor arm, arm van anker, arm and yard arm, boord tegen b nok tegen nok ; arna gasket, nokseizing at arms, konstabel, arm of the oar, ha van een riem ; *treaps of the yard arm, klampen; arm yard, nok van een ra; •p gaff arm, nok van een gaffel. w # Aren. Tärml -ed # -ing, v.t, waper slaan ; - v.i. zich wapenen, ten oorlog Armada ## s. vloot van gewapen Armadillo ſâr-ma- Yvlog, s. schildvarken n. Armament [ar'ma-mentj, s. krijgstoerustin #Arnamentary ## 8, # Armature [ar'me-türj, s, anker, sluitstuk n. van vogels f pl. Arm-chair ſarm'tchäir], s. .euningstoel m Armenta1, t/Armentine [ar-menſtal, ârºme adj. hetgeen tot een kudde behoort. +Armentose far-men-töze'J, adj, rijk aan v. Armful, [arm füIJ, s. arm vol m. # # ter, spit t n. tArmgaunt ſarm'gänt], 8 Armhole ſärm-holeſ], s. oksel n # Armigerſâr'mi-dger),s, schildknaap, wapend Armige rotan ſar-mYdg'er-oüs] # w Aranil (ta) ſar-mII'laj, s. armrin na ſl-la-ry], adj. uit ringe Armings ſärm'ingz], s. schanskleed n. Armipoten ar-mfp'po-tence], h , ten d, kletterend. - emi-tie- ſär'-mis-tiss], s. wapenstilstand Arniet tarm letjes, armband m, armpje n, Armorial ſár-mbºrï-a dj. tot het wapen mätſic] -eal, kruidig, geurig. #8-tºi kruiden. N- w üs], adj. geur bevattend, h rondom. W ### a-röüzd'J -ing, vt. opwek-| ), aansporen, in oproer bren- in eene rij. , interj: voort ! scheer je weg, -- # (t vuurroer m., haakbus f. s-er'j, s krijgsman met cht m., verzekering t, pand n # #ni, # ing, vt. voor rain'ment], s, beschuldiging f. | v.t, schikken, re- eene rekening for battle, troe | r r-randg'ment], s. s f, voorbereid J, s, r nºg : adºw, tapijt, be ght'J, adj, met gewe ## is 3% -- in g in hechter rengen in., ze] - ed -ing, v.t. welrie- | | gen, ger rek ! ld aangegrepen. #", ken, scharen rsieren. | ## en vazal. e-guard far-reër'gärd], s. a. Arrision Tar-rizhſun], s, het glim Arriva 1 far-r1'vall, s, aankoms rivais, berichten, arrival trai Arrivanee Car-r1'vans J. s aank <------ Arrive far-rive/] - ed -ing, v.i. aanlan men; - at, geraken tot, komen tot (b elunion), bereik # # # fArrode ſar-rode'J -e Arrogance [ar'-ro-gan laatdunkendheid f. Arrogant ſâr/ro-gant], al Arrogantly ſkrºro-gaat-1 Arrogate ſâr'r N tigen, zich wederre Arrogation ſâr-ro-ga # op Arrogativeſar'ro Arroeion [ar-rö/zhu ling n. 'shu iets, trotsch tivJ,adjas s. pijl m. •how ### # indelijk,ja Arro ## Arrovvy Iär'ro-w Arse ſárs/J, s, ac aarsdarm, arme en na Arsenal [artsen-alſ f. J, s. artisjok f.; seruza- ºnneblo d, artikel, en een taart, po ## V er wapen tiele, bij verdrag article of war, reglement voor de *reglement voor de land- en zeemacht; e navy, reglement voor de zeemacht, of time, in één punt des tijds. -ed I-cldJ -ing, v.t.&i. bij ar- len, bepalen, overeenkomen., W ti-cldj, adj. aan voorwaarden N (hoorende. tïc'cu-lar], adj, tot de gewrichten be- r-tïeſcu-late], adj. met gewrichten, dui- cheiden (bv. an - pronunciation), [ar-tſc'# -ed. eken, uitspreken, bepalen. y far-tºc'cu-late-lyl, adv, onderscheiden, #stenen, - duidelijk ness Iair-tic'eu-late-nessJ, s. duidelijk- < kºf, ' ſ ieding ºf » # "eu-la'shun], s. uitspraak, ge- tY-fºss], s. kunst f. w #, ti-fºss-er], s. handwerksman, kunste- # # bekwaam unstig, kunstmatig, -àlºty], s... kunstmatigheid f. ly], adv. kunstig, kunst- (gemaaktheid f. #" Niſt, # fiainess II Herist illery ſa gebon- -ing, v.t.&i. dui- 3: oeren, andab ind/a-bl], adj Ascendant ſas-cënd'ant], s. - wicht m., invloed m., rijzend punt na, bloed in opgaande linie m., to have ascendant macht hebben over ; to be in the ascenda het bevel voeren, een overwegenden invloed he Ascendant ſas-cënd'ant], adj, opklimmend. Aseeradeney tas-cën 'dan-cy],s, invloed m., ove Ascension tº:#, s. oprijzing, hemelv. Aneension day ſas-cén 'shun-day J, melv Ascensive ſas-cën's/vJ, adj, rijzend, stijgend. ( Aseent Ias-cent'J, s. opgang m., opklimm te fi, heuvel m. # # Aseertain Ias-cer-täin] -ed-ing, v.t. verz vaststellen ; to ascertain one's zelf of, gewissen van. # ## # Aseertainable ſas-cer-tain'ablJ, adj. bevestigbaa Aeeertainer ſas-eer-tain'er], s. bevestiger, iema! die iets zeker maakt m, w # Aseertainment Ias-cer-tain'ment], s. bepal Aseetie ſas-cët'tic], adj. van de wereld afgez streng vroom, streng. , , <-------- ------ # Aseetie [as-eëtſtic], s, kluizenaar ! # Ascetieinum fa, eet i-eismij, s, besch strenge deugdbeoefening fi, kloosterlev Ancians [ash'gäns], s. schaduwloozen m... p Aseites [as-ci'tëz], s, waterzucht in den onder Ascitiea1 ſas-citºtº-cal] -tie, adj. waterzuc Aseititious ſâs-ci-t1'shous], adj. to W Ascribable [as-cri'ba-bl], adj, to Ascribe ſas-cribe'J -ed -ing, tºe: aanrekenen. tºe inste: ## tº:## s, vers van v wijten (to, aan), Ameription Ias-erfp'shun], s. rekene ### toeschrijv schrijve 'en], a âsh'ery], s. a A hºez], s.pl, asch f, r, bone-ash, bee welken prijs ver- for, Et. vragen om 4 bv, ne, vragen naar iemand, ºf A J, Askarant [a-skant'J, adv. rager, verzoeker m. (schuins. | | ’. van ter zijde, scheef. # ## eep'J, adv. in slaap. ope'J, adv. schuins, hellend, » [a-so'ma-tiſs], adj. on lichamelijk: asp], Aspie ſâs'pic], s. slang, adder f. »p ſasp], -tree I-treël, s, esp, espeboom m. * -parag van ## s. asperge f. |Ansaaitable f peet ſaspect], s, gezicht, voorkomen m., aanblik m. | Assaulter ſas-sault'e # âs-pect'l -ed -ing. vt. aanschouwen. |A", ſas-say'J, s. ſâs-pect'ablJ, adj. zichtbaar. (zien n. Annay ſas-say') --------- #s-pect's hun J, s. het beschouwen, het toetsen ; -, v.i. pogen, n], s... & adj, espeboom, ratel populaer Assayer ſas-sa'- er], adj, ruw, (m, van espenhout. Aaaar rnaee fasesay r], s. Turksche munt f. ( maken. Assa af: "el. -------- sºper-ate] ed -ing, v.t. ruw, ongelijk goud of zilver in -pér-dgºl'lus], s. wijwaterkwast f: |Ansay-master ſas-shy'mas'ter], r’rt-ty], s, ruwheid, scherpheid f. ' rasseetation [ks-séc- # adJ. zaadloos. lºf Ansee urance Iäs. s-pèr-na'shunJ. s. minachting f: tAsseeure ſâs- rus], adj, ruw, sc # - i lig maken. e w ast »e- ºf Asneeution ## Aan x' # t### pir'ant], adj 1-rate] -e en, aan bla # it'er J. s senting-1y J, d: ###.'# (ademhaling f. 'A ſas-sert'T -ed -ing, s het reikhalzen handhaven, beweren, be r iets streeft, - # # y, ## ## <-------- ---------+--- > belegeren. as ſaz-sôôn-àz s. # aanwijzen, bepa- -ing, v.t, uitzoeken, sortee- 1toonen, - ren; # soorten voorzien ; -, v.i. overeenko- wien eigendommen | Assortiment ſas-sort'ment], s, sorteering f. (men, f, tAssot ſas-söt'J -ed -ing, v.t. zot -, gek maken, bepaalbaa w Assuage ſas-swa'dg] - ed -ing, vt.&i. Sº. ij, s. aanwijzing, bepa- ten, lenigen, bevredigen, bedaren. # # x: & 'Y' , , ' . . . . . . . . . Assnagement ſas-swädg'ment], s. verzachti ijeenkomst f. zº st-nee'], s. gevolmachtigde m. ; as-| Assuager ſas-swa'dger], s verzachter m., -ster f. nkrupty, boedelredders, curators Assuasive [as-swa'siv], adj, verzachtend, lenigend, ment. # : * +Asstabje et ſas-süb'dject] - ed -ing, onder- er Ias-siºner],s. die aanwijst, volmachtgever m. | danig maken. -- (de & [as-sine'ment], s, overmaking f; akte #Assubjesgate ſas-süb'dju-gate] laag racht f; assignment in bankrupty, +Ass nefaction Iâs-swe-fac'shun],s. het gewenn an een bankroeten boedel aan curators, Assue tu de fas'swe-tude], s... gewoonte fº, gebr # # # w Assume ſas-sümeſ] - ed -ing, v.t aanneme sïm'mi-la-bl], adj, hetgeen gelijk, aanmatigen, meer vorderen, dan men schuld n worden , vatbaar voor assi- | -, v.i. aanmatigend zijn, verplichting op zich ne- & w | men; assume the debts of another, de schul -ing, v.t, gelijk! den van een ander overnemen. '- # gsmiddelen ; -, v.i. Aasramer ſas-sü'merJ, s, aanmatigend persoon w ſtten, - assimileeren. | Assuming ſas-su'mingſ, adj verwaand,,trotsch. ess [as-sïm'mi-late-nessJ, s. # f. Asaunming ſas-sii'ming], s, verwaandhe - en Las-sïm''ml-la'shun],s. gelijkmaking f; Ansumpsit fas-sümpºsit], s, mondelin in lichaamsstof, assimilatie f: | onderneming ten behoeve van iemand. ſas-sïm'mu-late]-ed-ing, v.i. veinzen. | +$Assumpt [as-siimpt'J -ed -ing, v.t. s-sim'mu-la-shun], s nabootsing, *# ſas-sümp'shun], s, aannemi n #38; # # w W #stellin ## w # #h en n.., stoutm m., hulp f; | o , assurantie f: '- | Assure [a-shüre'] -ed fa-shürd'1 -ing, pzaam, zek ligheid stellen, assureeren, omstander, on-f. " N- # ter, tweede tim- shür'ed], adj. zeker, ontwij Assur ſa-shürſed-ly], adv. voorzeker, Iper, he-| ## # is, verzekeraar, ass .. w is'te-rizmJ, s, gesternte voor de pu-Astern [a-stèrn' J, adv, van achteren & '- +Astert. Ia-stèrt J -ed :-ing, v.t. ve Asthenie ſas 'ie T. adj. zwak. & shië verbinden #" -te 1. (Lamp) astrall . ray'J, adv, verdwaald, van den weg astray, afdwalen, verdwalen; to 1 eiden, op een dwaalweg brengen. .. -trict'J ed -ing, vt. vastbinden, sa- n, toetrekken. # , adj. ## beknopt. hunJ, s...d # ; thardlijvigheid f. » 'J, adj, samentrekkend. # ## adj, bindend, aaneen- # S. dstoppend. de Ia-strºde 1, adv, schrijlings. iferoue, Aetrigerone ## t # sl, adj. sterren dragend, ster # -trºndg/J -ed -in # ## e Las samendrukk , # ## # . # # N » $#% » t stringentſas-trºn 'dgent], adj, samentrekkend, s nt tas-trºn'dgent , s. "E , bind , s. samentrekkende ter zee , at al time, op di S present, thans, egin, at one bio res, onvoorzi wang m., samentrek-|A ongeregelde koorts, b Ate ſate], pret van E Atelene fat'e-lene], ad Atelian Ia-tél/lan] anor Iath'a-n volmaakt van minerale it N ##### Attent fat-tënt' J, adj. opletten hechten # beslag nemen, overhalen, attached to a friend, t, gehecht. # 83 # aanhechtbaar. nt], is gehechtheid f., ver- 'g na . : : : ::. > 'J -ing, wat aan een schotschrift). %. nvalbaar, aanrand- aanvaller m, (baar. i-ing, vat bereiken, verkrij: oe kan '# genaken, dat in a bij, adj, bereikbaar. . . at-tal #ned, -ity, s, bereik- en f. Att ging t, het allen verkla- klaren, be- antj, adj, vergezelle uipagemeester. Attendant ſat-tën'dantj, s. oppasser gezellin f, knecht m., iemand van een ge erj, s, opwachter, makk ad, aandachti voor een g: tendants, s. pl. Attender, Iat-tën' # Attentates [at-tën'tates],s. daden hof, nadat beslag is gelegd. # Attention. Dat tén'-shun], s, oplettendheid, bel heid f: (bv. to a stranger, jegens een vreet Attentive Iat-tëmºtiv], adj. oplettend. » Attentively ſat-tën'tively], adv opletten Attentivenese ſat-ten'tivenessj,s oplettendhe merkzaamheid, aandacht f. ## » |+Attentiyº Tat-tënt yj, adv. aandachtig. Attenuant ſat-tën nú-ant], adj, verdunnen Attenuate ſat-tën'nu-atel -ed -ing, vt,8i. dunnen, vermageren, verzwakken, tenger ma Attenuate Eat-tén 'nti-atel, adj. dun, mager, tenger. (mager # Attenuation ſat-tën''nu-a'shun], Atter Lätter J. s. etter m. » N Atterrate [at 'ter-râte] -ed -ing, v. # Atterration #t-ter-ra'shun], s. aanslibbing f. Attest [at-tëst'J -ed -ing, vt. betuigen, bevestigen, tot getuige roepen. Attest Tat-têst'J, s, get . Attie Attie attic- -ing, vt. kleeden A réc-ta'shun], s, bevoeling, betas-|A trrhºu-ta-blJ, adj, toe te schrijven, Aug Au! # ap f, at-i leten, boe- f un], s verbrijzeling des harten, een (sehen. | | ti 'J, adv. tus- MAtag aan ## d, r iets # eren, toenemen, gro mentable Daug- rrang. | #AEiſinti streng, stuursch, nessj, Austerity ſaus-tër' : stuurschheid, wrangheid f. » n], adj, -friar, s. I-fr1'e # *# ik m. # # g W li # ustral], Austrine ſaus'trïn], adj. zuide- te ſaustral-Ize] -ed -ing, v.t. maar en strekken. S.X. t den wind f. faustro-mân-cy], s, waarzeggerij uit ijf tar-ky], s, zelfgenoegzaamheid, zelf- -al, ſau-thën'ticj, adj, oprecht, geloof- thentiek, - - dig, # # , adv. geloofwaar- een ſau-thën'ti-cål-nèss1, s, oorspron- theid, # geloofwaardigheid f. thën'ti-cate] -ed -ing, v.t. chtigen, legaliseeren. -then-tºs'sityJ, +Authentienees s. geloofwaardigheid, echtheid f. - oorsprong m., oorzaak fi, schep- dichter, bewerker, maker, uit- { bewerken, 1 -ing, v.t. veroorzaken, ,s bewerkster, schrijfster f. tiv], adj, gezaghebbend. ri-ta-tiv-ly], adv, met ge- (voering f. | a-tiv-néssj,s gezag- nº, vergunning fº, e best authorities, the .. bronnen # # historian weinig gezaghebbend ge- -za'sh Avaricious tav "va-rſshºus], adj, gierig, +Avaunt Ave-Mary fa'-ve-Ma'-ryj, s. Ave-Maria # ord n. S3 :::::::::::::...2%- - - - - 3 ſang-zſlºyer-ry], s, helper, bondgenoot 1 > ... ::... . . . . . . # # f, # nd ### aug-Ilºia-to-ry], adj, helpend, bijstaan Avail ſ.a-vail J, s. baat f..., nut in.; it is of Hitt avail, het is van weinig nut. # Avail, fa-vail"J -ed-ing, vat.&i, baten ; to one's self of, voordeel trekken van ; wh that avail ! waartoe zal dat dienen ? of nothing, het helpt, dient, baat tot ni *#its ſa-vail-a-bïl/i-ty J, s, dienstighe Available Ia-vail'a-bl], adj, nuttig, dienstig, gevend, machtig, geldig. # # Availabienese fa-vail'a-bl-ness],s. nuttighe Availably ſa-vail'a-blyl, adv. voordeelig, nu Availment Ia-vail'mentj, s. voordeel, nut n. Avalanche tav-a-länsh'J, s, sneeuwval m, +Avale Ia-vale'J -ed -ing, v.t, laten zakk nederen ; -, vºi vallen (als regen), dalen. Avant-guard ſa-vànt'-gård J, s. # Avariee favºva-riss], s, gierigheid, inhal %2% * 3. . 2. : 3.3 » » karig zuchtig, vrekkig, inhalig. Avarieiously favºva-ri hºus-ly], adv. gierig Avariciousness favºva-rïsh'us-ness], s, gi +Avaroun fav'a-röus], adj, gierig. Avant fa-väst'J, interj. hou ! stop ! pas op 1 haal niet meer ! avast heavi spil vastdraaien. # » - EZ Avatar ſáv-a-tär J,,s. vleesch wording van de heid f. t in de Hindoesche fabelleer). Avaunt fa-väunt'J, interj. terug ! weg van b +Avaunt fa-väunt'J -ed -ing, vt. pochen, r men; -, vi, vooruitkomen, voorkomen. - .. #"# s, poching f. +Avel fa-vélº J -ed -ing, vt. wegs Avena eeons fa-ve-na'shus], adj. havera Avenage fav'en-adg], s, haverpacht, ſa-vèrs'I, adj. afkeerig. SN ely ſa-vèrs lyJ, adv. afkeerig, eness Ia-vèrs'ness], s afkeerigh W ver'shun], s, afkeer, haat m. ſire), -ed-ing, v.t, afwenden (bv. the rt'erl, s, afwender m. (paarden m. tery J, s, haverzolder, voederzolder voor ºvi-a-ry J, s, vogelvlucht, vogelkooi f. Ia-vid'I-ous], adj. vurig, gretig. y ſa vſd'I-ous-ly], adv, vurig. Ia vid'1-tyJ, s. begeerigheid ºf -ed -ing, vt. te laag schatten. 'J, s. raad m., bericht n. ze'J-ed -ing, vi, overwegen, 't tous], adj. oud. (zijde stellen, vºvo-cate -ed-ing, v.t, afroepen, ter vºvo-ca'shun], s, afroeping fº, werken, roc'a-tiv],adj wegroepend. (bezigheid f. oid J -ed -ing, vt. vermijden, op een ouden, ontgaan, ontkomen, ontwijken, -, v.i. ## tweggaan, vacant a-woïd'a-b termijdb br'-da J, adv. ve # { worden. #e N r ssJ, adj, onverm #vºer-dii-poiz' 'J,s. 16 ons); avoird wi # # # » d'er], s. |Aware ſa-ware'J, adv. onderricht hoede, gewaar; to be aware of verdacht zijn, - # Aware fa-ware'J -ed -ing, v.i. zijn, zich in acht nemen. Away [a-way'J, adv. "# # mººie away, de tijd staat in et at with it, ik kan daarmede in a bit and away, in haast iſ trekken; to make one's self de voeten maken , to make a iemand uit den weg ruimen, nv # je weg ! get away : kom, loopt or shanne: foei, schaamſt) u! awa weg met alles (geen) vrees! the het anker dregt door thoudt in halen! to carry away a mas to carry away a y a en clear away the lift, elear away the hovvi. to cut a way the en edge a way, van de kust houden, ed bij den de naar wind bras een plaats: cine) doctor in d » kocht, Har, start # ## aronet) n, baronnet, Re. (Bishop) bis roop awning, kampanjetent , jaaa Ibaj, s, geblaat n. # halfdektent, side N ää » een tent ; to spread t wºning, stations 38.38:: . . . . . . ing, zon- Rebble (bäb'bl] Haa Ibal - ed -ing, v.i. blaten. taai ſha'al], s, afgod der Kananieten m. S. W -ed -ing, vt. ki, stamele S - van Awake. (netentstutten. a child), snappen, babbelen, keffen (ve ## aan het werk. Hahhle fbäbº blij, s. #nap. gebabbel n, ſmurme tij, adj, or adv. scheef, krom, verkeerd, lºssahbiennent fbäh"bi-mentj, s. zie stabhie, y, scheefloopen van schoenen, to glaneet Habblerſbäbºbler],s. snapper, kakelaar, babbelaar m, , een scheeven (scheelen) blik slaan, is J, s. kindje in. # .. p is avvry, de hoed der dame staat bl], s. brabbeltaal f. ## - ºy fbaºbe-ry], s, kinderspeelgoed in. chip axe, breede bijl, piektitabien # adj, kinderachtig. # # 1e axe, pole axe, heirbijl, if Habishiy [bä/bish-ly], adv. kinderachtig. ik axe, mastbijl. » ## [bãºbish-mess], s. #tigheid f, shaped Tax'förm, âx'shapt], adj bijl- ºahoona ſba-bôônºl, s. baviaan m. # 'héadj op van een bijl m. etaby Lb 'by], s. kind n, pop :: 3-3. . . . . . . . . . . . . . :S S. handvat u., bijlsteel m. Hahy [b by J, adj, kinderach adi asvormig, spilvormig, |Bahy ſb 1'by] - ed -ing, vt. als ee oksel m. XS. Hahy hood [ba by hüd], s, kindsheid f. xiliary ſâx' ri-la-ryj, adj, tot Bahr-house Ibaſ-by-höüs'J, s, bergpl de. | |derspeelgoed ºf # in 'o-man-cyl, s soort van wiche- etaby- eh Ibaºby-Yshl, adj, kinderachtig, kinderlijk, van een bijl ºf Habyship Ibn' by ship], s. kindsheid f. g, # #ºndstºllins in "om" en:# t"runel, " verpesten, spil f. » | steeltuig n. » # >< ee], sº as, wagenas ºf axle Bºae Ibäki, spont, veerpont fi, besla bouten in een rolpaard , itaeca tbäk'ka], s bes, bezie, vuur chteras van een rolpaard, "#tbetalen restel, s. 1 . . . . . . . # doctorstitel m, erhagedis f. Baccate Ibak ka-te], adj, besachtig marry, ja wel. | Baccated [bäk'ka-tedJ, adj. me r aye, voor altijd. | aan bezien. , ,,, # muth ne, tophoog, top- Hacchanal Ibäk’ka nal], ad ».'' ... .. de miswijzingen Haechanalian Ibäkººka-naºlian dr. auth compass, Bacchanalian ly Ibäk-ka-na'li-an-ly uth, azimuth, kenmansmanier, rk the azi- Bacchanaſie iſ bäk'ka-nalz], s, h len, # Bacchantes Ibäk-kân'tezj, s. zonder organisch leven, sters van Ba achante , stikgas, koolst ni, Bacch tig, kinderlijk. kind the fa t; hack of the raadd elk of the sternpost, b v, terug, # tot a egen; on back! achteren , a sail | voo < is the Er zit nºg field, » elk baekstaye, groo baekatays, werd backstays, zij-pardoems, prev, looze #, shifting bae doens , standing ha ## backstays stool, ing backstaye taele haar uit te vieren, toen naaiing, waarmede ein worden vastgemaakt, Haeksword Ibäck-sord Etaekward Ibäckºwia achterwaarts, achteruit go backward, afwijk » wan ijnwaadm. | Baize ſhaiz], s. baai f. ree- ling f; we canae off with Bake fbakej -ed bakt] -ing, v.t.& en er met een langen neus af. | gen, hard maken, - worden; the bäffldj-ing, vt. overbluffen, S » ##### # a purpose); } hard 5. # # # #%. , veranderlijke wind. | als gij zaait, zult gij maaien. # , s, overbluffer m., die verijdelt. | #akehouse # s, bakkerij ºf , uier, haarzak m., my servant got Bºakerneate Ibake'meats], s, gebakken spij ende kreeg den zak, ik ontsloeg Baker Iba ker), s, bakker m., 'klein in te tike a bag of nails, oven van plaatijzer m., balcera's tra weet bag, kruidenzak, kus- beroep, haizer Hegged, met (binne kruiden, cloak bag, man- gen 1 bakkersbeenen, baker foot, ding, podding, ketelkoek, draaide voet, baker’s dozen, veerti the bag to hold, ie: ] Balcery Ebaºke-ry], s: bakkersmering, bakk » zijn, overtreffen, bag and Balking Iba'king], s. baksel m., baking k, truss up hag and bag-1 pan, ## stoofpan, koekepan. pak vertrekken, come out Etalanee ibä1'lansJ, s, balans, scha aggage, met zak en pak S.. .. ... -- ZON VN-', 'R::Z. zak #aan ; bag reef, vier szeil. . » W evenwicht, saldo na, balance of t tusschen de uitvoeren en invoeren van een ## - halanee aceount, saldo-rekening; bala ging, vt. in zakken ! one's favor, batig saldo , to atriike a # # 3-. . . . . . . . . . ::33 33 333.323 fenen , balance of .. bring thing # h S , s, handboog, voetboog ºm. Etail zeebaken n.., staak in., boei f. | Brail » # 11 listie pendulu ,,ongeploegd land is, teleur- werktuig, om de dr. » .. # kogels en geweerkoge Halle, een ſºbal 100 nººi wk'J - ed Ibawkt 1 -ing, vt. teleurs d; onaangeroerd laten -. v.i. #e ien en win Y11], s. bankmoot f: s. bankier, bank houden auwvischschuit). nkºhnk], s, groote visch # N.N. w k'noteſ, s, banknoot f. » tºre' soort van luit f. riiptſ, s. bankroetier m., 'roll, s. wimpel m., vlag f. ptij, adj. bankroet, , s, kolf # In, # < iptſ -e v,t, doen , adj, buigbaar, krom, slim. kro insolvent maken # S. - dïdj - Ying, vat. Sti. Ebankruptcy Ibänk'riip-ey J,s, bankr wisselen, twisten, ººk aan transman Ebanks' mani, opzichter over woordenwisseling hebben , Ranner nº nerl, s, banier, vaan f: spannen, muiten, stannered Ibanºne-red], adj. van vlaggen SN. J, s. mbeen m; & f. stanneret iban' ner-ret], s. baande ## ## Eige dj, adj. krombeenig. Meanneret [banºne-roij, s wimpel » verderf, vergift m., pest ºf, rot- ºf staani [bân-nſsh'unj, het ver n; rate bane. rattenkruit; they Hannoei. Ibän'nuck], s, haverkoek m... ht fºt ſociety, zij zijn de pest e ### (nmaal alſ's bane, wolfswortel Itanqu n"kwet], s. gastmaal, ba m'd] -ing, v.t. vergiftigen, bân' kwet] -ted -tin 3%.” $ 3% ::3% (schadelijk. # 1 stmaal geven, feest vieren r ster Iban 'kwet-er], s. feestvierder, W theer, onthalen » verderfelijk, vergiftig is], s. verderfelijkheid » bes-dragend doodkruiden, staat snºr en er # #rº r], s. boe le matrozen geen Chineesch is 23:3%## Banter [bân 33;. &#':33;: &#%$% Banter Iban ter] -ed I sen, gekscheren be # re r - p eaded # plaat niet kunnen Harelegged ſba # l met naakte been boom en Harely Ibäre'ly] s # # Harenecked Iba ºf st w ard m., Barbarijsch paard n., weer- Num e duif f, soort paardetuigen. an ſbar'ba-cân J, s. wachttoren m., brugge- fd n. | buy a bargain, een arian Ibär-ba'ri-ang, s, barbaar, onme | a good bargain, ie barian Ibar-baºri-an], adj. barb w be- se II one a bargain, i haafd, ruw, wreed, onmensel n # bedriegen , he'11 rep haric [bär-bar'ric], adj. woest, onbeschaafd. | he " ſbärºba-rizm],s, woestheid wreedheid, onmenschei theid, onmens här-bar'ri-ty], s. barbaar ######## W338 bärºba-rize] -ed -ing, vt. woest of h n; +-, vºi. barbaarsch worden , mis- goed mogelijk tegen de taal be marriage is a roue Ibärºba-rus], adj. barbaarsch, onmen- , woest, onbeschaafd, onzuiver in taal. ons Ly I J, adv. barbaarsch. ººk er ººk #ºen", tºf *# wen pi." - , vleeschuit- g isicº ard er], s, verkooper n ### sloep fi, kapit transportschip m., ha, (be s, schuur om à'ter], s. gerstewater in. stºf. (berg werk m. ter],s, hoofdopzichter in een dj, gistachtig. » fipaardenstal, veestal m., barn r: ; the barn is full, zij is zwan- vd -ing, vt. in een schuur opslaan. -cl],s.eendmossel, boomgans f, neus- 38 Ibärn'doorl, s. schuurdeur f. (knijper m. mornse thärnºmous], s, vledermuis f; hºe is barmannonse, hij is dronken. {meter m. r Ibaeröm'me-ter], s. weerglas in., baro- 1 [bär'ro-mét tri-cal], adj. tot den ba- » (del van een barometer ro-mët’tri-cal-lyJadj, door mid- in], is vrijheer, baron m., baron and en vrouw ; baron of heef, twee len- van een os, die niet stuk gesneden zijn. # J, s. baronschap n. f # s, barones f. E# s. baronet m., ##### » .. B. rbaronet. .. 1-al], adj. van een baron. & jheerlijkheid, baronie ºf #s, w #, s. weergl [bär dºor # , s. pl. kazerne t ºr s. twistzoeker, et schip of lading ter kwader trouw iër'ra-tröus], adj. schuld r'ra-try], s, bedrog in rechtszak teins ten aanzien van hunne el], s, vat n., ton, buis f: barrel of erloop ; barrel of a dream, hout- mmel, harrel of a wateh, trom- i Base-line Ibäse' line], s. :S3 : # Barrier Ibar'riser], s, sluitboom, g'geri, s, gerstesuikerf. | I, s weerglas in. rack-mas'ter], s, officier van # » scheepska- r, Ease-hearted ſhase/härt-ed] Barricade barricadeeren # oom, slagboom, grenspt m.; barrier towns, grenssteden, grensvesting rring-out Ibär'ring-but], is uitsluiting van een plaats, uitsluiting van den meester door de jongens Earrister Ebär'ris-ter], s, pleiter, advocaat ºm Barrow. [bär'row],,s. berrie fº, kruiwagen, heuve m., zwijn na, handbarrow, handberrie; wheel barrow, kruiwagen ; barrevvgrease, varkens Harse Ibärse], s: gewone baars m. (reuze Ear-shoe Ibär'shoe], s. gesloten hoefijzer n. Bar-shot ſbär'shöt], s, boutkogel m. ## Hart. (verk, voor Baroniet). HEarter Ibär'ter], s, ruiling. W W.-' ' , '.... '''.RW # HEarter Ibärſter] -ed -ing, v.i, ruilen, ruilhar Bºarterer Ibär'ter-rer], s. verruiler, ruiler m. Bartholomew tide Ibar-thö1'-o-muw-tIde], s, Bartholomeusfeest n. Barton, Ibär'tn], s, domein van een heerlijkheid n heerlijkheid f., bijgebouwen van een heerenhuizing Earwood Ibär' wildl, s. Afrikaansch roodverfhout in Barytone Ibärty-tone], s, bariton m., mannelijk een toonteeken heeft n. W sal], adj. tot den grondslag behoorend. MEasalt ſha zal J, s, basalt n, # Basaltie Iba-zàlt'ic], adj. basaltachtig. (met zuil HEasaitiform [ba-zàlti-form], adj, basalt W Hasanite Ebâzºa-nite], s. zwarte jaspis, toe Base # se], adj, laag geplaatst, gemeen, v snood, slecht, laag, onecht, diep, plechtig ; extraction, lage geboorte, hane coin, om bare munt; base court, veeplaats ; base e hase fee, base tenure, leen bezitting, pacht the base #*) tone of a violin, de diepe van eene viool. » # # RBase Ibäse], s. grond, grondslag m., basis, stem fi, bas m., zeewolf m., vertrekpunt n. wedrennen), » EEase-born Ebase'-born], adj, buiten hu HRased Ibasedj, part in waarde vermind vest, gekleed. ºane-roin Ibäse coïnj, s. munt # # &# , adj, itti ºaseless Ibäse'less], adj. zonder gron ?.8 3333.333%. 3 :: 33% ger ase'ly], adv. op ee dasely Ibase ment], s g: Basement |#d: LEEase-string ſhas #instºrtingent uinte fº, schuine kant m; ba-n 's, sch (kruid); bereid schaapsvel n. w a” zijn -ed -ing, v.t. den rand van een g tot een hoek vormen, scherp maken. is [bâz'I-liskJ, fabelachtige s * [ba'sn], s. be. , maar werktuig, waarmee convexe glazen worden gemaakt n. asined Iba'sneed.], adj, ingesloten in een holte. # Iba'sn-sha’pedJ, adj, komvormig, tenvormig, ':... - ,, ,, ,,W is Ibaſsis], s. grondslag m., basis f. ist Iba'sist], sº haszanger m. »k Ibásk'J - ed Ibáskt] -ing n, warmen in de zon), zich warmen, ket Ibás'ketjes, korf m., mand, ben, schanskorff. w-. WN - - - - - - - en E, ilt Ibás'ket-hYltj, # degengewest m. maker Ibás'ket-maſkerd, s, mandenmaker m. woman Ibás'ket-wüm-man], s.tehuisbreng- van #ºren, die men op een markt koopt); v.t. & i. koeste- ket Ibás'ketJ -ed -ing, vt, in een mand doen. t-sant thas ket-aaltj, s, tafelzout n. » ſter iſ, 'sn]. s. zie Basin. s. basstem fº, bas m.; soort van baars. bäs'si-net], s. soort wieg f. ass-sôôn'], s, basson, trombone f. w [bäss''re-Iïef'J, s, bas-relief, half verhe- ## E. #lawerk # # noºi. » W he lindeboom m. J, sº I $ 3 n den lindeboom m., ouwwerk n. van den lindeboom gemaakt, ten wijn m terdJ, adj. . ## w #aan, aan als een u # ºrdelººſ, adj, als een b # # J - onecht, nagemaa -ed -ing, vt. (valscht, | ": brick], s. poeier Heathe [barne] -ed -ing, vt. & i. (bv. in a river), bespoelen, wasschen, reinigen, betten (van een wond. Bather Ibärn'er], s, bader m. Bºathing Ibarraſing J., s, het baden, het Bathing-machine [ba'thing-ma- 1 Bathing-taal, ſhaºrning-tii Heath per ſhäth'kee-l t-hornetbat hor-sel, s. Bathon [ba'-thosj, s, kl ige ov verheven stijl tot het platte. kath-room ## s, badkam Batillage [bä-tr!'ladg], s, boothuur Eating Iba'ting], prep, behalve. Etatiet. Ibat'lét], s, linnenklopper m. Batman ſbatſman J, s. ten ; zek ººg er w J m. (bij het leger) Batoon Iba-tôônel, s, sto schalksstafm,,tecken n.van » " (in de wapenkunde). Z chY-an], s, kikvor adj, bebouwbaar balk m. Batrachian + Hattable Ibätºta- Bºat tailouaſbätºtäl- Battalia Ibat-ta'1 Hattalion Ibat tålºy ###" # [bätºt1], s, questiën tusschen par dent van d atst | # bäs'terd], s. bastaard m., onecht kind, tel ## % nbos m. # - - - - - - - - - - - - -- s. beuzeling f; fool's baw ble, tek, zotskap f; z.. Hauble. ng [bàw' bling], adj. beuzelachtig, nietig. Ibáw'cöckJ, s. mooi mensch m., lievert f. waardin, koppelaarster f. g: [bawd' born 1, adj. van een boer afstam- v â # adv. ontuchtig, (mend. ene [bâw' ontuchtig gesnap n. ly Ibaw'dyl, ntuchtig, hoerachtig, to hawdy, vuile taal uitslaan, bavvdy-house, bordeel. (wen, tieren, venten. 1] -ed Ibawld] -ing, v.i. & t. schreeu- 'er], s, schreeuwer, balker m. , wl'ing], s, geschreeuw, gebalk n.., fellow, schreeuwer, gew lidmaker a. àwn J, s. omheining f., vestingwerk n. w'relJ, s. soort van valk m. HEavvnon [bâw'sin], s. das m. 'J, inham me, baai, opening, ruimte ºf ; m; bays, pl. lauwerkrans m., verlaat n van mmolen ; hooizolder, vos (l 3 %. * to stand at bay, de spits bieden, weten te redden; to keep at bay, af- in verlegenheid laten. w ay, bayd] -ed -ing, v.i. aan blaffen, insluiten (bv. the bear). -- adj. bruinrood, bay horse, ros, paard. rdj, s. bruin paard n.., domoor m. äy-ber-ry], s. laurierbes f. ay-chërſry], s, laurierkers f. j, met kastramen. net], s, bajonet n. # -ness], s. dj. o i, blaffen, aanslaan % s (kanaal n. , s. laurierboom m. .. wïn'dow], s. kastraam buiten en winkel in. W N yärn], s. sajet f. tazaar Iba-zär'J, s. bazar f. âz’at], s. jeruzalemsch katoen --------- -- verk, van hefore Christ, Ibë-fore Christ'J, en in , te koop; to be sure, zeker to aangeroerd, ongemoeid laten. , v.t. opsteken, licht chten, beacon roeke aard, m., ver- , uitwatering van een meer fi, | j, s, zeezout uit een zoutpoel n: | n (voor J.c. [be, âm, waz, bïn], zijn, we-, d-proof ôf], adj. d, als o rke n kralen of aasjes blijven staan." Bead-roll [bead’roll], s, naamlijst van afgestorvenen, voor wier zielerust moet worden gebeden. Beads [bëädz], s. pl: rozenkrans m 3 adaman Ibeadz' man], s, die voor fgehuurde) bidder m. - ----------- ---------- Heads-woman [beadz'wüm-man], s. bidster f. Head-tree Ibead'treë], s, esschebladige azedar Beagle Ibea'gl], s. brak (jachthond) m., You precious beagle. ge zijt een lieve jongen, ieve schoelje, een lief gebakje. - w Beak ThéakJ, s. bek m., neb f, snavel, snoet m pijp, tuit f; beak of an alembick, hals van een distilleerhelm ; beak of the bulkhead, scho van de luizenplecht. w '- # Beak Ibëak'J -ed-ing, v.t, met den bek vasthouden Reaked Ibëakt], adj. gebekt, snavelvormig. Beaker Thea'ker], s. beker m. & ſteak-head Ibëak'héad], s. luizenplecht f. Beak-iron [bëak'1-urn], s. speerhaak n. Real-fire Ibéal'fire], s, vuur, vreugdevuur n. Eseam Ibeam], s, balk, boom, disselboom m., balan f, weversboom, horens van een hert, straal m dravv-bearm, windas n..; bearm of an anchor ankerstok m., beaam-feathers, slagpennen fi, arm beam, erovv feet of the beam, liggende houte knie, ter wederzijde van den mast en de luikga before the beam, in het voorschip ; beat heam, eat beam, zwaarste of breedste het schip, to clam, to ## a beana #w## balk lasschen : deck beam, dekbalk; midship beana, langste balk in het schip, hij het groe spant , middle piece of a beam, middelste van een balk, die uit drie stukken is samenge orlop beam, koebrugsbalk, heam of the poop ide, balk van de k # 3: ######## the eahl # een ander bidt, # ## ## ampanje, heam of stage, rib onder de kabelstelling; it is on th starboard beana, het is aan stuurboord; righ on the beam, ter rechter zijde, recht h ship in on he hearn-ends, het schip ligt gehee op zijde; it is on the larboard beann, het aan bakboord , palletting hearm, ribben, waaro de vloeren der verschillende bergplaatsen in 't rui liggen, round of the bearm, rondte balk ; sided beann, dekbalk lasch van een balk ; to st: van de dekbalken aan boord bepalen ; sea beam, dwarszee, wind on the beam, dw aire, ºns N te heer, er 'sear, groo x N # hºe e ene bear'n skin, before the hearl ed, hij verkoopt de huid, voordat de beer ngen is, X ## mar Ibaret, Bore Iborel, Borne, Iborn J, nºear- g, Ibare ring J vat.&i. dragen, lijden, verdragen, edoogen, voortbrengen, baren (ehildren) , behalen, in zich sluiten, hebben, druk- tten; to hear a sword, a name, een een naam dragen, to hear away, weg- en behalen, voor den wind afhouden (van n schip) ; to hear doven, nederdrukken, om- erwerpen, beschamen ; to hear off, wegvoeren, eren, afwenden, afhouden, zeilen van 5 to n, aanzetten, dragen, rusten op, to hear , ondersteunen, verdedigen, volhouden, eene! en uitzeilen ; to hear up, ophouden, staande den, volhouden, to hear away, gebied voe- , to hear the eharges, de kosten dragen, ostigen; to hear a part, deel hebben , to a part of a conversation, deel aan een ek nemen , . W .. S. . . . . . . . . p, to bear witness, getuigen , the | vvoºr de will hear best one meaning, de woor- ## en slechts ééne beteekenis toe; this word rdly hear that sense, dat woord kan nau- e beteekenis genomen worden, hºe bears , hij verschaft de middelen ; to hear ingen, zo bear company, gezelsch ear a per kosten, gelden ; to hear priee, een prijs behalen ; to hear it, hebben , een hear a hand, de hand an; to hear a body, uitkomen is van het noorde hoh, een handje espannen aandacht v ouden, loopen naar; to be aanhouden voor den aanval, le against a current, 't tij stop inschikkelijk zijn, verdragen ; paper ink, papier, dat niet vloeit, to hea to one another, op elkander gelijk thing in een ind, een zaak in N ben ; the book will not bear ºa het boek kan met geen voordeel 1 to hear hard upon any on len ; to hear one's self ning, zich op zijne kunde 1 hear one'n self, zich goed o to hear a good hond eerlijke inborst ## she hear zij houdt zich wel naar haar ja ten onre, iemand woord houden, face, een goed gelaat toon en than our estate en in hºe dan ons vermogen toelaat, to hear, een plan doen gela uitsteken, uitspringen in de Hºearable Ibare'abl], adj, d Hear-herry Ibare' kr . Heard IbeardJ, s. b. van een visch f, staa of a horse, ond ananica, langstaar , fºto hear in hand, met onge- ſtel p misleidend ###3 33 3333 . . . . . . :::::::::33 misleiden, hoe quaestion ? hoe staat beard Hºetari-grana Lºbeerd 'g questie zeeardlean ſheard les to hear away from a nea, voor #### » S83:33 --::::: W tteel e zee afhouden ; to bear down | Bearer Tbare'er], # gende boom, pi # ## ## J, s. (we -ed -ing, vt. beest maken in het Beats #d, s. pl. slagen m., getik van een » ast’1-nessj, s. beestachtigheid, dier- lateau Ibuj, s, pronker, fat, modegek m. * S | Reaniºn thoſishj, adj, pronkziek, fatachtig. , Heastlike Ibeast'ish, beast'like], adj. Eeau-monde [bö-mönd"J, s, fatsoenlijke wereld chtig, dierlijk, ruw. # menschen van smaak na. pl. » S$ 33% ess Ibeast'li-mêss], s. #eid. dier- | Heaamteous, libeautiful Ibü'-tye-us, bü'ti-fulj, adj, ruwheid, gemeenheid, vuilheid,f. | schoon, sierlijk, fraai. fülly), adv. sierlijk, east'ly J, adj. beestachtig, dierlijk. Beauteously, Beautefully Ibü'tye-us-ly, bü'-t1 , Vºeat # Hºeaten heatſinj, MBeat- | #eau te onsaness Ibü’tye-us-niëssJ, Heautifulness iat-ing],,v.t. & i. slaan, kloppen (bv. at [butti-ful-nessJ, s., fraaiheid, schoonheid, sierlijk r) beuken, afrossen, stampen, kneuzen, heid, # bekoorlijkheid f. t # # verslaan, uitkloppen, banen, het winnen. Reautify [bü'ti-fi] -ied -ying, v.t. versieren to heat the hoof, te voet gaan; to beat verfraaien, v.i, versierd, verfraaid worden. ron, het ijzer smeden ; to beat one's brains Enteauatileas Ibü'tI-less], adj, zonder schoonheid. jn hoofdbreken, zijn hersens kwellen met; | Beauty # s, schoonheid, pracht fi, luister n, inslaan , to beat into, instampen ; | m., bevalligheid, beminnelijkheid f. - down, afslaan, afdingen, aflaten; to beat if Heauty [bü'tyl, -ied -ying, v.t. versieren, op- terugslaan; to beat-up, plotseling aan- tooien, opsmukken. .. moesje in ontrusten; to beat the wing, fladderen, kºeauty-spot Ibü"ty-spöt], s. schoonheidsvlekje rd rondloopen ; to heat of terugdrijven, Beauty-vvaning [bu'ty-wan'ing], adj. in schoon- to heat an alarm, alarm slaan; to | heid afnemend, verwelkend. at to arms, te wapen roepen ; to beat a Beauty-waterſbü'ty-wà'ter],s, schoonheidswateren, arge, teeken tot eene charge geven , to beat Heaver [bea’verj, s. bever m. & n.. kastoren hoed , de maat slaan ; to heat out, uitkloppen m., vizier n. vizier dragend. n hamer, to heat ahout, middelen be- hºe avered Ibea'ver-ed],adj, met een vizier bedekt, een en om iets te vinden, het hoofd breken; to fasebleed,Hºeblood,Bebloody [be-bleed', be-blud', at upon, met kracht werken op i to beat up, be-blüd'dy J, -ed -ing, v.t, bebloed maken, me ven van soldaten, to beat one's back and bloed bezoedelen. d blue, iemand bont en blauw slaan, the bush, and another earaght the ij haalde de kastanjes voor een ander # en *#", #."#: tine ##ti bedaren tbv, the mind 't gemoed), bevred ####### # # WEE : #### .. ## # SN ieden, als 't heet is, de ge- la:# ## pret. # is eeone. ; ## , to beat sets, spellen win-Reeause Ibe-cauz'J, cunj, omdat, dewijl ; b. eat out, afgetobd, uitgeput zijn ; | of, wegens om. # Beblubbered Ebe-blübbe'redj, adj, behuild, zwollen van de oogen, Beeaſien #":## s. vijgeneter (een vogel) m, Beealm [be-cåmſ], -ed f-camd"J -ing, v.t. emand ferm afranselen; to beat ### fbe-bfotºj-ed -ing, vt. bezoedelen. %3A. pge ºut of a thing, (iemand) van iets. Hee hanee [be-tchánce'J - ed -ing, v.i. gebeuren, » heat one out of #| overkomen ;, vvhat hath bechameed them. w ſten we gen maken, van zijn stuk is hun overkomen. (boeie e enemy's quarter-, Becharm Ebe-chärm'J, - ed -ing, vt. bek fiteenie [bë'kik], s middel tot verzachting hoest, borstmiddel n. steek tbëek], s wenk, knik m., beekje n.., he # at your heeks, hi # op uwe wenken, | Reek, Reckon Ibéck, bëck'knij, -ed -ing, vat wenken, een wenk geven. | Beeleet Ibée'ketJ, s. strop m., oog, bindsel W blok n, schop f om turf te veenen, put the she ruise lag bij de +#. ## de #n #"# iſ het g; maatslag bij de mu- ºf ſteelip Ibe-clip'J ped I-clipt] -ping, v.t een wacht ; klopjacht f. Beelend Ibe-cloud'1 ee: -ing, ,,Er ### » er, stamper m., prin- | bewolken, verduisteren. ## << & Heeripple Ibe-er #f E# "# .. ben n.. benuine, lasse, lesser huwelijk 'n., ten be brought de hea, S (bv. of ason); to put to hed, verlossen; make a bed, een bed opmaken; from bed and | benard, van tafel en bed; heel fraane, kot, ## hangmat, bed of state, praalbed, | pron , statiebed; nuptial bed, huwelijksbed , hed'ahead, hoofdeneind; bed'sfeet, voeteneind , he that goes to bed thirsty, riaen healthy, degeen, die dorstig naar bed gaat, staat gezond op , early to bed, and early to rise, amaken # » #' ### heeft goud in den mond, vroe bed of snakes, nest met jonge slangen, riding bed of eoa eh, spoor van een koets, you will gen, poten, #nten, ken, in een laag » leggen; - v.i. samenwonen, bijslapen, bij iemand liggen, » » # (nat maken. edabble Ibe-diab'blJ, -ed -ing, v.t. # %. • 'glJ, -ed -ing, vt. beslijken. 2-ed-ing, v.t, durven, trot e-dark', be-da ing, v.t, te bed leggen : #en ; tot bedgenoot ma- be-erfp/plJ, - ed -ing, v.t, lam, kreu | EE ke » » #",d -ing, vt. krullen, buigen, ster f: # & :: 33. # | # # # #" evallen | wealthy, and wise, de ### en vroeg op, is goed voor de gezondheid ; 11: » » Hºede tead Ibëd'-stedJ, s. bedstede Hed-swerver Ibëd'swerºverd leggen, in orde leggen, vloer N "# &3& in E |Bee [beë], s. Bed-pan [bed-pan], s. beddepan ºf Bed-post [bédºpost], s. # Hºed-presner # 'er], w iedeſuilt Ibéd'quïſt), s, sprei, Bedraggie [be-drag' gl] -ed -ing, vt.be bezoedelen, bemorsen, # Bedreneh the dránchºi, -ed t-drench t] vt. doornat maken. # meedrid [béd'rid] # Bedrite, -rightſ.be Hºed-room Ibië Blºedrop [be-dröp J, pe besproeien, bedruppelen iedside Ibed'side J. s zijdeſ trouw is aan het huwelijksb kºed-stravv ſºbed'-strawl, s. need-tiek fbédſtºck], s, bedd Eted-time Ibéd'time], s tijd om #eduele ſbe-dijck/1 -ed-in klein houden (planten), op x #. ; "# Ik werk n. 'J -en »u f;. helpt gemak bijeenkomst van van hen te he # En hoe ga mun-ny J, rinkgeld n, warm], s, bijenzwerm m. is, bijenwas n. ### s f, beetwortel, biet, kroot m. t1], s, tor, kever, stamper m., rammei linnenklop N S as blind as a beette, zoo blin ; beetie reeaming, kalifaathamer, ot sugar, beetwortel-suiker. 'tij, ed -ing, vt. Sºi, overhangen. ovv Ibëe'tl-brow], s. tbrauwen. wed thee tl-broud], adj, met dikke wenk # # # adſbeë'tl-héadj,s. domkop, domoor m. & f. ded Ibëë-tl-héad-edJ, adj, lomp, bot. J, pl. v. beef, ossen m... pl. J, -fell f-fëll' J -failen #rainen, t,8i. gebeuren, overkomen. (betamen. ted f-fitted] - fºtºting], adj, passend, voegzaam, be- igenlijk. * : :,,s » (vleien. # -ed -ing, v.t, flikflooien, be-foam'J -ed. ſ-föamd"J -ing, v.t. bedekken. .. » 'og' ged], adj. in mist gehuld. Ebe -ed. ſ-fôôld'J -ing, vt. ver- n, misleiden, bedotten. W N # fore'J, prep. voor, boven ; adv. voor, te ## you before me, ik bemin u ho- 1 mijzelven, before movv, reeds, e wind, voor den wind, efore the wind, voor den wind ind, voor den wind #|" dj gar-things, ear before the wind, voor den win en; femd of before, houd af before the mid gon oe: ] Beggary | -ginning, v. klopper m. , beetie ## vooruitstekende wenk- -ting, v.t. passen, ; before the house, voor het two | Beggar-naaid Ib ºn "### pl: ; schooien; to heg of, verzoeken van ; to begon for a fool, iemand gek verklaren en voogdijscha over zijn goed verzoeken. Began Ibe-gän'J, pret van Begin, since th world hegan, sinds de schepping. Etegen Ibe-dgem'J -ed -ing, vt. met edelge steenten bezetten. Heget Ibe-gët'J -got I-göt] -gotteam ſ-göttn -getting, v.t, gewinnen, telen, baren, voortbr gen; plenty #t- divisions, overvloed veroor- zaakt verdeeldheid. » Begetter Ibergét'ter], s. teler, gewinner m. Beggable Ibëg'ga-blj, adj, te verzoeken, te vragen vatbaar voor verzoek, .. Beggar Ibégººger), s, bedelaar, verzoeker m., begga man, bedelaar, beggar vwoman, bedelaarster crew of beggars, bedelaars gespuis ; beggar bush, bedelaarsdoele, bedelaarsherberg, he know him as vvell, as the beggar Lenovºva hie die hij kent hem door en door, hij weet volkom, y [b is the high way to bedelaars telen kinderen en laten de rijken daa beggar on horseback, and he'll ride t Beggar Ibèg' ger], -ed, I-gerdJ -ing, v.t, vers ### ng te boven. 3 .. gariy ſbëg'ger-lyJ, adj. & adv. armoedig clothes, vod escheurde kleederen. ers-bü1'letsj,s, pl: stee Ewerpen. ' # g'ger-ry], s, bedelarij, armoed ## # S is âe d ar het gasthuis, overdaad baart Ibég'ging friſſers], s, pl, b wie hij is, heggars breed, and rieh namen feed voor zorgen, beggars must not be chasers, die iets vraagt, moet niet al te keurig zijn, net # devil, als niets komt tot iets, dan is het al mansverdriet, » $ 3 # men, tot den bedelstaf brengen, uitputten ## all description, dat ging alle bese ## N # # # # # # ### {moede reggarlinees Ibégger-li-ness], s. berooidheid, ar garly doings, laagheden, lage handelwijze # ## # # ; beg Beggar-maker fië geremaſkerj, s. kroeghou .. # is, meisje dat be Ibég'gers the beggars-bullets began to ## ## ### beggary 'fbëg ging, s. het bedelen n., tha t begging, niemand hecht "#. WW , ,WV #: adj id Ibe-gIltſj, adj, verguld. # t. En tie gi *# » Zoon Gods. -ed -ing, v.t, begraven. # -ed T-grëazd'J -ing, vt. | worden; for enz.), (vuil maken, blik; heing that, daar, dew e'J - ed -ing, vit, in den grond *# Ibë'ing], s, bestaan, aan mad J adj. in den grond vuil. zend, wezen nº to be in he "; 'mer],s bezoedelaar, bemorser m. | leven zijn , as lºod is in being 1, rudge Ibe-grüdg'] -ed -ing, v.t. benijden, Heing-place Ibering-place], s, woonpl 8% ººgunnen. » » Hºe it so I be it soj, onderstel, dat het zoo uile Ibe-gile] -ed -ing, vt, bedriegen, ver- het zoo zijn. # W chalken, doen vergeten. ſleiding af. Het Beiade he-jä'de] - ed -ing, wat uitement Ibe-gile'ment], s, verschalking, mis-titejape Ibe-ja' pe] -ed -ing, vt. er Ibe-gile'er 1, s, bedrieger, misleider ºm. leiden, » ## IbergY1ſtyJ -ed-ing, vt. misdadigma- Hejen uit Ibe-jez'zuit] -ed -ing, ën' J, s, begijn f. ten. | +Bekian Ibe-kYssºl -ed -ing, vt. m], s, prinses, aanzienlijke vrouw in 't Hekmave ſhe-nav J -edi-ing, vit 'J, part, past van Begin. (Indie. |fºteknow [be-no' J -ed -in 'J, sº behoeve, voordeel m., gunst fº, Belahor Ibe-lä'bur] -ed E- of, ten gunste van, he speaker in werken, afrossen, kloppen, of in brother, hij spreekt ten behoeve, benen, iemand ferm afrosse broeder, he appearn in behalf of his Belaee Ibe-lace'J -ed -in hij verschijnt voor zijn vader. | galon bezetten, slaan, (met Ibe-häpºpn] -ed -ing, v.i. gebeuren. Hºelaeed Ibe-lace ed], adj. komen aan. S x Belana [be-lam' J ed -in be-have'J -ed -ing, vt.&i. +beteugelen, stelamour ## j # onderwerpen ; (to behave one's self), naar m., minnares, soort bloe en (vvell, goed, i11, slecht). Helanay Ibél'a-myJ, s. goede v vleurd, sº gedragen, houding f. tºelate be-late'J, -ed -ing d'1. -ed ## -ing, vt. onte maken; helaten for a .. » hold. (hoofden. » # nigen als met de smarten 1 in # (der hel. | et, de eerstge de eeniggeborene Zoo # j, in het theater #e E van ach at g belas bij, adj. geloofbaar. # # ' in # vat. &i, n, aan veronderstellen; to believe in aan God gelooven ; maaike one believe, e naoon is made of green cheese, neii, [bëi'ly], s. buik m., a h. maken, dat wit zwart is. e-lie' verj, s, die gelooft, geloovige m. be-lie'ving-ly], adv, met vertrouwen. Ike'I; adv. waarschijnlijk, misschien, oge # (bestrijken, vangen. time Ibe-limeº] -ed -ing, v.t, met vogellijm iteie ſhe-lſtºtle] -ed -ing, v. kleiner maken, g e-live' # adv. spoedig, vlug. 'J, s, bel, klok, schel f, bloemkelk m., f, the bells are ringing, de klokken he bears alvay, the hell, hij is altijd ſhamel, hij is altijd haantje de voorste , to gelooven, (verlagen. | e the hells, alarmslaan, luiden ; to ring the l; de klok luiden, aanschellen, aan de schel kken, bellen, ':# of bellen, klokkegelui, e of bella, klokkespel, passing hell, dood- hear away the beil, den prijs, de over- behalen ; to lose the bell, en; to ourse by hell, book and candle, aflezen in de Engelsche taal onder i en met toortslicht; heil rope, klokke- heli arra, klokkearm. S. » Ibëll, J -ed -ing, vi, in de gedaante van groeien, schreeuwen. (schaduw f. # bei-ia dön naj, s, vergiftige nacht- nia Ibel-lärºminj, sº groot wijnglas n.., bo- , volle beker m., he disputes with heil- rinkt met maten, : : '... 3 ## It], s. soort van paardegebit n. âp-per], s, klokklepel m. J, sº tuimelaar m. # W # met schellen om hangen. r], s. fraaie letteren ºf pl. 1], adj. klokvormig. klokken bloem f: ndºerl, sº klokgieter m. 11-foundry [bëli'fbünd'e-ry J, s. : # (bloemen m. lt Hkelove [be-liv'J -ed J, s, glazen klok, stolp voor Beloved Ibe-lüvºed], adj e], s, voortreffelijk schoone # (krijg # rent], adj, oor #t '-ent],s krijgvoerende natie het schreeuwen van een hert o-tent), adj machtig in den ## nheid ºf ſoorlog. Belly Ibél'lyJ -ied I-lïdJ # d Belly ache Ibël'ly-äke], s. neii; hand thaiſy-bandj, s. # heel ly-bound Ibélºly-bóündJ, adj. hardlijvig. is te liv-eheer t"## s, goede sier m. "### Ibe et onder- # : .. (sc Mºtelly-friend Ebelſly-frëndJ, ### Ibë! . Elkelly-god Ibiël’ly-gödJ, s, buikdienaar, lekkerbek Helly-pinched à Belly-slave pill], s, schelleband m. ager IbélºrYngſter], s, klokſke)luider ºm ell-shaped Iſbell-shapedJ, adj. klokvormig, k vormig van bloemen. ######## % 3.3% b » » » stelluine, [bël ſlu ine], adj., dierlijk, beestachti ell-wether Ibël' wéra'er], s. belhamel m. W hungry belly ha no ears, honger is een scherp zwaard; what got over the devil's back in spent under hi belly, zoo gewonnen, zoo geronnen ; to be give to one'n helly, gaarne, lekker eten ; belly of sail. buik van een zeil ; belly of a eonapa tina ber, bolle zijde, kant van een krommer, got his belly fan 11 of it, hij kreeg daarvan de buik vol; his eyes are greater than his bell zijn oogen zijn grooter dan zijn buik; a hell full is a belly full, het is hetzelfde wat men er als men maar verzadigd is, woman with a gre belly, zwangere vrouw, she has had no de than twelve great bellies, zij is niet mind dan twaalf maal zwanger geweest &# # # # . worden, buik krijgen, 4-vºt. opblazen, vullen. buik ijn f, 'ly-frëtting], s. velafschavi oor den buikriem van een paard ; buikpijn paarden f. huimer, klaplooper s, tafelvriend, taf ## s. verzadiging, bekomst f: bél'ly-pïncht], adj, hongerig. &3. [belſly-slave], s. iemand, die riaaf v zijn buik is, lekkerbek m. # nººit inhº: fººii: "berl, s.spijs, voeding :3% .. Belly-worm Ibé1'ly-warm J,,s buikworm ºm. meelock [be-löck'J, -ed I-löckt] -ing, "ie t sluiten, opsluiten. - - - - - - » .. %. ## Helomaney Ibëlºo-mân-ey], s, wichelarij met 1 Belong Ibe-löng' J -ed f-löng' d], -ing, v,i, r hooren, toebehooren, toekomen, betreffen, aangas verbonden zijn met betrekking hebben. Helonging [be-long'ing], s begaafdheid f: W E#" beminnen. j, geliefd, bemind, Mkel ovv Ibe löw J, prep. and adv. benede omlaag, hier beneden, minder, geringer in an below stairs, onder, gelijkvloers. # tbël'sire, s. grootvader, voor iswagger Ibël'swäg-gerl, s. hoºr in de wei mensen # nºt thalij, s drassband, gordel m., doorva » # iteit, degenriem, en ander is erriem d: '# heit, buikriem ; h. # % stbe-moan'abl], adj, betreurens be-moan 'er], s. beweener m. be-möck'J -ed W :- belachen, (gen, nat maken. Ibe-moi'snJ - ed -ing, vt. bevochti- e-morn' J -ed -ing, v.t, beweenen, ### N &# . J, adj. droomend raete ſhiºnchi, s. bank, rechtban VN neh, ºueen's hearch, # in Enge- ad in schaafbank, zitting n sl # f, , hench reel, garenwinder m. nken voorzien, op een bank zetten; - vi, op rechterstoel zitten. » .w << eher Ibén 'cher], s bijzitter, raad m. d Ibénd 1, s, bocht, kromte, buiging ºf, knoop peinzend. # , barghout na, earriek hend, platte knoop, namon bend, sheet bend, schootsteek, tisher- bend,visscherssteek, visschersknoop, granny | , oudewijvenknoop; havvner benad, turksehe oop, midships bewad, fiat hend, groot spant, end af moest de voltallig stel mallen voor een hip, hend of a eable clinch, ankerbindsel , en d eoal, bovenste kolenlaag , benada, stukken ee . » # WN. nd Ibéndj, Hent Ubënt], Rhending [bénd'ing], (zich) buigen, krommen, spannen (bv. the onderdanig maken, (zich) onderwerpen, n (bv. the rage, de woede), overhel na het hoofd b W.. WWW'RWN EN W elf to a thing bend ail on h ver- » # , # # # besloten iſ, In, inner m. look zie Mºenne. apt J, adj. niet vlot, vs it'J, prep, and adv. that is het t f-möckt'J -ing, v.t. ºf f, Heing's n den stuurstoel van t-Et. ## +Renefieeless Ibën'e fis Etenefieenee Ibe-nef'fi- stenefieent The-net'fº-cent), + Ebeneficial Ibén-e-fſshºalſ, ad voordeelig. # zaal Heneficiaily Iben"e-fish'al' ## adv, Eteneficiary Ibën-e-fish'-ya-ryl, ambte, iemand die uit een beurs stud Etenefieienee Iben-e-fish'en-cy], is wel Benefit Ibën'e-fºtº], s. weldaad f, voo voorrecht in. # Benefit fbén-në-fit' -ed -ing, vººi » in » & & bevoordeelen, voordeel trekken, stenefit play Iben'e-fit-play'' " Benefit society [bén'e-fnt-so-ci'e-tyJ, sº #. van wederkeerigen onderstand' fº Henegro [be-ne gro] -ed -ing, woon zwart maken, # +Benenme, tekenenpane Ibe-ne -ing, vat noemen, benoemen, Hºeneplacito Ibén-e-plâzºi-toj, adv fabeneplaciture (bën-e-plázſi-tu tekenen. (be-nétºl -en -ing, vat. Benevolence [be-niëv vo-lence], liefdadigheid, weldaad f stenevolent [be-név'vo-lentj, a dadig, gunstig benevolen aan ## ### mee titengal ſºbën-gal' ,,, ha g Bengal-lights Ib jne, fbë ## strepen e-niht'J -e bek praiz'n -ed-ing, vt. buitengewoon Ibe-piarºple 1 -ed-ing, vt. purperkleu- Ibe kwëara'J -ed "5 erfmaking nalaten. S...: ,,SX8%. . . . . . . ....:-, W&W . . » her Ibe-kwea'Ther],s. erfmaker m. Ibe-kwëstº J, s, legaat n. (aanhalen. te #2 -ed -ing, v.t. menigvuldig! SN e-rain'J -ed-ing, vt. regenen op, be- # X- Ibe-rate'J - ed -ing, vt. bekijven, beknor- oorhalen, hekelen ratelen e-rät-tl] -ed -ing, vt. geraas maken, be-räy J -ed Ee", v,t. bezoedelen, Iberº-ber-ryl, s, berberis f. ave Ibe-rëav'J -ed E-reav'dJ -reft [be-rëft 1 aving, vt. berooven (van, of), ontnemen, your interest is bereft You, al uwe ren- ntnomen. # # # # # # t Ibe-rëav'ment], s. berooving f, ver- bereavement at the death of my very great, de dood van mijn oor mij een zeer groot verlies. - Ibe-rea’ver 1, s. beroover g .. #, g # s. burcht m., stad, zie Burgh : berg , ijsberg m, » .. #oel, s. bergamot, zekere eer, ie, bergamotsnuiff , grof tapijtwerk na, ree, bergamotboom, gan-der], s, vosgans f. rétij, s, zang m., lied r Iberg mas''ter], s. bergmeester (bij -motel, s, rechtbank mijnwerkers beslist." % 1 -ed-ing, vat. in slechte verzen bezingen, lini, sº berline ºf r, die de ge- (minachtend) » Bernardijner me ennik m. b'T -bed I -röbd"J -ing, vt. beste- id], adj van beziën voorzien, #", kooi, goede ligplaats voor s wild muurkruid n. htig groen, -ed -ei heilig maken, s, over # #. J -ed leknijpen. e wijze. t. bepoede-Rºeseenaly Ibe-sëem'1 (rig verven. zag, vat, verma-| Lifesmireh Hºen | Beanaut I tien, W seemingly Ibe ing-ly], adv. op betame ke, voegzame wijze. .. y], adj, betamelijk, oorbaar, voegzaam, gep % %. ast, tr:# # #schikt gemaakt. bezetten (b Rºeset Ibeesët'J -set-setting, vºt. with gold, met goud, a road, een weg, het nauw brengen, omsingelen, verlegen maken, Beset Ibeesët'J,, adj, omringd, aangerand, ha beset, zeer verlegen, al heel hard beset wi maile, achterlap van een schoen, die met spijke dicht is beslagen. Besetting ſhe-sët’ting], adj. dringend. » #eshine Ibe-shine'J -ed -ing, v.t beschijnen #eshrew fbe-shrôô'J -ed-ing, v.t. verwensche | #senhaat t be-shiit'J - ed -ing, v.t. opsluiten, Benide, hºeweiden [be-side', be-sidz'J, prep, and adv) naast, bij, buiten, behalve, daarenboven, benevens, beside hiaan hang his bovv, zijn boog hing naa hem , to uit besides a fountain, bij eene bron uit heside hi zitten , en augh to put him patienee, genoeg om hem al zijn geduld te do verliezen ; , this is, beaide our present pu pose, dat ligt voor het oogenblik buiten ons ºp beside that, behalve dat ; heside one's »eit buiten zich zelven , to be heside one's se raaskallen, mijmeren , to be beside the markt van den weg af zijn, de plank mis zijn. Eeniege Ibe-sïedg'J -ed ..W... Rºw Besiegement [be-eledg'mentJ, s... belegering f. #esieger fbeesïedg'er], s... belegeraar m. ll Rºesieging IbeesIedg'ing], adj, egerend, 'W fasesit Ibe-sit'J -ed -ing, vt. passen, voegen, Healave Ibe-slave'] -ed -ing, vit, onderwer in slavernij brengen. (zoedelen, vuil en hºeslaver, Ebe-slâv'erſ -ed -ing, v.t, met k bevuilen, bemorsen. # ## Ben Hubber, [be-sliibº ber] -ed -ing, v.t: bemors #eannear the smear'1 -ed -ing, vt. besmere esmearer [be-smear'er], s, besmeerder be-smirtch'J -ed-ing, v.t, bek be smoke'J -ed -ing, v.'t be be-smüt'J -ted -ting, v.t. vuil aan olie met roet. Beunover The-snow'I Been uit Eibe-snüfººn W. W. ...'. Z'W Besoan ſbe'-zumJ, s... bezem mº, # #esona Ibezum J -ed -ing, vt. vegen met e Hºesenaer Ebé'zum-er], s. veger m # +Resort Ebe-sort J, ":" -ed-ing, vt. (als) met snet - ed -ing, vt. met s if Hesort [be-sort'J - in. .. # Beaot Ibe-söt'J -ted -# verzot maken, 5suf maken. Hs 't Ibe-souht'J, pr # 1e Ibe-späng' glij - ed - versieren, doen schittere ter Ebe-spãºterij -ed W ladden, belasteren. vvi Ibe-spawl -ing, vet, belegeren, # faseaiime the slime 1 -ed -ing, vt. besmeren, en, kruiden. ( tºt spat L spitºl - ## oke'J, part van eenpeaix. ſvlekken d -ting, vt. bespatten, be- - spread I-sprédJ, ing # # #zaal: bedekken. 'J -ed-ing, v.t besproeien, » # # » (kelen, bezaaien. sprinkle ſh sprºng hij - ed -ing, v.t, bespren- *prinkler Ibe-springk'ler], s. besprenkelaar m. en putter Ibe-spiſtºterij -ed-ing, v. bespuwen. tº Ibést I, adj, s, and adv. best ; the best emotie, » # 2%. et beste kleed; at bent, op de beste wijs; we ave gone the best of the way, wij hebben 1 grootste gedeelte van den weg geloopen ; hºe he best construction on that thing, ij legt die zaak op 't gunstigst uit, what is the ent news ? wat goeds is er te vertellen ? to do me' heet, zijn best doen ; let the aman des in heet, laat den man zijn best doen ; to naalke S.:-... . . . . 'W-93... » of any thing, zoo veel mogelijk partij ordeel van iets trekken, zich zoo goed moge- uit iets redden ; he made the heat of hier vax to, hij begaf zich zoo spoedig mogelijk op g' naar , to have the heat, overwinnaar zijn , hat had he best to do ? wat kon hij 't best beginnen; they thought bent to conceal anger, zij achtten het 't veiligst het ge- verbergen; that name best hefits ast u het best ; he had the hºe er het best af; hij was aan 't in cheapest, 't best is 't # it the best of their po- et naar hun best mogen hºe heet # had na ## (vlekken, 1 eteatrew rket, S » wij -taking, vat. # # # of money upon huild merde veel geld he bestovv hieraa elf, hij moet, hoe hij zich niet pair of hºorns op een kºrte, in ger maken, zo hestow a daught uithuwen, » Lºestovval [be-stow-alJ, s, beschikk #estower Ibe-stow'er], s, gever, Bentovenment Ibe-stºw 'ment], s. het opdragen; het beschikte, het opg gegevene n. ----- kºestraddle Ebe-strãdſdij, ed ing, + Een traught Ibe-strauht'J, adj. # be-strôô'J -ed I-stro t-strown' J -strexving, vit, best meestride Ibe-stride'J, -at p-strode'J -den I-strid beschrijden, overschrijden, zitten of staan, the horn, oft bestrid, het paard dat gi den hebt, Etentud Ibe-stiid'I -ded -ding, spijkertjes, nageltjes, kno 3. stud with stare, met ste # # niet ingt Retaireſ be take'J-too in, hoogte tusschendeks, between the r -ny], s, betonie f. (plant). 1 twe # J, adj, in stukken gescheurd. Bevei Ibév'vl], s, zwei, winkelhaak, hoekmeter in [be-töss'J -ed -ing v.t. ontroeren, hevig stoel of the bevel, aanslag van de zwei, t # brengen. N » ---- -- gue of the bevel, tong van de zwei. be-tråp'J -ed -ing, vt. verstrikken, Hºewel Ibev vºl, adj, scherphoekig, schuinsch. ay, [be-tray'I -ed ter:# -ing, v.t. verraden, Bevel [bev'71], -ed -ing, v.t.&i. scherp hoe sleiden, bedriegen. w - schuin hoekig maken, -zijn, hellen, rayal Ibe-tray'al], s. verraad m., trouwbreuk f. Bevel-gear Ibev'vl-géar], s. raderwerk, waarvan r Ibe-tray'er], s. verrader, bedrieger m. l tanden schuin hoekig staan, conische raderen in ## [-trïmd'] - ming, v.t. Heveling [bev'vl-ing], s. hoek m. # # Beveiment Ibev'vl-ment], s. het gelijk maken vi th Ibe-tröth'J TE: ## -ing, v.t, ver- een kristal door 't afslaan van de hoeken in en, ondertrouwen, tot bisschop benoemen. Hºever [bë verJ, s, een weinig eten, dat men tussche Betrothment Ibe-tröth'ment], s. verloving f, on- twee groote maaltijden neemt n. (penningen dertrouw m. tvertrouwen. EBeverage E":## s, drank, borrel, dr Het rust [be-triist'J -ed I-trüst'edJ -ing, v.t. Hºevy Ibév'vy], s. vlucht f, troep m., kransje, betrustmentſ.be-triist'ment],s. het toevertrouwden, zelschap n.., (meestal van vrouwen en meisjes) etter Ibét'-ter], adj, s, and adv. beter, voordeel stewaii [be-wail'J, -ed I-waild'J -ing, vat m., bovenhand, meerderheid f. ; the better half, betreuren, treuren, weeklagen (over). w de grootste helft, my better half, mijne vrouw, Hºevvailable Ibe-wail'abl], adj. beklagenswaard erhelft; the better, zoo veel, te meer, ten ººsewailer Ibe wailſer], s beweener, beklager oot high and better, tien voet hoog en meer; Bevvailing Ibe-wail'ing], s. Bewaiinment "#ei: aand het ter, meer dan tweemaal # s, het beweenen, het weeklagen. bo veel; it is better than ten o'clock, het tºevvakeIbe-wakel, -ed-ing, vt. wakker hou er tienen ; for your better understan- Beware Ibe-ware'J -ed -ing, v.i. zich hoeden, ding of it, om u het des te beter te doen be-| wachten (of, voor 1, stoezien, beware of y jpen; he is much the better man, hij over-, poelkets, pas op uwe zakken, beware of vw ft hem, hen verre; he is not a whit the d: say, let, pas wel op hetgeen gij zegt. er for this, hij is daarom geen zier beter ,jf Beweep fbe: een j -vvept [-wëpt'J - werpi the better day, the better deed, hoe later vt. beweenen. (vochtige op den dag, hoe schoon er volk; better bovv 't Hewet [be-wét J. -ed -ing, v.t, nat maken, hºe an break, het is beter te buigen dan te Rewiider [be-wr1'der] -ed f-wnl/derdJ -ing, ken , the more I see her, the better M. ie:| in verwarring brengen, doen dwalen, verbijster r, hoe meer ik haar zie, hoe meer ik haar be | Bewildered neas Ibe-wr1'dered-nëss], s, verwa grovv better in health, gezonder # heid f. w (mak take, marry one for better for worse, ikke winterſbe-wrn'ter]-ed E# v,t. winterach # zooals die zijn zal ; the patient, Bewitch Ibe-wrtch'J -ed. ſ-witch't] -ing, tter, de lijder is (iets in heter; º never waar betooveren. » N - - (ring ik was nooit gezonder, iſ iiiked him the #Bewitchedness Ibe-witch'ed-nëss], s, betoo er for that, ik hield daarom des te meer | Bewitcher ſºbe-witch'er], s., betooveraar m. e to be better off, in beteren toestand | Rewichery, Hewitchmentſ.be-wftch'e-ry,be-wit jn; to have the better, het voordeel hebben, ,,ment], s. betoovering f. (heksend, verrukke innen, de kroon spannen; she has the Hewitching ## adj, betooverend, zij heeft 't voordeel; to get of gain the #ewitchingly ſhe witch'ink-lyJ, adv. betoovere f, de overhand hebben op, de overwin- Bewvrap [be-räp'J -ed -ing. vt. ontwikke alen op ; for the better, tot voordeel, | omstrengelen tbv. with flowers). # ttovertreffen. if Hºewray [be-ray'1,-ed I-rayd-J -ing, v.t. # ter] -ed-ing, vt. beteren. # dekken, verraden, bedriegen z. Hieray. Ibëttter J, s. wedder m. z. Bettor : het lijf vrage: [be-ray'er], s. ontdekker, verrader # erderen. (n, Bewrayingly [be-ray ing-ly], adv. op verrader is], s. verbeterhuis | Rewroisght [be-rawt'J, adj, bewerkt. (w # , better- Beyond [be-yönd' J, prep. and adv. boven, buit over, meer, verder, voorbij, in de verte, gind that is heyond any comprehension, d boven mijne bevatting; that is beyond ºm wer, dat is boven, buiten mijne macht, bey measure, boven-, overmatig; beyo - buiten kijf, onbetwistbaar; a. 1#i. house, een weinig voorbij zijn huis yond digestion, meer eten dan ren kan ; to be beyond retreat, n kunnen; beyond one's self, buiten zichzelve n herond one, iemand voorbijstrev in the water, grond kwij en e1 Ibëz'zl], s. kas van een ring, w bezº’ni-any, a schrooier, bedelaar m. l » # -ed -ing, vt, zuipen, Ibilal, s. schelp f, die tot betaalmiddel dient. ºngulated Ibi-äng'gú-la-tedJ -Hous, adj, twee- Ibi'as], s, overhelling, neiging ºf, vooroor- sl n. ; to go run bian, schuins, scheef loopen, ent bias, scheef snijden, his bian Heads binn, n neiging leidt hem; the bias of this dia- urne, het oogmerk van dit # the man tu- e the bianº 1 bias, de werkelijke, natuurlijke zin, eigenbelang, # interest, de kracht van het an eheek, een scheeve wang; to fail hian, heef vallen. » $ . . . . . . . fbi as] -sed L-bi'ast] -sing, vt. naar eene de overhellen voorin nemen, » » # s, partijdigheid f, » # adj, tweeassig. bbetje ; ze doen dr. .. # » ; zeker wischje n, fbi bij -hed -hing, vi, slurpen, zuipen, #en- Ibi-ba'shus], adj, aan den drank ver- t ### s, zucht tot drinken ºf, # f, bº ber], s. zuiper In # geklets na hahhle tbſhiile-bab Elej, s, brabbeltaal f.., J, s, bijbel m. ; hible societ ible eath, eed op den bijbel. adj, bijbelschººl tbijbel. ºan de # iedenis der letterkunde, W. > #er: Thtb-bli-6g-ratic - - bibliographisch, 1 bro-bli-bg'ra-tyl, s, bibliog 3: ... - ##### nev ging, uitgave, enz. f. o-pole] -iet Ibrb." ººidel ## | |Eifacial % # # % # zei ## er fºr biºbººr te j: hoe en schrij- , Restorm etter-intifures # zeggen, fiance, uitdagen, t den slag aanbieden; zenkrans bidden, te manen; to hid fair bid up, opbieden, opjagen. d Ibidj, s: bod op verkoopingen in, idder Ibſd'der], s, bieder m. Riddery ware [bſd'de-ry-wa-rel, s, bidde n. pl, voorwerpen, die te Biddery ſin van ko: ºr, lood, tin en spiauter, d gesmolten, worden gemaakt. Hidding Ibº d'ding], s, gebod, bºod na, Beide foideº], hºorde Ibndel, hid dragen, afwachten, verblijven, bl Bidental tºt-den'tal], adj, tweeta #identa te bieden'tate], adj, tweet Biºet Ibi-diët'J, s, paardje waschiba Hiding, Ibi' ding], s. verblijf na, wo Etiennial Ibi-én 'ni-al], adj, tweejarig. Etier Ibſer], s, haar, doodbaar f. titier-hail Ibér' bawk], sº begraa » [biest'ingz], s, biest, f Z Ibi fa'er-all, adj, gelij Etifarious Tht-far'ri-itsj, adj. 't Eifer Ibi'fer], m. plant die twe Y, bijbel- etitieronº Jººſter-otisj, isiſ in Ibiſtºfinj, s app Bifid Ibi'fid] Bifidate spleten. # # een ted reation I : S # ik om daar in te ken, opsnijde - stellen, big eilig. i #ia, re Ebig' sound-ing], adj, zwaarl # n], adj. gezwollen, o, try Ibë'zhô'try], s, kleinoodiën n pl. ons, nijugate Ibijû'gus, bi-jû'gate], adj. wee bladeren voorzien. ate ſhi-la'bi-ate], adj, tweelippig. (schip n. er IbY1 land-er], s, bijle 1 Ibi-later-al], adj. tweezijdig. Ibºl'ber-r h s, braambes f. Ibr1'-bol, s. Bilboa-degen m. Ibrl-bo-ka'J, s. vangbal m. » s, gal f.., toorn m., zweer f; to stir ile, iemands gal prikkelen (hem ver- staande zijn gestuwd ; bilge piece kielen, te stovv bilge and cant-line. stuwen, dat de bovenste laag op den de onderlaag rust; biige » en » .. krijgen of stooten. Ibridg] ed E-bildgd] -ing, via een lek naarmp Ibildg' #gd is, scheepspºmp f, >-8; S. à ſterl,s water in het schip n. adj. van de gal; hiliary cal- Ibi-ling 'gwall, adj, in twee talen, Ibi-ling'gwus], adj, tweeton , vergadering van gezwor is over een vreem gger m., tweemast- ways, slag- | # .. k; quarter biH, gesch wachtrol ; taylors biii, kleermake ### endent, zwemmer ; portage hill, staat, aa W inde de aan de equipage verschuldigde geld voor een zeereis ; hiil of atore, vietu ri vrijbrief van 't konvooi, waardoor scheepsbeho ten tolvrij verklaard worden, bill of sufferane vergunningsbrief om van de eene haven naar andere te varen ; to put up a hill, een or nantie aanplakken ; to put up a hill for ging* to be let, een huurcedel van huize te huur zijn, aanplakken, ophangen , to fin hi11 (indietment) for ## de akte v beschuldiging van den aanklager ontvangen; pass a bill, een wetsontwerp bekrachtig # effectenprijscourant ; bill preseriptions, recen bill wallet, wisselportefeuille. # Biil Ibr11] - ed Ibrildj-ing, v.i. trekkebekk -, v.t. openlijk bekend maken, aanplakken, Bill-book Ibïllº bijk], s. wisselboek n, ill-broker Ibill'bro ker],s, makelaar in wissels Billet Thï1'let), s. briefje, blok, stuwhout m., bil van inkwartiering. . #illet Ibil let 1 - ed -ing, wat in kwartieren, Billiard Ibr1'yerdJ, adj. tot het biljardspel be rende; to drive the hoopn of the emast means of billiard, de kuip banden van den # rammen. » » W .. 3% asilliard-ban (briºverte ball],,s: bal m, billi ene. sº queue fº, billiard able, s. bilja # Billiards ſhil'yerdzj, s, pl. biljartspel n at hitliarde, biljarten, .W . Riiiing-gatefbningz gatej,s, gemeene 3 % % % % %&. #$ :: S ##### billingsgat taal | #illio N ding eove, laat in vracht zi te onthoud # r: ##### in Tbil' van J, s bij een n. Hillman Ibill' man J. a. hellebaardi . ſlºlotl, s, goud, zilver in baren n Ibï1 low-J, s. baar, golf f: 1'low] -ed Ibr1-lowd' # f, taal wijf #% 1 adj g 'st .. ## ## tweehandig e], adj. tw een taal # # e sleep hound up onze zintuigen, maak- inds by heat, door nmijnen ºf s, boekweit f. inder, band ºm, .. y1, s, boekbinderij g], s... band m., omboordsel n. (glazen m. ## <3x zºze :.:s met twee oog- ſ %. nöc'u-lar, bi’nbe'u- #" "### #n, adj, and is tweeledige mººie mus 1, # J, adj. tweenamig. r], s. levensb ## e], -al, adj blp'a-rus] n hop, wijngaard m., hard | #iºd-witte in 1, Birgan der , tje in om vogels haira, eye ſhirazie 'ie], adj. een vogel in zijn vlucht, hird- thirºgan derj,'' | Birt Ibirt], s, tarbot m. | Reirah Ibirth], s. ": nº, oorsprong me, be zijne geboorte, a french ## in, st leiding geven tot in ## much, # tot het schrikkeljaar .. dj. (behoorend, Libïsttort], s, slangenkruid n. &## Ibis'tur-ij, s. heelkundig mes n. te Ibi-stil'catel, adj, met gespleten hoeven. stre, Ibïs'ter], s, donkerbruine verf, 1, s, beet ; munt f. (van 5 stuiver); a bite o ead, een bete brood; to draw the bit, den 1 afnemen; to bite on the hit, knabbelen et gebit, zijn toorn bedwingen , not a bit, f, stuk, gebit n, sleutelbaard tºt , he is not a bit wiser, hij is geen ; by hits, bij stukken en brokken , $3 Adamsappel, never a hit, niemen- niet 't minst; bit of a key, sleutel- t priming iron, ruimnaald; hit o , lepel van een avegaar. .. -ted Ibit/tedJ -ting, v.t. optoomen den anleggen, breidelen. W chje s, teef f; boos wijf n. , feeks f: , Hit Ibiſt J, Bitten Ibit'tn], Biting, n, snijden (van de koude), snerpen }, steken, grijpen, (vast)houden, be- er bites the emouth, peper bijt, en mond , a hiting pain, een stekende WX 2. R. falehi een scherp zwaard, the the ground, het anker houdt, e duist, in het zand, het stof bijten, ## : the ## vras bit, de schelm was front bites the plants, n; if you can't bite, never et is beter te buigen dan te in bijten, wegvreten; to bite tie. En, or the bridie, iets r anten the roger, een reiszak stelen. | drog m., bedrieger, s. bijter, bedrieger m, g], adj. bits, koud, # lige boert; hiting afhietion, bities “# de vorst be- ## f thed .. # itter Eitter-gourd Ibſtºter-gourdj, s. kolokwinta isitteriºn fbtſter is hij adj bitterachtig." Hitteriºnneastbitter ish nestje bitterachtighe Hitterly Ibiſt/ter-lyJ, adv. bitter, hard, ruw, isietern [bït’tern], s. roerdomp m. Bitterness ſbſt'ter-mess], s, bitterheid, scham heid, scherpheid, vijandigheid, treurigheid,ellend | Blitters [bït'terzJ, s, bitter m., bittere jenever Eitter-salt Ibft'ter-salt], s, bitter zout in. fisiater vºort thit te wºrtj, , gentiaan wortel Rºiturned # adj, met jodenlijm besme Bitumen [bi-tu'men], s. jodenlijm fº, asphalt Bituminate Ibi-tii'mi-nate], - ed -ing, vt. jodenlijm, asphalt doortrekken, bestrijken. Bituminiferous [bi-tu-mi-nrfºer-oûsj, adj, jod lijm, aardpek voortbrengend. » # ### bevatte Bivalve Ibi' välv], s... tweeschalige, dubbele sc f, gewas met twee doppen n. Bivalve fbi 'välvJ Hivafvular Ibi-val'vu-lar], twee-, dubbelschalig, met twee kleppen. BRivaulted Ibi-vault'edJ, adj. met twee gewel Hººiventral Ibi-vén'tral], adj, tweebuikig, met t Eivious Ibi'vi-otis], adj. met twee wegen. (bui Bivouac Ibivºoii-ac], s. bivouak n. Bivouae Ibiv-ou-ac], -ed -ing, v.i. gedure den nacht kampeeren in de open lucht. Bizarre # adj, leelijk, grilziek, wond islab Ihläb], s. snapper m. # » #b ad-ing, vt. ki, uitflappen, snapt isiehier filab ber], snapper "" fBlabber [blâh ber], -ed -ing, v.i. 1 aard fluiten, hakkelen, leugens ºv Black Ibläck], adj, zwart, donker, b a black, eloth, een zwart kleed; a een snoode misdaad, bleek vengean kelijke wraak; a black sheep, iema v.i. tegen # ken belasteren, belaek and hi Blaek, [blackJ, s, zwart n., zº zwarte, een neger m. ; anneke put on black, rouwgewaad aand hed in blaek, in h WW. •. 'N. * . * Zº. WW n, zwetsen, wind m lººnade-hone I bla | #faded Ibla ded] ay: Rºlademill I blader hij kan ººk nadeanaith Iblad zeggen, we gave the bottleſ zºai dronken de flesch bijn k"Ied], adj, zwartoogig. van m ###### ## a ledig. | | black fri-erj, s, dominicaner monnik m. d ººgard], s gemeene kerel,deugniet in. ig'gård] - ed -ing, v.i. gemeene &# #en iemand 1, | '#", ####evaal # # #hºle, cachot nºg slechte gevan; zag Iblack' ing], s, schoensmeer in #######", # adj, zwartachtig. tel. fºtº fiſiekijkerj, a zinkzuur m., soort eikli, .. beker m. » # ijze 'led], s. potlood n. |Etiameteen mens [blame' s, bedrieger, opli » [blam'er], s. 'letter], s. gothische 1 Hanneworthi b man die f: BIaneh Iblânch] - en » maken, bleeken, schillen, ben bleek worden, verbleeken ; to b mij amandelen # # » # witkoke Z len, .w N blancherJ, s. .. lanch'ing), pe Erianehing Ib l; º weer op de ooginſ (o ## t1 -inga s geblaat n. .. ## #### » eat'edJ -ing, v.i. blaten, isiebby [b ## adj, vol blaren. » ": [bleed.], atled, Tbled], Heleeding, v.i.&t » oogen n. # edeness], s, het tranen van de ge yed Iblear-ied » k, E: ## Eibië, ### » aar f, puistje na, luchtbel f. bloeden, aderlaten, het sap verliezen, pen (van boomen); the arm bleede, de a bloedt;, my heart bleeds for it, mijn aan a prospeets, iemands edt daarvan, het treft mij diep ; he'll bleet -, v.i. verwelken, | for it, hij zal daarvoor bloeden, hij zal daarv - » » ## » ding heart, bloedend hart, diep toester, vernieler m. | 1 1 hart , bleeding, condition, meew -missJ, s. fornuis tot het ºntleeder Ibleed'erj, s, aderlater m. # %. # | Beleeding Iblëëd'ing], s. het bloeden, ad adj, verwoestend. |Blemish Iblëm'mishJ, s. vlek, smet, klad rukwind m., vernieling fi, ishes, sporen, teekens, waaraan de jagers k van rotsen door buskruitont-, men zien, waar het wild heeft geloopen. # 83---3 (slag Blemish [blëm'mish ht] -in kneuzen, bezwalke , besme bv. reputati » rend, schr , pralend ie # is ## al # schrijver aat Ibiëmºndi ºver #*#"## cht in rik wijken, terugdeinzen (a » ënch'er 1, s s. verhinderaar m.; esmetten, .. » de], s, zinkerts blëndºerl, s, ver fibiën doâsj, adj, to gezicht in ºnſ # -i » W. arm, lauw, Bletch Eblötch], -ed ing, v.t., zwart maken. w ':#" m. | Hote [blote] -ed-ing, wit, rooken (bv. herringa adv, b # bloodily | Hºlotter Iblötſter], s. vlekkenmaker, kladboek rig, bloeddorst # |HIotting [blöt'ting], s. het kladden n. , s, bloedgierigheid, bloed- ## [blöt 'ting-pk'per], s. #" bloedeloos. (dorstigheid f. Elouse. Biowse Ibloûze'J, s. soort van kiel m. y], adv. bloedeloos. Eslovv Iblöw J, s. slag m., ramp, windvlaag, bloe J -let - letting, vt. aderlaten. | fi, bloesem m., bloembed n., (fly) blow, dºlétterl, s. aderlater m. gemein, without a blow, zonder slag of stoo [bliid'lét't # s, aderlating f. I come to handy blows, hangemeen worden ; ng iſ bliid'pudding], s. bloedbeuling f. | was but a word , and a blow with him, # [bliid'shä'kn] adj, ontroerd. was buitengewoon driftig, hij # er dadelijk [blii 'shedj#bloedstorting f, moord m. | in; flowers in blowv, ontloken bloemen ; a fi ider Ibliid'shëd-der], s. moordenaar m. | blow of tulips, een bed fraaie tulpen, he edding [bliid'shëd''ding], s. het bloedver-, bit the, blown, hij heeft de goederen gestole moord m. |Blow [blow], Eſtlevv [blôôJ, Elown [blow liid'shöt(ten), adj, met bloed be-| Hºlowing, vat.&i, blazen, (bv. the trump daren (bv. eyes). w waaien, openbaar maken, eieren 1 # (van vl iid'siz' #); adj, met bloed besmeerd. | gen), ademen, # opzwellen, klinken, schal # ter], s, bloedspuwer m. (as a horn), b " oeien, ontluiken; to blow bub taindJ, adj, met bloed bezoe- hels, glass, bellen, glas blazen ; to hlow the # w fire, het vuur aanblazen, the teraapest blew t d'stone], s, bloedsteen m. ship ashore, de storm woei ſjoeg het schip » [bliid'thirs-ti-ness], s. bloed- het strand , his, language does hie knowler # f: s; . . . . . . blow, zijne taal doet zijne wetenschap ruchtb bliid'thirsty], "# bloeddorstig. | worden ; the wind blown south, de wind bloedvat n. zuid; the pump blowve, de pomp is lek; , bloedwarm | blow hot and cold, in de eene hand vuur ----- | in de andere water dragen, dubbelhartig zijn, twee monden spreken; to blow abr # van geruchten ; to blow a en blazen ; # »W--ANN. &#w#%## , bloody- horse, een | zen, aanblaze met bloed be- drijven, laten -- # | nose, den neus snuiten ; to blow ou , met bloeddorstige | (van een kaars); to blow one's brain (uitzicht. | voor den kop schieten , to blow #w#'s, bliid' warm - * J, in zwellen ry, d oode loop m. | ten my], s, heete gebak- e twist), (doen) '- ſort), in duigen werpen. ( ## adj. bloedgierig. | bekijven, uitschelden ; to - J, adj, bloedrood | brengen; to blow up a province Beirº , &a ndstreek N- , in o] bren th W X- hspek me ed the evall's blubber, #" gebracht, # #1 t er] -ed -ing, vit. Sti. zich roode Blur Iblur], s reien, (wangen in pl. » ka Ibliſbººber-cheeks], is opgeblazen S ## Ibitib'be-red.], a. dik, gezwollen, rood, lasteren (bv. the rep i ------ » W Blure Iblurt] - ed -ing, tbliid'dgen], s. knuppel, aan één eind # to blurt at, met en knop voorzien, ploertendooder m. | over, elachelijk maken. blauw; to look blue, verlegen, biash, op het eerste gezic » it staan ; to look blue upon one, blush, iemand beschaamd nijdig ien ; to look blue upon any of a thing, een schets, inz aasd zijn over iets, he tool ºm innii, ainen tijdslij. Een filiahti it, hij stond er raar van op te kijken, z..] den ſdoen) blozen, besch light burne blue, 't licht brandt thing, over iets beschaa blues (blue devils), treurigheid, ºf Estuairet ## ; true e, protestant, zuivere, Etiranhful sh'ful nt; blue a pron-statesman, staat Blushfully » eter. Blushing It ned IblôôdJ -uing, vt, blauw worden uwen brandverven es], s, bergblauw n. ck], s. houtskool om “, böttij, ## lauw na, blue sky, hemelblauw. Blush Iblish], s, blos #" ik huisje, schu ## "# alien gs, hanep x ### # e boegseerboot, slee ; sleepen; to haast down a » ken; to frap the boat, de sl to shave off the boat, de sl ken; tille h hoat, sloep met zo recht in de sloep 1 to ha ooz rendel, bout m., pijl f, boei is. # # 28 # ": # hij heeft zijne pijl (zijn k # '## uitgediend; a fool's b een gek heeft ras uitgepraat, holt cht ovs steil overeind; bolt » oor; holt haat, stevig oot; holt dravver, grendel lichter, P. ### bolt and naat, schroef- ching bolt, broekingringsbout; clin- , geklonken bout; common holt, ge- ; chain holt, preventer bolt, putting , b est, ve, bolt, boutdrevel, eye of a bolt, bout, holt of a sail cloth, stuk nºg bolt, ringbout; ring for bolt, und head nat holt b .. n een ijzeren knie; up and down bolt, die verticaal is geslagen ; vvring holt, ; holt with fore Hoeks, spiebout, holt 3% ## and a hoek, bokshoornhout z. ed Ibolt'ed] -ing, v.t.&i, grendelen, voorzien, builen, ziften (neal), opja- its), er uit flappen, plotseling tºe. n uit, of nederstorten op ſan the vertrekken ; to holt out, ziften den: to be hot ; to holt in, plotse- k komen. # 1, builmolen n. # d -ing, vt. besmeren. '-cloth], s. buildoek n. isj, s, builkamer f. tch], s, builkist f. k-titbl, s buimkist t 1 k van hasj Homb-vessel Ebüm ruit) Hºen x oºit in | Elke waarborgen, to hond ººk onde, er vieel I ## ###### herkondsman Iböndz' man], s: borg. flijfeigen ijde springen (as a horse); * met vi holt to a bron, haar- | d down the throat, , 's builmachine f, ont een zeil f; eringle i mbazette th Hennhilation Tbit ba-zët'. .. I m-biela's , na iim-bi-la'shun 1,sig » üm'proof J, adj, bomvrij. # m/v seij, E bombardeersloeg # [bom-bïzº zi-notis], adj, zijden, zij Bombix Iböm'byx], s zijdeworm m. (wormkle Bona-fide [bo'na-fi'dej, adj. ter goeder trouw. Eonair Ibo-nair'J, adj. toegevend, > Bend Ibönd], s. band m., verbond, verband m., bintenis f. ; bonds, pl. boeien, gevangenschap verplichting, obligatief, bon m., entrepot, cimt n..; in hond, in entrepôt; under bond, o waarborg; bond of exchange, wisselcon hond of obligation, schuldbewijs ; bond her, bindbalk m., verbindingsstuk m. ſ Hond Ibönd], adj, gebonden, dienstplichtig, l Bond Ubönd] -ed -ing, v.t, waarborgen, b N goods, goederen in ent Bondage #"# s, slavernij f. (brer Bond-ereditor Ibönd'cred'-i-terj, s. schuldeis door verbintenis gewaarborgd m. om |Bond-debtor [bönd'dát'ter],,s. schuldenaar, verbintenis tot betaling verplicht m. Bondnaaid Tbönd'maidJ, s. jonge slavin, lijfeige ºndman Ibönd'man] -servant E-sèr slaaf, lijfeigene m. - ## böndºsér.'' # Hondslave Chönd'slavej, s. vant s, lijfeigenschap eigene in S. Hond(e)woman Iböndz'wum-man], s slavin Bone Lhone], s. been na, graat fº, dobbelsteen spoel, kantklos f, (vvhale) hones, # of een te i twistappel ; to hones, aanvallen, to giv of to gnavv, iemand #nen van make no bonen, er geen been in zwarigheid maken, to fall upon one's bo iemand afrossen : " trenable every bon en mijn geheel lichaam beeft, you lazy-be ad-ing, v. a turkey Ibone'akel, sº pijn in #### is adv. g, vroolijk. | haak , hoorn of adje aan ## | fore boom, kluiver bij bönºny-cl # is, zure melk f 1 bakspier; jih-moon, E#, s. vroolijkheid, liefheid, small boom, j. - (dendfonds. | bezaansval; guy of th dividend in.; bonun fund, divi- mail, keertouwen op ve-vang'J, s. vroolijke smaak, | flying jib boom, ba ooten voet leeft m. Sº f. » hoorn, beugel voor d achtig, forsch, broodwinderspier ; rigging moor; soort pelikaan m. | uithalen, voeren ; ## ## # , lomp, dom, uilskuikenachtig. | a boom, een spier inhalen, voe WZ boek nºg stitch'd hook, ingenaaid | zeilboom ; sºuare mail boom. non ebonden boek, hook in | breêfokkera; studding sail hoem, :" in quires, oningebonden boek, apanker hoom, boom van 't b ont hook, van buiten, zonder gezag (eens boom, onder ijzei i # # ers); to mind one'n hooik, vlijtig studeeren; | Boom Iboom] -ed -ing, vi, 's lenson without hooik, zijn les van wen van den roerdomp. gen; to be in one's hooik, to run into Boomkin ſhôôm'kin], s, zie iemand iets schuldig zijn, to get in- henk » k, in iemands gunst komen, bo ## N ants, rekeningboek , book of eargo, | k, boek of charges, onkosten boek, het invoices, factuurboek , book of re- bursements, ontvangst- en uit- 1e of pure hagen, inkoopboek. it Hkoose Ibôôs], s. ## "# # ze, zien ze rij # #oose, 1 tafel ad Tbord'lode, bo etalen in voedin &# 8% man], s. huurder, die zijn heer van voorziet # inval x d zen na, %####### ºl, se inval op de gren- f, rand m, van metaal htswapen, # boorgat, kaliber n. (van lend, # mensch m., weer nauwe riviermonden. » e] -ed Ibo'rdJ -ing, vt.&i. boren, ver- hore a pump. een pomp uitboren; to on, een kanon uitboren. N adj. noordelijk, is. noordewind m. re'cole], s. boerekool f. , s, boor f, iemand die "## oren, boorgat n", s # hij stottle-giaas ## s, flesschen nasottle-h . # # reotie-nosed Iböt' tl-n neir ſhûtºt Hotany Ibötſt ## ### g, ni, tijverhoo- | #ottle-ale [böttl # ## S i #aranel, het E talent zingt, is , he anten : #u# #" ze I n, hota # # ## .. # t , s, kruidkunde f. » » » # m., gezwel ; knoeiwerk Botch # -ed Ibötcht'J -ing, v.t, lap broddelen, met gezwellen bedekken. (pe Botcher Ibötch'er], s. knoeier, broddelaar, + Esoteherty #"# adj. opgelapt, verstel Hote Ibote], s. vergoeding, vergunning ºf Both [both], pron, beide conj. zoowel Hother Iböra 'erl -ed -ing, vat. zie Po Bot-fly Iböt-fly J, paardevlieg (die hare eieren » # de plaatsen waar het W eieren, aldus ingezogen zich tot ingewandswon ontwikkelen), .. Bºots Ebots], s, pl: wormen m, #tottſböt],s, kantkussen n. (ing bottle, zui isottle Thöt 'tij, s. flesch f; +bundel hooi m., Ekottle Iböttl] - ed Iböt'tld] sch en tappen (as wine). #b#'s."#n dier zich 1ekt, wi pl..tbij. paarden -ing, vat. op #### Bottle-companion tböttl-com-panyonl, # kebroer, pooier in ## .. :::: 3 % # .. | Hottle-cooler Iböttl-cool-er], s, flese Bottle-flower ſhöttl-flouterj, s. koren # f, Bottle-head Iböttl-héadj, s. dw ee, % 3%.33::':33.3% ed Ibötºt1-héad-ed], adj. d böttl-noozj,s brand l-noºzd], adj »ttle-rael, Iböttleräck], # attle-ser Iböt' tl-skrôôJ, s, kurket [böttum], s. # bodem , onderste' n. # 1 m., achterste # #s # opzwellen. | | levensmiddelen n..pl. | # j, s. bocht, vouw f; het deel van waarin de steen komt n. .. t], pret. and part van Huy bought | ; ## bread, bakkersbrood. » adj. #ſte d. W .. olsteen m., zie ik ovvider. 3:3 ie Bralimny. s, slag m., gesnoef ne, onbe- # -ed # E## bon- a. huppelen, springen, b• p de deur bonzen ; boune # # # # m., 'eerl, s. windmaker, leugenaar m., -enat Iböx'coat], s, koetsiersoverjas m.. e| Hoxenſböx'sn], adj, van buksboomenhout, palt oxer [box'er], s. bokser, vuistvechter m. » Etox-haul Ibox'haulJ -ed-ing, v.t. voor den en in ex-iron Iböx/Lºurn], s. boutijzer n. ſoms mºet Box-keeper Ibox'keep-er], s. oppasser bij de ol van een comedie enz. m, # n Ineºſ, s, Jºn I, | |ges van een comedie voert n. (spaarpo ne-hitts Ibow'line-brttsj, s. knechten, # HEox-money[böx'mün-nyjs.armengeld u., aalm den mast m. pl: (spruiten in. pl. |Box-tree Ibox'treë], s. buksboom, palm m. Idless Iböw'line-biddls], s.pl, boelijn-Box-wood fhöx widj, s. buksboom-, palmhout * [bow'line-crïng-les], s.pl. leuvers Boy [boij, s. jongen m., idle boy, deugnietje, ten ºf pl. » » kelrooier; he past a boy, tot jaren van öt], s, boelijnknoop f. scheid gekomen zijn ië", boy's play, # ten äck-klJ, s. talie voor kinderschoenen uittrekken. ## » e is Boy-blind Iboi'blind), adj. stom, dom erpen, bal slaan n. | Boyer ſhoºterſ, s. boeier m. (j #### ſhow -ålºly], s. kaatsbaan m. | Hoyhood ſbol'-hüdJ, s, jongenstijd m, Tb ing-green'], s. perk voor Bºoyiah Ibol'ish], adj. jongensachtig, kinde rk n. 8::::$. Bºoyishly # adv. als # man], s, boogschutter m. | Etoyism Ibot'izm], s. kinderachtigheid, gkinds etJ, sº fuik f. Boyishness Ibbi'ish-ness], s. kinderachtigheid , s, bloempot m. ,, Erabantine Ibra-bân'tine], adj. brabantsch. -ed -ing, wil aanhalen door mid- .. krakeel 3:33 % 3. 3:33 N %33 3.33,3% bräbº bl], s. # # # # , stijf zetten, een "## tºtrabble # -ed -ing, v.i. krakeeler ºvvse in the guns, de stukken | +Erabbler ſhräbºbler], s. krakeeler m. # EBraee Ibrace], s, haak, riem, bandbras %. koppel n., (bv. of duekn), bracen, houvast, kram, wapenrusting fº, f, een er mijnschacht; braee t, ren riem, draagzeel (voor een mand rug wordt gedragen), na herstee ederen riem, waarop een koets h! of a drum, tromtouwen, brace for der, vingerling aan den steven, in ºv hangt; fore braee, fokkebras; fore de lijbras schrikken, main brace main top brace, groot-boven-br ton bra fruisbras; maizen ras; maizen roya # ven-kruis-brambras; : brasschinkel, preventer braee, borg in the weather braeen. 3.333 88S # # # # 99 nib ::" 'letj, s, armband m. W ºm # zwachtel f, samen- en geneesmiddel n. # # # # # # # # # ### ### 1], adj, tot den arm behoorende, sen, brace of en #, # inr ate], adj. paarsgewijze getak krankzinnigheid ºf ## z. Merahmin. Brait 'El s. kºra-ſerij s, iemand, | Brake # el, s. brachygraaf m, # ni, kluitenbreker, gera-fy], s, kunst om bij ver- ning voor vee » ven, brachygraphie f. » paardetoom m., voo knºo-dgy], s, het sp # m: & m., brakees achylogie ºf (gelig. | schoen m., brak mrt vleu- toestel in bew kºpter olis], ad k a 3 xx." >> n # Eri- y, armslagader. Brain-sielen een Ib ain', ig, onstuimig, on- elhout n., rotsblok- n: inst ::razen broºved Ibra zn-broudj, al Erazil, Brazilwood # ing1, 2 kebalk, gººi #" # Ibra'zd. T-ing, v,t, beleggen met koper, verharden. Erazen Ibra' zn],adj. metalen, koperen; onbeschan Brazen #nl -ed Ibra' znd] - i ng, v.i, on schaam (onbes Brazen neer. In beschaamdheid f. # Erazilian, Ibra-zmºian], adj. Breach Ibreatch], s, breuk, bi WWW of the law, inbreuk op de wet ; contract, verbreking, schending, eener overee Erazing Ibra' zing], s. het is #####st, -- w N- reach Ibrëatch] - ed -ing, v.t. bres schieten, ### # vol breuken, # van beschuit, sea bread, scheeps get bread, zijn brood verdienen; butter fashion, twee boterhammen to quarrel viel one', is ij, Ebro, gaaan, waarva ; a broken of broken merchant, een geruïneerd ; the day ## to break, het begint # ## into a gallop, in galop ert temmen break the #ef." Eis) fortuin ! break bulk, luiken openen om een sen; to break a deer, een hert voor- break cover, uit een schuilhoek te chijn, treden (van wild), to break ground, egen, loopgraven openen, ondernemen, begin- het anker # ten ; to break faat, zich ont- oor diefstal); reak jail, uit ## en, losbreken ; to break a e *, a road, baan breken, een Ai ane den ->- ## banen ; to rzetten ; to h. te break ik f M n; to break a house, in een | W W # # % W fagote, brandstof hepen te b Bream Ibrëam] -ed-ing, a ship, gedierte van een schip banden, # Breast ſbrëst], s, borst f has a Hoyal breast, hij heeft een to make a clean breast, zijn ge ten (uitstorten); keep a thing in een zaak geheim houden ; it iie" in h 't hangt van hem af; back and bre tvvo a breast, twee naast elkande dwars ; breant of a broek, vierkan to lay breast of a ship, langs een zeilen, ## ## streast Tbrést] -ed Ibrés’tedJ # * nº reast-hone [brëstº bonej, s, borstbeen m great-cloth Ibrëst'cloTHJ, s. borstlap m Ibrëstº hihj, s, ter h ## ritj, s bor # ,, boezem, º: S&-... .. ... :---:33.::::: . 3. ... : : : : : : : : : : uwen eewi rôô'is], s. brood in 't vet van ko vleesch geweekt nºg tgekookte spijs, pottage f. » » ºriar Ibriſer], s, zie Brier. # < ht] -ing, een broek ºriarean Tbri-a're-an], adj, veel- of honderd handi zoek geven ; to breech a | RErihe Ibrt.be], s, steekpenning mº, gift f, lokaas in broeken, - brihen, can get in without knocking, de w hºez], s, pl. broek f; a pair of is altijd gebaand voor geschenken. SN. . . . W korte broek, bretels; to wear the Bribe [bribe] -ed [bri/bdj -ing, v.t,&i. omko en broek aan hebben, den baas spelen, pen , to bribe a child, een kind paaien (om ie rouw), & SZ in te nemen), » #eg wel Ibreëtch'ing], s, kulas n. (van een ka- | EBribe-de-vorm ring Ibr1 belde-voûrting], adj, tot a king f; het voor-de-broek geven, Bribe less thribe'less], adj. onomkoopbaar. idl, s ras ne, soort fº, broedsel n. ,, # nder Ebrf beſpiºn'der], s. verschaffer vs ## .. #, Breeding, v.t.&i. Eriber Ibri'ber],s. omkooper m. (omkoopgelden ! kken, voortbrengen, opvoeden, dragen, Lºri hery [br1'be-ry], s. omkooping f. twaar vruchtbaar zijn, voorttelen. Eribe-worthy [bribe' wur'ray], adj. omkoopen breed' bate], s tweedracht zaaier m. | Briek Ibrickſ, s. baksteen m., brood in. (in die g r], s. die of dat voortbrengt, aan- daantej, kerel m., samen hºriek, sandel bri good breeder, vruchtbare vrouw, goede steenen, die slecht gebakken zijn , kil en is hreeder of eattle, veefokker. vuurvaste steenen; hºrieks in hond, dekst reed'ing], s. aanfokking, opvoeding, be- |Pºriek Ibrfck] -ed Ibrickt] -ing, vt. met ; good breeding, fijne beschaving. | steenen bouwen, plaveien, als metselwerk schi koelte fij kolenvuur n. (bij steen- | #rieix-hat Ibrick bättº 'J, s, stuk baksteen n. 3S3-- - - - - - reeze, landwind, sea-breeze, Etriek-built Ibrïek'bſidj,adj. van steen opgetrokk steady breeze, gestadige koelte ; seal riek-elay Ibrick'elay], s, klei voor steenen f etween the tropies, passaatwind tus-fabriek-dant Ibriekſdiist], s, steengruis n, rkringen, top gaiiant breeze, bra rieix-earth Ibrick'erth], s, kleiaarde f. & :... 23 : : : : : :: . . . . . . . iIn ſbriek kril"J, s. steenoven m. 'ers baksteenen. ed - in k: zacht waaien; "": eu-laying fbrick'lay-ing], het metselen of Br er #d, is, metselaar m. omt door. W , adj, broos. ( brooshei » , vt. branden. 3%%% adge], s schatting, die de mid- ters in plaats van het honden- aan hunne heeren moesten be-, ant, Brand-goose. ite ba # ksel 'n, ## 8: . . . '- en flºridg dj : # overbruggen (bv. a river). IbrYdg' hedJ, s, bruggehoofd in # i # adj, zonder brug. rie een e n dgr], adj, vol bruggen. begin dan aan het eind # br1'dl], s, toom, eeugel m., bovvtine Bºrina [brºm], -med Ibrïmdj boelijnspruiten. den rand vullen, vol zijn. # te ſhr1'dij - ed Ibri'dldJ -ing, v.t. optoo- | EBrimful Ibrïm'full, adj boordevol n, beteugelen (bv. the passione), e-, v.i. to Brimfulness Ibrſm'ful-ness »), het hoofd trotsch of verontwaardigd ver-Bºrina lees Ibrſt # # » thand des ruiters. Bºrinamer Ibrïm'mer ## s. teugelhand, linker- Erinnnning # 'dl-way], s. pad voor ruiters n. brïm'sân -doönºl, s, trens m. 3%. 3. . . terrein ne. Ibrºm'stone # # adj. kort, beknopt, bondig. atrinastoned [brºm'ston dj Ibriefj, s, uittreksel m., bundel m., proces herinaatony # * * * * bezwaarschrift in., volmacht f, lijst f. , Esrinded Ebr # kºriand ied iear brief, apostolische breve f. (herder- streept, gespikkeld. ,, ºf m.) van den paus, ###### | Brindleſbrïn/dij, s, sta S. met less], adj, zonder praktijk. Brine Ebrine], s, pe , adv. kortelijk. | brine, de schuimend 'nessJ, s, kortheid f: Isrine t s. doornstruik, doorn m., sweet Erine-pan brine J -ed ing % :S 3. 3 [brine', ier, elegantier, te be in the hºriers, bel::rine pit Ibrine' pºtj, , in de war zijn; he brought me in the Hºrine-ºpri acht mij in moeielijkheid, he left nering [brIngl, . riern, hij liet mij in den steek. | brengen, aanbrengen, adj, vol dorens, t-s: doornbosch. | voeren, halen, to rik fij #": # brikzeil. een proces aandoen, .. regbrengen terugroepen, intre derbij brengen, to en ; to bring fors rengen, baren, aan he .. # # bevorderen, ter f. | | ## (brik) from one tack of the other, Broacher throatch'er],,s, braadspit m., to bring ship down, kielen, tot braadspit steekt m., uitventer, $ 333 33. bijdraaien; to bring by the 1ee, een Broad IbroadJ, adj. breed, w id, grof, lom r den wind vangen, to bring a plank | a broad area, een breede vlakte, it round, een plank de noodige kromte ge- broad as it is tong, 't is zoo breed als 't bring to the wind lass, 't braadspil met | is , broad daylight, klaarlichten dag, on ba ippen bezetten om te kunnen winden, to day, op helderen dag; broad step, rusttr WORNWTR WW'.'' N-V.' W ##### » breede trede van een trap, broad speech, lompe spraak, broad language, lompe taal; hroad nonsense, grove, tastbare onzin; broad con- viction, volkomen overtuiging, sain a broad, zeil, dat bijgezet is ; broad sterned ship, schi: met gewronken spiegel , broad transom, vol op de hoogte van de waterlijn, to put a mag a broad, een vlag ## to return from a board, uit zee terugkomen. # LEroad-axe Ibroad-àx in, strijdbijl, fº, Broad-backed # bäckt], adj, breed van rug. Broad-blown Ibroad'blownj, adj, vol geblazen Broad-buttomed [broad'böt-tumd], adj, breed van # » N #### Esroad-brinamed Ibroad’brïmdJ, adj. breed van rand. Eroad-cast Ibroadcast], s. breedgeworpen zaaisel n. Broad-cast Ibroadcast], a. and adv. wijd uit ge- zaaid (tegenover # verbreid. stroad-chestedIbrbad'tchest'edjadj. breed van borst, Broad-cloth [broad'clöth], s. laken voor mansklee- ####### # # # den, maken, verbreeden, » (voorzien, Broad-eyed Ibroad'Ied], adj: van een vergezicht Broad-faced Ibroad'faste], adj. groot van ge! # >> onbeschaamd. » # -ed Ibrïs'sldj -ing, vt. (soms is road-fronted #. adj, met een borstels overeind zetten, van een Broad-headed Ibroad'héd-dedJ, adj, met een b en teen #### als borstels | hoofd. de hºor borstelig uitzien, his hair did briatie, Eroad-horned Ibroad'hor-ned], adj, met uitgespi # rezen te berge , to bristie up, zich lºsroadish [broad'ish], adj. wat breed. # ... . . . | Broad-leafed, Broad-leaved Ibroad'leaf-ed], adj, ed Ibrïss'sl-armdJ, adj. met borstels breedbladerig. » » # een one tack of the een t forth, thring'ing-forth],s voortbrenging f. 'niºn), adj. pekelachtig, zout- , ,, .. een Ibri’nish-ness], s. zoutachtigheid f. nkj, s, kant, rand m. ; be upon the of ruin, in 't uiterst gevaar verkeeren. Ibri’ny], adj, zout, #sisentis, zout. , , a taste, een zoutsmaak, Ibr1'o-ny], s, z. ## ## » [brººskl, adj, ':## wakker, vurig, sterk, are, helder vuur weinig gale, frisch wind- ik charge, wakker vuur. » sk] -ed #. -ing, vt. verlevendi- keren ; to brisk up, aanvuren. Ys'kit], s, borst van een dier f. » Ibrfsk'link''ing, adj. # uitziend. ik ly], adv. met levendigheid, wakker, Ibraskºness], s, levendigheid, vaardig- g # f, borstel m. (bv. of a swine). ## testen vanavºnd." "Er nºg Ibrïss'sl-bear-ing], adj. van borstels ###", ### » ſbrïss'sl Eig adj, borstelig ice Ibrſssſsl-like], adj, stijf als borstels. | d Ibrfss'sl-shapedij, adj, borstelvormig. Ibrïssººtol-board], s, teekenkartonn, Ys'tol-mºlk], s. sh Bristol-diamond soort van rotskristal n. i ig. ### . . . . Broadly Ibroad'ly], adv. breed, ## mond. » # ** Broadness Ibroad-ness], sº breedte, plomph Eroad-pendent Ibroad'pén-dant], s. star erry ºf # kaarten tbrººs'tol-stone, is rºad' #% rºl van schouders. .. x Broadside [broad'side], s. volle laag, zij a ship broadside, een schip dwarshal drive broadside, dwars afdrijven, the volle laag geven, broadside of an een roeiriem, # W dv. breed, grof, ope Broad-mouthed broad'moura-e adj. br Broad-piece [broad’pies], s. jacobus m. ( #ad# s, pl ## ºf pl. t Broadseal Ibroad'seal], is groot zegel n. road-shouldered Ibroadsheul-der-ed], adj. aan ééne zijde gedrukt in.; sea that the broadside, zee, die dwars inkomt, to 1aid on her broadside, 't schip hel | zijde, to fire three broadside ## .. Inroad-ºpread tbroad'spread , adj. . ##### ## 's wordt broad ailed Ebroad! de paarden ; ler # ## tbroºknºl, s, brokjes koek, overblijfsels n. pl. |E: rought Throuht], #h van Es o’ganz Jºs # # # , s, schoen m., plattte # te teroider Ibrox'der], vt. zie Embroider. | | # s. gewoel, krakeel n. » & : : : : : :28 mror'ſ, -ed Ibrorld J -ing, vt. ki, op den g: braden, roosteren, branden (van ongeduld). Ibroï1'er], s. rooster, twiststoker, rustver-| 11 N e [brokel, -ed-ing, v.i. makelaar zijn; kop- brother of the bºung, brou 'olten Ibrn' knij, part, pass, van streak, broken gaan met, hoeren waard; brothe »ellied, gebroken; to become broken, doorzetten, vioolspeler, brother of the v broken up ship, schip, dat niet meer goed is Lºrother-hood Ibriira'er-hud J. voor den dienst, broken hacked ship, schip, dat Eirother-lens Ibrürnºer-less], door ontreddering aan beide einden doorzakt ; Erother-like- ## broken hearted, vol hartzeer, broken ment. | Erotherlines ſhºrttra'er-11-ness] ###### XS ch, broken wind, longziekte bij Erother-love #, broken beer, klikjes bier. Brotherly ſhritta'er-ly], adj. - aangesneden vleesc en ly Ibroºkm-ly], adv. bij stukken. % % %###### en nees Ibroºkm-ness], s, gebroken toestand m.. enheid fº, diep berouw na over zonde. (dampig. Erovv ſbr » ken-winded Ibro/kn-win'dedJ, adj, kortademig, strovv-anther Ibr Bro # Ibroºker], #, tºta # agent, koppelaar mij een hertehoorn. 25% :S » kers-rovv, voddenmar # 33: --. .. strokerage Ibroºker-ridgj, s, makelarij, verdienste van een makelaar, makelaarskorting, provisie f. H kerly Ibroºker-lyJ, adj, # gemeen. En n #### s.pl.vertakkingen van de lucht- |B p， in de long ºf pil, # nehial, # # #e Ibrön'ki-al, brön'kik], adj.] geen tot de luchtpijp behoort, luchtpijp.... ehoeele [brön'ko-celeJ, s, kropgezwel n. Ibrön'kus 7,5 luchtpijp N iron) Ibröndºiurn], s, zwaarden, z. Brand.] he ## # Ibrön-tblºo-dgy], s. verhandeling f over br N #"#, b d, brons n.. ki 1 en ize Ibrönz, bronz], s, brons na, %. en etalen beeſd ne, onbeschaam nz] -ed [bronz/d] -i : het #nzen che f, juweel [briënt], s... geweld ne, w iy S nét'J, ## brunette f, # rtin'dgunj, s. schreeuwachtig kind n. » woede fi, schok m., of the battle, de hitte van den strijd, h], s, borstel, kwast m., penseel n, ing: f. k ruiker m. ## %. ht] mag, vt. &i. afbor- vegen, aanroeren ; haastig voorbijgaan; ſt, afvegen, wegvoeren; to brush up, , opschilderen, vernieuwen ; to breaan jlen; te brush avway, wegloopen, Ibrüshºer, s, die afborstelt m. & f. e [briish'like], adj, borstelig. ker Ibrüshºmaſ'ker], s. borstelmaker m. rood Ibrüsh'wild], s.kreupel-, snoeihout in # , adj, ruig, borstelig. k], a "W? onbehouwen. (spruitjes, route [brus'selz-sproutsj,s. Brusselsche Ef#i # -ins vºl ruisenen ine, v.i. zie Browee. ierlijk, beestachtig, onbe- is dierlijkheid, reedheid, -ed -ing, v.t&i, ver- # (op een onbeschofte wijze. ly], adv, dierlijk, onmenschelijk, redeloos dier na, woest mensch m. woest, zinnelijk, onwetend. » , adv op ruwe wijze. (ken. J, -ied -ying, wat verdierlij- l, adj, beestachtig, woest, ruw, onwetend, adv. dierlijk. ## s woestheid, beest- s, beestachtigheid f. de wijngaard m. g, v.t, blaasjes uitwerpen. kbeker zuiper, dief m. 1 m., water saueak, vleesch en kool # # d # riegen, ieger m. Buek Ebück] -ed Hºuek-hasleet Ibiick’ bass ''ketJ te:# n., bloem- (onbeschoftheid ºf blaas, hersen- tº, # J -ing, vi. bobbe- # huck and t me together, kken bij houden, maken dat men toekomt; buek's fa hoorndrager; back ſitein, losbandige oude ma %. kt] -ing, vat in de in paren. x S s. waschmand ºf Buek-beans Ibück beanz J, s. boksboonen f. pl. terklaver f. &#% Bucket Ibiick'ketJ, s. emmer, zuiger, adem drawing bucket, slagputs; leather haneket deren puts; bucket to lead time and plus aan loodlijnbalie; to kiek the bucket, den laat adem uitblazen, sterven. # » Hºuteking ## s. het loogen na, loog f. #ucking-eloth [biickſking-clora J, s. loogkleed Hºuteking-stool Ebück' king-stôôl], s. waschblok HEucking-tul, Ibück’king-tüb], s, loogkuip f. Buckish Ibück'ish], adj. ## kranig. zetten, (erts) stampen, Hºrneirte Ibiick'kl], s. gesp m. |# # # # # #ekſiſtij"-ing, vt. gespen, krullen, buigen, handgemeen worden, st den (with, met), zich voorbereiden, ten bate on one's armour, iemand de wapenrusting & hangen ; he buckless to his business, hij ! zich op zijn zaken toe ; to buckle one'- to the end ºployment, zich geheel aan zijne Buckler Ibiſek'kler], s. schild n. (ping wijd tituekler Ibück’kler] -ed -ing, v.t: bescherm verdedigen. (hoofd als een sch Buckler-headed ſhiiek"kler-hëd-edJ, adj met Bueklers Chickſ:lg s, pl. kluisproppen ºm RBuekler-thorn ſhiick'kler-thorn], s, kruisdoorn Bºuekling [bliek kling], s. vastgesping f. Hanekamast Ibtiek'mástij, s, beuknootje n. Euckram Iſhiick'kramJºs. stijf linnen, gewast d Buekram Ibück' kram J, adj, stijf. #### Buekranas Ibtiek'krams], s. wilde knoflook in Buckshorn Ibticks'hörn], s hondstand m. O Bakskin Ibiſck'skind, s. bokkevel n, broekstof buskin in, iemand in die stof gekleed m. Eucleaicin Ibtiekºskin], adj. van bokkeleder. | #nekthorn [blick thornl, s wegedoorn #. Bºuckwheat Ibiick'wheat1, s, boekwei Hºueolie ſbu-colº lic], s. herderszang, herders Had Ibiid 1, s. knop me, kiem f. It HEind dº thiſaſdeij -ding, v.i. bo iken ; -, v.t, enten. bird Ibiid' birdJ, s. vink, bloedvink 1e Ibiid'dleJ, s, machine om timer dºdle] -edi-ing, vi, ti » g], sº bereid lamsvel n... 3% *# kruith #### ## bere n; blikken reng, id fº, heww. #s en --- en is er in b '? hoe maakt gij # mijn boezem- | EE, ### # s. persisch is er even to stand buff, stoutmoedig verduren. |fºutehin (bül'chïn], s. jong tid g fr] -ed-ing, vt. slaan, stooten; buff-lituige [biiidg], s. buik een er in de lt aratus, zie Buffer. Bulge Ibüldg] - ed Ibiildg'dj g # naakt; all in buff, moedermaakt. | uitzetten zº Ebinge, r hmand f: ſfalo Ibtif'fa-lo], s, buffel m., buffalo-(robe), büldg'ing], adj, opzwellend, en f. pl. mantel m, van bereide buffelhuid. w f u'-li-my], s, geeuwhonger in N Buffard Ibüff'ardJ, s, dwaas m. Bulk Ibiſikl, s, omtrek m., #", tit'ſer], s, stootkussen m., buffer's mob, | n., meerderheid, massa f; buik W van een schip; to break haal ik, laden # 1 ## # tiffet 11, » i 's- w het. Dhiif fet] -ed -ing, v.t.&i. slaan, boksen; | goederen laden, raden in 't boksen oefenen, worstelen. deren geladen, pork in huik, [biiffet-ter], s, bokser, vechter m. -- ter verzending, sale bºy baal ik, v. g [büf'fet-ting], s. het slaan met de hand | Buiker [bülkſer], s. ladingmeester twist; aanval ; tegenstand m. *t, ips and ## los schot, ºuſin ſbijſ'fin], s... soort van grove geweven stof n. | Hºulic-head Tbülk'hëdJ, s. beschot *#neſbuf'fil-edſbiif fidj-ing, v.t. verlegen staan. I head, schot van de luizenplecht ing, v. afne head Tbüt'fi-hédj, s, iemand met een groot schot met paneelwerk. - . # # # #eu, al dan opnie. En:## to h. "ºne-headed 'fi- edJ, adj, dom, ko # in aky 'ky J, adj, dik, groot, aſſo ſhuffnj, s. komiek in een opera m. ppig Baa11 [bül], s, stier m., bevel n. een ſhiif-foon'], s. potsenmaker m., to play f van den paus onzin m., to the buffoon, kluchten maken, voor gek spelen. flater begaan , to tell one a s affoon Ibiif-foonſj -ed-ing, v.t, bespottelijk ma- and a bull, iemand wat wijs n "ºooner Ibiif-foon/e-ry],s. potsenmakerijf. (ken. Bull, spotnaam der Engelschen, it ºfreon-like Ibüf-fóón'likej, adj. grappig, ::::: 3-3. > < ## 't past niet te zeggen, # Eufreonly Ibiſf-foon lyj, adj, #een. plat, aardig. Bullace # s. wilde pruim f. "g ſºblig], s wandluis, weegluis te | #u 11-baiting ſbü 'baºting, 8, is 5 ſblie'-bare], s. bullebak, bietebauw, m.: |E: 1: “eef [bul beëfj, s, stiere a bug-hear, de dood is een beeld der in neggar [bul'-bèg''ger], s. rse (stoken toestand m.jht u ate fbulºiate] ## # 'g1-ness], s. door weegluizen aange-Euli-ealf f bü1'ca ij, s. bulkalf n..; Ebijg/gy], s, zeker rijtuig met één paard. Het II-dog #"#i s, bulhond na << | Bullen-nails. Ibü1'len-nailsJ, zad # s, kraal f; -(horn), jachthoren m. | pl. met gelakte koppen. ſhu'glössJ, s, ossetong f. (zeker kruid). |Hullet [bul'let.J, s. kogel m. [bulel, Buhiwork Ibune wurkj, s. inlegwerk is niet in bullet-inj, sº bulletin in # in hout of schildpad. # Hua 11-faeed huiſfaſe dj, bree J, #tº: ## vt.&i. bou-|Bull-feast, Huil-fight, [bü1'fe stichten, timmeren, zich n:#'r: # it er vress tien in the Bull-h ------ e lucht (luchtkasteelen) # domkop, de ools buiid houses, and wise men buy! #ullion ſh "E# #", de wijz "# [b 3 open, zijne hoop bouwen ; hoe ruchtige w w elinckaer # sloep met ki k-| #uli b Ibilliºn uil , scherp schip # # illºii- WT l'-M #tallere vuiloek # gy adj, vol weegluize J » | **noyant [bwbi'antj, s. drijvend, vlot, luchtha id ing: v.is leven maken. | busoyant part of the bulls, deel van 't schip hiim'bai'liff], s. gerechtsdienaar m. | onder water is. # 1'boat], sº provisieschip in. |Bur(r) ſbur], s. stekelige bast (van kastanjes, e biimb'vés-sel],,s, bombardeerschip n ,,klip, ruwe uitspraak fº, brouwen in. » .. botteloef op zijde van 't gal-| | Burbot Ibar'botj, s. puit f: tvisch). en Eurdetain tbûr-de-la'J, s. soort van druif f. Harden Ibar'dn], s. Iast m., vracht fº, pak n, de botteloef, # . . . . . beast of hurden, een lastdier n..; burden , s, gezwel in., buil f.., knobbel m. | song, slotzang van een vers m., zº zeurdon ed #rt! -ing, vt. ki, bonzen, | Hurden ſbar'dn]. -ed -ing, vt. laden, bela d maken. drukken tbv. with taxen, met belastingen). er], s, volle beker m. Hurdlener Ibar'dn-er], s, lader, verdrukker m. 'kinj, sº lomperd, kinkel m. tsurden ons, ſour’ dn-busj, adj. smartelijk, zw ümp'kin-ly], adv. vlegelachtig. | drukkend, hinderlijk, nutteloos. # 1. Bºuman, » Eurdenaome [bur'dn-sum], adj, lastig, drukken h], s. bos, tros, bundel, bult, m., ik aarden wonnen een Ibarºdn-sum-ness], s. last -ed -ing, vi&t gebocheld zijn, ſturdock [bur'döck], s, klissenkruid n. uitzwellen. # » Eurdon ſbur'don], s. pelgrimsstaf m. [bünch'bäckt], adj, gebocheld... | Eureau Ibn-roll, s, latafel, bureau f. bünch'I-mess], s, het gebocheld zijn, is urgage ſbar'gadg], s. burgerleem n. in trossen # # # # # # # # # # # | #urga niet ſºbur'ga-net], s. helm m. e n. v, ::x. ### N adj, vol trossen, | Hºurgeois Ibar-dgöis'j, s. burger m. 's. bundel, bos m. tbv, of strawl. Hºurgeon ſbur'dgun], s, lenteknop m. % di-ing, v.t. oppakken, samen |Burger-masterſburg'er-mas'ter],s grijze meeuw t; to bundle off, in haast ſturgess Ibur(dgess], s, burger, kiezer m. ########## ( wegzenden liturgesship ſbar'dgess-ship], s, burgerschap n. ### >- .. # -ing, wat toestoppen is urg (h) [burgJ, zie Borough. » SN. . . . . . . . g'draw'er], s. spongathamer m. | as urgh-bote ſburg bot], s. belasting voor den , ſole], s. spongat na - een ºng | bouw of onderhoudskosten van een kasteel ºf ed -ing, verknoeien, | Hºurgher ſburg er], s. burger m. 3 : : :S. to hun appen. Bºurglar ſburg'lèr], s, huisbreker m. 33% » 3::::::::::s » Burglary [burgºla-ryl, s. #, f, grove misslag #bok) 1 ºurgomasterſbur'go-massºter], s, burgemees , s, knoeier, broddelaar m. ik urgrave ### S g), adj, broddelig. | Hºurgundy Eburºgun- M), #t # # g-ly], adv, broddelachtig is urgundy-piteh Eburºgun-dy-pitch], s. den aapbank f. ſ slapen ## &# #ese [bër'ri-al-grot 'ing, vi, op eene rustbank ºp aafplaats r. Zº #233;% ort van zoet brood n. » ti-al-sèr-viss], s. lijkdienst rin Ibnºrini, s, graveerijzer n. ; | Burke Ibürk] -ing, v.t. vermoo - me # met oogmerk om het lijk voor om N -ing, vet, la # " s. ,soort van drui n twee maal, een burnt h he has burnt his fingers, zien g N rand iſ het S. S. . . . . WWWS. , , zich gebra hij heeft aan de lamp ge- t burn out, uitbranden, to be burnt out hours and roofd worden, the patient burn- with a er, de lijder heeft een brandende koorts, Irna ble Ibarn'abl], adj. brandbaar. aer 11 , s. verbrander m., gasbek f. met ſhar-nét'J, s, pimpernel f. » ning [bur'ning), s, brand m., branding, ontste- Dhur'ning], adj. zeer heet, verzengend, hing een al tburºning-coal], s. geglommen kool f. ### s. brandglas n. #s mirror ſbûrºning-mïr-rur], s. ": ie- ring meent Ibarºning-scentJ, s, versch spoor van ah Ubur"nish] -ed Ibarſnisht] -ing, v.t.&i. ineeren, schitterend maken, worden. - - - - # ſ":# , s. glans, gloed m., helderheid f. ## » » #8 » . # noeme Ibar-nous], s. overkleed bij de # offering tburntſ-offer-ring], s. offerande f. #aar burnt'shüg'gèr], s, bruine kandij- # # iteiten, jze meeuw # erschap in oor den al . .. kasteel f, verglaasde baksteen m., hurr ehissen, # hurr of a chain pump, rol voor de » de kettin 11p, zº # # W kettingpomp f, ode boterpeer f. die], s, paardevlieg f. » el-shotJ, s. schroot n. (vangst. , s. dammetje na, voor de visch- , s, konijnenhol na, z. Borough. -ed -ing, v.t. omwoelen. schatmeester, student, die uit beurs f: w (breuk f burst, mijn hart br in tranen uitbarsten, to bu doen springen, tot hun hurst for th, toesnell tseling nd honne, door brand van huis en have | bur/nish-er], s, polijster, glanssteen, S # ## na. # 3-3. - - -- . ſtand ## aishing stiek Ibar'nish-ing-stick], s. bruineer-| #es-ion- ſbürnish-ing-stone], sº glans- s, oorlel fº, horenknobbel # (van # » f,1 napper's en, | Russ Ib bu Burying-placeIbér'ry ingepläce' ## # Eburºry-pearJ, s, bot i. ### s, bos ºf, struik, vosse pel)bosch m., naaf-, asbus fi, spilgat wine needs no bush, goede waar zelf j, tº go about the bush, om we om 't kantje gaan, . |n:htin: E-ing, vist, dik, ruig w ## met bussen, blokschijven voorzien, es steunen (bv. pean), to bush nee n den grond eggen. XW . . . . . . . . . . ••• » # # # s, schepel m., zie Rºush, Hushet tbush'etl, s. boschje n. Leushineas foush'i-néss], s, ruigheid Bus-maan Ebitsh'man J, s, bosjesman, tatushment [büsh'ment], s. kreupelb Bushy # adj, vol takken ; terachtig; hun hy heard, ruige baard. Business fbiz zi-lessi, adj, ledig, zond Busily Ibiz'zi-ly], adv. druk, ijverig, . Hºusiness Ibiz'ness], s. bezighei beroep, werken, zaken f, fonds nºg t business, veel om handen hebben business with one, met iemand zaken is no business of yours, het gaat u ni to send one about his business, iemand afschepen ; he had no business to eoi behoefde niet te komen , to do the h. for a man, iemands werk verri te gronde helpen, hºe doen hier in zijn gevoeg; my business is d mij uit, ik moet sterven, alſ in may # ik #, mijn tijd d the business will not pay th is de kool niet waard, he came hij kreeg wat te doen, » ... - W Busk Ibiisk], s. blanchet n. Basket Ibiseket1, s. boschje, bose Hun is in Ibiis'kinj, a. halve la neelspelers in ## Buskined Ibtis'kind], adj, Husky [büs "# adj, ru aan nepper Ibiis'nap' er 's laten chi , het mo- Hºuttoner Ibiſt/tn # toeknoope. naan but in Eutton-holeſbüttn-hole],s. knoopsgat n.. tscha behalve voor zijne Hutton-maker Ibtit’tn-maſker],s, knoopenmaker » . EButton-mails #, s, pl. spijkers met ## # de koppen, rondkoppen m... pl: t/cher], s, slager, vleeschhouwer m. Huttons Ibüttnz], s, schapendrek m. 3... 3 tºt 'cher] - ed IbüttcherdJ -ing, v.t. Eutton-tree Ibüttn-treej, s, plataan m, brengen, vermoorden. << | Hºutton-ware Ibüttn-ware], s. knoopen, koord d Ibutºcher-bºrdj, s, grauwe ekster m. eButton-weed ſhiit’tm-weed], s. soort van k: xe Ibutſchers-ºxe], s, slagersbijl m. l die meestal onder de keerkringen worden ! }-naeat Ibüttchers-mëat] s. versch vleesch | Hºuttres # s, stut, stenen na, ( ... .. -row Ibûtſchers-row],s, vleeschhalf tºn. Buttres Ibiit'tress/ -ed [biitttresst] -ing, berlinean Tout cher-li-ness], s. wreedheid f, derstutten, onderschragen. . (pl orst m., bloeddorstigheid f. ..... . . . . . HEutte II # s. doele, schuttersdoele m., ſhutſeher-lyJ, adv, moorddadig. (ting f. Eutwink itt wrak , s, kievit m. $3.3.3 ºr ſhiitſche-ry J, s. vleeschhouwerij, slach- HEuture Ibiſt'yure], s. roerdomp m. de Ibtit/landsj, s. braakliggende landerijen lºutyraceone [qii-ty-ra'shus], adj, boterachtig bütºlerJ, s. fottelier, schenker m. (f. pl::## [bük'sum], adj. frisch, dartel, vrool e Ibtitler-adg], s. wijnbelasting f. Eeuxomaly [bük'sum-ly], adv. vroolijk, dartel. Ibiit'ler-ship 1, s, schenkersambt n. Buxomaness Ibükſsum-ness], s. vroolijkheid ºf ment], s, eind van een boog, dat op EBay Ibij bought Ibouht] Muying Ibi’ing], eerkomt, begin van een gewelf n. koopen, handelen ; to - off, omkoopen ; to t ## pijp van 126 gallons f; # out, af-, los-, uitkoopen, onderkruipen ; to grens f., stoot m. ( bv. of in, inkoop en ; to buy on eredit, op crediet ste eind n. van eenig voorwerp ;l, pen; to buy for ready money, contant ºuk van een plank; butt hook, Eurer bI'er],s. kooper m. Icontant geld ) ke ; butt of a naast, ondereind van een Huss ſhiiz], s. gegons n. # of a rope, eind van een touw; sent- stuzz Ibiz] ed IbizdJ -ing, v.i.&t. gonzen, fi euttle easis, waterstander ; butt tuzzard 'biz'zerd], s, havik, domkop m. en watervat, topreep ; vrind- Liuzzardet Ibiz'zer-det], s. soort van valk 1 meet one full butt, ## Ibitz'zerd-fiy], s, bromvlieg m. ; to run full batt at #razzer Ibüz zer], s. oorblazer m. » gen 't lijf loopen ; butt's ºuzzingly [büz'zing-lyJ, adv. gonzend, homm spring a butt, schip, asy [b], pr. door, bij, van, naar, volgens, met werken. op, voor, over, nabij; destroyed by fire J -ing, v.i.&t. grenzen vuur verwoest, to take by foree, doo n ox); to butt one the geweld nemen , sit by me,H# bij (naast to butt to one ano-ºl zitten , hy heaven : bij den Hemel iſ total ## example by one, aan iemand een voorbee men; day by day, dag aan dag; ten o'clot # # # any wateh, tien uren volgens mijn horloge boter f; slice of bread and sea, op zee; by this time the sun had r # # | op (omstreeks) dezen tijd is de zon opgeko biit’terd] -ing, vt. bote- one "# one, een voor een # by nigh vvhich side th # rende den nacht, he liven by his tra n #&# leeft van zijn beroep : by heart, van bui van buiten wij ging ºpers in mijnen (toegift f. | geh hrift in blow Tb1'bl! ## bastaard m., onecht kind m., Gabalin en ſchbºa business [bi'bºz-ness]. s. bijzaak f. Cabalist ſcab'a-list J. s allst, ffeehouse Ibi'eüf'fee-hous], s. koffiehuis op geheimzinnig geschrift m. afgelegen plaats n. | Cabalintie, lietieat, Icah-a-lſs/tie], een eermannent Ibi'con-cèrm-ment], s, bijomstan-tºcabalize Icàb'a-lize] -ed-ing, v.i. , bijzaak f. (mer f. | Caballer ſca-bä1，1 s, kuiper m. r-corner (bi'cor-ner], s, schuilhoek m., zijka- Caballiñe ſcäb'al-line], adj. tot een # redependence Ib1/de-pën-dens], s, aanhangsel n. | rend, paardeºn),..; eahatiine oil, kan dinhº iſ bi'dish], s. tusschengerecht n. hailine spring, hengstebron. # bi], s... woning f, z. Ety. » Caba1-rman ſcàb'al "## s, heimelijke samen ene ſhi'g # adv. voorbij, geleden. | Cabaret Icäb's-ret]. s, herberg f. %&# r ### tone [bi'gönj, adj. verleden, vervlogen, oud. | Cabbage ſcab'bidg], s, kool f, kleerma reat Ibi'fa-te-rest], s. eigenbelang, bijzon | Cahbage ſcåb'bidgj-ed -ing, v.t.&i. st! lang in, Zw wei f: | het oog van de schaar halen, tot een ieh Ibi djob], s. bijwerk n., afzonderlijk karre- kroppen, w # |-land Ibi'ländJ, s. schiereiland n. - ## ſane Jºhjºlanej, s... zijstraatje, achterstraatje n. Cabbage-net ſcãb'bidg-nët], s. netje w ſhi’l # s, keur f. (bijweg m. | te koken n. '- # ºpäth], Rºy-vvad Ibi' wadJ, s. bijpad n., | Cabbage-tree # s, koo #l; #, fºei ººit: #t. Cabbage-vvoren ## w # 8. ºp ſbiſplay], s, tusschenbedrijf f. Cabbage-plant ſcab'bidg-plantj, s. Ibn're], s. koestal m. (trek n. | regenscherm n. - # ## zijkamer f, afgezonderd ver- Cabin Ich bºbin J, s, hut, kajuit, tent ek [bt'säckJ, s. knapzak m. w vva in eabin, schippershut. Pell ſbi'spellJ, s. spreekwoord n. Cabin ſcãb' bin] -ed ſeabºbYmdj -in *ſnel (bys'stisj, s. fijn fijnwaad bij de ouden n, een hut wonen, opslui # vezels, waardoor zeker schelpvischje aan den | Cabin-boy ſcãb' astzit n. &; - - - - | Cahim-mate Leãb' bin-mate], s. ºnder Ibi'stand'er], s, toeschouwer m. | een hut, kajuitmakker m.: cabin eetJ, s. achterstraat f. bijzondere koopmansgoederen van een rokel, s. toevallige slag m. pitein. # # 1], # afgelegen stad ºf | Cabinet [ckb/bi-netJ, s, kabinet ing], s, sluipweg m. | boudoir, reiskistje n. , necessa s, bijoogmerk, eigen baat n, #"# ed -i <3333 rak], s afgelegen pad n.., wandeling f Cabinet-eounein ſc bvbſ-met-coûn' ºns ſhi'way J, s, bijpad n.. sluipweg m. r m., kabinetsvergadering f. "Peſbi'wipel,s heimelijke zet, bijtende schertsf Cabinet-maker ſcãb'bi-net-maſk "rd [bi'wardJ, s, spreekwoord m., spot m. werker m. # w Cabinet-organ [cab'bi-net-ör-ganj, w w w Cabinet-ware ſchbººbi-net-wareJ. s. # # # Cable Icaº bij, s, kabel m. ; weathe C. ### » cable, dubbele betingslag ; be we ºns # stage, rib, balk van 't kabelg w . slag van een opgeschoten » w # 8 eahle elineh, bindsel va ## w of a cable, betingslag; fri voor ſcentum) honderd, (cent), cent, schaveeling, scope of cable, * H. tcompanion of the Bath) touw, dat buiten de kluis is; h. -- -- # # # w thr # # ## * *, * * * * Eng. | ateffen reus ; C. s. (eus- f P", (custos sekle feak" # ## N # S. 3. N aekle ſcäk’kl SN, X"...AWEN.... J -ing, v.i. aker liggen, to smoor a cable r, ren, kakelen, spottend ## the etall is 1 ankers vertuid liggen; to p. y the aan nackles, de schoft klapt alles. >S &x. ay away the eable to pay out eable, Caelkler ſchk'ler], s. kakelaar m., kakelende he en; the ship partn her cable, 't schip Caekling ſcãk"ling], s. gekakel, gekwaak m., ea an zijn anker; to pay more cable, meer iing cheats, kippen, eaelkring farts, eieren, vieren, laten schieten, to ride at half a Caendermon ſeak-eö-dë'mon], s. booze geest in , op een halve kabelslengte van iets geankerd! Caeo ethes [eak-cd-e'thëz], s. slechte gewoon o rowse aft the slack of the eable,de loos] kwade stemming. Jeelijke kwaalf ... ... #%$ zwaartouw aanhalen, doorhalen; to hend #h [ca-cög'ra-phy], s. slechte spelling ble, 't zwaartouw op 't anker steken ; to Caeology Ra:## gyJ, s. gebrekkige # f, eable, 't zwaartouw om de beting bele5: Caeophonie, Caeophonieel, ## ing leggen ; to tambºend the cahie. 't cöf-fönºnic, ca-cöf-fön'i-cal, ca-eof'fo-nousj, w van 't anker losmaken, to unbit the wanluidend. » » W , 't zwaartouw van de beting afnemen ,,to Caeophony ſca cijf'fo-myJ, s... wangeluid n. n messenger on the cahie, de kabella- Caeotechny ſcåk'co-tech-ny], s. bedorven kt aan 't zwaartouw vastmaken; to elimeh a Cacotrophy ſea-cht'ro-phy], s, slecht voedse een kabel op een arker steken, to get a Caeuminateſea-cu'mi-nätej-ed-ing, vt. s dy, een touw klaren; to kniekle, puntig, spits maken. N me eable, 't zwaartouw met slapping be- Cad ſcãdJ, s, conducteur # een omnibus, 1 en; linkworm of a cahie, vereenig ### ſea-däv'er], s. lijk n... %. van een zwaartouw met een ketting, to jan Dadaverous Ica-day've rus], adj. ## able, 't zwaartouw door een seizing aan de Cadaverousness Ica-dåvºer-ous-mèss], s. lij vastmaken , to anip the eable, 't # # ## f, # # # .. toppen,, beknijpen, to rowse in the Caddee ſcãdſdeel, s. # handlanger m. . » n door hem in te ha- Caddow [eiſd dol, s. kerkkraai, kauw f. a eable, een zwaartouw beklee-Caddy ſcãd'dy], s. theekistje n. # to slip the eable, zwaartouw ia- Cade [cadej, s, vaatje na, en de of herring, stiel: out the eable, touw steel met 500 haringen. # men 'tanker onder den kraanbalk tºcade [cade], adj, tam, # # # # # r, the eable, touw stoppen , to Cade [cade] ed ſea'dedJ -ing, v.t. opkwe 1e, 't zwa w uitrekken ; to Cadence Ica'dence], s. stemval, toonval m rs from the eable, de stoppers dans f. » (maat reg 1 • tye the cable, Cadenee ſca'dence] - ed -ing, vt. toon, ander-run the Cadenetca-dinej, s. soort van gemeen vloerkle to weer more Cadent Icaºdent], adj. vallend, » S Cadet ſca-dét'J, s. cadet, vrijwilliger; tjo the eabie, touwj oroeder, jongste zoon m. » » 1e, een touw in de Cadi Ica'dij, s. turksche rechter, kadi m. eten ; to weer out Cadnaïa ſcãd'nai-a], s. kalamijnsteen ºm. zwaartouw laten slip- e: ſcad-u-eë'an], adj, tot den Meren e, naar een zº w! staf behoorende. » ############# the eable, 't z w Cadneeus ſea-duºshus], s. Mercuriusstaf m. » (be f. Cadneity Ica-du'ci-ty], s, bouwvalligheid, te heid (des ouderdoms), oud-, bedaagdheid ºf el Cada eone Ica-du'kiis], adj. spoedig verwelkend - tºcnduke fea-duke], adj, broos. Cafe Icãf af, s, koffiehuis in. &#&#$%#3: :33 loovige m. &#. zetten. .. ee) m., gezwel, uitwas na twe 8. :: 33% 33%#### 3: ke, a »ningenkoek m. ; cake-house, koek- arrive, als de n op 't IJs danse Hi eake-vwonnan, ## pan-| Calenture Ica1'len-ture], s, ijlende koorts pannekoek; rose-cake, rozenkoek; wax- den invloed van een brandende luchstree ake, schijf was, VN. ''W-' , '... ." Calf ſcaff], s. kalf, kalfsleer m., domoor 1 ze ſcake] -ed Ica'kt] -ing, v.t.&i, tot een # ; calves of the Hipe, zuive ik vormen, zich tot een koek zetten. n, gebeden en ### eaif's-h ng Icakringl, s. het bakken n. kalfskop , eaif'n Heather, kal 'sleder, eaif-a Hahar ſchl'a barl, s siberisch eekhoorntje n. kalfsvel; eaif skin fiddle, trom. ::;&# 3: ## Habash ſeal'la-bäsh], s. kalebas, pompoen m. Calºnike Icäff'like), adj, kalfachtig. ide J. s afhellende grond in een rijschool Caliber, Calibre ſcål'Ir-berl, s. kaliber in ſcal”la-män/coJ, s... kalmink n. (m. | ber-, ealiper-compasses, calibers of ea ſcãl'am-bâc], s. aloëhout n. kaliber passer, kromme passer m, ine ſcålſla-mern], s, kalamein steen m. Calice ſcâlºnsj, s. kelk, bloemkelk m. int Ickl'la-mintj, s, kattekruid n. Calieo Icål'It-coJ, s, caiico, katoen n. anistrate ſcâl-a-mïs'träte] -ed -ing, vat. Calico-printer ſcâl'-li-co-prïnt'er], s. ka len, kappen van hoofdhaar). (lukkig. | |ker m. .. .. tºt itons tea-läm'i-tus], adj, rampspoedig, onge-| Calico-printing ſcal'lt-co-printing], s, het mitousness ſca-lam'I-tus-nëss], s. ellende fi, tecalid Ica1'lidJ, adj. heet, koortsachtig, ed m., ongeluk n. Calidity Ica-lſd'i-ty], s. hitte f. y tea iam: -tyJ, s. ellende, ramp f. feCalidnet Icålli-dictij, s, verwarmingspijp ns Ica1'la-mus], s. riet, herdersfluitje n. $Caligation ſcal"II-ga's hun], s. donkerheid, d indre Ica-lân' drej, s, kalander f, korenworm m. | |heid, bewolktheid, verduistering f. (der oog ush ſea-fash' kales fi, zijden # #hoen #, “E#on- ſcål-1ïdg'i-ntis], adj. be: "neeaan Le &##### j, kalkachtig, uister. # (d » ed Ical'ce-a-tedJ, adj. geschoeid. · ## , º, & ination ſcâl1"ct-na'shun], a. verkalking f. Caiigraphic Ickl-li-graffic],adj, tot de schoons e ſchl'cine] -ed -ing, vt.&i. verkalken. | kunst behoorende. W ## # -cögºra-fy], s, graveeren in kalk n..] Caligraphist ſcal-lfg'ra-plist], s, schoonschr ºnlable k 1 eu-labl], adj. berekenbaar. | Calligraphy ## , s, schoon uiary ieme:# , s. steenachtigheid (van | Calipers ſcal 'li-perz], s. pl: z. Calibe lenten 1 tºt adj. blaassteen... Caliver ſcal’i-ver], sº haakbus ºf en late fekleu late] -ed -ing, v.t, berekenen | Calk ſcawk] -ed -ing, v.t, kalefateren, # # :: eclipse), rekenen, voorzien; | zetten (van een paard), overdrukken, < n hebben; to ea.eu.inte a system of laws, Caii in ## s, het overdrukken, en stelsel ontwerpen, he eaten laten to go! box, breeuwstoel, calizing iron, kalf ener, hij is voornemens een reis te land breeuwijzer, een ding naaiiet, kalfaa » ": - ... - - - ing-making iron, rabatijze lation ſcal-cu-la'shunJ, s. berekening f. Call [call], s, roepen tive ſcal-cu-laºtiv], adj. tot berekening be- eischte verplichtin de N ping, afroeping (d ator Ical'-cü-la’ ter], s. berekenaar m. to have an email . ºefseſchieu-la-to ryj, adj berekenend. ben) tot ; te te » # ſculej, s, rekening f. zoek brengen ; to wind a ca » ijl d -ing, v.t, berekenen. 1 mando op 't fluitje doen uitvoer 'cu-lus], adj. steenachtig, hard. water-pipe, plaat met lus], s, steen mº, graveel n. :: N ## m (hittend, #hentl, adj warmend, ºver- gaan; to call t - to eahi again, te Depen, hard tº roepen, to ea herroepen, int afhalen ; to e , s. almanak m., lijs 'J -ed -ing. vet. in WWZ inschr lºſt, S # N . ord, iemand verzoeken call one, aanmanen, land ! roepen: , m. rok m., kleed n. » r], s, roeper, aanroeper m. # ij, adj gesle iſing J, s. roeping ºf beroep in. cål lös'I-ty J, s. # f, 'lus],adj. verhard, eelt low], adj, vederloos, kaal, jong. , s, eelt n... verharding f. bedaardheid, kalmte f; dead eaim, flat en Ina, doodstilte. # til, bedaard, kalm, beenme stiller worden. ed ſcamdJ -ing, v.t, stillen, het mind, het gemoed), ## # # öwd], adj. bedaard van uit vredema de midd N vreedzaam. dheid f. s, verw. Agst adj, verwarmend J, s, het voort- warmtemeter m. s werktuig, om je body. ge- | Canahered Ikäm'berd], te ; to call on, d, praaien, to call out schreeuwen, to eart t] - ed-ing, vi, schimpen, schelden pen. » theid ºf -lſdºi-ty J, s, slimheid, sluwheid, loos- S-. . . . . . . . . . . :x 36- W daligraphy, # usjaad), verhard, htig verstompt, ſcã1'lus-ness], s.harding, verharding f. % & » van het financiewezen, financ and, die een ander tot be- camerated Icam'me-ratedJ, a r m., -maakster f, Carneration 3. » Camais ſea' mis] Camisade S .. #et E [cºm/letj, s. kamelot in Caramp # Cannair Ica-mail' Canaber Icãtu'b # uim, lichter m # J, s, bisschopsmanteltje n. r], s. kromming fº, kromhout earmper beanne, kattes oren na. pl. » adj, doorgebogen, met rug ; *eannhered-deelt, kromgebogen dek van schip, dek, dat doorgezet is; eanahered by f inehes, bocht van vier duim, earmbered k doorgezette kiel, kiel met een kat terug, to come eam bereid, doorzetten, ship can heeeled. # schip. .. .. Cann hering Icam'ber-ing], adj. and s, kromme gewelfd; kromming ; earmbering of a pla kant bocht van een boeghout. (selaa Canabist ſcäm'bist], s, bankier; geldwisselaar, Gambietr ſcäm'his-try J, s. handelswisselkunst Canabrie ſcameºbric J, s. batist n. bak J, s. wilg, w tboom t Cambridge-oals ſcâm-bridge' Caene teame], pret, van Conae. » - - - - - S scamel teamſ mell, s. kameel, scheepskameel m. i Carnet-backed ſcam'mel-bäckt], adj, met een meelsrug, gebocheld. Cameleon Ica-me'le-un], s, kameleon m. Cameleopard ſcâm-mel'16-pärd of cäm'el 6-pt s. kameelpardel, giraffe m. .. Cameralistie Icãmºtme-ra-lïs'tic], adj. tot 't fi ciewezen en publieke inkomsten behoorende, aaneratie tien team''me-ra-lºs'tics], s, pl. ºnnis f: . ſcâm-me-ra'shum], s. welving, ver Ickm-i-säde'J, s, nat # #n. adj, # Carrainated Camarnock # s. stalkruid n: Carraouasi â mo S W >.< . . . . . . . . . . . 3 %. # p], s, legerplaats fi, kamp n. Camp fcampij -ed ſcampt] -ing, vat.&i. 1 *## s. vlakte ºf, veldtoe eanapaign wig, jachtpruik. » ampaign Icann-pain'J - ed -ing, v.i. tocht meemaken, ######## # aigner, feam-pain'-erſ, s. oud sold na ſcãm-pa' nal, s. # form Team-pän'i-form], adj. -ni'lej, s. klokketo mp-bëd'sted], s. bij, s, legerknaap adj, gelegerd rall, adj. ing, Ican'ing), s, het slaan me # inter ſcän'nis- 1, 8. bus fi, w terahot, s, schroot n. # # Canker ſcàng'ker], s. kanker m., bederf m., en # # hit, aangestoken, vergiftigd, met een #### l t het zeker weten ; Y can tand gebeten, en niker-fiy, beer # wat laugh, ik ij niet onthouden te lachen, like, kankerachtig, eanker weed, St. Jac ille ſka-nal', s, gemeen volk, grauw, janha-, Canizer ſcäng'kerij -ed ſcång'kerdij kin ſcân' na-kin], s. kannetje n. (gel n. | aansteken, in-, wegvreten, verkanker d Ica-nal'], s. kanaal n, vaart f. | Cankeroue Icäng'ker-ous], adj, invretend, al-boat Ica-nal'boat], s. kanaalboot f. (voren.' tend, kankerachtig. " # iculate # adj. gegroefd, met Cankery ſcång'ker-ri], adv, kankerachtig roes lisation ſcan-a-li-sa'shun , s. canalisatie f. '5 Gannabine Icân' na-bine], adj, van hennip, henni ry # ry], Canary-bird ſca-na'ry-birdJ, Cannel-coat (eig. Candie-coa1) ſcän'nel-co ## #el ºm » ; . . . . . . . goede soort van steenkool, gaskool f. (wa 1 ſcân'eel] -ied Icân'celd] -ting, v.t. uit- Cannequin ſcân'ne-kwienj, s wit katoene 1, doorhalen, vernietigen. 3 % Cannibal Icanºnkbal],,s ,menschenet & ted ſean' cel-ls-tedJ, adj. doorgeschrapt. Cannibalism Icân'ni-bal-Yzm], s. e W 'llation ſcan” cel-la'shun],s, doorschrapping, moordzieke wreedheid f. - .... # f. Cannibally ſcan'ni-bal-ly],adv, onmenschelijk,w * ſcan'cer], s, kreeft, kanker m. (tig worden. Cannon ſcan' mun], s.kanon, stuk geschut n., z. eerste ſcanſce-rate] -ed -ing, v.i. kankerach- earn , cannon-ba11, kanonskogel ; cannon h. ero un ſchm'ce-rus], adj. kankerachtig, ney-cambed, kamerstuk , eannon met 1 82 ## brum],s.kroonkandelaar na. non-metaal (mengsel van koper en tin), ea dent ſcan'dent],adj. zeer heet, gloeiend gemaakt, proof, schotvrij, eannon-shot, s w ei * (zuiver van een kanon, charge of a can ſcandid], adj, oprecht, openhartig, blank, van een kanon, doiri in of a canno ate ## ndidaat na. (for, van een kanon; furniture of a cannon, dly Ic #!: ady oprecht, voor). | digdheden voor een kanon ; mouth of een 'did-ness], s, oprechtheid f. monding van een kanon ; muzzle of a canno -fIJ -ed -ing, v.t.&i. wit ma- monding van een kanon, range of ze een no # & '- schootsverheid van een kanon ; ree oil of a kaars f, licht m., ean die herry-, non, terugstuiting van een kanon, rang candle honah, kaarsknap-1 #" hlane shot of the earmºn % # eid van een kernschot, reach of e een kanons shot of a cannon, schootsverheid, bak; earadle-holder, 3. k # # kaarslicht, candle shot, afstand, verte, die % die-sneaffers, kaarsesnui- s, kandelaar m., branched non, kanon van zwaar '- kroonhandelaar; candle- cannon, wisch - kaarsvet, candie-waster, verkwister, door- schoon, to eo. # nachtwerker, iemand, die koelen, afkoel studeeren; candle-wiek, ,s. Maria lichtmis f. | | , s-, oprechtheid, openhartigheid ºf in te s. kandij ºf w # r ſe ## w w -------------- cân-no- r # ied ſcân'didJ - Ying, vt &i. Cannoning ſcân 'non-ing], iker inleggen Infº: kristallie van een geschut n. ºrsuikeren. # Cannonnade Icân''num nade'J l: * riet n, rotting, wandelstok, rie- Ca tº'n d *. m.; brake, rietboschje, enne #w## oni en vroeger met den dood werd al lettres, geloofsbrieven, uitgereikt; canonieal law, k %)W3 t; canonieal #": nonieal secular, wereldlijk geestelijke. (wijze nonieally Tea-mön’nt-cal-ly], adv. op kerkelij N # ſca-mön'ni-cal-ness], s, overeenkom- #net anonica In Ica-nön'ni-clz], s, pl. plechtgewaad na 'anonist ſciïn 'no-nist],s.kerkelijke ## TIA, en er #team men st'ic], adj. geleerd ijl re on Ica-nbn''ni-za'shun], s. heiligverkla- cân 'no-nize] -ed -ing, v.t, heilig ver er de heiligen plaatsen, * ſcân 'nnn-ryl, s. domheersambt n. ſcân' no-pidJ, adj, met een verhemelte en voorzien. # s. verhemelte, gewelf n..; ca- 'no-py] -ed -ing, v.t, met een he- iſ te #n. g, -- ous zangvogel. luidendheid f. neusſca-no'rus-nëss],s, zangerigheid, wel- # uitspraak, kunst-, zil antsoenhout, cant floor, raaispant, cant hook, t ribbana, senten, die orden gebezigd; timber 'edJ -ing, v.i.&t. ,kramer n; omslaan, bij opbod ver- n, kantschaven, #38 % ridg’iam], s, student, ge- ersiteit te Cambridge m. eldflesch, cantine f. e boog van een zadel m. w uichelaar d feanſterdy ## andgalop m, # e'l to remain in canvas, in het canonieke of kerkelijke recht. | in 't ker- en, sterrendak, canopy couch, no'rus], adj. aansen: eanororanje . * :, ººi:: « (luid -ing, vt.&i. op | -ry], s. verzamelplaats, be- via } ſcân' vas], s. zeil schets; stem-w ip heeft alle ze , de legertenten blij Canvas(s) ſcân/vas] -ed ſcan' vast] -ing, v. uitpluizen, onderzoeken, bediscuteeren, werven the votes for, stemmen voor), kuipen. Canvas(s)-clinaberſcân'vas-clime-er],s, zeema in den mast klimt, om de zeilen in orde te m Canvasser Icân'vas-ser], s. onderzoeker, stemt werver, stemopnemer m. # # # # # # Canvassing ſcân'vas-sing], onderzoeken, het kuipen t Ca! adj. vol riet, van riet. Canzone ſc in zº'n 12 s, zang, aria in twee, Canzonet ſcân-zo-net'J, s, liedje n., korte zan in een, twee, drie deelen. (elasti Caoutchouk ſkôô'tchük], s. kaoutchouc f, g Cap Icãp], s. muts, pet, kap f. ; cap and be zotskap ; eap-a-pie, van het ho: tot d ten ; hlack cap, zwart kalotje, cap-maker, in senmaker, mutsenmaakster, eap-paper, soort dik grauw papier, eap of a blo elk, hal inkeping in de onderbuitenzijde van 't blok een strop; eap of a gaan, platlood; eap se luik ; eap-shore, eap stantion, stuk op 't hoofd, dat op de mars rust, en p-square, elamp, flappen, tapdekplaten van een rol cap-upright, uilebord, schild van den hoegs fore-eap, fokke-ezelshoofd ; fore top eap, # n-ezelshoofd; to get a cap over, een hoofd opzetten, to lower on the eap, op de strijken; maincap, groot ezelshoofd; maiz bezaans-ezelshoofd; mizen top-cap, kruisst ezelshoofd, to eant one's cap to a person, overwonnen verklaren; to net one's cap I de genegenheid (van een man) trachten te winn Cap ſcåpl -ped Icäpt] -ping, v.t.&i. een opzetten, bedekken, ten top voeren, volt den hoed afnemen (ten groet); to cap a pair of shoes, nieuwe kappen op de oude nen zetten; to eap a rope, een eind touw smarting bekleeden. # Capabilit ## s, b #" f 11, adj, ruim, bekwaam, ## beraadslagen, b #normen: ## ##### ek, papieren, enz. ; canter- | C helft, narcisbloem, canter-| Caj N er le, | C W #e- ſca-pa'shus-ness], s. e fea-passi-tate-ed-ing, [ca-päs'si-t '; s, bekwaamheid, # â'shus], -ment] ## s. haarvormigheid ºf 1-ry J, adj, haarvormig, haarfijn. is. haar huis f. # j , hoofdletter, groote letter f. l], adj, hoofdza #. halsstraffe- fd... ; uitmuntend, fiks ; capi- doodstraf, capital specula- peculatie, eapital letters, gr groo-l hoofdstad; capital, un], s, capitulatie ºf r], sº iemand, die zich N den v plaatsen, har of a ea spil ; partners of the e .. 't spil ; vvhelps of a eapatan 't spil ; pin of a cap be van den windboo # het touw, dat om 't spi & &#& reeksen g een ter: eyl, s wichelarij uit| | to east away care, zo | Care Icare] -ed ſca'rd] -ing, v.i. zo bekommeren, don't eare a pin, zij hoed bedekt. | geen zier om; what eare I for it? ranciscaner monnik m., er om ? * don't care, ik ben onverschilli f; eapuchin (eapu- Care-erazed Icare'crazdJ, adj. door zorg vert | Careen ſca-reën J -ed-ing, v.t.&i op zij , 'spoorwaggon ; zegekar, 1 gen om te kalefaten, kielen, op zijde een beeld 1 m. jn f: | Careening Ica-rëën'ing], adj. # & :: e], s, ka- ing geers, naaiing van de loefbal i ing place, eareenage, kielbaan. | Career ſca-rëer], s, baan, loopbaan, vlucht ºf ## » N.NW W X' • • W' ' ..... . ...'.'' WW . . . . . ' • W. f valk); a horse in hise full care te paard tº # N. -WW t halve wen-| paard in zijn vollen ren;, his whole eare geheele loopbaan (levensloop), N # 1 ſeat-a-me-ni-aij, adj, tot de regels, Categorize feat'e-go-rize] -ed-ing, vt. in e den behoorende. # # ### klasse, orde of eene lijst plaatsen. (aard in ie Icht-a-phön'ic], adj, de weerkaatsing Category ſcatte-go-ry J, s klasse, orde, soort luid betreffende; cataphonics, s. leer | Catenarian Icãt-e-na'ri-an], adj. ketenachtig. weerkaatsing. » jf Catenate Icatºe-nate] -ed -ing, v.t, ketenen ### s, harnas n. | boeien, aaneenschakelen. ... » eted ſeat'a-phräct-ed], adj. met een hard, dat enation ſcãtºte-naſshun], s, aaneenschakelin » bedekt, | Catenulate Lea-tën #el. adj. aaneengeschakeld, ſchtºta-piltj, s werktuig, om steenen, pij- op een keten gelijkende. » werpen. "W'. ' '. Zºw...' • • W. # (oog f: tecater ſcatter], s, verzorger m., Cater, de vis ätºta-ract], s. waterval m., staar op het (van kaarten en dobbelsteenen). # » feat'ta-rac-tus], adj. staarachtig. Cater ſca'ter] -ed -ing v.i.&t, proviandeeren tar'J, s, zinking ºf ikings rsnijden. (w cat-tart-ral], #. zinkingachtig, zº # eens in ſea'ter-cüz'zn], s, neef van Ada e ſca-täs'tro fel, s, groot ongeluk na, daterer [ca'ter-rer], s, spijsverzorger m. eurtenisf: uiteinden, ontknoopingf dat er een Icaſter-ress], s, spijsbezorgster f. # s nuitje (om uit te fluiten) n. Caterpillar teit ter giiier , s, rups ºf (kro vangst greep, buit f, voordeel na, Caterwani ſcatter-waulJ -ed-ing, v.i. miauw visselzang m., lokaas ne, haak m., daterwauling Teat'ter-waul-ing], s kattengemiau, ::-S. . . . . . . . 3:33S & lokaas voor een licatery ſcattery], sº provisiekamer ºf #n, een 's |E:### pl. lek #"## # e|dat-fish ſcãt'fish J,s, zeewolf (roofvisch); katvise sh | m. (kleine vischsoort). eaten na » t], s, darmsnaar f, grof gaas n. teh, ophouder van den pal. Catharnia ſca-thar'sis], s. zuivering, ontlastin Ieauht], eatehing, vit Sai. "Dat hartieſal) ſca-tharſticj, adj, zuiveren 3. , wegnemen, betrappen, rend. (biss .. itten, aanste-Gathedral # se hoofdkerk, gen; to Cathedral ſca-the'draij, adj bisschoppelij Catholie hºo-licj, adj, algemeen, kat tholic church, roomsch-katholieke cho » donke # eh | 1ie epistles, brieven van de apo # geloovigen en aan geen bijzonde olieinna Ica-thöl/i-simz), s. kat Catholicity ſcath-o-lſe’i-ty], s, gods msch-katholieken m. le 't kandeel maken. #n, mag, vise ik Icauk], s z h n. * aul IcaulJ, s. darmnet, pruiknet n.., helm m. val en eent ſeau-lés'centj, adj. met stengels, autiferous # s], adj. met stengels. autiflower fc61/11-floû''erj, s. bloemkool f. auniform ſcau'li-formJ, adj, "ensel:# w k ſeauk], zie Calk. (huis houden. ictualie- ponate e] -ed-ing, v.i... v. -ed-ing, v.i. wijn of # 'po-nate] aise ſeau'ſpo-nize victualiën verkoopen. ausable ſcau'za-blJ, adj. veroorzaakt kunnen de ſcau'zal J, adj, oorzakelijk, (worden, s. oorzaak aanduidend woord n. ä1/11-ty J, s. oorzakelijkheid, causa- ##### w l. (liteit f. ## u-za's hun], het veroorzaken. ve ## veroorzakend. & 3:,, ... 3%, ºl, s, veroorzaker m. aanse ſcàuz], s. oorzaak, 'J, s, ertsdeeltjes n, cåu-za'-ter (3: W rzaak, reden, zaak, rechtszaak fi, Proces m., to trace a cause, eene reden zoeken , tº show cause of, reden geven van ; to earry the, cause, het proces winnen, without eause, zonder reden, let us call another cause, laat anders spreken sleep), doen » hy # doen vallen; to cannel doen plaats hebben. er m., oorzaa van een straat ######### (w ik m. w # f, kolenbak m. | # ſcés'st-t | #Cecutiency lieren *. ruiter , 8, 111 holte hol Cave ſcavel -ed -ing, en een gat achterlaten, Caveat Ica've-àt], s... beletse | Caveat Tea've-Atj -ed -ing aanteekenen, | Cavern ſcãv'vern], s. spelonk f, hol n. Caverned Icav'v J, Cavermous ft adj. vol spelonken. ## Cavernulouafväv-vern'u-löus], adj Cave zon ſcãv'e-zon], s, neuspra Caviar Ica-veer', cåvºvº-àrl, s. ka Cawil ſcåv' # -ed # vY Cavi1 ſcåv'vilJ, s. haarklover Caviler ſcay'vil-erJ, s, haar! lo - Cavilling Icavºvil-ing], adj. d drijven Cavilone Icåv'vil-ous], adj, spitsvoudig. ## $Cavilonsneas Icåv'vil-ous-mëss],s. roudigheid av'ver- Cawin [cãv'in], s, holle weg m, Cavity ſcãv'vf-tyJ, s, holte, holligheid Caw ſcåw] -ed ſcãwd]. -ing, v.i. Cavving ſcàwling], s, gekrijs Cayman ſcäy man], s, kaaim + Cease ſcëase], s. ophouding, Ceane Icease] :-ed Icëast] - s eindigen, staken. " J, adj. #nden ceas'less], # blindhei # useyed ſcauz'wayd, # , adj. e en ºm ºns sº: za zº Causey ſcau'zy], s. straat- advocaat oorende, en-cy van het erboo Ceaseless 'ing Jadj. van een zo # ## "#e t rukkingspunt, zwaa in - e vloeistof; eentre of a maat, midden van ast; centre of # avity, zwaartepunt. feën ſcë Centre Icén' ter] -ted ſcën'tèrdJ-ed-ing, vt.&# --- #% N (zich) in het middelpunt vereenigen. l, s. likeurkeldertje f. | Centres Icënſters], s, pl. formeelen, waarover me , s. keldermeester m. | verwulfsels maakt in pl. ## adj. celvormig, cellulair; eel- Centrieta1) ſcën' #, adj. in het middelpunt mig weefsel. |C:#nes, [cën'tri-cal-nëss], s. ligging in "er-ous], adj. cellen dragend, midden f. - ( de "- Centrifugal ſcën-trYf'fu-gal], adj, middelpunt vlie s. hoogte f.. Centripetal ſcën-trip'pe-tal], adj. middelpunt z m., band m. Centuple ſcénºtti-pl], adj, honderdvoudig. (ke vt. door cement Centuple, ':# ſcën-tu'pli-cate] , vast worden, zich -ing, v.t, verhonderdvoudigen. # (cement f: Centuria te ſcén-tu'ri-ate], -ed -ing, vt. º J, s. verbinding met honderd deelen. '- (de egraafplaats f. Centurion ſcén-tu'ri-un], s. hoofdman w t 't avondmaal be- Century. Ieën'tyu-ryl, 5: honderdtal -- lºep halalgy Deaf al-àllº & 3% onnik m. Cephanie fee-falº lic], ## d adj, hoo osterlijk. hoofd...., middel voor hoofdziekten. , Ceraceous ſeë-rä'shus], adj, wasachti n: Gerare,ſe ratel, waszalf f: ,, . rious ſcë-re-a'li- Hoth Iceer'clöth], ment Teëer' moºnt hij aaj rie e-mo’ni-us-ly], 're-mö'ni-us-n J een en wat, » inslaan ophouden, ## zijn, ## » # 's, schatting ºf, cijns m., oponthoud n..., atfº, out of all eens, bovenmatig, bovenmate. . tion Icés-sa'shun],s. ophouding f: stilstand m., tangpomp, . . . . . aatica of arms, wapenscaorsing. | Chain-eirot ſteh Ain'shººt J, s, kettingko ible Ices'si-bl], adj. toegevend, wijkend, Chain verk # s, kettin on Icësh'un], s, afstand m. .. Chair ſtehair], s. stoel, zetel, voorz ionary ſcésh'un-a-ry], s, die afstand doet, | stoel m. ## ee*ment ſcëss'ment], s, belastinx rº, aanslag m | Chair Itchair] -ed -ing. *sor Icessor J. s. ambt verwaarloozer, tbelasting |4 hairman， chain man), ## leggers schatter m. # Chairmanshipttehaar'man-shºp] ºol ſcëss'pôôlJ, s. zinkput m. | presidentschap n... . . # eëst] -tun, s. 'ordel na. | Chaise ſshaiz], s. # f, en er tmesgordel ºm. :- - - - - # ea(n) ta'ce at al, s. walvisch z.. Whale Chaleographer Lká1'kög-ra-fer] # ce-ta'shëus], adj. van 't geslacht der Chaleography [kal-kögºra-fy], # # n.., plaatsnijkunde f: .. alvischachtig. ( walvissehen f. | Chaldron [tena1'drunj, s. ,ho gy], s. natuurlijke historie der Chaiiee ſtehâlºiissj, s, kelk Chase enz, S | Chalaeed tenâlºistſ], adj, ke # » » & trailer te hakel, s. W , s, toorn m., woede, hitte f. st's no more like than -ed ſtchafet] -ing, v.i.&t, verhit 't gelijkt er zooveel naar? ontsteken, wrijven. 't vel afschaven, eendvogel, wrijven, welriekend maken. | 3&: &#$% ik ler, verwarmer tºe, ite ver in hafe'wax], sº beambte van den lord je ed maken van de ": ze-| % # # # # # # . :: ..; 3;&#.: 3.3.3 # #### v naker, eorn ehandler kooper. ## Chandlerly ## 'dier #ier, waslichtmak ne-ring],s. losbandig gedragen S- - - - - - - - 3 x her-lin], s, kamerdienaar m. #### rz-shöp], s. kaarsewi er-lin-shfp], s, kamer- tºchandry ſchánſdry], s, kaarsenkast f. Change ſtchandge], s, verandering, verwisse (bv. of seasons, der jaargetijden), ruilin klein geld, schoon linnen n.., beurs f; ehange adv: als een win id], s, kamenier f: ber-or-gan], s, kamerorgel e' ber-pöt], #terpot mi, (ºn, häme' ber-wïn'dow], s. ka- the moon, maansverandering. >> S. Change ſtchandge] -ed-ing, vt.&i, verand (bv. of countenance, van gelaat), verwiss (bv. the cloth, van kleederen), ruilen (bv. ees with another, zijne plaats met een ana zuur worden (as milk); to change fe het ter, ten # veranderen; the moon cha het wordt nieuwe maan ; to change a horse Ikäm'let] -ed -ing, v.t. bont maken, nt schakeeren. 2 . . .3#. eon ſcha-me'le-on], s. eameleon m. ": . | In # ſâm'fer], Chamfret I-frëtJ, s. groef Itcham'fer] -ed-ing, vit, groeven maken, shäm'wâJ, s, gems f; chamois-Heather, e kamo-mm]. s, kamille f. to change hand, een paard wenden. (hei Changeability Itchändge-a-bï1'i-ty], s. veranderlijk Changeable E handgeſa-bl], adj. veranderlijk. e# tiener- Itchändge'a-bl-ness], s. verander- jkheid ºf, w » w # # Changeably, ſtchandge'-a-bly], adv., veranderli Changeful Itchändge fü1], # veranderlijk Change Iess ſtchandge'less], adj, standvas geless purpose, onveranderlijk plan. * Changeling ſtch te’ling], s, ondergeschoven kind ## Itchâmp] -ed [tchâmpt] -ing, v.t.&i. #" # hite, up on the E" op het kauwen, knagen. : ign [shâm-pain'], adj, vlak, open, cham-| C country, vlak, open land. w ſtchâmºper], s bijte ignon Ishâm-pïn'yun], s, paddenstoel m. | ne, fwispelturig mensch m. - pion [tchamp'yun], s, kampvechter, held m. | Changer [tchandge'erl, s, ruiler, wisselaar m. * ſtchâmp'yun] -ed-ing, vt. als kamp- Changing ſtchandge' ing], s, verandering f. erzellen; fuitdagen (tot tweegevecht). | Changingly Itchandgeting-ly], adv. beurtelings, een Itchämp'yun-ness],s. kampvechtster f: Channel ſtchän/nell, s. waterloop m., kanaa " ,, kans fº, voor- in fº: channel of the aternpont, spon , hij heeft geen kans, den achtersteven ; shoaiy channel, ondi tw, # i. | naal ; to enter in the channel, 't kanaal bi w bij toeval, komen; to work down the channel, 't chanst -ing, vi, voor- uitzeilen ; turning channen, kanaal, dat ral geschieden. | noeg is om daarin te laveeren; channel ,adj, toevallig, bijkomend. Channelled Itchân'neld], adj. gegroefd. (rabout. y], adv, bij toeval. | Chant Itchánt], s, gezang, koraalgezang n. #merl, s. iemand, die schant ſtchánt] -ed-ing, v.t.&i, bezingen, zingen, S3 . : | Chanter Itchánt'er], s, zanger, voorzanger m. 'full a j, gewaagd, ſº el n. Chanticleer Itchán'ti-clëerJ, s, kraaiende haan e' game], s. hazardspel, kans- Chantrese ItchántſtressJ, s. zangster, zangeres riesterkoor n. er kerk). Chantry. Itchán'try], s. kapel f. # lur]. s kansel ord | Chaos #### s. mengelklomp, chaos m., verwa W ------- Dhaotie [ka-öt'ic], adj verward. (rin - Chap Itchäp, tchap] -ped -ping, v. an scheuren, barsten. # | Chap. [tchäp], s, scheur, spleet f, kwant, kn iſ odd chapp, zonderlinge vent, z. Chaps. -. ## s, knip, haak f, beslag om spel [tch pllis ka (een er schee i ften ºp pei eij -ed -ing, vt. tin een eggen ; to chapel a ship, voor de Y-------- onder het te willen, een ui 'hansel,s toeval, geluk in de kroon; cha # van, een uni:| d ſhti # - n. ipelaan, geestelijk # is kapelaansbed ngevallen ka nkrans chapsj, s, pl. kaken ºf pl, m ## s. hoofdstuk, kapi er Itchäp'ter] -ed -ing, v # » » it, kap en (delaarster fel oman ttchäp'wum-man], s.koopvrouw, han-te Etchar], s. soort zalm, Chartej, grof werk iſ char-man, arbeider, char-woman, werk- w, schoonmaakster; char-work, dagwerk, ') Itchär] - red Itchärd] -ring, wat ººi, vol- Char, tot kolen branden, uit werken | # aan, ſt schoonmaken gaan. . N aracter ſkär'rac-ter], s, kenteeken n.., letter- rift n", getuigenis fan, aardm, gedrag, karak- ne, geaardheid ºf, persoon m., tafereel n, be- ing: f..., naam m., eer f; a man of cha r, een man van eer; in his character as rate, in zijne hoedanigheid van overhei n; he is a dangerous character, hij is een arlijk persoon; they have # the cha- upon him, men heeft hem gebrandmerkt. ſkär'rac-ter] -ed -ing, v.t, schrijven Erijven, inprenten. van karakter f. ieterium Ekärfrac-ter-ſzm], s, onderscheiding vracteristie ſkär''rac-te-rïsºtic], s, kenteeken teristie Ikärttrac-te-rfs'tic] -al, # k N # rac-te-rize] - ed -ing 'rac-ter-less], adj. Ik 'rac-te-ry J, sº indru charity begi de rok, + Chark Itchärk] -ed. - Charlatan Ishärºla-tânl, Charlatanical ſshar-la- achtig, Charlatasary iſ Charlea's i renbeeld d Charloek Charan [tcharm], s Charm Etchärm] tooveren, bekoren, t Charner ſtehärm'er], s. f, iemand die bekoort, na engelin. Charna ful Itchärm'fulJ, ad Charming Itchärmling], innemend, bevallig. rmingly Itcharm in r ris J, se damsp 'ker-wise J, adj, # ſtchékºker-, u k], s. ruit werk, ingelegd werk in. (beteugell as ſtehëk less], adj, onwederstaanbaar, Checkmate Itchëk'mated -ed -ing, v.t, sch mat zetten , de nederlaag geven. » tºcheckmate ſtehëck' mate], s. schaakmat f. theeke ſtehëks], s, geruite stof in. 'Cheeky Itchek ky], adj, met ruitjes, Cheek Itcheek, zijstukken van een drukpers; cheeke of ad lijsten aan de deurposten, eheek of a bl wangen van een blok , cheek of a earriage wangen van een rolpaard; cheek of head, j knie, cheeks of a maat, ooren van een in ump eheek, pompmik; cheek of a rud klik van 't roer; eheel teeth, kiezen; eh warnish, blanketstel; board under the ch of the eutwater, blaasbalgen, fiiiing het the, cheek, kamhouten; eheek hoop, f, banden om den hommer, cheek by jovv gemeenzaamheid, bestemaats; to S jowl (jole) with rkeeren. J, s, overhemdje n. J, s, scheikundige, chimist m. in'-mis-try], s, scheikunde f. » # 's, z. heek, » » ér rish] - ed Itchër risht] -ing, vet en, voeden, liefhebben, beminnen. 'r'ris-her],s. verpleger, onderhouder, Itcher'rish-ment]. s aanmoediging ºf e-root'J, s. manilla-sigaar f. ging J. kerskleurig, rood, eheer #" " "# herºry-cheeks], s, blozende wan- ## kerseboom m. J, adj engelachtig. nJ, s, engelº % % % ſ # #gny # #### te " ####### # N Chiel: ling. Tºchïk kling], s kui Chiek-weed Itchfk'weedJ, s. 1 Chide Itchide], s. geknor, ge Chirle ſtelaidei ethici tte eniding, vat ki, berispen, bek Chiner #eniº:j. s, berisper, hek tet idereen ſtchi der-éss], s. afs Chief [tchiefj, adj, voornaamste Chief Itchief J, s, hoofd na, aan een naam ander in chief opper chief justice, opperrechter, eh klerk, schrijver, # % Chiefage ſtehter nºg s. hoofdgel Chieftesa Itchief'less J, adj. . Chieny Itchief'l: 2: adv, voorman Chieftain Itchiefºtain], s. o » “## ſtehiev'ancej, s. &# ### # ing t # » ſtch (1'blain], s. ild]. s ki ## d ſtcht ºmd] # 8:33 overeenkomen, overeenst 1, s, klokkenspeler m. 13 s, hersenschim, inbeelding ºf ºmêr'ri-calJ, adj, hersenschimmig. Ikſm-mër'ri-cal-lyl, adv. op een in- ze e # koesteren, » WW. . . . . . . ." hïmºny], s, schoorsteen m., funnel of , schoorsteenpijp. » (m, Itchlºmºny-tchöp], s, neger, moriaan er Itchïm'ny-cor-mer], s. # ## or ## s. y Itchºmºny-miin-my], s. haardste- chimney-money man, gaarder van e ſteh ſm’ny-piece], s, schoorsteen- » # (ven het dak n. y-pöt'J, s. schoorsteen bo- my-sweep'er], s. schoor- In doe 8.3.3.x 3 : : : : : : : : : :::::::::::::::::::: ## ân'zeel, s, chimpansee (aap) | p # 1, # r # ſ ap) Chitterlings Chitty # | Chiromaney #man-ey, # " » immer-rizel -eet -ine, vi, hersen- | Chinen ttchfz'zil, s, beitel mag lovv chinel, guts. » Chisel Itchïz'zij -ied -ling, C me, handwaarzegster # # n-cy J, s. hand waar ze N .. -röm'a-nïst;, s, handkijk Chironomy -rön/o-my], s, gebarenku redenaars) ºf » # Chiropodist ſki-röp'o-dist], s, likdore Chirp Itchi getjilp, gekweel, gep a chirp up, een glaasje pakken. (v. Chirp Etchirp1 -ed -ing, v.i.&t. tjilpe Chirper Itchirºper), s. sjilper, # m. Chirping Itchirping], s, getjilp, gekweel n Chirping-euh [tchirºpïng-cupj, s, roes chirºettchirrej- ed -ing, vijf kirren als Chirrup [tchïrrup], -ped -ping, v.t.&i, al #"E#, #n." ". . . . . beitel; er ooit en eniaei, ronde schiet het » (tele Chisel-work [tchfz'zl wurkj, s, bei Chit ſtehtt], s. spruitje, kindje in. tºch it ſtch ſtil te d -ting, v.i. ontki techitter Itchſtºter -edit- . % ## Chivalºrie, tival röus], adj, ridderlijk; dapper. hivalry Itchy g # perheid f: - :-, - . . . . . . . :-... . J, s. bieslook n. hives], s, pl. vezels aa s, groenvink s], s, bleekzu hoke] -ed [tchö'kt] - -------------- ikken, smoren, onderdrukken, verstoppen, eren, kwetsen, ºf pºſtchoke'"# stiklucht in mijnen. ehouse one (out) « s: stikker m., stijve das f. #" gelen. # fiilj, adj. stikvol. der Itchou'der], s. " w ## oke'péar], s. rietpeer f, notabiel kooper m. # e-pear, bittere pil. # # Chrenmatinties ſkre-ma-tYs'tics], -weed ſtchöke'weedJ, s, kleefkruid n, kres-töm'a-ty] E: adj, verstikkend, wrang. %. . [kol-lë'ic], s. -aeide, galzuur n. * 3% bl/ler], s. gal f, toorn m. AJ! era Ikö1'le-ra], s. cholera f. ; Asiatie cho ºf Chi a of cholera naar huis, de Aziatische cholera lera in lichten graad); cholera asphyxia, 't w 1 hevigsten graad), Chri e ſköl'le-r-ſc], adj, galachtig, oploopend, Christ-e g, cholerisch # # # # # #### ########## ##### ## N- Christendom j, s. eerste verschijnsel lich Chri <<<> # # 11 # iköthe-rie messj, 8, E# ## Ikr heid, f.., toorn m me ſköl'le-rïne an cholera. tchoôze] chose Itchoze] chonen ars must not w aard erj, s, tijdmeter m., zee-ch ry], s tijdmeetkunde file ## » » artch'wayi, s. k. hartch'watkj, E # » hand gaat n # # tºch niet hººrardl, k Church-yard-cough tºtaarten yard-co 33 % NZ&W.:-WWWE - E ### 33. . . . . . . &# by the doe een ezel g to put a eis van dervvench, Cinderwoman ſ nereous tººn: "J, adj, ase # ineritious ſcïn”ne-rish'us], adj. aschachtig. dinersalent ſein-ne'ru-lentj, adj, vol asch. ſingle ſcïng'gij, s, riem, gordel ºm. Cinnabar Icºn' na-bar], is vermiljoen n. # ſcïn 'na-mun], s, kant kle » » neel te #%$#% 3:33.333 innamon tree ſcïn' na mun-tree],s kaneelboom m. SS : : : : : : : :38:: | sproeiing ºf nque Ternk], is de vijf fin spelen) f. nquefoil ſc #,## #", erkruid n. ##### N rºts is, io: feifunj, sº foot 'f " » » . . . . . . . . . #J, s. zijden floers n. clºſer],s, cijfer na, nul, naamletter Vijf havens ºm pl. erschrift in.; stand for a cipher, cijfer '# niets te ze### heb Cipher. Ict'fer] -ed ſer'ferd] in cijfer- of geheimschrift schrijven. C## ſci-fer-key], s, sleutel voor het ontcij- feren van schriften m. # # pherer ſel'fer-er], s, rekenaar m. rele Icir/kl..], s, cirkel, omtrek, kring m., ap nº, circle tool, cirkelpasser; circle of earth, aardbol, Icir-kl..] -ed I kldJ -ing, vt,8xi. (zich! stelen om, ronddraaien, omringen, omsingelen, eirele in, omsluiten, omvatten. #33 d ſcir/kldJ, adj, cirkelvormig, rond. een nul in 't er ſcir/kler], s, prul dichter m. Circuit Icirºkitj, sº omloop, omtrek en judges of the circuit, ommegaande r Circuit ſcirºkit] "E# vi. &t, in een wegen, rondgaan, ronddraaien. ech # # ºf circumanex | Cireunfluence ſchree Cireunajneemt ſchrºeiim- ben, ####### ::33.3 -ing, vi&t cijferen, m...gezel. | tºe. & SSS:: 833. . . . . . . . . cirºclim-flex] - omgebogen toonteeken of ka nu-ent] ci een mannen terrein eten, verspreiden. Circumfumile ſcirºcüm-fu'sil1, adj. Circumfusion ſcirºclim-fu'shun], s. c## cireamgyee ſelr-et -ed -ing, wat ronddraaien, rollen. Cireumgyration ſchrºe ### # #n a’ een om eurnedja ce + Cireunligationſcirºclim-li-ga'shu c#teentien ſcirºclim-lo-cut shun ving 1 Cireumlocatory felrºciim-loc'cu-to-ry Cireunmure Icar'ciſm-mure'J -ed- muren, omwalſen, Circumnavigable ſchrºeiim-nav Cireumnavigate Icirºclim-nav'vi vat, omvaren (den aardbol). Circumnavigation ſc;r"ctin # cirºnmnavigator ſet zeiler in, » m, Circumpolar ſchrºeiim-p mrotatory ſcirºcüm- raaiend, wentelend, # Eircuition ſcir-cu 'shum], s omgang, kring, om- Cir * * * ton feit knºt-tual, adj zijdelingsch; a cir-gir tons road, een omweg in leir-cu'ſ ty], s. # weging ºf ſloop gebra ### is bij! # gese uiar ſcircu-ler], adj, rond, re, sº pl. circulaire # # nt ſcir-ci di-ing, vet, ver , misleiden, % :: 2,33 # faiºla: ention Icir-clim-vën'shun], ## lution Delr"clim-vo-lu'shun], s, omdraai- intelin # omlºop ## tolve Icir"ctim-völv'J -ed -ing, vt.&i, rondwentelen, -draaien. Icarſ cus], s, circus ## ronde # f, Ieïr'rus], adj, een hechtrankje hebbende, » WASXZW X3CX:WKWVWSRX #### uitloopende. ## (bak m. ſcïs'termj, s. regenbak, waterbak, vergaar. # # burger, stedeling m. ſcººt'ta-dël], s: slot n.., sterkte, citadel f, 11, s... aanhaling f. #". s, dagvaarding, aanhaling, ing: f. » #388 º # ſetta toºl, adj. dagvaardend. J - ed IcitedJ -ing, vt. dagvaarden, in- halen, bijbrengen. tij, s. dagvaarder, aanhaler m. ſtern J, s, harp, citer f. , , ti-zismJ, s, burgerlijkheid fi, z. Cit. dJ, adj, tot een stad behoorende f-zn], adj, burgerlijk, welopgevoed. # # , burger m. & burgeres f. » 1-1 ze] -ed -ing, vat, het bur- rleenen. ſcït'i-zn-ship], s: burgerrecht n. ier ſcrt'1-zn-sol-dyierj, s. in-treel, s. citroenboom m. trun-wa-ter], s. citroenwater n, ie donkergeel. , s, watermeloen m. # urgerlijk, burger.... i civie #'m: Ekroo ## » 1 | Clandestinemens Iclân-dés' | |heid ºf geheim Ctad Iclâdj, pr # ## beenderen meel n. | CIain ## eisch m., aanspraak fº, recht in. Claim ſclaiml-ed ſclaimdJ -ing, vt.&i eise CIaimable ſclaim'a-bl], ad .. & Chairmant Iclaim'anti -er, s. eischer m. Clairvoyant te '# | Clamp ſelämp], s. schutter m. roon f. |tect 'er], s klapper van een molen ret van Clothe, gekleed. inderen meel n. aanspraak hebben a-blJ, adj. eischbaar. CI airman een ſclaim'less], adj, zonder aanspraak Clairvoyance # J, s, helderziendheid ar-voi'ant], adj, helderziend, Clann m] -med Iclämd] -rming, v.t, k s-, vºi klam, kleverig zijn, kleven. lijmen; -, N 2. . . -> X » .. Ciamant Cela'mant], adj, luid smeekend. Ciamber Iclämſberj-ed L-berdJ -ing, v.i, kli men, klauteren. » .. - - Clanaherer ſcläm' ber-rer],s. klimmer, klauteraa CIanamaa Icläm'masl, s, gerucht in. Ciaraminema ſeläm'mi-nessJ, s. kleverigheid ºf Clammy feläm'myl, adj kleverig, klam, slijmen Clamor [clam'murJ, s geroep, getier n. Clamor ſeläm'mur] -ed [-murd] -ing, luid begroeten, door getier verdooven, tiere etamor bella, hard luiden. » ## Clamorer [clam'mur-er], s, schreeuwer m. Clamorous ſeläm'mur-rus], adj. tierend, schreeuwend. ( Ciamorousness Icläm'mur-ous-ness], s. luidrt W ram #### mp XS. 1 333 S & clamp of a hearn, lasch, versterkingst een balk, elanap of a gun-earriage, ſla een rolpaard , boarding of the champ, toe king der balkwegers; hanging elamp, boeikh iron elamp, ijzeren beugel van een ezels voor een kluifhout; elamp of a beaam, klamp, versterkingsstuk van een balk, elan a gun, cap esſueres, flap, tappedekplaat. champ, telampje en feiampty-ing, vt ººi, pen, opklampen, log of zwaar stappen; toe a beaan een balk lasschen, klampen. Cian Iclân], s, stam in , geslacht na coterie, + Ciancular ſelän'cu-lari, adj. bedekt, verb landestine Iclan-dëstin J, adj, geheim. Clandestinely Iclân-dés'# adv. heimel tïn-näss], s. geheim, het geheime in ſcläng] -ed ſclängdJ -ing, vat m, kletteren, galmen. # roue ſclängºo-röus], adj. kli ängk], sº gerammel na # ſclänkt] -ing, ##### :::: -ES. # ##### ren, klinken. ### # in eler ºn the prope he pleasen, hij zal aan 't voors geven, als hij verkiest ; to elap a old suit, een lap op een oud kle slap a ioei. on the door, een slo maken W... . . . . ...N ne's W ### * " » up together, samen plak- Clan Dela dj, knotsvormig, kne » one's hand #"## breant, tºclave ſclavel, ## van Cleave. met de hand op de borst slaan. - ####### s. soort van klav » 1ap-board felapſbordj, s klamphout na, duig f-, claviene ſclavºvi-kl],s. sleutelbeen n. (b pijnhout ne, buitenschaal f. , , (ken. Cſaviger, ſclavº-dgerl, s sleutelbewaarder, Ciap-board ## met duigen bedek- Ciavv Iclawl, s klauw, poot, tang m., st %. 'dish], s, houten nap, schotel m. etavv harnemer, klan mer, Clap-net Icläp nét], s, slagnet n. | Claw Iclaw J - ed Iclaw -ing, vt. ki # # er], s. klopper, klepel, klapper m., scheuren, flikflooien, on ºp. w » SX: --K:-... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . :-.. .. | ci:### Clap trap Icl ciare-ohsenre ſci cierify felirri fyj -ied ring, vt ki. S :: . w] -ed-ing, vt. uit- afrossen, wakker schran ## ## toetakelen, ## âp'trap. klapspaan f; (mini) #' molenklapper. versmaden, van den w # >. ten, afscheuren l 3. ::33 ##### it off a way, spoed met iets maken , s. zucht om effect te maken, it off to day, zij hebben he effect maken de zaak f. # | daan, he had a disease are ob-scure], s, licht en bruin n.. elaw off, hij had een k n kwaal, Clarichord [clärºi'kordJ, s. manicordium na 1 was; elaw me, and I'11 clave the Elarification Iclärºri-fi-ca's hun J, s. #", f, en ik zal u weer dienen , claw irºn ring, wat ºoi, klaren, he'll be wray your ſist, die een . #M: ###. 'E' E.: 1. # wind: ,,L,,,,,,, . . . . . ana Clari(o)netſclär'ri-mét],s, klarinet f (licht worden. Clawback Iclaw'bäck J. s vleier, flikfloo ººi in Iclär'ri-unl, s klaroen f. # ſclaw back] -ed-in onous ſelä-rïs'o-nóus], adj, helder klinkend. #lawback, ſclaw'bäcki, adj, vlei de ſclä-ri'tude],s, helderheid fi, glans m. Cſavved ſelawdi, adj, van klauwe y Iclâr'ri-ty], s. klaarheid ºf SS - |: vver Iclaw'er], s, krabber m. < X... ºff ſclawſing-off], s, het afwerken lā # Ciawing-off ſcla 2 van lager wal in » ess ſclawºlens J, adj, zonder k na, in w Clay Iclayl, s, klei ##### (n : stoot, tv #sht - ed tekshti ing." n, kletteren, twisten, dwarsboo # J, s, geklink, J. ſclásp] -ed I #&33 , omhelzen, omvatten. er fel ºp'erſ, 5, die omvat, ºpered Iclásp’erd J., adj. met ran # (g n, het reini- redigd dj. goed ge- # den weg banen ; the | s vrij, er is geen ge- ich rechtvaardigen, to get n van 5 to se nd in : to be ### ; 1eap clear over, zui- er rtje. cleardJ -in verhel and adv. klaar, zuiver, helder, | rd. onpartijdig, set clear, uit : ei w h van cleavag , hij heeft cleave de' klamp met x anon hela ent, kruisklamp; gammoning eHeat, ## p op den boegspriet; bolio cleat, sjorklamp, naast-cleat, mastklamp, pavv eleat, palklamp , range-eleat, klamp om er halzen en schoten op te leggen ; shroud- p in 't want ; sling-e ent, r w ent, kattekop 'in de rust, #t, ene W w klamp; thump-cleat, lipklamp; cleat erons pieee, steekspeen, vvale-eleat, bergh klamp, eleat of the gangway, valreepskiami r eleat of the titler, zwaanshals van de roe per Creating Teleat'ing], adj, een bout op een rin ## w w w R. - - - - -w ng of yards ſcleatting of yards], s. takelage van een ra f. able ſclea'va-bl], adj. kliefbaar, verd vage ſclea'vadg], s... het kloven in. ## et in the clear, schrijf- | | ooieafe t t-graft [clëft gráft] 'g “E , s, paardevlieg f. m ſclëm] - -ing, v.i.&t, g d hon # ## # # schap n. » "#, hobbelig. pig, rotsachtig, ruw, onef- # mis -tër'ic], s, kritiek tijdperk in ##### test in, S chtstreek f.., -ing, vi, in een bijzon- chtstreek gewennen. » . . # s, klimaatkunde f. » # 'mäxj, s. opklimma ng f., toppunt n. h ſclime] Icli'm dj -ing, v.i.&t, klimmen, mmen, zich verheffen, black vapore clinab t, zware dampen stijgen opwaarts, to climb the e trees with a ladder, naar den galg gaan. lim'abl], adj, beklimbaar, $3%$#% klimmer m., klimop in wadden falls, die schielijk -ed -ing, vi, klimmen. ## snedig antwoord ; elineh for topsail sheet zaaide eli W mail) klinken (bv. a b. te elimeh a cable, teken, # is. klamp, die sn n: ; etincher in Cloak-loop in. , Ciod ſctodJ -de # N s. helling, ne K cloak], s, mantel, dekmantel m. ik [cloakJ -ed IcloaktJ -ing, vt. mantel bedekken, bemantelen. Ciena cloakºbasj, s, mantel ſeldak'loop], s, ma # # # 'pſn], s, kapst SN : -- EN... W... . . . .W cloak'twitch'erſ, (dief, die in donkere straten, de bovenklee delaars steelt) m. uurwerk n, klinkt Clock-putty ſclock/pul' “Cheek-setter Iclock's Clock - vvork Iclöckºw Ciod ſclödJ, s, kluit, a iron) ; stoffelijk overs eiod we trend, den 4 mei met kluiten #"# # ##### lo ## %ë pper # id'höh-per], s. 2. t t# 'pate], s, ## 8. N. » # teren, Cloddy Cioden tº # blok n. #Trciëg deren, ov elkander kleven, meren, verhin - upon, eens worden ; to close wi e-cini-bird fel n Clot-bur [clöt/bur], s. groote klis z: zº ip, scherp bij den schip; to hauleloze aft, schoten op ten , close Haid rope, stijf g ## & » close to the coast, close to the wind, scherp bij heeta close aft, wel aangehaalde y close to the head - #", bindsel og; he elose reefed, al de reven in- heel dicht gereefd; top elose planked, oten mars; this cloth is met close e Iclo’zhure], s. sluiting ſelotj, s. kluit fº, klonter 1 # it feibij ted reikt iedj -ing, vi. k stollen, verstompen. w & : : : : ºv... º öt' birdJ, s. # Int, Cloth [cloth], s. Iaken, linnen, w tafellaken, stof m., fig, voor geestelijken la z. Clothes; thread-bare cloth, kaal laken list of cloth,, zelfkant, cloth in grain, wol geverfd laken; bount line cloth. -- op 't zeil bi de buikgordin s; cloth in waarlooze plunjes; slop cloth, plunje zen, naast eloth, stootlap op arszeil # over de steng; cloth painted, verschansingskleed, geverfd doek; to put abroad n kist cloth, vlaggen, een schip met vlaggen versiere sail-cloth, zeildoek, bolt of mail cloth, s # # # # zeildoek, cloth of a sail, kleed "#.' | zeil; *#" s eene rekening sluit # » close up, verzegelen, sluiten, to close -- » wwith, zich aan, overeenkomen met, handgemeen elose with the enemy, met den meen worden ; to elose in insluiten aan # with, | kl » of a sail etoth, naa cloth slaek, ruimte aan een zeil bij aan de lijken, top-eloth, marskleed, wais schanskleed over de hangmatten, weathe schanslooper. ,, (get Cloth-beam Iclot' beam], s, voorboom van een w Clothe Iclothej -ed Iclo'THd] -ing, v.t.&i. kl (bv. with authority, met gez Ik » w Eifofºne is nººi ken --- --------------------------- oraz'bás-ketJ, s. # kleerenmand cloTHz'brüshi, s, kleerenborstel inej, drooglijn J, s, lake öth' mèr'tchant], s. 'shea'rer], s, droogscheerde rade], s, lakenhandel * ver], s. la g, vi, kl. .. # # » » & # eed ſcloud'fënst/j, adj, door wolken oud-girt #d, adj. dot oudily Icloudºi-# , adv, met eciou dinese ſcloud' lucht ºf N ###E# adj, de wolken ra- .. diens Leloudºless], adj. wolkloos, onbewolkt. cing Icloudºpiers ing], adj, de wolken # n de wolken rijzend Tij ride, » ild'tiitch'ing], adj. tot de wol- üd'räpt], adj. in wolken gehuld. .. lyl, adj, bewolkt, nevelig, treurig, troebel, geaderd (as marble) bewolkte, betrokken lucht, eiova gevlekte diamant, eloudy notiona, d » » grippen, cloudy look", sombere blikken, elondy nings turn to fair evenings, na regen omt zonneschijn, een treurige morgen geeft een da # » N % #n s. sluis fi, dam m., toegift (op het tº, rotskioor f, rotsdal n. p Iclont], s, spijker, doek m., lap, wrijfap f; you a clout on your yolly mob, ik slag op je kop geven, büt] # -ing, v.t. besp ; een s oor wolken omzoomd. het wolken. • S i-ness], s. betrokkenheid der » (kende, jeenr Chaseiki # Clue Te ### - geitouwblo i] -e 1 ſehie click' in s. kluwen g g],s, het kl der onderzeilen ; elue-g touw van een onderzeil, haal up clue : steekt den hals van 't zei 3 ## een marszeil, geito ante zeilen ; clue of a mail, sch van een zeil, # # climp cine up - Clunap boomen of heeste FClumperſcliimp'er] # Clumpers fcliïmp'ers], s, pl: zware scho Ciumsily Icliim z1-1 .. Clums in een ſelüm' Ciumsy. Cºung f Clung fcliïng -ed ## N (hoeven. | Cit # Cliste 1. 15°Co ºf 15 ton lººnas clüm'zy], adj, lomp, # Cºung (E# pret. van # # dj ingedroogd. clüng], a # clü s te » #": schootschinkel, bij den schoothoorn , clue-r de schoothoorn is gemaakt wind, aan den wind ze of a stay sail, schoot van een stagzeil ei ie en ; elue-wea -ed -ine, vt. zeien en , s. klomp #, blok m., kl vJ, adv. lomp. #es j, , #phef x on t # tdrogen; z. # #, 3 bo . . 'ter-gr # » -ing, vat - ſco-a'dgent], s, helper, medewerker m. # ### - ed -ing, vit, ve º in .. ſling. ophooping f. ####### # # # # # # # ## di âg-men-ta'shun], s, verzame- langs de kust (zeilen, houden); to work bl], adj strembaar. # opzeilen. #d ine, vººrin strem- ##ten stºeij Eist langs d ren; to coast it, eoaat alone, langs » » # Coaster ſcoaster], s, kustvaarder m. Coasting-navigation Icoasting-näv-vi-ga'shun] kustvaart ºf X. . # .. ing-piloºt #", s, kustle #. coast'ing-s # , kustvaa Coasti ## e ſcoast'ing-trade], &### ## . . a-coal, stee . schelden, ter verantwoor- Evtsi tot kolen branden, ; van kolen voorzien, ko- ## ve ## | +ºodd hººi-néal J, s, cochenille f. » ökºle-ateld J, adj, schroefvormig f. mannetje m., haan, tijd van het) ng fi, eener balans, windwijzer er m., naald (des zonnewijzers), p hoci m., van kleine vogels haan, chief eoele of the hoop, zegevierend , he wood, hoofdman, ## » antje zijn, den baas spe- , hoop, 't and tan, 1 ed -ing, vt.&i opzetten, spitsen (bv. m, de ooren), spannen # the coek), op zetten ſas hay), optoomen (bv. a hat) eus optrekken, aanmatigend of drei end li kamphanen houden; to eock the g jantjes zetten. de J, s, kokarde f. (anker. 1, s, klaar om te vallen (van 't a-trïss], s, basiliscus m. # boat], s... kleine boot f. # d], adj. onbezonnen, wuft. meikever m, hgl, s haneng eek #, jonge haan m. tolbriefje na, tolzegel 'ed-brédj, s. s, scheel # J, s. stokp # hanengevecht in. kammossel m., hot ### p, eoel lees: gehangen wor, -ed E-kldj-ing, vt.&i. %. Codicil ſcod annetje eo elk, het wijfje hen); . sprookje van moeder de Cod-line febdº Codling ## at, tº m. |ö#iii fijn tarwebroodn. | zº . ::::::::: 3-3:: . . . . . . . . . . . . . . . . .X iii, 'schaal kab ed -ing, vat, in een eöd' dedJ, adj, in een schil b feodºder J, s, erwtenplukker cod'dl] -ed ing, vt. zach eöd'dy J, adj. dik, zwaar van Jode ſcodeJ, s wetboek in. Codfish Icöd'fish], s, kabeljouw m. z. D e#er ſcod'fish-er], s, kabeljouw Godger ## s, lummel m. te ei j, s, aanhangsel n. tament). » . # Codifier ſcöd'i-fi-er], s, samensteller van w Codify ſco’di-fyJ -ed -ing, v.t, tot ee verzamelen, X # Codilia ico-dſlºlaj, s. ruwste henniſ Coditie (## s, kodilje (in het line], s, kabeljauwlijn f. Codlin (g) ſcödeling], s, stoofappel in # jonge kabelj Yv'ºver-oï1], s .. coe], s, kleine hut f. # En efficient ## adj. and s, sam kend , coëfficient n. (in de algebra $3% Coemption ſco-emp's hun], s, opk #### djbij,-ed. - Coequaal ſco-e'kwalij, adj. an : ty ### alt God-liver-oil ſe oe oecuali Coeree Ico- ekraai m.ld 'oessential van vrezen of # ## # van gelijke in wezen. Coeternal ſco-e-ter'naij, adj, med . Coeteraa115 ſco-e-ter'nal-ly] Coeternity ſeo-e-ter'ni-tyj, # :: 3 kistdam doodkist, kist f... papieren za rstºf, hoefholte fi, hoef m., 8. -: -- E:S:S: rssteen, # (gen, SWX: -ed -ing, in een doodkist"# ſcöf'fin less], adj, zonder doodkist. der ſco-found'er], s, medestichter m. J, s, tand of kam (van een wiel) lip, duim sscherboot f. .. » maken, bepraten, bedriegen, alschen; to eog a die, valsch dobbelen. ex ## s, kracht, macht f. #dgenºd, adj, krachtig, dringend. cu'dgent-lyl, adv, krachtig. er ſcòg , s, vleier, flikflooier m. 3-S::3xx. , s. bootje, kiezelsteente n. » ſcòg’gle-stone], s. kiezelsteentje n. ## streek m., valschheid f. bl], adj, denkbaar. J, -ed -ing, v.i, denken. (f. 'shun],s, gedachte overdenking zakje, | | # #zine, vasi. tanden in een ſcòg’dj -ging, #ooien." | Coiner Icoïnter], touw op. ' # Coin ſeoïnj, s. munt f, gelden, hoek m., eoin, gangbare munt; eo in of a gun maneh coin, meneh eare, veel geld Coin, ſcoïn] -ed ſcoïnd] -ing, vt, m vinden, maken ; to coin a naedal, een gedel penning slaan , to coin nevv words, woorden smeden; to coin falsehoods, 1 verzinnen, bedenken, - oinage teoinſidgj, s geldmunting, munting f. ing f gemunt geld in , ditvind #x... ### Coincide ſco-In-cide'J, -ed-ing, vi, in h .. samenvallen punt vallen, tegelijk gebeuren, met), overeenkomen. | Coincidence ſco-inci-dens], s. overeenstem Coincident ſco-inſci-dent], adj. overeenst Coineider ſco-In-eid'er], s. overeenstemm s, munter, valsche mu eoiner of words, wo %. # adj. and s, verwant, bloedver: |Coir t shun], s, bloedverwantschap f. 'un], s, kennis f. # za-bl], adj. kenbaar, aan ge- ming onderworpen. zance], s, kennis, kennisne- ij. adj. kennis dragende van. Colt bij familienaam m. e en ! adj den bijnaam he- el. s kenbaar. | Co Harin ſcò1' ºf | Colation v] i-tiv], ad n ## rscheidingsvermogen, ver ººi $Cojo in # WE . :-w&.. ...NEXNACW-VA. 'RX ojurer [eo-jii' » digheid van een ander bezweer kokes f pl. » Colre # Colander. Ikül'lan-der vºeren en aan een ring, 's lijst van een kapiteel f. la'shun], s, doorzijging ºf # ## s, #": X. #r # adj, koud, guur, del, het ood, in koelen bloede, # -ing, vt. steenkº is, vergiettest boegspriet » ## , stagkraag, stagstrop, collar N n, rolpens, rol wild varkensvleesch, take by the collar, iemand bij den kraag grij- to slip the collar, ontsnappen, vrij ge- ſcöl'ler] - ed f-lerdJ -ing, vt, bij de kraag tten, een halsband aandoen, tot rollade maken. allar-heann ſcol/ler-beam], s. dwarsbalk, balk van de luizenplecht m. # # ollar-hone Ecol' ler-bone), s, sleutelbeen n.. o:ren Icöl'lérdJ, adj, met een kraag, ", den ##### » #, atable ſcol-lat'abIJ, adj, toewijsbaar, # # W. ' '' ''W zee en . (with, met een kerkelijk ambt begeven. eral Ecol-lät'e-ral J, adj. zijdelingsch ; - s. rwant in de zijdlinie » tºe-ral- alnens ſco1-lä ness), s. bloedverwant- p: f. , in de zijdlinie. # ie #l. adv, zijdelings. ico zijdli S. S. la'shun], s. vergelijking, co tion fº, geschenk n... . . . . . . itious Icöl-la tïsh'us], adj, saamgebracht, ol-la'ter], s. vergelijker, collator m. N d -ing, v.t, medeprijzen, s, ambtgenoot m. -ed -ing, v.t.&i, vereeni- #& llatie, d # #) lieague ## ,,gen, verg » paard # ſt, S. . . . . . . . --& .. -1ëag/shºpj,s, ambtgenootschap n. , s, collecte f. (misgebed n..] -ed -ing, vt.&i, verzamelen, zamelen, incasseeren, afleiden (bv. a. een gevolg), # zich o g, enz.), in zich zelven keeren. cöl-lec-ta-me-ouisj, adj, verzameld, e:#), adj, samengevat, bedaard. # lëetſed-lyJ, adv, bedaard #, is, af te leiden." " " # zamelbaar, verza- adj verzamelend. #l, adj. opgezameld, ver-| dj, verzamelend. gezamelijk. laar, inzamelaar, p- tot zich zelven Colonization edaard, , s verzameling, gevolg- “Doiii e. De Colliquation ºf Coi liqnative I tnv Colliquefaction [col-lik-kwi-f Collision Icol-lſzn 'unl, # Coltoea te ſcolio-kate] - ed -ing, Colioea te fc61'lo-katel, adj, geste Collocation Leól-lo-ka'shun J, s, pl teLottocution ſcòl-lo-ku's hun J, s, sam 1 Coi toeuterſcol-16-küttor],s. samenspr Co11 op Icijl'1up], s, snede fi, stuk vlee collops and eggs, reepjes spek m has lost a good collop, hij is zee Colloquial feel-lo kwi-al], adj, tot een behoörende. # (s Colloquialiaan ſcol-lo kwi-al-ism], s. Colloquist ſco!'lo-kwist], s, spreker Colloquy ſcö1'lo-kwy], s, samen 1 De Hasetancy Icol-life' tan-cy J, s: strijd kanting, #"E" ºf twist na, Coklu de Ieol-lüde'J -ed -ing, v. (bv. with medition, tot oproe Col iuder Icolelli der], s, samenspan Collenaionſcol-lu'zhun],s samenspannin Collusive ſco1-lu'sivJ, -nory, adj, bed Collusively Icol-lu'sively], adv, volge ## door samenspanning. Collusiveness [col-lü'siv-ness], s. Colly ſco!'lyJ, s, roet, zwartsel n. Colly #### I-lid] -ying, v “CoHyrium ſcol-lmrºri-um J, s. Colon Icoºlonj, s, dubbele punt Colonel # mulJ, E. kolonel m. Colonial Ico-lo’ni-al], adj koloniaal; producer, koloniale waren. Coloniet ſcölºlo-nist J. s. n Colonization Icöl-lo-ni-za' een er volksplanting m, co .. ### lan # 33 zich niet zº der van colonisatie m. & f. Colonize ſcölºlo-nize] - ed - na de ſcöl-lo-nadel, s. z deldrager; to p. eolors, in olie- of waterv ge eolor, van # » # S ::X-,-. ... : -..: ... -.- - - - - S& aarom d j, s, wrijfsteen m. ter is eome, het botert, de boter k W.- WEW:% 'sal], adj, reusach-, melk of room, die gekarnd wordt); in tinn al: | eome, in 't vervolg, to een me about, gebeu en ſco-lüs'sus], s: reusachtig standbeeld ne, (zie lager), geschieden; to come again, ter ### (traktaatjes m. | komen; he earme to be poor, werd 'er], s, rondventer, venter van 1 to eonne after, volgen, opvolgen, het er-ron], s. nek mij hier een 1-1 komen van 5 to eone ## aankomen, v. twisted, men staat maken , to eo me an under, losgaan, uiteengaan # & % to eonae to and fro, heen en weer gaan veulen n. # # # # # # # eonne together, samenkomen, huwen ; to -ed-ing, v.i.&t. dartelen, bedriegen, together again, zich weder vereenigen, t , sº kouter m. | to good, gelukken, welslagen, toen h], adj. jong, wild n. ### aan den dag komen ; to come at, b 'füt], s, hoefblad n. ur n, ken, in aanraking komen, to come a 'tooth], s, melktand m., jeugdig gaan, scheiden ; to eome between, t W if colombine ºf den komen , to eonae by, verkrijgen, bek to come down, beneden komen; to come down with, boven de waarde betalen , to come forth, voor den dag komen ; to eonae forwar #33% uitkomen ; to eonne frona, afstammen , ; honne, te huis komen, nauw raken, tre feeling), doordreggen (van 't an in, binnenkomen, zich onderwerp komen ; to eoane in for, opko to come into, in-, binnen ko helpen (uitvoeren); to eonae komen ; to earne next, onm conne of, afkomen, afstammen raan, uit, tot en me aff, heeng &... - X288-3:38 - plaats grijpen , to eoane 't ergste afkomen, my hair e valt uit, to eonne off with N 't spil opga ## » me'dyan],s. tooneelspe jspel- im'me-dy], s, blijspel n. tdichter m. een ſeiſmºlt-nessJ, s, bevalligheid f. ## adj, and adv, bevallig, welvoeg- '5f1, s uitvlucht f. . . . t lijk mer], s, aankomer m., iemand die rn and goers, de gaande en komende elim-er'ous], adj. lastig. { maan on Icum-es-sa's hunj, s. feestviering f. te ſcom-éstºï-bl], adj, eetbaar. somſ met 1,s, staartster, komeet f. (rende. ſcöm'e-trel, adj, tot eene komeet behoo- raphy Icüm-et-ög'ra-f1],s komeetbeschrij- deling over kometen f. fit J, s. suikergoed n.. , clim'fit] -ed -ing, v.t. konfijten. #efººnt mººrd, s, suikerbakker in Iciimºfurt], s. troost m., vertroosting fi, k welgesteldheid f, geluk, genot n. rt ſcii rtJ -ed -ing, v.t. vertroosten, Comeron, I "Connen ºn # en, helpen # # # # # * * table Ictim'furt-a-bl], adj, welgesteld, aan- # aam, vermakelijk, genoeglijk, bezadigd ; eona- able in nee, wijf ne, vrouw ſ. ss Ictim'furt-a-bl-nessJ, s. geluk na, lid f: > . . . - . » y ſcüm'furt-a-bly], adv, welgesteld, aan- » t bouffante f. # "E##, s trooster m, troosteres troostvol. » troosteloos. mik-a! , adv. kluchtig. 'mik-al-mess], s. kluchtigheid f. nºming], pret. and is, komende (zie t, aankomst f; coming agen, toe- | Commanderens ſcom-mánd'ress], s. commander no hebber, die niet behoort tot ficieren; commander, driving e:-Eaters #, » schap na ## # Commanding ſeon manding), adj. post, ti W. ' ' . W w elend Commandment [com-mándſment], sº be n. ; commandments, tien geboden. bied Commatie ſcom-maat'ic], adj, bekn # Conamemorable ſcom-mëm'mo-ra-bal waardig, heuglijk. # Commena orate ſcom-mém'mo-rate] -- v.t, herdenken, gedenken, vieren. Comarmenoration ſcom-mémº'moera denking, gedachtenisviering f: # Connen en morative ſcom-mém' moera-ti herinnert, doet herdenken. Conamerace [com-maëns' 1 - ed f-m v.t.&i, beginnen, worden, aanvangen. Conana en een ment #"#"# Conanaend ſcom-maënd"J -ed len, aanprijzen, prijzen, toevertr mend one's self, zichzelven a wonend me to him, wees zoo go aan te bevelen, commend en er sets up for a wit, maar heer N., die voor een schrander mensch gaan, - Corneneradable ſcom #j, adj Commendahl en een icom-mënd'a-bl-nes lijkheid, loflijkheid * eCommendably ſcom-miënd'a-blyJ, Dornamen daarna ſcom-maën'dam] neming van een vacant ke # raming about, wending ; eo - Conanae up, bijdraaien, coming fast ip voorbijzeilen. ming-inj, inkomen n, opbrengst hen na, coming-in of st levensmiddelen. (behot is. , adj, tot een volksvergt euschheid, beleefdheid, Commensurate Icon Commensurately te ven); eonanaeree house, ree 1avv, handelswet, w aanneeee letter, hand # amen, consumeree nationa, en 1e, handelswereld, en nameree na- ndelsvloot, koopvaardijvloot; eon- 1, handelsschool, een aaneree tariff, Committal eommerce transactions, han- maerce traveller, handelsreiziger, ty, handelsverdrag, commerce my, Duitsch tolverbond, tolver- » (thandelen, » èrs] -ed -ing, vi, verkeeren ; er'shal], adj tot den handel handel drijvend, handels, commer- onmatighei ngº nait one's self, zich over Conana Commix [com-mix'J -ed N er: mengen vermengen (with, met). ndelsverkeer, commercial Commixtion ſcom-mïx'tchun] begaan, » ten ; # worden d, wulpschheid sch eve &# xxxx::::::: d, aan (bv. to & leeren, in het # prenten. . # W-' • . .W'. '..." bedrijf n. beveling, in hechtenisneming f. #%#$& 2 à onderzoek; to enananait to memory, van b tment ſcom-mrt'ment], s. Ico -mrt taij, s, borg m; gevangen zetting, verzekerde bewaring f. Committee Icom-mït’teel, s. commissie, comi Committee ſcom-mrt-tee'J, s... curator. Committer ſcom-mït'ter], s, bedrijver ## Committible ſcom-mrtſti-blJ, adj, uitvoerbaar. -ing, wit &i. (zich -ture, I-mix tyure], s, vermenging # % & handelsbelang, commercial adventure, ng. %. . . . . N. #& » el, (heidgevend Commode ſcom-mode'J, s. ladetafel f. (zaam. » 1, adj, glansgevend, schoon- Commodieus ſcom-moºdyus], adj, geriefelijk W grate],-ed-ing, gezamen Commodiousiy [com-moºdyus-ly], adv. geri WW » 3,3%. | #e, [com-moºdyus-ness], s. g lijkheid fi, gemak, voordeel n. - -------- ---- -- Commodity ſcom-möd'di-ty], s gerief, voord # » » .. # ing ## -gra'shun], s, volksverhui- mi-nä'shun], s, bedreiging f. . ſn'na-to-ryl, adj, bedreigend. | waar, koopmanschap f. W » » -ing, vit&i. Commodore ſcom/mo-dore, cöm-mo-dore'J, s, com- 3 & 3 ::33 33:32 333 modore, kapitein ter zee m. Commodulation ſcom-möd'du-la'shun], s overeenkomst f. # Common ſcom/mun], s, gemeenteweide fi, ommon Icöm'mun], adj. gemeen, gewoo meen; common good, gemeen goed, th enemy of man, de # adj vergruisbaar öm'mi-nutel,-ed en; the common peop 1 1, de burgerklasse; common # feb m'n 38. men-earrier ſcö » rachtwagen .. lºcom/m litee ge » N enigen, verbinden, v publi p f | Dompaet ſcom-päct'J, ad Haee. De -ang e:#eer- Ecom-päct'eden > ..: ieboek opteekenen, onder algemeene vastheid ºf # # engen, # # # # .. Compactible ſcom-pact'ibl], adj, vereenig mon-place-book ſcom/mun-place-bûk], s.me dompactly ſcom-pact'ly], adv, bekn ººk morieboek, verzamelingsboek n. . Compaetness ſcom-pact'ness], s. dichthe » “## ſcöm' mon-präyer], s, liturgie der tecompaetureſcom-päct'yure], s, samenste engelsche kerk f., gebedenboek n. # # # # # # # # #% m., inrichting fi, weefsel n. ommon-report ſcom'mum-report], s. volksover- Companion icom-pän'yun], levering f.. # Lºla # N m., gezellin f kapluik na over , com'munz],,s. pl. burgerstand m., La- m., schot bij den kajuitstrap n.., lantaarn W is nº, tafel, voeding ºf (onderwijzen, companion, hoon een panion, vroo "Dommonstrate Deom-muntstrate - ed -ing, vt. en aan panion in arrºns, wapenbroeder; e. Commonwealth ſcöm'mum-wëlth"J, s, gemeene- of the garter, ridder van den kous best ne, republiek f. . .. N {n. Companionable, ſcom-pän'yun-a-bl. Gommoranee, raney, ſcom/mo-rance], s. verblijf -ness, s. gezelligheid. Conannorant tcºm moºranij, adj. woonachtig, ge- Companionably ſcom-pân yun-a-bl, domiciliëerd, gevestigd. .. Companionship ſcom- ## Commother ſcöm'miirit-er], s. petemoei f: na, verbinding, camaraderie f. Commotion ſcom-mo'shun], s. beweging, beroerte Company ſcüm'pa-ny], s, gezelschap f, oploop m. » » (verstoorder m. schappijf, genootschap, gilde ne, manec motionerſcom-mo'shun-er], s. beroerder, rust- pagnie fº, troep m.; in hear earnpany, move [com-môôv'J -ed -ing, vet bewegen, schap houden, vergezellen ; to be ººr roeren. » %. behoorende, gezelschap houden, vergezellen, Communal ſcom-mun' nal], adj. tot een gemeente eº: ſciimºpa-ny] - ## #ommune [com-mune'J, s, gemeente f. e ft. verzellen, verkeeren , Commune ſcom-mune'j -en -ing, v.i. samen | Comparable Icomºpa-ra-bij, adj. spreken, overleggen, het avondmaal vieren, de Comparably ſcòmºpa-ra-bly J, co ie ontvangen. (dedeelbaarheid ºf Comparative ſcom ºp .w ieability ſcom-mü"nt-ca-biºlºr-ty], s, me-icomparativeteom-pärtra-tivisve ieable ſcom-mü'ni-ca-bl], adj. mededeel- e#euvels ſcom-pär'ra-tively # (g nger mijn eant ſcom-mü'ni-cant], s, avondmaal- aniente ſcom-mii'ni-cate] -ed -ing, v.t,8xi. mededeelen, schenken, berichten, deelen met, dee- woe, len in, gemeenschap houden, - hebben, ten avond- gelijk gaan, communiceeren. Compare unication ſcom-mü''ni-ca'-shunJ, s. mede- Comparisºn , mondeling gesprek, verkeer na, gemeen Compart 1 communication eorrupte good, afperken, re, hte omgang bederft de goede zeden. Com knieative ſcom-mü’nt ea ### 3% om pair', -ed » # » tm » unicativeness Icom-mûºni-ca-tiveness] unicatorſcom-mü'ni-ca-tor],smeded nieatary ſcom-mü'ni-ca-to-ry J, adj. mis mededeelend. com-mü’nymn], s, gemeenschap fi, | | , communie fi, en mamurai union etap, in # muni- re ge & # #$%& # # 'J, adj, medelijdend, ſcom-päsh'un-atel-ed ſcom-pash' vt. medelijden hebben met (bv. lands smarten). (lijdend, 1x ſcom-päshtun-ate-ly], adv, mede- Complantate ssionaten een ſcom-päsh'un-ate-ness] beterschap, ge- Co sti ity te ſm-paternityls. ſcom-pâtºr-bri'ItityI, Co tºr-bl-ness], s vereenigba 'un-ab11, adj, medelij- Donaat n'ant], s. # # # # # # # nºerl, s. klager N inful Icom-plain'fülj, adj. Complaint ſcom-plaint'J, sº beklag kwaal ºf » .. complaisanee te8mſplai-zºnsºn, s insch Complaisant ſcöm/plai-zant''J, adj. inschi o:# ſcöm 'plai-zânt"ly J, adv. op ee schikkelijke wijze. » # w ſcom-pla'nate], adj. geëffend, v Complantate (scomplanel ſcom-plaſmat ſ-na-tedJ ,,'F# vt. gelijk maken, effen in Complement Ecomºple-ment], is aanvulling f. punt, sieraad, vol getal, complement n. ze |cºmplete # #"#. voltooid # , adv. met d 's hun J, s, bena s dwinger m. begrip in ate] -ed -": #t | Complete ſcom-plete' volbrengen, vervu | Completely ſe N ## tºonap # Completion fesm-plë'shu.nl, is voltooiing | punten, volmaaktheid f. Completory ſcom-ple'to tºonaanl N # # avonddienst m, in de Kath illen (bv. a task). m-plete'lyJ, adv. volledig, *t ſcom-plete'ment], s. voltoo eteness ſcom-plete 'ness], s, volkom ## adj. vervullen yJ, s, completen Ecöm/plex], a #stela. x Ecomºplex J, adj, samengesteld, in # ## is gemoe gesteld: 33. tory fcomple-to tskleur, kleur f. » al ſcom-plëc'shun-all, adj. v. eurtcom-plée'shun-al-ly ſ ,s. ing plötterl, *. samenzwe: w: -led f-plid J. -ing,vi. illen, zich onderwerpen, be ſco ºr. # » 'Eta:# W ## et om > . . . . . . . . . . . h gedragen. rtable ſcom-port/a-bl], adj, bestaanbaar, artamee Ecom-port'ans], s, gedrag rtation Icöm-por-tä' en te #p:## s, gedrag in ## # » # e'J -ed-ing, v.t, #stellen, pste ; bevredigen, bedaren (bv. the maind, en, componeeren ; to be eon- n uit, kalm, rustig. adv. bedaard, » na enessj, s. bedaardheid f. om-pu'zer], s, opsteller, samensteller ; etter, toonzetter, componist m. .. ozºing-stick],s, zethaak m. dj s, N c# gedrag na hnn], s, vergadering f. » Compressure fcom-préshºur], s, sº compose the evils, | sprehensiv gestrektheid f, ons press Icòm ‘pressJ ess ſcom-préss S » sarrend ## t 't ## # mrt d ºmpresaibility Icom-préssºi-bil'iety. # # 1" neºn, Compressihle ſcom-préssºn blij, adj, samendr Joam pression ſeem prësh'unl, sº samendr bondigheid ºf (bv. of ## » ... . . . . . . .S. Compressive ſcom-prëssivil, adj, sa kracht, drukking ºf. W Comprint ſcöm'print], s. nadruk m. Comprint ſcom-print'? -ed -ing, vt. drukken, tnadrukken, # » maprine [eom-prize'J - ed - Comprohate ſcom/pro-bate] -e, overeenstemmen, - getuigen. o:## Icöm pro-mize], s. schikking ºf, compromis n. Compromise ſcöm'pr een komen, bij ## Compromisser ſcöm 'pro-mi- $Compromissoria 1 ſcöm-pro- scheidsrech # .383,38.383 33.333,33% raait is. holte fi, # pansel, hemelgewelf. cave-ness], s, hollig 'I-tyJ, s, holte f. e -ed-ing, vt. verbergen (frona, in, w » » ergen (bv. behind a wa11). E-ceal’a-bl], adj, verbergbaar. Icon-ceal'ed-ness], s, verborgen- -cëa1'er J, s. # m. (heid f. 'on-ceal'ing], s, verberging, # z: # 33 > » » zwijging f. ment Icon-ceal' ment], s. verberging, ver- con-cede'J -ed -ing, v.t, toegeven n, bekennen, als waar aannemen. # # begrip, denkbeelden, waan fº, kluchtig denkbeeld n. ; idie rnij, beuzelarij ; M a # # # # meer iſ, eerst » ...S: ... ... WOW - 8:X-STURES: .. verzwijgen; to conneeal one's Concerned1y Icon-cernſed-ly], adv. me Concerning Leon-cern ing], prep. aangaan Concernment Icon-cern'ment], s. belang gelegenheid fi, # m., tusschenkoms Coneert Icon' cert], s. overeenstemming Concert Icon-eert 'J -ed -ing, v.t. beramen, besluiten, beraadslagen, ºm overleg handelen, iſ de Concertation Icon-cer-ta'shun], s. tw , Concession Icon-cësh'unj, s. bewilligi ning ºf - - - - - - - ## Concessionary Icon-césh'sion-a-ry], ad; oncessory Icon-cash » h'so-ry J, a toegev cöngk] s schel #1, dj g -köl/lo-dg » bie Icon-cººl'ya-blJ, s ST. . . . . .:::..8 lºys N # -ed -ing, v. eï1-yä'shun], s, verzoenin # s, verzoene Ceneiiiat n-cºſi' va-toery], adj. Coneimanous Icon-cïn'-nus], adj, be Conciliate bevredigen, ve ## in. # matorſconºshe-o-na-tor], ## -cise'1, adj, bekn lant], adj, overeen ist], s, maker m., of concordans » ºordat ſcön- W #ºral tºen er po-ral], adj. van hetzelfde ## » » rate ſcön-cor'po-rate] -ed -ing, v.i. haam worden; +- v.t, tot een lichaam ration Icon-cor-po-ra'shunJ, s. inlijving, ng tot één lichaam f. - > . . . e Icöng'course], s, toevloed, samenloo iging f. (ding, verbranding f. nicön-cre-ma’shun],s. samen verbran- cön' cre-ment s, aaneengroeiing, aan- massa f. . . . . . . 3&38 : : : : : : « ſcón-crës'cen-se], s, samengroeiing f. reasible Icon-crës'-ci-bl], adj, samengroeiiend. Ecöng'crete], s. klomp m., beton f., con- kbeeld n. » (concreet. erete Icon-crete'1, adj, samengesteld, vereenigd, rete fcon-crete'J -ed -ing, v.i. &t, samen- en, samenvoegen, doen verdikken. reſton Leon crë'shun], " "# ver- g, massa f. » (samenpa kend. on-creºtivJ,adj.verdikkend, verbindend, Icon-crë'ture], s. verdikte massa f. eene k, ion,ſcon-crim-mi-na'shun], s... geza- leven met een uldiging. I. cºn-cui-bi-nagel, cöngſcu-binej, is bijzit ºf » con-cul'eate],-ed -ing, vt. mee teon-cu'presencel, s. tot it fc nieu:p senth adj. # #": pr-st bij adj # a (with, met) medewerken, overeen- t f. pen, # eur'rence] -reney, s, vereeni- cor'dat J, s. verdrag, concordaat n. vertrap- (wellust.] .. - lijke toestand 3x2:33 , adj, wulpsch. Condition red E-cirdſj ring, vi. Cºnditioned reon-dish, . » + Conditioniy fcon-dish'un-ly] waarden 23:33: ############### - ------ --- » Condit st, medewerking, toestemming ºf don ur'rent], s, medewerkende oor-| en de neity fcon- S. . --NSS. León 'der], s, 1 # ringvisschers seint waarheen & f, loods m Condeseend febn-des-cënd 1 -ed -in , v geven, inwilligen, zich verwaardigen Condescension Icon-des-cënſshunJ, tºt dermee, Ind ſcön-des-cëndſens], s, toege inschikkelijkheid, inwilliging, verwa # Condescending ſcún-des-cend'ing], adj. i Condescendin # Icon-des-cënd'ing + Condescent # n-de-scént], is vernede + Condes eensive ſcön-des-cén 'sivJ, a Condign Icon-dihnº J, adj verdiend. Condignity Icon-dig'ni-ty J, s. verdi Condig niy Icon-dihn-lyJ, adv. naar Condig namens Icon-dihn'ness], s, vr matigheid f. # » Cond inneemt # g, ###### Condisciple ſcön-dis-ciºpl1: s, mede f*conditelcon-dite'1-ed -ing, v tConditement Icon-dite'ment], s. Condition Icon-dYshºunJ, s, sta m. gesteldheid, (bv. of the in tenschap, voorwaarde f. ; h ei nederige staat, he is in a g verkeert in goede omstandigheden, Condition Icon-dish'unl - ed - waarden stellen, afspreken, bedingen, Conditional Icon-dish'un-al], adj naditional ſcon-dish'un al j, s. Conditionality Icon-dish'un- tºt , # .. # tionally Icon-dish'un al Cond .. .. ned ſeon-dish'und], a er, mededinger m, » S. NSZ current], adj, samenwerkend, met » (trilling f. con-eush'unl, # m., bot Icon-cuis'sivJ,adj. sch adj, een schip r Leon- geleid conduct emafleid teen #" . ſcön' "g f, (ster f # is],s gel # #### . verdubbeld, s. # buis con-duplicatel, adj, #n teon-du-vliewshun]," verdubbe: nºdilj, s knok, kneukel f, gewricht n. , s, kegel m. id ſcone'shapt], adj. # » - ###### eiinºny, #; s, konijn n. tvelen. ulate Icon ſabºyu-late] -ed-ing, v.i. keu- mulation Icºn-fäb-yu-la'shun], s. gekeuveln. º ## banket, suikergebak in t -féc'shun], s. suikergoed, # teon-ſee'-hun-erl, a suikerbakker m. nery #hun rºl, s. suikergoed n., eraey '#e racen, s, verbond n., sa- nning, vereeniging f. te Leon-féd'e-rate], se bondgenoot m. feon-féd'e-ratel, adj, verbonden. # -rate] - ed -ing, vat. &i. nden, tot een sluiten. verbond #schap na n-f s. bondgenoot- Icon raal ## (with, met). #&## ee Icon'fe-rence], s, onderhandeling ºf Icon-fèr/rer], s, onderhandelaar, gever m. g ſcon-fer'ring], s. vergelijking f, onder- con-fess'I - ed D-fésst'J -ing, vt.&i. #####&#%## #. erkennen, biecht E#, biech- Icon-féss'ant J. s. biechter m. (ten. con-fëss ed), adj, blijkbaar, onwederleg- # -fess' ºly], adj, openlijk. (ba con-fésh z: con-fëshºun-al], s. biechtstoel m. y Icon-fésh'un-a-ry], s, biechtstoel m. fésh'un-ist lºs geloofsbelijder m. J, adj, "## ##### ## wen- wer ler m. | eidster, bestuur | konfituur | verbond ver- I -red-ring, wat opdragen, ver- jfsconfixure Icon-fixture], s bev 3Gonnagrant Icon-flä'grant], adj, rondom | Confluence m - tºconform feon-form f. Conform Icon-form'J -ed er . the el, sº grens fi, kant m. # # ed -ing, v.t. ººi, bepalen grenzen, opsluiten (bv. in a prison), ge zetten, grenzen, palen aan ſon); to conti binden aan, bepalen tot 5 to be contined, in d kraam liggen; to confine one's self to one's studies, zich geheel aan zijne studie wijden. Confined ſeon-find J, part., z: Confine, ſlo le1, Confinemens Icon-fi #aij, #aald, gren luiting, gevan- Confinement ſcon-fine'ment], s. genschap, bevalling f. # # onfiner ſcon-fin'er], s nabuur, grensbewoner m. Confinity Icon-fin'i-ty], s. nabijheid f. # Confirm Icon firm'J. -ed, -ing, v.t, bevestigen versterken, bekrachtigen (bv. a treaty). Confirmable Icon-firm'a-bl], adj. voor #vestiging, bekrachtiging vatbaar. # ### Confirmation ſcön-fir-ma-shun], s. ## bekrachtiging fº, vormsel n. (sacr.) (krachtigend. #Confirmative ſcon-firm'a-tiv], adj. bevestigend, be- Confirmatory Icon-firm'a-to-ryl, adj. bevestigend, het vormsel betreffende, (vastheid f. Confirmedness ſeon-firmºed-ness], s... zekerheid, Confirmee Icon-firm-eë'J, s. vertrouweling m. Confiseable Icon-fis'ca-bi], adj. verbeurd te ver- klaren. # (verklaard. Confiseate ſcön-fis'cate, cönºſis-cate], adj. verbeurd Donfiseate eon-risſcatej -ed-ing, v.t. ver verklaren. ( Confiscation Icon-fis-ca'shun], s, verbeur teDonfiture ſcönºfi-türe],s, lekkernij fº, suikergoed 't Lonfix Icon-fix'I -ed #"# v.t, bevestigen. %. bevestiging f: , brandend, in éen vlam. ##### # # Confagration ſcön-fia graſshunJ,s. zware brand m, Confiiet Icon'flict], s. botsing fi, strijd m., worste ling: f. (bv. with death, met den dood). Contliet Icon firct'l -ed-ing, v.i. botsen, strijden. Conafhieting # J, adj, tegenstrijdig. ## s, samenvloeiing f, toe- vloed, toeloop m., ontmoeting f. ::3%#%&#::::::::::::388 Confluent feijnºflui ent], adj, samenvloeiend, iConfluxibility feon-flüx-i-bY1'i-ty], Continu en een, na # tot samenvloeiing ºf ops orm' J, adj. overeenkomstig. » » &%$#%:33 3:3;& &.. 33:3%3 Jº-ed L-formd'J -ing, vt. Sti. overeenbrengen, schikken, richten, inrichten (to | unto, naar, zich schikken, - houden (to #voºr with, aan). Conformable ſegn forma-bij, adj. gelijkv vereenkomstig ſto aan, met). onformably Icon-form'a-bly],adv. ove rmation ſeön”for-ma’s #### erne ##1-ty], s, broederschap f. gelukwenschen. cation ſcön-fri-ca'shun], s, wrijving, samen- Congratulation Icon-gra ## (ord ema. Congratulator Icon-grãt"yu-la con-fri'ar], s. medebroeder van dezelfde scher m, # # on-frûntſj sd -ing, vt, tegenover- Congratulatory ſcom-grººt', # et hoofd bieden, vergelijken ### W . |fºon gree Icon-greë'1 ed-ingvi. ov on Icon-frün-ta'shun], s. vergelijking f. |fdon greet Icon-greet'J -ed ing, Sw. sfuze'J -ed I-fu'zd] -ing, vt. ver- congregate. # adj. vast , in verwarring brengen, verbijsteren. Congregate ſcčng’gre-gate] -ed -i feese Leon ººizºl, adj, gemengd, verward. gaderen, verzamelen, zich verzame fusedly Icon-fu'zed-l # adv, verward, gregates all bodies, de koude N fusedness Icon-fu'zed-ness], s. verwardheid f: men samen ; equate with equala .. ieman # s, verwarring f. gregate, gelijken zoeken veelal hunne tºta fcon-flite'a- ij, adj, wederlegbaar. | soort zoekt soort. (ve con-fui'tant], s wederlegger m.. | Congregation ſcöng”gre-ga'shun], sº ver on Icon-fu-ta'shun], s, w "# f. | Congregational ſcöng''gre-ga'shun-al], Icon-fute'J -ed -ing, vt. wederleggen, vergadering, deze betreffende error), tot zwijgen brengen. Congregationalism ſcčng-grega’s Icon-fuite'er], s. wederlegger m. stelsel van kerkbestuur, dat alle geestel nedgeal’I ed I-dgealdJ -ing, v.t.&i. # aan de broederschap van el 23: als een onafhankelijk lichaam n. » » . bevriesba Congregationalist ſcöng-gre-ga's hun- aledness Icon-dgëal'ed-nëss], s. bevriesbaar- mand, die tot een kerkgemeente beh stolbaarheid f. # # # # ## (ling f. | Congres ſcöng'gress], s, vergadering, bijeen ent Icon-dgeal' ment], s, stremming, stol- congres m., paring, +botsing fº, naar tion # s, bevriezing f. greslid n! (in de Amerikaansche St. mination Icon-dgem-i-na'shun], s. verdub- Congressional ſcom-gréshºun-aij, , herhaling f. # gres (inz. het Amerikaansche) be nee, ## #. con-dgën' | Dongreve rocket ſcön-greve'röck' adj. gelij # van gelijken aard ########## rousness Icon- . we ble Icon-dgeal' a ble].. » jken aard. | |sche vuurpijl m. gën'er-ous-nëss], s. gelijk-tecongrue Icon-grôô'J -ed E- » (dig. | Congruenee ſcöng'groo-ence] con-dge'mi-alJ, adj, verwant, gelijkaar-| 1-ty], s Slºw SAS. - ### .. alize Leon-dgëntial-Izel, vt. gelijkslachtig, Co ijksoortig #en aren--lee-teonderlcº g' seniality Icon-dge-ni-al'i-ty J -a Intesa Econdge' | Deen 'g » '# #"# # kaardigheid f 14: # eno ſcöng groo-us cón-dgenºit) -itai, adj, terzelfder tijd Comie I -al # natuurlijk. » | mig; conie seetion, kegelen con-dgën'i-tor], s, zoogbroeder, twee-, Conieally tean nic at tyj adv me .. | Conica in een ſcan'i-cal-nië. ## (-eel)J, s. zeeaal m. | Conifer Ico’ni-fér] ## # -ez], s. opeenstapeling, samen- Coniferous Icö-n # 33::::::::::::::::::3% dragende, st, 1 en -ing, vat samenhoopen |foonjeet ſtondje ësſtchunJ, s. samenhooping; | Co Conjectu testre Conject moede vE n" Icon-djüncºtiv], adj. ; aanvoegend, conjunctive mood, aan-, #wijs, W .. # tively Icon-djiſneſtiv-ly], adv. te zamen. etiveness Icon-djiïnc'tiv-ness J, s, vereeni- (bonden. tly fcon-djtinct'ly], adv. verbindend, ver- are Icon-djiïnc'tyure], s. ## p, toestand m., # na, gelegenheid ºf on Icon-dju-ra's ing, bezwering f. » un], s, smee Icon-djure'J -ed-ing, vt.&i. smeeken, in ; +samenzweren, bezweren, tooveren, to re up, oproepen (bv. a phantom). ment Icon-djüre'ment], s, bezwering f. ºr Ictin'dju-rer], s, bezweerder, toovenaar, w (tijdige geboorte,f. ing, # 33:33;s N fcon-näs 'eence], s, gelijk- ſcön/nate], aanhangend, onafscheide- men geboren, saamgegroeid. % ſeon na'shun], s. natuurlijke vereeni- natuurlijke band m. (verwant. ri ſcún-nätºyu-ral], adj. gelijk geboren, alinese ſcön-nät'yu-ral-nëssJ, s. natuur- , verwantschap f. . 8. ### n néet J - ed -ing, v.t.&i, verbinden, in verband brengen tbv. natural h moral causes, natuurlijke gevol- ke oorzaken), samenhangen (with, line of railroad eoaneets regu- eenee, een en » #. nother, de eene spoorweglijn sluit aan de andere aan. # Icon-nect'ed-ly], adv. door verbinding. ton-néc'shunj, s, verbinding ºf.. m., verbintenis, betrekking af, iend m., to bring in connee- #", . N ra * :: et'ivf, s. voegwoorden, éctivJ, adj. verbindend. n. Consent de oogen in, door d e , adj wetend, samenvoegend, f, ver- |cen eutive peon-see'yu-tivJ, adj opv » z teconcension Icon-sën'shun], s, overeenstemming f. ie f, verwant. S Consanguinity Icon-sân-gwin't-ty],s bloed + Consarcination Icon-sar-ei-na'shunJ, s. samenlap- ping I, » %. » » W Conscience Icon'shens], s. # in. ; matter of conseienee, gewetenszaak; to make en ºn- seienee of eene #nezaak maken van, recht schapenheid, eerlijkheid. ## | Conseieneeless Deön'shèns-less], adj. gewetenloos. iConscient Icon'shent], adj, bewust. ## Conscientious ſcön-shi-ën'shus], adj. nauwgezet, schroomvallig. %. N: Z&W . . .x (moede. Conscientiously Icön-shi-ën'shus-ly], adv. in ge- Conscientionssness ſcön-shi-en-shus-ness],s. mauw- gezetheid, # f, .. Conseionable ſcön's hun-a-blJ, adj, billijk. Conacionable.neen, Icon'shun-abl-nëss], s. billijk- heid, nauwgezetheid f. » » # Conscious ## adj, zelfbewust, bewust. Consciously Icön'shus-lyJ, adv, met bewustheid. bewustheid ºf. %. # # # » Conseript Icön'skript], s, loteling m. scriptie f.. Conscription ſcön-scrip'shun], s opschrijving, con- Consecrate, ſcònºse-crate] :-ed -ing, vt. heili- gen, toeheiligen, inwijden (bv. a church), heilig #", onder het getal der heiligen of god plaatsen, » # Conseerate Icönºse-crate], adj: ingewijd, geheiligd Consecratedness ſcòn-se-crad'ed-nëss], s. # ging, toewijding f. # Conneeration #". s. heiliging, |Consciousness ſcön'shus-ness], s, zelfbewustheid, wijding fi, heiligverklaring. In conneerator Icon'se-cra-tor], s, inwijder, inzege- | Consecution ſcön-se-cu'shnnJ, sopvolging, reeks f. $&# WRRSNRW..'. 'E'-NN. 8. lgend, ach- tereenvolgend. tigend. Consecutively Icon-sée'yü-tively], adv. opeenvol- Consent # s, toestemming, inwillig overeenstemming, harmonie, medewerking fi, Renee give consent, die zwijgt stemt toe. on-sënt'J -ed -ing, v.i.&t. toe- itemmen, bewilligen, medewerken; my pov but not my ººiii, consent, mijne arm maar niet mijn wil, stemt toe, Consentaneous Icon-sën-ta'ne-us], # stemmen taneouslyſcon-sen-ta'ne-us-ly. usness fcon-sen-ta'ne-us-ness],so n-nu-trº'shus], adj te zaam voe: » ). &3:: 33% » (bij g equently Icönºse-kwent-ly], adv. diensvolgens, vervable Icon-sèrvºa-blJ, adj, bewaarbaar. servancy Icon-cèrv'an-cy J, s. bewaring fº, court onservancy, gerechtshof voor zaken van de sscherij op den Theems. (behouden. ervation Icon''ser-va's hun], s, bewaring fi, onservative Icon-sèr' va-tiv], adj. bewarend, Donservator Icon'sèr-va'tor], s, bewaarder, opzie- ner m. .. (broeikas f. Conservatory Icon-sèr'va-to-ryl, s, bewaarplaats, Conservatory Icon-sèr’va-to-ry], adj. bewarend, be- Conserve # s. conserf f. (houdend. Conserve Icon-sèrv'I -ed -in ouden, in stand houden, inmaken, confijten, Conserver Icon-sèr'verj, s, bewaarder, vruchtenin- maker m. . : : : Consens Consider Icon-sſd'er] -ed -ing, vt, &i. overwe- , bedenken, erkennen, houden voor, achten, 'ggen ; en & : : : : : : : 23% -- . eeg, heer, de krijgskans; º consider him her, ik houd hem voor een wijsgeer. ble Icon-sſd'e-ra-bl], adj. aanzienlijk, , gewichtig, groot, # in een ſcon-sſd'e-ra-bl-nessl, s, aanzien- ichtigheid ºf WN WN 1y fcön-sſd'e-ra-bly], adv, aanmerkelijk, Icon-sſd'er-rate], adj, bedachtzaam, # # .. op. # tely Icon-sſd'e-ra-te-ly], adv. omzi teneas Icon-sſd''e-reët'ness], s. bed oplettendheid f. tion fcon-sſd-er-ra'shun], s. overweging, achting fi, grond m., to take into tten e # ing nemen, renten. ( N ; | Consonance Icön'so-nance g, de onderscheiding waarmede hij an author of consideration, van aanzien, beteekenis. , adj, besch ### # In the ide e# # # "reau, adj. tot de 3% jf donsolate teºn so late, v.t, zº ºº , v.t, bewaren, be- h •or feon-ses'sorl, s bijzitter m., medelid n.| ; consider, sir, the chance of war, niet in, bestaa en bestaan uit, nº, d lg. Consistence Icon-syst"ens] cy, s. Consistent ſcom-sïstent J, adj, vast, eenstemmend, zich gelijk blijvend. raad behoorende. (si Consistory Icon'sis-to-ry J, s, kerkeraad m Consociateſcon-so'shi-ate] -ed-ing, vat vereenigen, verbinden. & Consociation Icon-so-shi-a'shun], Consociational Econ-so-ci-a's hun vereeniging behoorende, Consolable Ikon-so-la-bl], adj, t Consolation # uni, s, troost m. Consolator ſcön'so-la-tor], s, trooster m. Consolatory Icon-söl'a-to-ry J, adj, trooste . -ing, vt, trot Console Icon-soleſ] -ed troosten, bemoedigen, Console ſcön'sole], s, steunstu 'Consoler Icon-style'er], s, » . Console-table fººn adie is ## Consolidant Icon-sö11-dant], adj. Consolidant Icon-sºl'i-dantj, s. h. Consolidate Icon-söl'i-date] ed - dichtmaken, - worden, (zich lideeren, heel en ; to consol an army, de legerkrachten consolidate two bills, van ken; mºoist clay conso .. vochtige klei wordt vast, hard, do solidate Icon-söl'i-date], adj. Consol , adj Consolidation Icon-sö1'1-da'shu vereeniging f. c# ## #n Console ſcön- #enten, Consonant Le Consonant Ici - , e, tering t Icon-strYn'dgent], ad zetten, meer verteren, dan men bezit. Construet ſcon-striict'J -ed -ing, # Ictim'sta-bl-ry J, s. jurisdictie van een (bv. an edifiee), samenstellen tbv. a. f, º construeeren. # # # p ſciin'sta-bl-ship], s. waardigheid fº, Constructer Icon-striict'er], s, bouwer, vervaar v "# hel, " district n. Construction ## s, samenstelling ewiek ſcün 'sta-bl-wïck], s, konstabels- inrichting, oprichting fi, 1 ary Icon-stäb'yu-la-ry], adj. konstabels.... 1 woordvoeging, uitlegging f, zin m. 'F. nºstan-cy J, s, standvastigheid, be-, Constructional Icon-strüc'shun-al], adj, tot aamen volharding f. | stelling behoorende. * w ºön' , adj. standvastig, bestendig ; | Censtructionist Icon-strie'shun-Yst], s to my purpose, ik blijf onver- ler m. W ## .... :: 3 ( lan. w | Constructive Icon-striie'tivJ, adj, WRW.,5 , adv, standvastig. Constructor Icon-striictºor], z. Conan te] -ed -ing, v.i. met ge- & Constructure Icon-striic'yure], s. gebou amenschijnen, met sterren stel n. w w # ren, tot éen glans vereenigen. Construe # -ned. ſ-strôôd] -uin Via hunji, 's. sterrenbeeld, v.t, construeeren, uitleggen, verklaren. w # Constuiprate [cön'stu-prate] -ed -ing, v.t. ver -na'shun], s, ontsteltenis f. | krachten, schenden, schaken. # 1-ed in j, v.t, stoppen, ":# Icon-stu-pra'shun], s. verkrachtin n, » | schending, schaking, # B »a'shunJ. s, verstopping f. | #Gonsubsist Icon-sub-sist'J -ed-ing, v.i. -en-cyJ, s. kiezers, als Consubstantial ſcön-stib-stän'shal], a ::3;&## (vormend. | |standig. '- ###1 n yu-ent], adj. samenstellend, Consubstantially Icon-sub-stän'shal-lyJ,adv. mede- J, s, bewerker m., be- bstantiate León-süb-stân'shi-äte] -ed-in Imt, t, in één lichaam vereenigen ; -, v. -ing, v.t. samen- » > w rººd oemen, vormen uite], s, gevestigde wet s, stichter, or ie vereenigd is of medezelfstandig w su etude ſcön'swe-tude], s, gewoon nsti # 'sh dj, in een # # # #lat # &3%;º 333 % ii'shun. - W cön'su-ler], adj.consulair, (e # ### nsulate Icon'su late], Cor ## i'shun], s. inrichting, ge- , lichaamsgestel n, staatsregeling, grond ## Ik aging f. tative Icon-sült'a-tivJ, adj, raadplegend. ter Icon-stilt'er], s, raadpleger m. M able Icon ma-bl], adj. verteerbaar. -ed in ## # fstandig. W pc.:## # º # e: 3 :: 3 1, voldo one's zelf, zich te f. | Dontended Icon-tënt'ed], adj. besmet, aange- contendedly ## , adv. # | Contentednese Leon-tentºed-nessJ,s. te wij (besmettingsleer m. .. 2.2. . . . . . . . . . . . . . :-:: ----- --><.3.3 : : : S&S 3.3.3 Contagionist ## s, aanhanger van de tecontent ful Icon-tënt'full, adj, te rious Icon-ta'djus], adj, besmettelijk. Contention Icon-tën'shunJ, sº twis # # ously fcon-ta'djus-lyj.adv door besmetting. Contentious Icon-tén shusj, adj. twistziek Contagiousness Icon-ta'djus-ness], s, besmette-Contentiously ſcom-tén 'shus-lyj, adv. 't lijkheid f. (vatten, inhouden. Contentiousness Icon-tën'shus-ness],s twis Contain Icon-tain'J -ed f-taind"J -ing, vt, be- | Contentless fcon-tënt'less], adj, ontevred Containable fcon-tain'a-bl], adj. te bevatten. Contently # , adv, tevr Container Icon-tainerſ, s. inhouder m. Contentment Icon-tent'ment], s. 't Contaminate fcon-täm'i-nate] -ed-ing, vt. be- contentment is the greatest vven delen, bevlekken (vvich, met). # denheid is de grootste schat. tentamination Icon-täm-1-na'shun], s, bevlekking, Contenta Icon-tënts', cön'tentsj, s, pl, inh bezoedeling, besmetting ºf ,,,, ºf conteaneration Icon-tès-se-ra'shun], s. Contaminative # adj, besmettelijk, ring, verzameling f. tºontenerated Icon-tëm'er-a-tedJ, adj, verkracht, Contest ſcön'testij, s, geschil m., twist, st! bezoedeld. X, W. . . . . . . ' ' '.' WW' ' - - - - . . . . . . .W dontest fcon-tést j - ed -ing, v.t.&i. Contenan ſcom-tém'J -ed I-tëmdJ -ing, I-tëm' twisten, wedijveren (with, met). ning], vt. verachten, met voeten treden (bv. di.- Contentable feon-tësta-bl], adj. betwistba vine and humaan laws). &... :: : « tecontestahleneas fcon-tést'a-bl-nessJ, s Contemmer Icon-tëm'ner], s. verachter m. # rheid f. Contemper Icon-tëm'perj -ed-ing, vt. matigen. Contenting Icon-tësting],s, het twisten, 'ontemperament Icon-témºpe-ra-ment], Conten- Lontestingly Teon-tësting-ly], adv, twisten poration Icon-tëm-per-a's hunj, s. matiging fi, Contestten Icon-têst'less], adj. onbetwist eontenaperation of Might and shade, verdeeling Context León' text], s, tekst m. van licht en schaduw. Contexture fcon téx'tyüre], s. sam Contemplate fcon-tëm'plate, cönſtem-plate]. -ed.] menhang m., schakel, reeks fº, a -ing, vt. beschouwen, bespiegelen, overpeinzen, c#e is, ontwerpen. & . . . . . .w tïg/gti-us-nessl, s nabijheid, pein ###### .. Contemplation Icon-tem-pla'shun], s. beschou- wing, bespiegeling fi, # n. Contiguouslyſeon-tig yu-us-ly Contemplatint Icon'tém'pla-tïst], s. beschouwer, C. een ee: Er en cel, W. . . ZWSWS: W:NXX-X&S: SW laar m. (nadenkend men-cy], s, matig Icon-tëm-pla-tiv], adj, bespiegelend, Continent ſcon'tien el #" iv-lyJ, adv. bespie-j Contin # Icon'ti-nentJ, s. .. #":# ter], s, beschouwer mijn » neity Icon-tem-po-ra-në'i-ty], Con- aporaneousness Icon-tem-po-ra'ne-o N Contignou- fcon-trgºyu-usj ad -tempt'J, sº verac e fcon-temp'ti-bl], adj k bienes-teon-tempºtl-bl-nessi, tempºtl-blyJ, adv, ve kelaar # J, s. verdrag, contract n.., over- ing, samentrekking, contractie jks-belofte f. ## , adj, verloofd. -ed -ing, v.i.&t. een ver- t maken, sluiten ſfor, om), gaan, aannemen, maken, krij- ren, samentrekken (wovvelen, -, samengetrokken worden ; to aeuitien, iemands bevoegdheid , verkort 't one's tealo n; we have contracted an inviolable » bben een onverbreekbare in met , to eontract a naar sluiten, te contract had getrokken, trokken wijze, op een saam- bekrom- trºevi-bmi-tyl, s vatbaar. ## ſking vatbaar. 1], adj. voor #trek- d trekkend intra # #ed feb ch Henk » räst], s. $3:::::: st Icon-tråst J -e ander stellen; eene tege contratenortcön-tra-tentor Contravallation Icon-tra-viººl schansing f. » # Contravene ſcön''tra-vëën' J -ed I-veëndJ v.t, overtreden. # ### Contravener ſcön-tra-veen'er], s, overt Contra vention Icon-tra-vën'shun], s. over tecontreetation Icönetree-ta's hun J, s, aanr Contributable ſcon-trib'yti-tabl], adj, b Contributary feon-tribyu-taryj, adi. tig, cijnsbaar. # # # # » Contribute Icon-trib'yiſte] ## » v.t. toebrengen, bijdragen, medewerken. # Contribution fcon-trº-bu'shun], s, bijdrage, ond linge verzekering, inschrijving, brandschattin Contributive [con-trrb'yu-tiv], adj. bijdragend, de werkend, te N Contributor Icon-trib'yü-terJ, s. bijdrage fcontrist, tecontristate Icon-trïs'tate] -- vt. bedroeven. - # Contrite ſcön'trite], adj bedroefd, boetvaardig Contritely ſcön'trite-ly], adv, bedroefd, &#%&S Contrition Icon-trish'unl, s, droefheid fº, rouw n..; + verbrijzeling f. Contrivable Icon-triv'abl], adj, doenlijk, ding, kunstgreep, list f. g, contriva nee tcon-triºvansj, is berekenin , Contrive ſeon trive'J -ed # ## # rij- bestuur, bedwang Control Icon-troll end, dig. uitvinden, bedenken, beramen, nig jaar), bv. to kill en %. triº verl,s, uitvinder m., u ontrol Icon-troll"J, s, tegen boek m., N ne, invloed ras, na 'J -ed ing, many a lg ondt Controller ſe Controllersh tººn annaeiousness Icön-tû-ma’shus-ness],s, weder- Conversational Icon-ven transacy ###', s, wederspannigheid, conversatie behoorende, g ellig: lijning fº, verstek in. verachtend. Co nationalist ſcön-ver-sa'shun-al is. o N ons Icon-tu-më'Itus], adj. beleedigend, derhoudend mensch, spraakzaam mensch m. anneliousness Icon-tu-mëlius-nëss], s, sma- Conversazione Icon-ver-sät-ze-o'naj, s. letterkt elijkheid, beschimping, beleediging, verachting f. | dige veree # of vergadering f. #melionair Icon-tü-me'llus-ly], adv, beleedi-| Converse Icón versj, s, omgang m., gespre d .. » (verachting f. | Converse ſcön' vers], adj, wederkeerig, mely # s. smaad, schimp m., Converse Icon-vèrs J -ed E-vèrst] -ing tumulate fcon-tu'mü-late], -ed -ing, v.t, in keeren, spreken, zich onderhouden (vv de graf begraven of bijzetten, » | Conversely ſcön-vers'lyl, adj. wederkeerig ilation Icon-tu-mi-la'shunJ, s, begrafenis | Converser Icºn-vers’er], s, z. Conversationa zelfde graf. Conversion Icon-vèr'shunJ, s, bekeering, v. # te ture', -ed -ing, v.t. kneuzen, ring, conversie, zwenking f: ision Icon-tii'zhun], s, # f. 'onversive ſcon-ver'siv], # drum ſco-ntin'drum], s, woordraadsel, laffe, Convert ſcön/vèrt], s. bekeerde m., lee eene boerterij f. » tbaar. | leek ezuster f. » » # sable Econºu-sa bl], adj. verhoorbaar, oordeel-| Convert Icon-vert'J -ed-ing, v.t.&i. amusant ſcönºu-sânt J, adj, wetende, << the amosiena), zich bekeeren, ve! onvalesee Icon-va-lès'J -ed Iles'sed] # v.i.] water in ice); +vertalen, veran » lien, .. (stelling f. grief convert to anger, laat uw ha en een ce, -ey Icon-val-és 'cens], s, her- gramschap overgaan. lescent ſcom- #1. s/cent], adj. herstellend. | Converter Icon-vèrt'erſ, s, bekeerder, pr ion Icon-véc's hun J, s, overbrenging, gelei- maker. tbv, of heat or electricity). | Convertibility Icon-vèrt''Y-bY1'1-tyJ,s. »le Icon-ven'a-bl], adj. ºo: aan, gepast. Convertible Icon-vertºi-bl], adj, ve ºn-veen'] -ed I-veend'] -ing, vi: "3: ## # W'. 'W » » ZW Convex Icontviëx], adj, bolron -ve'ni-ens], s. gepastheid, Convex ſcön/véx], s, holrond ! , convenienees of a Convexed Icünºvex-ed], adj, b endige verdeeling van een C ed)ness, s, z. Convex rin convenience, koets, Convexity Icon-viëx'1-ty], s, bo n-vië'ni-ent], adj, passend, geschikt, | Conv '# Icon-vay'J -ed L-v kelijk .....W . . . . . -WEWE" dragen (bv. to heel # » (makkelijk. | ren, naar be n-ve'ni-ent-ly], adv, passend, ge- ten !%; 3%#$& , s, klooster in. | 1, samenkomen. # # # # # # # ave), vervoeren, o ## # d ), uitdrukken, meedeelen (bv. gedachten); fontfutselen, # | Conveyable Icon-väy'abl], tige kerkver- Conveyance feon-vayfans] ## voer-, rijtuig na, weg m, gel eyence, .. ty Icon-vi-ci » (gend aa me # ## a m Icon-vén's hun-a #', # W e nºviet! ## in-viën's hun-a-ryl, adj. # 'j - ed - ti, s, verdragmaker C Yc'shun , adj, kloosterlijk. # onverging, adj, inc » » ting ºf je gelijke rangse ## n-vo-lu'shun], s, oprolling, draai- Coot ſcôôt], s, koet f, waterhoe olv J -eding, vt. samenwikke- Cop ſcöp], s, kluwen m., ttop m., spits n, ineenrollen. Copareener Ico-pär'ce-ner],s. mede: Ig onºvoll, sº bedekking f, geleide, konvooi voor eene gelijke portie. met with convoy, onder konvooi ver- Copareeny #rs:#l. lead the convoy, konvooi b leiden. tco part Eco-pärt'J - ed -ing, vo1 J - ed -ing, v.t, begeleiden. # ſco-pärt'nerſ, s. deelhebber m, vüls J -ed -ing, vt, stuiptrek- Copartnership ſco partnership], s. de ken, schokken, the world is eon-jºopartnery ſco-pärtºne-ry], s. deelgenoots he agonies of #r: nations, de Cope #. s, kap, koorkap f. (priesterman geschokt door de worstelingen d#T sluier m., verwulfsel n.; the cope of 1 ; to be convulsed with laugh-i, het hemelgewelf ## # van het lachen. (pen ºm pl.j Cope ſcopeJ, - ed ſco'ptJ.-ing, vat.&i be on-vill'shun], s. *# f, stui- bestrijden, beloonen; strijden, wedijveren, ſtil'siv], adj, stuiptrekkend, hebben (with, met}. < . . . . . . . . ::38 konijn in cony hurrow, konij-idopesmate ſco-pés'mate], s... makker, vrie » ten, konijnenberg. Copestone ſenpestone), s, deksteen m. chºerl, s, bedrieger m. scopier ſcöp'py-er], s, afschrijver, nabootse kenmeid f; eook ruſſian, Lopious ſco'pi-us], adj, overvloedig. vil in his feathers, slechte Copiously Icoſpi-us-ly], adv. overvloedig, :32: N (reiden. Copiousness ſcü'pi-us-ness], s. overvloed Leukt]. -ing. Y. t si koken, be-j Copped ſtºpt, , adj. gekuifd, met een ka s, kookkunst » 4 oppel ſco %. #3% elJ, s, zº cupel. (ee # Copper Icöp'per], adj, koperen; eopper » #! per], # pper p, met koper gebout sch » Copper Icöp'per] -ed-ing, v.t, koperen peren # "#iek: ## ship). outlºo van ſcòpºpererus], s, koperrood in. en # ned Icöp'per-böt 'tumdJ, ## ## gekoperd, operd schip, z. ## # E r-Ish], adj. kopera er-1 pergravure f: Copper-print ſcººp' per-prïnt1, s, pper-rose ſcöp'per-r is, kl per #" ſcººp cöp'py-parºtchis-er],s. % N : #, adj, zº r-rint], s. kopierecht n. | Cork-eutter ſcorkſcrit-ter], s kurke F:# -ting, v.t.&l zoeken te e:## ſcorkling-pInl, s. groote ºrliefde spelen, # # # ## naald, bakerspeld ºf # ry], s. behaagzucht f. Cork-se revv ſcºork'scrôôJ, s, kurketrekke 1 s. behaagzieke vrouw f., be- Lorie-tree ſcork'tree], s- kurkboom m, Corky IcorkſyJ, adj, kurkachtig. Cormorant ſcor'mo-rant], s. zeeraaf f., | |doramus ſcor'mus], s. stengel m. .. # (rood. Corn fcorn], s, koren, graan m., korrel, koraal m., coral, adj, koralen, m., eksteroog n..; to measure al beatſ, s... koraaischuitje n. corn by his own bushel, zoo de eör'ral-bränch], s. koraaltak m. # ij zijn gasten, een ander beoordeele cor'ral-di'ver), s. koraalvisscher m. eigen karakter. # # #ral lind: is, koraalgewas n. 'orn ſcorn]. -ed ſcord] -ing, vt, zu ral-linjº adj, van koraal, koralen, len; korrelen (bv. gun powder, kr -loïdJ, s. kleine soort koraal n. | graan voederen, # al-loïd'all, adj. koraalvormig. Cornage ſcorn'adg], s weleer de vi l-treël, s. koraalboom m. een pachter om elken vijan ndragersmand m. hoorngeschal bekend te mak armbus, aalmoes f. Corn-banket (corn' bäs' s. schanskorf m., z. Corbel. NS .. s. korf, draagsteen m., nis f. Moj, s. mes met dik hecht n. by J, s. rt #eres messenger, lang- # . # » ## , v.t. verwisselen, ſkiem file br'cle], 3%:... S. # ber na, band m., lis fi, 2.S .. ut; cord of twine, Corn-eutter Icorn'cut'ter .. ma. t werktuig in. inden, meten (twood). *Corn-dodger ſcorn'dögd'er], s, werk 'n, # te of ne11, s. ## * schip, spare - age, Cornel-berry ſcor', rººd, ### ºrn' mèr''tchant], s. korenko rn'me' ter], s. koornmeter m. orn/mYll], s, korenmolen m. #ppel, s, fluitje na, van een koorn- -rose, s. klaproos f. , s. veldsalade f. maïsstengel m. # s. korenhandel m. vvain [corn'wain], s, korenwagen m. w nucopia ſcor-nu-co'pi-aj, s. horen des ſ # 101, w ### {gend. ted Icor-nu/ted.], adj. gehorend, horendra- enu to ſcor-nu'to], s. hoorndrager m, W rmy Icorºny], adj, horenachtig, van horen ; ko- oortbrengend, bevattend, ren , king; gift f, faanhangsel n. #.' ## s. tot de kroon of de kruin hoorende, kronings..., kroon... " ſco-ro'nalJ, s. kroon f, krans m. (kroon. cör'ro-na-ry J, adj. kransvormig, als een ſcör'ro-nat-ed], adj. gekroond. ſcör"ro-na'shunj, s. kroning. f. w "ro-ner], s. lijkschouwer m. oronet ſcör'ro-netj, s. kroontje n. Coroniform ſco-rön'í-form], adj, kroonvormig. orpora1 ſcor'po-rall, s. korporaal m... poral # adj, lichamelijk, lijfs...; ) ſcor'po-rale], s. korporaal f, ſkelk- eorporai(e) onth, plechtige eed, ,, rporality # s, lichamelijkheid 'orporatly ſcor'po-ral-ly], adv. lichamelijk. + Corporas ſcor'po-ras], s, zº corporat(e) . Corporate fcorpo-rate], adj, tot corporatie vormd, vereenigings... #3 ( orporate Icor/po-rate] -ed. poration Icor-po-ra'shun] #### # , s, v # heid f. lijvigheid, lichame- 't Icor- iemand, die 't bestaan van geestelijke substantiën loochent m, Sºf. Corporeality #or vºren I-tyJ, s. lien":# stoffelijkheid f. (lijki + Corporification ſcor-por-i-fi -ca'shun] ,s.verlichame- orposant [corpo-zant], s., St.-Elmusvuur n. pºn Icºr J, sa lie Ps "E# % lich #%#%$#%##### erney is, zº waar 5 febr'rus erf oper Co (m, # N tecorreption te # 3: ## ary ſeo-rö1'la-ry], s afleiding, gevolgtrek- # Correspondent ſcör''re-spönd'ent), eenstemming, overeenkomstig. |cºrridoº tegºri-dori, s. f. | Corroborant ſcor-röb'o-rant], g, V- | Corroborative ſcor-röb'o-ra-tivJ, adj vereeni # f, jking f. haam n.., bende, krijgsbende f: 14 W ive [cur-récºtivJ, rbeteren Correctly Icnr-réctºly], adv. nauwkeuri w Correctnese ſcur-réctſness], s, nauwkeurigheid f. Corrector [eur-rëet'erl, s, verbeteraar, corrector m. Correiate ſcör're-läte], s wederkeerige betrekking f. scorreta te ſcor-re-late'J - ed -ing, vi, een we- hebben. w # betrekkin ederk %, 3 o wederkeer ge be- Correlation Icör-re-lä's hun], s. trekking f. » w Correlative ſcor-rël'a-tiv], adj. Correlativeness ſeër-rël'a-tiv-nëss], s. rige # wederkeerige betre w #"e:"# w Correspond ſcör-re-spönd'J -ed woorden, overeenkomen, briefwiss Correspondence ſcör-re-spönd'ens] - eenkomst f, omgang m., briefwisseling ºf #dj E A ### #w stemmend, » .. e Correspondent ſcör''re-spönd'ent], s, corresp Correspondentlyfcor re-spönd'ent-ly), adj. in o Corresponsive ſcör-re-spönſsiv], adj. overeenko: mend, passend. ( # m. "- # m., galerij f, bedekte Corrigible Icör'ridg-i-bl], adj, verbeterlijk, straf- Corrival Icor-r1'valj, s. mededinger m. Corrivalry ſcor-rlºval-ry], s, mededinging f. teCorrivate ſcor-rivate] -ed -ing, vt. doe een stroomen, - bijeenstroomen. adj. versterk Corroborate Icor-röb'o-rate] -ed-ing, sterken, bevestigen. Corroboration ſcor-röb''o-ra'shun], s.ver bevesti ſt # (be g #n # reten, in- e bijten, verteren, t ſcor-roºdentJ, # e: #en-en-tes we in Corrodent I uit.-- a Corroderat [cor-roºdentJ, s. :--- -- » . bijtmidd ie 't It Corrodia te ſcor-ro'di-äte] -ed -i zamerhand wegvreten. ,, ## #Gorredibility ſcor-roºdI-bï1'1-ty], s. invree corrodible fcor roºdi-bij, -roaikie, ſco vatbaar. 'zhun], s. invreting f. o’sivJ, adj, invretend; corr en de vochten. ro'siºneess], s. hap, scherpheid f. e] -ed verderf m., indering f, etter riipºtiv], adj, bedervend. r-ript' less], adj. onbederfelijk. ſcor-riiptſly], adv. bedorven, snood. se ſcor-rûpt'ness], s. bedorvenheid f. inſcor-rupt'ress],s verleid-, bederfsterf. %. r 8 h s, zeeroover m., roofschip n. Corse Icors], s, lijk; + lichaam m. z. Dorpe. » en nahered Icors’en-cüm'berdJ, adj, met » # {n , begrafenisfooi f. tIcorsº pré-zent], s, begrafenisgeschenk orn het Icors'letj, s, borstharnas n. set], s, korset n. rijg et] -ed -ing, v.t, een korset aandoen, # # 's, stoet m., gevolg: n. "tiekij, adj, bastig. # # rºti-cate], adj, op bast gelijkend. ro or-ti-clfſer-busj, # bast voortbren- nd ſco-riis'eand], adj, flikkerend. (gend. ſcör-rtis'catel, -ed -ing, v.i. schitte- ## » » acation ſcòr-rüs-ca'shun], s. flikkering f. cor/vet, cor-vette'J, s. korvet f. 'ymb], s, stengeltros m. 8%: 3 : : : : : : : cör-ym-brfºer-8us],adj.trosdragend. 1, s, lapper m. 8%. . . . . . . . ...:::::& erfraaiend. # bz-mët’iel, s. schoonheidsmiddel, cos- Iedzº mie aij , adj. van de wereld, wereld. cöz-mög/o-nyj, s. (leer der wereld- euzemºgra-ter, , #, wereldbe ſcöz mo-gräfºr-calJ, adj, tot de #, - verdal. E# ººk nºg raaf is ººk ºvereidheid tºt rij- 'mo-labe], s. afstandmeter In N # J, s, kennis van den bouw # & ::::3 W # -mo-pläsſtic], # wereld vormend, # # de wereldvorming behoorende. N z-mo-pöl'i-tan], aldburger m. ſburg #" -izm], s, we -volite reoz. ſave fi, nadeel, v tº ## | Cosy zi t, aangenaam, # # z-métºic], adj, de schoonheid bevor- iend metiek n. (ver m. | en een ºfferen te » X, W.-. W. RKZ #" J, zie Cozy. Cot Icot], Cote feote] s. hut, » bootje na, vingerling m. # , adj, tot slij Coticular Leo-tre'yu-lar] # # Cotland Icöt'land 1, s, akker m., tot een hu Cotequean Tcht'kweanJ, s. jan hen m. Cotswold # s, schaapskooi (o Cottage ſc # s, hut f. # tºGottagely # dg-ly], adj, landelijk, Cottager ſcöt 'tidg-er], s. hutbewoner m Cotton ſcöt’tn], s, katoen n. # Cotton Icöt 'tn], adj, katoenen. » Cotton ſcöt’tn], -ed -ing, vi, wollig, worden; tvlotten, tgelukken, zich veree een komen; our businesses 11 in onze zaak wil niet gelukken. Cotton-gin ſcöt’tn-dgſºn J, s, werktuig van de zaden te scheiden n. man ſcººt’tn-spiing, s, katoen thistle ſcöt 'tn-th # s. w. Cotton-tree ſcôtºtn-treëJ, s, katoen Cotton-yarn ſcöt' tn-yärn], s. katoen Cottony, d ottonous febt/tm-ny], ad haren bedekt, katoenachtig. # Cottrel ## s, hangtreeft f. Cotta ſcöttsj, s, hangmat f: Couch ſcoûtch], s, canapé, rustba laag f. (bv. of maalt Couch ſcoutch], -ed Icott leggen, nederleggen, zich mede opstellen, uitdrukken, zich ve buigen; to couch a cateract to eduela a spear, een s eouch ander, bedekt ui mueh is coached i die weinige uitdru Couehant ## # Conehee ſcoutch'eë], s. Coucher Icoütch'er], s. 's ### # | :::::: i te ##### .. ſcoûn'sel-këëp' ing], ge * ### ### # un'sel’erſ, s..raadgever, raadsman m.| counsellor, g ## counter-fit-iyj, al biïnºter-fort , s. pi getcounter-gadgj, s.a mega ega i J, ka # nvloed gebru Counter-libration Ice :: » # f, # &#%# ght Icounter-11ht], s and ſcoûnºtere # Icoûn''te | afzeggen, herroepen, ver | Connter-mareh Icoûn''t W “# Ecoûnººt vi, terugmarcheeren, .. ſcòitnºter-mark # un-ter-mark ºf Ik -- -- genopwegen, on ſcoûnºter-poi'zn], is tegengift n. essure ſettin'ter-presh'yure], s, tegen- tegenwerkende kracht ºf twerp 1 roof Icoun-ter-prôôf'J, s. tegenbewijs n. ove ſcoûn-ter-prôôv'J -ed -ing, v.t. Ik maken. ſtegen omwenteling f. evolution ſcoûn-ter-rëv-vo-lii'shun], s. evolutionary Icoûn-ter-rëv-vo-lü'shun-a- adj, tegen omwentelings... s er-revolutie niet ſcoûn-ter-rev-vo-lii'shun- t], s. voorstander van een tegen omwenteling m. Inter-salient ſcoûn-ter-sa'lf-ent], adj, tegenuit- end (in de wapenkunde). En E# , s, tegen wal m. » r-sensitie W. SRS, ENNS fºfiel, s, strijd m. Countermeal #", -ed -ing, vt. van en tegenzegel voorzien, te .. entre fcoun-ter-se-cure'J -ed-ing, vt. con » .. Sw { waarborg na. terneeurity ſcoun-ter-se-cu'ri-tyJ, s, tegen- r-sense Icotinºter-sëns' J, s, tegenoverge- kering geven. gnatuur f. 3. » al fcoun-ter-sïg'nal], s, contrasein n. .. #re ſcoünſter-sygºna-ture], s, mede- # » terugslag ety ſcou nverzekering f. » # ter-tast], s valsche smaak m. ºoiin'ter-tenºnor J. s. alt f. .. erti de ſcoûn'ter-tide], s, tegen vloed m. nter-timber ſcoûn'ter-tim' berl, s. wulfhout n. # tº: #"d. is teleurstelling fº, kind iſ, 3. ::::::::::::::::::3 » ün''ter-vail"J -ed -ing, vat, te- (lijke kracht f. 'ter-waill, s, gelijke waarde, ge- er-viii], s, het tegenover elk- # V. wº. .x # werpen. ter project ſcoûnºter-prödj'ectl, s, tegenont- trasigneeren, te reoun-ter-stättutel, s. tegenwet f. e ſcoünſter-strokeJ, s, tegenoverge- 'Corante y-life De Countrymanfclin't Countryparsonſeiin'try- Country seat ſciin'try-s Countrysong Ichinºtry-sö Countrysquire ſcünſtry- d; Country woman ſciin'try-wüm” landgenoote f. .. Count-wheel ſcount'wheël], s. County Icoün'ty], s, graafschap n. County-court ſcoûn'ty-court], s., County town Icoûn'ty-tbun], s, stad schapshoven zitting houden ºf Couping-glasa Iclip'ping-glassJ, s, kopgl Couple # pl], s. paar m., band, riem Youple ſclip'plJ -ed -ing, viººt, p. melen, verbinden, + Couplement ſeiip'pl-ment], s, vereenigin Coupletſciipºlet 1,s, vers, couplet, 'XX:: WSC.S. 1,s. ## ## nunting-pin ſe ## » " # g], -ed -1 *g, + Courage ſeiïr # gen, bemoedigen, a fcbun''te Courageons feir-ra'dgusj, adj. # En ſcounter sign], s medeonderteeke-| 3.8xx :: . . .: - E: : : : : : : : : :- citreraºdgas- Courageousness 1. tecourh Icôôrb], adj, ge + Courb ſcoorb] - ed | Courier ſcôu-rter J, s, ren Courae ſcours], sº loop, levens , wedloop # # #hoor", s, tegenºver- (genstemmen. | goven >><< >><------- -------- n.., horse Coventry, s. ( to se - | uit een gezelschap bannen, d | Coventry blue ſcöv/en-try-blue], 1 W tstoet m., cover ſêtiv verj, dekseiºn, bedekking, begin hof ma- ging, bedekking, beschutting f; voorwendsel w Massa vlucht, enveloppe fi, omslag m., couvert n Massachusetts ; far from court, eover of a hatchway, luik ; a handsome e hoe verder van of, hoe min- ver for imperfections, een fraaie dekmantel "- het is een huis-, voor tekortkomingen, his army vvan u w . . . . . . . cover, zijn leger was beschut; to beat a ver, opjagen; a dinner of fifty eover assachusett-, uit ein, # [court'ed] -ing, v.t.&#i, het ver % trachten, streven naar, zoeken; | . diner van vijftig couverts. - - - # in, Cover [ctiv'verj -ed-ing, vt. bedekken, dekke 'bär'run], s. leengerecht n. broeden (eggs), verbergen, beschermen; to eo ov er gerechtshof in | the head, a sunna, het hoofd, eene som de opgevoed.] a Havv which covers all cases of erianen, wet, die in alle gevallen van misdrijf voorziet receipts that do not cover expenses, inko die de uitgaven niet dekken ; to en .. verbergen voor; to eover the de assurantie-premie verzekeren, x 8 Coverchief [ctiv'ver-tchief], s. hoofddeksel n. Coverer Ictiv'ver-rer], s, dekker Covering ſciiv/ver-ring], s. deksel Coverlet # , s. dekkl vert-ly] | Cover # ## feiiv vertºnes, w |coverture teitv'ver-tyurel, s bedekking, 1 ijke plaats fi, staat van gehuwde vr ſciiv vert-way] # bed ###### et eo vet after, 'haken naar: die 't onderste uit de kan op den neus. .. d, adj & adv. larna koemest m. ing], s, het spreiden van pping Icou' clâp-pi over 't land in. coûºedl, adj, ontmoedigd. # van vrees, S$ 3 :: - 3: w-handed ſcou'hand-ed], adj. linksch. ººr earted ſcoû'hart-edJ, adj. vreesachtig. Covv-herd ſcou'herd]. s. koeherder m. Cow-house ſcou'hbúsj, s, koestal m. 'Covvish ſcoii'ish], adj, bevreesd, "Lovv-jaaiee fcbü'djiiis J, s, melk f. (der m. Cow-keeper ſcoûºkeëp'er], s, koeherder, koehou- Cowl Icoſillas, monnikskap #, gek m. op een schoor- Low-Heeeh ſcou'leetch], s. veearts m. (steen. 'Cowled ſcou'ledJ, adj met een monnikskap, Coworker ſco-wiirkſer], s, medewerker m. Cowslip ſcou'slºpſ, s... sleutelbloem f. # 'Cow'a-thumab ſcoûs'thüm], adv. juist op zijn pas, done to a en vv's-thumb, juist gedaan. Coxcomb Icöx'com], s. zotskap f. oxconn hry Leóx'com-bry], s gek ##### N &### & heid, zotheid f. Coxconn (bjieat Leóx-c # öm' mik- verwaand, zot; ty, s. verwaandheid, Doºr Icord, adj, zedig preutsch. (hou # #" - ed IcoïdJ » .. h gebi'Ysh], adj, ingetogen, zedig, preutsch. , adv. zedig, # # coï'nessj, s. zedigheid, preutschheid f. Deot'strell, s, soort van bastaardvalk m. zen ſchizºz.nl -ed -ing, vt. bedriegen, fo zenage # s, bedrog na, fopperij #zen", ## # ## » "En zº ſcoºzy], adj, prettig, gezellig, ## # s. # N ## twistzieke vrouw, haagappel, # ## i, ild erin 1, adj, zuur, wrang, wild, "Craſh # " & 2 # # Drabbed Teräbº bed, e sch, ruw, » ## » ## d-lyJ, adv. stuursch, ruw, # » stuurschheid f. 1jk, # cüz], verk, voor Cousin. (bo # ſcrabº be as ſerábº ſcrab'zyzj, s.pl, kreeftoogen na is ſcrab'stockſ,s, wilde oningeënte boom m ſcrab'-treë], s. haagappelboom m. » rack], s, kraak, barst m, spleet t oogen akheid » » #s ſcra raek e nation, de i. mederhurken, in- pronker, fat m. al], adj. laatdunkend, den, aaien. | -ing, v.i.&t, zich preutsch mand wordt met de rpen norsch man m., kaapstander m., to ij het roeien achterover in de ed-ing, vt. norsch, gemelijk maken." kbij, hij stuursch, kribbig, Cramp ſcrâmp] -ed " ## # verstand te zwakhoofd n, ij voortreffelijk, kranig, chique, eCracker # pot, pocher, kra Craele-heunp ſcrack'hë ", ## Bracking ſcrackting 1, s, het brº Craelische # :# v.i. kne Crackling ſcrack'ling], s, geknetter na, z gebraden varkensvleesch n", -s, pl, honden Craekmans ſcrack'mäns], s, pl, heggen ºf pl | Cracknel Lerºek nºg s, krakeling na. Craeken aan ſcracks'naänj, s, inbreker m. Cradle ſcra'dl], sº wieg, bakermat, kindshei f, zeisboog mº, hellingslede, soort graveers from the eradle, van kindsbeen. Cradle ſcra'dl] -ed ſera'dldJ -ing, v.t.& wieg leggen, - liggen, wiegen, Eradle-elothea Teraºdl-clotritzl, s, wie Craditing #"# s, het wiegen n. Craft ſcráft], s. handwerk, ambacht kracht, kunstgreep, list f, bedrog, kle Craft ſcráft] -ed -ing, v.i. list geb Graffily ſcraft hºl, ady behendig, li Craftineas Ieráft'i-nessj, s, behendig Craftsman Icraftsman, , s, handwerksm Craftarmanter ſeráfts/mas'ter], s, mees man is his eraftsma : the first kunst, geboren. uit. "# ken geb Crafty IcraftyJ, adj. ku Grag ſcrägl, rots, kli ##### ## .. Cragged ſcrâg' ged], Craggy ſcräg | fen, hobbelig. » .. # Craggedºness ſcrãg' ged-ness J, Craggie # 8, ## ## id tºcraker ſcrak'er], s, pocher, sn Crann ſcrâm] - na ed DeramdJ -nning roppen. ## (with, met), sto into a bag is 'inpompen, pompen iſ voor men), zwelgen , to eraan poultry, gev mesten, te eraan down the throat, me Crambe # # kool f. je ºraanha Ierkm/bol, s, rijmspel, rijr Cramp ſcrämpj,s, kramp, kran hem haak m., a narrow f to a great mind, een be een druk voor een groot en gees Cramp Terämp], adj. moeielijk, v . np1 - ed TerämptJ veroorzaken, dwingen, beperken Cramp fish ſeriºmpºfish), Cranapiron ſeramp i-urnl # ## ## # # # & W .. k # r ### - ijk ink ### creak] -ed. Ter - weinig stabil kraken, kpa:en, piepen. ik hoat, oeiende boot. Creaking Icreak'ing], s. gekraak n. rankie ſcränk, cränk'11 -ed -ing, | Cream ſcream], s, room m., kern, bloem fi, als een rivier). # # # # fijne, fraaie van iets ; cream of lime, schuim is. kronkeling, oneffenheid f. | van kalkwater; eream of tartar, gezuiverde wijn- -- ness], s, rankheid, vroolijkheid, steen, cremortart; that is the cream of the gezondheid f. # yeat, dat is 't fraaie van de klucht. d m'nidJ, adj, vol scheuren, spleten. | Cream ſcream] - ed ſcreamd] -ing, vt.&i, afroo- [crân 'my], s, scheur, spleet f. men, room worden, oproomen, » w #### 5 ferân' nyl, adj vlug, vroolijk, onbezonnen. | Cream-bowl ſcream-bowl], a roompot m. ſcrân/ny Ing], adj. spleten makend. | Cream-eheeee ſcream'tcheez], s, roomkaas f, tz], s, pl. lijkkrans, doodenkrans m. | Cream-faeed ſcream'fastel, adj. bleek. J, s, krip, floers n. Cream-tart # s. roomtaartje in # , s.. dreg, haak ºm ken. Crease [crëass], s, kreuk, vouw f., z. C A crap'pedj, adj, gehangen, Crease ſcrëass] -ed ſcreast] -ing, vt. kreuk crap'u-la], Crapulenee ſcrap'u-lens], s..] vouwen. w w g, misselijkheid f. + Create [cre-kte'J, adj, gebaard, voortgebracht. wº zwelgend, Create Icrë-ate'J - ed -ing, vt. scheppen , grof linnen n. zaken, aanstellen, benoemen. w ing, v.i. krassen, Creation fere-aſshunj, s, schepping, b . Creational ſcre-a'shun-al], # tot krakend, ºverbrijzelend. | Creative ſcre-a/tivJ, adj, schep k, # lomp, vet, Creativeness ### ##### amerbijl f. gen na, scheppingskracht f, - rassinment ſcrâss nt], | Creator Icrë-a'ter], s, schepper, uitvinder m. # grofheid f: |Creatres- ſere-a'tress],s, maakster, voortbrengs # w w # - ed -ing, v.t, krullen, krullen | Creamy ſcream'myJ, adj, roomachtig, 'nel s (ma pend. (behoorend s, scheppend verm Creatural Icrëat'yur-al], adj, tot een sche hoorende, daaraan eigen, w ## Creature ſcrëat'yure],s, schepsel m., a n. | werktuig in.; to abuse God's creatures, pening fi, krater m. gaven misbruiken; to take a cup of creatu trºi-form], adj. ervormig. een glas wijn drinken. #, V ak Greaturely ſcrëatyure-ly], adj, als een schepse A Credence ſcrë'dens], s. geloof n.; to give en ee to, geloof hechten aan; letter o ofsbrief, W W # 'dent], adj, geloovend, geloovi W W ſcre-dën'shalz],s.pl, geloofsbrieve Credibility ſcrëd''I-b111-ty], s. geloofwaard | Credible ſcrëd'ſ- dj, geloofwaardig. edith º , adv. geloofw - Credit oof aanzien ne, ach vloed m., crediet n", publie eredit wijs; trouwen ; eredit in blank, on erediet -, upon eredit, op #&# even ten auto om it, [créd'it] -ed -ing, vt. g wen, crediteeren (bv. the annº Creditable ſcrëd'it-a-bl], -ty] -Houen eid # n: ## ; to say th kreek, i od - Ek j -od - creëkºky J, adv, bochtig, creep] # ## ## ept ſcrépt] Creeping, v.i. krui- pen, sluipen , to ## about the rooien, de kamer rondkruipen , let the sounds of mu- » N in our eare, laat de tonen der mu- ziek ons in de ooren klinken , a ereering *y, en phant, een kruipend vleier; to creep in of into, inkruipen, insluipen , to creep ont, weg- sluiten, you must fearn to ## before you go, men moet eerst vlerken hebben, wil ### # ; he has always a hole to creep out at, hij heeft altijd een uitvlucht ; to cree and eringe to one, voor iemand kruipen en buſ- gen, als een schoothondje opzitten, toereep upon, ongemerkt naderen. t NW 'Creeper ſcreep'er], s.kruipend dieren, kruipplant f, it m., trip fi, ijsspoor n..; -n, pl.. dreg f.., spech loofwerk n. .. Creephole ſe: ºpſholeſ, s. gat na, uitvlucht f. Creeping ſcreep "# is, het kruipen m., ere-eping and couching, flikflooierij, kruiperij. Creepingly ſereëpting-ly], adv. kruipend, sluipend. # # s, kris f. &: ' . . . . Iere-ma'shu.nl, s, verbranding, lijkver- Cremation branding f. N » Crennor #enor), is, room fi, schuim n. Cre (d) ſcre na-tedJ, adj. getand. » 'enerate ſeriën'el-ate] ed -ing, vt. met schiet- gaten voorzien. Ja wall), - » » ºrenelhed Icrën'neldj, adj, getand. # e(d), z. Crenate(d). .. (den. » fere pan c) e], s. het strijken der paar- te ſcrëpºr-tate] -ed tien ſcrepºr-ta'shun], ettering f. ept ſcrëpt], pret van Creep, # sele, Crepuseule ## » # f, half duister ne, schemeravond m. asenier, S s], adj schemerend, half duister. ## adj, wassend. # 'centj, s wassende maan f: 'med ſcrësſcent-formdJ, Cremeent- rés'cent-si # adj, halve maanvormig. ## maan versierd. J, s. bakenlicht kam m., kuif, d: m., erest of a eoat of arms, erest of a horse, hals van een na, an een lham, beek f, riviertjen. » i. 2. creal, crit, ferºbj, , kri in Cri, ##### N ZZ Crimson ## Crepusen lous ſcre-piis'cu-lar, ere- Crimson hmed term 'zn-huedJ, adj. n met een halve maan, Gri toorts f: I mentrek kruin fi, helmsie- Cringe Cr t N Crini ter room-erevv, konstabelsp # W.W. Crevvel ſcrôô'elj, s, borduurwol f: b f, stal m., hut fi toe erib, inbreken in een huis ; thinable erin logemakerswinkel. ſcrYb] - hed IerſbdJ - hing, v.t, ki. ten, opgesloten worden, ontstellen, Cribbage ſcrib'bidg], s... zeker kaartspel m. Cribbey # , is blinde straat. Cribble ſcrib' ble J, s, grove zeef fº, fgrof Cribble ſcrib' ble] - ed -ing, v.t, ziften, Crihriform Ierſbºri-form], # zeefvormig. Erick ſcrïck J, s, kramp f. # Cricket ſcrick'itj, s, krekel m., zeker kolfs de open lucht, cricket n. # Crieketer Lcrick'it-er], s, cricketspeler m. Crieket-mateh ferſek' it-matchj, s. partij te Cried ### van Cry. # Crier Ier1'er], s, omroeper m., z, Conanno Crime ſcrimmel, s, misdaad ºf z, Capital, Cºrinaelens Terime-less], adj, onschuldig. Criminal # s, schuldige, mis Criminal Icrim'i-malJ, adj. schuidig,"  erianinal eonversation, echtbreuk. Criminally #, adv, misdadig Criminate ſcrim'ſ-nate] -ed -ing, v.t, 1 digen (with, van, met Crimination ſcrim''i-na'shun J, s, beschu » » he gecriminatory ferſm'ſ-na-toery J, a Criminous ſcrim'i-nbus], adj, misd: herinninousness ſcrim'I-nous-ness],s,m Crimp [crimpj, s werver, zielver ooper the erinpa, wel uitgedost zijn, is Crimp ſcrimp], adj. broos, brokkelig Crimp np] - ed Ierſmpt] -ing, v.t. % en, ronselen, ſcrimp'adg], s, het krullen, ſcrïm'plJ - ed -ing, vt, d kreuken, # - . . . . . . . . . . . s. karmozijn n. Crimson ſcrïm'znJ -ed ſcrim'znd] - karmozijn verven, rood verven, - w rullen, rood en tint, tºc » inal ſeri'mal], rYm'zn-warm adj, tot het haar b # -en fermde dj n tºt he face), krui in Ei # ## # kruipen ngle Ierſnººgliº, s ring na, N is vatedjadj gekuifd de initie te moedeloos. | # end, bruisend, parel van dranken). op ſcroop], s, helper in 't spel ſcrïsp] -ed ſerispt]. -ing, v.t.&i, krullen, | Crop # s. oogst, krop m. # n) kronkelen zacht golven. (del f. Crop ſcröpij -ped ## - ping, vt. pluk alsamond ſerisp'a-mondJ, s gebrande aman- oogsten, wegmaaien, afeten, scheren, kortstaart ate, Crispated ſerïs'pa-te, erfs'pa-ted], adj. | de ooren afsnijden, to erop out, boven de ol uld, ineengekronkeld, gerimpeld. w | pervlakte uitsteken, aan het licht komen, z. tation Ierſs-pa-shun], s, he N » w rullen n.. j out. W ooren na ture Icrºsºpa-ture], s krul, krulling f. Crop-ear Icröp'earl, s, kortoor, paard met korte ing-iron Icrisp'ing-1 urnJ, s, krulijzer n. Crop-eared ſeröp'eardJ, adj, met afgesneden ooren. e:#! [cröp'fül], adj. met een vollen krop, ver- zadigd. ---- -- is aleant Icris-pi-stil'cant]. adj. golvend in ness [erſsp'ness], s, kroesheid f. (zigzag, | zadig # (worden (van planten). y ſerisp'pyl, adj. kroes, knappend; erispy | Crop-out [cröp'out] -ed-ing, v.i. > r, knapkoek. r- Cropper Icröp'per], s, kropper in. ## (d) Ierſs'tate(d), adj. gekuifd, gekamd. | Cropping ſcröp'ping], s. het afmaaien, oogsten n. rion ſcri-të'ri-on], s, kenteeken in. Cropsiek Ierop'siek], adj, maag-, kropziek. tic], a. beoordeelaar, vitter m.,, beoor- | Crop-siekness ſcröp'sick-nessj, s. maag-, ng, critiek f. ; - adj. z. Critieal. (hangen. | ziekte f: (van overvoederde vogels). tic (erft'ic] -ed-ing, v.t.,,den criticus uit Cronier Icro'zhi-erd, s, bisschopsstaf m. zal Ierft'ſ cal], adj. hachelijk, gevaarlijk, ne- | Cros1et Icros'let.J, s. kruisje n. vol -, geladen krop vitachtig, berispachtig, stipt; eritieal day, die den loop der ziekte openbaart ; critical hachelijke tijden. #s Hy ferſt'i-eal-ly], adv. hachel # # iness ſcrït'i-cal-ness], s, hachelijkheid, stipt- uwkeurigheid f. 3% # ze -en-ing, vt4i. beoordeelen, e te] w , hekelen, oordeelen. # ser Iert'i-ci-ser], s, beoordeelaar. (gisping f. ana tcrit'1-cizmJ, s, critiek, beoordeeling, e ſeri-tiqne'J, s. z. Critie 29 lid. Crizzeiing, ſcriz'zl, crizºzl-ing], s. ruw- glas f, waardoor het dof ziet. o: # : gekwak, krassen n. morren, onheilspellen J,adj. kwakkend, krassend, knor- ing heilspellend, J, s. gekwak, gekras, geknor n, # a# saffraangeel. roet n..; tpot m., kruik f. eröck'e-ry J, s, aardewerk n. co-dilej, s, krokodil m. 'o driej, adj, krokodilachtig, kroko- dile tearn, gehuichelde tranen. e; - s. dier van het kr ii. bkodillenge- (neerwijze f. phistische rede- affraanbloem ºf em I. worden, of zijn, men, vtsi buigen, e: Cross ſcross], s. "# s -ed ſeroakt] -ing, # kwakken, ſcröclo-dr1'e-an], adj. tot een kroko- kodi kruis m., droefheid, wederwaar- ligheid f. ; to take up the cross, zijn kruis opnemen, geduldig lijden; cross and piſſe, kruis en munt, it was even eonne to eroes and pite, wwhether M ## go or stay, het waſ zeer twijfelachtig of ik al dan niet zou gaan, erona- bar, zwieping in een spant; cross shoek, broek, twil; erons jack-yard hagijnra, cross-jack, eross-jack-rail, breerok, ero, piece of the bitts, betingbalk, nageſbank bij 't braadspil ; eross piece of a cleat, balkje in een kruishout; erous piece of the head, balkje in 't galjoen; erose- pillars, stutten in 't ruim van opgelegde s w preventer cross trees, stolpzalingen, ze zee, golf, welker richting die van den wind # cross seining, kruisbindsel, eross set, tot vereeniging der stukken van een saamgestelden mast; eross skitchen, kruisnaden op een zeil, erons spales, erosa bars, zwieping in een spant, away and eross, hijschen en inbreken ; eross treen, dwarszalingen; eross turns, slagen van een kruising; erome-wise stowed, overdwars gestuw # % ges Cross ſcross], adj. dwars, verkeerd, slecht va meur onaangenaam; eross for ## erosa marriage, gemengd huwelijk eo hy weeping cross, berouw hebben over den uitslag. c### -ed ſcross t.&i, kruien (bv. the swords), omen, be- strijden, raden, overloo ertrekken oversteken (bv. from N W verp cross him in nothing, dwarsboom hem to cross races, rassen kruisen, to ero uisteeken maken, een kruis is voetbo # ## ## volproppen, in : # ## ### in menigte verzame isiness ſcross bfz'ness],s, verdrietige zaak f.] kracht van zeilen b sa-eaper ſcross/ca’per], s. kruissprong, lucht- Crowder Icroild'er], s. v. sprong m. 33.333 (haken n. Crow-movver, ſcrow'flo'w erammponee Icross-cramp'once], s, kruis met Crow-foot ſcrow'fut], s, ranonk s-cut ſcrossº citj, -ed -ing, v.t, dwars door- angel m. z. Crow, Crowvfeet. s-eut Icross/ciſt J, s. dwarssnede f. tºnijden. Grºw keeperſern, keeper in vogelverse ross www. 'J, s, trekzaag f. | Crea wwling ## geromm Cross-days ſcross' daysj, s. # # sdagen m. pl. | Crown #e E. # n, kr Cross-examination ſcross'ëg-zäm"i-na'shun], s. wen erovvn, geschoren krui onderzoek door strikvragen in, eauseway, bovendeel, hoogerd 'ross-exannine ſcross'ëg-zäm'inl -ed -ing, vt. ikeep the crown of the eause door strikvragen onderzoeken. x dig en onbevangen loopen. "Eross-eyed # adj, scheeloogig. 3 :: Crown Ierbûn J -ed ſcroûndJ -i Cross-fiovv Icross'flow] -ed -ing, v.i. dwars bekronen (bv. with honor), # » rvloeien. » Crownerſcroun-er], s.kroner, bekroner, grained ſcross'graindJ, adj. dwarsdraads. | Crovv-net ſcrow'netj, s. net voor de v g, Icross'ing], s, kruisstraat fi, ## fcroûn'gláss], s, kroonglas » EX ruisen der draden op het weefgetouw n. Crown-imperal ſcroun-im-perſ-al ss-lane #"# s, dwarssteeg f: . kroon 1. % .. ## mes-1 d IerossºléggdJ, adj. met de beenen | Crowning ſcroûn 'in N &#. # # # ## -X » Crown-knot ſerotin # X ilke ſcross like], adj. kruisachtig. | Crowven-land feroiin' länd. ross-line ſcrossºlinej, s, dwarslijn, dwarsstreep. f. Crown-office ſeroun 'ºf-f. Crossly ſerössely], adv. kruiswijze, dwars, gemelijk. #r ſcroûn'8f-f reme h ſcross'mätch], s, gemengd huwelijk n. Crown-piece ſerbun’pieel cross'ness], s. kruisen m., dwarsheid, Crown-post # ºf » korzelige persoon. Crown-thistle ſeroſin' 1. s het kronen # # s. "Je bss'patch], s, scheldwoord voor een Crown-wheel feron cross'pur-posej,s tegenstrijdig plan, Crown-works feron elsel in, » # ### # # # Icross read/img], s. verkeerde lezing f. % ssºrpa Cross-way, #is egºm. | is row], s, abé-boek n.., dwarsrij f. táf1, ## m. teCrucia .. aan jºu: ## Cruciate ſcru'ci ferstehet eil, adj. met teksthaakjes. ſch'ed-y], adj. grilziek, 1 . -ed teroutcht] -ing, v.i. gekruld. - van een paard n s, tafellaken n. ing, v.t&i, kruimelen, n! # al uren , adj, kruimelig, brokken # * "# ###tºtal## er strak in -heulaer: pet], nº plaatkoek eed fie ken, pl], s, rimpel: m., vouw, plooi f. p 'iingj, s, zure wilde appel m. geronnen bloed in. .. kort, broos, z. Croup. r], s, kruis m. (van een paard), & 38 » » # # doen, 'per1-ed-ing, vt. staartriem aan e'J, s, kruistocht ºm » kruisvaard rder m. m., kruikje, fieschje na, C » %. . . . . . . . . . . . ." Crystal goudsmi 'smeltkroes m. s, kroes m. es # n|cº, aiiize terraſtaii zej stalliseeren. # # # # rplette torst, aardkorst, schaal f; ik zijde van een brood. # # #gain", gie # » ſcrüm'pldJ -ing, vt.&i. Cryptogan eraar, verbrijzelaar m.cn a ners maand ten . luid klagen, 'hreeuwen, sch » pen, verwijten ; to fire, brand roepen ; to cry (out) upon, roepen over ; to cry upon, uitvaren kelen; to ery up, verheffen, # unto, roepen tot 5 to ery to, aanbieden, smee ken , to ery quieta nee, hervatten, hernemen vergelden, met gelijke munt betalen , to ery. aanmoedigen; to cry murder, moord roepen; ery merey, om genade roepen, to ery o eyes out, zich blind weenen. Cryer ſery'er], zie Crier, s., giervalk ## . Crying ## adj, befaamd, berucht ; groot. Crying ſery"ing], is geschreeuw, geween, gehuil erying down of money, geldafzetterij ; ery in out, uitroep, barensnood. # Crypt "# s, grafkelder f. (heim, verborgen. Criptie, Cryptieal ſerºp'tie, crºp'ti-cal], adj. ge- W #. s, plant met verborgen bevruchtingsdeelen, cryptogame f: ## Cryptography ## 's geheimschri 'ryptology # -tölºordgyJ, s, geheime spi crºſs'talj, s, kristal, horlogeglas n. Crystal form ferms'tal-form], adj, kristalvorm Crystalline ſcrïs'tal-line], # kristallijn ; er talline humor lens, cristallijnvocht, krista (in het oog). » # # stallizable Terms'tal-liz-a-bl], adj. krista ºystallizationſcris -za'shunJs.kr .. -ed-ing, v #eres terrs-tal-lögraphyl, s. ! ## ## ## » # . [eib], s. jong, welp m., beer f. (werpe # -hºed 'E## -bin ', v.i. &t. # cu'b s inhou "## % (ver t tot de derde tot een k & 8. -ing, v.i.&t, wegduike , duiken, ºlkººi, omhelzen. plecht, stookplaats in een vaar- ### eiid dysiëgsj, s. groote haringen m. gºelj, s, knuppel m., to cross the -led-ling, v.t. afrossen, ## knuppelspel n. (stand, p iidg'el-prôôf], # tegen slagen be- & e],s, antwoord n", staart m., einde, teekenen, queuef, wenk m., rol f, to give one him eue, iemand de woorden in den mond leggen ; it in my ene to fight, het is mijne roeping te vechten. Cuerno rºpol, s, wambuis m., the in euerpo, ok zijn, weerloos zijn. » ## van een # gaf hem een vuistslagen klop- autº # g: m., oorvijg fº, mouw mij he took him a euff, stomp, be at fisty-euffs, met ben ; old cuff, oude man. 'eufº ed Eclifft] -ing, tº, # vt.&i. slaan, vech- Le ſt"ind, s. man m. » ## iten (with), Cairasa Ik we-rassºl, s, harnas n. # Cuirannier (kwe'ſ ras-sier'J, s. kurassier m. Cuish (Cuiane) [kwYss], s, dijharnas n. N ge ſeiil'le-ridg], s, vlooienkruid n. rna Teu-lſk'ſ-förm], adj, vloovormig. ſcu'li-na ry], adj. van de keuken. 1. eerlijk mensch , bob euli, goedig kruiden lezen. ül'len-der], s, vergiettest f. J, s. uitzoeker na. ## # #as # ## n-ly. # laag, g eeschnatºn. # oozele, domoor, zot m, 111 v.t, bedri -ied I dj -ing, ly-Izm], s, sulachtighe halm m, steenk N ver Culverhouse » Jually. & 2 Eeülld] # vt. uitzoeken, lezen, ## . # h g: f. ſciil 'tyure] -ed urele en ſºciºlº tyfire- # er feillºver1, s, duiff. .. peulver-holis , s, duiv Culver in feiilºver-Yn], s, slangstuk in Culver-key feillºver-keyj, s, akelei, Culvert fetil' vert], s, riool n. 4Culvertage ſcifi-viërt-adg], s. lafhart “Culver tail ſettl/ver-tail J, s, zwaluw Culver tailed feü1/ver-tail-ed.], adj. met z staarten vastgemaakt. Cumbent ſciimº bent], adj, liggend. Curaber ſcüm' ber1 - ed -ing, vt. v. hinderen, belemmeren, bekommeren. Cumber ſcüm'ber], s moeilijkheid, verdriet, ongemak na, kommer f.. Cumbersonae ſciim' ber-sum], adj. hin N Dumbersomeness Ictim'ber-sum-nëss], s. heid, hinderlijkheid f. # Cumbrance ſciimº brance], s, last, hinder in Cannahrous #"# adj, lasti inderd Cumbrousness ſciim'brus-nëss], lastigheid, # # Cumbrously ſcüm'brus-lyJ,adv. op hi Camain Leiina’in J, s, komijn m. Cumulate Ictimai-lateJ, -ed Curamulation ſcûºnau-la'shun], jºcumulative ſcü'mu-la-tiv], adj. Cumulator ſcü'mu- .. p Cumulose ſcü-mu-loss'J, adj, Cun fetinJ -ed -ing, vt. de een schip) sturen; ik .. ### Eeune 3%;&#%& # ## tatterij, we W adj, wigvormig. -ted]-iform, ſcu' lis #re Cur ### » » # cüp'ping-glass], s, kopglas n. # s], adj, koperen, koper, me ſcu-prſf’er-bus], adj. koper houdend en # # 'sh » dj. beker #*# aped Iclip'shapt], adj, bekervormig, kel # en E #. beschonken, dronken, in de ſen, ## en ºpti-lej, s, eikeld op m. #iºn, s, gewichten, die in elke e eurº ? wat wilt gij, rekels? . eurº bij, adj. geneeslijk. len een ſcuſra-bl-nessj, s. # ## » s. hond, rekel m., vvhat would you Sº: S3::33 -------- --. . . . . . X8R3 N geneeslijkheid f. cu'ra-cy], s, predikambt n.. z. Cure. ſcü’rate], s. "# predikant m. ſen'ra-tiv], adj genezend. # j, s. curator, beheerder, boedel- ibliothecaris, opzichter m. (stuurderes f. cu-ra'trix], s, voogdes, bestuurster, be- , sº #j teugel m., bedwang n. adj, bandeloos, onbedwongen, ied, s. randsteen, band m. rongel m., dikke melk ºf -ing, v.t.&i stremmen (as len fan blood). # 'J, s, kaastaartje n.. d -ing, viººt. klo d railed  m., ziel- or every vt. een kinket- in my veins, .. (dik. | curry favor with # adv. golvend. " . # #epier n. cari 3 S3. rl ºr ingly Deurlºº » W -paper Deurlºº # # .. Curly Icurly J, adj, krullend, golvend, &% Curmudgeon, ſchr-miidg'un], s erigaard, # Currandgeonly ſcûr-miidg-un-lyJ, adj, gierig, vre kig, inh # (krenten f. Currant ſciir rant], s, aalbes f; driedeur Currency ſciirºren-cy J, s gangbaarheid, circu openbare schatting fº, gangbaar geld in.; to gi eurrency to a report, een gerucht in om brengen, % Current ſcür'rent], s. stroom, loop m., eurre of air, luchtstroom ; current of electrici electrische stroom, allowaney by current, wr van den stroom, emain stream of a en richting van een stroom ; setting of the earr richting van den stroom; reverting en terugkeerende stroom; shifting eurrent, v derlijke stroom, ºnder eurrent, stroom o water; to try the current, de snelheid en ting van een stroom bepalen; to go with t current, met den stroom meegaan. Current ſciir'rent], adj. gangbaar tas eoin), pend, algemeen verspreid, aangenomen; a rent report, een loopend gerucht; the six rent, de zesde dezer (der loopende maand); 1'm not very current, ik ben niet al te wel. Currentnese, ſcir'rent-ness, 5. omloop m., g baarheid : tvloeiende uitspraak f. # Curriele ſciirºri-kl], s. karretje m., karrikel Currier ſciir'ri-er], s. leertouwer m. Currish ſcur'rishl, adj. hondsch, twistziel Curriahly ſcar'rish-lyJ, adv. op een twistziek Currishness ſear'rish-niëss], s, grommigheid, righeid, gemelijkheid f: | Carry ſcür'-ry] -ied ſcür'rid] n: touwen, roskammen, afrossen, vleien, one's hide well, iemand wakker afr r with one, iemands gu vet vleien afwinnen. 3.: 3 ## Curry eomh teür'ry-enme], s. roskam m. Durse Teurs], s, vloek m., vervloeking f ºver Curse Leurs] ed fcurst] -ing, v.tºsti. #arna r'sidJ, adj. vervloekt, -ly, hel g # # geheim, n laten vallen, v x .N gnemen, openbaren, to drop the 1, de gordijn, laten vallen, de voorstelling ; to raise the eurtain of the eurtain wilt rine, de voorstelling openen. &# | urtain Icurºtin] -ed -ink, v.t. bedekk ain-meetureicurſtin-lée'tyüre],s. bedsermoen n. tainless ſcarºtin-less], adj. zonder gordijnen. artainrod Iciar/tin-rödJ, s. gordijnroede f. tal fcurt'alj, adj. kort, beknopt. lage ## s, erf n (achter een huis), rtly [eurt'ly], adj, kort, beknopt. een Ieurtºnessj, s. kortheid, beknoptheid. - e feu'rool], adj. tot een wagen behoorende. ated ſeurſva-tedJ, adj. gebogen, krom, ion ſcür-va'shun], s, buiging, kromming f. ature Iciarºva-tyurel, s... boog f. » e ſcurvJ, s, kromme lijn f. (krommen, ºveſearv]-ed IcurvdJ -ing, v.'t &i, buigen (zich) # ſchººl, adj, gebogen, gekromd. urvet fetarºvetſj, s. sprong, streek m. 'Curvet ſcúrºvét] -ted -ting, v.i.&..t (doen) sprin- gen, ops » #### N # #vetormd, adj. in # form. ## ſcur-vſ-lſn'e-al], adj. kromli Cu ijnig. Curvity ſeur/vt-ty], s, kromte f. # 3 . . : : : : : : : : Cunhat ſcüsh'at], s, houtduif, boschduif f. hion ſcush'un],,s, kussen m., he in beside the eraan ben, # dwaalt van zijn rede af. .. Cushion feüshºun] -ed -ing, vt. op een kussen plan , van kussens voorzien. . » ed Tcush'undj, adj. op een kussen gezeten. | horen (van de maan) m. z. Cuspin. s/pa-tedJ, Cuapidated te: ## s, vlade f. (hebbende, p ## stºerd, W # ciis-to’di-all, adj, op toezicht betrekking nºdi-an], s. bewaarder m. trºd er m. -dy], s. bewaring, hechtenis af, to W -, WW # gevangen zetten, take him in esdºr, » E. dy, in verzekerde bewaring zijn.' sº , s... gewoonte ºf gebruik ne, me- en de rechten n.. pl. ; custons, in- aande rechten, eustom of merchante, ſcüs'tum-a-bij, adj gebruil » um-a-bl-ness], ## in in | door neem hem onder uwe bewaking; | | pre fatsoen, ma (der kaart), afleidi m., paard nie, a eut En ºp a eut of timber, een hout; the e garnment, de snede van een klee # nevvest ent, naar de laatste shorter eut, een kortere weg, i sarme eut with the rest, hij gelijkt de o eut and long tail, menschen van allerlei Cut ſcüt1 eut, eutting, vt4i, snijde afnemen, vellen (bv. timber, hout), ho treffen, grieven, kwetsen; to cut brea the hair, the mails, diamonds, b het haar, de nagels, diamant snijden, t koorn maaien; to eat eapers, sp kuit-flikkeren; to eat a dash, ee slaan, to cut a cross, dw to cut eards, de kaart afne » te voren overlegd, klaar gemaakt, to den Jan uithangen, eut and run, en stiek, verwijder je ; to eat iets a feather, snel zeilen; to cut an of to cut a person, kennis met ken ; to eart unaal I, kort snijden, aan stukken hakken, ten eerst teeth, tan gen; to eart to the heart, 't hart tr maken, to eat aan ander, van een sp hakken, to ent down, vellen, ver schamen; to eat in, eene kaart enz. tom te # wie eerst sp of into, in de rede vallen ; t den, scheiden, een einde te eut ona, h to eart out, ui soeneeren, verwijderen, b to ent als ort, in de rede verminderen (bv. the pa under, beneden d concurrent uitd #3: snijden, - houwen, verwoes halen (bv. a book o eut up, van verdriet ve akker, houwer, e -t ## Czar Itzárij, s, keizer er, ezaar m, 8. ;... NX-NS& , eutter's Czarina ſtzar-ri'maj, s. keizerin, ezarin f, # revenue Czarowitz ſtzär'ro-wYtsj, s. czarowitz, grootvor {stig. moorddadig, bloeddor- lace], a. herberg f... | uithangt, roovershol n. . g, s. het snijden, houwen, vellen, adj. snijdend, scherp, eutting maatlat, eutting down, vrangdik nning, cutting dovvn line, krom- langse # teekening, de hoogte ut bepalende, cutting out the ear- van touwwerk op de behoorlijke y], adv, snijdenderwijs. tele-fish # ietº D. (deel verk, voor (duke l n: ikte nab faaij het fiabij -bing, vt. ##### W de zoon des czaars m. # » » & . hertog; (duk togdom ; (division) afdeeling; [date) da (denarius) stuiver; (deanery) deken ; tor; M. Rºº. (doctor of medicine) doctor i dicijnen; in . T. (doctor of theology) doc ## HM, C. L. (doctor of ci octor in het civiele recht, D, EO. (doctor of %. #) doctor in de godgeleerdheid; º. D. (deliver ed), geleverd; Man. (daniel) daniel, Eneae (dea diaken; nee. (december) december, Deg. (d graad; Meent: (deuteronomy) deuteronomium, (ditto) hetzelfde i D. L. s. (double refined li #! dubbel geraffineerde broodsuiker; Hºr. (d doctor (debtor) schuldenaar ; Inty (duty) Mºs (dues) impost; Dup. (du ) afse » # # # # # ### gast m., botje ab of # dab, vet stuk vleesch, » cht kloppen met de h bespatten, plassen, knoeien, : blanken. (vermoorden, kger Idag'ger] - ed -ing, vat. met een dolk naggera drawing [dag' gerz-draw'ing],,s, twist m. Exaggie [däg'glJ -ed -ing, v.t.&i, beslijken, door het slijk gaan, ploeteren. Haag 1oek # s. afgeknipte wolvlok f. tabag-tailed Idag' # # in den modder gesleept. Daguerreotype [da-gërºro-tIpe], s. daguerreotype f. ik aihinene ſaai' # , alledaagschheid f. x Daily Idailly J, adj. dagelijksch; - adv. dagelijks. thinaiaat Idaint], adj. lekker, bevallig, daint feeder, ##aint ſ":# s, lekkernij f. (lekkerbek. stily Idain'tI-ly], adv. lekker, kiesch. tinessſdain'tſ-ness], s. lekkerheid, kieschheid f. ºpainty Idain'ty], s. lekkernij f. # na Idain'ty J, adj, lekker, verlekkerd, kiesch- Henin dai’ry], s, melk-, karnhuis n. 3. 3: ouse, Mºairy-room [dai'ry-hoüs, dai'ry- s. melkvertrek n, melkkelder m. -naaid Idai’ry-maidj, s, bouwmeid f. Eda'is], s.hooge vloer aan 't boveneind van een ed Idai'zidJ, adj, vol madeliefjes, eetzaal m. ºnaisy [dai'zy], s, madeliefje n. naleer # s, tiental na 1. ## # %, » alter-hern Ida'ker-hen], s. wachtelkoning m. nale Idale], s, dal n, valleif. t uitstel n. iance Idâl'Ileance], s, het dartelen, stoeien; ier Idälºli-er], s. stoeier, schertser m. op ſdal lop], s, bosje m., kuiff. .. 'ly J -ied - he- # atiek f, wit dienst- msche geestelijken) n. » l, s. dam, dijk. m., moer f: (van dieren). 'Mann ## ken, stuiten, vervullen, versperren. Mannage fdana &W. f amages, baten en lasten. » g] -ed # vt.&i. beschadi- 10 » » chade lijden, averij bekomen. * . " : : : : :3% eable fdäm midga blJ, adj licht te bescha- breekbaar ; f.schade » # dämºm lg erj, sº beschadiger m. s, damast # ii-menſjes. linnenda » nº mask-plum], s: damastpruim f. mask-roze], s, rooder | |Aandy-conck st # dººr hen in ##### Mºanned Edämºned Dannnitie [dam-nY $1,annnify Idäm'ni-fi beschadigen. # + E Manning nese m'nïng-ness], sº s Examp fd # s, damp, nevel m., neerslachtigheid ºf ; damps, stikdamp Damp [dampl, adj, vochtig, neerslachtig. IPamp [dämp] - ed Idampt] -ing, vat maken, ter meer slaan, dofmaken, verst ren (bv. the sound), doen kwijnen tbv dustry, de nijverheid). # » EPampen Idâmp'p.nl -ed -ing, vt,8xi. klam maken, vochtig, klam worden, en amper [dâm 'perl, s, demper, toonden Mbarmpiah Idämpfish J, adj. dampig, voch EPannpishness Idämp' i # #S. nessl, s. dampigheid, er tºpampy Edamp'y], adj, ter meer geslag Hºarnsei Idäm' zelj, s, juffer, jonge deel HAamson [dânu'zni, s, blauwe pruim Ebanee Idáns], s, dans m., danslie pipe, no longer dan ee, geen g sers; geen geld, geen goed, EDance Idáns] - ed Idánst] dansen, to daamee attendane to dance to every man'e pijpen dansen, ied #"## S iemand achterna loop worden. # # # ºaneer E# s, danser g], E. gedans Enancing fdans in 1 -med, ming, v.t: bedammen, bedij-l: midg], s schade f, nadeel n, averij ºns Dan draaf Tdan 'driiff, Mandy Idân dy], s. ſdän'dy ſdân' #d rish [dan d Dandyism Idän' Dane-wort verwachtingen w dash of water, w # : with a dash of "### #e van purper, a dash of folly, een trek heid; a dash of rain, een stortbui, a dash, een strooptocht doen, een ui to amake of eat a great dash, een 1 toon maken, den grooten man uithan » . . . . . . . . . . :: s |HAash [dâsh J -ed -ing, vat.&i, stooten, is zoo iets niet; R dare thee, ik ken, verpletteren, terugwerpen, bespatten, » not for my earn, ik durf om teleurstellen, vernietigen, uitschrappen, rennen iſ niet,to dare tarke,leeuwrikken vangen. | through thick and thin, door dik en dun 'rer], s durver, tarter, stoutmoedige m. | tegen elkander stooten, botsen; to dash a stone g], s: vermetele daad, gewaagde po: | against a stone, twee steen en tegen el s], adj. stout, onversaagd, ging f. | stooten; to dash schemes, plannen in are'ring-glassj, s, spiegel om de werpen, to dash wine with water, wij vangen na, | water vermengen, te dash in te pieeee, in r’ring ly], adv. op een drieste wijze. ken slaan, verbrijzelen, to dash oºit, op het dare'ring-ness], s, koenheid, stoutheid, werpen (bv. a review); to das one's ermetelheid : : : : : : : » iemands trots vernederen; to dash out, u schen, doorhalen. ### Dash-boardſ dâsh-board],s,slijkbordlaan een EPanheel ſlâsht], adj, verlegen. Bºasher fdash'er], s. roerstok; dasher of a e # karndruif, z. Bºash-board. ärk'tcham' Eashing Idashing], adj. schitterend, trotsc irk'cul-lerd], ig. Dastard ſdästerd] s, bloodaard m. rk'1-edJ, adj donker van º EPastardi ze Idas'ter-dize] -ed -in: ## knJ ed -ing, v.t.&i. v. ºren, maken. ſha ##### ########## en, Rºastardness [dâs’terd-ness], s. lafhart rth &.3% ken, Epartardly Idäs'terd-ly], adj, ar donker, don worden. Date [date], s. dagteekening tº » 'J, s, dat verd f. ; out of date, ouderwetsch ; hearin s dol n, gedagteekend zijn through his Life igszins #3 %#$%# date, gedurende zijn geheele leven. » nde. ºf Boate Idate] -ed -ing. vt.&i. dagteekene letter); dag teekenen t frona, van, uit), Idate'b » 1 er de naamval m. ipl dä'tum, da'taf, s. En aub # s, slechte schilderi # 1 Mbaraks # - ed Idàubdij - rspillen; | the dead nemen, lijken t (leeg ge %. e avvay, verbeuzelen, verkwisten (bv. a dead tree, een doode boom hole morn .. » een doodsche winter, dead ning), » » e(r). ### s. beuzelaar m, a dead calºm, een doods ## s, insnijding, inkeeping f. renteloos kapitaal, dead colori Idawk1 -ed -ing, v.t. insnijden, inkepen. | dead eye, » » dawnj, s. dageraad m., the dawn of hope, vlakte, dead fresh, wild vlees de te straal van hoop. » een nuttelooze poging, groote ver awn Idawn] -ed Idawnd] -ing, vet, dagen tas wall, een blinde muur, a 1 he morning); aanbreken tas the day), dawn- delijk schot, » ## outh, de aankomende (veelbelovende) jeugd. | heid; z. Coal , ## » is vvning Idawn'ing], s dageraad, aanbreken van dead drunk, smoordronken; en dag, krieken van den dag m. gerlijk dood, one baniah lay], s. dag m., daglicht n., overwinning f; z.. een verbannene is burgerlijk doo road the fire that severn day from night, doode letter, onbestelbare brief m. uur (licht) dat de dag van den nacht scheidt; become a dead letter, de wet is e is day sennight, heden over acht dagen, day letter geworden (wordt niet meer toegepa *y day, dagelijks, but from day to day, only be in a dead sleep, in diepen slaap from day to day, tijdelijk, to day, heden, thans; work for a dead horse, voor een oude to a day, op een dag, one day of one of werken, dead a head, vlak tegen den w these days, eenmaal, eens 5 day of grace, dag, Ebead Idèdj, sº dood m., doode, afgestorvene waarop genade wordt verleend, days of grace, dead of night, het holle van den nat verdagingstijd; day in court, verschijndag, day dead of winter, het hartje d after to morrow, overmorgen, every other dead, de dooden. » » y, om den anderen dag; day's break, krieken thread IdédJ -ed-ing, vat. Sti n den dag; day signale, dagseinen, day after berooven, om het leven kome ## aan dag; day of de murrage, Dead-alive Idéd'a- di, st »me ligdag ; Iay day, ligdag (van een Eread-bargain te the day, ht delven ; | Mºead-hºl ty, de ove X:... # # ## h jn tijd ; the fashion J -een N'. 'W ode heeft haren tijd gehad. Y, oree of a bal bëam], s. lichtstraal m., ht n... een kogel 1, verstompen, verdoor 'bed], s, rustbed na, sofa, canapé f. of feelingen, stoppen (bv. the en y'bük], s, dagboek, journaal n. | doen verschalen ibv, vvine tel, s, het aanbreken -, krie-Lº ead-eye Idéd'Ied, s, p. dag in., dageraad m. ## f; erovvfoot dead-ey day'la-bur], s, dagwerk n. » Mben de flat Idédºfiat 1, s, 'la'bur-rer], s. daglooner m. S. ---- XW . ... ...RW atj, s. daglicht nu zº ºurn: dagelijksch, adv, dagelijks. s, melkmeid slemphout n N lui p 't slemphou al na doof (to, voor), verdoofd (bv. door het getier), dof; de af te ke, oor de rede, dear and thumb | # ing, vt. door maken, ver- v. doof, eenzaam, alleen, uite], adj, doofstom. » » h s. doofheid f. # deel, gedeelte, aantal, kaartgeven na, a great deal, veel; a great deal veel beter of slechter, rabat- t deel, the ship has a great ºrt veel zeil. h-darting Idéthºdärtſing] h-doing 'idiºto:# ad N th-doomed Idëthºdôômd J, ad Epeathful IdëthºfüIJ. adj, doodel Hºeathfulness Idéth'fül-niëss], dood ni, » Ereath-hunter [diëth'h Mºeathless Idiëthºles Eneath-rattle Idéth'rat'tl], Death', door idëths'doorl, s. oever van den Death-shadowed Idéth'shäd'dow-ed], ad schaduwen des doods omringd. | Reath's man [deths'man], s scherprechte Hºeath-stroke Idëth'stroke], s. genadesla Hºeath-toºls en Ediëth'to-ken], s. teeken d Ineath-ward Idéth'wardJ, adv. naar de "#ten Idëth'watch], s. kleppertje ###### » ##### » á. # # # # # # # tºeaurate Ide-au'rate] -ed -ing, v.t. ver teki. | + lineaurate [de au'ratel, adj, verguld. uitdee finebaeehate fde-bäc'kate] ed -ing, v raskallen als een dronkaard. . nie # &... 8 sh | Debaele Ide-bä'cle], s, vliegende str *, | Debarſde-bar'J-edf-bard'I -ring, v. berooven, weigeren, verbieden, verhi bärbºJ -ed -ing, v.t is Ide-bär -ed -ing, v.tºt V , aan wal naar land # n Ide-bar-ka'shun], s, ont -base'J -ed f-bä'st] nee: t# erj, # vernederaar, : #raeus inen. "E isingly Ide bis in gºed vºl, adv, vernederend, ": # # -bate J,s debat m., X 'tyüre], s. v. fº, schuldbrief m. ## zwak, 8 : : :... ::... 8 (ken. In eeep eſde bil'i-tate] -ed -ing, vt. verzwak. Eneceptivenes tion, Ide-bï1"I-ta'shunJ, s. verzwakking ºf listigheid f. [de bï1'i-tyJ, s. zwakte, zwakheid f. Deeeptory fde- lehit Idébſit], s.debeten, schuld f; to the debit ## -ed ing. v. of ten laste van, in 't debet van, .. .. i De eerptible Ide-eerp'ti-blj, adj, pluk it IdébſitJ -ed-ing, v.t. debiteeren, * Hºe eerption Ede-cèrp'shunj, s afpluk » Behtor. In eeerstation Ede-eër-ta's hun J., s, strij ebitor Idébºr-tor], s. schuldenaar m., z. %%% J,s vertrek na ir ſdeb-bo-nair'J, adj. goed, inschikkelijk in beeeasion [de-cés'sion ºnair 't Ideb-bo-nair/i-ty J, s. henschheid f. Ereeharna ſde-chärm' J - ed - # tº: rly Ed NE beslisbaa eb-bo-nair ly], adv. goed, heusch. Decidable Ide-ei d'a-blj, adj, S. # fi, z. Bean ; out of debt, kreeide Ede-eïde'I -ed -ing, vat. Sti, be t of danger, geen schuld, geen zorg. - slechten (by, a quarrell: the court d btee Idét eë'J, is schuldeischer m. S. in favor of the defendant, het hof beslis tiens Idét'less], adj. zonder schulden. gunste van den verweerder. [dèt'ter], is schuldenaar, debiteur m. Ebecided [de-cl’ded], adj, -1y, adv. besli tion Idéb-ul-It'shunj, is overkoking f. ###beeidenee fde ediensj, s val m. #buſj, s. eerste optreding f. De eider [de-ci'der], s beslisser m. a... ſdèc'a], in samenst: tien... neeiduous Ide-erd yu-us],adj, vallend, vergan ide Idee del, s, tiental n. W -neas, s, vergankelijkheid ºf idence, Ide-ka'dens] -ey, s, verval n. | Decimal ## tientallig, -de gon Idée'a-gon], sº tien hoek m. tºneeinaal Edés si-mal], s. tien deelige breu ogue Idéc'a-lög], s, de tien geboden. Abeeimate Idés'si-mate] -ed-ing, pº Ide-camp J -ed I-cämpt'j-ing, v.i. op- een van de 10 straffen, teisteren iſ # , zich uit de voeten maken, Hºeeirmation Ede-ei-ma’s hun J. s. eeampment Ide-cãmp'ment], s. opbreking f. # om den tienden man, om het tien zant [de cânt'J -ed -ing, v.t. overgieten, zacht becipher Ide-ei'fer] -ed -ing, v. n, klaren (bv. winej. (ting fif ontwarren, verklaren; to be decip ation Ede-cânt-a'shun], s, klaring, overgie- boek staan (bv. for vilain, voor sche #rl. s, karaff, afgieter, klaar- Enecipherable Ide-clºfer-abl], adj onſ aar wat in, # (hoofden. En eeipherer [de-c1ºfer-er], s Ede-capſi-tatej -ed -ing, v.t, ont- Brecision Ide clzhºu.nl, is besliss ation Ede-chip''i-ta'shun], s, onthoofdin # vastheid van karakter f. onization file-ear-bo-ni-za'shun], s. ontko- Meeisive Ide-ci's/vJ, adj, beslissen et weg, l (z. een. proof, een afdoend be ## eh Idé N ######## 3 %#% # [de-ci'sively], ad #### ºn rºl t], s. schuld J X,,WN WO:% 33.33:33% dergang (bv. of the Roman en spire). De #"# # #"#### allen; 5-, v.t, doen vervallen. ba # fde cayed neasj,s. staat van verval m. l pers -cayſer], s. bederver, vernieler m. .. assºl, s. overlijden n. (lijden. | assºl - ed Ice # -ing, v.i, over- d eit'J, s, bedrog na, be %. de-eeit'ful-lyl, adv. bedrieglijk. de-eëit'ful-ness], s, bedrieglijkheid # onder bedr licht # (voor m Eva éckt] t, versieren, op- gesteld. # * ith, met 1, met # dek voorzien (a inee om position [de-com-po-zïsh'un &: ## schi en, bedekken (bv. with neeompound [de-com-pound'J -ed-ing, v.t, dui et wolken . . . bel samenstellen of vermengen; ontbinden, oplossen, ir Idéck'erl, s, versierder, opschikker m., a iDeeo rament [dee o-ra-ment], s. versiering ºf ee-deelker, een driedekker. # : ! Heee orate Idée'o-rate] ed -ing, vt. versieren ſdeeking. s versiering f, sieraad m. l tooien, decoreeren (wien, met * # claim'J -ed-ing, v.t.&i, voordragen, in een ration [dee o-ra's hun], is versiering f. eclameeren; + bepleiten. recorative Idéc'o-ra-tivJ, adj, versierend. (der m. er [de-claim'er J.s hoogdravend redenaar m. Decorator Idéclo-ra-tor],s versierder, decoratieschil- nation [dec-cla-ma'shun], s, voordracht, re-, Decoronas Ide-co'rus], adj, welvoeglijk, betamelij ering, declamatie f. s- gepast, v (schorsen, schillen. | ator Idéc'clà-ma-tor], s, z. Deel aimer. ## [de-corºti-cate] - ed -ing, v.t. ont- tory [de-clam'a-to-ryl, adj. voordrachts..., Decortication Ede-cör''ti-ca'shun],s ontschorsing f. avend, gezwollen. Decorum [de-co-rum], s, welvoeglijkheid f. arabie ſde-claºra bleJ, adj, verklaarbaar. "# [de coi'j -ed f-coïdJ -ing, v.t. lokken # # # rant Idée'la-ränt J, s, verklaarder m. tbv, duelk intº a net ), verleiden ; to decay ration Idec-clara'shun J, s verklaring: f. troops isato, ambush, troepen in eene hinderlaag rative Ide-clar'ra-tivJ -tory, adj. verklarend. Eneco, Ede-eoi'j, s lokaas m., krijgslist f. (leiden, [de-clare'J -ed -ing, v.t.&i. verklaren. In eeoy-bird Ide-coï'birdj, s. lokvogel m. and maken, verkondigen, declareeren (goods): 2ecoy-duele fde-col'duckJ, s, lokeend f. # deelare one's self, zich verklaren, zijne mee- Enecoy-naam [de-coï'mán J, s, vogelaar m. ## zeggen ; eene verklaring afleggen, conclusie Inee oy-pond Ide-cbi/pöndj, s, eendenkooi f. he declares the story to be false, Eneerease [de-creas"J, s vermindering f, afnemen n. laart, dat het verhaal valsch is, vietory ineereane Ide-crëase'J - ed t-creast'J -ing, v.i.&t. ares for the allies, de # (verklaart verminderen, (doen) afnemen. (derwijs. voor) kiest de zijde der bondgenooten, ineereasingly ſide-creas'ing-ſyJ, adv. verminderen- redly Ide-clar'ed-ly], adv. bepaald, uitdruk- Deeree [de-creë'], s raadsbesluit, gebod, bevel, de- # . , (stand m.j creet, vonnis in de eree paased and entere dness [de-clared-ness], s. verklaarde toe- vonnis in kracht van gewijsde, er [de-clarer], s. verklaarder m. , ,, ! Deeree Ede-creë'J -eed, f-creëd'J -eeing, v.t.&i. in Ide-clën'shun], s, helling, verval (bv. t besluiten, beslissen bij vonnis), v 3:33 he needle, zº meelination rechterlijke uitspraak f. # a-bl], adj. verbuigbaar. Deereanent Idée're-ment], s. vermindering ºf M Idec-li-na'shun], s, buiging (met het ineerepidness fde crëpº it-ness], Deerepitude [de- , nijging, val n. (bv. of a monarchie): crëp'í-tude], s afgeleefdheid, bedaagdheid f. # ng, weigering, helling (in de sterrenk.), ver- Deerepit [de-crëpitj, adj afgeleefd. # inatie f; deelination of the com- Beerepita te Ede-crëp'1-tatej -ed ,- ing', vi&t. die, afwijking der kompasnaald. i (doen) knetteren. (zout op 't vuur n dée-li-na-tor], s afwijkingsmeter m. Deerepitation Ede-crëp-i-ta's hun], s, knappen van [de-cline'J, s, afneming f. tbv. of fever), Eneerescent Ide-erés'sentJ, adj, afnemend." ## of -trenght) tering - ,,,,,,,, Deere". [de ere tal### pauselijk bevel ni; verza- ne'I -ed -ing. v.i.&t. (doen) ver-j meling f van pauselijke decreten. # afrona. van), vermijden, weigeren, meer etion [de-cre'shun], s afneming f. (toon. en ſhºw, a non a religion die in eerste iis fiëere to fivj, adv, op beslissenden ienst geraakt in verval ; the day Deeretory, Idécºre-to-ryj, adj. beslissend. ag loopt in de ; to deel in seria 1 ME# f. morale, van de de zedenleer neerier fde eri'erj, s. openbare berisper m. --- -- ----------- "- ----- aststellen. weigering, verbuiging f; de- Hºecreet arbitral fde creëvar-bitraij, s, scheids- ## art in..., ineerovvn fde eroun J ed -ing. v.t. on te nemen in... ; with head Enecrowning Ide-eroſinºing J, s, het ontkronen en hoofd, to decline an neerx (de-cryſl -ied [de cride'J - ying, vt. ijzen, , in verachting brengen. (le elling f, | EP benzee [de-clim'bensj, -ey, s, ligg hellend ºneeumbent fde-eum'bèntj, adj, liggend ", luding tijd, waa # f e-cum' # # adv, # 'in t-shiire], s, tijd, e Ide-ciimº bi-s bed gaat m, , adj, tienvoudig. » l] -ed -ing, v.t. vertie # # .. e-eiis sût-ivelyl, ad ijs, RENKW atº e'o-rate] # -ing, vt ont- Mº ered Id atsieren iering r.l scheuren, ## ## # » . . . . . . . » # ###### ## 8% ########### inn Ide-dée'o-ra-shunJºs, onteering, ont- Eneep-seated Ideep'seat'ed1, adj, vast, die enedentitionſ ded-en-t1'shun],standen verwisseling f: Deep-sounding fdeep'sound'ing] adj. 1 Dedicate Idédºi cate] -ed-ing, vt. wijden, toe in een-throatentieep throat'edj tºe: wijden, inwijden, opdragen (bv. a book), Deep-toned Ideep'rondj, adj, zwaar van too nedicatee Idédººr ca-tee'Js, beschermer, patroon m. laneep-worn [deep' worn], adj, ver afgesleten, edication Idéd''i-ca'shun], s. wijding, toewijding, ºneer Ideër], s, wild, hert n, » tde in inwijding, opdracht f. neer-neel. Ideër'neckJ, s. dunne slee Enedicatorſ die dººr-ca” ter],s opdragerſ van een boekjm. In eerste in Edeer'skºſnj, s, hertevel n tºt Eredieatory Idéd'i-ch-to-ry], adj. als opdracht. ºp eerst alleing Ideër staking J, s, jacht op ed.nee fºe-dueeſj, ed -ing, vt. afleiden, be- neer »ten ter file er steal erj, s veedief in sluiten ſfronn, uit). » ºneer-stealing Edeër'steal-ing, s. wilde dieveri Hºedaneesment Ide-diee"mentj, s, gevolgtrekking ºf the face Ide-face'J -ed -ing, v.t, vernielen, Hºe dueible Ide-dü'ci-bl], adj, af te leiden, den (bv. a monument), uitwisschen, Ereduct. Ide-düct'J -ed-ing, v.t aftrekken, kor- (bv. Het terug, # w # # ten (bv. tvwo and a half per eezat). Defaeement Ide-face' mentj,s, schending, d Deduction Ide-diſc'shun], s aftrekking, korting, Defacer Ide-face'erj, s. schender m. gevolgtrekking ºf. A » beiacing Ly Ide-facing’iy J,adv op misvormend Meduetive Ide-diic'tivJ, adj. afleidend, aftrekkend. De failanee Ide-fail'ancej, s, wanged # kneed IdeëdJ, s. daad, akte fº, stuk na, deed of king f. » #ge it! assignment, akte van afstand, in the very deed. De faleate [de fiil'eater -est -ing, vet, op heeterdaad, deed poll, enkel verdragschrift ; Mbefaleation [de-fäl-ca'shun], sº korting, in deed of indeed, inderdaad, werkelijk. ring van geld f: % # # # # ſneedleen ## adj. werkeloos. Lºefamation Idétº'fa-mate hun J, s. Deedy Ideëd'y], adj, werkzaam, bedrijvig. , Defamatory fde-fäm'a-to-ry J, adj. e en Ideëm] - ed Ideëmd] -ing, v.t, ki, oordeelen. De fanae Ide-fame'; -ee ing v een ideëmºl, s. denkwijs f.., oordeel n. tachten. Defamer fde-fame'er], s lasteraar Deep Ideepl: s, zee f.. oceaan m., diepte fº, deep flinefatigalafe Ede-fät'i-ga-bij, adj of night, 't holle van den nacht, * Mbefatigate ide-tatºr-gate] - Meep ſdeep], adj, and adv. diep, ## listig, moeien, afmatten, ## vurig hoog, zwaar, groot, donker van kleur), a Ebefatigation Ede-fät-i-ga'shan J. s deep pit, een diepe put ; a deep vwound, een default fºie-faalt, s, gebrek, verzui diepe wond; to take deep root, diepe wortels fault, bij verstek te nutter a defaul schieten ; a company of soldiers two files schijnen, in gebreke blijve ik NSWNZEWSEN deep, eene compagnie soldaten op twee gelederen, de fans tºt de honden zijn deep philosopher, groot wijsgeer, deep ºor-, where of bij gebreke waar row, groote droefheid, deep mourning, zware Defa uit Ede-fault'ſ ed -ing, w rouw, groote rouw ; deep designs, verborgen in 't naleven van een contract, al plannen deep plots, ingewikkelde plannen , Hºefasaſter Ede-fault'erſ, s, die in gebr deep siïenee, diepe stilte, deep hºuse, donker- niet verschijnt nalatige. >> blauw ; the deep thunder, de doffe donder, nefeasanee Ede-fea'zans], s, verni deep keel, groote buitenkiel , deep toad verklaring, tegen verzekerin, rlen, merken van diepgang ; deep sea lead, lºefeasible Ide-fea' zº blij, # %. dieplood, deep sea lead-time, zware loed-ºf meefeasibienese tde fea'zi-bl lijn, dikke loodlijn, deep sending, zwaar, hevig heid f. # stampen, deep waisted ship. schip, hoog bo: ºefeat ide-feat'', a. med ## ## # drink deep, veel drinken, "# # Jºr ## # 'draw.insi, ai, diepzinkend.' twving Ideëpº draw-ing], adj diepzinkend. # ºp nrawn 'dra mij, Eij 'uit een diepte ge- en tdee pn] -euf # an ei) the termen er worden. #- tdeep'retch-es! d'ablj, adj, houdba nt],s. verweerder, g or, gedaagde in a 'ant], adj verwerend. s, verdediger m. Ide-fën s].s beschermsterf (mingf. tive Ide-fën'sa-tiv], s, verdediging, bescher- rse Ede-fëns'j, s, verdedi ingbouwkunde, verbod in ense Ide-fëns' Jº-ed-i eless Ide-fëns'less], een tde-fens'less-nessJ. s. r, de-fëns'i-bij, adj. verdedig haar, v e-féns ivJ, adj, verwerend, verdedigend, mstiv-ly], adv. verwerender wijze. ed [de-fèrd"J -ring, v.t. &i, uit- even, eerbiedigen ; to defer ## # re s], s eerbied m, achting, toe- J, adj, dragend, toevoerend." leider, geleider m. W w adj, eerbiedig, s, uitsteller m. uitdaging, trotseering f; to t n ; he hids t." adj, and adv. -ly, weerloos- on f-e-rë r'rer], ans], s. tes, tºr erend, uitdagend, de-fish'en-ey], s gebrek Hºeft niet W ": Ede-floür' 1. | Deforce [de-fors'] - geweld (den ": zijn wettig bezit 1 onthoud # verzet zich, ##### hun], s afwending, afwijking f. o-ra'shunJ, s. schending, ont- r, bloem f. (den, Deflour [de-flöür'J -ed -ing, v.t. onteeren, se 'er], s. verkrachter, maagder schender m. » # &# + Hºef ovv Ede flow'J - ed -ing, vi. nederstroom en tDefluous Idéf'lu-oiis], adj. afvloeiend, afvlieten tºeflux [de-fliix'J, s, afvloeiing, meervloeiing Definxion [de-fliic'shun], s, loozing f. # rs'] - ed f-forst] -ing, vt. me Mºeforcement [de-fors'ment], s, geweldadige ont- houding (van iemands wettig bezit). Mºeform [de-form'J, adj. wanstaltig, misvormd. HPeform [de-form'J -ed-ing,v.t, mismaken, sc ſt, - - - - - - -- t maaktheid De formation [déf-or-ma'shun],s, misvorming, m Lºeformed [de-formd"I, adj. mismaakt, wanstaltig. ineformedly Ide-form'ed-ly], adv. wanstaltig. MPeformed in een ſde-form'ed-ness], s. mismaakthei misvormdheid ºf # beformer [de-form'er], s, mismaker, #" Uit sneformity [de-form'-ty], s. mismaaktheid te beforser Ide-for'ser], s, overweldiger m. apefraud Ede-fraud"J -ed -ing, v.t. verkort kort doen, ontrooven, verduisteren. (g #Hºefran dation Idéf-rau-da'shunJs, bedrog na, * Defrauderfde-fraud'er], s, bedrieger, verkorte tkº efraudement [de-fraud'ment], s. zie dation, -- (houden >------> # -ed frayer [de-fray'er], s en efrayment Ide-fray ment], Deft [deft], adj. aardig, knap. Deftly Idéft'ly], adv. aardig. e # trºeftnese ſdéft'ness], s, netheid, schoonheid f. funet Ide-funct'J, adj. overleden. w Ide-ftinct'J, s. overledene m. & f. < Defy [de fy'] -ied f-fyd'J -ying, v.t, uitdagen (bv. an enemy), trotseeren (bv. public opinion) # ii-|+nefy fd negeneratºr fººd j, s. uitdaging f. & %#### negarnish [de-gar'mish] -ed Inisht] -ing, v ontsieren, ontwapenen (bv. a fort). w begarnishment [de gärºnish-ment],s. ontsiering f.. Hºegen dered [de-dgën'de-red], adj. ontaard. ën 'e-ra-cy J, s, ontaarding f. dgën'e-rate], adj. ontaard. ( gën'e-ratej -ed-ing, v.i. onta '-dgën'e-rate-nessJ tºeg eneratenese » egree, een ager to "# % geenszi in the highest degree, in den hoog- sten graad; not in the least degree, in het minst niet , >< . . .3.3 hinee Ide-hºs'1 - ed thºst'T -ing, v.i. gapen. Lee hiecenee [de hïs'sens], s... het gapen, geeuwen. e honestate Ede-ho-més'tatej -edi-ing, vt, ont- eeren, schandvlekken. (schandvlekking f. Ene honestation [de-hön-es-ta'shu.nl, s. onteering, te behoºrt Ide-hort'J -ed-ing, v.t, afbrengen. te behortation Ede-hor-tâ's hun J., s, afbrenging f. Behortatory fde-horºta-to-ry], adj. ontradend. ik behºorter [de-hort'er], s. ontrader, afrader m. (m, kºeicide [de 1-cide], s, godsmoordenaar, 5 godsmoord mºeifieta1) Ide-Yfic], adj. goddelijk, God # ma- aneification Ede-i-fi-ca'shunj,s. vergoding f. (kende. Mºeifier Ede/i-fi-erſ, s. vergoder m.. N ºm faë'i-form], adj. gode gelijk, van een god- gedaante, goddelijk, » neify - ied mei Ideºt-fi -ying, v.t. vergoden. in IdainJ -ed-ing, v.i.&t zich verwaardigen, taan, vergunnen, faanvaarden, .. Hºe integrate Ide-In'te-grate] -ed Mºisintegr . Deiam [d -ing, v.t, z. ate, » e'rzm], s. beginsel van hen, die wel een ºod, maar geene oparing erkennen, deïsme n. . iet. Ideºistl, s. aanhanger van het deïsme (zie nl, deint m. (rende, e-Yst/I-call, adj. tot het deïsme behoo- 'J, s, godheid ºf ra éct'J, adj bedroefd, ontmoedigd, treu- # ctº] -ed -ing, v.t, neerslachtig ma- mºejected Ide-djëct'ed], adj, neerslachtig. (ken. ## Ide-djëetted-lyj, adv, neerslachtig. erslachtigheid ºf # » cture ſºde-djéct'yure],s. stoelgang, drek m. erate Idéj'e-rate]-ed-i » &&&&#%&#%& » 'aſshun], s plechtige eed m. heeratior: Ide ze tde-lapsen elapsion # âp'shun], s. verzakking van de b ate'J -ed -ing, vt. aanbrengen, voeren, overbrengen (bv. sound), laºshun], N 'ter], 's uitstel, # reed | Ibeliberate (rig. | jectedne:ſde djécted-nessl-tionſ-djec'shun]. ied-ing,v.i. plechtig zweren. | -lâz-er-a'shun], s, verscheuring f. -ed -ing. v.i. neervallen, af- ve #ºeder: » r-| Del S Ide-l uitwissehen, verni Deleterious Idél-e-te'ri Deletion Ede-le'shun], 3. is uitwisse neirº faaltje is neirtsch ing, aardewerk in | +Hºelihate Idél'i-bate] - ed -ing, vat fabelibation Idël-i-ba'shun], s, voors, Delibara te [de-lmbºe-rate], adj, voorz opzettelijk. W. raadslage W Ide-lYn'e-rate] - ed -in Exetinerately Ide-lſb'e-rate-ly], adv. bedaard, opzettelijk. # » De liberaten en Ide-lſb'e-rate-ness], s om aMeliberation Ide-IIbº'e-ra'shun], s. overleg weging, beraadslaging f, . . . Deliberative fde-lrb'e-ra-tiv], adj. b. overleggend, overwegend; - s ov 3. slaging, overweging f. - & Belieaey ## s, kieschheid fº, keu fijnheid, zachtheid, lekkernij f, ſteeder Delieate Udé1'i-catel, adj, kiesch, keur Ibelieate Idélºï-cate], s, lekkerbek na Belieatenese Idé1'1-cate-ness], s, z. Hºelieen ſdël'i-cezJ, s, pl, genoegen Mºelieinum Ede-lſshºus], adj, lekker Breieciously Ide-lººshºus-ly], adv. lel zeelieiousness Ide-lſshºus-nessJ, s. s genot 11, # # Hbeliet Ede-lºſet'J, s. ## %. S3 SS ## inden pen tin, in); a beautiful la the eye, een schoon landscha harmony delights the ea Mºelighter Ideeltht'er], s lief "#htte Ide-liht'full, adj. be ### .. Delightfully Ide-liht'ful- belightfulness Ide-IIhtºf ukkelijkheid ## » adj, zo adj. ml, ## from death. v. t worden, lever adside, 't schip 1 een volle laag ; ten er a blow, een slag toebrengen, te r in truut, toevertrouwen, in bewaring g in labor, in barensnood verlossen; r in to hand, ter hand stellen; to deliver uitleveren, to deliver up of ove te # '- # e-lſv'er], adj. vrij, vlug. eraneeſde-lYv'e-rans], s, verlossing, levering '. r Ide-lYv'e-rer], s, verlosser, #ler 1n, vermens [de-lſv'er-ness], s. vlugheid f. ry ſide-lſv'e-ry], s, verlossing, overleveri re, levering, voordracht, uitdeeling f. dal n.., krul m.. ravijn, hol n. [dël'fin], adj, tot den Franschen Ko. onprins dauphin) behoorende; de 1 e dolfijnen behoorende misleiding. e- mºda-blº, adj, vatbaar voor bedrog, Ititie J, -een , vt. misleiden, be- ſerijdelen, teleurstellen. r Ide-lu'derj, s, bedrieger, misleider m. ng ## s verschalking, misleiding f. [de## s. zondvloed m., overstrooming [dèl'yndg] -ed -ing, vt, overstroomen th aramien, met legerbenden 1. w de-luºzhun], s. begoocheling fi, bedrog n. elitº # #ers [de-lu'so-ry], adj, be- ng, fie in tºeness, s bedrieglijkheid, de-mean' Dºerneanen vast goed in. | | domein, goed, aag f., eise w n demand, op zicht, a note demand, een wissel (betaalbaar # # d, zeer gezocht met & diemi-eannon fiëm'my-ch erg - ## ## w Mºennenne Ide-mâin'J, s. domei f 4. N m'nun], s. dertigponder zes-en-dert ## m. 33% # Demi-erons d#nºmy crossj, s. St.-Jacobsstaf nºemi en ºverintdém'my-eiilver-inj, s negenpo tienponder m. Mºesmi-dei fy Idém'my-de'I-fyJ, -ed -in ver oden, gedeeltelijk vergoden. » '- zº emi-devil Idéan'my-dev'vlJ, s, halve duivel ºm I»emi-god [dëmºmy-gödj, s. halfgod m. HDemi-godden- [dëm’my göd'dess], s, halve got te bemi-grate Idém'I-gratej-ed -ing, v.i. verhui tiAermi-gration [dém''i-gra's hunj, is verhuizi Demi-islasad Idém my-1'land]. s schiereiland Hºe mijn hºn [dém'1-jönJ, s, mandflesch f. Demi lanee [dem'my lâns], s werpspies f nºemi-natured Idém'my-na'tyur-edj, adj. t van rassen . (dood in emise fde-mize'J, s, overdracht f, overlijden na, Bemise [de-mize'J -ed -ing, vt. overdragen, bij uitersten wil vermaken, verhuren; to demise by 1eane, verpachten, verhuren. ## w Mbemi-semi-quaver Idém'my-sëmºmy-kwa' verj, s. 32ste noot f. ſking, vernedering, thermission [de mïs'shu.nl, s, afzetting, onderdruk Demissionary [de-mis's hun-ary],adj. overdrachts... onderdrukkings... afzettings... # [de-mYs'sivj, adj. nederig. N Demit [de-mït'J -ed -ing, vt. laten vallen, me derleggen ſan office, een ambt), onderwerpen (to Democraey ſie-möc'ra cyJ, s. volksregeering. Rºermoerat [dém'o-crat], s, die een volksregeer voorstaat, democraat m. w N- Vermoeratiezalfdëm"o-crat'i-cal] adj, democr emocratically m-o-crât' -- t'i-cal-ly], adv. mocratische wijs -- -- g, vat. half afbreken, sloopen (bv. an in her ſide-mölisher], s, afbreke Demoii- Demolition fdém''o-lish'un] + Demolin mölºisi verwoes IJ, adj. , adv. o lijken, demoraliseeren, populair, algemeen, tot behoerende, » (zachten. #ºber e Ide-müls J -ed -ing, vt. sussen, ver- blºemen leent Ide-miil' # adj. and s, verzachtend, zachtend geneesmiddel n. .. naar [de mur"J, s, weifeling, onzekerheid, moeie- lijkheid, tegenwerping f .. enaar Ede-murºd -red -ring, v.i.&t. aarzelen, weifelen, moeielijkheden maken, ºftalmen;fschertsen. Mºenaere Ide-mûre'J, adj, stemmig, deftig, zedig; hºe looks aan de nature as if hutter would not met in his mouth, hij ziet, alsof hij geen tien kan het vol aat ##### te benauwe ſde-mure’1-ed -ing, v.i. preutsch zijn.' De murely Ide-müre'lyJ, adv. stemmig, zedig. Mºermureness [de-mure/nessJ, s, stemmigheid, ze- digheid, preutschheid f, .. ºpenmurage [de-mûr'radg], s onkosten van ligda- gen; days of de amurrage, ligdagen. Inenauerrer [de-mur'rer], s, weifelaar m., exceptief. HP en Idën], s. hol, leger in. t van wild) ; a lions den, een leeuwenkuil ; a dºen of robbers, een roovershol, Men Iden] -ed Menary Identa- "Menationalize van de nation .SNS X.X. # adj, tientallig. # e-na'shun-al-Ize] ale rechten berooven. y'J, s ontkenning, weigering f. .. » rij, Mbendro... [dën-dröj in samenst: boom..., dendri-forma, boomvor » omsteen, versteende boom of plant, dendrology, boomkunde. . enishte, [de n!'a-blJ, adj. loochenbaar: ial # , s, weigering, verloochening ºf de nier], wonen. -ed -ing, vt. s, weigeraar, verloochenaar m. rate ſdén'i-grate] -ed -ing, v.t, zwart ken , lasteren. . ... . . . . . . . . . . . . . . ization Idén''ni-za's hun J, s, naturalisatie ºf izen [den'i-zen] W en is, bewoner m. ####### » .. enizen [den'1-zen] -ed -ing, vt. burgerrecht verleenen, naturaliseeren, vrij maken, &#%& tin Idén 'mark-sattini, sº everlast n. Ide nòna'i-nate] -ed -ing, v.t, moe ## aat tot ént inent fignij Mben tal Idén' Ebenuaneiatory Deny Ide-ny"J -ied Ide-n Hºe obstreaent Ede- boomvormig; dendro-lite, theeonerate Ide-ön'er-ate] -e + Hºe oprit , s. vreemdeling die burger ge- | Reoxi t], s. deuk, J - ed - dën'tal], s. is en dat tientaij, diental en regery inentated Idénºta-t N inentiforn, Idén'tt-form], N- geen rifriee Iden'ti-friss J, s, tandpoeder n. inentint Idën'tist], s tandmeester m. Mentintrº Edén'tis try], s, tand iters lie Eberstition Eden-tish'unj, s, het tandenk toen tize Iden-tize'J - ed -ing, vt. o tanden krijgen. # # Hºe nu de ſde nüde J, tºen u date Ide-nu'dat -ing, v.t. ontblooten. » » N Mbenudation Eden-nii-da's hun J, s, ontb De nu neiation Ede-nijn''c1-a'shun.1, s. aanklacht f. %. # » Denuneiator Ide-ºntin'shi-a-ter]. s.aankon Ide-niin'shi-a-to-ryl, ad; kondiging, aanklacht #" ## # men, ontkennen (bv. a ling, weigeren (aan, toº N zich zelven verloochenen zich all zeggen). ## De obstruet Ede ob-striict'J-ed -ing, meringen wegruimen, # bb'strii-entj, adj Deodorize Ide-o’dor-ize] -ed -ing, maken, van stank zuiveren, d i. Deontology Ide-on-töl'o-dgy], s le verplichting f. # + De oppilation Ede-öp-pi-la'shun], men van een verstopping in ppilative Ide-op'pr-la-ti + Ineosen late fde-bs'eu-latej + Mbeosentation Ede-ös-cu-l neoxidate Ideeëx stof ontdoen, des De oxidation, Ineoxidi zat öx-i-di-zaſshun], s. het ont oxidatie ºf (stof dize [de-ºxt-dized - & #avenum, 'i-na-tiv], adj, ## s. benaming #aard tiidend, noemend, ## » merkbaar, aan induid ## n duidbaar. In ig f. # , verarmen, Ide-péct'i-bl], adj, taai, dik. tºen de pêc tila's un], s. besteling va # nd'J -sa-ine. v.i. hangen, afhan- , in dienst zijn van , from the tong ieieien depend, van den be- hangt lange ijzel af, a cause depend- e , eene zaak die hangende ſo et gerechtshof, to depend on of exposs, van, rekenen op, steunen op, vertrouwen n; our happiness depends on... on gt af van...; we depend on the word iends, wij bouwen, vertrouwen op hij, adj. vertro -pën'dant], moet endent ingeling # -, adj, afha self, zich # Deportation fdep-por-ta'shun], s. deport Mºeportnamen # s, houding f.., g nbeslist) hieposit Ide-pöz' geven, te pand ge in. v tation Ede-pö #" # en, depo gedrag Eneposable ft #p zºa-blJ, adj. afzetbaar. Rºep osai Ide-po' zal J, s, afzetting f. HPepone [de-poze'J - ed -ing, v.t.&i, afzett getuigenis afleggen. (tu Deposer [de-poz'er], s. ontzetter, onttrone Eºepo-ing [de pozing], s. onttroning f. f it], s, pand n.., storting eel -ing, V.t. : 3- >:- << ew n, deponeeren, storten. Depositary Ide-pöz'i-ta-ryl, s. bewaarder m. eposition [de-po-zïsh'un], s. getuigenis verklaring, afzetting ºf »epositor tde pözº terj, s. storter m. twaarde Erepository Ede-pöz't-to-ry], s. bewaarplaats ºf vot [de-poºl, s, winkel ravation Idép-ra-va' ouit Ede-pöz' g], s, bederving, verleidi w ing-ly], adv. verleidelijk W tyJ, + Depravenment Ede-pr! bedorvenheid, verbastering f. W dép' bl], adj, afsmee 're-cate] - ed -in dép' ## . 1e Ide-ri' va-b . # # vahty Ede-riva-blyJ e-préss'ing-lyJ, adv. op drukkende Enerivate Ide-r1' vate], .. Ide-présh'unl, s drukking, verminde- tºerivate Ide-rivate] -ed - # v , neerslachtigheid f. Enerivation [dérºri-va'shun], s, afleiding ressive ſide-présstivJ, adj. nederdrukkend. | Enerivative Ide’rºv'a-tivJ, adj, and sº a nepressor Ide-préss'er], s, onderdrukker m. afgeleid woord n. » # De privahle # , adj, beroofbaar. (lies in Eberivatively Ide-rYv'a-tively], adv, b .. eprivation Idép-ri-vaſshunj, s. berooving f, ver- soerive [de-rive'J - ed -ing, vet.&i afleide ive Ide-prive'J -ed-ing, v.t. berooven (of, ten, afstammen, voortkomen (from, van, ui }, afzetten, ontzetten t van een ambt). | Mºerma Idèrml, s, huid ºf 1. river Ide-priv'erj, s, beroover, uitzetter m. | En eenmaal Edèr mall, adj, huid. ,, tot de huid be dépth], s. diepte (bv. of a river, eener Hºevennato... Enermo... in samenst: hu rivier, of eolor, van kleur , of sound, van matography, beschrijving der huid, toon), diepzinnigheid ºf, oceaan m., midden in ºf rozny, ontleding der huid. # depth in the hold, holte in 't ruim ; depth of Ebern falern], adj, eenzaam , treurig, wreed mail, diepte van een zeil ; depth of the keel. Hºernful Idèrnºfü1], adj. droevig, treurig. dikte van de kiel, briny deptin, pekelveld; in | Derogate ſdêr'ro-gate], adj, besch the depth of the winter, of the night, in het rogate [der'ro-gatel, -ed ing, v N 't hartje van den winter, in het holle van den | doen, afbreuk doen, benadeelen, bened hleen Ediëpth'less], adj, zonder diepte. { nacht waardigheid handelen, # # de-purce-late] -ed -ing, vt, ont-innerogately Idër-ro-gate-lyJ, adv. vermind : "E" is," , X. S. - - - - - - << <.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . #ſti Hierogation Idërºro-ga's hun], s. se Ide-pülse J -ed -ing, vet, verdrijven, » pulsion Ede-ptil'shun], s, verdrijving, terug- krerogative ſde rögſa-tivJ -tory I 11, 1, » (stooten adj benadeelend, verkortend. S isory ſide-pü1'so-ry J, adj. verdrijvend, terug-Berriek Idér'rick J. s kraan f: dirk S te Idép/u-rate] ed -ing, v.t, zuiveren. | and spann, dirk met spruit, hanepoot en # ## s. zuivering ºf per; derrick and fait, looper van den dépºii-ra-to-ry J, adj. zuiverend ſtatief. | den boom. -... . . # #yºu-taºhund, s. afvaardiging, depu-Edervis (h), Dervisie Idèr'visj, s. 'I -ed -ing, v.t. afvaardigen. Ebeneant, ### rede "J, s, afgevaardigde m., in samenste: m., variatie nd.... onder... S it, zij v d r ſdépºu-ty-cö1-1ëctor], s, plaats- Rºeseant ºf vanger m. # , zingen va nor Idépºii-ty-giiv-ver-nur], s. luiten. Deze anter I , plaatsvervangend s":# lui- Hºeseanting 3. treden, to desce . inkeeren, » # » # # ee g, wat begeeren ed -ing, vat ol gen, gen, verzoeken; to leave nothing to be shun], sº ontheiliging ed, niets te wenschen overlaten; all I d 'S-008S ..W stijn ºf al wat ik begeer; desire him to go in, verzoe rdienste f, , he has reeei- hem binnen te gaan. N # S ijn lºt krege Mºeniretean Tele-zireless], adj. vrij van verlangen . -ed -ing. v.t. Sºi verlaten, te ºnenirer [de zireerd, is begeerder, verlanger m. ert (f the army, deserteeren. ºnenirous [de-zire'us], adj, begeerig (of, naar) rter Ide-zèrt'er], s, verlaters deserteur m. HPeairouaness Ide-zir'ous-ness], s, begeerli reful Ide-zèrt'fûl], adj, verdienstelijk, begeerigheid, begeerte f. > . . . . . . . . . . . 33.33% ºrtion Ede-zër'shun], s, verlating, desertie f: rºesiat Ide-sïst'J -ed -ing, vi. (from) afstaan, tiean Ide zèrt less], adj, zonder verdienste afstand doen, ophouden met, afzien van, aflaten asly ſide-zèrt'less-lyj, adv. onverdiend. iDesistance fde ſet ansj, s, afzien in., afstand m, rtriee, Hºesertrix [de-zèr'trice, de-zèrt 'rººkj, Mºesaition Ede-slººs hun], s, einde n. 3:: â wegloopster f. » #Hoe itive Shºesiative ſdés'1-tiv, de-smst'iv], adj, ein: # èrv'J - ed -ing, v.t &i, verdienen. Eneak IdeskJ, s. lessenaar m. (digend, afdoend aine), waard zijn; to deserve i11 of, fabesk ſdëskJ -ed -ing, v.t. in E#n slui ate diensten bewijzen aan te denerve vve 11 ten, wegsluiten, vergaren schatten). (mist zich verdienstelijk maken jegens. Mesolate Ideso-late], adj. verlaten, eenzaam, edly Ide-zèrvºed-ly], adv, maar verdienste. Rºesolate Edeso-latej -ed -ing, v.t. ontvolken we ba: ## is, man van verdienste m. t verwoesten. (mistroostig tde-zèrving J, adj, verdienstelijk. Desolately Ideso-late-ly], adv. verwoest, ontvolkt, Ide-zérving-lyj, adv, maar verdienste. Desolater Idés o-lä'ter], s, verwoester m. '-sºc'cant], adj, opdrogend. Desolation [dés-o-la'shun], s. verwoesting, ont de-sïc'cate, dés'ic-cate] -ed-ing, vt. king, mistroostigheid f. < # # # » » . Despair [de-spair'], s, wanhoop f. ; to be i ºn Idès-sſe-ca'shun], s, opdroging ºf spair, wanhopig zijn, # # te Idees ſcºa-tiv], adj. # rogend. ,, Despair [de-spair'J -ed -ing, v.i. wanhop # cºa-tivJ, s, opdrogend middel n, despaired of live, wij wanhoopten aan e Ide-sſd'er-atel -ed -ing, vat, ontbre-lineupairinghy Ide-spair'ing-lyJ, adv. wa as en w ## wenschen, begreeren, Despatch Ides-pätch'J -ed # # -patch'tij - ::'. # s, pl. (desiderata) met spoed afzenden van kant maken, # Despateh Ides pätch'J,s, vaardigheid, haas s, ontwerp, plan n, be-linespeetion Ide-spéc'shun], is verachtin n n. Hºemperado Ides-pe-ra'doj, s, b # ing, vt. ontwerpen, voor- | Desperate Idés'pe-rated, adj, bestemmen ( far, to, voor). Er verschrikkelijk; 3XS hn'abl], # onderscheidbaar, ken- ziekte, desper ## # W J, adj. » # # » aſshun], 1. streep ſdès-pe-ra's hun], # Despicable Idés'pic-a-b # , s, aanduider, rangaan- Hºespieabien een ſºlides # » # anhopen. # » mee [de-spönd'ens], neaponderne # rietana ronde . # dºen-cy J, s. wanhoop, vertwijfeling, moe ## ... * # apondent [de spönd'ent J. adj, moedeloos, wan- pondently fde-spönd'ent-ly], adv. op een moe- delooze, wanhopige wijze. .. Deep onder Ide spönd'er J, s. wanhopige m. & f. #"# [dés’pon-sa'shu.nl, s. verloving f. ºneepot ſden'potj, s. dwingeland m. » Wºen pntie Ides-pijt'ie] -al, adj. willekeurig, opper- machtig, despotiek. (despotiek. en potiearly Edes pºtſie-al-lyJ, adv, onpermachtig, espotismen flits'pot-izm], s. dwingelandij f. eep umate Ede-spu'mate] -ed -ing, vi&t, schui- men, afschuimen, , & Desaert Idéz-zèrt'J. s. dessert, nagerecht n. Haestination [dès-ti-na'shun], s. bestemming f. Rºestine Idés' tinJ - ed -ing. v.t, bestemmen (to, for, tot voor 1, bepalen. # Inentinistſdes/tin-istj, s, geloover aan een noodlot m. niatiny ſdés'tI-ny], s. noodlot, lot n. ; de etinx reader, waarzegger; the three destinies, de drie schikgodinnen En entitute ion [dés-ti-tii'shun], s, ontblooting, hulpe- eid, ontbering f. » Ide-stroºi -ed -ing, v.t, vernielen, ver- de to destroy all peace of mind, alle ge oedsrust verstoren, . ! gankijk. royable Ide-stro1-abl], adj. verdelgbaar, ver- #%# #"# s, vernieler m. ility Ide-striic-ti-br1'li-ty], s, verniel- de-striict'i-blJ, adj. vernielbaar. -striic'shunj, s, vernieling, verdel- ng f; to come to destruction, delgd worden. # : [de striietivl, adj vernielend, %. vely Ide-striicºtiv-lyJ, adv. op vern: . # » . . . . . . . W. wº. ten nºg dation [dés-u-da'shun], s, het overmatig zwee- etude ides'we-tude], s ongewoonte hij tien fde stil'phu-ra-shung, s ontzwave | uchtig, onsa- Idésºul-to-rºlyJ, adv: # op onbestendige wijze 'tº 1 # %. # moedeloos t hopend, Hºeteriorate Ide-te'ri-o-räte] fiësſet-tutej, adj. arm, ontbloot tof, vani. | # ing: f. In nisneming n. .. # Detainment Ide-tain' ment] houding, ophouding ºf Deteet fde tëct'J -ed -ing, vt. onſ Heetecter, mºetector iſ de tec-ter J. s ont "Metection Ede-tiëc's hun J. s, ontdekking .. Mºetent [de tent' J, s. lichter van een slaguur Ebetention Ede-tën'shun], s. achterhouding, ge genzetting ºf. # # # Deterſde-tèr'J,- ed I-tèrd"J -ing, vt. afst terughouden t fronn, van), afwenden, belette Deterge Ide-tèrdg'J -ed -ing, vt. zuiven Hºe tergent [de-tèr'dgent], s, zuiverend # verergeren, erger maken, - worden, beterioration Ede-teºri-o-ra's hun], s, verer fºeteriority [de-te-ri-ör'-1-ty] s, verva tºeterminahie [de-ter/min-a-bij, adj, beslisb metersninate fde-tèr'mi-nate], adj, bepaald, + Ebeterminate [de-termi-natej, vt, zº mºet eraan tºeterminately Ede-tèr/mi-nate-lyJ, adv. ben Rºetermination Ide-ter''mi-na's hun J, s %. einde na, uitspraak, bepaling # f, 'min-à-tival, al ## alend # .. ## Mºeterminative Ide-ter Beterenine [de ter/min J ed -ing, vet, besluiten, beslissen (bv. a cause), eind besluiten tot, te, die uitslag determine on of upon, event determined h zijn lot; this determined besluiten (bewoog hem), in eea water, het zoutgeha inetermined fde-tiërmºindj, Mºetermined by fde-terºmſ Ereterration fd.ë-ter-ra'shun 1 Mºeterring iſ de terºring, adj meeteraion fde-tèr'shun J. s afw # ## 8. afschrikken ## » Ineternive de ter'sivl, adj, zuiv Heetest ºf de test ºf eed -ing, v. De tentable Ide-tëst'a-bl], adj, verfoeie Mºeten tah te nemen. Ideetést abl-ness], s Ibetes tably [de test 'a-bly J, mºetestation Ede-tes-ta'shu #ºeten ter Ede test er ## ## ver o-ri-messj, 1: vluchtigheid, hºe ſbesten veranderlijk tºed1, adj, beschadigd nl, 5. #". d, ieen -ed -ing, vt. mederstooten, 'Jagen, #, '-triing'cate] (knotten, [de-tring-ca'shunJ s afknotting f. -troozhun], s meerduwing, neerwer- dueel, s, twee (op dobbelsteenen en speel- 1 f. , duivel m., deuee take him for a e duivel hale dien schelm I » , de auto.... in samenst.: tweede...., uit ## » .. { apocrief anonical ſdeuºte-ro-ca non't-cal], adj. eroganas. Ideu-ter-og'a-my],s tweede huwelijk, ronomy Ideu-ter-ön'o-my], s, vijfde boek van in fde-và-po-ra'shunj, s. verdamping ºf ºv'as-tate] -ed-ing, v.t. verwoesten n Idiëv-as-ta'shunj, s. verwoesting ºf -ed -ing, vat.&i, ontvouwer tevaete, begrip ontd #viii:" Hºe vitrify [de-vrt'rify] -ed -ing, Eshing 's. duivelsel ry], duivelsche s Ibeviour Ideºvieusj, 'dwalend, al d', bevio namens [de'vi-us-nëss],s afwijking, afdw inevisable Ide-vtze'abl], adj, vatbaar voor on -ed -ing, vt. af- » & : 3 # ping, - voor erflating. %. EDevise Ide-vize'J, s, erfmaking f. ## Bºevine Ide-vize'J -ed -ing, v.t. verzinne den, legateeren. W Mºevisee [diëv-i-zëë'J, s, aan wien iets vermaak Enevieer file-vi'zer], s. verzinner, uitvinder m Wºevisor Ide-v1'zer], s. erflater m. .. tenevitable ſdëv'i-ta-bl], adj. vermijdbaar. finevitation [dév-4-ta'shun J, s, ontsnapt #### » S .. 3 ken iglas . . . < tºevoeation Idév-o-ca'shun], s wegroepi »evoid Ide-voïd"J, adj. ontbloot, vrij ; dev understanding van het verstand beroofd Enevoir Idëv-vwor'J, s, plicht m., plichtpleging bevoºrtation Idév-o-ra'shun], s. # f it, en, hºeven is y [de volta-ry J, s, vereerder, aa en nevolution [dév-o-lu'shun], s. Saardst toevallen, erven n. %. n:# Ide-völv'J -ed -ins vasi. neder, Ebevote I rolien, ## (upon, overgaan op, verval! (on, spon de-vöte'I - , vt. wijd . an devoted lanana un-alj, adj. sods 'shun aliaij, ied [dti'im-pèr-led'j, adj, met edekt (bepareldt, » nººi-nessl. s dauwachtigheid f. ti'lâp J, s, kossem na. » < Edmºless], adj. zonder dauw, Hºevv-point Iduºpoïnt], s. dauwpunt n. ºnew-anair Idu'snail], s, slak f. .. Lºew-vvoran Edu'wurna], s, worm m. Krº. revvy # # adj, dauwachtig, bedauwd. . te rity [dex-tër’rt-tyJ, s. behendigheid f. rous ſdéx'te rusj, adj, behendig, knap. usly Idiëx'te-rus-ly}, adv. behendig. ſday J, sº dev van Algiers. vife Iday wifel, s. melkvrouw f. (dend, » ial Edi-a-be-te'ri-alj, adj. grensoverschrij- balie Idi-a-böl'ic] -al, adj. duivelsch. » ealnese Idi-a-böl'1-call-néss], s. dui aard m., duivelachtigheid f. Diab # Edi-äb'o-lïsm], s. duivelsch karakter n.., # » . . . . . . . . . . . . . # # # # # # ## rende. Idi ac'o-nal], adj. tot een diaken behoo- iaeonate Idi-ac'o-nate], s, diakenschap n. niaconaties #leij, s, leer der geluid # & .. . I #emi, s, kroon fi, di ed veische adeem m, ſ m ver- . isierd, en een er ziekten. #ſhiagnose [di- iekte onderkennen, #hihi, es, se spantteekening, g, diagonal ribbane, senten, om 't oren, bij den aanbouw, diagonal trus- Idi #gºo-nal],s diagonaal f. (nen, steuners, a", -äg'o-nal-lyJ, adv. overdwars. agraphiea eschrijvend, zonnewijzer m J, s. tongval m., ''a-léc a-gram], s, meetkundige figuur ºf 1 Idi-a-gräfic, di-a-gräft rij » # eet Idi .. Edi-a ## Aak, tmenspraak Jºa-log], s samenspraak ºf i’a-lögl - ed -ing, via een #### ( Indiana ººiaper Edifa-per), s, damast in % # Dienst SV # #" ## N adj, di landri ### tweehelmige planten. » # Riapason, di-a-pa'zun], s octaaf n. Diaper. Edi'a-per] -ed -i erg, vt.&i. sc met bloemen weven, %.3 x: ,. 8. # Diphaneiis fan-a-faneri-tyJ. s doorschijnendheid Ediaphanie Idi-a-phân’iel, adj, doorschijnen | RPiaphanometer [di-a-fa-nom’eter J, s werkt de doorschijnendheid der lucht te we Diaphanoras Idi-affa-nus], adj, doors #Miaphonics ſdn-a-fönºnicsj, s. z. Di .. #### ºpiaphoreticſdi-a-fo rétic], adj, zweetvº .w Diaphragen [di'a-fram]smiddelrif, tusse # Diaphºragematie [di-a-phräg-mãtiel,adj, to del rif behoorende. # » Diarian Idi-art-an], adj. dagelijksch. Miariet Td1'a-rist], n dagboekhouder m. liniarrhoea ſdl-ar-rë'al, s, buiklt hniary fdiºa-ryl, s, dagboeken, t-, a diary fever, koorts, die éen dag du Diatribe Idiºa-tribe J,s, schimprede HBiatrihiat Idf-atºri-b : : : : : :S Mbit, ſa ": -ed-ing, nibhie fdiſh bl], s, pooti Dibbie [dſb'hij -ed planten, nry dº # ieetdieej'-ed - Diee-box Idiºceſböx # Die e-maicer Idie in icer Idiºcer], s. Ebieing Idi z'ing), s bieing-hons elkens [dſe'kenz X. 8.... 3W. . :S 'E# . die 'tate], is ge # tij, s. pande # .. di-dgestºled-ly], a .. #### gek aan rares aan je %, 3%&* . . . . . . . 'er], s, verduwer, he ter: f gaan ; ten die on the # - or, ji. eatibility Idi-dgëst-i-bri'i ty],s verteerbaarheid van eerste << inigentibie # adj. verteerbaar. rdwijnen, to die to the world, ººigestion Edi-dgest/ehunJ, s verteering, f. onverschillig worden. ººigestive ':# adj, verterend, doorda nier ſd1'er],,z. nye, anyer. » ºpigestive Idi-dgëst'ivJ, s. verteringsmiddel j, s, spijze f.., levensregel; rijksdag m. ring bevorderend middel n. # # . J - ed -ing, v.t. Sti, een leefregel voor- Eniggable Idſg’ga-bl], adj. graafbaar, delfbaar. dien houden, voeden, eten. » in #er Idfaſger], s. graver, delver m. .. :-a-ry], adj, tot het diëet behoorende spiegers Edſ:'gers], s, pl. sporen f, pl. N 'et'drink], s, drankje n. (len. Die ging Idig ging], s, mijn werk n. # # # ## r Idſtºfe la ed -ing, v.i. Sº it, teloen) verschil in ºnſ d! ht'J -ed -ing, v.t. sieren, kleeden renee ſdri/fe-rens], s, verschil, onderscheiden, ſlºeg it fdidg'itj, s, maat van 20 strepen f, .. , ſamtºfe-rensj, -ed-ing, v.t. onderscheidt inig it fdfdg’itj Hºegitate (didg'i-titel - ed - in chil maken, > (den, van als met dien vinger aanwijzen, # riºfe-rent], adj verschillend, onderschei-j dºet itated [dººdg'I-ta''tedJ, adj. gevingerd. [differ-én 'shalj, adj, differentiëel, on-Hºegitigrade Edmdg'it-i-grade], s & adj. dier makend ; differentia1 ealen tus, difte- de teen en loopt nºg op de teenen loopend. tening ; differentia1 duties, differen- tiAigladiate [di-gla'di-ate] -ed -ing, vt. sche ## SS3..'..., mutselen, twisten, {f., twist in Yfferent-fy], adv, anders. tiAigladiation [di-gla-di-a'shun], s, schermutsel W # , adj moeilijk, ongemakkelijk. Enig mification [dig-ni-fi-ca'shunj, s. verheffing, If'fi-crie-ness], is moeilijkheid, on-ºf vordering f. & » # # ## t maken. Enignifiedſdieºni-fied"J,adj, eerbiedwakkend, waardig, ## -fi-cºlºr-tate]-ed-ing,v.t, moeilijk ºpignify [dig'ni-fy] -ied -ying, v.t, verhooge Yffi-cult], adj. moeielijk", a diffie uit verheffen, vereeren, versieren, .. # eal with, een lastig mensch om mee te dºignitary [dig'ni-ta-ryl, s, kerkvoogd m. # # (ken. Dignity far:## s. waardigheid, defti N 1-ed -ing, vt. moeilijk ma-linºignotion [dig no'shun], is onderscheiding ,adv. op een #" Mººie ress Edi-grëss'I -ed Idiegrëstº J -ing, via u -ing, v.i. mistrouwen, joigressional, Hººigreaaive Idi-grës'sjun-a # siv], adj. afwijkende uitweidend, $## Migression Idi-grësh*unj, s uitweiding, af e. Eike Idike] ed Eft wat te Hººilaeerate Idi-läs'se-räte] - scheuren. » S. # laceration Edi-lâs-se-ra's hun], is van Dilaniation fdi-la-ni-a's hunj, s. vers abilspidate Edi-läpºi-date] ed -ing, v. vervallen, verwaarloozen, doorbrengen. ig. Enilapidation Edi-lipºi-da's hunj, s verwaa ijdel vervalling, verkwisting, doorbrenging ºf uit-nilapidator Idi-lap'1-da-tor], s, verwaarlo kwister, doorbrenger, verwoester m. inity Idi-laºta-bri'i-ty], s vatbaarhe zich uit te zetten ºf # # hilatable Idi-la'ta-bl], adj. vatbaar Mººilatation Edſi-la-ta's hun J, s, uitzetti W.- ZSWR S late'J, # uitgezet, verwij , s moeite, zwarigheid ºf weiden ſinto, over afwijken, afdwalen ! # #% vt.&i # # diligence, to use diligen ch beijvere » # .. ent], adj, naarstig, vlijtig, # f iſl"Iedgent-ly], adv. naarstig. di-lu-eid], adj, klaar, helder, date (di-luiſcl-date] -ed -ing, vat. ophel- eidation Ede-lu-cl. da'shun], s. opheldering f. ## eidiy #. adv, helder, duidelijk, hij we # 'ti-ent], adj, verdunnend; - s. verdun- mend middel. # ## Milute Idi-lute'J -ed -ing, v.t. verdunnen, aan- mengen, verzwakken (eolora). Milution [di-lui'shun J, s. verdunning, aanmenging f. iluvial fdi-luºvº-alſ, adj op den zondvloed be- trekking hebbende, diluviaal. iluvialist Edi-lu'vi-al-ist], s. iemand die geolo- gische verschijnselen uit den zondvloed verklaart, diluviali (zwaar van begrip, Dim Idſm], adj. duister, schemerig, dof, glansloos, Bºim Idſm] -med Idrmd] -ming, v.t. verduiste- ren, benevelen, overschaduwen. %3% # ſdſmºble], s. priëel n., cel f. Mººimension Edſ-mén'shun], s. grootheid, uitgebreid- heid ºf omvang; thwart dimension, dwars- scheepsche afmeting. Dimensionleae (di-m # én 'shun-less], adj, zonder af- meting; grenzenloos, onmetelijk oneindig # ,adj. de grenzen aan wijzende, # midate Idi mrd 1-ate] -ed -ing, vt, halveeren, midation Edim"ieda's hun], s, halveering f. .. I-mſn'ish] - ed -ing, v.t.&i. vermin- tleinen, afvallen, afnemen, to , iets wegnemen, aftrekken van. » leſdi-mYn 'ish-a-ble], adj. verminderbaar. minisher Idi-mïn'ishrerj, s, verminderaar m. Binairaishingly ſdr-mſn'ish-ing-ly], adv. verminde- % # # # & # adj, verminderend. [dſma'i-nuitej, adj. klein, ſwijs, ly ſdºm'i-nute-ly], adv. verminderender- aution Edºm''i-nu'sh nk, verlaging ºf ſv toon E. Z Idi-mººn'ti-tiv], adj, klein, gering. Idº-min/u-tivJ, s, verkleinwoord in. mYn'u-tively], adv. verkleinender- # .. % . 3. # d, minachtend, (deren. # mieation [dſm-t-ca'shun], s, gevechten, twist m.| dimi- | Eniphy itous ſdſtºfſl-lousj, , un],s, vermindering, min- # #ion, s, schurk in 'döngjs, het gebombam der klein, dat na vallei f. adj, vuil, duister, dof. ºf ham, Mºining-room [diºn Mºining-set [diºning-set], s, tafelservies in, Birming-table, Whinner-tabie Idiºning-ta-bij, EMinner Idſn'nerd, s middagmaal n, Bianaerless [dſnº'n er lessJ, adj, zonder middag Dinner-time ſdIn'ner-time], s, tijd van het dagmaal m. 33. » » Bºint Idfnt], s, slag, stoot m., geweld na, de macht f. , by dimt af, door kracht, door mi van hy dient of a woed, met het zwaa Hºint Idfnt J - ed -ing, v.t, deuken, beu ##nisaunaeration Edi-nii-mer-a's hun J., s. o Erikseenan Ediſo-ceº'san, die ós'e-san J, s. Mºio eese Idºl'oscese"J, s. bisdom, sticht RPioptrie [di-op'triel -ai, adj. tot de str behoorende. # # inioptries (di-öp'tries], s, pl. leer der straalb iniorama fºtº-o-ra'maj, s, diorama f. # Hbiota Edi-oºtaj, s, wijnvaas met twee hand Dip fdſp], s. indooping, helling ºf ; needle of magnetie dip, hellin meetnaald; dip of the horizon, kimduiki Dip [dſp] ped (dipt] ping, v.i. &t. doopen, bevochtigen, betrekken in, duiken, te dip in of in te steken -, deelnemen aan, doorbladeren tbv. a nas of books), hellen; to dip (o scheppen uit, to dip into, de Hººip-ehiels ſarpºtchickl, s. duik Hººiphthong [dºthong], s, tweek diploma, Diplomaey Ed! .. . Diplomate Idºp' W Diplomatie L. # 'lo matti J Diplomatica ſlip lö-mât Diplomatist ſdx-plö'ma-ti Idºpºper! Diploma Idºſ-plo ma], s. ſpºlò-ma-e, mini nesi, s geringheid :| Idſm'ish], adj, donker, Ali .. d -ing, vt. verlof gev huren, » » < dof. In n], s verlof tot vertrek in. | | en tot in --- gree'J W t overeenkom rëp'zhunj, s. plu lijkzang m. pook, dolk m. ; tree'a bly], adv, onaan a-grëë'ment], s, tweed - - - - -- tverv (dms-al-ledg'J -ed-ing, v.t. va # ### v [dſs-al-loû'J -ed -ing, v.t.&i. J. e nºg, wat beslijken, bew ## niet toestaan, weigeren. # [dirt'T-ly], adv. op een vuile, lage wijze. Dieallowable [dis''al-lou'a-bl], adj. nie [dirt'ï-ness], s, vuilheid, morsigheid f. | |baar, ongeoorloofd. # ## adj, vuil, laag. W.----, -Zw - Disallowanee Idºls-ai'loii'ans], s. 'J -ied -ring, vt. bevuilen, onteeren, Raisally Edſs-al-ſy"j -ed -ing, v # | verbond sluiten, is verbreken (een ruption Idi-rip' s. vaneenbersting f. |f Mºisane hor, Idſz-ſing'ker] -ed -ing, isability r], s, onvermogen n.., on- 't anker drijven. bekwaamheid evoeg # f, # ":" [dſs-an-dgël'1-call, adj. n w Zº # aan w ZW.WV-WE ### : ### ti ## '- # # w # ## isanimate [dſz-an/I-mate - ed -ing, R. Dinanimation [diz-an-ni-ma’shun], s, ontmoedi- '- N--- -- -- | ging, meedeloos making ºf, -ment],s. ongeschikt making ºf Disannul Idrs-an-niil J -led-ling, v.t. 'J - ed -ing, vt. te recht. Dieapparel [dis-ap-pärtel] -ed -ing, niet helpen N--- ------------ -- eeden, ---- w # twennen. Die app # 8. ba w W ed in een I Discharger di id fi, noodlottig geval n. | Mºisehurch ſdns-te » horize fdſz-au'thör-ize] -ed -ing, v.t. | rang van gemeente in aanzien, van gezag berooven. S » een er kerk ontnemen % me h: Idſs-a-vouch'T -ed -ing, v.t. ont- # # # kennen, loochenen, niet erkennen. # # # S ## tºr isavow Edſs-a-voû'I -ed -ing, v.t. loochenen, iſ in eiple ## s, leerling na ontkennen, # Nº. ining f. | Eniaeiple-like ſd # adj, een leerlin Mºnavo wal Idſs-a-vou'al], s, loochening, ontken- ººiscipleship Idis-ei'pl-ship], s, leerli E# [dſs-a-voii'ment], s. loochening f. | Exiaeiplinable Idºſs'-ci-plin-a-bl], adj. ampspoedig. , adv. rampspoedig. #e is-lyl, al s'trous-néss], s. rampspoe- band Edyz-band' J -ed -ing, v.t.&i, afdanken is vatbaar, bestrafbaar. # , an army), uiteen gaan. .. niaciplinablen een ſd/s'ei-plin-a-bl-nes hart. Idis-bark 1 - eid f. VN--.N -... . S in g % WE'W » . . . . . . . . . . . . . . . . . . E3. ed -ing, v.t. ontschepem, | zaamheid, bestrafbaarhe 4 zetten ; Sont basten. &... :: Dineiplinarian [dſsºciepli » f Idºls-be- iet", s. ongeloof n. (Hooven. | in krijgstucht, streng leeraar eve idische inevij -ed -ing, v.t, niet ge HBisciplinarian Edis-ci-plin-aºri-a ever-fdms-be-lieverly s... ongeloovige m. , ,,piïnºa.ry), adj dat tot een goed arme fdſz-blame'J -ed-ing, v.t. van smaad, ribiscipline Idſsºci-plin J,s, tucht, kri te zuivere *: . . . . . . .x (den uitnemen, tucht, tuchtiging, bestraffing ºf branch Idiz-bránch'J -ed-ing, vt. de takken zen, in zucht -, toom houden, uid Idſz-biſdººl - ed -ing, vt. knoppen af-libieclaim fdis-claim'J -ed -i aarden Idiz-barºdnij - ed -ing, v.t. 8.i. onts to disclaim all right en zijn gemoed verlichten, # # # # Mººie eilaimer clai e Idiz'burs'1 -ed -ing, vt. voorschieten, tºen inelamat » » { betaling ºf fibieselose Edſs ensent Idiz-hiars' ment], s. vºorschot na, uit- ººiselone Edis-clo rs'erg, s, voorschieter m. l onthullen, a cälſce-äte] - ed -ing, v.t, de tdoen, ontschooien, .8: N eärdſj - ed -ing, vit, afdanken, uit- en in nnen, écarteeren ; to dineard the fol-fºtº ood, de dwaasheden der jongelings- ºf , to diseard erroneous p .. ginselen opgeven, vaarwel zet -car'natel, adj. ontvleesd. # 'J -ed -ing, vt, ontdekken ; [dſs-cép-ta'shun], is geschil n. j van -eep-taſtor J, sº b # | |niseolored rnººi - ed -ing, vat &i. sche kleur : va t and had, goed van kwaa - nººi amfit. n", onderscheid maken betw hen 1, | | | ### èrn'er], s, die o S zèra'i-bll, adj, dui -zèrn'i-qiy], adv. op ###### |- » hoewel ſolis-bou'elj -ed-ing. v.t, de #":# [dſsºci-piing - ed -i 1 #et onderscheid er taſs-con-cert ty tdrs-con- dis- N ## ongepastheid # con-nekt'J -ed -ing, v.t., schei- den tin, in), ::38:3gº:38% zag # is # [dis-cön'so-lan-cy J, s, troos- anolate Idis-cön'so-late], adj, troosteloos. naolately Idis-cún'so-late-ly J,adv. mistroostig. laten ess Idis-cön'so-late-nessJ -tion, s. tent Idis-con-tënt'J, s. ontev En in ## » erkt #"# -ed -ing, #" int'ed], adj. ented adv. misnoegd. ſnoegdhei 'or'mi-ty], s, ongelijkvor- -con-grui-ty), misnoegd ; f, 'fül J, adj, vol ontevre- theid veroorzakend, gl, adj, ontevreden- tºme # is. misnoegen na tYn'yii-abl], adj, voor sta- ese 1 [dſs-con -tºn'yu-ans] -nuation ing, storing, staking f: ,, en, scheiden, ophouden, etin'yiiser], s, staker, afbre- ieter -usj, adj. afgebroken ën i-eneel, s ongepast is-con-vententi, adj, ongepast. # # scheiding ºf iv - Mºiseous ## adj. plat en rond, bord vorm teloosheid i..] Idis-eon tentºed-ness], s. mis- | 1-tyJ. s afbreking f: , adj, same # re e-us], adj, onb . 'tye-us-lyl, adº s, onbeleefdheid Edſs-court'ship], s. oneerbiedigheid Discover [dis-ctiv'ver] -ed -ing, vt. ontdek vertoonen, openbaren (bv. a. eeeret] ; Dohannahºn discovered America, Columbus ontdekte Ame ###### x (zichtbaar, waarneembaar Discoverable Idis-ctiv'ver-ra-bl], adj. ontdekbaar Mºiseoveree Idis ciiv'ver-rer], s ontdekker m. EDineoverture fdis-ctiv'er-türe], s. ontheffing der vrouw aan het gezag harer man. < # HBiseovery Idis-ctiv've-ry], s. ontdekking ºf Diseredit Idis-crédit], s. oneer, schande f, wa trouwen n.. ; to bring into die eredit, doen # twijfel trekken, in miskrediet brengen, to bring deseredit on, schande aandoen, is eredit [dis-créd'it] -ed -ing. v.t. niet gelo ven, in minachting brengen, onteeren; ther in discredited, aan dit verhaal hecht me getoot. » X-X :>> . # Lºiscreditable Edis-crédit-a-bl], adj. schan En is er eet Edis-creet J, adj, voorzichtig, bese anisereet 1: Idis-creëtºlyJ, adv. omzichtig. Episcreetness Idis-creet'ness], s, voorzichtighe scheidenheid f. # 3% ### Eniserepanee Idis-crép'ans], s verschil m., on Dinereparat [dis-crép'ant], adj, verschillend, Mººie erete ſºlis-crëetſj, adj. afgescheiden. ( Discreteſdis creet J-ºed -ing, vit, scheiden, a MDiscretion [dis-crësh'unl, s. voorzichtighe oo deel ne, bescheidenheid ºf ; years of deseretion, jaren van onderscheid; to surrender at de eer tion, zich op genade overgeven; it in at your deseretion, gij zijt er meester van. NS... :S Er is » ry J, adj, onb Discriminative [disse » Mºiseri #ivels [dis-crïm'1-na-tïve-lyl, # # mººi-na-tiv], adj. onde e et overeen: ieeriminator, # » . . . » $%&%$#%#$%#$:: l, s. #inonetairenevenoud, adj. ha e rij, s. zoeker aan ºneisen » Edis-ciishºuni, uitpluizing, berede tromen. S ie f: En inentitle Idis-en . s-cüssºiv],adj, verdrijvend; $beslissend. En inentranee Idis-en-trånce', tient Edis-eii's kent J, adj. ontbindend. ontwaken, bijkomen. # # % in [diz-dain' J, s. versmading f: | Diseaponeelſdºſs-es-polize'I -ed -ing, v.t, sc in Idiz-dain J - ed -ing. vt. &i, versmaden. |toisestablish Idºs-es-tabºlish] -ed -ing, v inful Idiz-däin' fül], adj, versmadend. een neerzetting verwijderen, # dainfully [diz-dain'fill ly], adv. smadelijk. nºisesteen ſdis-es-teem J, s., minac hieda Mºisdainfulnese Ediz-dain' fü1-ness J, s, verachting, mººie enteem ſais-es-teem'I -ed i hoogmoedigheid ºf Diseatinuation Idºs-és'ti-ma’shun Mºisease # s, ziekte, kwaal f. geringschatting f. ## ## -ed -ing, v.t, tongemak aan indinexereine ſais-ex'er-eizej -ed - mease Idis-eaz' » S doen, kwellen, ziek maken, te he diaased, zich zijn, bisfavor [dis-fa' vur], s, "# : Idiz-eazd'ness], s. *# ## # in # 1 gesteldheid 1, voortbrengen.de.j disfavor, in ongenade vallen, tºiseaseful [diz-eaz'fül], adj. vol ongemak, # Eninfavor fa: E# - ed -ing, wit, ":## Ediz-eaz'mentj, s, ongemak n.. onaan- #ongenade brengen, met minachting genaamheid ºf ######## # #######, <: . . . . . . . . . . . :: # isine # Idiz-edg: 1 - ed -ing, v.t. E maken, ºoie featuretdſs-fet'yurj-edi-ing, vt. misv Eriaenal # # -ed -ing, vitº, # "# #" , s misma sehepen, zich ontschepen. ping f. | schending, mismaaktheid 1. &#:33% 8%;: n inharitatie, ſdis-em-bär-ka's hun], s, ontsche- Bisfigure idis-fºyurej - ed -ing, vt. mis Mºie embarrassfdes-em-bär raasj-edit-rast] -ing,j, schenden, ontsieren. ,, --- # , te ontlasten, bevrijden (of, van). --3. misfigurement [dis-fºgyure-m *#embarrassment (dis-em-bar'rass-ment], ver-, ontsiering, mismaaktheid, f: sing, ontlasting, f, » » (ontºleren. Er Edis-fºg #r ; * #llien, die en biºlish] 5-ed -ing, vet, niefranchi: Efrºn tehizl, #" -" " " ,,E## lied ſais-em-bod didj, adj zonder lichaam. | ving van stads-, burge ijke e ſais-em-bog'J -nedf-bög dj-ing, |f niefriar ſdis-fri ar - '#, (#", #% uitstorten. ,,Er # E » a Maike 1, telt werpen, . isiearnis is lid is 1 X . nog ## 'ment], s. uitlooping, Diagarnishſdiz-gar' mish]-ed - g, uitwatering f. g # .. HBiagarrison ſdlºz-går'-reezn J - wel fai: howeij -ed -ing, vt. de van bezetting, ontblooten, landen uitnemen, ontweien. » N froisglorify [diz-gloºri-fy] -ed bowered Idis-em-broa'erdj, adj uit een ontluisteren, vern # ## ijderd, van een priëel beroofd. (ren. Mººie gorge Ediz-gorde ſdis-em-broï1'J -ed -ing, vt. ontwar- teruggeven (bv. iiigo ed Idis-em-ploïd J, adj, buiten betrek- Disgorgesnent f ty is ter er # & Disgr # Edis-en-a' bij -ed -ing, vt, buiten staat ministe e de macht benemen, onbekwaam maken. # mi # ºver :" ſdis-en-tchánt'J -ed -ing, v. een chantment Idis-en-tchánt'ment], s. ## ener # en een wet -ed-ing, mi, nee tais-en-eim bramsj, s. bevrij gefd 'J-ed-ing, vt. Sti, se enuously I ni-inhabited ## adj van b , Dis in herinon Idis-in-hér'ri-zunj, s, onterving he Disinherit Idis-in-hër'rit] -ed -ing, vt. zoo heer, zoo knecht; f. eets in his dish each #º1, # # w ## x rpen. item is interest [dis-In'ter-rest] -ed -ing, h] -ed Idſsht] -ing, v.t. opdisschen, to wheel, de holte aa to dish en werent aan en aden van bitterhede bille [dis-a-bIl' J, s, morgen gewaad n. atter Id(sh bütter], s, versche boter f. elout [dish'cloutJ, s, vaatdoek n. ; hºe h. e a mapkin of his dish-cio aat, hij heeft zij eid gehuwd. % t Idºls-hâh'it1 oniou." Idſ ## w doen vergezeld gaan, (ning verdrijven ed ing, vt. ontmoedi # k s. onterving f. ing, v.t. onterven. s, onterving f. ing, vit. &i. 't sheveled hairs, me # her'rit] -ed ritance Idºls-hiër 'it-an vei Idish-shëv'vl] d norde maken, vv in de haren, diz-ön' nestj,  * st-lyJ, adv. oneerlijk. es-tyj, s, oneerlijkheid f. , s. oneer, schande f. Fj - ed 'ing, vt onteeren, honoreeren (a hil1 of ex- dj, onteerend, adv, eerloos. ini, s. tegenzin ºm -ing, # tegenzin rena, van), # ſloza) -in # weet er een nee, | |IM in interne at Edis-in-tèr'ment], s. opgravi ## -ed -ing, vt. uit een wo- tiAisin ure Idis-in-lire'J -ed-ing, v.t. o Ys-har-mo’ni-ous], adj. oneenig. Hºi Ys-har'mo-nyl, s, oneenigheid ºf fººi härt’tnj een haar est], # oneerlijk, onteerend. * Dinimahunae [dis-in-hümet 1 Biainter Id ed -ing, vat, opgraven, uit het graf hale fººiwinterent Idis-Ynºter-rest], s. W’. ,,W zuchtigheid, belangloosheid f (baatzuch Die interested [dis-In'ter-rëst''edJ, aat" is w # # wagenwiel ge- Die interestedly fidis-Yn'ter-rëst''ed-ly], adv. be t witte (langeloosheid gelo08, '- ºois interestedness [dis-Yn'ter-rëst”ed-nes # is interestingſdis-in'ter-rest-ing],adj, bel ini-inthrall [dſs-in-thrall] -ed-ing, vt. b. vrijden is in thralinent Edis-in-thrâl'ment], s. # ## van slavernij f. , ntwenn [dis-in-va-lid'1-tyJ, s. ongeldighei s-in-vite'J -ed -ing, vat, een u ':# (wikkelen, ontwa $EYininvolve [dis-in-völvº J - ed -ing, v.t. en injection [diz jëe'shunj,s verstrooiing, ver ººisjoin [diz-djoin'J -ed -ing, v.t.&i, scheid Mººie joint #! -ed -ing, vt. schei deelen, uit elkander nemen, ontwrichten, v # # a fowl); uit elkander vallen, en waſ ###, >- Di-joint [diz-djoint'J, adj. gescheiden, af ni-jointedness Ediz-djoint'ed-ness], s.he | |den of verstuikt zijn. (st bi-jointly ## adv. in gescheiden fini-jud on [diz-ju-di-ca'shun], s, oordt beslissing f. # Di-junet [diz-djiinct'J, adj, afgezonderd, gesch Rºbiniaanse tien # iz-djiïne's hunJ, s. afscheiding Di-junctive [diz-djtine'tiv], adj afscheiden "# # #". afgesche « IdYsk], s, werpschijf, schijf f. # Riadne, raisië n#sj, s, onvriende ## ininvite, Idi 2 af, %: % ongenegenheid, beleediging f. : Dislike Idſz-like'J, s. verwijdering f.., afkee %3% to awaken dislike, tegenzin w w tege ke'J -ed -ing, v.t. in ; it die lijken na W -like' fülj, adj, mishagend. z-11" knºl -eet-ing, v ## w [diz-like' ness], s. ongelijkh iediker [diz-like'er], s. afkeurder na. is liking [diz-li'king], s. het mishagen in ºlinah [diz-lim'J -ed -ing, v.t. vermi ED islinan Idiz-lfm'J -ing, schild -inz. vt. ver "Eij #, # te [dſsºlo-cate] -ed ontwrichten. Eni, h W onterve nadeel n.; onb 1 -ed T#s ºf #" wn tdiz own' - ontkennen. is ie ººk nººit nººit in een . . . . . . NS wapenen, ontmantelen (bv. a fort), af-, # attakelen (bv. a. # » | Die ovvnment [diz-onºmen # ::::::::::::33 3 isismantier. Idiz-mant'fer], s, ontmantelaar m. liniepaceſdis-pace'J -ed -ing, v.i. rt Mismasic Idiz-maskº J -ed ing, vt. ontmaskeren. Mººie pair Edis-pairſ, ed -ing, wat ontpa Maismast Idiz-mast'l ed -ing, vt. ontmasten. #finiepand [dis-pänd"J -ed -ing, vt. zºiernay ## , s. schrik m., verslagenheid f. | | # uitspreiden, Als **is naar Idiz-may'J -ed -ing, vt. verschrikken, teniepansion Idis-päu'shun],s verspreiding, beangstigen, .. (slagenheid f: +Biaparadised [dis-pär'a-dist], adj, uit 't Hºienaayedness [diz-mayºed-ness], s, angst m., ver- verdreven. , , ſnen, verachten, o isanayfal fdiz-mäy'fulJ, adj, vol verschrikking. Die parage [dis-pär'ridg] ed -ing, vt, Minnae Edimen, s, tiende, tiend n. Biaparagement Idis-pär'ridg-ment], s, verklei Minnaenaher [diz mËmberj -ed -ing, v.t, ver- verachting, smet, blaam f. inken, van een scheuren, verbrokkelen (bv. an Dieparager ## s, verkleiner, empire'. N ſking f, ter, benadeeler, onteerder m. # Diememberment [diz-mëm'ber-ment], s, vermin- asieparaging [dis- ## timismettled Ediz-mét tldj, adj. van vuur en geest misparagingſy Idis-par'ridg-ing- beroofd, geestloos. .. Dieparatieſ die par"ratel, adj ongeli theismiss Idiz-miss'], s. ontslag n., wegzending f. "## [dis-pär'ri-tyJ, s. S:XN-VA- kniemiss Idiz-miss'] -ed -ing, v.t wegzenden, schil (bv. of -, in years, in jaren b afdanken, afzetten, niet ont" tenjº verklaren. God and his creaturen, tusschen God hnisnaissaiſdiz-miss'al], Dismission [diz-mish'un] schepselen. [nen lee 's wegzending, afzetting f. 3 * Dispark Idis-park'1 - ed I-pärkt] ing Die missive ſdiz-missivj, adj, ontslag gevend. Mººie parking ſdis-pärkling], s. openzette toismortgage Idºz-mor gadg] -ed -ing, vt. los- ## #, sen (een pand), » | #inispark de Edis par'kle] -ed in:# v.t, Biemount fdiz-mount'J -ed -ing, v.t.&i doen # Edis-pärt'T -ed E-pärtſedij in ,,afstijgen, afvallen, demonteeren, afstijgen, afzitten. 1 scheiden, van een gaan, van een scheuren *ienaturalize Ediz-nkt'yu-ral-izej -ed -ing, vt." (bv. the air), kalibreeren (a gun', het burgerrecht ontnemen aan. Eliapart Idis-partij, is vizier. ( is natured # adj, ontaard. (heid f: Dispassion [dis-pash' un], s, koelheid ºf . % bedience iſ drs-o-be'dyi-ensj, s, ongehoorzaam mººie passionate Idis-päsh'un atel, adj, ko Eiso bedient Idºs-o-be'dyi-entj, adj, ongehoorzaam. tijdig. obediently Idſs-o-bë'dyi-ent-ly], adv. ongehoor- Dispassionately Idis- ## de . En in passioned Idis-pash'und], adj, kalm, hey ſdºs-o-bäyºl -ed -ing, vt. ki. niet ge- reispateh ſdis-pätch'J, s afzen hoorzamen (bv. one's parente), ongehoorzaam met spoed fi, #. m., depeche f. zijn aan), # # » # Diepateh Edis-pätch'I - ed -ing, die bligation ſdºſs-obº'It-ga'shun], s, ondienst, m. afzenden, spoedig afmaken, dooden *isobligatory fdrs-ob'li-ga-to-ry],adj, van verplich- Diapateher ſdis-pätch'erJ, s. opz ting ontheffende. .. (bejegening ºf ger; dooder m. Elinebigement fdrs-o-blidg'ment], s onbeleefde miepatchful [dis-pätch'fü1], adj haa die onlige Idºs-o-bliºdg] - ed -ing, vt. ondienst haast te kennen gevend. is en liger Idſs-o-bliºdger], s. belºfte: m. #"#" #"# s. #", bliging Idma-o-bliºdging], adj. onvriendelijk..., "## dis-pel/J -ied I-peld"J -1 ginglyfdrs-o-bliºdging-lyj,adv. onvriendelijk, drijven, verdrijven (bv. darknee, ingness [dts-o-bliºdging-nessJ, s. onvrien- duisternis, vrees, zorgen); to depel fzending, # en htig ijkheid f. (wijs n..! twijfel opheffen. ºp in # # # # # # # worbedſdiz-orbdºl, adj, uit zijn kring geworpen. Er is pender Idis pénd'er, is verbr %. ' ſ diz-orºderij, s, wanorde, verwarring, on- Dispensable Idis pºëns'a-bl], a VN esteldheid, ziekte, kwaai 1 slagen, vrijgesteld kan worden. idi, brºder]. -ed -ing. vt. verwarren. Dispensary Edis-pén'sa-ryl, s. , onpasselijk maken, van streek maken laboratorium n, waar g # ſonpasselijk, worden) #ieraj, adj, verward, ongesteld, nierenaation tamepën-sh Idiz-orºderp-ness], s. wanordelijke ontheffing, vrijstelling, de, verwarring ºf bin iz-order-ly], adj. and adv. on: # ## te [diz-or'di-nate],adj, ongeregeld, bº Idiz-or'di-nate-ly buite # za'shun], s. v. e pers'j -ed I-pèr # # zich verstrooien , th # uren uit 11, erºsed-ly], adv, verspreid. # 1s-p , s, verspreider m. - verspreiding f. , verspreidend, ver- » » 'w { maken, dis-spir'ritJ -ed -ing, vt, moedeloos w y [dis-spïrºit-ed-ly],adv. ": S- 111g, # w » ## # ispiritedness Idis-spïr-it-ed-ness], s, moedeloos- iteen was "#, adj. wreed, woedend. •pitieously [dis sprt'e-bus-ly], adv. boosaardig. ## ſ": ### lace'ment], s. verplaatsing f. ### een-ey], s, onbehaaglijkheid, "- t overplanten, nt'1 -ed -ing, v.t. verplanten, Idis plán-ta'shunJ, s, verplanting f. [dis-plantſingl, s verplanting, over- plat' 1 -ted -ting, v.t. #n, s, vertooning, ui ---- layºu '-playd'] -ing, v.t.&i. ºn en, ten toon sprei- den. tvouwer m. t. Hºe is ## -- apany dia- geschiktheid, neiging at ten o’eloek, het gezelschap ging te n ## s, verstrooidheid, ace'J -ed -ing, vt. verplaatsen, ontvlechten. | uitlegging, ten-|1 Idis-pt zº ing], s. sc [dis-po-zïsh'un J, s, ---------- f, aard, a oml; die position of body, lich g gestel; die position of maind, ## niepositional ſd/s-po-zr'shun-al], adj. tot schik- king behoorende. ipalend. + E is positive # adj, beschikkend, be- tºispositively [dis-pöz'1-tiv-lyJ, adj. beschikkend Diepossess Idis-poz-zëss' J -ed -ing, vt. uit hezit stooten, berooven (of. van). W Mºispossession Idis-poz-zësh'un], s, ontzetting in Bisposaessor Idie-poz-zëss'er], s, verjager m. en in praise Edis-präiz'J, s. misprijzing f. f, mººie praise Idis-praiz'J -ed ſ-praizd'] -i misprijzen, iaken, wraken. . ED is praiser # s. misprijzer m tºis praisible fdis-prãiz'I-bl], adj. laakbaar Mººie praisingly idis praizing ly , adv, afkeu Mººie pread Idis-préd'I -spread, -ing, vt.& uit-, verspreiden, uitstrekken. '- Dispreader [dis-prëd' s, verspreider, bekend maker m (vangenis vrij la HDie prison Idºs-priz'zn] -ed - » : #3::::::: t misprivilege Idºs-prºv'I-ledge] -ed-ing, v.t. van een privilege berooven. # -ed-ing, v.t. onder de waarde ## (van iets afz Diprize [drs-prize'J schatten, geringschatten Dieprofessfdis-pro-fess'1-ed-ing, vt. de bel Die profitſdºſs-profit J, s, verlies m., schade f. nieprofit die profitjº-ed-ing,vi verlies - nieproof [dis-proof J, is wederlegging f. misproportion [dis-pro-por's hun], sº one Disproportion [dis-pro-por's hun] -ed -ing, v.t. onevenredig maken, zo heid samenstellen, w t tºis º ed - is ## v,t. is p » -------- ---------------- ## Edis-prôôv'er], s. weder1 »purvey [dſs-pur-vä'J -ed-i Iran purveya nee ## iDisputable Idfs/pu-ta-bl], adj. bet Disputant Edisºpu-tänt], s. Dieputation Idºs-pu-ta's hun], s. & »us Idºſs-pu-ta'shus] stziek. ###### 5- ss], adj. onbetwistbaar. spºt s. twister, betwister, der me. (vo in # #rs .. e een tient ºf ary % verschillend, afwijl l, navorschemd. AR N. . . . . . . . . . . . . siºniseert Idis-sert J. k, Idſz-ränk J -ed -ing, vt. den rang be- tºissertation Idºls-ser-ta'shun] len, in wanorde brengen. W Dissertator Idisºsér-ta-tor], s, in isregard [dissºre-gard"J, s, minachting f. Exi-serve Idis sèrvºl - ed -in t ºoi regard ſdis-re-gard/J - ed -ing, vt. geen acht benadeelen bv. the interesten, de bel slaan op, miskennen. ſachtzamer m. Die service Idis-sèr’viss], s nadeel n. ººiaregarder Idis-re-gärd'er], s, minachter, veron- Dieserviceable Idis-ser viss-a-bl], adj, #"# Edis-re- ard füij, adj. minachtend, Misser vieeah Beneau Idis sèr’viss-a- Eierelien Ediz-relishj, s. afkeer m. deeligheid, schadelijkheid f: ººi-relish fdiz-ré1'ishj -ed I-isht] -ing. v.t. af. Die serviceably [dis-service-a-bly J, a keer hebben van afkeer inboezemen voor, Mºiseever Idis-sév'ver! - ed -ing, v. ar een ernher Edis-re-mêm'ber] -ed -ing, v.t. º from, van). » vergeten. - . . . . {delijk, onteerend. Disseverance Idis-sév've-rans], s. zºie reputable [diz-rëpºii-ta-bl], adj, berucht. schan Moiseeveration, en insevering Idis- ººie reputahly Idiz-rép'u-ta-blyl, adv. schandelijk, dis-sëv'er-ing], s. het scheiden, ver **isrepute [dis-re-pute'J, s. kwade naam m., schan- missidence firs'-dens], s. oneenigheid de oneer f. (digheid f. Bissident Edſs'si-dent J, "# niet overeenst ººisrespect #. s, minachting, oneerbie- Enisaitient Edſs-st! ventj, adj, vaneensprin hni-respect [dis-re-spéctºjº-ed -ing, vt. oneer- unie-inition ſdns-si-li's hun], s, ber biedigheid toonen jegens, Mºissiemitar Idis-sïm' i-ler J, adj, on! ººisrespectful. [dis re-spëkt full, adj, oneerbiedig biºsimilarity fiis: sºm fiaºri-t N mººie respectfully Idis-re-spekt'fül-lyj, adv. oneer- 11-1-tude], s. ## verscheid .. biedig. . » ## issimulation [dis-sſm-mu-la'shun], s, ont 12ierobe Idiz-robe'J -ed [diz-ro/bd] -ing, vt. # f, » # ontkleeden. » t ondermijnen. Enissipable fdſs'sip-a-b11, adj, verstrooi ººie root [diz-rôôtºl -ed -ing, v.t. ontwortelen imissipatefdfs/st-pate]-ed-ing, v.t,8-i. v. » niarupted [diz-riipt', diz-ript'edJ, adj. i verkwisten, (doen) verdwijnen, kwistig, escheurd, -gereten. .. # & # » W . # rig zijn. # eruption # # s vaneenscheuring ºf missipated ſdºſs'st-pa-tedJ, adj. los, #" ona (dis-sätºis-factshunl, s. ontevre nieaipation [dſs-si-pa'shunJ, s. denheid . tdoend, kwisting f. » » tiefactory [dis-sät-is-fäc'to-ry], adj. onvol. Die sociability ſd s fy [dis-sätºis-fyj -ied -ing, vt. ontevre- nineoeiable Idis-so'shi-rb %28ZXXXXX: WS: ....S. , misnoegd maken. » N » rijmd. ### eat [drs-seat'J - ed -ing, v.t. verplaatsen. Die sociate Idis-so'shi-äte] -ed XKN .. . . t ontleden. En in sociation Idis-so-shi-a's hun J wijde regiº, ontleden. N ººis meet. Idis-sékt.' J -ed -ing, v.t, stuk snijden, ding van een genootschap Risseetible Idis-séktſi-bl], adj ontleedbaar. Moisannability al S Idis-sec's hun], s. ontleding f. 2. ontbindbaarheid S -sékt'er J, s, ontleder in. .. Mºisaolute fdisºs eize'J - ed -ing, vt. uit het bezit en issolutely Idisso anl, .w (gestooten is, N . -seiz-ee'J, s, een die uit bez 'zinl, s. "# verdrijving f. zºorl, s, overweldiger m. ém'blancej, s. ongelijkheid f. En bl] -ed -ing, v.t. veinzen, # s veinzer m. m'bling-lyJ, adv. geveinsd. . 'J -ed -ing, vet, ver- en » ding ºf ºp iehable # ## tinguished Idis-tïng/gwïsht], den, aanzienlijk. ## |nieling ºf hººfdis mag gwnsheer, i; "#-hina statemisswana . scheiden. » » true distance, wareko # ling, vat op # gezicht verwijderen, ben," distance, oneen ## tsen, uit en, overtrenen. St.--------- t], adj. afgelegen, afgescheiden, verre, , s, tegenzin m. i terughoudend. Nººrſ ºf J -ed -ing, v.t, geen smaak , niet lusten (bv. poisons), smakeloos noegen geven. # ## g # adj, onsmakelijk, walglijk, taste' y [dis-täste' fül-lyJ, adv. onsmakelijk. [dis-taste'fül-ness], is onsmake- amheid, hatelijkheid f. w ivJ, adj. ## wekkend. # # kwaal, onpasselijkheid, ##### » # # # # # # # t -ed-ing, v.t. ongesteld, verwarren. Tongesteldheid f. tëm'pe-ra-türe], s. verwarring, 'per-ate], adj, onmatig. g, vt. uitstr st-bri'i-tyl, s... uitzetb , ºm ## # -ed -in ën- hunj, s, het uitstrekken na, uit- inga), breedte f. v gelig versje n. trld'I -lis #* w ## # # # » . (scheid ſpistinguishment E": &## | Iniatitie Distort Heistraet Idis-tråct'1 -ed #wa Eſkist w ED is train [dis-trå ED is ED is traught, Distream [d tken, |mistress Edis-tress'j eid f. w ####w te rij-ing, vt. verbannen. | ate], # # grenzen. In | HB r-mi-na'shun],s scheiding f. # -ed -ing, vt. titel ontn dis-tortº -ed-ing, vt. verdraaien, wringen, vertrekken (bv. the face), w HBistort Idis-tort'J, adj, verminkt, verwron getrokken, gekromd, verdraaid. , Distorter [dis-tort'er J. s. verdraaier m, HDistortion Edis-tor'shun], s. verdraaiing f. -ing, v.t, afwenden, kwellen, ontroeren, verbijsteren. * # Mººistraeted Idis-tråct'edJ, adj, ontsteld, krankzi 'we gen, scheer- Distractedness Idis-tråct'ed-mess], s, krankzi HPistraeter [dis-tråct'er], s. verstrooier m. -, theid f. rãeſshun]. 8, verbijstering, st'iv], adj, verstrooiend, -- räin'J -ed I-traindJ -1ng, v.t. &i. aanslaan, beslag leggen op. ES- Lºistrainable Idis-trainſa-bl], adj, benaderb trainor fº: trainer, s beslaglegger m. dis-tråuht'J adj ontsteld, krankzi ### -ing, v.i. over HPistraction [dis-t ing, ontroer active Idis en over, uitstroomen: ,, » , s, verlegenheid, ellende, nauwdheid f; gevaar na, wanhoop f... kommen genspoed m., beslaglegging f; signals of die tre noodseinen; • hip in distress, schip in no HMistress Idis-trëss' #stij -ing, ellende bre g legge , s, nood men, stroo op, 3. Iſl , .. # # 3 W W # # adv. # ik. #* j, adj, uitdeelbaar -ed -ing. v.t ui te types, istributer Idis-trYbºti ter], stribution [dis-tri-buſshun distributie f: e trYblij bu ED is turb'ansj, s.stoornis, on arbºerl,s verstoorder m. (w eeren. » # # # ... : 3 33 . . . % - - - - - - - - # [dſs-yu’niformj, adj. ongelijk. ## ionist Idrs-unſion-ſstJ, s. heiding m. (oneenig worden, isunite Idis-u-nite/l -ed -ing, v.t.&i, scheiden, Misunity [dis-yu'ni'ty], s, verdeeldheid, oneenig- heid, oneensgezindheid, scheiding f. Mºin usage fdiº Yºu'zidg! s onbruik m., ongewoonte, Misuse idis-tise J, s. onbruik m. t ongewoonheid f. aniause Idis-use' Jº-ed -ing, vt. in onbruik bren- # afwennen, ontwennen (from, in, to, aan), ººievaluation [diz-väl”u-a'shun], s. geringschat- ting f: , N t schatten, minachten, Biavalue Idis-vålºyüJ -ued - using, vt. gering isie woneh ſdiz-votitch'J -ed -ing, vt. verdacht maken, tegenspreken. twen voor, tenis warn Idis-wára'J - ed -ing, vt. waarschu- tiAi wont Idis-wtint'J - ed -ing, v.t. ontwennen. **iten ſdºtch], s, sloot, gracht f; to be in a dry ditel, de schaapjes op 't droge hebben; ditein ºf the stormach, kuiltje van de maag. Biteh ſdºtch] -ed #### vºt ki, slooten of grachten graven, door slooten doen afwateren, met eene gracht omgeven, w W IRitch-delivered Editch'de-lºverdj, adj, van lage ge- Initeher Editch'erj, s graver, deſver m. ººit heien. Idiºtheïsmj, s, tweegodenleer, leer ºf van twee beginselen, een goed en een kwaad, in het - heelal, ditheïsme, dualisme n. W » » ººitheistie, ºoit heistican Idi-the-Ys'tic, di-the-Yatºr- call, adj tot de tweegodenleer of het dualisme - behoorende, z. Dit heiem. # N *#heran hous), Diºnyrambie Earth"i-rämºbiel, Bacchus-lied na, # m, dithyrambe ºf "#rambie Edith''1-rämºbie], adj, wild, opgewon- ſtert, 3 # tºition fdish'un], s. heerschappij, macht fº, gouver- Rittander iſ dit tºrnº-derj, s peperkruid #: * *ittanny [dºt tan-nyj, s wilde polei f; bastard dittannx, esschenkruid n. # # # Ristiedſdt tidj, adj, gezongen, op muziek gebracht. # dºſte ### ### # # # ſnement in, ## # , is dezelfde, # it! .. dit tyJ, s, zang m., deuntje in. ERitº tart ivf-ied -ing, vºi zingen, neuriën. # s. dagroofvogelſ, dagvlinder mº, ik foagboek in. # # 1 Idt-ur'naij, adj. dagelijksch, dag..., die ever, dagelijksche, alledaagsche koorts, taak, dagelijksche taak ; diurnal hºut- ## en al 1, adj. van # , s. rondz .. arring f. In E-turnd'1 -ing, vt. nivergen | |wijking ºf x t | Divergence, z-tiºnſ-uni, s, scheiding, oneenigheid fij voorstander van | (boorte. | .. .. Z Diverticle # jniversing, [dt vertºing.J, #Eni vidia gly Idi-vidſing-lyj, ad- ## 1 verdg'J -ed -ing, vi » iſ van tw W -ey Idf-ver'dgens], s, uit Divergent Idr-vèr 'dgent], adj, uiteenloope wijkend. (afw Hººiverging is idi-verdgºing-ly], adv, uiteenlo Hººivere Idiºverzl, adj, verscheiden. (van k ſnivers- eolored Edi'verz-ciil' lurt] ## HAiverse Idiºvers], adj. onderscheiden # Diversely Idiºvers-lyJ, adv, verschillend, i schillende richting. #eheide Diversifieationſdievèrº'si-fi-ca's hun J,s. veran HDiversifornu Idi-ver'si-formj, adj, van ondersch den vorm, van verschillenden vorm, Biversify Idi-vèr-si-fy] -ied -ying, wat schillend maken, onderscheiden (van), afwisse $ Eniversiloquent Idf-ver-sſl'o-kwent], adj. o schillende wijs sprekend, » ######## HDiversion [di-vèr'shumj, s afleiding, afwen uitspanning fº, vermaak, genoegen n, ##&### Diversity "#### , s. verscheidenheid, vuldigheid, ongelijkheid f: # HBivert Idi-vertºl - ed -ing, spannen, verblijden, vermaken. Diverter Idi-vèrt'er], s afleider, afwender, ker, verstrooier, vermaker, onderhouder, # in weg na trit vººrt eid vt. afwenden fººivert innement uitspannin fir-vêr'tiz-mentj, s verma » ning f. &... : : : : : : : : : : : : : : ººk vest fdi-vest/J -ed -ing, vat t oºit Diveatibie # adj. ontkleed in Mivesteare Idºſ-ves' tyurej, s, ontkleeding Dividable Idi-vi'da bij, adj, deelbaar. Mººi vidant Idi vid'ant], adj verschillend HPiwide Idf-videº] -ed-ing, vat. Sti, ve deelen, zich verdeelen, scheiden, Hººividedly fdievid'ed-lyJ, adv afzond aandeel, dividenten, fzonde Dividend fdrºi-dend], s uitdeeling fi, nivider fdivi'derj, s. verdeeler m. ividing [di-vid'ing], s, sche ººk Hººivinator Idi vºi-na-tor],s. v. W is, voor Hººivinatory Edi-vin'a toery1, atory Idi-vi ## nivine fdivine J, adj, god aaivine ſd-vine J. s godgeleerd Divine fdf-vine J -ed -in Divine1: Idi-vine'lyJ,adv. go divinenese fdf-vine'-nessj, s , ## # 2%%%%%%%#$%&#$%#$ Edi #nerJ s voorspel ren in een dok; g. ang toe ik in een royal deels ward, rijkswerf: wet doek, na HPoek tdock] ed ſdöckt] -ing, vt. in een dok # leggen, kortstaarten. » % J, Boeket Idöck'it J, s, briefje m., opening van ºf bekendmaking ºf, sement ºf korte inhoud m., to strike a don dg'J -ed ing, wat verspreiden, een faillietverklaring vragen. » S. • . . . . . . 3: 33% baren, verkondigen, HPoeket ſdöck itj -ed -ing, v.t, een lijst m vuldg'er], s, verspreider, ontdekker m. l briefjes opplakken, nommers opplakken, adr #$% shu.nl, s wegrukking f. hoek-yard Idöck'yard J. s. arsenaal, werf n. (r zºzn] -ed -ing. v.t. opschikken ºgen. HPoctor [doe'tur], s. Heeraar, doctor, dokter m., 1 ed-ing, v.t. verbazen, in de war bren- doetors commons, college van rechtgeleerden in Edſzºzerdſ, s domkop, bloed m. Mºoretor Idoe'tur] - ed -ing, v.t, Sai. behandel Idſz'ziºness], s, duizeligheid f. teen ziekel, tot doctor bevorderen, medicineeren, J, adj, duizelig, onbezonnen | geneesmiddelen gebruiken. # -ied -ying, vat. duizelig maken. | Enoetorai Idºc to raij, adj. doctoraal. .. # .. % .. - #y ſdöc'to-ral-ly J, adv. geleerd." ### 1, ooing Ido’ing], 12 octorate fdbc'to-rate], Esoetorship, s, leeraa work), volvoeren, schap., doctoraat n. S. - - - - - - - VN- # - a battle), gaan, varen, je moet er 15 fdiic'tur-lyJ, adj. als een geleerde eat), to dº to die, knoetto)ress idöcºtress], s, geneeskundige vrouw f. te de dead, dood maken , 12 eetrinal ſtoe'tri-naij, adj, onderwijzend, tot de , iem ter dood brengen leer behoorend. . ſleer .. t tº know noctrinally Idöc'trin-al-ly], adv. bij wijze mij toch, # Edöe'trin], s. leer f. ## # k, is die kºmen na een tºfdöe' #be:", doe ## ## ## f, m., aar; do, but come kom. Document fdbeu-mentj ed ing, v # *ne v goed turn, ie d een zen, #" bevestigen, tonderwijzen, le do like for like, ik hoeunental fdbc-u-mënt/al J, adj, volgens # te den gestaafd. # # ###### e, Mºocumentary [döe-u-mënt'a-ryl, adj, tot een schreven bewijs behoorende. # odded # adj, ongehoornd. Hºodder Edöd'der J. s viltkruid n. Bodeea Ido de-ea/J, in samenst: twaalf.. en jºode eagen fao-dék’a-gonj, s, twaalfhoek # # streek, die e # S %#$%&%$#% dig te nden ; a hungry dog vviº 1 ºog I # irty pudding, honger is een scherp zwaard, snog-wateh Idogſwa de dog wi11 learn no trieke, wat men in Hºog Idog'wea-ry J, adj. gd niet leert, leert men ook niet in oudere MDoing Ido’ing], is daad B., bedrijf n..., he has the dog in his helly, hij is on oit ſdottJ, s. duit m., M. eare not a tevreden, he's a mere dog in a doublet, hij geef er geen zier om s, een stoutmoedige vent, he is an old rios. Lºolahriform #!: adj, hij is een oude rot, hij is een slimme vos; iron Dole Idole], s, deel in, aalmoe dog, ijzeren houvast, ## stoppers, stoppers met hºoie fdole] ed [doldj -ing zwiepings, aan den naast bevestigd, voor 't stoppen. Mºoie-heer Idole' beer], s a van 't zwaartouw, borgen. (gen, kwellen. Lºoie hote, Idole hotel, s, gift ºog Idog] # d Idög' dj-ging, v.t. volgen, vervol- | Iboleful Idole'fiil J - some f-s -hee Idog' beëi, s, hommel m. Enolefully Idole' fül-ly J, adv, droe . heli ſdög bèIll, s, hondebel f. | Mºoiefairnese Idole' ful-ness], sº tr heid erry ſdbgºber-ryl, s. kornoelje f. {m. Enoho-meadaw ººgle me ow J, s, gemeene erry-tree Idög' ber'ry-treë], s, kornoeljeboom Eno-titele ſdô'lft"'t IJ, s, beuzelaar m. lºog-hriar [dog br1'erl, s, hagedoren f. » Mºoil ſ.dºll], s pop ºf nog-buffer ſdög biif-fer], s, hondendief m Mihollar fiëitierf, s, dollar ºm. Hºog-ea11 ſdög'calij, s, hondenfluitje n. Mºoilaman Idöll'man J, s. Turkseh vest na Hºog-eheap fdögºtcheap], adj, zeer goedkoop. . Hºoior Idoºlor],,s, pijn, smart f: %. ºog-days # s, pl.. hondsdagen m, nl. | Hºoforous Idolſo rus], adj, pijnlijk, smarte Bog-draw ſdögſdraw], s, betrapping op hee##### Idölºo-rus-ly], adv. smart » van wilddieverij f. % W (tië m. | Ebolphin Idölºfinj, is dolfijn, dauphin Hºoge [doºdge]. s doge, regeeringshoofd van E » W hºog taneier ûdog'fan'eier], s, liefhebberijkoopman #ma hond h ght Edúg'fiſht], s, hondengevecht n. h # and puddiening, leguaan om de ma de raas; dolphin-line, lijn van drie d phiºn of a unaast, leguaan om den ma of a eanon, ooren van een stuk ger oºit 1, ed -ing, vi, tijd v # ged-nessj, s, norschheid, hondsch-jºoitish Idolt'ish], adj. bot, dom. d-ly], adv, kribbig. (heid f: #Hºolish nean Idolt'ish-ness J, sº botheid, d » + Mbonable Idom'a-bl], adj, #. ## Ysh 1 s. zeehond m, (wreed.j ºoit Idolt1, s. lomperd m. Idlig' ged1, adj, kribbig, norsch, verwoed, it ºoit iſ de ## in een # hoeker m. t schip). » » t dögººgerd, s, ## # fddºger-reij, s. slechte verzen ma., rij-E:#en: Edörnºa bl 'n rij fº, koddige verzen n. ::S Hºe vraaien ## erman ſdög 'gerºman], s, haringvisscher m. j grondbezitting fi, dom iets ſlogº gish], adj, hondsch. Thorne Idome], s, hoofd ke y ſdög gish-lyj, adv, op een hondsche wijze, d], adj van % enessj, s, houdschheid, beest- dome shap ## f. [doms'man J, s s Idög grass], s, hondsgras in. ## més' tiej, s, di rted Edög hartºed], adj, onbarmhartig. #3% # lej, s, hondehok in, &... :s :.3 ## s, hondenverzorger m. j, s, hondekot n. kranaerlatijn in. # s, honden dokter m, kiënºne eerstuk in 1-cal J, adj, leerstellig. 't cal-ly], adv. leerste beslissende, g Z #e # dj. van den zondag , letter, zondagsletter. » N ſdöm-Yn 'i-cal Jºs zondag m [dom-In/I-cand, s. dominikaan m. Idöm-Yn 'I can adj. dominikaanseh, döm'I-nrel, zº nomine. in Ido-mYn'yund, is heerschappij f. .. Idöm'I-noſ, s. domino fº, dominospel n. box [döm'i-no-böxj, s. maino-box, den mond openen. 1, heer m. (titel in spanje). na], s, mevrouw f. (titel in Spanje). -ned -nine, v.t, aankleeden, aandoen. J, adj, geefbaar. » #na: , s, gift, gave fº, offer na Ido-na'shun], s, gift, schenking f. "# s. & adj, gift, vrome stich- ## pass, van dot adj. gaar, gefopt erj. kan, fiat * . * 8% # # s, begiftigde, beschonkene m. & f. Ido-nſf’er-bus], adj, geschenken aan- 'juni, s, slottoren m. tbrengend, öng'ky], s. ezel, domoor, ma., donkey- - pump, voedingstoestel, -pomp voor is, gever, schenker m. s, heerschap, ridderschap f. ## aar, onnoozele hals ck], sº doedelzak m. # laatste oordeel n, Dotingly ſdotting- al ſnottard [dotºſtardj, s. Iºon. Doo onze vader n. mond m., to open Elkete # 11, ## # Hºornaarsey ſdorſman-cyl, s. slap pende Mborrmant Idor/mant], adj, slapend, we dormant partner, stille vennoot, stille » i noot, .. .. tbſ Dormant idior mant], s. slaper m., groote Mºormer-window tdor' mer windowjs dakven **ormitiveſ dºor mi-tivJ, adj, and s, slaapwekk slaapwekkend geneesmiddel, slaapmiddel 1 doormitory ſdör'mi-to-ry], s. slaapvertrek in Enormouse Idor’mbüsJ, s: bergrat, marmot Hºorn ſdorn J, s, rog (vischsoort) f. . # t Hºornie Edbr'nik], s. soort van tafellinnen #Moron [doºron], s. maat f, van drie dm.; fgi dºor (r) Idorr], s. tor, kever m. ſf, geschenken Hºorn al faor'sal], adj. dat tot den rug behoort, rug Mºorse ſdorsJ. s verhemelte n.., hemel m. Mºorsel Idor'selj, s, korf m., pakzadel n. ºorsuran Idor'sum], s, bergrug m. Moore ſdose],,s. artsenijmaat, dosis f; het his dose, hij kreeg aardigjes de hoog # Done [dose] -ed [dost] -ing, vt. artsen maat afmeten, artsenij toedienen. ## Dossier (Eponel) [dös'ser], s: draagkorf m., ma. Hºot Idöt], s. stip; "huwelijksgift f. » Bot ſdötJ -ted Idöt 'tedJ -ting, v.t.&i, stippe op de bezaaien, stippen zetten. ## HPotage Tdo'tadgj, s. sufferij, ongemeene ingen Emotal ſlo'talj, adj. tot de huwelijksgift behoor Hºotard Idioºterdij, s. suffer, #", me » als een suffer, notardus Idiotard-iyj adj. Lºot drag Idöt'drag], s, horlogeband m. [dtitel - ed -ing, v.i. suffen, verzot 1 hºoted [dotºed.], adj. dom. Lu Mºoter iſ doºterſ, s, suffer w Dotation ſdn-taſshunj, s, huwelijksgift, begiftiging ºf in hotenſdotes],s.pl begaafdheden# gesche Both [dith J, derde pers, van do. ing Ido'ting], adj, verzot. ## o/ting-ly], adv. verzot. dwergboom m, # , s. d. N n. Ido-an-fe'J, s. tolgaarder, komm # arouanxerido-an r- mºoie ble ſdlib bij, s keer, wending f, 't Double schrift, ## list ºf º:33::::::::::::::::::.33 Idüb blij, adj. dubbel, krom, darkness and ten t make S. duisternis en onwederſ maken een his forees were double te mij was tweemaal zoo groot als de mi # 1e heart, dub # -ing, vt,8-i, verdt zeilen, zich verdubbelen," en, bedrog plegen, het spoor bijster to double (up) a eloth, een kleed o : the enemy doubles omar arnay, de tweemaal zoo sterk als wij ; to double rist, twee draden aan elkander draaien , nable ahead, vóór omzeilen, vóór overloo- to double a cape, een kaap omzeilen, te n zeilen ; to double baek, achterom loopen, to double down, omkeeren ; to double the ile, de rij sluiten; to double the ſiut, de vuist ballen ; to douhie upon, tusschen twee vuren brengen, .. » ble Idlib bl], adv. tweemaal, dubbel ; H. vvan le their age, ik was tweemaal zoo oud ls zij. (belen loop, Double-barralled Idlib/bl-bär'reldj, adj. met dub- Double-hiting Idlib bl-bitſing], adj, tweesnijdend, Double-buttoned tdüb'bl-bütſtöndj, adj, met twee n knoopen. S. » # & % dubbel deel belasten. » » le-china faiibº bl-tching, s. onderkin f. Ie-dealer Idiibº bi-deal’er], s, bedrieger m. unie-dealing Edtib' bl-deal'ing, s... bedrog n, ble-edged ſdlib'blºëdg'dj, adj, tweesnijdend, He-entryſdübºb1-ën'tryj,s dubbel boekhouden. -eyed Idlib bl-I'edJ. adj bedrieglijk. eed ſpitb'bl-faſced], adj, huichelend, met #33 33 gezichten Double-formed Edtib'bl-form-edJ, adj. van gemeng- ## N # . . :: 3:s %. tverguld. # # adj, aan beide kanten - in # Idlib bl-händled], adj. met twee » drieglijk. .. 833 -headed Edib'bl-head'ed], adj, met twee met de bloemen aan elkander gegroeid." » . arted Idlib bl-heart'ed J, adj, valsch van ...hart, bedrieglijk, verraderlijk, ## Mouhte hoek ſdlib'bi-ſocki ed -ing, v.t. twee- maat sluiten, op 't nachtslot doen. # # manned Idlib bl-mänd],adj, dubbel bemand meaning [düb'bl-mean/img], s, dubbelzin 1 t besluitel n inded Ediibºbi-minded.], adj. w e-natured Idlib bl-natºyardjadj du een Ediibº bl-ness], bbel hºe bl hi # # s, di # : 1-kwar-relj, s aan en aartsbisschop, g ### wegens! m: adj, met een is verdubbelaar ubbleshining, ngºl, s dubbele boeien uis na, one in nowdy idou'dy] Ebovuei Idou'elj HPower Idoil' werd, iBºokver een ſdbü'wer nouhtab 1e ſdbütta W » lbaar. En oubter Idout'erl, s, twijfelaar m. Eboubtful IdoûtºfüIJ, adj twijfelachtig. Hºonhef# ful-ly], Mboua htingly I adv. twijfelachtig. » # nowbtfuïneen ſdout'ful-ness], s, twijfelachtig hºoubties, floût'less], adv. ongetwijfeld, ik nou eet Ido'setj, s.vlade, roomtaart melk knough Idahl, s. deeg in my eake in dou plan is niet tot ## gekomen. En ongh-hatred Idohº bä'kt], s, halfbakken." Doughhearted ſdnh'härt-ed], adj, weekmo van beginselen, » # MDowgh-kneaded ſduh'knëad-ed], adj, zac Eboughtiny [doutºn-ly], adv. met moed, ter ploffen, plotseling strijken, vieren. + E Mout Udoiïti -ed ## v.t, uitdoen, uit + Elouter Ldoiït'er J, s, domper m. Dove Idlivºj, s. duif f, dove platen, Mºov een tte), Mbovehons [diivºcöt, duw'hoit Hºewel ike ſdiiv'If kel, adj. zachtmoedig. Hoove-tail ſ.diiv'tail J, s, zwaluwstaart m. Bove-tail fdüv'tailj -ed -ing, v.t, me staarten verbinden. N # Hºove-tailing [diiv 'tail-ing], s, verbinden door Ebo wish Idivish], adj, duifachtig, onschuldi zº'n verante ſaloti ablJ, adj, geschikt om te Hºovyager Edoñº wa dger], s, adellijke we rlaire fi, queen de wager, koningin , sº slecht gekleed vrouwspers , adj, slonzig. # ovvd, ſloii' # » - 1ed ſ-el-led] - ting houten pennen vast Lºovvel-pin ſdbü" ": mro # wengoed en uitzet ºm # noweries- tot werelessj, adj Bovvian idoñºlasj, s, grof linne # dúitwij, sº weder, pſluit neder, onder, stream, met den the sound, in de dovvan the eountry, ze ºp en neer ; down zº ik: 1. # # < 3. oxologieal ſdöx-o-lödg'1-calJ, a heerlijking behoorende, {verhe oxologize Idöx bl’-o-dgizel -ed -ing, # ſdöx-öloºdgy J, sº lofzang m. y ſdöx'yj, s. liefje n. * Roze Idozel, s, sluimering fi, dutje n. # MN Eboze Idozel -ed -ing, v.i. &t, sluimeren, dutten, den vlieger, mizer, stay sain down met slapen doorbrengen (bv. one'n time). bezaans-stagzeils neerhaler , downright Ebozen ſdüzºzn], s, dozijn n. (bv. of egga) in, zeerob, ervaren maatroos ; to run down | Bºozer [doz'erj, s, sluimeraar, dommelaar e, ruimschoots zeilen ; the wind is right ºnozineen ſdo'zi-mess],,s slaperigheid f. - , de wind is vlak tegen ; etevv down the rºozing Idoz'ing], s, sluimering f. # de bramzeilen strijken, te kºozy [do zyl, adj. slaperig, "# head, slaapkop, down, al zeilende een rivier afzakken , te ºrak, ſlräb], adj. lichtbruin, vaal. # # # # # # do.vvn, strijken, laten vallen, neerhalen ; | Mºra's fdrab], s. slet f: zoutbak m., bruin lak with the helm, roer aan lij; the wind , lichtbruine of grijze kleur f. 83 # , de wind is gaan liggen, # E»rabble [dräb'bl] -ed -ing, v.t.&i. vuil make - ed -ing. v.t. vernederen, barbeclen visschen met den hengel, :::::::::::::::::::... x aring [dounº bear-ing], s, onderdrukken na 121 raet aan [dramj HPraeh na fdràk'maj,s, drachme n. d [doûn' bedj, s. donzen bed in. (tig libra en na een lans [dra-cün'eu-lus], s, huidworm m. V ### dj. neergeslagen, neerslach-j de raff [dráft J. s, draf in., uitschot n. bündJ, adj. met dons bedekt. Ebrafºnish Idráffish J., adj, onbeduidend, nieti N-VAYYANW-, WW al, achteruitgang mº, in- en raffy [draf'fy], adj, drabbig. g: In | |Draft [dráft], is het trekken, oogmerk ne, klad, adj, achterover gewor- dam, schijf, schets f, aftrek, wissel m., detache- ### & w ment n", z, Ebrateght, & detacher - Draft fdráft] -ed -ing, v.i, teekenen, opstelle #### Draft-horse Idráft 'hbrs], s, trekpaard n. ekaaien van een lijzeil, is beaft-sax Idráft'8x], s. ,trekos m. . . storm- torag [drag],s. sleep-, dregnet n, dreg, s kluiver; f., remschoen m., schip n op sleeptouw, er van den ja houtvlot n. # ## # 1-topzeils-neerha-, sprag [drag] -ged - ging, vit. sleepen neerhaaltalie voor de dreggen, uitbaggeren (bv. a harbor % down-harai erin gle, leuver op 't lij »en tbv. a lingering life, een kwijnend leven), , main stay sail down-haul. -,vi, slepen (bv. on the ground, over den grond), rhaler , snain top na - - - - - - - - - - - -- visschen. # agen-stagzeil - ed -i 'fall], s, v ondergan nl, # ne's anon # zo ri s, drachme, beetje, borreltje n. (ken lräm] -ned - ming, v.i, borrelen. » dräm' mail, s, tooneelstuk n. > . S. Aranaa 1) [dra-mât'ie], adj, tot het toodeel be- 'amatically Idra-mät'ic-cal-ly], adv, dramatisch, tooneelmatig, » » # IBramatist #rama-aat, s, tooneel dichter na. nºramatize ſdram'a-tize] - ed -ing, v.t. voor ? tooneel bewerken, in een drama voorstellen. - Enºramic firänk J, pret, van drink. » » ººrape Edrape] -ed # -ing, v.t.&i, drapee- ren, laken weven; tboerten, gekscheren, ºpraped Idrapd], adj. met bekleedsel behangen. in rap er faraºper], s. lakenkooper m. SN ºnrapery Idra'pe-ry], s, lakenweverij, lakensche stof- fen, draperie f. 2. {fellaken na te heapet iſ dra’pet], s. laken m., deken m., tapijt, ta- ## Idrás'tic], adj krachtig, geweldig. # (hooremde. ken; to draw in, inbre ranght Idräft], s. het trekken na, teug f., dronk trek, haal m., schets, z. Heraughts; uitslag m., drankje na, klad, nabootsing, kopie f.., tocht ma., traite fi, wissel m., detachement in., diepgang m, (of a ship), amend your dranght, nog hij verkoopt vee schip, dat niet diep gaat, schip of twelve feet raaght,schip van twaalf voet # draught of water, stuurdast; taxane hiseg S lgen, verza ken; to draw off, aftrekken, afleiden, waarts sturen; to draw on, aanhalen, ken, veroorzaken, berokkenen, naderen, (wissels), to draw ont, uitstrekken op d baan schuiven uitspreiden, to draw out r een corps soldaten detacheeren; to draw up, stellen (bv. a petition 1, schetsen, in .. stellen ſtroopn, an army), optrekken, o zich in slagorde scharen, to draw een zeil bijzetten, to draw full, die ze ben; to draw the etack eable, de lot zwaartouw inhalen, een draw up a topanna steng opzetten, voorgaats brengen, to draw a ship, een schip inhalen, a ship that ten feet, een schip dat tien voet diep tien voet diepgangj, to draw in the gaan stukken inhalen. » t S en Mºravv Idràw J. s. trekken na, trekking ºf, teugje, nog een glas! he has a quick drassight, # # drank, ship of snaaii draught, Hºravv.baete (draw'bäekj, s, teruggave van im lot n.., draw ahead, schralende win premte op uitvoer, vermindering ºf pgang, differezaee ºp raw-boy [draw'boij, s, jongen, die d trekt om de figuren te vormen op de ght of water, diepgang bij het te water stoel ºm , # # h # draught of water, diepgang, als in raw-bridgefdrawſbridg],s ophaalbrug # # %. p # en uitgerust is, draught of #brawee ſidraw'eej, s. betrokkene ater ahaft, diepgang achter: draught of water in ravver idraw'er J, s. trekker, iepgang voor dranght and choff, goed, dranght of zeales, overwicht. oard Idräft-board J, s, dambord n. sompassen ſdraft'ciſm-pass-ez], s, tee- 3% ## 33 (schut m, pl. EBravving ſdraw'ing], s, teek hooka Edräft/htiksj, s, trekhaken van se- HBrawing-master ſdraw'ing-, g # # torse [dräft/hors], s, trekpaard n. -house Idräft 'hous], s, vuilnisloods f. ught-ox Idräft'6x], s, trekos m. » .. ughts [dräftsj, s, pl. damspel n. lghtsman Idräfts'man J. s, teekenaar m. j, Drew ſirooj, morawn fdrawnl, nrawningi v ekken tbv, van een vracht, iſ brawn # # pstellen, slaken, aanh aten, uithalen, spannen, teekenen, waard trekken, eene schets ma # .. through # HBravvi Idra wij lade f; cheet of drawera, lat vver, gouddraadtrekker, orawera faraw'erzj, s. pl. onderbroek, a drawwers, een onderbroek, ekening, teeke asºterij, ### .. morºwing roomſtdrawing roomj, in brave 1, geteel wi Edràwij, s. #" » # woorden), temen, langz #%. # # #% » nd, droo- afgedreve re, | op de golven bij zwaar # j, adj. vrij van droomen. | Drift [drïft] - ed -ing, kt. dri part en pret van dream. | a ship), jagen (as the clouda), op hoop ary [drea'ry], adj, ijselijk, woest, stuiven tas enow or aand); *een mijnga > . . . . . . . ---- -- ken, een ertsader volgen , the wind drifta a rijft de sneeuw op ## i],s woestheid, ijselijkheid f. #t."# jaagt d epnet na, dreg i der-Mºrift ſdriftj, adj. door stroom of # » ... ... •••. N. .. :: 3-3.583x-::3.3.23. .. ºm na & 3. x drijf... ; drift iee, drijfijs, W 1 -ing, v.t, met een sleepnet i Hºriftless Idrift 'less], adj, zonder d S # # » Herift-vvind Idrift' wïndj, s, drijfwi estervisscher, modderm n. # ſdrift-wüdj, s, dri edg'ing-mã-shïn], s, modder- Hºriii Idrïlij, s. boor, tijk & % ine ºf 1 eet S s. drabbigheid ºf # N tref, chuin na Mºriri (drºl » hy # . . . . . . . # (m, | Hºriil-ploughfd , &## s natmaker, drankt ener Enrina Idriſmº -ed ºmdJ -in d n.., kleeding Xx-... : - - 3. in stand brengen. dre gleed -in '# .. drive a bar- oop sluiten ; driven hefore d, het schip drijft voor den wind af; he all before him, alles moet voor hem ; to drive at something, ergens op geraken, en W n; he drives as fast as he hij maakt voeten maken , een dres d; to drive away. wegdrijven, verjagen, toºl ging maken ; to drop aa aek, terugdrijven; to drive in, to drive Bºropping Idröp'pingſ, s. en, inkloppen, to drive off, afdrijven, droppings of the mone, d agen, uitstellen, verschuiven, to drive Mºroppingly ſidröp'ping-dyl, a S age, uitfluiten, to drive on, voortdrij | Dropa Edröps], sº pl. voorwaarts streven, to drive the country, pels in te nemen, t land verwoesten; º drove a matter of ten mi-j Hºrop serene ſfdrö ee, ik reed ongeveer tien mijlen; to drive by Dropeical ſdröp's , met den stroom en tegen den wind een | Dropsy Idröp'sy], s. ijven ; to drive sideways, dwars af. Hierop stone [dröp'ston to drive at random broadside, met Droº- Idröss], s, (me ## dwars afdrijven, to dri leewarde, Mºrossiness ºf drössie ggende afdrijven, als 't schip voor een takel onzuiverheid ºf drijven; to drive about a ship, tegen Dronny ſidrössy p, stooten. | Hºrought ſidroi ht] - vej, s. zwaard om het afdrijven tegen te ſprong Edroii'tyJ, we bolt, boutdrevel. » Mºrove ## vl] ## #ne. vi. kwijlen, verzot is ºve J, s, kwijl 1, (zijn, suffen. De IdrYvº vl-er],s. suffer, kwijler, kwijlbaardm. | Dro Idr1' verj, s, drijver, voerman m... ; driver # jaren, artſen, artsie- v'ing), adj, jagend, drijvend; driviaag- e storm; driving Iet, driving Dro leedspaan; driving box, koetsiers domm ins, leiriemen driving vvhip, en ng], s, het drijven n. (zweep. -ed -ing, v.i.&t. stofregenen; it et stofregent, # | EBrow 'ly J, als stofregen, mottig. ### s, droomer, luiaard, tobber, slaaf m. s&S- ## kli ſhti J, adj, snaaksch, kluchtig. :::::::::33 ## Ilsh I, adj rüm'e-da- # r, wº ngºkm-lyJ, adv. op zijn dronkenmans. alkennese ſirting km-ness], s. dronkenschap f. * Idrôôp tº'f. p], s, steenvruch s, holte in een rots ºf » d drôô'sedJ, adj. met een 'sy, drun ºm tºt drunk, chonken; to get drunk with, fk’erd J, s, dronkaard m. op een dronkene trººn: # ## e kristallen bedekt. » al kle . adj, droog, dorstig; dry goods, droge season, droog jaargetij # land, dry rocks, rotsen, ; a dry jeat, een bijtende, scherts; die boven water n ongekunstelde fabel , dry sub- pitsvondigheden; iet zoet zijn , to sit dry-wines, wij- high and dr n; rovv dry, met #"biºn t dry, droog worden, droog loopen | ied IdriedJ -ying, Idry'ing], vat Sti. a wet eioth, the exen); to dry ! drogen, verteren, to be dried up iet, van dorst versmachten, to dry a moudgeon [diidg f gezet zeil drogen. boschgodin, bosch nimf f. s, droogdok n. end middel m., droger m. oge oogen. voor droge waar n. s. aan eb en vloed on- is-plseel, #, s, d droosplaats t. bueal Idu'kall, adj, het SWX STRWXEW X, | IBueat #, # # ... kºkit J, s. dukaat Hºuehear faiitch'ess], s, her En inehy [diitchſyl, s, hertogdom n, Rouchy-court ſdütch'y-court], s. hof van den her tog van Lancaster n. W .. # Hºuek #. s. eind f, eendvogel m., duiking dompeling fi, liefje n... zekere broekstof; my duck mijn waarde, mijn schat! russian duels, Russise doek ; tarpawling duels, presenning doek. togin f | Rhucia ſdück] -ed "E# -ing, v.i. &t, duiken ## knikken, zich buigen, bukken, dompelen, onder dompelen, kielhalen. ## EPuek-hilled Idück'bºld], adj, met een eendebek isuek-hunting Idück’hünt' # N ºp aeking [diick'ing], s. kielha Hºuek-legged Iduick'liëg' dj ;& ouck-meattdück'meat] 15ueiss-meat fdticks'n Duck: weed Idlick' weëdJ, s, eendenkroos in [diick'ling], s. jonge eend f. monet # s. kanaal na, buis, pijp f. # iDuetile ſdüc'tilj, adj. rekbaar, rekkelijk. Hºuetileness Edüc'til-ness], Duetility [diic-tr1'1-ty] s, rekbaarheid f. # Mºueture #, s. geleide m., leiding f. g'unl, s, dolk, toorn m., bod & kwalijk nemen m., take a thing in dudgeon iets euvel opnemen. :# Hºue Iduel, s, recht na, eisch, plicht ºm , heid ºf, impost me, it in huis due, het k toe, every one his due, een ieder het Hºuse # adj. beh schuldig, v # 8 . # 'I. adj. %: N meenea l-hedJ,,s, domkop m.,, Duran1 i’ra-bl], adj. -h Mºuliness Idillºness],s, botheid, domheid, stompheid, en verarmen Edu-rä'men], s, hart van een boo loomheid, dofheid, vervelendheid, hard hoorigheid f. Eurance duºrans],s, gevangenis f; z. En dus Dull-pat xxx.x #", dom, eenvoudig. En urant [duºrant], a. everlast n. ## ed ſdrill-siht-ed], adj. kortzichtig. Duration Edu-ra'shung, is duur ma., di. Mºuli-witted Ediill-wYtt-edJ, adj. dom, eenvoudig. |fºonre [dure] #n"# » Inuli-trading Idüll'trad'ing],adj. flauw, slap, zonder tºurefui [dure füIJ, adj, voortdurend. ## # S # adv. dom, loom, vervelend. ſnavraag. Mºureau Idu'ress], s. gevangenis, hardvochtighei du'lyl, adv. behoorlijk, nauwkeurig. t Mºuring ſdui'ringd, part gedurende. N diim J, adj, stom, sprakeloos, strike dunah, Ebarst Editºrstl, pret van dare, # erstommen, den mond snoeren. (brengen. Dual IdiskJ, s. duisterheid, schemering f b. Idiimſ ed Idümd] -ing, v.t, tot zwijgen, dunk of the evening, in de avondschem nah-helis Edtim'belzj, s.pl. halters na. » |hººl, [diisk J, adj. duister, schemer. vi. duren, » Hºully Mºeren # IBumh-horn Idlim'bornj, adj. stom geboren. #HMusic Idüski - ed -ing, wit &i, duister ma numbly [dtimºly], adv. stom. (heid f. Duskify [düsk'i-ly], adv. in 't donker. Dunahness Idiim'ness], s. stomheid, sprakeloos- Mºunis in een idiisk'ſ-nessj,s, donkerheid, dui Brunah-show Idüm'show], s. pantomime f. "## Idüsk'ish] Dusky [düs ky], adj numh-waiter Tdtim'wai'ter], s, stomme knecht na, rig, duisterachtig, donker, # # Munafound Idüm'foundJ -ed-ing, v.t. den mond Mºuskishly ſdiiskºish-ly], adv, duister, donkerac stoppen. # # # (stom te zijn m. & f. Hºust Idtist J, s. stof nº; en oude of duist, st tºurmanaerer #n met Eliº, iemand, die voorwendt ken; to earme down with the duet, o nummy fdimmyj,s stomme m en E, stommetje m. ſbetalen, te raise of Lieſ. up the dust, Dumous, Dunnose ſdu'mous, du-möse'J, adj vol beweging maken. # eesters en braamstruiken. .. Bast [diist] -ed -ing, v.t, afstoffen, bes Lºump Idümpj, s... droefgeestigheid f. tot poeder, stof maken, N Dumpieh [diſmp'ishl, adj. droefgeestig. bust-hasket fdiist' bás-ketJ, s. vuil Dumpling fdüm'pling], s, knoedel m. (heid f. In rust-horn fliist/born], adj aardsch, unaps f #d, ## # somberheid , zwaarmoedig- naast-box iſ ## zandkoker in pyj, adj. dik, gezet. Duet-brush [diist briishl, s, stoffer # 1, adj. donkerbruin. ºunt-hole flist hole],s, aschko Idünl -ned -ning, v.t, manen, lastig val- Mºustines. Idiist'i-ness], ## offigheid %. ### 1bum º Idüm » ma # s. schuldeischer, maner m., maning f. "Duster Idiister],s, stoffer m.. & xx% # kunstmatig inzouten om er een ºnunting [diist ing], s. » brengen, # in astman Idiist/man], s, a S » :&T-XT. 'X'. " ... .A , s. brems, wesp f. | ABast-pan fdiist'pan], s blik, v Idinsj, s. lomperd m. ## | Hºusty IdiisºtyJ, adj, stofferig, bes Idiſn’ee-ry J, s. domheid, stomheid f. Dutch Edtitchj, adj. Hollandsch, Idunel, s, duin n. ## <.. ... > Hºuteh-blue Ediitch' bl # egan ſdline-gan], s, secreet n. W SWN... 7. ,,Zº 3 z: ####%: . #&#%#3: Idinºfly J, s, paardenvlieg f. ngº, s, mest, drek m, # anaten: ### ng] - ed fdiing’dj -ing, vt. bemesten. | Duteous Idli'tge-us] outi ette Ediing' heetij, s. mº er na, willig, onderdani Lating'cart], s. mestkar f: |Date onaiy [duº ty [dinſdgun], s, kerker ! 'angenis d adv. dienstwillig nºten, faitch yi, s. # .. vervallen, verstrooien, te niet loopen. -ed ing, vt. verven (elothe). Idye'hous], s. ververij f. # # # # # ## , sº verver m. 28 [dye-wud.], s. verfhout n... rks friye wurks], s.pl. ververij f. ing. Idye/img], s, het verven n. 3 : ## N ºng], part van Emie. (sterven.' .. in d; adj, and s sterven, sterfelijk, het sd Idyling bedl, s. sterfbed n. >- . : N ng-day J, s, sterfdag m. -a-möm'e-ter],s, krachtmeter m. ty, din'as-tyj, s. reeks van vorsten stam f, stamhuis in ſloop m. dis'en te-ryl, s, sterke afgang, ro op 'syJ, s, dofzichtigheid ºf o-rëx-yJ, s. slechte eetlust m. » # b prinee's ear, bij den vorst in Rietly, to set by the ears, ther by the ears, 't geheele land in brengen, over head and ears, tot ove ooren , she is in debat over head and a zij zit tot over de ooren in de schuld ; t Have up to the ears, tot de ooren toe zijn; to give ear, to lend the ears, aa tier luisteren, het oor Jeenen ; vvi de ears short tongue is best. hooren, zien en is het best, he has a ſtea in hin ear hij in de klem ; earn of a boot, knietje aan stenkant van 't vaste boeisel eener sloep. ode Ear fear1 ed -ing, vºt sti, in aren groeien i ploegen, bebouwen. en NX # ſear'a-bl], adj. bebouwbaar. Earache tearºak], s. oorpijn ºf dºſs'pep-syJ, s. ongemakkelijke spijsverte- BE 'pep-syJ, s, ong tspraak f: Earat ſear' al], adj. mondeling vernomen. drs'fo-nyl, s moeielijkheid' # uit Ear-boreel fear' bordj, adj, met doorboord oo Idºs-fori-aj, s. ongeduld in droefheid n. Ear ea P [ear'cap], s-, oorkap f. g: #%# # :... # » » Ear-deafening ſear'déf-fu-img], adj. oorverdoov Ear vreeting fear'erect ing], adj, de ooren opzett BEaring fear'ing), s. bebouwing f; head ear nokbindsel van een razeil. Earl ſerIJ, s, gr » Isp-ne'aj, s, beklemdheid van adem- rzhºu-rel, ## koudepiaziekte f, (haling f. # rl] graaf, Ieast] oosten; Teaster] ; [England, Engeland, ## E'e ſevenlºge ## Er Texempli gratiaſj India housel Oost- "#, r # aaf na. » .... . . . . . . . . Earlap fear'lap J, s, oorlelletje in. Earl dom Ierl'dum], s, graafschap n. Earless ſear'less], adj, zonder ooren. Earl in een Ier'li-nessd, s. vroegtijdigheid, Early ſer'ly], adj. and adv. vroeg. Earl-marshal ſear'märsh-al], s. ceremonie hij # plechtigheden m. » Earn fern1 -ed-ing, vt. verdienen, winnen (1 repute, naam ; laurels, lauweren). Earnest, ſer'nest], s ernst in handgeld, pal to be in earnest, het meene # ſet mestd; # ernstig, ijverig, v Ièr'nest-lyl, adv. ernstig. money Iérſnest-mün-ny J, s. h. s ſerºnest-ness], s. ijver, en adj, vol zorg. ( ## oogst m # deed J, adj, aardsch- reldschgezind. S < Hy-mindedness W rdschgezindheid, wereldschgezindheid niet Ierth'niit], s. aardaker m. h-quake [ērth'kwakel, s. aardbeving ºf 3& haking [ērth'shak-ing],adj, aardschuddend. andering [ērth'wänd-er-ring], adj. over de # ) ar de zwervend. N W # » rk Ierth'wurk],s. aardwerk (in de krijgsk. worm Ierth'wurm], s. aardworm m. rthy ſêr'thy], adj. aardachtig, aardsch. - trumpet fear'triim'petj, s. gehoorbuis f. er vax fear' wax], s. oorsmeer n. r-wig ſear’wig J, s... oorworm, oorblazer m. E ritness ſear-wſt'ness], s. oorgetuige m. Ease ſeaz], s, rust f.., gemak m., verlichting, f; at #ijn gemak; chapel of ease, noodkapel, hulpkerk. 8 Ease Teaz] -ed -ing. v.t. stillen, gerustmaken, verlichten, ontlasten (of, van), gemak verschaf- fen; to ease off, to ease "S: een autº langzaam vieren ; to ease a ship, 't roer aan lij brengen; de zeilen schoot geven. Easeful ſeaz'fül], adj. vreedzaam, stil, rustig. Eaeetuiness ſeaz füſ-nessj, s vreedzaamheid f. Eanel ſea' zij, s. schildersezel m. . . . . . Easeless ſeaz/less], adj. ongerust, ongemakkelijk. Easement feaz'ment], s. geniak n.., ontlasting ºf Easily ſea'zi-ly], adv. gemakkelijk, kalm. # Easiness ſea'zi-nessJ, gemakkelijkheid, gerustheid f. Eaat feastj, s. and adj. oosten m., oost, oostelijk , he east side, de oostzijde; east hoºrder, oos grens ; z. North , eaat in diamaan, Oost- rder ; 1xing to the east vvard, ten oos- ende, oostwaarts gelegen. ay ſeast'day J, s. Paaschdag m. ºaster # s. Paschen f. » Easterling ſeast’er-lºng], s. Oosterling. Easterly ſeaster-ly], adj. and adv. oostelijk, oost... Eastermost ſeast: er móst], adj. geheel in 't oosten. en Ieastern J, adj, oostersch , an eastern ge, eene reis naar het oosten. week feast'er-week], s. Paasch week f. ind ſeast’er-w Indi, s, oostenwind m. Ieastºevel, s avond voor Paschen ºm. ſeast'fair], s. Paasch mis f. » east' wurdj, adv, ºostwaarts. adj, gemakkelijk, ongedwongen, steld; easy labor, gemaklijke gerust, welge lossin ## , eat tate of et), eaten featt * # . N n, # #"d, # |E: ## S ### #e deu ren (aan de ren). ropper feavz'd Eaves-d ## Ehh ſébb], s. ebbe, afnem the ehh, voorebbe ; laat of to be in a low en Ehh [ëbb] -ed gébbdJ -ing, afnemen ; to ehh out, heengaan, Ebora ſéb'unj, adj. van ebbenhout, zwart, Ebonize ſéb'on-ize] -ed -ing, vt. zwar kleuren als ebbenhout, # # # # # # Ebony ſéb'o-ny J, s. ebbenhout na, ehany-tree, ebbenboom m. Ebriety [e-bri'etyJ, s, dronkenschap, Ehritiade Ie-brYI vadJ, s. ruk 1 Ebriosity Ie-bri-os'I-ty], s, dronke # Ehuiliency [e-bül'li-en-cy], s, koking, gisting bruising, opwelling, opborreling ºf .. Ehuilient ſe bijl'yent], adj. overkokend. Ebullition [ēb-n-lºſsh' un], s, koking, ºr: wart ...’ ebben! er t mak # # welling, opborreling f. :. 3. Eeealeobion Tëk-ca-le-o/bi-on], s. kunstma Eeeen trie ſekscént' ricJ, adj.; -ally, adv delpuntig, zonderling. # Eeeen trie ſék-cënt/riej, s, excentriel triciteit, afwijking, zonderlingheid ºf ccentricity fék-cén-trïssºi-yJ, s, uitmid heid, zonderlingheid f. #### Ecclesiarchºſék-cle'zi-ärk],s, kerkelijke heer Ecclesiast en ſec-cle''zi as tez.], s, de Pred Ecclesiastic ſéc-cle zi-äsſtic], s. geestelijk Ecclesiastie [ëe-cle-zi-äs'tici ai, adj, ecclesiastie state, geestelijkheid; states, pauselijke staten, kerkelijke Ecclesiologyſék-cle-zi-öl' Eehinne ſek'ſ nus Echo. Eécºkoj, s. wee Echo [ēc'koj - ed I # ker: 1 Echo eetk galmen twith, van), herha | Eehorneter Lee-koºmé-ter], Eclaireitºefe-clair'elzej - # nement ºf g, uitlegging lanapny ek- mp'syJ ## allende ophelderin | Eclat fe-clätj, s toe m., vertooming leetie ſe-clé s, schifte ## f, aan 'tiel, adj. | besturen thuis of tempel $Educable féd'yu-ca-b # Edueate ## -ed # : Education [ēdººyu-ca'shun], s, opvoedin W '- w n ## # # # ## 'ea-bi # # en. | Educational ſed-yu-caſshun-aij, adj, tot opvo » dsel, afschrif behoorende, opvoedings... tus ſe da'shus], adj. gretig, vraatzuchtig, Eduneator ſéd'yu-ca''ter]. s. opvoeder, opvoedst ity ſe-das'si-tyJ, s. gulzigheid f. v J -ed -ing, v.t. trekken, uittrek- r ſéd'der], s, adder m. ; frijshout n. (gras n. | |ken te voorschijn brengen; to educe good fr ish, Eadish ſéd'dish, ead'ish], s. etgroen, na- in, goed uit kwaad trekken. , Iéd'dy], s, draaikolk fi, maalstroom, dwarre-Educt [ë-duct J s uitkomst, opbrengst f. uchtstroom m. " | |Eduction ſe-düc'shun], s, uitbrenging f. ger 'dy J -ied - ## v.t, draaien, dwarrelen; | Eductor Ie-diic'tor], s. uitbrenger, aan 't licht br in draaikolk sluiten. , Eduleorate [e-diil.'co-rate] -ed -ing, v.t, zo ater ſédºdy-wà-ter], s. kielwater, zog in, maken, zuiveren. (vering ind. [ēdºdy-wYndJ, s. dwarrelwind, wervel- |Edualcoration ſe-dül-co-ra'shun], s, verzoetin º # - w w (lend. | Edudeorative fe-dül'co-ra-tiv], adj. verzoetend, tous Ie-dém'a-toiis], adj, waterzuchtig, zwel-Eel ſêël], s, aal, ing m. (ver tatafe-dén-ta'ta], s, i. tandelooze dieren n.. pl. Ee1-backet [ëël' bäckt], adj, met een zwarte streep ulous Ie-dënt' vu-lotis], adj. tandeloos. op den rug (van een paard). . . . . . g], s. snede, scherpte fº, zwaard in, rand. Eei-fishing Ieël'ffsh-ing, s, aalvisscherij f. m uur nº, hevigheid, bitterheid, scherp Eel-pond fiek 'pöndJ, s, aalvijver m. # #t e an edge, scherpen, aanzetten tot Een-pot [eël'pot], s. aalkorf m. # he edge of the sword, over de kling Eet-skin feel'skfn], s. aalvel, palingvel n. he teeth on edge, tanden kner-| Ee1-spear feel'spearl, s. aalgeer, elger m. hit to take the edge of the Eel-trunk ſeelſtrünkJ, s.aalkaar. f. * * # okje eten om groot en honger te Eel-wear ## s. rooster in een vijver) m. e: [ëf'fa-bl], adj. uitsprekelijk, voor uitleggin via # #, w w ------- w g: Efface [ef-face'J -ed-ing, vat.&i. uitwisschen ! letters l; to effaee from the mind, ui ge he Effacement, Ief-face'ment], s, het uitwisschen ee ###### | E s J, s, uitwisscher m. # -ing, v.t.&i. scherpen, zoomen, Eff g itwerksel n, uitwerking fi, uiven, - komen, scherp bij den | volg, e <<<-------------- ſfeet of 1 ge planks, planken recht-| N - OSCAR- - - - - - - - - - - - - - w inschuiven, inzoomen, inval- grukken; to edge w o edge # # N » . . . . . . . . . . . . . . . s"J - uitbarsten (bv. with joy, van vreugde). Effervescence Lef-fer-vës'sensJ, -ey, s. gisting, koking, gramschap f., toorn m. » Eſfervescent Tef-fer- vés'sent], .. Efferven cible fêf-fer-vés'ci-bl], adj, opbrnischbaar, Eſfeete [ef-feet'J, adj, onvruchtbaar, afgeleefd, ver- Eſſieacious Déf-fi-ca'shus], adj. krachtig. (s Efficaciously Iéf-fi-ca'shus-ly], adv. k Effieaey ſêffi-ca-cy], s, kracht f. nºg: wat is: # encefef-fish'ensj-eieney,s. werking, kracht- ent # adj. werkend, krachtdadig. eient [ef-fish'ent], s. uitwerker m., oorzaak f. ieree ſef-fiërs'] -ed I-fierst'1 -ing, v.t. woe- dend maken. N .. Effigy ſéf'fi-dgyJ, s, beeltenis f. ; to burn, to hang in effigy, in beeltenis vernamen, X ." » » vragen. Etnagitate Def-ſlâdg'1-tate] -ed -ing, vt. ernstig Eſmoresee ſef-fio-rës] -ed -ing, vi, aanzetten, beschimmelen, kristallizeeren. Efilorescence -ey, Lef-flo-rés'sens], s. bloesem m., uitbotting, vurigheid van huid f. , beschimmeling, ristallizeering, % # Eſtluence, ey ſéf'fiti-ens], s uitvloeisel n. Efnuent féfºflu ent], adj, uitvloeiend. - ming, uitdamping f. .. << - ux téfºflixj -ion Ief-flijk'shun], s. uitvloeiing f. Ex ſéf-flitx'J -ed -ing, v.i. wegvloeien. orce'J -ed -in t## gewel # ing: f. #ort Ief'furt], s, poging, inspanning ºf Effortless ## HE# ## zonder poging, moeite of inspannin # sie '] E # ## #, s, onbeschaamdheid f. Erfunge ſer-fiildg'J -ed -ing, v.i.&#t, glinsteren, doen schitteren, uitstralen. nee Ief-fü1'dgens], s, glans m. (blinkend, -fail'dgent], adj. glansrijk, schitterend, tize'J -ed -ing, vt,8xi, uitgieten, ver blood), uit-, voortvloeien. fuze J, adj. uitstortend. 'zhun], s, uitstorting, ontboezemin f-fu'siv], adj. uitstortend. vet ſév'etj, s, salamander m. nzºi. # ºdig daarna. ## rommels 1 er], sº onstuimige vloe t uitwerpen, led werping, dj woedend, woest, wild. |Egot -ed -ing, vi, gissen ; adj. gistend, kokend. . | EEgression. De gr ophan- Eigne ſanj, adj. Eſtluvium [ef-flu'vi-umj, s uitvloeisel ni, uitwase- g, vt. dwingen, nood- 2. #lovehani, #, Hitdelving, opdelving f |+ es # ## .. ## .. < Egotize (e-go'tizeJ ed E## # e# ## # # en t Egregious De gre'dgi-us], adj, groot ## ## Adv. . 's, iemand 11jk, << Egregiousness [e-grë'djous-nessJ, s, uitr Egreen Ie'gress], s, uitgang m., vertrek #sh'unj, 8, het uitg » Egressor [e-grëss'orl, s. uitlooper m. Egret Ie'gret], s, reiger m. Egrett Ieſgrett], s. bos m., pluim f. Eider fi'der], Eisler-demelk, s, eidergans Eider-down Liſder-doün], s. eiderdons Eight Daiht], adj. acht; at eight, te acht Eighteen faiht'teen J, adj, achttien. Eighteenth faihtſteenth], adj, achttiende Eightfold ſaihtºfoldJ, adj. achtvoudig. Eighth ſaiht'th], adj, achtste; - s. ach the eight, Hendrik VIII ::333333 # .. Eightniy ſaint th-lyj, adv, ten achtste. Eightieth Taih'ti-eth], adv. tachtigste, Eighty ſaih'tyJ, adj tachtig. # Eig oudste, eerstgeboren. Eisel ſa' zij, s. azijn m. # Either Iei'tner, 1'raerl, pron, een van Either Iei'ther, iſ rherj, adv, of, als, aculate te-djäc'yu-läte] -ed moezemen, uitroepen ; to ejae een schietgebed doen, » Ejaculation ſe-djäcºſyu- fi, schietgebed nºg uitroep m. EE ## ſë-djäe'-yu-la-to-r Eject [e-djéct'J -ed -ing, v. (bv. fianne, vuur], uit-, af » omzetten (bv. a. elergyrman), verj n (bv. fro # an estaten, verh t uit het land), uitzetten, # Ejection [e-djéc'shun], s. drijving, verbanning ºf # e-djëctor], s. iema # -- . XXXWENSRSS . . . . . . . . S&N. VN. . . . . # -djéctºmentjes. v E Tekel - ed fe'kt] a piece of cloth f: e], ad » Le- bewerken t ately te-lab r: # wijz # ke net, frt rlijk, # -------- vr. -al, treur..., klaa }, M poen, een treurzang m, W w ; elbow iEIegist fêl'e-dgist], s. treurzangsch , slag van twee kabels over te # 'leedgyJ, s. treur-, klaagza elbow of a knee, neb, hals Ele 1'e-ment], s hoofdstof # | grondbeginsel, element W. stoo- | Elenarental ſel'' e-ménºta # adv. hoofdstoffelijk, , '- grond... * % Elementally ſel-e-mënt'al-ly], adv. oorspron W 1 | Elementarity, Elementarinessſél-e-me ſchoorsteen rooken. (bev f, él-e-ment'a-ri-nëss], s: elementaire eigen 1'how-rôômj, s, ruimte om | oorspronkelijkheid, enkelvoudigheid f. er ſél'bow-scrap'er], na. Eierech (Elenehus) [e-lëngk'J, s. valsche bew [ël/how-shäkſer], s, dobbel ###### # : # hoorende, ouderdom heid ºf # w ######## ën'ki-cal], adj, tot een drogrede t oudere, o w w » ## gk'tI-cal J, adj. verwarr e-fantJ, s, oliphant m., to a ephant, van een mug een hant-driver Tele-fant-drit antiasis ſél'e-fan-t1'a- & r, & eig ## x the spirits W# W n], s, koking, stoving f. elixer, bitter n. # man (soort hert) m. Esmaeiation S: . . . . . . . . . . . f, - ºf Ennaeutate Ie-mâcºu- pºsis], s, eirond, ovaal na, uitlating ºf ken, uitwissehen, va p'ti-cal J,adj. eirond, ovaal, elliptisch. ###Ennaenalation Ie-mäc-n- Inn m. (Eſmsvuur in. | vlekken n. # mos-fire], s, St-Helenavuur ; St.-Emanant Gém'a-nant], adj. voo dj. vol olmboomen. j"En", late] - te W Tël-o-ca'shun], s, verplaatsing, verhui- voortvloeien (from, t # as » dheid f. Enna nation ſamºa-na' . fel-o-cu'shung, s, voordracht, welspre- Emmanative ſémºa-na-tiv], adj, voortvloei ury ſel-o-cu's hun-a-ryl, adj, tot de wel- s end, voortkomend. 2:::::::X # behoorende. Emancipate fe-mänſci-patel, adj ſel-o-cu'shun-istJ, s. iemand, die in Emancipate ſe-män' cl-pate] tekendheid ervaren is ºm 8: f. - - maken tbv, slavernij, bevrijden %3:: 333.3% % lijkrede f. Emancipation [e-män''ci-pa'shu , over-1 vrijverklaring f. # & S » fstand m Emancipationist Te-män''ci-pa nt De-loïn 'ment], s, verwijdering fº, stander van de afschaffing de Elong) fe-long gate]-ed-ing, Emaneipator [e-man'-ci- zich verwijderen , ## % X. Sº WX, -8 fe-long-ga'shºnn J, s, verlenging, w e'J -ed feeloºpt J -ing, via we opt s weglooping, ------ ºf ºranaat 's wels # âheid f s, w # t . # #### # lers geven , eine would I t zou ik het geven ; somewhere B ºns anders, elders; nowhere else, mer 1 rs, ens. ſels waren ſe-1 s], s, groote noordsehe (f, pl. vonk f. , s. pl... asch f’, gloeiende kolen ier-week],s, quartertemperweek f. | Iem-béz'zl] - ed -ing, vt. verduisteren lie money); ºverkwisten, #8 eezlerament # tl-ment], is verduistering f. zzier ſem-bëz'zl-er], s. verduisteraar m. erj - ed -ing. vt. verbitteren. # ter] - meblaze'J, Emblazon ſemi-blaºzn 1-ed | tº met blazoenen versieren, doen prijken roepen. (penschilder, uitroeper, »lazener Tem-blaºzn-er], en Lém'blém], s, zinnebeeld, embleem n. ie Témºbleemât'ic] -matieal, adj. zin- a crown in een hiernatie of royalty, is het zinnebeeld van het koningschap, eally ſêm''blë-mât'i-cal-ly], adv, zinne- blematisch » ist Iem-blë zinnebeeldenmaker m. .. # ze tem-blëmºa-t1 ze] -ed -ing, v.t, zin- # ##### 'ble-ments], s. voortbrengselen van eldvruchten ºf, # (sems tooien. loom'J -ed -ing, vt. met bloe- dººdiser], s, inlijver m. > bºd' di # lijve 1 f -böd'd & en, personifiëeren, inlijven, reenigen. (vier f. , s, monding van een ri- , vt. verstouten, l: Emersion te mèr's 's, wapenkundige, wa- » 's-tisti, #, uitvinder van zin- mbraeeer Iem-bra'c #yj, , .. » ping van een rechtbank # mbraid Iem-braid"J -ed -ing, vt. b. # 33 schef Er kf. Embrasure ſem-bra'zhure], s. schietgat in tEmbrave Lem-brave'J -ed -ing, vt. ver optooien, stoutmoedig maken. N Embroeateſêmºbro-cate] - ed -ing, vt. inwrijven Embrocation tém-bro-ca'shun], s, inwrijving, ving, wrijfmiddel n. ## Een broider Eem-broï'der] -ed-ing, v.t, bordure Embroiderer ſem-broï'der-er], s. borduurder mº, borduurster f. # # # # # # ## Embroidery Cem-broï'der-ry], s. borduurwerk in, Enabresil ſemi-broï1'T -ed -i tºe: verwikkelen (with, in }, » # Embroilament Iem-broï1'ment], s, verwarring, ver- wikkeling, verstoring f. (bordeel sluiten #Embrother ſem-brörnºelj -ed -ing, v.t, in ee Embryo(n) ſém'bry-o], is onvoldragen vruc f, eerste ontwerp n.. ; in samenst: kiem... ogeny, leer der kiem wording, embryogon vorming, kiem wording enz. Emend Ie-mëndſ! - ed -ing, vt. verbete + Examendately [e-ménd'ate-ly J, adv. zonder Emendation ſem-men-da'shun], s, verbet Emendator Dém'en-da-tor], s, verbeteraar Eanendatory fe-mënd'a-to-ry], adv. verbet Eenerald Tém'e-rald], s, smaragd m. &W *# ſe-mèrdg'J -ed -ing, v.i. opri en tºe ## -ing,v.t,8ti. doemen (bv. from the ocean, uit voorschijn komen, opstaan, zich op-, ve from poverty, uit de armoede). N Emergence ſe-mer'dgens] -geney, s, verschi gebeurtenis, moeielijke omstandi #, nooda Emergent Ie-mèr/dgent], adj ze .. 'i-tedJ, adj, un], s. o + Ermerited te mêr't at te voorschijn treden, Emery ſém e-ry] jaril #e E" " 'g, vt. zoomen, E 1'1-ment-ly], adv. hoog, #### vJ, adj, onder # fe mbºyent), #, verzachtend middel ## » N ## adj, verzachtend, in ºnent te mölºyu-ment], s, voordeel n. Enrolusmental fe-möl-yu-mental J, adj. voordeelig. Emotion ſe-mo's hunl, s, ontroering f. { geven. Empale ſem-pale/1 - ed -ing, v.t, spietsen, om- Empalement Iem-pale'ment], s. spietsing f. Een panel ſem-pänſel J, s. lijst van gezworenen f. + Empark Lem-pärk'T -ed -ing, v.t. omheinen. Empassion [em-päsh'unJ -ed f-pash'und] -ing, vt. hevig aandoen, - roeren. (daan. # # # Empassionate Hem-pash'un-ate], adj. ster Emperees ſemºper Iss], s, keizerin f. (brengen. Emperim Eem-për'il] Emperor ſém'pe-rur] s. keizer. m. Emphasia Eém'fa-sis] s, nadruk m. imphasize fém'pha-size] -ed -ing, vt. bijzon- deren nadruk leggen op, met klem uiten. - hatie ſem-fat'ie -al, adj. nadrukkelijk, :: ratieally fem-fät' ic-at-iyj, adv. op een nadruk- # wijze. (indringen, Empiereeſem-pterce'J-ºed -ing, vt. doordringen, Empire ſém'pireJ, s. rijk, keizerrijk n. % Empirie tém-pïrº ric], s, kwakzalver m. ; & Empirie ſém-pïr'ricj-ai, adj. kwakzalverachtig. Empiricallyſém-piſtºric-al-lyl,adv kwakzalverachtig. Empirieiam Dem-pïr'ri-cizmj, s. kwakzalverij f. » ## s, plaats f... grond m. ap laster, #l. v.t, z.. Hºe laster. mºplastie # âs-tic], adj. gomachtig, kleverig. Emplead Iem-plead'I -ed # v.t., aanklagen. Employ Dem-ploi'T -ed E-ploïdj -ing, vt, be- steden, bezigen, aanwenden, gebruiken, werk geven, to keep employed, bezighouden; to employ one's self, zich bezig houden. # Employ ſem-ploï'J, s. bezigheid f., werk, ambt, beroep m., dienst m., to keep -, to be in employ, in dienst nemen, zijn: tbaar - Employabietem-plora-bij, adj. bruikbaar, aanwend Employe fem-plot-aj, s. S Employer ſem-ploi’er J, s, meester m., meesteres fi, lastgever, patroon m. (bedrijf, gebruik n. ployment ten plot'mentº, se bezigheid fºr ambt, oison Iem-polºzn] -ed -ing, vt. vergiftigen, eren (bv, the enjoyment, de vreugde]. Moisoner fem-poi'zn-erj, s. vergifti # # W % & geëmplooieerde m. # » » (ve mannent Eem-poïzºon-ment], s. S a1) [ëm-po-rët'ic], adj. op de mº em- oºrt-umJ, s kooppi ## f, e is pov -ed -ing, v.t, in gevaar Ermannen tºen al Emanneller | Eneashment ren, verlegen maken. w Empyreal. Iem-pººr're all -an, adj, Empyrean Lem-py-re'an], s. hoogste Empyrosis ſém-py-ro'sis], s, brand m. Emanulate ſemſyu-late], adj. eerzuchtig. Emulate ſémºyu-late] -ed -ing, vt. nastrev Emulation ſem'' vu-la's hun J. s nastreving ºf Eaantative ſém'yu-la-tivJ, adj nastrevend. Erraulator ſém'yu-la-ter], s nastrever m. Emulgent Ie-mül'dgent], adj, uitmelkend, gent vessein, weivaten; - s, afvoeren En nu loun ſemſyu-lus], adj, naijverig. Ennan Lonely [ëmºyu-lus-lyJ, adv: naijv Enaulsion [e-miil'shun.1, s. melkachtig van olie met een ander vocht. # Eamulsive [e-nniil'sivJ, adj, verzachtend, Emanetories [e-müne'to-ries], s, pl: zw gen, poriën ºf pl. (bekwaam Enable ### -ed -ing, wat in sta Enablement ten-a'bl-ment], s, bekwaamma + Enaet ſen-act'J s... besluit n. (staatst Enaet ſen-äctºl -ed -ing, vt. beslissen, tigen, vaststellen, ten uitvoer leggen, de ro Een active ſen-âctivJ, adj. verordene # Enaetanent fen-fict'ment], s, besluit in Eaaetor Ten-äctor], s, wetgever na, Enailage ſen-ä1'ladg], s. omkeer van woo Enambush ſen-äm/bush] -edf-bitshd] -i in hinderlaag leggen. verff, vergl âm'elj, s. brandschilderwerk in Enamel I en am'elJ -Hed -ling, vit. &i, br deren, emailleeren, schakeeren. Enameling ſen-ana'el-ing], s. het brandschilde ## s. brandschilde En annofu)r Ien-am'mur] - ed -ing, S verzot maken (of, with, op), » Enamorado ſen-äm-o-ra'dojº s. we Enatation Tén-a-ta's hun 1, s, ontzwemm |f Enate fe-nate 1 adj. uitgroeiend. irºnavigatefe-näy'i-gate]-ed-ing, v. Eneage ſen-cadg'J -ed ,":" # Eneamp fen-cãmp'J -ed -ing, v.ikt. kampeeren. # Eneampment meanker fen-can'cer] -ed - Eneane Len-case 1, vat. zº. Mnease #"end, is, het elbrief ºf ### fen-camp'ment], g egeri :: van een wiss Encanatie ſën-caus'tſc], s. n schilderen met brandver se. | Encaveſen cave'J-ed - Eneeinate 28%#%&% ſen- e Le .. bij » # ſ" : «. S elasten, loos , to en al t tºveres f: for end, in omgekeerd » tchäut'ress], s. toovenares, too- wit's end, ten einde raad zijn; to pu häse'J -ed -ing, vt. inzetten (al to, een einde maken aan, vernietigen, t , beitelen. (graveeren. | both en de meet, de tering naar de nering zette chïz zl] - ed -ing, vt. beitelen, ºm have it at my tongue's end, 't ligt mij op » -koºri-al-J., adj, populair, algemeen. de lippen ; to smake an end of one, iemand red ſen-cin'derd], adj. tot asch verbrand. vermoorden ; wou have the better end o en-cir'ell -ed -ing, v.t. omsingelen, staff, gij zijt er het best aan toe ; they a-cirºclet], s. cirkel; ring m, tomringen. ' there without end, zij zijn er altijd ; conn # titie al fen-clitſic], adj, leunend, nei- end, spoed je herwaarts; get you an end, onafscheidbaar (in de spraakke) 2 . . i3::... : je voorwaarts; he eares not which eind se ſen-cloze] ed -ing, vt. z. Inclose, enz. | forward, hij geeft er niet om hoe het ud ſen-cloud'J -ed -ing, v.i. met wolken world without end, van eeuwigheid tot eeuwi kken, omhullen, # # %. heid, fag, end of a rope, losgedraaid touw h. Ien-coach'J -ed-ing, vt. in een koetsj betakeld is: knot at the end of the earn # (ten van een lijk, | aanzetklos; end pointed and tabbered, g ſen-cöffin J. -ed t-findJ -ing, vt. kms- , slurpt einde , rope knotted at one end, t Ien-co'naï-ast], s. lofredenaar m. dat aan een eind geknoopt is ; end seizi » Eneonaias tieal ſen-co-mi-àstitie, en- ven- en eindbindsel van een hoofdtouw en stag dj, prijzend, lof gevend, 3-3 to swing end on the tide, zwaaien voor 't g u-mi-àstic], trºnenmium fen. ' tij; to drive end on the tide, met stro :ht n, lofrede, lofspraak f. drijven; to run, end on a ship, met de m'pass] -ed -ing, v.t. om-, spriet in de zijde van een schip loopen gelen (bv. a city), mast on end, opgezette steng; veer e en-ciim' pass ment], is omsinge- %. end out the whole end, 't zwaarteu interj. nog eens, bis ! (ling f, slippen; end wipped, betakeld einde. erjas, ontmoeting f.., gevechten. Eerst Eénd] -ed ſiëndſedij -ing, v.t.&i eindigen 1 counter] - ed -ing, vt.&i ont- to end a vvar, een einde maken aan een oorlog len, het hoofd bieden, slaags raken, this is word hath ended him, dit zwaard maak # # (der m: een einde aan zijn leven, life end-, h en-coûn 'ter-rer],s, vijand, tegenstan-, eindigt; all well that ends well, h turridgn -ed -ing, vt. aanmoe- goed, al goed, to end for end, op z t ging f: uitsteken ; to end nºn, recht op iets aa » » # d x. -eiir'ridg-ment], s, aanmoedi- + End-all ſend all], s, sloten. (schadige #### aanmoediger m. isiºn damage ſen-däm'midge -ed -ing, wit, bei t WW - N. W... . . . . . . . . .NR...', idg-er], s, as n-cür'ridg-ing-ly], adv. aanmoe- i <-- -3 #"## Clegg # -dan'dger] -ed -ing, v.t. J - ed -ing, vt. in een wie » n (bv, the li # 'sonn -ed -ing, vt. karmo- tiendangerment fen-dan'dger-ment], s. od verven, | Endear ſen-dëar'J -ed -ing, vt. bemin pdf], adj, gekruld. #earedneer ſen-dear'ed-nëss], s, lie "J -ed t-ernatcht; -ing, Endearment ſen-dear'ment], s. teederh .. » (treder. Endeavour #' s. poging f. hen, de }, w .w » N &# #je: s. inbreukmaker, over Endeavor Ten-dëv'vur] --ed -ing, v.t, N. batch'ing-lyJ, adv. ven, pogen, trachten. %. #king: N # beproever, strever 'en-décºa-gon], s, elfhoek m.. 1 fen-de-mi-al] -demie i nººi nheemseh, aa fen-dën'ize] t verleenen, roatch'ment], erne verk '' sing van ns'ment], s, verhooging f. Enormity ſe nor' meha . ſen-hánſeerd, s, verhooger m. » heid, gruwelijke misdaad f: en-här born -ed #n" bewonen. Enormous [e-nor'mus], adj. ijselijk, ver iearten) [en-härººdnl -ed -ing, lijk, buitengemeen. . aanmoedigen, ---- . . . . . . . . . . . . . . . . . » Enormously fe-nor mus-ly], adv. ijselijk, Yg'maj, s, raadsel n. S; Enough [e-niiff'J, +Enow fe-noü'J, adv. 1 fen-i # adj, raadselachtig. | |noeg, he is ready enough to..., hij Ilyſén ig-matic-al-lyJadv.raadselachtig, bereid om..: ; 1 know you well enough tist [e-nig mà-tist], s, raadselschrijver m. u zeer goed; the song vvas well enoug aatize De-nig'ma-tize] -ed -ing, v.i. raad- gezang was tamelijk wel, he had enough to d aken, opgeven, in raadsels spreken. (ten.] to take care of himself, hij heeft genoeg S.: RTSX 1 - ed-ing,v.t, in een gevangenis zet- doen om voor zichzelf zorg te dragen ; I have -djoin'] -ed iſ-djoïnd] -ing, v.t. op- enough, ik heb genoeg; en ongh : genoe velen. » - : . . . . . . . (ler m. 3 Enou nee fe-noüns'J -ed E-nóüust] -ing en-djoin'er], s opdrager, gelaster, beve- uitdrukken, verklaren, N ment # s. bevel n. Enouncementſe-noüns' in-djot'T -ed I-djoïdj -ing, v.t, genieten, ºf Enquicken ſen-kwYk' ustigen in ; to enjoy one's seif, zich maken, levendig maken, » # van iets genieten ; 5-, v.i. genoegen Enrage ſen-radg'J -ed Eeºi, vt. vertoorne ukkig leven. Enrange ſen-rändg'J -ed -ing, v.t, in orde fen-djoi'abl], adj, genietbaar. | |ken, regelen, rangschikken, # djoï'er], s, genieter m. # Enrank ſen-ränk'J -ed. ſ-ränkt'J -ing, vat ſen-djolº ment], s genieting fº, genot m. | Enrapt ſen-räpt'J, adj, verrukt, betooverd. kYn 'dl J -ed I-dldj -ing, vt. aan- Enrapture-ten-räpºtyurej- ed -ing, v.t. ve ºren (bv. zeal, den ijver), aanstoken. Een raviah fen-rav'ish] -ed -ing, v.t. verrukke of war, de vlam des oorlogs), sto- en raviahingty Den-räv'ish-ing-ly] ,adv.verrukkelij seerd, twist), » LEuravishment fen-rav'ish-mentj, is verru n-lard'1 - ed-ing, v.t. spekken, lardeeren. | Enregister ſen-rëdg'is terJ.-ed ing, vt dg'J -ed -i S., N... » .. %. ven, opschrijven, op de lijst stellen. tºn rheuma ſen-rôôm'J -ed -ing, v.i. . uit- Enrieh Den-ritch'J -ed -ing, vt. verrijken (w met), vruchtbaar maken (bv. land). e] Enriehier Een Etehºerd, s. verrijker ºm - Enrichment Ten-riſtch'ment], s, verrijkin Enridgeſ en rººdge'I -ed -ing, v.t, met gr Enringſen-ring'I -edſ-ringd'J-ing, v.t. + Enripen ſen-ri'pn] -ed -ing, v.t, is. # doen rijpen. %, # - Enrive #rive Jº-ed -en Len-ri' Enrohe ſen-rdbe'J -ed E# vt. ng f. » 3.3.333.33.333.3 :: #oter, uitbreider m. | Enro11 ſen-roll'J -ed frolld ag, wit, ſen-liht'tnJ -ed -ing, v.t. º nen, inschrijven, inwikkelen; to enr ## » self, dienst nemen. # S Enroiler t roll’er J. s, inschrijv . Enroiinnen en-roll'ment], s. opteek ving fi, register m. . Enroot Den-rôôt'J -ed -i | + Earo ſen-round'1 -ed in insluiten, & J. 3 + Ensafe ſen-safe'Ji-edi-ing, v.t, in veilig Ensample Len-säm' plJ, s. voorbeeld n. ne ## in Ien'sthn], s, vaandel m., h. ſteek vaandrig m, to hoint the enei •W , de vlag halverstok hijschen; to put a broad sign, de vlag hijschen; to spread an emaign, laten waaien; fly of an en sign, uit- deel van een vlag ; haHiard of an en- al van de vlag, en sign staff, vlaggestok; with a waft, vlag in sjouw gehesehen. » earer ſén's Ihn-ba'rer], s. vaandeldrager m. N # -shi IËn in-eyd, s. vaandrigsplaats f. nakied Ien-skIdºl, adj. onsterfelijk gemaakt. slave ſen-slave'J -ed engen, verslaven tto, aan), - aslavedness # s. verslaafdheid f. aslavenment Ien-slave'ment], s. slavernij, versla- aver ſen-slâv'er], s. onderdrukker m. (ving f. marl ſen-snärl'J -ed -ing, vt. verwarren, ver- en maken; +- vi, tanden knarsen. .. tººnsoberfen-so/ber] -ed ,"# v,t. nuchter maken. aaphere ſen-sphër'J -ed plaatsen, als eene sfeer vormen. stamp ſen-stämp'J -ed -ing, v.t. inslaan. styleſen-style'J-ed-ing, vet noemen, benoemen. e Ien-stie'J -ued Ten-sü'd] -uing, v.t. volgen. weep ſen-Eeºpºl -ed -ing, v.t. snel afvegen. akºe fen-täck'le] -ed -ing, vt. van takel- 8%#%& erk voorzien, » tail ſen-tail'J s voorwaardelijke overgang van op een erfgenaam m. n-tail'1 - ed I-taild'! en #eeren (met bepaling van onvervreemd- ). .. » & & . . ... :- m-tame'J -ed -ing, vt. temmen. Ten-täng # -ed I- "E# #, verstrikken. - tverstrikking f. aat Len-täng’glement] ## verwart m. ten-ten'der] -ed -ing, vt. teeder be- ter] -ed rënterd -ing, vt.&i. bin- -ing, vt. in slavernij, mag, v.t. in een sfeer Enthea1 ſén the-all, adſ. -ing, v.t. verma- sen van een # # ## is, verwarring, ## agf, teeken vaſreep, gn half staff Entero.., Ien'té-ro J an >S3% : : ::33 Enteroeeie ten téfo celej, darmbreuk" Enteromphalus ſen-ter-öm'fa-liis], s, navel Enterparlanee Tén-ter-pärºlans], s, mon onderhoud n. N » #rºmen, b Enterprise ſen/ter-prize] -ed -ing, v.t Enterprise Dén'ter-prize], s, onderneming f. Enterpriser ſén'ter-pri-zer], s, ondernemer Enterprisingly ſen'ter-prize-ing-lyJ. adv, stou Entertain [ën''ter-tain'] -ed -ing, vt.&l. on len (vvith, op), ontvangen, onderhouden, we ken (with, met), voeden (iii thoughts, gedachten ) , to entertain a propos stel aanhouden. » " ' ...'-W # Entertainer ſen''ter-tain'er], s, onthaler m, Entertaining ſen''ter-tain ing], adj. vermake Entertaininglyten''ter-tain'ing-lyJadv.verr Entertainment ſen''ter-tain'ment], s, ga fi, onthaal, vermaak, kluchtspel n. Entertisened ſén-ter-tïshºudJ, adj. doorw .. lijk bezield Entheastieſën-the as'tic], adj, met goddelijke kra Entheastieally ſén-the-äs'ti-cal-ly], adv. over op d komstig de goddelijke kracht. Enthrone ſen-throne'J -ed-ing, v.t. plaatsen, installeeren ( a binho 'j. Enthronement ſen-throne'ment], s, t Enthronization Ien-thro-ni-za'shun], s .. . zijn zetel in, Enth aan de ºefen-thiin -ed-ing, v. | leven maken, donderen. En husiaan Ien thu'zhi-hzm], s, geestd Enthusiast. Een thuiſzhi-àst] is, ieman gen is, geestdrijver m. # Enthusiastieſen-thu''zhi-as'tic] -al, adj. drift, geestdrijvend. # Enthusiastically ſen-thuiſ 'zhi-äs'tt-e Entieingly ſen-tic'ing-lyJ, adv. ver Entice ſen-tice'1 - ed -ing, v.t. v. n (bv. a house), inkomen, intreden (bv. | En tieement # s, verde e sixteenth year, het zestiende # op-, in- (bv. a debt), aangeven, inklaren #: Ten-tiſeerd, is verleider ºm (bv. | Entire ſen-tire'J, adj, geheel, volk aanvaarden, indrijven (bv. a wedge, eene Entirely ſen-tirefly], adv. ge enter the military service, in dienst W nter the liste, dienst neme ie- beginnen; to enter the church, den gees- stand # »  ## het ge- heid, trouw Entittle ſen-ti'tlJ -ed - Entity ſên'ti-ty], s, zijn .. . # '-ed", Entiren een fen-tire'ness], s volledigheid f-titlau -ing, v. men, betitelen, een eerraam geven, re f, # 1, bewegen iſ door smeeking). e ſen-treat'abl], adj. handelbaar, N ſen-treat'erſ, sº smeeker, verzoeker m. ratinglyfen-treat' ingelyl, adv, smeekenderwijs. native #" adj, biddend, smeekend. aty ſen-trëa'tyl, s. bede, smeeking ºf, .. tre'J s, vrije toegang m. W [enºtre-ma],s pd, tusschengerechten in pl. # -ed -ing, v.t. verstrikken, en, misleiden, bedriegen. # f, 'try], s. ingang m., intrede, boeking, inkla- Den-twine J -ed -ing, v.t.&i. (zich) en, ºmwinden, omslingeren. 't Ien-twine/ment], s, samenvlechting, 'bi-lous], adj, helder, onbewolkt. cle-ate] - ed -ing, vt. ontwarren. nii-cle-a's hun J, s, ontwarring ºf me ratel-ed-ing, v.t. optellen. - nu "me-ra's hun J, s optelling f. tu'me-ra-tivJ, adj optellend. . tdruk- # » king ºf. 'shun], s, verl g, uit- # vJ, adj. te kennen gewend. Leºntin'shi-arto-ryl, adj, ui -ntin'shi-atej,-ed-ing, vt. n # (vernederen, -ing, wat tot vaza is sail -ed loppe f: ,, #%$#%# J, # and adv. benijder tºt nºviºus], adj, nijdig, afgunstig. én vreus-ly], adv. mij # nºvi-ous-néss], s, nijd in » .. - ed -ing, v. d, ver- | ## ## | |Epie edial, -an Tép-i-ceº di |Epieure ſépºi-eurej, s. epicurist, Epidermie, Epiderman | |Epigraph ſép'i-gráf J. s. Epilepsy ## W Epilogize fe-pr1-o-dgi'ze i:# slotrede uitspreken. » :S. 1. Epiphany De pºf'a ny], s. driekoningendag m. W Epieopties te pisſed-pa-eyj, s, bisschopp benijdeE# E # |# ze opate te-pia co-pate] Epi 33 333 » Episodie [ēp-i-söd'ic], adj, bij w ge | ## Deep Isºs11, s. brief #" wij fiërietier te prººi achtig. . N V&W wellustige, lekk Epicurism ſép'pic-yu-rizm], s. leer van Epi wellust, kunst, zucht om lekker te eten ºf Epieurize ſép'i-cu-rize] - ed -ing, v.i. ren, nachtbraken, in wellust leven. # Epidemie (Epidemy) [ëp-i-démie], s land volkziekte, epidemie, ## Epidemie # Epidemieal, adj. g eal ## mic, ép-i-dè mical], adj, tot de opperhuid behoorende, Epidermis ſép-i-dèr mis], s. opperhuid f. EPigastrium ſep-i-gâs tri-timJ, s onderbuik m. *# (Epigaeus) e pidge oasj, adj, die langs den grond groeiende, » ' , ' • NS- # Epiglottia ſép-1-glöt'tisj, s. strotlapje n. Epigrana ſép'ſ-gram], s. puntdicht n. Epigrammatie [ēp i-gram-matic] -matiea op de wijze van een puntdicht, stekelig. Epri grammatist ſép-i-gräm'ma-tist], s. pun opschriften. (schrij Epicene ſép'i-cëneij, adj, tw & 3: ººi-legººyd,5 vallende ziekte iſ. ,, *# Dëp-i-lép'tici, adj. aan vallende a lijdende (ziekte heeft me Epileptie # s, iemand, die de va Epilogistie fe-pſl-o-dgïsºtic], adj, tot het sl eene rede behoorend » & -ed -ing, vt ilogue ſép'i-lºg], S. slotrede, marede f. ke ker regeering f. » » Episcopal. [e-pïs'co-pal], adj bisschoppe Episcopalian Ie-pis-co-paºlº-anJ, s. episº %. co-pate], s, bisschopp » (bisscho & - ; 2. pate] -ed-ing sode ſep'i-sodel, s, tusschenverhaal, Epiaeopate ſe pis' #e ter ## er], s. brievenschrijver » ## n- 'Epistol e-pisºto-la-ryl, adj. brief..., ep * * * * *# (banket n. |E -la'shun], s, feestmaal, gastmaal, ſijke zw, en lose], adj, gastreerend. Equip onder antiſe-kwt ºp rº naar: ru-löt'ic], adj. drogend, heelend; -, s. Equirota1 ſe-kwi-ro'talJ, adj, met % middel n. (migheid d # usability ſeekwa-bY1'1-ty], s, gelijkheid, gelijkvor-|Equiaonance ſék-wi'so-nans], s, ge uable Ie'kwa-bl], adj, gelijk, gelijkvormig. Equitable ſekſwi-ta-blJ.adj billijk; equit ahlenen." De kwa-bl-ness],s, gelijkheid, evenre-, ge, onpartijdig rechter equitable debt,ee zwaarte f, e heid | | lijke grootte of doorsnede, d, gelijkvormigheid f. # Equitabel en een fëk wi'ta 'bi-nessjes, recht in hiy #. op een gelijke wijze. billijkheid, onpartijdigheid, rechtvaardigheid 1 fe'kwall, s. gelijke m., wedergade f. lijkheid f. 1 fe'kwall, adj gelijk, zelfde, bekwaam, op de |Equitably ſekſwi-ta-blyJ, adv. op een billijk hoogte van, geschikt iſ, aquai size- gelijke grootte: Equitation, Iek-wi-ta'shu.nl, s... paard rijden aquai #. gelijkmatig karakter, he is not | Equity ſek' wi-tyJ, s billijkheid ºf aqual to the taak, hij is niet bekwaam #je:# Ië-kwYv'a-lensj,s, gelijkhei taak; it is a qual to me, het is mij gelijk, on- de, gelijkheid van macht of kracht en allig. » » tgelijk stellen. | Equivalent ſe-kwYv'a-lentJ, s ge Equal ſe'kwal] -led -iing, wat evenaren, gelijken, evenredige vergelding f, equivalent uality #"#: s, gelijkheid » Equivalent Ie-kwYv/a-lent], adj. # W # [ë-kwal-1 # ## f, » # -za's hun J, s. gelijkstelling, Equivalently fë-kwYv'a-lent-lyj,adv vereffening f. # # e-kwYvºo-ca-cy J, s, dub te kwal-lize] -ed -ing, vt. gelijk : âj. l Equivocal fé-kwſvºo-cal], a a hurden), vereffenen (bv. an account), , d Equivocally ſê-kwYv'o-cal-lyj, ad eiien. W (scheid. | Equivoealneae fe-kwYv'o-cal-ness], ºnally fe'kwal lyl, ady. gelijkelijk, zonder onder 1, nigheid f. tzinn uanimity ſe kwam-nºſm'ſ-ty],s.gelijkmoedigheid f. | Equivocate Ie-kwYv'o-cate] - ed -in # ## fe-kwân 'ni-mus], adj, gelijkmoedig. e:entien ſe-kwYv'o-ca's hun], s. wa'shun], s, vergelijking, equatie f. trend te &#%, twa'ter], sº evenaar, aequator m. Equivocator ſe kwivºo-ca''ter], s. Të-kwa-tij'ri-all, adj, tot de evennachts Eq » W dit hºtel zij linie. # hoorende, onder de linie e-kwYvºo-röus], ad uerry ſé-kwër'ry], s, stalmeester m. (zittend, Era fe'raj, s, jaartelling f. <::... . # restrian De-kwes'tri-anl, adj, ridderlijk, te paard Eradiate ſe-ra'dyi-ate] - ed -ing, vi, e-kwäng/gn-ler], adj, gelijkhoekig. #" ſe-ra''dyi-a's hun J, s, stralin ſe-kwi-b#1'lansj, s. evenwicht in t fe-kwi-dºffer-ent], adj, met gelijke len, - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - #32 33 33. . . . . . » ----- ---- -- Eradication ſe radiº1-ca's hun J e ſe kwi-drs'tans],s gelijke afstand m. Eradicative ſe radiº i-ca-tºvJ, a ë kwi-dis'tant], adj op gelijken af- BErasable Ie-ras'abl], adj. gelijkvormig stand. Erase fe-rase'J -ed wi-for'mi-ty J,s gelijkvormigheid f: schrappen ºf bv. a name), uit" # wi dat 'e-rall, adj. gelijkzijdig. 'Erasement ſeräse'ment], En nuilibrate fe-kwi-li'bratej -ed -ing, vt. in doorschrapping, uitwissehing stellen, - brengen, - houden. 'Eraser Ie-räs'er], s uitschrap e-kwi-li-bra'shun], s, evenwicht n. ſe-réctºj, adj, rechtop # wi-libºri-us], adj. evenwichtig. -aëctºj -ed - » N. zin # s, koorddanser in. # ºffen, adiea te Ie-räd'1-cate] - ed -ing, itroeien (bv. errors). # fe-rect feerée ië << nt J, s, eet #f # # W 'cü-lent], adj. eetbaar, voedza ſn. Eneutelheon Les-etitch'enj, s. "# d n g J, s, opdragen, c & Esenteheoned ſes-ciitch'und], adj. met een w adj, als uitgevreten, afgeknaagd. | schild, met een geslachtswapen. te unl, s wegvreting f: 't Estoin ſes-lotnºj - ed Iloind'1 -ing, v.t. ic], s, min nedicht in Espalier ſes-pâl'yerd, s. leiboom m Erotient ſe-röttie, erbº-caij, adj, tot de Especial fesiºneel alſ, adj, # #ak ## %. # # # » jzonder. oorende, erotisch. Especially fes-spësh'al-ly], adv. bijzonde X. Erotomany ſér-o-to-maºni-a, ër-o-Espial ſes-spitalj, s. bespieding f.; +bespied s, erotische zwaarmoedigheid f: , Espinel ſés'-pi-nëlj, s, spinel, bleekroode ro ed ſerrdJ -ing, vi, dolen, dwalen, Espionage ſes'pi-o-nädgel, s. bespieding f. in, in). » ſderhevig. Esplanade ſés' pla-nadeſj, s. esplanade, open d], adj, feilbaar, aan dwaling on- Een onaal ſes-spoû'zal], adj, bij trouwen, Fabiºmessi, E reiibaarheid i T ijk. . . . . . . . dJ, s, boodschap fi, to send on an Eanonnaisſes-spou'zalz],s.pl. verloving, ond eene boodschap zenden ; to do an E-ponse ſes-spoûz'J -ed -ing, vt. uithuw last, eene opdracht volbrengen. huwen, aannemen, handhaven. # ant], adj, dolend, afwijkend. Eapouserfen-poüz'er],s die in den echt treedt ir'ranet nd leven n. Eepy fes-spie J -ied Ies-spied'J -ying, v.t. end, dwalend. . spieden, ontdekken, op wacht staan, turen » al-ly],adv, dolend, ongeregeld | Esquire tes-skwire/J, s. schildknaap m., m ra'shun], s, rondzwerving ºf op brieven) Robert Bell, Esq. WelEd. H a’tum], s, drukfout ºf (valsch. | Esquiere tes-kës'j, s, schets f. . # re s], adj, dwalend, verkeerd. Een ay ſés'sayl, s. proef, proeve, poging; us-ly], adv. verkeerd, valsch. an essay, eene poging doen. 'lessa eil f, misslag m., writ of er-Essay fes say'J -ed E-sayd'1 -ing, vt. bep 1, # | Essaver Ies-say'er] s. keurmeester, ess ile], adv, tot nog toe, vroeger. | Essayist Les-saylist], s. schrijver van pr r, %3%.33: 33%3,3% | Essence fés'sens], s wezen n. reukwerk n. (ken, geu Essenee Jés'sens] -ed -ing, vt. wel | Essential ſes-sën'shal], s, het wezenlij | Essential Ees-sën's halſ, adj, wezenlijk, mis. | Essentiality ## # » ## in tes-sö oor de re emand jning » ent verontschuld ed f-s . taxeeren, waardeeren (bv. the talents of a persoºn, iemands begaafdheden). Estimation [ēs-ti-mä'shun], s, schatting, waardee- ring, berekening, meening, achting f. Estimator Eés'tI-ma-ter] s. waardeerder m. Estival [ēs'ti-val], adj. zomersch. .. .. tEativate ſês'tI-vate], -ed -ing, v.i. den zomer doorbrengen. # (zomer n. Entivation [ēs-ti-va'shun], s. doorbrengen van den Estop ſes-töp'J -ed -ing, v.t, belemmeren. En tovere ſes-to’verz], s.pl, noodwendigheden f.., le- # ote vensmiddelen n, pl. onderhoud n. Estrade # s. optrede f. (from, van). range ſes-strandg'1 -ed-ing, vet, vervreemden, an id, vervreemdheid f. angement Des-strandg’ment], s. vervreemding f. eat Tes-treat'J, s, afschrift, uittreksel m reat Ies-treat'J -ed -ing, v.t, getrouw a ken van, afschrijven. (n, tstruisvogel. ieh (Estridge) Eés'trïtch], s. struisvogeldons tuance fés'tyü-ansj, s. hitte f. >S.-. x uary ſés'tyu-a-ry J, s. mond eener rivier m. Zº - WEZ. ## opborrelen, koken, # # ion [ēs-tyu-a'shun], s, bruising, opwelling f. teature Test'yure], s. geweld n.., onstuimigheid f. rient te zu'ri-ent], adj, hongerig gretig. rine Léz'u-rine], adj, bijtend. . . . fëtch]-edfétch'tj-ing, v.t.&i, etsen, schetsen, er ſétch'erj, s. etser m. # # # # # ing, ſêtch'ing], s. etsen na, geëtste plaat f. eedle fetch'ing-need'lej, s, etsnaald f. aal fe-têr'nal J, adj. eeuwig; eternal flower, erbloem, » - ... . . 1 [e-tèr/nal], s, de eeuwige, God m. nalist Te-têr'nal-mst], s, voorstander der leer van euwig bestaan der stof m. N. . . . . . . » alize Ie-tèr'na-lize]Eteraize Ie-tèr'nize] -ed g, vt. vereeuwigen (bv. a name). ernally ſe-tèr'nally], adv. eeuwig. %3;&#:: 3%, S& ºrnity fe-tèrtni-fyj -ed -ing, vt. onsterfelijk rnity ſe-tèr'ni-ty J, s, eeuwigheid f. r Leº , s, zuivere lucht f:: aether m, re-al] -eeus, adj. aetherisch, he te thë re-al/i-ty], s, luchtvormigh te Le-theºre-al-ize] - ed -ing, vt, deren, etherisch maken. Chemelse re-oiis], adj, van ether gevormd, rºi-form], adj. ethervormig. i ren ta patient # : » # ## gerinens Tes-strân'dged-ness], s. verwijderd- fschrift: i # ſmaken, j (f, het hemelsche. Euthanasia, in Evacuant te via h. Ev à vt tot ether Etiolate tett-o-laten -ea -ing, v. kracht, schoonheid (doen) verliezen, Etiolation te-ti-o-la'shun], s, verkleuring ting f. # # # # ## E## [ë-ti-bloedgyJ, s, leer der ziekteoorz Etiquette ſet" i-kët'J, s, vastgestelde plic f., beleefdheidsvormen m, pl. # Etymologie al fit-º-mo-lödeº-call, adj, de w ,,gronding betreffende, etymologisch, Etymologieon ſet-y-mo-lodg'I-cönl, s. verhandeli over de woordvorming f. # Etymologist #"# s, hij, die de we gronding naspoort, etymologist m. # Etymologize ſét-y-möl'o-dgize] -ed -ing, woorden afleiden, de woordvorming nagaan Etymology ſét''í-möl'oedgy J, s, woordgro Etymon Létſi-mon], s, grond woord, wortelwo Eucharist Iytiſka- isij, s Avondmaal n, N Eneharistie, Eucharistie al fyu-ka-rfs'tic. v. rſs'ti-cal], adj. tot 't Avondmaal behoorende ":# Iyü'cra-sy], s, gezonde en goede lic gesteldheid f. S » » # + Earetieal # adj. dank bevattend, smee + Euge fyu'dge], s, toejuiching f. iEugeny fyu'dgen-y], s, adellijke geboorte Euharmonieſyü har-mönie], adj, harmonie r Eulogist ſyn loºdgist], s-, lofredenaar m. (b | |Euloginna Lyu-loºdgi-umj, s. zº. Eulog Eulogize fyſiºlo-dgºzel, -ed -ing, vat. p. Eulogy ſy ti'loedgy J, s. lof, lofspraak ºf Eanonny Eyü'no-myJ, s. regeering onder En nu eh ſyü'nukn, s gesnedene m. +Eunuchſiate) fyu’ntikrate],-ed-ing, v. Eupepny Eyü'pép-syJ, s, goede spijsverte e: niem ſyu'fém-Yzm] s. verza laag is # # # » ſtadj Euphonie, Enyhenie al Dyu-fonic, Euphonism fyu'fo-nizm], s, harmonie genaam klinkend. nºg # Euphoniously fyti- twaren, ºf ## ## %  Euphony fyu'fo- o-ny J, sº welluid European fyti-ro-petanj, adj. Euro Eureau Eyºu'rus], s, de oostenwind %. %. a, sy Lyti-tha-na zhi + Evaeate te-vºi' . Evacuate Ie-v cºy S. . . . . ledigen, loozen, ontr ## Evacuant [e-vacy ange- # t gelie n. ânſidj, adj, flauw, kwijnend. tºnen, e-vän'ish] -edit-isht] -ing, vi, verdwij mishment ſervan'ish-mentj, s, verdwijning f. orable Le-väpºo-ra-bl], adj, verdampbaar. ##### asem uit-, verdampen, zich verliezen, in fe-väp-o-ra's hun J, s, uitwaseming, ver- g: f. t loopje n. in Ee-va’zhun], s. ontvluchting, uitvlucht f. we te-va'siv], adj. ontduikend, ontwijkend. # Ie-va'siv-ly J adv, ontwijkend. .. S. fe-vée's hun J., s, libratie der in aan; +weg- » heffing ºf ººi: '# , Christinass-eve, kerstavond m. ### t of land, effen, vlakke landstreek; aan d, eene gelijke snelheid ; aan even jkmatig karakter; even with ijk met den grond; even ae- ning, even voºr oeid, even of on- e even at the year's exad de re- gen afsluiten bij 't einde van 't jaar ººit hºe with him, ik zal het hem betaald zetten, ; een even grººt k voordeel, gelijke kans, zelfs, juist , even als en that..., ondersteld dat ## S. , NX2... ... " , thans, even though, W. W , vat, effenen, Leº ed], adj, onpartijdig. a-ing], 's avond, avond stond ºm the ro was the day, het einde bekroont # » ## » , s. # tijding fi, evan- ſe-väp'o-rate] -ed -ing, vi, kt. uit- geij: 'E, much, N atsten droppel. even | Everyday ſêvºe-ry-day], adj alledaagseh. a .. # # ook, ºver oo v # » » ---- Ever-burning Tévºer-bürnºir # adj, eeuw Ever-changing ſév'er-tehan gºingj, adj, ze anderlijk. 8. » .. 2.3.3 Ever-decaying fév'er-de-cayº ing], adj. st Ever-during ſév'er-duringſ, adj voortdurend, Everglade févºer-gladel, s. verdronken land n. Evergreen Tév'er-green J, adj. altijd groen. Evergreen ſév'er-greënj, s. boom, die zijne blade ren in den winter niet afwerpt m. Evergreen-oals ſév'er-grëën-rak], s, groene eik Ever-growingſév-er-grow'ing], adj. altijd gro Everhonored ſev''er-ön/nurdJ, adj. altoos geëerd, Everlasting ſév''er-lasting), s. eeuwigheid fij. Eeu- wige m. : sterke wolstof f. » » » BEverlasting Lev''er-lást 'ing], adj, eeuwigdurend Everlastingly ſev'er-lasting-ly],adv.eeuwigdurend, Everlastingness Cev'er-fast-ing-mess1, s. eeuwigdu rendheid f. N: # # # » # Everliving Ievºer-lºv'ing], adj, onsterfelijk, Ever-memorable Eév'er-mëm'o-ra-bl], adj, alt gedenkwaardig. t 3 . . . . & Evermore ſev'ºer-möre'j, adv. altijd, eeuwig, Ever-open te vºeren ºpn1, adj. ongesloten. - - - - - - - - Evert te-vèrt'l, fEverse ſe-vers'I -ed -ing, omkeeren, somverwerpen. ### Eversion Ee-vèr'shun], s, omkeering, ver Ever-verdant févºer-vèr'dant], adj, altijd Every tév'e-ryl, adj, ieder, elk, al , every iedereen, every thing, iedere zaak, alle where, overal, every other day, om d deren dag ; he drank every drop of dronk het tot den laatsten droppel. & # Ever-young ſév'er-yungº, adj. onverwelke Everywhit tév'er-y-whitj, adv. geheel e *tigate fe-vés'tt-gatej, vt. z. In stion [e-vés"tt-ga's hun], s. uitvorse # e-vïct'J -ed-ing, v.t. verstooten uit, tov jºviction ſe vºc'shun], s, verstooting, Evidenee ſevºi-dens], s, bewijs m., g blijkelijkheid f. N idence févºi ºnt ſevºj gië #Evi # ## De vij s, kwa onheil n.., ing's evil, kropzeer n. # i1 fe' vlj, adj. and adv. kwaad, boos, snood, vir plant, een schadelijke plant iſ a # eaker ſe'vl speak » zak ſe' vl-sp ken in. . . . . . (toedragend. vil-wishing fe'vl-wïsh'ing], adj. een kwaad hart il-voerker gevl-wºrk'er], s. kwaaddoener m. inee te-vins/J - ed -ing, ,,t. bewijzen, tover- Evineerment (e-vïnce' mentd, s, bewijs n. (winnen. Evineible Ie-vïn'ci-bl], adj. bewijsbaar, betoogbaar. Evincibly [e-vïn'si-blyJ. adv. bewijsbaar. tºvirate févºi-räte] -ed-ing, v.t. ontmannen. Eviseerate ſe-vïs'se-rate] -ed -ing, v.t. het in- gewand uithalen, - uitrukken, $ . vitable Eévºi-ta-bl], adj. vermijdelijk, mijdbaar. Evitate Eévºt-tatej -ed -ing, v.t. vermijden. vitation Lev-i-ta'shunj, s. vermijding, schuwing f. vite ſe-vite/1 -ed -ing, v.t, schuwen. ocation ſev-o-ca'shun], s. oproeping f. » cator IËv'o-ca-ter], s. oproeper, bezweerder m. ke. Ie-voke'J -ed -ing, v.t. oproepen. # Eév-o-lat'ic], adj. vluchtig, wegvlie- tºvolation ſév-o-la'shun], s. wegvlieging f. {gend. olution fiëv-o-lüſshunº, s, ontvouwing, ontwik- ing, beweging, evolutie f, Evolve ſe-völvºl -ed -ing, vt.&i. (zich) ontvou- wen, ontwikkelen (bv. odors, geuren). olvennent Ie-völv'ment], s, ontvouwen n.. , onaition Lév-o-mYshºun J. s. braking f. ik erj, s, kwaadsp eaking],slasterin reker. | gef, kwaad- + Exannen ſet nl, sº onderzoek Examinahie Tegzeâmººi-na-bil, adj onderzoek xaminaat ſegz-amºi-nänt], s, die ex +die geëxamineerd moet worden. # #Examinate Legz-ämººi nate], s, geëxaminee Examination ſegz-äm' i-na'shun J. s. e. ondervraging, onderzoeking ºf, verhoor n. Examine ſegz-äm’in J - ed E-indJ -ing, derzoeken, ondervragen, navorschen, wel Examiner ſegz-äm'1-ner], s, examinator, ger, onderzoeker, rechter van instructie BExamplary ſegz-àm' pla-ry J, adj. voorbeeld Example fegz-äm'plJ, s. voorbeeld nºg tot en exple to, een voorbeeld geven om ; to exempde at, after of from, een voorbe men aan , after the example of, maar beeld van; for example, bij voorbeeld + Example ſegz-äm' plJ - ed -ing, wat vo + Example Mess ſegz-ämºpl-less1, adj voorbee tExanguioun, adj. z. Exaangui nloua Examinaate ſegz-än’I-mate], adj. levenloos, mo loos, » W., » (len, ontrºle di Ex animate Legz-än' i-mate] -ed -ing, vt. + Examiano aan ſegz-än'iemus], adj. levenloos, Exanthenna tipi. Exanthennata) ſegz-ân egz-an-thëm'a-taj, s, huidziekte f, uit Exanthenaatons, -maatie ſeks-an-thë puistig, vol uitslag, tºvalgate [e-vul’gate] -ed-ing, v.t, bekend ma- vulsion fië-vül'shunj, s. uitrukking f. {ken Ewe ſyuj, s. ooi f; evve Lamb, ooilam; white we, schoone vrouw ; old evve direet lamah- ashion, oude vrouw als een jong meisje gekleed, ºver Iyu'er], s, waskan, lampetkan f. 3% prep, in samenst: vroeger, gewezen, Voormalig ; ex-chancellor, vroegere -, voorma- ..lige -, gewezen -, ex-kanselier. » .. Exacerbate Iegz-às'cer-bate] ed -ing, vet, ver- bitteren, verergeren (bv. a disease, eene kwaal). Exacerbation ſegz-as-cer-baſshunj, s verbittering, gering f. » # (van ziekte ºf ºa eerheaeenee tegz-az-er-bës'sens], s. toeneming Exaet ### adj, nauwkeurig, stipt, Degz Act' J-ed-ing, vat. Sti, vorderen, eischen, n, afpersen; exaet upon one, iemand te lºſten, (laar m. ſegz-act'er], s, eischer, afperser, kneve- n ſegz-äc'shun J, s, afpersing ºf aetix ſegz-äctºlyj, adv, nauwkeurig, stipt etness ſegz-äct'ness], s. nauwkeurigheid f. aetor ſegz-äct'er], s, eischer, afperser m. betress Tegz-äct/ress], s. eischeres, "# # z-äcºu-ate] - -ing, vat, sc ädg'e-rate] -ed -i # ## dg-e-ra'shun], s we Tegz-ådgºdger-a-toery J, adj end, opvijzelend, 'S-> zºdgſi-tatej -e ## # # #Exantiate ſegz-ànt' late] -ed -ing, v Exartiesalation ſeks-är-tºc-yu-la'shun jas ting f. #t bitt Exasperate ſegz-äsºpe-rate] -ed -ing Exa sperater Tegz-äsºper-ra-ter], s, aan bitteraar ma. # Exanperation ſegz-âs pe-ra'shun J, s, verb + Exanetorate (+Exouth orate) Tegz-aucºt -ed -iaag, v.t, ontslaan, ont-, afzett N Exauetoration ºf Exouthoration) shun], is ontslagen. , ont-, afzetting + Exauthorize ſegz-au-thor-ize] -ed van gezag berooven. #t Exeanden een ee ſeks-ean-dés'sens] -ey. #Exeanden een t-ſeks-can-des’eentj,adj, + Exeantation ſeks-can-taſshunj, s. o + Exearmate [ëks-car-nate] -ed -i vleezen, .. » S # arnification ſegz car-ni-fi-c : | Exeavate :: ſeksea-vatej eerd s-ea-vn shun], s. a-vaſtor J. s uit # # i ed ten, verwerpen. Exetamatory ſeks a-to-ry], adj. uit hun], s. uitzondering, tegen - met luid # , -- #% # ng f; with the exception of, Exelude ſeks-clôôd'] -ed -ing, vt. uit-, buiten itzondering van, , , . ,,,, , sluiten, weren (from, uit), werpen (jongen). tionable ſeks-cép'shun-a-bl], adv. berispelijk, Exelusion ſeks-clôô'zhun], s, buiten-, u w baar. w W (wrakend. | het werpen, baren n. W tional ſeks-cënſshun-al], adj, uitzonderend, Exclusionist ſeks-clôô'zhun-ist], s. uitsluiter ptioner # s. tegenwerper m. l'Exclusive Leks-cióó'siv], adj uitsluitend. eptious ſeks-cép'shus], adj. gemelijk, licht ## Exei usively ſeks-cloò'siv-ly], adj. uitgesloten. ſt, {gemelijkheid f. | Exclusivie en ſeks-clôô'siv-ïsm], s, uitsluitingstel- eptiousness ſeks-cép'shus-nessJ,s. twistzucht, sel, exclusivisme n. A- septive ſeks-cép'tiv], adj. uitzonderend. & Exeogitate teks-cödg'1-täte] -ed -ing, pºtless ſeks-cépt'less], adj, zonder uitzondering. | denken, uitvinden, beramen. (beram or ſeks-cépt’ter], s. tegenwerper m. Exeo gitation ſéks-eödg-1-ta's hun], s. u » pse ſegz-cër'e-brösej, adj, hersenloos. Exeo waarin unieate [ëks-com-mü'ni-cate] -e ern ka-cºrn, -ed n: v,t, uitdrijven. ivºt. httiten de kerkgemeenschap sluiten. # ks-cèrpt'J, adj. uitgekipt. Exeommunication [ëks-com-mij-ni-ca'shun], pt (+Exeerp) ſéks-rèrpt'J -ed -ing, v.t. | ban. kerkban m., excommunicatie f. W. Nº ittreksel maken, uitkiezen. Exeoria te ſéks-eo'ri-ate] -ed-ing, v.t. # 'taj s, pl. uittreksels n. pl. Exeoriation (éks-co-ri-a'shun], s.villing, afper eks-cèrp's hun], s, uitkipping f. iigºxereation ſeks-cre-a'shun],s. braking f.., uitw [ëks-cèrp'ter], s. uitpikker, uitlezer, uit- Exeresoerat Géksſcre-ment], s. uitwerpsel n. (s w t verschil n. | Exere meestal féks-cre-mënt'alg, adj. dat tot secëss'j, s, overdaad, buitensporigheid f., werpselen behoort. w- seºnig eks-césstiv], adj. overdadig, buitenspo- | Exereen erstitions Eéks-cre-men-tïsh'us], adj. gemeen, overdreven, vergroot. . . . . . . . Exeres een ee ſeks-crës'sens J -ey, uitwas n vely fiks eëssiviyj, adv. overdadig, bui- | Exereseeaat [ëks crës'sent], adj, uitwassend, V rig, ongemeen. N- totlig. * (scheiden, , s, buitensporig- | Exerete [ëks-crëte'J -ed -ing, v.t. #nuasten." m, Excretion ſéks-crë'shunj, s. ## ## - * M ng 3 ## M 1-tchändg'J, s. wisseling (bv. of grief Exeretive fëks cre-tivJ -tory, adj. Hoozend smart in vreugdei, ruiling (bv. of Exeruciate ſeks-erôô'shi-atel -ed -ing rain, van vee voor koorn), beurs teren, martelen (bv. the body, the he ## bi11 of exehange, wisselbrief; | Exeruciate ſéks-crôô'shi-ate], adj. gem d, g! aange, wisselkoers ; to give in | folterd. W lteri ng 1 1 geven , exchange is no ro-Exeruciation féks-crôô-shi-a'shun], s, pijniging en stelen. # ºr 'ks-cü. nachtwaking f. g'J -ed-ing, v.t.&i. ruilen, iſ Exeulpable ſeks-eiil'pa-blJ, adj. verschoonbaar. en t for, voor, met}, gewisseld | Exeulpa te ſéks-cül'päte] -ed -ing, v.t. ve en (for, tegen); to exchange horses with schuldigen ; to exeuipate one's self fro hbor, paarden ruilen met zijn buurman. | aeeusation, zich van eene beschuldiging vri tfoltering, marte N- #" -a-bï1'n tyJ. s. wissel- Exen#pation ſéks ciil-pa'shunl,s verontsc lid (wisselbaar. Exen Ipatory ſeks-cul-pa'to-ryj, adj, ver j, ruilbaar, ver- gend, verschoonend. (stroopto 'J, s wisselaar na. | Exeursion ſeks-curſshunJ, s. afwijking f, uitstap, tºer], s, schatkist f; schat m.; + Exeursive ſeks-cursivJ, adj. afw d, zwervend schatkistbiljetten. ## #e-teks-eur is meer , s, afwijking, rond ris haar #zwervin w w w &#### w g - --- S & Exensable - bl], adj, verschoonbaar. Exeueabieness ſeks-eüzºa-bl-ness], s, verse b verge eid f, ks-e-era'shun], (éks'e-cra-to-ry J, s. .. aute ſeks'e-cutel -ed -ing #bººt, en ## , volvoeren, volbrengen, bekrach- tigen (bv. a. deed, a lease), verrichten, ter dood brengen (bv. a traitor), zijn werking doen. Execution ſeks-e-cu'shun], s, uitvoering, volvoering verrichting fi, doodrecht na, executie f. (beul m. Executioner [ēks-e-cu'shun-er], s, scherprechter, xeerative Legz-ékºyu-tiv], adj. uitvoerend. # egz-ék'yu-tivJ, s, uitvoerende macht f. vervloekin 3s:s # # # # # egz-ék'yu-ter], s, uitvoerder, boedelbe- zorger, executeur m, » (schap n. Executorship ſegz-ék'yu-ter-ship], s, executeur- eewatrix ſegz-ëk'yu-trix], s. executrice f. S Exegen is ſeks-e-dge'sis], s, uitlegging, verklaring der H. schrift f. » Exegete ſéks'e-dgete], s. uitlegger m. (strekkende, xegetieal ## adj, tot verklaring xemplar ſégz-ém pler], s. voorbeeld m. emplarily ſégz'ëm-pla-ri-ly], adv. voorbeeldig. emplarityſégz-em-plär'1-ty], s, voorbeeldigheid f. Exemplary Tëgz'ëm-pla-ry], adj. voorbeeldig. Exemplification # z-ëm-p11-fi-ca'shun], s. verkla- ng door voorbeelden f, echt afschrift n. .. Exemplify ſegz-ëm'pli-fy] -ied -ying, v.t. ver- klaren door voorbeelden, kopie nemen van, door echte kopieën staven ## # 'adj. ontslagen, vrij. empt Iegz-émpt d -ing, v.t. vrijstellen (bv. irona military duty), ontslaan, verschoonen (bv. from the pain, van de smart). # # # # # # :: Exempt Iegz-ëmpt'J, s. vrijman, deurwaarder m. xemptible ſegz-ëmpt'i-bl], ", vrij, bevrijd, be- ijs # # ste e 'sh j m. t from, van 1. Exemption [egz-émp's hun], s, vrijst texemptitious #### Exente rate ſegz-ën te-rate] -ed -ing, vt. de in- gewanden uitnemen, grommen (fishen), zequatur ſeks-e-kwä'tur], s, schriftelijke erken- ...ning f: # (heid behoorende. Exequial ſegz-erkwi-al], adj tot een rouwplechtig- Exequiesſeks'e-kwiz],s, pl: begrafenisplechtigheid f. Ex ## beoefenend, uitoefenend. *ereine ſéks'er-cizej, s, oefening 'k, thema m., rcitie, lichaamsbeweging f. &#.. ## reise ſeks'er-eize] -ed -ing, v.t. ee len (bv. troepsº, uitoefenen, beweging nemen, gereeeren; to exercise one's self in #: x ## # .. &i (zich efenen (bv. the arms, in den wapenhandel) loekingsformu , vat. &i, uitvoeren eiling vrijdom." adj, scheidbaar. # ars Legzee 'zhun , ºf Exestaan tiener #" rmu- | ExfoliateTeks-fo'IT-ate] -e Exfoliation ſeks-to-li-a'shun], s, afsch Exhalable ſegz-haºla-bl], adj, dat uitw Exhalation ſegz-ha-la'shund, s. uitwas Exhale Legz-hale'J - ed -ing, v.t.&i, uitwa Exhalenment # s, uitwasemi 1 Exhalen.eeſegz-ha'lens],s, uitwaseming fº, Exhanst Legz-häuzt/J -ed -ing, v. to exhaust the water of the well, een leegputten , to exhaust the treasury teats, dem inhoud der schatkist uitputten , haust one's strenght, zijne kracht vers Exhaust[egz-häust'J,adj, uitgeput, exha afgewerkte stoom. # Exhauster [egz-hàust'er], s, uitputter m. Exhaustible ſegz-haust'ï-bl], adj, uitputbaar Exhaustion Legz-hànstºtchun], s, uitputting Exhaustless Legz-häust'less], adj, onuitputteli Exheredate ſegz-hër're-date] - ed -in Exheredation ſegz-hër re-daſshun], sº on # Legz-hYbZitj, s. ingediend stuk m. ning 1. » # Exhibit ſegz-hYb'it] - ed -ing, vt. we tentoonstellen, #" (a document), men (een geneesmiddel), # Exhibition [ēks-hï-bºſsh'un], s, ver stelling f.., tooneel n., overlegging, tone een geneesmiddel), beurs ºf ::#e: ſéks-hi-bïsh'un-er], s. Exhibitive [egz-hïb I-tiv], adj, voor # - biter ſegz-hyb'i ler, overlegger m Exhilaraaat # ## Exhilarate ſegz-hſl'a-rate] - ed Exhortation ſeks- Exhortative ſeks-horºta-tiv] | Exhortatory Tegz-hortta to- Exhorter (Exhortator) ſegz Exhuanaated f#hu aan iedº %. ſitº's Exhumation ſeks-h Ex hunne ſéks-huime 1 -e + Exiecate ſeks-stk"kate], w Exigence ſeks'i-dgens] -ey, s. dringende omstandigheid fi, Exigent ſéks'I-dgentj, adj.. Exigible ſeks'I-dgi- #Exiguity ſéks-i-gu'i- Exiguous ſegz-ig'yu e ſégz-zile'J adj. » .. peditely ſe # # ontlas Expedition ſéks-pe-dish un], s, vaardigheid #een aan, we » merate one's m., onderneming f, krijgstocht, tocht m. ware, zich van blaam zuiveren. Expeditionary Téks-pe-dish'un-a-ry], adj. ui Iekz-on-e-ra's hun J, s, ontlasting, ont- veldtocht, onderneming bestaande. ## # (heffend. Expeditious Déks-pe-dish'uns], adj. vaardig, e ſekz-ön'e-ra-tiv], adj, ontlastend, ont-d'Expeditiously ſeks-pe-dish' uatiyj, adv, vaardig. ks-op-ta's hun J, s. # ſtrº, wenseh expeditive ſeks'pe-di-tivJ, adj. vaardig, # # » [ēkso-ra-bl], adj. verbiddelijk, ## Eéks-piël J -ied -1ing, vt. uit-, verdrijve ſeksſo-rate] -ed -ing, vt. afsmeeken. Experiable ſeks pºët'la-blJ, adj. verdrijfbaar. ee fekz-or' bi-tans] -taney, s. buiten- Expelier ieks-pël/ler], s. verdrijver m. # # # # # # E#w#EE, ſeks-pºënd"J -ed -ing, v.t. &i, uitgeve an), to exon itant ſekz-orºbi tant], adj, buitensporig, bui- besteden (bv. ramoney for food, geld voor leven tantiyº Tekz-brºbi-tant-ly J, adv: buitensporig. | middelen), gebruiken, verbruiken (bv. oil in bur te Lekz-or' bi-tate] -ed -ing, vºi, afwij- ing), verteren, verspillen (bv. in iddle anause- en overschrijden. (velbannen namenten, verbruikt worden, verteren. 1 -size]-ed -ing, v.t. hezweren, dui- Expenditure ſeks pend', tºel, s. uitgaaf fi, gebruik s'or-cismj, s. duivelbanning ºf Expense ſeks-pëns'j s, onkosten, uitgaaf f. 'or-cist], s, duivelbanner me Expenseless ſeks-pëns'Iess], adj. kosteloos. or'di-alj, adj. inleidend. . j#xpensive, ſeks pen eiv], adj. kostbaar. z-br'di-umj, s, inleiding fi, aanhef m. Expensively ſeks-pën'siv-ly], adv. op een kz-or-na'shnn], s, versiersel, sieraad n wijze. & . (kost 'ic], adj. uitheemsch. , , Expensiveness ſeks-pën'siv-ness], s, verk nd 1 -ed -ing, vat.&i, doen ont- Experience ſeks-pe'ri-ensj, s, ondervinding ºf Experience ſeks-pë'ri-ens] -ed -ing, v.t. onde den, ontplooien, doen uitzetten, ont- P . iden. | vinden tbv. pain), beproeven (bv. arms, wapenen), zich verspre Zº is, uitgestrektheid ºf | to experience pleasure, genoegen smaken. ân-si-bºl'i-tyj, s, uitzetbaar-Experiencedteks-pe'ri-enst], adj. beproefd, er # (baar. Experiencer ſeks-pe'ri-en-cer], s, proefnemer, J, adj, voor uitzettin # proever m. s uitspreiding, uitzet. Experiment ſeks-pérºri-ment],s. proef, beproeving ing, uitgebr d: f. | Experimentïeks-për'ri-ment , -ed-ing, vºi pro adj, uitzette ven nemen, ºf vººr beproeven, -ed-ing, v.ikt rond Experimental ſeks-pérºrismén'talj, adj .. iden. # fit experimentaliyºſeks-për"rr-mên'tal-lyj,ad itwijding .. lelijke wijze ## # adj, deskundig, bedreven, 'J, s. deskundige, expert m èrtºlyj, ad W ge rtºnen eteks-pët'i-b Expiable féksºpt worden, en te Expiate ſeks'pi-ate] ', a erinae), herstellen ## 2et (bv. an enjury). ſeksºpr-a'shung, s, boeting f. T: -ing, vat. # iation ## iks-pi-la'shun], s &<> ra-bij, # # j, op » J, s, uitlegger m. # .w dj. duidelijk, stellig. Expº N adv, duidelijk, stellig. Explieitness ſeks-plºs'it-ness], s. # f, Explode ſeks-plode'J -ed -ing, v.i. &t. (doen) ontploffen, uitbarsten, uitdrijve a play); veroordeelen, laken. Exploder ſeks-plodſer], s. verwerper, uitfluiter n Exploit ſeks ploft'J, s. daad f., bedrijf, wapenfeit Exploration ſéks-plo-ra's hun 1, s. navorsching, na- sporing, onderzoeking f. (scher, onderzoeker m. xplorator ſéks-plo-ra'ter], s, uitvorscher, navor- Exploratory ſeks-plo’ra-to-ry], adj. uitvorschend, navorschend, onderzoekend. Explore ſeks-plore'J -ed -ing, vt. navorschen, » poren, onderzoeken. Explorer ſeks-plorer],s, navorscher, onderzoeker m. Explosion ſeks plg'zhun],s ontploffing, uitbarsting f. "#rive Ieks-plo'siv], adj. oversten: ontplof- # # # ooting f. Expoiiation ſeks-po-li-a'shun], s. berooving, ont- # ort ſeks'j ort], s. uitgevoer # » goed n.., uitvoer m. port ſeks-purt'J -ed -ing, vt. uitvoeren. (bv. train, g 1, ## % raan), (zendbaar. Exportable ſeks-portfa-bij, adj uitvoerbaar, ver- Exportation ſeks port-a'shunj, s. uitvoer m. Exporter ſeks porterij, s uitvoerder m. ‘Pose ſeks-poze'J -ed -ing, v.t. vertoomen, ten- toonstellen, uitstallen, uiteenzetten (bv. princi- E ee), blootstellen (bv. te danger, aan gevaar). "Posedness ſeks-posed-nëss], s. openligging f.., onbeschermde toestand m. » eer ſeks-po'zer], s, blootsteller m, » nition ſeks-po-zſsh'unJ, s, blootstelling, open- ’, verklaring ºf » denlijst f. #ponitor ſeks-pöz'I-ter], s, verklaarder m., woor- pºsitory ſeks-pözſi-tory], adj. verklarend, ver- end, uitleggend, .. » # *Postulate ſeks-pösºtyii-late] -ed -ing, v.i. with, vermanen, de fouten onder het oog bren- , vet, bespreken, magaan. . ſºf tulation ſeks-pös-tyu-la'shun], s. vermaning Postulator ſeks-pöstºu-ſa-torijs. vermaner m.(nend. postulatory teks-pös'tyu-la-to-ryj, adv. verma- 'Pºenre ſeks-poºzhure], s, blootstelling (bv. to eldl, blootgeving aan gevaar, enz.) ºf -pound'J -ed -ing, v.t, uitleggen. s-poiinderj, s, uitlegger m. ëss'jes, bode, expresse, courier m. rëss/I, adj, uitdrukkelijk. # rëss'j -ed ſeks-prëstº 1 ing', vat. he juiee, het sap), afpersen (bv. me bekentenis); uitdrukken, weer- self, zie ene one's # { worden, |fºxpressure f n; +uitfluiten (bv. | EE h! -pres] g + Exprohrate ſeks-pro’hrate] + Expro.bration ſeks-pro bra'shun], s. + Exprobrative ſeks-pro'bra-tiv], adj, it Expropriate ſeks-pro'pri-ate] -ed-ing. Ex propriation ſeks-pro-pri-a's hun J,s ontei Expugen ſeks-pline'I -ed -ing, vt, ben Expangaable ſeks-püg/na-blj, adj, overwel LExpugnation ſeks-piig-na'shun], s. bemachtig Expugnerſeks-pun'er],s veroveraar, overweldig tExpulse ſeks püls J -ed C-piilst' %#%####&#%#3# Expulsion ſeks-pil'shun], s, uitdr Expulsive ſeks-pü1'sivJ, adj, uitdrijvend Expeanetion ſeks-pünk'shun], s. Expunge ſeks pündg"J -ed-ing, vt. ui # ## ſeks-pur'gate] -ed -ing, v. (een boek , reinigen. » # Expaargation ſeks-piar-ga's hun 1, s, zuiver Expurgator ſeks'pur-ga-ter], s, zuiveraa mer, reiniger m. » lgend, Expurgatorious ſeks-par-ga-to’ri-bus], adj, re Expaargatory ſeks-parºga-to-ry J, adj, zuiverend + Expurge ſeks-purdg'J -ed -ing, vt. wegmak ººit: , & : : : : :3 & + Exquire ſeks-kwire'J -ed -ing, xquisite ſeks'kwi zit], adj, uitgelezen, ik verschrikkelijk, volslagen. # Exquisite ſéks kwi-zit],,s.. fijn heer, fat 3% # it-ly], adv. keurig, hevig vt. ui Exquisitely Léks kwi-z Exquisiteness ſeks' kwi-zit-nessJ, s, uitgeleze hevigheid, keurigheid ºf geweld in: , Examgrain te)ous feks sanº gui-mous], a Exseind ſeks-cïnd'T -ed n"## vt. a. + Exserihe ſeks-scribe'J -e ing, wit, + Exseript ſeks'scriptj, s, afschriften. Exsection ſeks-séc'shun], s afs Exsieeant féks-sºc'kantj, adj. o Exsiecate ſeks-sºkº eate] -ed- Exsieeation ſeks-sik-ca's hun J. s. Exsieeative ſeks-slºk' ca-ti vºl, al f. | Exeueeous ſeks-stic'cous], s. 's Exsuretion Teks-stic'shun J. s ui Exsudation. Eéks-su-da's hun , s. + Exsuseitate ſeks-süs'si-tate] -- wekken, aansporen. # on ſeks-siis-si-ta' 'tanceJ, s uiter adj, besta xtasy, s. zº. Een tasy, meer ºneens te + Exsuneitati #Extarmee De w Extant ſeks'tantj, # Ext Extern per s onvoorbe Externpore rbereid, » engemeen, onge » Extraordinarie, X 'st-bl], adj, rekbaar. ion ſeks-tën'shung, is uitstrekking f. sive ſeks-tiën'siv], adj, uitgestrekt. siveness ſeks-tën'siveness] is uitgestrektheid f. ſeks-tën'yu-ate] -ed-ing, vat.&i, ver- , verzwakken, verkleinen, verzachten. te Leks-tën 'vu ate], adj, dun, mager. tien Leks-tën-yu-aſshun. J, s, vermagering, | . # king, verzachting ºf ſeks-te'ri-ur], s, orſeks-te'ri-ur],adj, uitwendig, buitenlandsch, iority ſex-te-ri-tarſity] s, buitenzijde, opper- orly ſeks-te'ri-ur-ly J,adv: uitwendig. (vlakte f. ſeks-te'ri-orz], s, uiterste posten, uiter- # # p # # e ſeks-têrºmi-nate] -ed-ing, vt. uit- ution Teks-tèr-mi-na'shunJ,s, uitroeiing fij or ſeks-tèr'mi-na-ter], s. verdelger m. y ..., uitroeiend, verwoestend. rºnal], adj, uitwendig. » s-tèr-nälºr-tyl, s, uitwendigheid f. -têr'nal-lyJ, adv. uitwendig, » èrſºnalz], s, pl, uiterlijke vorm m., » # t buitenlandsch, s-ter-rä'ne-busj, adj. vreemd, bui- » J -ied -iing, v.i. afdruppelen, ition ſeks-trl-la's hun], » Tek t/I, adj, uitgedoofd, u n], s, afdruppeling f. J #ht, ## (ving f, ing, uitster- Extraordinary ſéks-tra-ortdi-naryJ, # het uitwendige, uiterlijke » (roeien, verdelgen. | teks-tèr'mi-na-tory], adj, verdel- .. ſeks-tra-or'di-r W gewone onkosten m, pl. Extraordinariness ſeks-tra-br'di-na-ri-ness], s gewoonheid, buitengewoonheid ºf # xtrao # N # a-riez],s. buitenge- woon, ongemeen. » .. arochie Extra-parochiai ſeks-tra-pa-roºki-al], adj, buiten "Extra-provincial teks-tra pro vrm'shaij adj, buiten het gewest. » » » # Extra-regular ſeks-tra-rég'yu-lèr], adj, buiten den gewonen regel, S. :Sx: --> » (sporigheid ºf Extravaganee ſeks-tråv'a-gansj-ganey,s. buiten- Extravagant ſex-tråv'a-gant], adj, buitensporig, Extravagantly ſex-tråv'a-gant-ly],adv. buitensporig. fExtravagate ſex-tråv'a-gate] -ed -ing, vi, om- zwerven, uitspatten, » Extravana te ſêx-tråvºva-sate] -ed -ing, de aderen dringen. » # Extra vasation [ëx-tråvºva-sa'shun], s. 't dringen uit de aderen (of blood) n. Extreme [ex-trëem'J, s. trenne, ten uiterste, NS : . . . . . . . . . . . . Extreme ſex-treem'J, adj. uiterste; the extreme horer of life, het laatste levensuur ; extreme van etion, laatste oliesel. ,, Extremeless ſex-treëm/less],adj.eindeloos, oneindige Extremely Tex-trëëmºly], adv. ten uiterste, #t. uiterste m., in the ex- Extremity ſex-trémºi-tyj, s. uiterste ne, graad, uiterste nood m. » » Extrieate ſex'tri-cate] - ed -ing, vt. bevrijden, ontwarren aan (from); t one's self from debt, zich uit de schul # Extrieable Eéx' tri-cable J, adj. º:# |Extrication ſex-tri-ca'shunj, s. ontwar - Extrinsie [ex-trïn'sic]-nieal adj. uiterl |Extrinsieatty ſex-tran'sic-al-ly], adv. u ter waar tºe, & ## tex-triet' -ed -ing, v. » g, wat t trnietion ſex-t: e'shun], s. 'opbouw, ###ting f. » + Extractive ſex-triſe'tivJ, adj, opbouwe #tExtraetor Lex-trifeſterl, s. | Extrude ſex-trüde' N opbouwer, op -ing, v.t, uitdrijv ## uitdrijving ºf ## # groeif, groote ov nt tegz-yu'be-rant], 'ri-ca-ter], s.. ger, sam adj, tot handenarbeid behooren ist J. s, fabelschrijver m, u-lus] adj, verdicht, fabelachtig. elachti rºtº Wei is * gelaat m., voorzijde, zijde chijn m., voorkomen m., stout- f, , before -, in the face d van, in het aangezicht van, tegenover , before one's emands aangezicht. daar hij bij staat, se of the sun, in het openbaar, bij dag ; to fly -- » gemoet snellen; to laugh in one's ee, iemand in zijn gezicht uitlachen , to have t eommand, een gezicht kunnen men wil ; that business has heeft twee handvatsels, to , niet recht door zee &... ... : 3 , een uiterlijk schijn W # an gods- faee, vlak tegenover elkander, ot aangezicht; to seek one's face, one's faee, good face on n den nood een ºp Fade ſfadel -ed - na # & gº verbleeken, verschieten, verdwijnen, vergaan. # w > face of a gun, halfronde ge- r den band van de monding van ge- ee, greenen lap op den voorkant cherming van 't lood tegen de | het hoofd n, ver- z- k uw ziet o mkeere iEaein g, t éss],s. fabelachtigheid f. tvel m. in the face of danger, Faeut ty #' s, vermogen n , macht, V #### akkelijk # Facilitation J, s, verlichti Faeitities Ifa-cºl'i-tiez], s, gemakken Facility ſfa-cſ1'1-ty], s, gemakkelijkheid fº, gemak n. Eaeing [fa'cing], prep, tegenover. -- [fa'cing], s. omboordsel m., opslag m., uit- wendig sieraad, front n. # : : : : : : Eaeing 1x ſfa'cing-ly], adv. in 't front. Facinorousness Ifa-cïn/o-rous-mëssj, s, goddeloos- heid, snoodheid f. » Fae-simile Ifäk-sim'I-le],,s. nagebootst schr Eaet ſfact], s. daad, waarheid f; in faet, inderdaad, Faction ffãc'shun], s, partij, factie f. %. Factioner [fäc'shun-er], s, partijman, samenzweer- ### #t, 3.-. º ... :< (op, oerstoker nu. Faetionist [fäc'shun-Ist], s. raddraaier, stokebrand, Faetious [fäc'shus], adj. oproerig, muitziek. LEaetiously [fäe'shus lyJ. adv. oproerig. Faetiousness Ifactshus-nessJ, s. oproerigheid Faetitious [fäc-tish'tis], adj, nagemaakt. w Faetor ſfäc'tur], s. agent, factoor m. Raetorage ſfac'tur-ädg], s, makelaarschap, agente schap, commissieloon n. '- # Faetorship [fäc'tner ship], s. factoorse hap n. Eaetory [fäc'to-ry], s. factory, fabriek f. EFactotum [fäe-tö tum], s, al beschik m. ## (teit fac Eaeund [fâc'und], adj. welsprekend. Ifa-cünºdi-tyJ, s. welsprekendheid Eaddie faſd' dl] -ed -ing, v.i, beuzelen. Eade Ifade'J, adj. zwak, mat, bleek. w ing, v.i.&.t: (doen) verwelken, gaan » fade'less], adj. onverwelkbaar, duurzaam, ge ſfädg] -ed -ing, v.i, passen, voegen, dy ſfa/dy], adj, verschietend. f # ,s. iemand die geplaagd wordt, zondenbok in- g, ſfäg] -ged -ging, v.i.&t. slaven, zich afslo- ven, afmatten, afbeulen w " ## Eadelen- Fag-end Ifäg'ëndj, s. ,zelfkant m., uitsch eind n..; to make a las hing on fag- en uw bewoelen; fag-e in de week. takkenbos, rtij kiezen; | 1e t, stoutmoe- t id portretschilde- f. (ren n. " (bv. of sement in. ; + mis ewas, , VN in doffe klank ; faint heart en lady, die niet agt, die niet wint Eaint [faint] men, verdwijnen (bv. before the eye), she fainted (away), zij viel in zwijm. » Eaint-hearted faintſ hárt-ed], adj. lafhartig, » Eaint-heartedly ſfäint-härtſed ly], adv. lafhartig, Eaint-heartedness [faint-härt'ed-ness], s. lafhar- Fainting ffaint'ing), s. bezwijming f. (tigheid f. Faintish Lfaint'ish], adj. zwak, mat. Eaintiehneasffaint'ish-nessJ,s. matheid, zwakheid f. Rain thing Ifaint'ling], adj, bevreesd, bang, lafhartig. Eaintly Uſaint'ly], adv. zwak, flauw. W Eaintmens [faint'ness], s, zwakheid, flauwheid f. Fair ſfairg, s.schoone f, schoon meisje n.; the fair, het schoone geslacht; jaarmarkt, kermis f; fancy- fair, verkooning door dames ten behoeve der ar- men; to come a day after the fair, mosterd na den maaltijd brengen, komen als alles op is, als de tijd voorbij is opdagen. Fair ffair], adj, schoon, fraai, blond, blank, goed, gunstig, zacht, met, eerlijk, onpartijdig, a fair lady, eene schoone dame; a fair elkin, eene blanke huid; a fair vviand, een gunstige wind , a fair sight, een vrij uitzicht; a fair eraan, een recht- schapen man, a fair handwriting, een duidelijk handschrift, fair demand, middelmatige vraag, fair quality, middelmatige qualiteit, to be in a fair way, op een goeden weg zijn; a fair face, in half a portion, wel voordoen, is half verkocht, play fair play, met open kaart spelen, rondweg iets voor den dag komen, that is not fair, | Fair Ifair], adv. goed, aangenaam, gunstig, zacht, eerlijk, oprecht, fair colored, licht van kleur, to copy fair, in 't net overschrijven, to drink fair, evenveel als anderen drinken, fair and » ofely, zachtjes aan; fair and softi goes far, langzaam gaat zeker; to hid fair, veel beloven, een goed vooruitzicht hebben; fair and square, rºndborstig, eerlijk, onpartijdig. » # air-dealing [fair dealſing], s, eerlijkheid f. Eair-faced Tſfäir facdj, adj, schoon, welgemaakt, r-haired [fair' hairdj, adj, blond. (vriendelijk, r-hand ſfair’händj, adj. schoon. » airhood ffair'hudj,s. fraaiheid, schoonheid f. ring ſfair ring], s, kermisgift, kermis f. # ſfair/ish], adj. aardig, lief, vrij go # y » met E is niet billijk, , oprecht, netjes, duidelijk. rºness],s schoonheid, blondheid, blank- d, eerlijkheid, duidelijkheid ºf -ed -ing, v.i. verflauwen, bezwij- goed. Er fairly], adv. goed, geheel en al, gunstig, Eaithless ºf .. , adj, tºt » Eaithlessness E lessinessj, # Fake [fakej, s, bocht f, slag van touw m., eateh fake, kink van Falcated ſfäl'ea-ted], adj, horen-, si Faleation Ifäl-ca's hun J, s, kromte f Falehion [falºtchun], s, zwaard n. Faleiform Ital'ci-form], adj. sikkel Ealeon [ial'knij, s, valk m., zº. Eareon BFalconer ſfalº km-er], s, valkenier ºm Fa Leonet ffal'co-aet J, s. klein veld EFalconry ſfal'kn-ryj, s, valkenjac Eaide tool Ifald'stôôl],s, vouwstoel 1 Fa 11 ſfal]], s. val m., het vallen na dalin the price, van den prijs, of the voice a fa11 from a horse val van een ºp of the Roman empire, val van het rijk , the falls of Niagara, de de Niagara ; the fall of the leaf, het bladeren, de lente ; fall of rain, een reg fall of the moon, afnemen van de in. of men, zonden val ; on fait and change dagen van nieuwe en volle maan ; to put a fall, een talie neerhalen, aanhalen, valblok; eat fail, katlooper, der klaplooper van den dirk, gaff fall fall, je ers fa11, kardeellooper, peek keval , tackle fa11, looper van een talie land fall, goede ankerplaats, had land slechte ## fail of ship's dec in een dek; fa11 of vessel's deels, v van 't achterdek (op kleine schepen) om d. hooger te maken; fall of the wange Fallffall 1,EFell IfëllJ, Fallen Ifall J, Faii i vallen, sneuvelen, vervallen, ontva verlagen, doen dalen (bv, the voice), deren the prieel; vellen (a tree); * fails, de appel valt, the wind failn, valt ; to fall iuto error, in dwaling valt estate fell to his brother, de e aan zijn broeder ; M. am a poor, falie ben een arm, gevallen man ; to fai verlieven ; to fall in priee, in N ren; to fall short of, niet voldoe ten , to fall adry, droogvallen, t ing, beginnen te weenen; to fail . zoo lang als men is neervallen ; Hong, met het hoofd vo a note, een noot lager, in slaap vallen , to fail . ing, ſfair seemſing J, adj schoonschijnend. » in Ifair'spoºkn], adj innemend, vleie ſfäirºtoiinj, s, marktvlek in irº way J, s, vaarwater in. # ,,s. betoovering; +fee; z. Elf, Mbemoet. , adj. tot de toovergodinnen behoo- # » #nen in je t ffair'y-länd1, s land der toovergodin-1 te rºy-likej, adj van de feeën, toover- ge » # tachtig. weloosheid, iſ dit # %. # er-ring], s. 1 ; verande-Ealteringlyffalºter-ring-ly],adv. haperend, onts ri, aanval, Eame iſfanie],,s: faam, vermaardheid f, r ijven aan , to fail tbv, of washington), gerucht in. n, elkander aanvallen, to fall on, aan-i-Name Ifame] -ed -ing, v.t. beroemd maken to fall on the kneen, op de knieën val- Earned ſfa' md J, adj, beroemd. (verhalen o fan on one's haek, op den rug vallen. Fanelen, ſfame'less], adj zonder naam. and, achterover vallen , to fall out, uit: Eamiliar Ifa-mYlºyer], adj, gemeenzaam, vertrouwt , oneens worden; voorvallen ; there felijk amiliar [fa-mr1'yerj, s: gemeenzame vriend, ge bloody quarrel, er ontstond een bloedige meenzame geest, verklikker der inquisitie m. i toe # out to, ten deel vallen , to fall Eamiliarity Ifam-il-yär'ri-ty], s. gemeenzaamhei overloopen, overgaan to fail under, val- 1 vertrouwelijkheid fº, too much familiarity er, geraken onder, behooren tot ; #w# hreeds contenapt, te veel gemeenzaamheid baart te faii upon, aanvallen (z. fail, on) ; to ,,verachting. - # vy upon, verpletteren, to fan aeteen, raminiarize [fa-mmºya-rize] -ed -ing, vt. ge- fa1n aboard with a ship, aanzet- meenzaam, vertrouwd maken ; to familiariz nklampen, to fall aboard, lustig aanval- essae's zelf, zich gewennen (to, aan), zich ge w aan 't eten vallen ; to fail to lee- meenzaam, bekend maken (with, met j. 1, beneden wind vervallen, aan mij vallen, ramiliarly Ifa-mY1'yer-ly], adv. op een gemeenzame 1 down a river, met den stroom een ri-j wijze. &:33 N (geslacht in, takken ; let her fall off, laat het (schip) | Eamily ſfäm'i-ly], s. huisgezin, huis m., familie n; fall not aft ! houd bij den windt val je armily-duty- ## s, huwelijksplicht in to fall in with a ship, een schip ont-Family-medicine [fäm'í-ly-méd'1-cin], s, huism al la'shus], adj, bedrieglijk. (moeten, ,,deltje n. S. Zº » # ſfal-laºshus-ly], adv, bedrieglijk. # # ſfäm'i- H aness Ifal-la'shus-ness], s, bedrieglijkheid Eamily-vault ſfäm'i-ly-vault], s. familiegraf n. 'la-cy J. s bedrogen. (ºf is amily-way ſfäm'f-ly-way J, s. gezegende omstane # haarklooverij ºf digheden ºf pl., zwangerschap f. .. # treel, s, geslachtboom m. wº. # s, vergissing ºf #amine ſfäm 'min 1, s, hongersnood m. #" * "###### -bly], adv, feilbaar. Earneslaan en t ſfäm 'mish-ment], s. uithongering g], s, val, m., verlating fi, top Eamonn ſfa'mus], adj. vermaard, beroemd (bv. g, hºme tºpside': "bling hººr ,,eriºditie", vegen, geleerdheid, berucht, # p; failing away, afval, Eamonals Ifa mus-lyJ, adv. vermaard, schrik uithongeren, van honger (doen) sterven. 1 in ºlierijke alling off, afwijking, 't afvallen, Earnousness Ifa'mus-nessj,s, vermaardheid f. ren. Ean ſfän], s. wan fºs waaier, blaasbalg m. pl, afgevallen vruchten ºf pl: Lºan ſfän Jº-ned ſfänd] -ning,v.t. wannen, waaien, 'ing-sºck'nessj, s, vallende Eana1 iſ: al, s lichttoren m. (verfrisseh | Fanatie Ifa-natic], s, dweper m, g-stärl, s, verschietende ster fel ºranatic Ifa-nätici -ieal, adj, dweepziek. (1 ing-stone], s. donderkeil m. | Eanaticiana ifa-nätti-cizm], s, dweepzucht, dwei takland in. Fanaticize [fa-nät', cfze] -ed -ing, vt. dwee braak, onbebouwd, vaal. | ziek maken.' ## # g, vat, braakland beploe- | Eancier Ifän'ei-er], s. kweeker, liefhebber na, ert na gen fancier, hondenfokker, hondenkoopman; rose eier, rozenkweeker, rozenkoopman. Easseifret ſfänºei-filº, adj, grilziek, hersen | Eaneifulness ſfän'ci-fiti-ness], s ingebee | Eanes ffan 'ey J, s inbeelding, verbeeldi eeien zin m., denkbeelden, gedachte t; to ta ey, last krijgen, te strike one's f iemand naar den zin maken , fancy - fecten van denkbeeldige waarde. res Ifan 'ey] -ied ffân'cid] Ying verbeelden, voor den geest stellen, smaak hebben voor , not to fane met iemand ingenomen zijn. Farnese-arti S ### d # f ::3 ººid # # » J, s, klauw, slagtand m. # '-ed ing vt. vangen grijpen. . (zien. ngdJ, adj. #t # # waarºm » #anden, klauwen voor- tie #leſ, Eijl: s, zotheid. - (wen. Fangless Ifangºless], adj, zonder slagtanden of klau- Ean light ffân lintj, s, glas (boven de deur) n. Fannen ſfan'nelJ, s, armband eens mispriesters m Ea Ifän' ner], s. wanner m., wan f. F machine, Eanning-mail ! [fân 'ning-ma- m'ning-mYll],s. wanmachine f, wanmolen in, nl, s, vaandel m., banier, vlag f., zie an ſfän/o in taaied ſfän'ta-sid], adj, vol grillen. (Fannel. ºantasna Efän'täzm], zie E'hantaarn. | 4 grilziek. Fantastie [fân-tás-tic] - tieai. adj. eigenzinnig, Tantastie ſfan-tas-tiej, s. grilziek mensch m, Fantasticaily [fân-tás-tic-al-lyJ, adv. eigenzinnig, tilziek, fantastisch. # -, .. antatieaine, [fân-tás-tic-al-ness] eigenzinnigheid, grilligheid f. tºantastieſy ſfän'tâs'tie-lyj, adv. grilziek. ºantasy ſfän'ta-syJ, s. z. Faney. » antoeeini [fân-to-che'ne], s. marionettenspel n. antman Efän'tum], s. spook, droombeeld n. S âp], adj. dronken, beschonken. -tieneas, s. ap » Far ffarj, adj, and adv. ver, verre, afgelegen, van from a far country, uit een verre, veel, mee ver 1 » t from me to justify eru- and; f. we are separeted far from each waren ver van elkander gescheiden ; r, wij ## into antiquity, ver, diep in de oudheid; | is far ºpent, de dag is ver gevorderd, d wide, wijd en zijd; by far, in hoogen ad; far from it oane, ver van huis ; far from e, zonder hoop, far off, ver af, vijandig, niet ij het hoofd , far and near, naar alle kan- # far about, door een omweg. .. far], s. speenvarken na, worp biggen m. eaming ffar beanaſing J, adj. ver stralend. büht], adj, &%; 3. . . 38%: 3 # ver geworpen. # ºrd." vt. fareeeren, doorspekken. | # f, kluchtspel n. al-J. adj, kluchtig. cal-ly J, adj. o ſtar'cºngº, s gehakt vleesch, gehakt in |F 'cy J, s, paardenschurft f. ärºde1], s. bundel m., pak n. # f, kost m., gerecht n; hi11 33 : : : .. # vi, zich bevinden 11'J, s, afscheid, 11, vaarwel zeggen , snoe-E Earnemer | Earrowv ſfär'row], s. worp biggen Earther verre van mij de wreedheid te recht- ºf Faalhion Ifash'un], s, manier, # mgeeſ Fashion Ifash'un] kluchtige wijs. " ness],s kluchtigheid, grap- E ch voeden, eten. | waren, is verhuren aran-do frarmºdogj, s bu farm’erſ, s pachter Earna-house Ifärm'hôitsj, , Ian m s, boerenv Earneming Ifarm' ing], s, landbouw m., f watemails, landbouwersgereedschap. Farma-office ſfarm' of 'fissj, s. bijgebouwen va Earnaost [fär mostj, adj. verste. (pachthoew Farm-yard [farm'yärdJ, s. omheining van schuur, binnenplaats eener boerderij ºf Farness Ifär 'ness], s, afgelegenheid ºf LEar-piereing Ifar-pier'cing], adj, scherp door Earragino aan # adj, gemeng Earrago Ifär-raºgol, s. mengelmoes in Ear-resoar eadingſfärſre-zoündºing], adj, verklink Farrier Ifar/r1-er], s. hoefsmid, # er #, » Farrowtfär'rowjºed -ing, vºltºofi biggen Far-ruling [fär'rôôl'ing], adj, over een , heersehend. & » # Ear-seeing [fárºseeting], adj, ver ziend. Far-sought ſfär'souht], adj, ver gezocht, Far-stretched [fär'stretch'ed], adj, ver ui ºfar'raer], adj, and adv. comp gelegener, zie Further. » #v . + Fartheranee Ifär'raer-aneej, s, voort Earthest Ifär't nestj, adj. en adv, su gelegenste, z. Eurthrest. # 1/4 stuiver (koperg Earthing Efärſºrning], s. Farthiragale ſfär' rating-gåle], s, hoepelrok in noline iſ S Fasciated Ifäsºci-at-edJ, adj, met band den, gestreept; gezwachteld. # Fascinate Ifäsºci-nate] - ed -ing, vt. Fascination Ifäs-ci-na'shun J, s, betoov Easeine ſfâs-eïn' J, sº takkenbos m. + Easeinoua ſfäsºci-nöusj, adj, betoovere verd, (len, v. Eash [fash'I -ed [fasht] -ing, vat. pla E levenswi fº, fatsoen in , dracht # tran maar), overeen brengen (to, met). 'ashionable ſfäsh'un-a-bl], adj, maar de de groote wereld behoorende, sierli » # ## r ty Ifash'un a-bly], adv. ioner ffash'un-er], s, fatsoen ionless Ifäsh'un- ": N ##### ## fatsoen. » » Fashion-monger trash *## N [f k of the fashi his en with it, die wijn jr vaden m., bereik, . W Fathom [farm'umj -ed -ing, vt. do N ), vasthechten (wwith en , vast- peilen, fomvademen. h corde), hechten tto, aan 1, toebren-Eathonnahle ſfärntºum-a-bl], adj, doorg v), zich) vestigen, zich vastklemmen Eathonatess ſfärntºum-less], adj. grondel s'sn-er], s, vastmaker m. | Eatidieal Efa-tºſd'1-eal], adj. voorzeggend, s/sn-ing, s, sluiting f: N ga [fatſi-ga-blJ, adj, vermoeibaar. er], s, vaster m., vastster ºf jf # it'ſ-gate] -ed -ing. v.t veran 'er], adj, sneller, vlugger, gezwind te at gate], adj, afgemaat, vermoe stºest], adv. snelst, vlugst, gezwindst. | + -ï-ga's hun J, s, vermoeidh d [fast’händ-edJ, adj, vasthoude kael Fatig te ſfa-tſg"J -ned ifa-tig'di-uing, afm » - -- i Fatihoºguiat ſfa-tY!'o-kwïst J, s waarzegger m. ess ſfas-tld'yi-us-ness], + Eaatidiosity Eatinee nee Ifa-tis'sens], s gaping, opening '1-ty], hoogmoed, lastigheid, kieskeu- Fatling Ifättling], s. gemest dier n. » # ieskeurig. EFatneus Ifät'ness], s, vetheid f. .. # Ifas-tºſd'yi-ns], adj versma lastig, Eatten ſfätºtn] -ed [fat’tmdJ -ing, vt. 8.i 15 ſfasetſdºyn N la ten, vet maken, - worden. » Eatty [fätºty], adj, vettig. # Eatuity Ifa-tu'i-tv], s. zotheid, dwaasheid f. Eaten ons ſfätºtyu-us], adj. zot, dwaas, ijdel. # #aueet iſfau/cet], s. zwik, tap m. # er aan tºt ſfault J. s, fout, feil, schuld f., gebºre plaatsing, afbreking ºf, e mijnader rotsspleet 1, to find fataal ernspen, in bij gebrek; to tell one of hi # zijn misslagen onder 't oog brengen, fan it, het spoor bijster zijn, # engen; to n frault ſfaultj -ed -ing, vt.&i eene afbreking verplaatsing van eene mijnader veroorza een misdaad beschuldigen, in 't ongelijk 1ter Ifault'er], s, overtreder, zond tfinder ſfault ſindſ er], s. ben ut Ifault'fü1], adj. vol ge Itify [fault'i-ly ## is ifault ſeneesj, is ge ſfándt less], adj, zon ST. WIL Z. . ,,W Y... W.--;WS. äultºless-ness, S J # berispelijk yJ, adj, gebrekkig, berispelijk, # wn ſfawn], s, jong hert n..j vleierij, kruipe Eeaze Ifeaz] -ed-ing, v.t. ontr wn ſfawnjº-ed -ing, vi. jongen werpen (van Eehrifle ſfe-brfiel, adj, koortsver }; to favvn (on ###ruipend vleien, | Eehrifugal ſfe-brffºu-galj, adj, koo ner Ifawn'er], s. lage vleier m. | Fehrifugeſ fébºri-füdgJºs.koortsverd awning "# adj laag vleiend. » Febrite Ifébºrilj, # oortsig, awningly Ifawning-ly], adv. op kruipende wijze. February ffëb'ru-a-ry], s. Februari 1 Fay ſfay] ed -ing, v.t., passen, sluiten, voegen. En een Ife'sezj, s, uitwerpselen in. azzolet ſfâz'zo-letj, s. zakdoek m. Fecial [fe'shalJ, adj, tot herauten en oorl lgue ſfeeg] - ed -ing, vt. ranselen kastijden, klaring behoorende. sai ſfe'alj, adj, getrouw. Feenience ſfee'yu-lens], s. troebelheid f. y. Ifeal-ty], s. getrouwheid, huide f. | |Feeulent ſfëc'yu-lent], adj. troebel, drab ſfearl s, vrees fi, angst; +makker m. Fecund [fécºund], adj. vruchtbaar. ar ſfearn -ed ſfeard] -ing, v.t, &i. vreezen ; | Eee aan date ſfe-eiin' date] -ed -ing, v. not to fear evil, geen kwaad duchten ; M. fear baar maken, bevruchten. (king, # W.'' WW my money is not safe, ik vrees dat mijn geld |Fecundation. Ifec. etin-da'shunJ, s. vruc niet veilig is. S (schroomd, vreeselijk. Eeen nºdity Ife-cün'di-ty], s. vruchtbaarheid earful ſfear'fülj, adj. vreesachtig, bevreesd, be-Eed [féd], pret van Feed. # earfully ſfear'fül-ly], adv. # vreeselijk. | Federal Eféd'e-rall, adj, tot een verbond Fearfulness ſfear'ful-mess], s. bevreesdheid, vrees- de, bondgenootschappelijk, bonds... achtigheid, vreeselijkheid f. |Federal, Federalist, tiëiterai, fede-ral Rearless Ifear'lessj, adj. onbeschroomd. | voorstander van den bondsstaat, federalis arlessly ſfear'less-lyJ, adv. onbeschroomd Eederaliseren # a], s, bondgenoot # genade, # » nee, # zonde ### onbeschroomdheid f: lijke beginselen in pl., federalisme n. ihi ea"zi-bºl'i-tyJ, -hleness, s. doenlijk- Federalize iſ féd'er-al-ize] -ed -ing, zi-bl], adj, doenlijk. (heid ff vormen, onder eene bondswet, » , s. feest, gastmaal nºg enough is as trederary ſfëd'e-ra-ry J, s. dee as a feast, genoeg is het al. medeplichtige m. » fëast] -ed -ing, v.i.&t, feestvieren, smul- Eederate ſfëd'e-rate], adj, verbon . onthalen, tracteeren (witis, op). Eederation [féd-e-rº'shun], s, vert gastmaalhouder, gast m. | Federative Iféd'e-ra-tiv], adj. bon et , adj. -Iy, adv, feestelijk, vroo- lijk, een bond vormend, bonds..., tig, weelderig. # kºeie ſfeëJ, sº leengoed, loon, si sting], s, feestmaal n. ; eed ## » ''. ' ...WW. 3. S&NXS,3%XSW.W XPS1%W-A32 andgeld, feasting's eve Measting-rite, feestgebruik, %3 & s. daad fº, feiten. ; warlyke f toer m., kunststuk; feats o oochelarij, behendigheid. # Feat Tfeat], adj. gereed, vlug, knap, behendig Feather Iféra'erj, s, veder, slagpen, pluim fº, # li feather, d # 'er] -ed - ing bezetten, treden, (de ro houden, snijden, to fel s op ? brengen; in, hij zi weer netje! ent [fellow-student], s subject Ifël'low-siib'dject], daan m. 3.: : ::33 . N 8: RN - , . . . . . . . . . . . . . . . ZN » k- ºetlow-nufferer [fel law-stiffe rer],s lotgene 'J, adv, geveinsd. ſness). Fellow-travelier Ifé1'low-tråv'vi-er], s. m. 'ed-niëss], s, vinding, geveinsde ziger m. ## . (m, , bedrog. | Eollow-worker ſfël'low-wurk'er], s, medewerker 's. uitvinder, veinzer m. Eelly Efé1'ly J, s. velg van een wiel f. ## g], s, verdichting, veinzing fi, Eelon ſfelºung, s misdadiger m. .. komen n., misleiding ºf ſmen. Felon ſfé1'unj, adj. snood. i3% # # training-ſyj, ady, met valsch voorko- Felonious ſfe-loni-us], adj. misdadig, boosaar .. t], s, veinzerij, list f. # ## - WE. N. & (derlijk, t], adv, valseh. N Eeloniously [fe-lo’ni-us-lyJ, adv, misdadig, verra- 'ëld'fare], s, lijster m. .. W EFelony [fé1/o-nyl, s. E# misdaad i-tate] -ed -ing, vit. gelukkig: ſfeltj, s, vilt n.., vilten hoed m. #%## vººr Eel: Efelt] -ed-ing, vt. tot vilt ": #E # 3S3. stnd # Fe saal, gelukwensehen, # # » .. » .. # fe-lſsºsi-ta'shun],s, gelukwensching f. Eelt ſfélt], pret van Feel. e-lſsºst-tus], adj, gelukkig, voorspoedig. Eelt-hat ifelt hâtJ, s... vilten hoed m. ºfe lºſs'sl-tus-ly J, adv. gelukkig. liteit Etie: ſfëlt ma-ker], s. viltmaker m. fe-lſsºsi-tus-ness, is zeer gelukkige Eelwort ſfel' wûrt], s. bitterwortel m. J,s gelukzaligheid f. (toestand m Female Ifé'mäleſ, s. vrouw fi, wijfje n. » » t. katten. ,, Female [fë'male], adj. vrouwelijk, female rh- # men, vrouwelijke rijmen. . .. Eenmate-friend ffe male-frénd 1, s. vriendin f. Eenmale serevv Ifé'male'skrôô"J, s, schroefmoer f: Eernate-servant ſfe'male-sér' vant], s. dienstmeidf ##### #### Eease-covert Ifimºko-vèrt'J, s, getrouwde vrouw f: ler, houthakker m. (gal, Rºeme-sole ſfäm'solj, s. ongehuwde vrouw, 8usj, adj. overvloeiende van dochter f, feme-sole trader, gehuwde vrou » looper m., die op eigen naam handel drijft. chheid, Eeminine [fëmºi-ninj, adj. vrouwelijk, verwijfd, f. Femin(e)ity ſfe mini-ty], s, verwijfdheid ºf ſke ºm it ºernini ze. Ifémºi-nizeJ ed-ing, v.t. verwijfd in een remoral ſfëmo-ral], adj. tot de dij bet ºol- Een Ifén], s, moeras, veen » » hel Fen-born [fën'born], adj n; Fenee Ifëns], s, sc ## ## kan men niet weren , to be on tot de drijvende partij behooren (in de m. | Fence ffêns] -ed [fënst] -ing, v.t.&i om ## (zich) beschutten, beschermen, schermt in een heining sluiten. » » # ul ſfëns'full, adj, beschermend. egevoelen. Een cefesuſfënsºlessj,adj, onbeschermd, delijden, Fenee-month [fiëns'münthJ, s. maand f, verboden is t n, gesloten tijd m. exaee s, beschermer m. » bl], adj, bescherm #bl ## # th, met); to fenee ahout, to fence in, en tºe en ##### # : orven, vervallen, ffeud],s leen, leengoed in. % . . . . . . . . dat [feu'dall, adj, feodaal, leenroerig, lality ſfeii-dä1'1-ty], s, leenroerigheid f. odary ſfeü'da-ry], s leenman m. Feoff [féfi eed -ing, v.t. met een leen begiftigen. Feoffee ſfeſtee], s, leenhouder m., feoffee i trust, # met overgifte belast, fidei-com- missaris ; feofree to uses, vruchtgebruiker, Eeoffer ſfëffer], s. leengever m. >>- Feoffenent Iféfºment], s. leengeving f; feoffement in trust, erfgoed met last van overgifte, fidei- ik eracious ſfe-ra'shus], adj. vruchtbaar. tcommis. # ſfe-razºr-ty], s. vruchtbaarheid f. 'Eeral ſfe'ral], adj. treurig, akelig, noodlottig. tºere ſfere], s. makker, genoot m. t roofdier n. Eerine Ife'rine], adj. wild, woest; -, s. wild dier, tFeriaenens [fë'rine-nëss], s. wildheid, woestheid f. Ferment [fer' ment], s. gisting f. Ferment ſfer-mënt/j -ed-ing, brengen, (doen) gisten. id f. ## [fer-mënt-a-bï1'i-tyJ, s. gistbaar- Fermentabie ſfer-mënt'a-bl], adj. gistbaar. tkºernmental [fer-mënt'alj, adj. gistend, gisting be- vorderend. termentation [fèr-men-ta'shun], s. gisting f. Fermentative ſfer-mënt'a-tivJ, adj. gisting veroor- Fermentativeness [fer-mën'ta-tive-nëss], s. gis- tend vermogen n. # v,t.&i. in gisting (he E. [fés'tal], Fester Ifés'ter] -ing, viº ren, - in kankeren (bv. hart ben je +Eestinate Ifés tl-nate], adj, haastig, spoel + EFestinately Ifés'ti-nateely J, adv, haast + EFestination tfés-ti-na'shung, s, haast f. EFestival [fés ti-val], s, feest n. Eestival [fés'tI-val] -ive [fés'tiv], adj. Festivity [fés'tſv'i-ty], s, feestvreugde f. Festivons [fés'ti-vusj, adj, feestelijk, vroolij EFestoon [fes-tôôn'], s, krans m., festoen Festoon ffés-tôon J -ed I-tôôndſ J -i met festoenen versieren, » # + Een taxeine Ifés'tu-cine], adj. #eur# + EFentueous ſfes-tû'kus], adj. strooien. (hoo Fetal ſfe/tal], adj, tot een ongeboren vruc! Feteh [fétch], s. kunstgreep, behendigheid, 1 looze trek m., deep fetch, doortrapte list. Feteh Ifëtch] -ed ſfetch'tj -ing, v.t,8. brengen, opbrengen, toebrengen, slaken, be zich bewegen, - wenden ; to fetch to, hi #%#&# 3 len, bijkomen; to feten a compass, ee weg maken , to feten one a blow, ieman slag toebrengen ; to fetch a sigh, eene zºu slaken ; this will feteh us sonae naoney, dit zullen wij wel wat geld kunnen krijgen feten high prieen, hoog stijgen in feteh a waiik, wandelen; to fetch de pomp aan maken, to fetch one' ademhalen, te feteh a Heap, een spr springen; to feteh avvay, weghalen; about, rondzwerven, heen en weer 1 tºernººi liet ſfer-maïl 'let.J, s, gesp fi, haak m. Eern [fernd, s, varenkruid n. >> º ferºny], adj. met varenkruid begroeid." ona Life-ro'shus], adj. woest, wreed. ously [fe-ro'shus-lyj, adv, woest, wreed. fe-ro'shus-ness], Feroeity [fe- Hºe # Ferociousness » röstsi-ty], s wildheid, woestheid, wreedheid f. 'Terreous Ifër're-us], adj. ijzerachtig, ijzeren. Ferret tfer'retj, s. fret m. --- -- (ren, ºerret ffér/retj -ed-ing, vit. uitdrijven; naspor Ferreter frêr'ret-erj, s, snuffelaar, weetgraag m.. Ferria .w W ergeld n. T-houdend. van Efér-rif er wdj ijze & erug in ons ſfer-rûºdgi-nus], # ijzerachtig, ijzer- st-kleurig. » Iting) n. rule Ifér'rulej, s, ringetje t aan een mes, rot- 'y Ifér/ry J, s, veer na #zetten, overgaan. erry ry] -ied Ifér'ridJ -ying, vt,8-i, over- erry-boat » » r "# #% ſfër'ry-boat], s. pont f. Ifër'ry-män], se veerman m. 'erºtill, adj. vruchtbaar. $ 3. . . . . : : : : : : « ſfer til ity], s, vruchtbaarheid f. fêr'tI-lizej -ed -ing, vt. vruchtbaar # » # maken. vuur na, S ftig, vurig. % v, vurig. # # dj. warm wordend. zervoortbrengend, retor ſfe tur], s. fetch again, terugbekomen , to 1 # naar beneden halen, vernederen, to fetch in binnen halen, vatten ; to feteh e » afhalen, afbrengen; to fetch out, brengen, doen uikomen, blijken, te ophalen, opbrengen, naar boven brengen Fetich ſfe'tish], s, afgod der negers fel Eetid Ifétºidj, adj, stinkend. Eetidaness ſfétºid-ness], s. stank ºm Feiifereus ſfe-tºſter-busj, adj, jongen Eethoek ſfétºlock], s, vetlok: f. » stank m. Fetter ºf fietſter J, s. keten, boei f: Fetter [fétºterſ -ed. Ifét/terdJ -ing Fetterless Efét'ter-lëssj, adj. ongeboe Eetter-docis ſfët’ter-löck], s, hangsl Fetus, Foetus [fe' tus], is ongebor Eend ſfeiid J, s, vijandschap I., vee Eeudal [feüd'ail, adj, leenroerig, Een dalism ffeuºdal-Izmj, sa leenste Eeudator f dºa-to-ryl, sº leen # feii hrijve Feudiet ſfeüdist], s, sch +Feuterer [fü' ter-er], s. h. id mkoop, » s insp -day [field' day Fields are ffield, : s, noordsche lij | Eield-gate # s, slagboom m. a few sle el], s, brandstof .. (! . mar-shall, veldmaarschal struinessj, sº gering getal nº, i eringe hoe-| Field-mareiaii ffie fe, beknoptheid, bondigheid. Eield-mouse Ifield' mous], s, veldmuis f. » -ed -in vt. uitbaggeren, uitdiepen. Eield-offieer ſfield'of'fi-cer], s. stafofficier m. Eield-pieee ſfield' piece], s, veldstuk in. bi, s leugen ºf » ## # J. bed [fſbbdJ -bing, v.i, liegen, jokken. Eield-preacherſfield' prëatch-er], s. veldprediker m. fºſbº ber], s. leugenaar m., leugenaarster f: | Field-room ſfield'room], s. open vlakte f. If Ibº bing], s. #" 11, < *. * : : : ### Eibreri (fi'bred], adj. vezelig. | | Field-works[field' wurks], s, pl. belegeringswerken, ss, Eibreless Ifi'ber-iëss], adj, zonder vezels, verdedigingswerken in.; veldschansen f, pl. [fi'ber], s, vezel m. | fººieldy [field'y], adj, open, vrij. S & 2:33 is ſf1 brus], adj, vezelachtig. » Eiend [ffendj, s... booze geest m. # ſfſbºyu-laj, s. kuitbeen n. » | BEiendish friend is hij -like, adj, duivelsch. e ſtick'el), adj. wispelturig. wuft. . . . . | Eiendishness [fiend'fsh-nessJ, s. boosaardigheid en een Iſſek'kl-ness], s. wispelturigheid f. Eiend-like ſfiend"Inkel, adj. duivelsch, ## ff ſek'ly J, adv. # # # # # # #### Fiendful Ifiend'fülj, adj, vol boosaardigheden, fi'eo], s, plaatsing van den duim tusschen Fiaree ſfiers], adj, wild, woedend, wreed, hevi ingers als teeken van # zooveel als: vurig; fierce for blood, bloeddorstig. for you, een vijg voor u! ik lach met u! | Eiereely [fters' ly J, adv. wreed, wild, woedend. Effc'tile], adj. door een pottenbakker ge-Eieree-minded [fters'mind'edJ, adj. hevig, heftig fietite earth, pottersaarde. onstuimig. (de fi, dorst m. frck'shun], s, verdichtsel n. (sels m::# [fiers'ness], s, wildheid, wreedheid, woe- # s, schrijver van verdieht-Eierely [fiter i-ly], adv. vurig. ſfrck-tºshºus], adj, verdicht. Eierin ess [fi'er-i-ness], s. drift, vurigheid f. » yº (inck-trshºus-ly], adv. fabelachtig, op Fiery ſti'er-ry], adj, vurig; fiery appearance, # &s » # gedaante, a fiery heart, een vurig hart. te wijze. » #### » N s #enshºuenesel, s. verdichtheid ºf Eife Ifife], s, dwarsfluit, pijp f. # iv], adj. verdicht, verzonnen, denk- Fifeſfife] ed -ing, vi&t, op een dwarsfluit spelen, s. boetseerder m. (beeldig. Eifer [fi'fer], s. fluitspeler, pijper m. s, splitshoorn, draaier m, slothout m., Fifteen [fſtºteend. adj vijftien. & taarts, fid hole, gat in de steng, Eifteenth ffifteenth J., adj, vijftiende. eslothout gaat, fid hammer, Eifth [fºtthl, adj. # #, # uw, iron fid, marlpriem, ºpli-j Fifthly Effth'Iyj, adv: ten vijfde. . Fiftieth ## vijftigste. 3. - -:::::-* :- thout opsluiten, XS. , v.t: een steng met het slot-|Eifty ffiftyJ, adj. vijftig. .. ool f: , to play on the fiddle, Figº Ifig], s, vijgeboom m, vijg f. ; E don't care laats vervullen. (beuzelen. HFig ſfig] -ed -ing, vt. iemand bespotten | # # #ng, v.tººi, viool, spelen, saamgebrachten duim en vingers, z. Fieo). If Idºdº-bridgj, s, vioolkam ºf Fight ffiht], s, gevecht na, strijd m., na val fi dºdl-fädºdli, s. beuzeling f: | zeegevecht running ſight, aanhoudend vu hdºdl-fad'dij -ed -ing, vi, beu- een vluchtenden vijand, die continue th #t vuren #':#, ## tij, twee ## fraai-pessi, s.vioolschroeven t pl. |right # # # troºn n: , vechten, strijden (against, te k » laten vechten te right'dog, # een kome van hen wat het wil; to fight on zich met geweld een weg banen; to fig y, zich door iets heenslaan, to fight ## Ifg'leafj, s, vijgebladen. g, mentj, s. verdichtsel na, treë], s, vijgeboom m. adj vormbaa fºgº trºts Eield-sportsfield'sports],s, pl.jachtvermaken n pl. igurativenessEffg'yu-ra-tïv-nessJs figuurlijkheid f. ſignre [fºg'yürel, s. figuur, gedaante, gestalte, af- beelding fº, beeld n..; to cut a figure, een aan- zienlijke rol spelen. > - Figure ſfig'yure] -ed -ing, vit.&i. vormen, af- beelden, (zinnebeeldig voorstellen, voorspellen, verfraaien, becijferen, figureeren, zich onderschei- den; to figure out, de uitkomst vinden (door ### to figure mp, bijtellen. Eigured [fſg'yürd], adj. gebloemd, gewerkt. Figare-dameer ſfºg'yu-re-dân-cer], s. vervaardiger van valsche bankbiljetten, vervalscher van cijfers m. Eigure-head Effg' vüre-héad J. s, steven beeld n. Eigwort [fſg’witrt], s. speenkruid n. » Eilaceous Efſl-a'shus], adj. dradig. .. Eilament If Y1'a-mentj, s, vezeltje n. (zelachtig, lannentous [fſl-a-mënt/us], adj. draadachtig, ve- ature [fr1'a-ture], s, het afspinnen der zijdeton- tjes ## # # ..." ilbert Ifſlºbert J, s, hazelnoot f. .. ºileh Ifºltch]. -ed [fºltch] -ing, v.t. ontstelen. Eileher Ifritch'erJ, s, dief, ontfutselaar m. ,.. File Ifile], s, vijl f, snoer m., gelid nº, naamlijst, lias f. ; smooth file, zoetvijl. File ſfriel -ed-ing, v.t.&i, vijlen, afvijlen, aan een # » # rijgen; rangschikken (papers, papieren), #nen (bv,n petition, een verzoek, op de rol schrijven; defileeren; to ſile of, aftrekken. " Eile-eutter [file'ciit-ter], s, vijlmaker m. S File-daat [file'dustj, s, vijlsel n. » Eiler Ifilſerl, s. vijler, m. ,, » filial ffm #ij, adj, kinderlijk. ... . » Filially [filºyal-lyj, adv. kinderlijk. - » Filiation ffm-li-aſshun],s, zoon-, dochterschap, bloed- wantschap, aanneming als kind f: form 'i-form], adj, draadvormig, dun. ‘I-grane] Filigree, s, draadwerk n. J#1"- eëdj, adj, met draad werk. ffi'lingz], s, pl. veilsel n. .. , s. bekomst, verzadiging ºf - ed If Illd] -ing, vt. water) ver#n. verzadigen, waar- slaan , vol worden, iſ een glas schenken, drinken geven; to fill in, invullen, king ſinds * throne, een koning, bekleedt een troon; to fill # een post vervullen, to fill a vacancy, ten post waarnemen ; to fill out, aan- W tbreiden; to fill up, volmaken (zich) opvullen, een plaats vervullen, voltooien; the ºhannel fills up with aand, het kanaal ver- o fill a ship's bottom, den bodem van bekleeden ; to fill water, water #j # 33%.3 .333::::::::::::::::::::: 3.3.33: 3 iſ 38 h the wind, de wind de zeilen zwellen; to hack and film, ma- e sails ſille wi lad HEE &ï. ( zich) vullen, # : Film It Ylm] - ed I J -ing, wat letje -, v # bekleeden. Filmin een ſfilm'1-ness], s, vliesacht Eilnay If I'myJ, adj. vliezig. Eilter Ifnºterij, s. filtreermachine fº, z EFilterffſlºterij-ed-ing, vt.&i doorzijg Filtering [fï1/ter-ingj, s, het filtreeren Eilth fftithl, s, vuil, vuilnis ne, onrein # Filthily [ffithſt-ly], adv. op een vuile wijze Filthinese ſfºlth'iºness], s. vuilheid, onrein Filthy [fr1'thy] adj, vuil, filthy way of d lage wijs van handelen. % ..3 3. # Filtrate ſfr1ſtrate], vt. z. Tilter. Filtrate If Y1'trate], s, het gefiltreerde in Filtration [fſl-tra'shun], s, doorzijging, filtree Fin If Yn J, s. vin f zwemvlies n. Fin [fſnij -ed -ing. v.t. kerven (visch). Finable If Iºna-blij, adj. bekeurbaar. Final [fiºnal J, adj, laatste, eind... doodelijk aeeount, slotrekening; final airm, e fina1 eause, grondoorzaak; finaal issue, uitkomst. . . . . . . # # N SS - S Finality [f1-nä1'1-ty], s. slot ne, eindtoesta ijk, ten laats inally Ifi’nal-ly], adv, eindel unanny I y J, .. , (meestal) fi .. Finaneeſfi-näns'I, s, financ pl. financien fi, pl., schatkist f. # EFinancial #n'shall, adj. financiëe Financier [fi-nän-cierſ', s, financier Einary ſfi'na-ry], s. Eeloven In, BEinch ſfïnch], s, vink m. # Eineheereeper [fſnch'creep'erl. s koolm Find [findj, Found ſfoündJ, Ein N v.t,8xi, vinden, bevinden, ontdekken, bezorgen, beslissen (in recht. , te means, tijd, middelen vinde berispen ; to find one's s do you find yourse vindt gij u dezen mo find your lege, ik his lega, wegloope in, verschaffen, voo in money, hij voorz find out, uitvinden, brengen, ontdekken ; t ten hoe men zich g herispen, afkeuren, t heart, trek hebbe their heart, zij kun find one business, iemand to find a Haili, een find ºfâ geldmiddelen a pl, + E ind-fan it + Eind fans Einding ºf Eindy ſfin'dy Fine [fined, s. 3% eindelijk der m. ## #nen zeer haarband m., schijff, rol-, # a in fi # hem # ne-ness], s. fijnheid, sierlijkheid, zui- r], s...zuiveraar, louteraar m. , in 'erg, adj (comp. v. Eine), fijner, dunner. [ft'ne-ry], s, opschik m., sieraad, schoone t nu gezochtheid, louterplaats (voor me- zerfabriek f. » en ſfine'spoºkn], adj, fraaie zinnen ge- nd, welsprekend. .. aan Ifine'sptin J, adj. fijn gesponnen, fijn is een fi-ness'), s loosheid f. . . . (uitgedacht, »e ſfi-nëss J -ed-ing, vi, list gebruiken. singſfi-nëss'ing],s, het gebruiken van listen n. ooted If Inºfût'edJ, adj, met zwemvliezen. Efºng 'ger], s. vinger m., vingerzetting f; to on the finger, aan den vinger steken, hºe it at his fingers end, hij kent het op den he has a finger in the pie, zij is mede- f, zij heeft de hand in 't spel; his fin- are line-tvvige, zijn vingers zijn krom, fachtig ; I'll make you find your re, ik zal je wel doen doorwerken, he put ngers in exe, hij weende. » # -ed -ing, v.t, betasten, bespe- tselen ;-, vi, de vingers zetten, gebrui- een speeltuigi, how would they ſinger den zij hem afrossen. 3 :: '. '3: ;.. ::::'s & f # #er-fraid, s, pop f. » [fingſger-glass], s, vingerglas n. e ſºfing'ger-plate], s, deurplaat f. fing ger-postſ, s wegwijzer m. ger ställ], s, vingerling m. fang, gl], s. beuzeling f. 1, adv, gemaakt. , iess], s gemaaktheid f. t], s affineer-, louterkroes m. slot fi, .. # d -ing, vt. eindigen, afwer- inish down a wall, een zie tº dj, eindig, # : s], ad #e nder # vinnen. 8 "#ier in , s. # voltooier m. dj vinvormig, vind, , s." ging, sheer volei # TN.E. - . . . . . . .:%....WSEN # rkt, oneindig mijdend vo tºnerd I. l, t eindigheid, beperkte met vinnen. #r s , dennehout.nl, i d ritt r., et en # rire re Ifire] -ed-ing, v.t.&i verbranden, steken (bv. a. hoe j, ontvlammen, afvuren 3. branden (bv. a musket or eanon), branden (eene wond bij vee); vuur vatten, vuren (on, op), to fire with anger, in toorn ontsteken; to fire up, oprakelen, in toorn ontsteken. Fire-arme ſfire'armzj, s, vuurwapens n.pl. Eire-ha11 ſfire'ball J, s, vuurbal m. $ Fire-board ſfire'board],s.schoorsteensch erm in, ſm, Eirebrand [fire' brandj's brandend hout n.stokebrand Eire-breathing I fire/breath'ing],adj. vuurspuwend Lºire-briek Ifire'brick J. s, vuurvaste steen ºm. Eire-bucket Ifire'blick'et], s, brandemmer m. Fire-brush tfire' briish J, s. haardveger m, Eire-eiad ſfire/clâdj, adj. in vuur gehuld. Fire-elay [fire'eläyj, s. vuurvaste klei f. Eire-company ſfire'cüm-pa-nyd, s. brandpiket n. Eire-eraeker Ifire'erâckſer], s, voetzoeker f. Fire-dog [fire'dög], s. haardijzer n. . Fire drake [fire'drake], s. vliegende draak m., dwaal- licht, vuurwerk n. - : : # Eire-eater ſfire-eater], s., bluffer, ruziemaker m. Eire-engine [fºreſen-dgïn], s. brandspuit f: Eire-eyed [fire'itd], adj. met vurigen blik. Eire-escape ſfireſ-es-capel, s. reddingtoestel in Eire-fan ſfire ºfân J. s vuurscherm n. I(bij brand Eiee-guard [fire' guärdj, s, ijzeren hek om den Fire-hearth ffire hartij, s. kombuis f. (haard in Eire hook [fire'hûk],,s. brandhaak m. ſrantie ºf Fire-insuranee ſfire'in-shôô-rans], s, brandassu Eire-irons ſfire iſ urnz], s. pl. haardstel n. Fire-Hoek # re'lock], s, pangeweer m., snaphaan m Eire-man Ifire'män], s, brandspuitgast, stoker mee Eire-new [fire'nuwj, adj. nagelnieuw, fonkelnieuwe Fire-office ſfire of fissJ, s. kantoor van brandver- zekering, assurantiekantoor n. # Fire-pan [fire'panj, is vuurpan, pan f. Fire-place ſfire'place], s. stook laats ºf Fire-proof ſfire'prôôfj, adj. vuurvast, onverbrand #er ſigarº, is brandstichter m. (baar. Eire-set [fire'-sëtj, s, haardstel n. Fire-screen ſfire'skreem], s. vuurscherm n. Fire-ship ſfire'shipj, s. brander in Lºire-side [fire'side], s. haard m., hoekje van den Eirestiek # s. fakkel m. ſhaard in Fireward, Firewarden ſfire’ward, fire'v s. brandmeester m. Eirewood Ifire'wildl, s brandhout m. Fireworks Ifire' warks], s, vuurwerk in. *## .. het b Ifi'ring', s, het vuren, geweervuur, < brandstof, in brandsteking ºf Firing-iron Ifi' ring-tºurn], s. brandijzer in. # # # kastijden Eirikin Lfirºking, s, vaatje n. Eirkin-man Ifirºkin-man], s. b. Eiren ſfºrm], s, naam # m fi born], erstgeborene m. oudst rst-born [fi rºl, W- w ſkin rstgeb ## t/bt [first' bo tyre #aren. Zº ij, adj, een st-created [first'cre-atºedJ, adj, eerst First-floor ſfirst'floor], s. eerste verdieping f. t-fruit [first'frôôt], s. eerste vrucht, eerste- (geborene, van dieren). w #, w # Firstling # s, eersteling m. & f. (eerst- Eirstling Ifirst/ling], adj, eerst voortgebracht. First-rate ſfirst'rate],adj. voortreffelijkste, soliedste, Eir-tree Ifir'treëJ, s, den, denneboom m., z. Fir, Fis: Iffsk], s, schatkist f. w ## [fis'kal], s. fiskaal, procureur m. ww Fish [ffsh], s, visch m., vischje, beentje n. (in 't spel); fresh-water fish, riviervisch ; the best fish swims near the bottom, de stilste wate- ren hebben de diepste gronden; fresh fish and new come guests sameII when they are three days old, met den tijd wordt men alles moede; they have other fish to fry, zij hebben wat anders te doen; front fish, stootschaal, rij- schaal ; fish of a yard, rijschaal, stootschaal op de ra; side fish, schaal, wang, spare fish, waar- looze wang. Fish [ffshJ -ed [ffsht] -ing, v.i.&t. visschen ſfor, naar); to fish up a human body, een lijk opvisschen ; to fish for compliments, com- plimenten uitlokken, te fieh out, uitvisschen, tvorschen ; to fish an anchor, een anker kip- pen; to fish a mast, schalen, wangen om een mast leggen. -- et Lffsh'bás-ket], s. vischmand m. 3-3 egg Fish-basic Fish hone [ffsh' bone], s. graat f. N- ## [ffsh'day], s, vischdag, vastendag m. r m. her Ifish'er], s, visscher m. * * * Fisher-boat [fishſer-boat], s. visschersschuit f. Risher-man Effsh'er-manj, s, visscher m, Fisher-town ſfish'er-tounj, s, visschersplaats f. Fishery ## s, visscherij f. Wish-fag [ffsh'fägl, s... visch wijf n. Fish-ful Ifish'full, adj, vischrijk, » Eish-gig tº:# s, harpoen, elger m. w lue Iffsh'glüeJ, s. visch lijm f. fish'hük], s, visch haak m. J, s, kunstvlieg om te vis- ing-kwést's hun Js. strikvraa -line], s.vischsnoer n. (f. rödJ, s. hengelroede f. w # # # Fishing-questi -. - s. vischketel m. w märºketJ, s. vischmarkt f. üng-ger], s. vischkooper m. s. vischtraan f. # shºpbnd , s. vijver m, h' wife,s, visch venster f. ## vischvrouw f. visch rijk. rondloopen, º #ts 'Eitfaal i Fitness on th Eixable g mooie Effs w 'ishify [fish'i-fy] -ied-ying, v.t. tot visch doen o worden. - (schen f: 1 Fizz( º # zich in- Fit fit), s. ºf A r fit of snel aan y, een aanval, # moedigheid ; a fit of laughter, een lach do a thing, by fits and starte, iets met en stooten doen , fitn of the season, on digheid van 't jaargetijde. Fit [fſt], adj, bekwaam, geschikt, voegzaam, p (for, voor, to, om); to think fit, goed d Fit [fſt] -ted --ting, v,t.&i, bekwaam, maken (fotº, voor), passen, voegen, uitrusten, bereiden ; if the coat fits you, put it oi de rok u past, trek hem aan, his coat ſite well, zijn rok past goed ; to fit out, uitr wapenen ; to ſit up, aanpassen, in ord H'11 fit him, ik zal hem wel krijgen, Fitch [fſtch J, s. wik f. N # Eitchet [fºtchºet] -chew [fºtch'yu], s, bunsing x # adj, onrustig, afwisselend. Eitly [fit'ly], adv. geschikt, goed, # tritment [fſt'ment], s, het geschikten [fºtº’ness],s, geschiktheid, overeenste Fitting [fſtºting], s. passing, uitrusting f. | Fitz ſfitzl, s., (in samenst.) zoon; fitz roy, zoon | ## # Eive [five], adj. vijf. ( des konings Fivefold ### adj, vijfvoudig. # g Eiven [fivzJ, s, pl.. zeker balspel n, ziekte b Fix [fix] -ed.-ing, v.t.&i, vastmaken, b bestemmen, *in orde schikken, regelen : vestigen, vaststellen , zº points, de hoofdpunten vaststellen, maats, de masten inzetten ; to fix the e mast head, 't want ove [fºx'abl], adj, vestigbaar. Fixation [fix-a'shun iſ, s. vaststellin verdichting, verbinding, vestiging ºf Fixed If Ykst], adj. vast, E# ### star, vaste ster , fixed bodies, vaste lie fixed ammunition, lading van een kano Fixed Iy [fſks'ed-ly], adj, bepaald. Fixedaness Ifſks'ed-ness], t Eix vastheid, standvastigheid ºf Fixture Efiks'tyure], s, onroerend + Fixure [fikshºyure], s, vastheid. f. #### ## , s, harpoen f... beha 2 --- e) [fſz'z ## ang, Flabbiſ, [fläb bi-lyJ, adv. es 'Hahhiness ffläb' qi-nessJ, s, sl als [fläb/by]. Elah by J. adj, slap, zacht, ###### Ak'cid] g EIaecid. [ſlâkºeid], adj. Fiaecidity Iftak-cYd'Y-tyJ, s ag #, s, vlagf, vloers admiral-ſlag, admiraals vlag tot beantwoording va | mag, broeking van een vla g vlaggelijn; hoisting elk # k ſtag, hals in sjou! en, zinken, met W laggen beplanten, versie âg' brôôm],s, berkenbeze ſfladg'e-letj geolet, s. fluitje n. tion Iſlâdgºel-la'shun], s. geeseling f is [ſlag'gi-ness], s, slapheid, f tſlag ging is beleggen met vloersteenen m. ſiläg'gy], adj, vol zwaardleliën. » X # #wrººm" ua ſfla-dgſshºus], adj. snood, boosaardig. 'magiciousness [da-dgïsh'us-nessJ, s. ,snoodheid f. ago meer ſflagſoffi-cer], s. vlagofficier m., . . Eiagon fflägunj, s. flacon f: * # # viagranee, Flagraney Iſla'gran-cyl, s, hitte, bla- r it [flagrant], adſ, blakend, heet, in het oog fläg'ship], s, vlagschip in. äg'stlk], s, vlokzijde f. N- [ſlâgſstaf 7, vlaggestok m. , , fftruck ſfläg stáff-truck], s. vlaggekloot m. me [fläg'stone], s, vloersteen in. - fläg'yu-ni-un], s. bezaansvlag f. , dorsch vlegel s. - - - - - - - - - - - - - - - - e], s, vlok, schilfer, vonk f. âke] d -ing, v.t.&i vlokken, tot vlok- nen, afschilferen, schilferen. hei # #lokkigheid, schilderachtig: lakkerig, schilferachtig. en.., logen f. (houden, ming, vi, met praatjes op- mrts, fakkel f. adj. << f, vuur n. ken (E# doo ieu theid f. ty], s, ontvlambaar- i ontvlambaar. s. ontvlamming f. men v | brandewijn moet g hangend, slap, mat, # (loopend. n. } mmen, ont- naaiden, V ## - Fiat [flädl -ted-ting, loos maken. - »."Y andra, fläp i apdragon in ## waar " Etap-eared ſfläpºëardſ, met hangende ooren. EIap-jack f ap' jºck), s. # pannekoek m.,. Fiap-mouthed [fläpſmouthdJ, adj, met breede lij Flapper [flap'perd, s. klapper m. w Elare ## -ed -ing, v.i. flikkeren, to ſhare ap, opvliegen in toorn. Fiare Ifiarej, s. flikkering, flonkering fi, stuks Flash ſfläshj, s. glans mº, flikkering fi, straal, wenk m., oogenblik n., schicht fº, klatergoud, laat m., dieventaal f; a flash of vvit, een gees tige inval , ſtash of lightning, bliksemstraal, glas jenever ; flash of water, waterstraal. Flash [fläshT -ed [fläsht] -ing, v.i.&t, flikke schitteren, ontvlammen ſas gun-powder), uitstralen, schieten (flamen); to flash int plotseling overgaan, overslaan tot. x 3 w Fiashhouse Ifläsh'hous], s, vergaderplaats van di Elasher [flash'er], s, zwetser, windbuil m. ſven FIashify [fläsh'í-ly], adv, winderig, # VN- Flashy #' adj, winderig, oppervlakkig, vlu tig, pronkziek, smakeloos, # # # Flank [flásk], s, fiesch f, kruidhoorn m., kist voor den zandvorm. # Fiasket # s, spijsmand f g er- Fiat [flät], s. vlakte, zandbank f., platboomd vaa tuig m., breedgerande stroohoed, onoverdekte spoo wagon m., plat n., vlakke zijde f, onnoozele ha m., mol (muziek) f, achterscherm m., de #aal niet, lissend, smakeloos, wat Hat Eſlât , adj, plat, liggend, smakeloos, laf, en ºm te aanval is dui # #tuit, d, eenvoudig, # - t and plain, kort sch p, mol (in muz.); iets weigeren, to take in a fiat lie, diep, , bondig, ronduit ; to give a fiat denial, vlak w kende leugen betrappen: to fiii nat, to fiat, de schoten voorhalen; flat naar achterschip, dat mail, bij den wind staa -----T - N flat #ren. platlaseh ; fiat seam-needles v.t.&i. plat, # - worden, verlagen (den too verwachting te leur stellen; to rzeilen doen tegenliggen ; to fia ngºlyºl, adv. eiende is. vleierij f. # II ſflät’ting-mºll], sº pletmolen m.. , tish], adj platachtig, iets verschaald. 3%$#. . . . 33 #$% tts], s, pl. speelkaarten f. pl. # Flatulenee ſflätºtyu-lens] -tuleney, s. winderig heid, opgeblazenheid f. (zen, winderig. Flatulent ſflätºtyu-lentj, Fiatuous, adj. opgebla- *# [flät-tyü-ösſ-ty],s, opgeblazenheid, win- ## # is eſſlâtwisel, adv. plat, op zijn plat, vlak, flauntJ -ed -ing, v.i.&t, zwierig gekleed zich onbeschaamd aanstellen, pronken (met). fläunt], s. ijdele vertooming fº, # ſº te mag [flauntºing J, adj. opgetooid, » ling girl, pronkster, kermispo Elauntingiy [flaunting-ly], adv. pron or ſflaſvur], s. geur f, smaakm. or ſflaſvur] - ed -ing, vt. geur geven aan. p, º end, pralend. g& voºrleesEfla'vur-less], adj, zonder geur, smakeloos. | vorous Iſlavur-us], adj-, geurig, aangenaam. lavous Iſl'avus], adj, geel, .. ... w [flawl, s, spleet, windvlaag f, oproer, ge- ºh ne, twist m., smet, fout, f, gebrek n. r ſflàw] -ed -ing, vt. splijten, breken. lawlese ſflaw'less], adj, zonder scheur, vlekkeloos. lawn Ifawn], s.vlade f. - Iden). Elawter [ſlaw ſter] - ed -ing, v.t. afschaven (hui- [flawſy], adj. vol scheuren, gebrekkig, aan lagen onderhevig. # . . . . . . ...3; .. fläxj, s.vlas n..; to dress flax, vlas hekelen; ed flax, # vlas. ke ſfläx' brake], vlasbraak f. omb [fläx'comel, s, vlashekel m. # ſfläx'drëss'er], s, vlashekelaar m.. .. nºg ſfläxºdréssing], s, vlashekeling f. Exen ſfläk'sn], adj, vlassig, van vlas, blond, x-fineh Iſlâx'finch J, s. vlasvink m. | x-raiser [fläx'rai'ser], s. vlasverbouwer m. x-seed [fläx'seed], s. iijnzaad ## # #ax-wife iſlax'wifel, s. spinster f. » Elaxy ſfax syj, adj, 'vlassig. # .. # -ed -ing, v.t. villen (bv. an ox). ºver Iftay'er], s.viller m., every fox must pa 8% skin to the mayer, de dief komt ein- Elk: ## # # *#ea [fléal, s. vloo f; to put a nea in one's ear, emand een vloo in het oor zetten, hem voor het en ; E 3 to have a nea in one's ear, s ongerust zijn, they sent him away with in his ear, men zond hem zeer mistro me ſflea bane], s.vlooienkruiden. (tig [fiëa'bitel, s, vlooiebeet, nietige w lat was but a fiea-bite to you, de vlooien ge be-l en horne, bont trotsch ; | | ming ontduiken. | Freece ſfiëes], s. schaapsvacht | Fieeee ſfiëes] -ed [ſiëest] -ing, vt. scheren, ken, met eene vacht bedekken. FIeeeelena Iſiëës'less], adj. zonder vat FIeeeer [fieë'eer], s afzetter, plukker m. EIeeey Ifieë'cyJ, adj. wollig, vlokkig. F1eer Ifiëër], s, bespotting f, vluchtelin Fieer [fieër] -ed ſfleerd] -ing, v.i. &t. (at, met), bespotten, uitfluiten. # Fieering is ſfiëërſing-ly], adv. spottenderw Fleet [fieët]. s. vloot fº, finham m., tkreek ºf of a fleet, centrum van een vloot, bulk o fieet, grootste deel van de vloot; Hee fleet, v onder den wind; weather theet, vloot b : wind; wings of a ſheet, vleugels van e Eieet ffieët], adj. snel, vlug, gezwind. Fleet Ifleet] -ed -ing, vt. wegvliegen, gaan, afroomen (the mille); to fleet from pi to place, gedurig van plaats veranderen , tot the time, den tijd verdrijven ; a shi the guif, een schip, dat over de gol to fleet a tackle, een gijn uitschakt ken; to ſleet the shroude, 't want lo Fleetfoot [fiëët'fóôt], adj. vlug ter been. Fieeting [fleet'ing], adj. wegsnellend, voorbij EFleetingſ, E## Fieetly Ifleetſly ### [fiëët/mYIk], s. tapte melkf. Fieetnessſfleet'ness],s snelheid, vlugheid Flemishaceount Iſiërafish-ac-coünt],s, slech Fresh [fiëshl, s., vleesch, lichaam, me .. slacht, menschelijk gevoel, het aard slacht, n, familie f:: to be one tien eenigd, gehuwd zijn, pleasures zinlijke lusten ; to gather flesh, vet take flesh, mensch worden ; Tºod God mensch geworden; to go the flesh, den weg van alle vf % one flesh, nauw verbonden zijn , a menschelijke hulp, flesh and feli, Flesh [fiësh] - ed Iſiësht] -ing, v. richten, verzadigen, harde Flesh-broth Ifiësh' bröth. leese Flesh-eolor Efiësh'eü1'lar], s, vle Eiesh-eolored [fiëshºciil-lurdJ, adj EIesh-day [flésh'day], s. vleeschd flésh'day], W. • 'W ſfiësh'dieet J, EIeah-ſty ## s groo Fieah-hook ſflésh'hük], s, vlee Fleshineas Iſiësh'1-nessJ, s, vleez W Fleshiesa Efiësh'less], adj, zonder vle Heelalinese ſfléshºlt-nessl, s. v Eiesh-ling fflésh'ling], s. s S3 >< y], adj. vlees Eies heen en # se trie in no faësh: #Leah-powder t uake t! e # #e 1 IMART mheid, handelbaar- gedweeheid f. [fiëks'I-blJ-xile 'illJ, adj, buigzaam, aar, handelbaar, M # << flék'shun], s. buiging, verbuiging f. me ſflek' # adj, bu 3 igend, krommend, end w ,,.º. . . . . . . . 's *nd, onstandvastig. te ſfläk's hure], s. buiging f, gelid n. ſflick'er] - ed -ing, v.i. fladderen, klap- flikkeren, aarzelen. ng [flick'er-ing], s. aarzeling f. # ### { w # fladdering, flikkering, eringiy [fiſck'er-ing-lyJ,adv. fladderenderwijs. | rmoºnse ſflºck'er-moûsj, s. vledermuis m. fly'er], s, vluchteling m.; -s, pl, vleugel m. spinnewiel, stoep fi, z. Mºly. 1ht], s, vlucht fi, loop m., vaart, reeks fº, broedsel n, (van vogels); flight of a ºase, rustplaats op een trap ; flight of ar-li ; | Float [float], s. , pijlenregen; flight of shot, salvo, laag ten ## hartstochten, flight of folly, an krankzinnigheid, to put -, to taarn de vlucht slaan, drijven. W 'i-ly], adv. op vluchtige wijs. gheid, onbezon- lat, op w bººt W '- w een ſfitht'i-ness], s. vluchti #, - f, vluchtig, snel, ijlend, irt, kli iht'y], adv. vlu fflIm'fiam] » [film'zi-n , s, luim, , gril, streek. essJ, s. lichtheid, zwakheid, ei #### * w &..: % # 3: w ſmºzy], adj, voddig, dun, zwak, armzalig. fitnchj -ed [fitncht] -ing, v.i. aarzelen, zen, vlieden (from, voor). w'. ,,W hºerd, s. durf niet m. . . . . flin'der-mouse], s, vleermuis f. ouse w ºnders], s, pl: spaanders m. pl., brok- flinºd l ## # # , s. worp, smak, zet, trek, scherpe uit- spot m., they must have a ning , men moet hen maar eens aanpakken. ,, z], Fiung faiing], ººiinging, vat.&i. ijten, verspreiden, neder-, omverwerpen, achteruitslaan, schelden, snellen (bv. ra); to thing away, wegsmijten, af- ambition) ; to thing away from, ſling down, neerwerpen, on- ; to thing in, aftrekken ng off, van 't sp open werpen, openbreken n, zie "# ontvallen beleedi uitvallen ; ta opgeven (bv. a des # s werper nt], 8, #", w ## # | Floaty [foat'yj, adj. poor bren- # , afstand doen. | | Floodgate [ftiid'ga | Eind gaten! # Yp' 1,s, welbespraakt iri fflirtl, s. zwaai, zº m., coquette, scherts lirt fflirt] -ed-ing, v.i. &t. fladderen, huppel voor coquette spelen, schertsen, spotten, werp uitjouwen ; to flirt out, laten ontvallen. tººlirt [flirt], adj, lichtzinnig, behaagziek. Flirtation [flir-ta'shun], s. vlugge beweging, h. peling, coquetterie, intrigue f: Elirtingly [flirt'ing-ly], adv. fladderenderwijs. Fiit Ifif i. vliegen, fladderen. # t t] - ted -ting, v. Eliteh If Ytchj, s... zijde spek f. Fiitter [flft'er], s. lomp m., brokstuk n. Elitter-mouse [flft'ter-moüs], s, vleermuis f. Fiitting [flitſting], adj, vluchtig. (digheid iRFIittiness [flºt'ti-ness], s. lichtzinnigheid, onbest Flittingly ſflat’ting-ly J, adv. fladderenderwijs. +Fiitty #d. adj, fladderend, onbestendig. + Elix Tflix], s. wollig haar n. --- Elo [flo], s, pijl m. vlot n, golff, dobber eener vise lijn, water vlotter m. (in een stoomketel), z. Flo board , pleisterbord m., noat ground, slech ankergrond ; float of timaher, houtvlot, fi stage, timmervlot. w º Float [float] -ed -ing, v.i.&t, drijven, dobberen vlotten, overstroomen, glad pleisteren; a floati bridge, een schipbrug; floating debt, -eap vlottende schuld, vlottend, loopend kapitaal float off, vlot zijn, drijven ; to float ou schip uit het dok #" # Mººie at board ſtaat boar J, s, schoep f: EIoater [float'er], s. drijver, zwemmer m, Eloating-ieel fºtº: in heel, s, drijfijs n. EIoating-light (float'ingeliht], s, vuurschip n. EIoating, vision ffloating-vizh-un],s. droom heel EIoatingly [floating-ly], adv, drijvenderwijs. drijvend, zwemmend, Fiocculence ſflöc'cu-lence], s vlokkigheid f: , Flo een lent. If ſoc'cu-lent], adj. vlokken, aan elkander FHoek (flöckJ, s. kudde fº, troep m. akkend, F1oek IflöckJ -ed [ftöckt] -ing, v.i. samen len, toestroomen. (selen, afstraffe Elog [flºog J -ged [flö v,t. W g'd] - ging * Ffood ſnifdj, s. vloed, #n: wassend water, at nevv flood, bij van den vloed; beginning of the floº end of the flood, achtervloed, first qu the flood, eerste gedeelte van den vloe food, brak water, boven water, na de ſloo van den vloed; to swift upon the flood. den vloed zwaaien; to lay for the flood. den vloed liggen; to roll on a flood the wea in weelde baden. # t Flood ſflüdJ -ed [ſliid' dedJ. FIood-anchor [ſliid ûng-ker] te], s. sluis fi, n, ge tide, vl d M # # 's, vloedanker in doorgan die Flood maar ik Zii :: 2 EIook ſflö0 w 'lessJ, adj, zonder vloer, ## op [flöp] ed -ing, v.t. (the winge) klapwieken neerslaan (den rand van een hoed), neerhangen. Floral ſfloºral], adj, bloemen betreffend, van bloe- Floret ſfloºretj, s. ## # S {men. oriage ſfloºr-adge], s. bloei, bloesem m. id fflör'rid], adj. blozend, bloemrijk. Floridity [flör-rïd'i-tyJ, Floridaens [flör'rid-mess], 's, blozende kleur, bloemrijkheid f. N Floridness Iſlo'rid-ness], s. frischheid, bloeiende Eloriferous [flo-rlf"e-rüs], adj, bloemdragend. Florification fflo-ri-fi-ca'shun], s. bloeitijd m. Florifornia Ifig'ri-form], adj, bloemvormig. Elorin [fibrºrin], s. gulden m. Florist [flo’rist], s, bloemist, bloemen beschrijver m. ºlorulent Iftar'u-lentj, adj, bloemrijk, bloeiend. Elose uie ſfös culej, s. bloempje van een bloemen Elesenious [flösºcii-lus], adj. bloemig. (tros n. Elossiik [flöss'sïlk], s. floretzijde f. W Flotation ſflo-ta'shun], s... drijven n. lotilla Ifië-tſl’ laj, s, flotille f. <:: : : : : :: Elounce Iſloiins], s, volant m, strook f. kºlonnee ſiloiinsj -ed [fioûnstj-ing, v.i.&t, plas- sen, spartelen, met volants garneeren. Elounder Iſloiin'der], s, bot f. (spartelen. Fionnder ſloten derj -ed -ing, v.i. worstelen, Flour Iſſour], s. bloem f, meel n. » Flour fnourjº-ed -ing, vt. (koren) malen, met bloem bestrooien. » Houring ſtouring], s. het koornmalen n... lourish fflir'rish], s, glans m., krul, krulletter, bloemrijkheid fi, zwaai m., trompetgeschal n.. Flourish fflir'rish] -ed ſtiiir'rishtj -ing, vi&t. doen) bloeien, krullen trekken, zich bloemrijk uit- drukken, zwetsen, de trompet blazen, preludeeren, versieren (den stijl), zwaaien (een zwaard) ; 't is » rish and another to fight, & n den man komt ziet men eerst wie moed heeft ut ſfoutj, s, spotternij f, smaad m. (send, ſfoutj -ed -ing, v.t &i, bespotten, belee- lgen, spotten ſat, met 1. » .. euter Idout'erl, is bespotter m. (leedigenderwijs, outingly tº:#; adv. spottenderwijs, be- flow-J, s. vloed, overvloed, m., a flow wi11 an ehb, alle tijden hebben weer tijden. w] -ed ſflowdJ -ing, viººt, vloeien, tas a mantle), opkomen, vlieten, over- vernissen, to ſhow over, bij hoog wa- overstroomd worden. 333: ## # # # # 'er], s. #", f, j-edſflouterdJ -ing, v.i. &t. bloeien t voortbrengend, ing], adj, bloemen s, bloemknop ºm ound], adj. (kleurt. Flurry [ftiirºry], -ied [flür'r Einmah Effiishj » Eluash risher Eftourtish-er], s, iemand die bloeit, voor- urishingly Iflourish-ing-lyJ, adv. pralend, zwet- Finstered ſflits'ter et bloe- # ## le iehuis: » Flowver-pot Iſloii'er-pot 1, s. bloem »ow Ifou'er-show], s. ten ### bloemen ºf, XS W Flower-atalis Iſloû'er-stalk], s, bloemstengel n EIowery Iflbu'er-ry], adj, bloemrijk (ming LEIowing [flow"ing J, s. vloed, stroom m., overst Elowingly [flow'ing-ly], adv. vloeiend. Flowvingness ſflow'ing-ness], s, vloeibaar ndheid, bespraaktheid f. » N EHuetwaant Ifliic'tyu-ant], adj, dobberend. Fluctuate [flictyu-atel. -ing, vi, go dobberen, aarzelen, twijfelen, Fluetemation [flüc'tyu-a'shun], s, golving, dobbel onzekerheid f. # # . # ## Fiue (flooj, s schoorsteenpijp, vlamkast fº, +h Flue-faker ſflòò'fa'ker], s. schoorsteenveger ºm Eluemey film'en-cy], s, vloeibaarheid f. ( Fluent [flui'ent J, s, stroom m, vlietend water EFluent [flüſentj, adj, vloeiend. # Fiºrently ſflu'ent-ly], adv. vloeiend. # Eluid [flii'id], adj. vloeibaar, - s, vloeistof Fluidity E## -ness, ſflüºid-ness], s, v. baarheid, vloeistoff, W # Fluke ſfluke'J, s. ankerhand, bot f. EI same ſflüme I, s. molen, viiet f, waterloo, EHummery ſflüm' mery J, s... brij, vleierij, gek Elung Iſlüngj, pret van Eling. ## , s, spotwoord voor liverijl Flunkyism [flüng'ky-izm], s. eigenschap va unky, # Fluor ſfluºur], s, vloeispaath ne, fvloeibaarh Flurry [flür'ry J, s. ## windvlaag f. ... 8% . . . . . . . . . . . . . # :'.34 % dj -ring, roeren, verbijsteren, t voer LEIush Iſluish], s, blozing fº: blos m., aandrif , adj, rijk, verkwistend ; ft doorloopend dek. # # [ftiish] -ed [flüsht] -ing, opspringen, blozen, verheffen, verhoo opjagen; to flush with ## ken; to flush one with, moed doen blozen, doen gloeien. Flushing [fliish'ingj, s, blozing, g Fiºren in Eiy finishing tyj adv. blozend Flushness ſflush’ness], s. frischheid ºf Eluster Iftiis'ter], s, hitte, ontroering, we Fluster fflüsſter] -ed -ing, vt. door dra hitten, aan den # maken, ontroeren, W dj, adj, gloeien FMaate Ifloot], s, fluit, groeff, german fluit; to play on the fºute, op armed en fºute, schip, waarvan e nonnen zijn weggehaald. , Fºute tfloot] - ed -ing, v.i groeven maken (bouwkunde), a column, een pilaar groeven, Eluated Ifloot/edj, adj, met groe ting ſloot ing], s groef f. istj, s. nuitspeler 'J, s, we W'-W'W' W> ' ''-WW,’-W rivierplant. e ſflu'vi-a-tile], adj, tot rivieren uit rivieren bestaande, aangeslibd. » fflix], s, vloed, stroom, loop m., samenstel- f, samenloop m., finx and reſºux, vloed en e; bloody ſlux, roode loop, het ly ſtux, buik- flix] -ed [flixt] -ing, v.t, smelten. (loop. fflüx], adj, vloeiend, bewegend, veranderlijk. tion Iſlinks-aſshunj, s uitvloeiing f: , inity fflüks-I-bri’ſ-ty], s smeltbaarheid f. 1e Iflüks I-bl], adj. smeltbaar. » # # en ſflük'shun], s, vloeiing, zinking, bereke- van oneindig kleine grootheden f. raal ſfitik'shun-al], adj. tot de differentiaal- tegraalrekening behoorende, » mist Ifliik'shi-oenſstij, s, iemand, die in de entiaal- en integraal rekening ervaren is m. & f. xive ſfluik'siy], âdj, vloeiend. ,, ,. # tre ſflükºstire], s, vloeiende zelfstandigheid ºf J, s, vlieg, onrust f., weerhaan m.. ; fiy of en sign, vlag, wimpel; I don't care a fly # geef er niets om. -- - J. Fiew [fiool, Flown ſflow.nl Flying, vliegen, vlieden, ontvluchten, vermijden, op- bird-)s to fix for refuge, schuilplaats to my one's country, zijn vaderland ver- wijken; to let fly, lossen; to fly abroad, wereldkundig worden, z. Eiying to ºnder, uiteen vliegen; to fly away, weg- vluchten, to try at, aanvliegen, toeschie- my back, achteruitspringen, terugdeinzen, ; to fly in pieces, aan stukken sprin- ten; to stay in the face off, beleedigen, n, weerstaan, to fly into a passion, ºrden, in toorn ontsteken, in woede ge- nº En, vluchten, wegloopen, afgaan, to # aanvallen, to es open, openspringen van ingaan, to try out, uitvliegen, uitbreken, to fly out against, uitvaren tegen, y'hanel, s, klaproos ºf ſteekend, t-ten], adj, door vliegebeten ge- blowj, s, vliegemein. n vliegen , jatſj, s, fluitschip in. v' #tcher, s, vliegenvanger m. ed -ing, vi, met vliegen -ed engelen. , s, hengelen, visschen met âp], s. vliegen klap m. (vliegen na tevend, drijvend, bewegend, rs, vlie W men , behooren- N #, # » blown Jº-ing, vt. eieren| : # 1 een stoot toebrengen Eoining' jtkºoison *## # | foarfeld, viervoudig egende Fold ſfold] -ed -in | hands), schapen) in oann ſfoam], s, schuim m. Foann Ifoam J -ed IfoamdJ -ing, kt schuimen; he foarme at an auth, het schuim hem op den mond to toºn niet schuimbekken razen, uitspuwen. » # dek ºoanneeroeted Ifoam-erëstº# Foamingly Ifoam'ing-ly], a Eaam lens Ifoam'lessJ, adj, zonder schuim. Eoanny [foam'y], adj. schuimig, met schuim Foh ſföhl, s, horlogezakje n. » ## Fob ſföb], -bed ſföbbdJ -bing, v. to fob, oft, afschepen, wijs maken. Focal [fo calJ, adj. tot een brandpunt behoorend focal distance of a Hens, brandpuntafstand een dºe eens [fºcus], s, brandpunt n. {lens, | Fodder ſfödderl, s, beesten voeder n. Lºodderſfödder] -ed ſföd'derdJ -ing, v.t. voedere Eodderer [föd'de-rer], s. veeverzorger m. Foe fföed, s, vijand m, infee ſfoel -ed-ing, v.t: als een vijand behandele Eoelike Ifo like], adj, vijandelijk, als een vijand Eoetus [fë'tusj, s. ongeboren vrucht f. Fog ºfögl, s mist, nevel m., nagras, etgroen n. Fogſfög1-ed-ing, v.t.&i, met nevel bedekken, we duisteren, in het etgroen laten grazen ; macht he Fog-bank ffög' bank J, s, nevelbank m. (be Foggage ſfögſgadge J, s, slecht gras n. .. Hºogginess ffög'gi-ness], s. mistigheid ºf ## ſföggy J, adj. # donker, duister. #ºen in froi: interj. bah, foei. # # Foibie ſfotº blij, s. zwak n., zwakke zijde ºf Foil [foil], s, schermdegen m., teleurstelling, in laag fi, niets beduidend mensch m., klatergo # & bedek t. bedriegen, l contrast, verfoeliesel, loofwerk, spoor n, van wil to give one a foil, iemand een neep geven, te halve overwinnen; to take foii, eene teleurs ling ondervinden. Foil [fotl] -ed ſforldj -ing, v.t. overwinnen, ijdelen, verwarren, verlegen maken ; to be foi teleurgesteld, verijdeld worden, het onderspit mº trºoilable ſfoil'ablj, adj. feilbaar. (ten delve Fnider Efoilſer], s, teleursteller, overwinnaar ºm + Eoin Ifoïnj, s, stoot ; marter m., marterb + Eoin ſfoïn] -ed [foïnd] -ing, v.i. &t. ste ſfoïn 'ing-ly], adv. stootenderwijs, W ## zn], s, overvloed m. Foint - ed -ing, v.t: (in), onderschuiven, ver sehen t , vi, fustig smaken, stinken. ºoist ſfoist], s, licht en is eïend schip n. E.oister ſfoïst’erl, is vervalscher m. #Rºoistinese ſfoïst'i-ness schimmel ºf ſfoldJ, si vouw, schaapskooi, kudde , vt.&i vouwe een kooi sluiten # # kruisen tbv. the arms, de lkander sluiten ſas a door); a sorrow, een gelaat door zorgen . saiia, de zeilen opdoeke # eeous Ifo-li-ä'shus], adj. bladerig. oºli-adg], s. lommer f, loof, gebladerte n. #ersieren, » Foliate ſfoºli-ate] -ed -ing, v.t. verfoeliën; +tot | Foliate Ifo-li-ate], adj, bladerig, van bladeren voor-| # # # S. (versierd. | Foliated [foºli-a-ted], adj, gebladerd, met lofwerk | Foliation [fo-li-a'shun],s. bladvorming, verfoelieing, pletting tot foeliebladen, voorziening f. met lof- Eoliature Ifo'li-a-tyure], s. tinblad n. (werk. Foliferoaasſfo-lifer-onsjadj, bladeren voortbreng io tº:# #oliant m., blad, folio ; folio- ort, donkergeel. Foliole [fo'Iï-ole], s. blaadje n. Foliot Ifo II-ot], s. soort van duivel m. - Folious (Foliose) [fo'li-ous], adj. bladerig, dun, met bladeren doormengd. . (ringen f. pl. Folk-hore ſfoke lorej, s. # n., overleve- tºolk-mote ſfoke'mote], s. volksvergadering f. ffö1'li-klij, s. zaadhuisje n. Z # # # milieulous Iföl-Iſkºu-lous], adj. met zaadhuisjes. tºoltiful fföI'li-füIJ, adj. vol dwaasheid. Follow Tf61 lowj-ed-ing, v.i.&t. volgen, navol- n; to follow on, volharden, doorzetten , to the law, in de rechten studeeren ; to | one'n nose, rechtuit gaan, N ter Ifolſlo-wer], s. #elins ## y. Ifölly], s. dwaasheid f. N » fo mént'J -ed -ing, vt. stoven, aan- aanhitsen, (sing f. tion ffo-men-ta'shunj, s, stoving, aan hit- ºr Ifo-miënt'er J, s, aanstoker, aanhitser m. öndj, adj, gesteld, ingenomen, verzot, al te , vurig ; to be fond of, houden van, ver- zot zijn op ; a fond mother, eene al te teedere # (liefkoozen. dIJ -ed [fón'dldJ -ing, v.t, streelen, er], s, streeler m. föndºling], s. lieveling m. # # # #enomenheid is [föndºness], s, dwaasheid, ingenomenheid, ederheid, liefde f. - » # . dus ffön'dôôJ, s. wijze van katoendrukken, # leuren samensmelten n, # is. doopvont f, stel me drukletters, önºta-ne1], s. fontanel, trekpleister ºf & Folks [foks], s.pl. volk m., menschen m. pl, oli e ff jze f, voedsel, voeder nij food | aat, kost en kleeren, # ### d'fü1], adj, voedend, voedzaam. Ifood'lessj, adj, zonder voedsel, onvrucht- ody], adj, eetbaar, voedzaam. s zet, dwaas, gek m., to # # spelen, to make a fooi of, voor , misleiden ; to put the fool on, houden, als een gek beschouwen, akes a hundred, de eene gek ver- #ºr:#":":":"# , p. the #en . # |IFoolishmene ſfóúl is root faii frattiaſj, Eoot-fight ffutfi ht], s gevec # # # #, Eon 1 ## -ed. Ifôôld] # #"# W gekheid maken, voor den gek ouden, e ſfo' Fo ## [fo/li-adgJ -ed -ing, vt. met loof werk to fooi away, verbeuzelen, % 8: N » bladen slaan. |frool-hegged #ooi # N &2. :: S3% . . . . . . ## adj, ongerijmd. Eool-bold ſfôôl/bold], adj, onbesuisd. Eool-boran ſfôôl'born J, adj. gek geboren. Foolery [fôôl'e-ry], s, gekheid, dwaasheid, s #Fool-happy ſfôôl'hap-pyj, adj, ingebeeld #fooiharfineºn fooi hardt-nessj, roekeloo Foolhardy ſfôôl-härſdy], adj, roekeloos. Eooling Ifool'ing], s. dwaze handeling f. end. | Foolish [fôôlºisg], adj. dwaas, gek, mal. EFoolishiy ## adv. dwaas, zot. -ness], s. dwaasheid Fool'neap [fôôlz'cäp], s. zotskap f, schrijfp Fool's-errand ffôôls'ererändj, s, gekke boodse april boodschap, onzinnige poging f. -3-3 Foot ſfütJ, s. voet m., voetvolk n..; the foot table, poot eener tafel ; foot of a colan voet, voetstuk eener zuil; by foot of o te voet; to go, to pass on foot, te voet ga - overtrekken ; to be on foot, in bew g: den gang, onderhanden zijn ; to set on touw zetten, beginnen; to have on foo touw hebben , to be trod minder foot, on voeten getreden worden, - geraken, funder onder den prijs, every foot and anon, ge dig ; they have the lenght of his foot, m kent zijn humeur , foot hooks, futtoeks, bu stuk ; foot is ook staf, spreihout; plates, marsputtings ; foot of a mas van den mast; foot of a mail, buik van e foot space rail, voeting van den west amehor ander feest, anker, dat onder 't sch Foot [füt] - ed Ifüt'ed] -ing, v.i.&t. - (it), te voet) gaan, trappen, vertr len ; to foot ## kousen v Foot-bali Ifüt' ballj, s. bal m., balspe Fenet-hasad frutſbandj, s, voetvolk in, Eroot-hoy if it'hoij,,s kleine lakei na. Foot-breadth [füt' brëdth], s, voetsbre Foot-bridge Ifüt bridgj, s, brug f.vo N + EFoot-eroth ſfütſclöthij, s, paardendek in Foot-eushion ſfütºeiish-un], s. voetkussen Footed ſfütºedj, adj, met voeten; met gespleten klauwen ; eluk, relvoeten ; broad footed, breedvoe # ed, platvoetig, four footed, viervoetig; footed, met ruige pooten, s. struikeling ot-guards. Ifütſgärdz], s. ooth old ſfüt’hold], s. ste Een en tient Efiltº ### W # en Fo # dadelij n g, footing, vasten voet kri den voet zetten, zich vestigen ; in, ergens vasten voet krijgen ; foot # voet zijn; |F##dºdingj, ad ### voetpad w ker, modegek "- 'doo-dlejs niets beteekenend mensch w # saletjonker m.. ... (opschik me föppe-ry], s: zotheid, pralerijf, verwijfde "# adj, ijdel, verwaand. Iföp # adv. verwaand. ## # s. ijdele praal, ver- Al J, 'J, s. and conj, voor, om, van, wegens, bij, want, omdat, daar ; voor een ander optreden, de dieren zijn voor de 1, tot hun model, a remedy middel tegen ziekte, as for, all, niettegenstaande ; baat for, ; for as naar eh as, voor zoover; foei ! for God's sake, om Gods make, mijnenthalve ; for conveni- gemakshalve ; for fear, uit vrees , ij gebrek aan; for better worne, # 1, voor altijd ,, for instan wa - ts beschuldigen, er iets zich ome for you ai dat te zeggen , voor een dan w-Jo-------- alig EForceful Iförs' füll, adj, krachtvol, geweldig. rachtvol zoo als het is, for good | | # w rhiddenin een ſfo dºden-nes , veruuu en Eorbidder ſfor-bºd'derd, s, verbieder m. (stand w j, afschrikkend, schri wekkend. { w Forbiddingly ### adv, verbiedender Force ſforsj,s, kracht, macht f; geweld n..; forees, # krijgsmacht, f; foree of gravity, zwaarte- racht; cohesive foree, aantrekkingskracht, een trifugal foree, middel untvliedende krac by force, door geweld, in -, of force, kracht. » w Foree [fors] -ed [forst] -ing, vt. ki, dwin (to, tot). bemachtigen, overwinnen, dringen, ver- volgen ; to force with, overladen, versterken, spekken, lardeeren traneat); to force away, weg- rooven, ontrukken ; to foree back, terugdrijven, to force down, neerdrukken ; to foree fo ward, vooruit dringen, to foree in, indrukken inslaan , to foree open, openbreken, inbreken to foree out, verdrijven, verjagen, uitzetten, force through, doorbr w ree en in doorzetten, met geweld verkrijgen, planten kweeken door broeiing; een woord in gebruik brengen. # # Forcedly [forºsed-ly], adv. gedwongen, geweldig, 'o reednese ſför 'sed-ness], s. dw m., geweld u. # Sorcefully [fors'fül-lyJ, adv. op een k weldige wijze. reeless [fors'less], adj, machteloos, krac # # Foree-meat [fors'méatj, s, gehakt vleesch voor k, Eoreeps ſfor'cëpsJ, s... tang, verlostang f: ? Eoreer ſfor (eer J,s, dwinger, zu (ui tsel ger m. (uit een pon J, adj, krachtig htda gend, gewelddadig; - er, onrechtmatige, gewelddadi van landerijen. # [forºck-bl-ness], s, krachtda ly T. adv. ## # Foreible ſfor'ci-bl], v, voor, te vor 'ärml -ed -ing. # # ast maken. (ve » » N .. dJ, adj, voor altijd van iets v. Hºe hij . . . . . . . . . &% » # x ôm'J -ed I-dôômd] -ing, vt. Eorerank Iſor J, is voorste gelid n.. , ## rdeelen, voorbeschikken, » .. » Eore reading ſfore-read'ing], s, vroegere le, redenen ire'dôôm], s. voor beschikking f. reeel ted], adj. vroeger we re-door ſföre' door J, s. voordeur f. # # %. ered [fore-re-mém'berdJ, adj, ºoreend [fore'ëndj, s. vooreinde n. fore'rihtſ, adj, gereed. (h Forefather Ifore' fa-Ther] s, voorvader m. » ::3---- - 33- e'riht], adv. voorwaarts. tore-fend [fore-fënd’I -ed -ing, vt. verhoeden, ## # rünº 1 -ran E-rän' J -run komen, afwenden, beveiligen, ng; vit, vooraf gaan, voorspellen, n ger, in reºngjgerſ, s. wijsvinger m. Eorerunnerſfore'rün-ner],s voorlooper voor w'J -ed-ing, v.t. vloeien voor. Hºoresail [: ## s. fok fº, fokkezei & s. voorbeen n.., voorpoot m. |f Foreaay [fore-say'J -said I-sedJ -n Eorefront fore frtintj, s, voorgevel m. | voorzeggen, voorspellen. » # Foregoſfore-go"J -vvent I-wënt'J -gone 5-gön'] | Forese effore-see'J - saw T-sâw'J-seenſ going I-go' ing] vt. verlaten, opgeven, afstand -seeing, v.t.&i voorzien, behoedzaam zijn oen, voorgaan, voorafgaan. Foreneer [fore-seertj, s. vooruitziend mensch goer [fore''go'er], s. voorganger, voorvader m. | Eoreseize [fore-size'J -ed-ing, v.t. vooraf mag Ifo'ſ goingj, adj. voorgaand. Foren had ovv (fore-shâd'6] -ed -ing, Foreground ſföre'grotindj, s. voorgrond m. beduiden, vooraf beelden. # ## - ed-ing,vet, gissen, raden. Eoren aanme ſfore-shame'J -ed -ing, v. rehand ſföre'handj, s, voorhand f., voornaamste Foreshev, Foreshow I fore-show'J-ºed deel, voordeel n. ## # -n E-shown' J -ing, v.t. voorzeggen, v ºorehand [fore' händj, adj, vroeger, vorig. t vooraf verkondigen, aankondigen. ## lºorehanded [fore'hân-dedJ, adv. op den voorgrond, |Foreship [fore'ship], s voorschip n. Forehead [fore' hedJ, s. voorhoofd n.., onbeschaamd-Foreshorten [fore-shör'tn] -ed I-sho heid ºf . (derricht zijn. vt. verkorten (in perspectief). # rehear ffaire-hear'J -ed -ing, v.i. te voren on-| Foreshortening [före-shortten-ing], s, iſ rehend [fore-hënd'J ed -ing. v.t. vatten, kort zien n. >. # # #holding ſtore holding, s. waarzegging f. Een reshow [fore-sho'I -ed -ing, v. eign ſfördinj, adj. vreemd, uitheemseh, foreign Foreshovver [fore-sho'er], s. voorspelle %. aan, niet behoorende tot # # ger m. ... . # rºer er ## s. vreemdeling, buitenlan- Foreside (fore'side], s, voorzijde, front Mºoreign-built ſför'rin-bïltj, adj. in het #nd Eight ſfore'siht], s. het vooruitzien gebouwd. - (wijderdheid f, kºoresighteſt [fore-siht'ed], adj, vooruitzi reignness ſför'rin-ness], s, uitheemschheid, ver-frorenightfaltfore'siht-fuij,adj vooruitzien judge (fore-djiidg"J -ed -ing, wat vooruit kennis hebbende. tspellen, ordeelen. (uitsluiting f. Foresignify ſfore-sYgºni-fy] -ed #": ſfore jüdg'ment], s. vooroordeel n., Eoreskin ſfore'skin], s. voorhuid now Ifore-no J -knew E-nu'1 - En Foreskirt ſfore'skirt1, s, voorpan % knowing, vt. vooraf weten, voorzien. #tEoresiaek Ifore-släck'J -ed -i e ſfore-now'a-bl], adj. vooraf te we- loozen, veronachtzamen. » *n tro realowſ forees #-ed E, ſfore''nbl/ledg], s. voorkennis f. foreereal-frore-speak'j-epol. . ore' landgº, s landpunt ºf en E-spoºkn] -speaking, wat 'J ed -ing, wat belagen, tooveren, verbieden, ontzegge # lead'er], s, aanvoerder m: +Forespeaking [fore-speakºing], s, voorspe ºliëndJ - ed -ing. vt. vooruitgeven, woord aan den lezer n. » # öckJ. s. voor haar m., to take time ## # y the foreloek, de gelegenheid aan- trorenpent [fore-spënt J adj, versp grijpen. | |Forespoken Ifore-spok'end, a W , vi, vooruitzien. | Eores pºurrer [fore-spur'rer], W.SSW2, NRGSXSW.XX:NN. : ..8W. sterknecht m. | Eoreni ſför'restj, s. bosc # Lioren ka m. ,, Eorest ſfor'rest] -ed. - i mentioned I iën'sh , adj, voormeld | Forest fför'restj, .. isrestatie # h'l-ed ing ëli'I told I-told'ſ- voorspellingen doen. ### re-téliſer], s. voorzegger, voorbodem, Eorlay Ny'." -thought I-thóuht'J Er #w# # edenken, voorzien. (zorg f. | Forlorn [for-lorn? J, n, verlaten, , s, voorbedachtheid, voor- loos, ellendig, ongelukkig, forlorn hope, de v uht'fülJ,adj.bedachtzaam. | horen hoop, verloren post van een leger. # Rºº --E- Hºorkornness #ornaend, s, verlatenheid f, wa - - - - - --- e toestand na, * ######xears karakirari * [f. (in een se f ,s, vorm m., gedaante, leest, bank, w # frontmij - ed frormdj -ing, tºi, won steng f. , thramz tbv. a design), zich vormen. , ºplichtpleginge allantsail Ifore-töp-gäl' lant-säilj, s, voor- Eormaal [form'al], adj, formeel, stellig, stijf, v. vast ſfore-töp'mást], s. voorsteng f. Formalism [form'al-izmJ, s. dwaze zucht i1 ſfore-töp'sailJ, s, voormarszeil n. | plichtplegingen f: , (plegingen tför-ëv'er), adv. altoos, altijd, voor eeuwig. | Foranalist ## s, liefhebber van plich ched [fore-voütcht'J, adj. vooraf verzekerd. | Formality [for-mäl'i-tyj, s, rechtsvorm m., welvoeg- 'd [fore’wardJ, s. voorhoede f: lijkheid, formaliteit, f. # # #3 en [fore-warnºj -ed f-warmdJ -ing, v.t. |f Eormatize ſfor'maleize] -ed -ing, v.t.&i, vor aarschuwen. # geven aan, plichtplegingen maken. [fore'warn-ing], adj. vooraf waar- | Eormally # adv. formeel, ste # ## (schen. Hºornaatinnſfor-ma’shun],s.vorming, samen ore-wYsh'J -ed -ing, vt, vooruitwen- Eormative [for'ma-tiv], adj. vormend. for'fit], s, verbeurte, boete ºf, pand in. Former ſform'erl. s. vormer, maker m. ed -ing, vt. verbeuren, bloot- Eormer ſformer], adj. vorig, eerste, vroeger. loopen (boete) ; to to:i: Ei: for'mer-ly], adv, vroeger, eertijds, ### ouden, # 3 as: f, verbeeldend. play at forfeits, pand verbeuren. Formie ſfor' mic], adj. tot mieren behoorende, m [for fit-a-bij, adj. verbeurbaar. ren... ; forsnie-aeid, mierenzuur. fit-er], s, die verbeurt. iſ, Eormidable ſfor'mi-da-bl], adj, vreeselijk, gedu for at #irel, verbeuring # verlies ni:#or mººie hineij, E Vr:# 3& "# y] se woord niet houden, zijn ## ſform'full, adj. scheppend, # - ed -ing, v.t. verhoeden. | |heid, geduchtheid f. (duch r'fëx], s. schaar f. . . . . . tably ſfor'mi-da-blyl, adv. vreeselijk, ge- s. smidse, smederij f: Fornalees fo:# adj. vormloos. (heid f. -ed ſfordig dj -ing, v.t.&i. Hºornnosityſfor-mös'i-tyJ,s, welgemaaktheid, schoon' # & X3e 32 zº: valschen, vervalschin alschheid | Formula ſformu-laj, s, formule f. * (falsaris m. | Formulary [for mu-la-ry], s, verzameling van voor- , s, smeder, verzinner, vervalscher, schriften # formulier in. -göt'1 -go -göt'tnJ Hºornicator ſforºnt-ca-ter], s, hoereerder m. ronachtzamen; to forget | #ºornieatrens [for'ni-ca-tress], s. hoereerster f. - te buiten gaan. it dºorg, áss'] -e , vi. ongemerkt knJ -salking, v.t. verlaten, v. # # # #n << ## is. verzaker, a trorth sh'shu-mgl, adj voortsprui- » ## komende ' (ben van or-think I eed # # 8988. ed-ing, v.t, berouw heb- fforth-riht'J, adj. and adv. rechtuit. [forth-withºij, adv. op staanden voet, thy ſforºthy J, adv. derhalve (aanstonds. ieth Ifortti eth n adj, veertigste. » tifiable [for 'ti-fi''a-bl], adj, versterkbaar. ## #nererenuni, s, versterking, fors # : , 2. » » S., ## s. verdediger, beschermer m. tify ſfor'ti-fy] -ied -ying, v.t, ki, versterken # tegen); versterkingen oprichten. .. titude ſfor'ti-tude], s, moed m., kracht, kloek- tiet tfort'letj, s. klein fort n.. (moedigheid f. night [fort'niht],,s veertien dagen.. taightly [fort-niht'lyl,adv. om de veertien dagen, etrese ## s. sterkte, vesting 'f (ken. stress[for-tress] ed -ing, vt. versterken, hewa uitous [för-tû'i-tus], # toevallig, gevallig. tuitously [for-tü'I-tus-ly], adv. toevallig. . Portuitousnese ſfor-tu'ſ-tus-ness], s toevalligheid f: | lºortuity ſfor-tii'i-ty], s, toeval n, kans f. 'ortunate Ifor tyu-nate], adj, gelukkig. Fortunately Ifort'tyu-mate-ly], adv. gelukkig , a fortunate concurrence of circumstances, een elukkige samenloop van omstandigheden; a for- ieket in a lottery, een gelukkig lot in erij, (spoed, goede # # eness [for tyu-nate-ness], s. geluk na, voor- s. fortuin, lot, geluk, vermo- rijkdom m, geld in, huwelijksgift f: ; to ertune, fortuin zoeken; to get to make fortuin maken, 't is more by fortune merit, het is meer ge avorn fools, 't gelu when onee fortune begins, friends ## de fortuin u dient, is W is de fortuin verstreken vriend gew W: R. ful fortune, # om; woman of no fortune, vrouwt ### delen, vrouw zonder huwelijksgoed; gead to Ettend voºr ik wensen u geluk! n zegen ! by fortune, bij geval. #### rºtyune -en -in ## tune ſfortyunel, % orspellen. er t fortyune-tël'ler], s, waarze #1, -ea -ing, voor..., voo Fosse ſföss], s, gracht f. Fonseil # , 8, deirstof, Fostreas If luk dan wijsheid, er uk dient de gekken, is rvvardness 7. ra-ness s. vr EEForweegs Ifor-weep II eed -ing, ## # # #*#" Fossil fföss'ilj, ad # » Fossil [foss'il J, adj, opgegraven, foa olie, bergolie, 'steenolie, 'foar it eait Foaniliferouaffiºs-si-lmrer-ous], adj, vers blijfselen bevattend. # Fossilist [fös'sil-Ist], kenner, beschrijv Eosailization Ifösſsi1-1-za''shun], s, versteen Fossilize ſfös'sil-ize] -ed -ing, v.t.&i vers Foºiing, ſfös-sY1'o-dgyJ, s. ### over steende voorwerpen f. W Foster [fös'ter] -ed [fös’terdJ -ing, zoogen, opvoeden, kweeken, bevorderen. Fosterage ſfös'ter-adg], s, het zoogen, op Fosterbrother ſfös'ter-bruth'er], s, zo oe Eouterchild Ifös'ter-tchildJ. s. voedsterking Easterdam ſfös'ter-dam], sº pleegmoeder ! Fosterd aughter ffös'ter-däuh ſter], s, zoogd Foster er ſfös'ter-rer],,s- voedster, min. Foster-father ffös'ter-fä'Ther],s. voedster Fostering ſfös'ter-ing], s, het opvoeden koesteren in. w # Fosterling [fös'ter-ling], s, pleegkind n. + EFosternment Ifos'ter-ment], s, voedsel na, voed Fonter-another Ifös'ter-miirit'er J,s.voedsterm srºoster-nurse ſfös'teren urs], s min ºf ontership [fosſter-shiºpj, s minned Fonter-sister ſfös'ter-sſs'ter], s, zoo Feater-son ſfös'ter-siinJ, s, pleegz s/tressl, s, pleegmoed Fother fförn en J, s. gewicht van 1 Fother fförn'erſ - ed -ing, v.t, Fothering ## #sto # nst k s ## » Foui ſfoüll, vuil, b » loºn foui means, ongeoorloofde guage, vuile taal; foui sky, re #: foui breath, stinkende at oode opstand ; foui eo, shore, g: e kust, weder; fout vind, te # ty, niet eerlijk handelen # E, E. #"# 1 maart 1, s # Eraetion ſfractshun] d], pret. ººi | Fractional Ifräc J -ed nd- tal behoorende, gebroken. isten ton, - ieten (bv. a Eractious ſfrac'shus], adj, twistziek, kribbig. - ..... - (stichting f. Eractiously Ifrác'shus-ly], ada #, n ſfoun dà'shun], s, grond, grondslag mº, Eraetiousnese Ifrácſshus-nessj, s, kribbi lensſfoun-da'shun-less],adj, ongegrond. Eracture # s, breuk f. # found'er J, s, stichter, gieter m., bevan- | Eragile fº:### bros, broos, zwak. f (van paarden); founder of a feast. | Eragility Ifrá-dgr1'ï-ty], s. broosheid, zwa » , ,,, ,, ,, . ,, Eragment [frägement], s. brok, fragment r] -ed [fbünderdj-ing, vat.&i. Fragmentary [fräg men-ta-ryj, adj uit rijden, zinken, niet slagen, te fragmenten bestaande. W. rgaan; to founder at the Eragmented ſfräg'ment-ed], adj. in stukke ker liggende zinken. Eragor Ifraſgor), s, krak f. # 'de rus], adj gevaarlijk. Fragranee ſfragrans] -graney, s, geur y], s, gieterij f. | Eragrant [fra 'grant], adj, geurig. # Ifraſgrant-ly], adv. ## Erail ſfrailj, s, biezenkorf m., bies ºf # | Erail ſfrail], adj, broos, vergankelijk. nl. s. bron, fontein fi, fountain Erailness ſfrailſnessJ, Frailty,s. broosh pont, springfontein. | Fraisehear ffra'shur], s, frischheid, k: bünde-ry [foûndºlingj, s. vondeling m. found'ress], s, stichtster f; foundres- # Cºllºw » # # ## » j, s. bron: f. Eraiseffraizº,s rijf, stormpalen; +spekpannekoe dess], adj. zonder bron. | Framahle ſfra/ma-biej, adj. vormbaar, vol bronnen. Erane ſframeſ, s. bouw m., samenstel, | raamte na, vorm m., stelsel, gebouw, werktui nerd], adj, vierhoekig borduurraam n.., lijst fi, gietvorm m., ontw dj met vier randen. | Iace frame, kantraam, stoeking frame adj, vierkant. | weefmachine ; frame of a table, tafel N 1 of farriers, hoefstal, frame of gouve regeeringsvorm, frame of mind, N moedsstemming ; frame of a gun, affi | Hanee frame, evenwichtsspant; f. | oorspant; joint of the franae, spant, hoef frame, loefspant, mids! naain frame, groot spant ; framme en mars , principal frame, spant van steren in aanme, achterwerk. | Frame Ifräme] - ed -ing, vt. bouw maken, nstellen, schikken, verz ten | pen, in eene lijst zetten (a pietur e", ld], adj, kribbig, zijs, voorrecht,stemre urkj, s. #ij. quay trreermans-kay J, to lush at freemans-quay, op 'Nº g, teren, klaploopen. frânſtfe-ness], s, waanzin, razernij f. | Ereemason [freë-ma’sn], s, vrijmet s, bierhuis n. -- .. Ereeman onry ſfree-ma’snery J, is vrij ter'nal], adj, broederlijk. - EFreeminded Ifreë-minded.], adj. niet . fra-ter'nal-ſyJ, adv. broederlijk. ,, Ereen een ſfree mess], s, vrijheid, openha y ſfra-ter'ni-tyl, s., broederschap f.., . (f. | Eree-port [freë'port], s., vrijhaven f. (mil ernization Ifra-tèr”ni-za'shnn],s.verbroedering | |Ereer ſfre'er], s. bevrijder m. (b N ernize ſfra-tèr'nize] -ed -ing, vi, broeder-| Eree-school ſfreë'skôôlj, s, kostelooze ven. (moordenaar m. | Eree-spoken Ifrëe'spoºkn], adj. rond ide ſfrât'ri-cide], s. broedermoord, broeder-| Freestone [freë'stone], s. biksteen, zan ud J, s, bedrog n. » & steen, arduinsteen m. » # ful ſfraud'fal], adj, bedrieglijk. - Ereethinker ſfree'think-er], s, vrijdenker 11ess Ifraud/less], adj, zonder bedrog. |Eree-thinking ffreë'think'ing], adj. vrijd # lessly tº:# adv, zonder bedrog. | Free-tongued ſfree'tüug-edJ, adj. oningel Fraudulence [frau'dyu-lensj, -duleney, s. be- bedwongen, vrijuit. N { vrije drieglijkheid f. - | Free-vvarren ffreë'war'ren], s. konink » # dealent Ifråu'dyu-lent], adj, bedrieglijk. Eree-wi11 ſfree wºrl11, s. vrije wil m. E # penhartig eid f: krankzinnig, onzinnig, krankzinnig » # raudulently Ifråu dyu-lent-lyJ, adv, bedrieglijk. | Freeze [freëz], Froze ſfroze], Froz # ## [frauht], adj, bevracht, vol, rijk; fraught I Freezing, vºi &t vriezen, (doen) bev wit ### vol teleurstelling f. j stollen tas blood). # %. WE ſfräuht], s. vracht, lading f; slijtgat n. | Freezing ## , s. vriezen, bev rauhtj -ed -ing, v.t, beladen, be- | Ereezing-point Efreëz'ing- .. e ſfrauht'adg], s. lading f. (vrachten |Freight ffraint], s, vracht, krakeel, gevecht n.. , , katoen); full freight, vol ed Ifrayd] -ing, v.t, verslijten | Freight Efraihtj -ed -ing, huren tºt gewei); +verschrikken, (bv. a. ear) ; to freight h: . il, kuur f. -> (maken. | bevrachten ; to freight by the ton d -ing, v.t., spikkelen, bont | vrachten; to freight ", pareels, zie 8:: : : : : : : : : :: & & deren bevrachten ; to freig # , al 'ilziek, 'ish-ly], adv, vol ## #nis: kfish-ness], s. gr. # ,,s sproet f, zomervlekje » lese Ef kld 1,adj. niet sproeten. (het gelaat. | Ereneh fréck'ki-fast], adj, met sproeten in vrij, openhartig, oprecht, niet ka- rd, to set of to let a prisoner); to make zich losmaken, bevrijden, # frësh'gal # s, stijve koelte ºf nºg ſfrésh'lük-ing], adj, nieuw schijnend. Ifreshºly], adv, frisch, onlangs. in [fresh'man], s. nieuweling, student van ſfresh'wa-ter],s, zoet water n, » ésh wa-ter-ed], adj van versch van zoet water voorzien, shºmessi, s, verschheid, frischheid f. hºntij, adj, ongebruikelijk, teggevreten. » » g, “E:#beweging f, toets m., ## » # zag, v.t. &i. knagen, wegvret n, beitelen, schakeeren, ber n: E E . #aier ſfrºndg'ma-ker],s. franjemak | |Erije perſ er 1 ſfrip'per J,s, oude kle S. ,,W *#r ſtrip'pe-ry], s oude kleermarkt, # i riange ## # huilt ºf ºbſlt J, adj, als friſht], s. schrik m., to put in & njagen. # } #venj -ed f-tnºdj -ing, vt. ver- en, schrik aanjagen; to be frighted in ### of one', een ºe , buiten zichzelven zijn van 's rik, ºrightful ffriht'fillſ, adj. verschrikkelijk. ,,. Erightfully [frihtºfül-lyJ, adv. verschrikkelijk Eright1 een ſfriht'lessJ, adj, zonder vrees. Frigid ſfrſdg'idl, adj, koud, koel; frigid zone, koude luchtstreek, frigid Hook, koele blik, # Erigidity Ifridg-Ydº 1-ty], s. koudheid, koelheid EFrigidly ſfridg’id-ly J, adj, koud, koel. Erigorifieſal) ſtrigºo-ritiej,adj. koude verwekkend. Erigº-nig ſfrigºpſg], s, nietige kerel, lor m. 11 ſfrºll, hon fi, strookje n. # range # -ed-ing, vt. met franje vers ingelens Ifrºndg"lessJ, adj, zonder franjes. te-like ſfrºndg"likej, adj. franjeachtig. Frightfullness ffrihtºfül-nessJ,s, verschrikkelijkheid ºf erkooper, #d leeren n. is ringe l. print ººl Erisis tr## - ed Ifrïskt] -ing, vei: huppelen, irriºr fietskij, adji levendig, vroolijk, blijde ##### raser, het » springer, dans ful Ifrisk full, ## frïskººi-ness], s, dartelheid ºf S. J, adj. vroolijk, dartel. rïtij, s, specie tot vervaardiging van Frith ſfrïthj, s. mond eener rivier m., v met hout begroeide plaats fi, boschje n. anes Ifrſtºf-nan-cy J, s. # van een frit ter], s. brokje, reepje, gebak n. (ke berij en -ing, vat. b. ...... . away, alleng van voor; from helow, from beneath, e, .. van onder, naar boven ; from behind, van ach- ter ; from beyond, van gene zijde, from far, an vers from hernee, van hier, from hernee- t an nu aan, voortaan ; from high, fronn van boven, van omhoog, uit den hemel, e, uit, niet te huis ; from off, verre ## aar, from the nee, van daar, from whenee, van waar ; from within, van binnen ; from without, van buiten. » S. » Fromaward ſfröuwardJ, adv. ver van, weg. {gen. Erondezee Ifron-dés'] -ed-ing, v.i. bladeren krij- Frondons, Froºndiferon- tfrönd dus, fron-differ- us], adj, bladrijk, vol bladeren. .. w ront [frünt], s. voorhoofd, gelaat, voorste gedeelte, front #" m., uitgestrektheid, toer f, Front [friintJ -ed -ing. v.t.&i. het hoofd bieden, staan tegenover j, to new front, voorschoenen, #e ſfrûnt'adg], s... voorste deel, front n. Frontal ſfrünt'alj, s. boog boven een deur m., fronton ne, hoofdband m. .. .. ted fºrint/edj, adj met een front. .. ººrontier Ifriin tºtyſer], sº grens, grensscheiding f. Frontier [frünt'tyfer], adj, aangrenzend, op : #. # # .. º: #####t, Frontiered Ifriint/tyïerdj, adj, aan de » ice ſtriin'tis-piceJ, s voorgevel m., titel- (plaat f. Fron # ſfrünt'less], adj, schaamteloos, Erontlet ſfriintºlet),s hoofdband m., hoofdsieraad n. Fron na ## s, voorkamer f, # röp'pish], adj. gemelijk. » l, adj, bevroren, SX it ffrost] -ed -ing, v.t. oversuikeren. » st: Ifrost], s, vorst fi, ijzel m., hoar frost, rijm, # { schadigd, ten # adj, door de vorst # . ºnd ffrostbound], adj, ingevroren. w, ſfrosti-ly], adv. ijzig, koud. N Frostiniesa ſfrosti-nessj, s, strenge koude f. Er ontless Ifrost'less], adj, zonder vorst. Frost-nail ffrost naij,s, ijsnagel m. (voor paarden). pped Ifrost niptj, al es #" 3 &#s & j, ij ## » .. .. ## ſfrost niimd], adj. verkleumd van werk door vorst fl, #d vrieze ſfrost wurkj, sº figuren op de glazen | Er h] -ed Efrotht] -ing, v » eer frothes, bier schuimt, werkt; th » naouth, het paard schuim dj, schuimac » | Frugiferous I % # Fruit-hearing # ## t door de vorst afge- | F. g .. S (kou. | Eruenentaeeous Ifrii-men # en feest inten en de zwijgen brengen. # [froün'ingely], adv. op e. Frozen ſfrö'zn], part van freezes f ijszee , frozen aap, dicht gevroren. & Erozen nese ſfroºzn-ness], s, bevroren toe Ervaetiteroue ſfriic-tYfºer-us], adj. vru Frunetification [friie''tI-fi-ca'shun], s. ming, vruchtbaarmaking f: # 3 :: ... .. .. 3 Fruetify # -ied -ying, v. tEraetuation Ifriict-tu-a'shun],s, produ #Eremetaaouas Ifriiet' tyu-ous], adj. vrucht + EFruetanouanean Ifrüct'tyu-ous-néss],s. e # » W » + EFrueture Efrüct'yure], s. gebruik, genot, vr Frugal [frôô'gall, adj, matig, spaarzaam te Ernagality [frü-gä1'1-tyj,s. matigheid, spaarz Eragally #"# adv. matig, zuin ru-dºtter-ousj, adj, vruchte brengend, vruchtdragend. Frugivorouw [fru-dgſv'o-rus], adj. Fruit [frôôt], s. vrucht fº, fruit in, habita, gevolg van kwade gewoonten. Fruit ſfrôôt] -ed -in v.i. vruchten voo Fruitage Efrôôt'adgj, s, ooft aai. » » t’budj,s,vruchtknop Fruiterer [frôôt'er-rer], s, fruit Fruiteress ffróót'eress], fruitvro Fruitery ſfrôôtºe-ry J, s ooft nºg root füri, adj vruchtb Fruitfully [froot-fül-ly], adv. vru EFruitfulness Ifrôôtºfü1-ness], s, vruc Ernit-budſ.fr fruitzolde Fruit gatherer tfroot'gara-er-rer], zamelaar m. Fruit-grove ſfrôôt'grove), s, boo Fruition Ifrôô-Yshºun], s, genie | EFruitiesa ſfrôôtſlessJ, adj, onvert iFruit lessly ffrôôt'less lyJ, adv. EFruitiesamens # > . . . | Fruitloft [froot loft]. s fruitzolde Fruit-time ffrôôt'time], s. Eruit-tree [froot'treel, s, vruc aard van tarwe, tarwe... ity fru'men-tyl, s van kwaad raken. # w , s, dikkert, kleine ed -ing, v.t, uitstellen, bedriegen. is, verf, vermomming f.. d d i- ## v.t &i. dronken maken, ng, vt. zwetsen. * ſ zien, voeden. stof w 1ing, vt. van brandstof voor- 7shus , adj, vluchtig, voorbijgaand. | se Ifu-ga'shus-ness], s, vluchtigheid ºf u-gas/si-tyJ, s. vluchtigheid, onbesten- [fu'dgi-tiv], s, vluchteling m. (digheid f. [fu'dgº-tiv], adj. vluchtig, vluchtend, Ifu'dgï-tiv-ness], s, vluchtigheid, on- , onbestendigheid f. eï-bl], adj, steunbaar, 1’eratej, adj, van stutten voorzien, rum], s, steun, stut m., steunpunt na -1ed -iing, v.t. vervullen, vol- 1'ler], s. volbrenger m. (brengen. fr1'ment], s, vervulling f. w- Mººk, * d, adj. blinkend. f-ty, ful-gor], s glans, 'uig -dgïd' (ren. d -ing, v.i. schitte- n],s, schittering f glans m. » rânt], adj, schitterend. alsche dobbelsteen m, i-nós'I-tyl, s. roettentie: # r1g. nus],adj, roetachtig, roetkleu- te tru-m J---------- # f, toppunt m., volkomen- 1], lle opzichten voldaan ; to the fun of the moon, tijd van) dikke jongen m. # Full-nummed Euinens '- Funable ſfüm' Fame ffinej en -ing, vist. iii of all demands, van | 11 *# in gang; | |E d ## ng], ## vollen n. ## is, volmolen m. ſfüll'ness], s, volheid, volkomenheid overvloed m.,, verzadigdheid f, rijkdom m., groot- si, h fruitſnij, adv, ten naasten bij. (heid f. Full-point fº:# # # # illºpoïnt], s, slotpunt n. Full-stuffed ſfüll'stiifft], adj. opgepropt. 3 -------- --- [füll'sümdJ, adj. volledig, volkome Fully [fü1/ly], adv. ten volle, geheel, (ren Fuiminaat Ifill/mY-nant], #. ontploffend, dom Fulminate ſfü1'mi-nate] -ed -ing, v.i. & varen, razen, donderen, (doen) ontploffen, w Euiminate Ifül/mi-nate], s, ontploffend li # Fulmination ſfül 'mi-na'shun], s, uitvaren m., w ploffing fi, banbliksem m, (verwekkend. Fuiminatory [füI'mi-na-to-ry Jadj.donderend, schrik Fulmine # ed -ing, v.t.&i. werpen, slin- geren ; + donderen, w [fü1'nessJ, s, z. Fullness, Fulsome ſfül (somſ, adj. walglijk, » Fulsomely ſfül'sum-ly], adv. walglijk. Fuisomenes, ſfilºsum-nessj, s. walglijkheid Lºumage ſºu'madgj, s. schoorsteengeld n.. , blJ -ed -ing, v.i.&t. fommelen (with), zoeken (for, naar), verfrommelen. Fumbler [ftim'bler],s. ſommelaar, onhandig mensel Bºumblingly ſfüm'bling-ly], adv. lomp. in woede ontstoken. Fume ſfümel, s, rook, damp, toorn m., in a fum in woede zijn, doen vervliegen, &: r Fumeless ffume'less], adj zonder dampen, zond Eumette ſfin-métt'J, s. bedorven vleesch lucht f. Famid frü'midj, adj, rookerig, dampig. Fumidity [fu-mïd'I-ty], s. rookerigheid f. Fumiferone [fu-mºſf’er-ous], adj, rook voortb gend, rookend. E giet [fu-mºtºu-dgist], s. rookverdrijver m erdrijvend middel n. gaat [fü'mi-gant], adj, rookend. &% gate ſfü'mi-gatej -ed -ing, vt. berooke welriekend maken, reukwerk branden. ation [fu''mi-ga'shun], s, berooking f. tuſmi-ga-to ryj, a berookend. mily J, adv. rookender wijs '-ly], adv, woede adj, rooker ſfii # nsen, op k 'unanahualist [fti-nam -------- # # [ftingk'shun], s. beroe richt W # # # # - ## schulddelgin n. ſfünd'less], adj, zonder fondsen. behoorende, begrafenis... » Euneral Ifu’ne-rall, sº lijkstatie, begrafenis f. neral ffû'ne-rall, Euneweal ſfû-ne're-al], adj. -1y, adv. tot een lijkstatie behoorende, treurig, droevig ; funeral piie, brandstapel , funeral seremon, lijkrede. | (grafenis f. Euneration Ifü-ner-a'shun], s. viering van een be- Eunest [fu-nëst'J, adj. smartelijk, beklaaglijk, # ſfün/goïd], adj, paddenstoelachtig." # # ff in gösh tyj, s, week uitwas n., spons-, achtigheid af. .. Fungous ffting'gus], adj, sponsachtig, week. *## Ifting'gusj, s, paddenstoel m., zwam f.., wild vleesch Eunieke ſfü/nl-klJ, s. dun snoer m., vezel m. Funk [ftingk], s. groote verlegenheid f. Eunnen ſfünſnel], s. trechter m., pij 'annel-forma, Eunnel-shaped snel-shapt] adj. # # adv. kluchtig. Funny [fin'ny], adj. kluchtig. ." Funny [ftin'nyj, s. lichte boot f... (ketelsteen m. ºur ffur], s, bont m., beslagenheid (van de tong ºf, Furſfurj-red-ring, v.t. met bont voeren, - be kleeden, - afzetten, beslaan (der tong). ſfur], adj. van bont gemaakt, acious [fu-ra'shus], adj, diefachtig. Eunnity fu-räzºi-tyJ, s. diefachtigheid f. ur/bish] -ed-ing, vt. polijsten, brui- # # t v, a sword). (lijstbaar, Eurhishable trarºbish-abl], adj, bruineerbaar, po- Eurhisher frarºbish-er], s, zwaardveger m. Fureate, Fureated [fur'cate, fur'ca-tedJ, adj, ge- , vorkt, gaffelvormig. » # Eureation Irur-eaſshun], s. vorking, gevorktheid. f. fir' die d -i in een bundel # [fur'dle] -ed -ing, vat. rious ffuºrt-tisj, adj, woedend, geweldig. (pakken. ::3 t N Euriously ffuºrt-us-ſy], adv. woedend, geweldig. ## ## s verwoedheid f. Eurl ºfürij -ed -ing, vt. inhalen (a sail). Eurlong ſtar'Rºng], is maat van 200 meters. # , s, verlof n. ## # ſh [furºlohij -ed -ing, v.t. verlof geven, ºurnace [fur'missj, s. fornuis n. > <.. :-3. ->-S :-----ExX.. . . . . . . . . . urnace [furtniss J -ed ,,E# iah Efur'mish], s. voorbeeld 'ur/nish] -ed met, van), verschaffen (to, aan), stof- ren (bv. a room); to furnish the # den geest met denkbeelden | ersier with i XRN. . . . . ZN. . . . . . . . . . . ir Iftar mish-er],s, leverancier, verschaffer m. » [fur'ni-ture], s, huisraad, sieraad n. j, , woede, razernij t met bont gevoerd. bont ## (b lal ſtu-ne bri-aij, adj. tot begrafenissen rtherance [fur'rae-ransj, s, bev Hºuart Haerer Drur'rner-rer], s, bevor &#%& | Furthermost ſfürſtner most], adj ver Furtheat [fur'rnest", adj, verste ; t way about is the nearest way ho ste wegen zijn niet altijd de beste, t at the furtheat, morgen op 't langst. Furtive [fur-tivJ, adj. -ly, adv, steelswijze, Furunele ſfu'rün-klj, s, bloedvin f. Fury ſfü’ry], s, woede, razernij, furief the womb, manziekte. # Fury-like ſfü'ry-like], adj. furieachtig, ME'aar ze # s, brem (stekelig gewas). f. Fºeation ffuz-caſshunj, E. verdonkering, Fuse Ifüze] -ing, v,t.&i. gieten, # Fusee [fü-zeë'J, s, sisser (van een bom snek (in een uurwerk 3 . . . . t ijp f. ſ #-torm, fün' '# # #t, voor-l 1 f. # Ensibility. [fu'ſ zi-br1'i-tyJ, s smeltbaar Eersihte ſfriº zi-bl], adj. smeltbaar. Euniform ſfü'zi-form], adj. spilvormig. Eursin Ifti'zil], s, geweer in. # Fusileer ſfü-zi-leer'J, s. fusilier in. Fusion ſfii'zhun], s, smelting f. Eusonne Ifu'some], adj. aardig, lief, net. Eass Ifússj, s, geraas, rumoer in. SW. ## s, dik wijf n. asy Ifiis'syJ, adj. » # #'duffe fitst %# getier makend. reuk m. , , netian Ifiist-tyi-ang rig, # lazen . # Eustianist ſfietſtyi-antistºl, s, bombas EFustie Ifiis'tic], s. geelhout en tEustigate ſfits'ti-gate] -ed -int ºf Eastiliarian # # + E antilug(s) Iftist'ti-lugl, sº onbehou Hºustinese ſfüs'ti-nessj, s, dufheid, m Een sty ## duf, muf. Futile ſfüſtilj, adj, beuzelachtig, *# #n metrº, s, beuzelacht # ::::: # .N tig 33: : : : :# .: 38 # . . . ::::::: : ##$%% +Futilous Ifti'til-lous], adj, zo Futtock Iftit’tockJ, s, oplanger * puttinghaak, futto ek hoo steker; futtoela lines, verti toel， platen, marsputting, puttings, puttingtouwen, f staff, spreihout, . oplanger, sitter, Igai'e-ty] Gai # Riyj, ady, set d, ] ::gge Gaian # , s. winst f., voordeel n. | Gain IgainJ -ed -ing, v.t.&i, verkrijgen, ver ven winnen (bv. one's living, zijn b battle, een slag; a prize, een prijs; a case en Havv, een rechtsgeding, frienden), overhalen, b reiken (bv. the top, a harbor); to gain i overhalen (tot ietsf; to gain ground, voet gen, veld winnen; to gain the wind, afsteken; to gain the offing, de ruimt men; to gain fast to the windward, aanloeven; to gain the windward by oplaveeren; to gain ground upon of, voorbijzeilen, de loef afsteken, to ---------3-----Tres- ---- voorkomen, vooruitstreven; to gain (Georgius rex) koning George; Gr, een andere partij winnen, invloed uit Gr. (great) groot; Gr. (groat) | to gain on of "# winnen op, voort Greg. (Gregory) Gregorius ; Gt. | Gain ſgåin J, adj, handig, gauw, b | Gainable fgain'abl], adj, bereikbaar. , snappen, praten, liegen. Gaineone, gain'eomel, s, terugkomst f. m., gebabbel m, ## ſgåin # s, winner, verwerver m. J, s... grof, los kleed n. | Gaiaful [gain' #i , adj. voordeelig, winstgeven # ! Gainfully [gain'fül-lyJ, adv. voordeelig. N- | Gainfulness [gain’ful-ness], s. voordeel in pen, kakelen. Gaingiving [gain'gſv-ing], s. voorgevoel n. HR, Gai gain'ingz], s, winsten ºf pl. | Gainless [gain' lessJ, adj, onvoordeelig. % - in les s. onvoord # , adj, lasterend. - ###, w > i 'strive]-ed-ing,w.t, tegenst # rish], # * E## ºver ### # & ### # # : ### ing, Gainstr h EIM, t] g, schitte % & game at chess, eene s per, #, 1 .. ens, a great game to play, zij hebb N t] - ed "## z:-3 te verrichten; they played thei ſgäl/lant-ly], adv. da | zij hebben hun rol goed gespeeld; h. » âI'lant-messJ, s. de root- als kind of game, hij is tot all moedighe heid to ramake a game at, een spel, den spo Galliantie # met al ## fieeleed with a 11 kind in Gall-bla alblaas f. een bosch met allerlei wild voorzien. (d na ſeal'yun J, s. galjoen f. | Game Igame] -ed. E# vi, spelen, sc &# #. # s, gallerij,f, gallery door, de Game Igame], adj, moedig, vermetel; j. &# de kajuit in de galerij voert ;, gal-, die game, onversaagd sterven, . . . . . . . . y ladder, stormladder, gallery rim, baklijst | Game-cock [game'cöckJ, s kamphaan in an de galerij, sham gallery, looze galerij, stern, hanengevechten), t haan wordt #" "E:######## ### #"# ### # W & # # # # t neen in, "## # # kwant, #uke:# #i, adj. #"# tGaliia, #E #"## “# # # # # #" ": #. # #ler, dobbela en getrokken, tot galnoten behoerende, warming ſiga' maing 1, s, spel n. # gºlië:# E ## s. pl. broek f. | ## # #, s, speelschul # ſgälºſliema'shal, s, wartaal f. Gaming-house ſ###ning hºtel, s. speelh taallinaeeous ſgäl-li-na'she-us], adj, ": [ga’ming-ta' bij, s, speel hoender,., ... > 8 » » W Gammaer Igämºmer], is moedertje na Galling [gall'ingl, s, het afschaven m. z. Gaii. Gammon [gam/mun], s. ham, zwetser pot ſigä1'li-pot], s, aarden pot m. Ganaan on Igäm' munt - ed -ing, wat ut ſigälºniit], s, galnoot f. » . . . .: ### sjorren, slaan, winnen van (in het trie ſgälſ lun], s. maat van 8 pint. Gamut [gäm'mut], s, muziekschaal, t gal-lôôn'], s. galon, linten. Gander ſgänderj, s, mannetjesgans ! ed ſgal-lóôn'edj, adj. gegaloneerd, Gang ſgäng] s... bende, kliek fº, straa 'lupd, s, galop m. <. " Gang-board Igäng' boardj, s. #ed ing: vi galoppeeren, rennen. fore gang-board, loopgang op zij # # p-ädel, s, galopade fº, ren m. Gang-days Igäng'days], #" maar adag lo-prn], s, bijlooper, keukenjongen mij dagen m. pl. z. Gang-week. d -ing, v.t. verschrikken. Gangings-onſgäng'ings-ön],s, pl, ma ## y J, s, hit m. N te anaglion [ghingºli-un], s. peesknoop m » ### ſgåi'low-cläp-per], s. galgebrokm. Gangrene ſigäng'green dv va [gâI'lowzj, s, pl. galg f; he will go to Gangrene afgang greenJ -e gailuws, hij zal nog aan den galg komen, koudvuur krijgen, invreten. # groans for him, hij is voor den Gangrenous ſeangſ gre-nus], a bestemd;gatiown of a press galg van een pers. ºnºntgºng wayjºs. #a blowva-bit tºº faal' lowz-britsj, s, pl, galgen m.pl. | fixed gangway, vast lovve-free Igäl'lowz-freej, adj. aan den galg the hold, wallegang; gang ### » .. » » # # ### epsklaring ## tGallow te, iſgäl'low-treë], s... boom, waaraan ie- . hangen wordt, dwarsbalk van een galg m, # # galachtig, bitter. # gäl ra wambuis. | ſpelen, dobbelen, je elen. in schen de tanden N et openingen tus- r] -ed, -ing, v.t, veroorzaken maken. irbj, s. gewaad ne, kleeding f, dos m., ui- # ſgärbladg]. s afval van een dier m. iſ går'badged], adj, van gedarmte gezuiverd, ſgärſbed], adj, gekleed. tfziften. garº bij ed -ing, vt. verminken, besnoeien, Egärbºler], s. zifter, uitlezer, besnoeier m. l; | Garter Igär | garter, ridder van den kouseband, gärºboïlj, s, wanorde f, oproer n. rººdnJ, s, tuin, hof m., to dress a gar- tuin bebouwen, opsieren, garden of plea- peeltuin, lusthof; to put any one in a, iemand bedriegen, #mººi' zijn deel # (een tuin, ## houden, 8, . . . . . . . . .3 W », '' > '.9，-.-, .. » irºdn], adj, tot een tuin behoorende, uit gärºdnij -ed -ing, v.i. &t, tuinieren, ho- ; bebouwen; trden a hawk, een ner Igär' dn-er], s: tuinman, b Garden-house ſgärſdn-hotisj, s, tuinhuis n. sºa ing gar' dn-ingj, s. hovenierskunst f. %33 %$#3 -plot [gär' dn-plöt], s, tuinaanleg m. 33% Sheare ſgär'dn shears], s, tuinschaar f. ff [gärºdn-stiiffj, s, groenten ºf pl. geºtgarden-ti-iadgj, s tuinbouwge- m-tråp], s, voetangel m. n-warel, s, tuinge was n. N tar'gl], s, gor- Eg 'ga-rizel -ea-ing, vt. (den mond) # 'ga-rizm], Gergie - 1 G. en in 't ruim. . d -ing, vt. met een guir- en. (lande, festoen, |Gastr Gastriloot & # [gas-trön' na, S-T--- zolderen (koren). | | , Garrations Gasify ſgasſi-fyJ --ed -ing, v.t. Gasp [gasp] -e Garreted ſgärtret-edJ, #, dºor torentjes hese d. Garreteer ſgårlºret teër'J, s, vlieringbewoner n. Garret-master Igär'ret-mäs'ter], s, witwerkersbaas, «E. aan E#. ## V estir € ## Earrison [garºri-sn], s. bezetting, vesting f. Garrison ſgår'ri-snjº-ed -ing, vt. in garnizoen leggen, bezetten. # # Garrulity [gar-rü'lt-tyJ, s, praatachtigheid ºf gär'rü-lus 1, adj, praatachtig. '..! ſár'rü-löus-lyJ, adv, snappenderwijs, ter], s, kouseband m., knight of the Garret ſgärtretJ, s. Garrealous al Garter [gärſter] -ed -ing, vt. kousen opbinden, met de orde van den kouseband versieren. Garunn Iga'rumj, s, visch pekel f. # # Gas ſgäs], s, brandbare lucht f, gas n. Gascoenade # con-ade J, s, gepoch n. Gaseonade ſgäs''con-äde' 'ei -ing, v.i. pochen ºaseomader ſgäs''con-ad' erj, s. snoever, pocher m. Ganeous ſga'ze-öus], adj gasvormig. Gash ſgäsh J, s. snede, kloof, klove f., houw m. Gash ſgäsh] - ed [gäsht] -ing, vt. snijden, kerven Gashful [gäsh'full, adj. vol smeden, afschuwelijk '- Gasholder Igäs’hold-er], s, gashouder m. asvorming, gas (gas veranderen tot gas maken, in ## noksei- Gamification gâs-i-fi-caſshunj, s. g Gasket Igäs'ket], s. seizing; arm * - - - - - - - - - - - ---- -- zing; hun t gasket, breast gasket, buikseizing, quarter ganket, beslagseizing. Gas-lamp ſgas'lampJ, s. gaslamp f. t [gâs-lihtj, s, gaslicht n, # Gas-meter ſgäs-raë'terj, s. gasmeter m. Gasometer [ga-zömºe-ter], s. gashouder, -meter m. Ga ºp ſgásp], s... snik m., at the last gasp, tot den laatsten snik. f # # : j -i & ikt n ap d Igáspt] -ing, v.i.&t. snikkel hijgen, snakken; to gaap for tive, met den dood worstelen, to gasp avvay, forth of ont, den # uitblazen (sterven). g (geerte ! Gasping ſgásp'ing], s. # te verlangen na be- gas, # âster] -ed-ing, vt. v. assy # adj, vo fosasi, fºaster Igast, g ,,schrikken, bang maken # tºGastness ſgast'niëssJ, s. verbazing, schrik. “# ## c], #den buik behoorend gastrie juice, gastrie liquor, maagsap.. iloquist is:#", buikspreke loquy ſgas-trï1'o-quyj, s, buikspraak f. no-merj, s. lekkerbek in , 's: kunst, zucht om uw n.., elue G garnet taek! w lastschuiten, , v,t.&i, vergaderen in, winnen, ploo to gather drast flesh, dik en vet worden; S tion, berichten inwinnen, marichten in win- men; to gather strength, sterk worden, krachten herwinnen; to gather the corn, graan oogsten , to gather the grapes, druiven lezen, to gather te matter, to ### to a head, etteren, rijp worden; to gather to a eurd, stremmen, stollen; | to gather a ship, een schip inhalen, to gather up, opnemen, inzamelen, to gather up the sails, de zeilen opdoeken; to gather away, ": ### atherable Igåraſer-abl], adj. inzamelbaar, inoogst- Gathererſgärnter-rer], s, verzamelaar, ontvanger m. Gathering [gäTH'er-ring], s. inzameling, verzame- ling, collecte f, zweer n... Gaud ſgåudJ, s. beuzelarij f. # iGand iſ gaudj -ed -ing v.i. zich verheugen. # ſsand), adſ opgesmukt, gekleurd. Gaudery igaudºe-ryj, Gaudiness, s. zwierigheid, weelde, "## pronk f. 1smukt, Gaudfui ſgåud'f # adj. vroolijk, prachtig, opge Gaudity ſgåud'I-lyj, adv. zwierig. (smukt. Gaudless Igaud/less], adj, zonder zwier, onopge- Gaudy # # zwierig, bont, ijdel, Gaudy (Goud-dayj ſgåu'dyj, s... vreugdedisch m #ering Igauffer-Ing], s. plooien van krage Gange fga'dgj, s. peilstok m., maat f.., maatstaf m., .. ## passer voor een vervaardiger van stige werktuigen, rain garage, regenwater- , sea gauge, meter voor de diepte van de steam-gauge, stoommeter; tide garage, & ? meter, weather-gange, windzijde, Heel gauge, lijzijde; ships gauge, scheepsdiepgang, to gain weather gauge, den loef afwinnen, ater garage, waterwijzer, hoogtemeter m., van et water in een stoomketel, wind gauge, wind- ter; gauge rod of a pump, peilstok van de a/dg] -ed -ing, v.t. peilen, meten, ijken. Ie # #ij. meetbaar. g lgerl, s, wijnroeier, peiler, meter m. g'ingdJ,s.peilen, roeien, meten, ijken n.. ſ"#", peilstok % & ## htºletſ, sº ijzeren handschoen m., to aan tiet, uitdagen; to take up the le uitdaging aannemen. | ſgäunt/let-ed], adj. een ijzeren hand- # #### S. . . . # >%. #ly], adv. mager, schraal. ### : ## » 2% » om], s gaasweefgetouw n. lasachtig, dun als gaas. n Gear Igea Baay Iy ## adv. vroolijk, prach Gayly-gilded ## adj, pra geayness Igay"ness], s, vrool jkheid, # tºGaysome Igay'sum], adj, vroolijk. Gaze Igazel, s. blik » Gaze Igazel - ed -ing, v.i. &#t, stare Gazefuji Igaze fül], adj, staaroogend, Gazelhound Ignze 'hoiïndj, s. wildhor Gazel (1e) [ga-zël"], s, wilde geit f. Gazer fgaz’erſ, s. aanschouwer, bek Gazette Iga-zët'J, s. (staats)courant ºf Gazette Iga-zët'J -ed -ing, v.t, in e Gazette er Igåz-zet-teër'J, s, dagbladse dagblad, aardrijkskundig woorde .. Gazing-stoek [ga'zing-stöck], s ie nakijkt m., voorwerp van verachting, Gazon Iga-zôn'J, s. graszode f. Gear [gearl, s. gareel, tuig na, zonderlinge f, gear biock, kardeelblok, gear capste kel spil : eareening gear, maaiing v 1eblo ## # visch fore, gear, fokkekardeel, knight o knecht bij den mast; ſee gear, lijkar # ## g f gear, groot kardeel 5 punt to lower avvay the ge gear] -ed -ing, v." Gearing [gearling J, s. harnas in t Geason [gea'sn], adj, zeldzaam, wº » Geek # s, bespotting, fgek » te reekſgéckJ -ed -ing, vt. bedriegen, ºf Geese fgeës], s 3-3 ... SS - : : : : : : : : : : : : : ... > ##  Gelatine Idgél'a-tinej, s gelei ; Gel Geld Ugéldj, s, geld ! ###### # ###### nijden, be er tº ld'er], # #& # # ####### dºeiid ſigäfiidj, Eij kii, ko &#e Hiv # J, s, pl: van goose. .. Gehable Id ëra-bij, # #sbaat. lat'i-nusj, adj. # # Gelatiniform [dgël-a-tïnſi-form], adj. gel ## #%::::::::::::::::::::::::34 ... #3:3% Geld » snijder m, Gelding # s, ruin m #eiiiiii,"tage-iſaº tyj, 5 kilheid, k: Gelidness Edgé1'id-ness], s, ste ### gelei fº, zº dºe ###### genºe-raij -- -- #j "e bevelhebber, bevelheb ºf ſtentie iſ J , zacht, vreed W # de te ºf en balkºn n- genot ºndom n", z. Gentry. w ------- 1 ; veld- ºf Gentilitious ti-lfsh-us], torentiliti al in - ti-hsh al], adj, nationaal, erfelijk. (heiden le e-ralJ, adj, algemeen, ge of- ºf Gentilize Idgën'til, d -ing, v.i. als --- # # : dzaam, van goede general assenal, e torent ed-ing, vat. adelen, geboor ring iſ hii ## Gentle-folk [dgën' tl-fdkJ, s. deftige liede wet- Gentle-hearted Idgën'tle-härt-edj, adj, vr theer m minzaam, edel, # fdgën' (e-ral-lms'st-mo],s, opperveld- Gentleman [dgën'tl-man], s, een man van geboort in-e-rä1'i-tyJ, s, algemeenheid f: | fatsoenlijk man, heer m., no gentleman would n.., massa f. (toepassing ºf do this, geen fatsoenlijk man zou dit doen ; ën-e-ral-i-za'shun], s. algemeene are no gentleman, gij zijt geen fatsoenlijk ral-lize] -ed -ing, v.t. alge-j gentleman commoner, student van hoog- aliseeren, s : : : rang ; gentleman aaaher, aandiener; #####%#% man server, tafeldienaar ; Iord's gent kamerjonker van een lord ; gentien kings bedehamber, kamerheer van d gentleraarn of the govvn, gentie long robe, rechtsgeleerde, advocaat, ge of three outs, heer zonder geld m., Jack never raake a gentleman, alle hout timmerhout, >S. *. ,,W, -- Gentlemaal in lijkheid, besc ## , # f A w ## # & zº #, zachtzi >- tl-shipſ, 8. # » mëtºric-al-lyJ, adv. meetl dge-öm'e-try], s. meetkunde f. Edge-oepon Ics], s, landbouwkunde ºf Edgör'dgic], adj. den landbouw betref- dge-rä'ni-um],s. ooievaarsbek m. (bloem). ent Idge'rent], adj, dragend. fadeon Edgèr'fal"kn], s, giervalk m. t":"## kiem f. (bv. of a plant), be- (bv. of liberty), .. Y! » en ſdgèr/manj, adj. vol, verwant ; consin an, volle neef of nicht. .. S aan [dgèr/man], s, and adj. Duitscher m., sche taal f, Duitsch. 'ºv- - - - - an-aeaeiafdger/man-a-ca'shia],s, sleedoorn m. n-duele ſdgèr/man-duickJ, s. halve schaaps- op met uien gekookt m. S. - ernaan-flute fdger'man-flut], s, dwarsfluit f. rman-paste Idgèr'man-pästel, s. soort van vogel- S # » .. n-silver [dger'man-sſl-ver], s. pleet m. # ermanie #"# adj. tot Duitschland be- hoorende, Duitsch, Hoogduitsch, ... . N. .. vermaniam Edger man-Yzm], s. Hoogduitsch taal- eigen in. .. # # # # # # # 3. n ºermen, Germain [dgèr'min J, s, kiem fº, uitspruit- "# e Edg # n, uitbotten. èr-naï-na'shu.nl, s, kieming f. ldendaad, daad f. º Egebarenm ': heldendad zeld gaan, gebare * Idgës-tyure-less Got Igöt], Ge engen, we aten, geraken, wor koude vatten, zo footing, zich neerz dgor (dgſel,s landelijk gedicht n. (fende. | in de t sel # # mi-nate] -ed-ing, v.t. Ai. (doen) gebaren, beweging f. ed, ºrzetten, to eetlust krijgen ; to get in iemand indringen , to get th # worden, een weigering ondergaan; to ge age in, herstellen ; to get with child, bº geren ; You must get what yo # bad paymanter, gij moet van de taler afhalen, wat van hem te krijge a dinner at a friend, bij een vr en ; to get the wind of an raten krijgen, begrijpen wa wil ; to get life in one, iemand W. 8WEEK to get at, bereiken, banen ; to get awa trekken, zich uit de voeten maken , t teruggaan, terugkeeren ; to get in, ond ting brengen ; to get in of i '; , ink ingaan ; to get into fashion .. # to get off, verwijderen van 1, w ontdoen van, ontsnappen, to get on, aan (kleederen, vooruitgaan, vorderen, to doen uitkomen, uittrekke to get up, te voorschi to get up again, he brengen ; to get ahead, vloot zeilen ; to get headwa get aantain, van wal houden, to get any sail, zeil maken get the track clone down, zetten; to get under sain, wezig tºel, Gi ik [dgYna'er - 3e Gina(h) het Igſm'let] wikboor, spitse, & | Ginal hºllet [gſmh'Iet mag, v.t, met bbeltaal praten. | boor boren, draaien (het ankerjº eltaal f. iet-eye ſgſm'let scheel oog, w 1 [gſm'mall, adj. uit schakels b boordsel n. .. # gïmp], adj. lief, ## Gin ſdgïn], s. bok m., kraam f op drie poo tertuig n, z. Cotton-gin : jenever ik ind, 8. . . # # # een strik W. & w Idgin] -ned -ning, v.t. katoen zuiveren d, bultig t ie iſ a Iging], s. vereeniging f; there is a ing, bultigheid f. | a inst me, er bestaat een samenzwering end, bultig. Ginganabobs (dgſn-gäm'bobs], s. speelgoed n, in » en inger [dgYn 'dgèr], s. gember m. (berb (beschimpen. | Gingerheer Edgſmºdger- pe schimpen, spotten, iſ inger-bread [dgſn'dger-brédJ, s. otter m. | Ginger-brea aker fugin'dgèr- » GE# # #l J, ad ch wingerly [dgYn 'dgèr-ly], adv. zacht: ## # kieschhe "MWW- N - ..." » W [gin' &.. :: we zº ": # ºng Is In ’ging], s. steenmuur m. (in mijnen), hun maag #, # , adj, tandvleesch... Giangle Edging' g1j, s. & v., z --- (nig. Gin-house #, hoüs] --- t zonnen, lichtzin-Gin-shop fdgſm'shöpJ, s, drankwinkel m. dj. zorgeloos, ge- | G. [dgſn'ning], s. het zuiveren va beteekenend. rasolſe) w rd IgirdJ, s, zweepsla te and by gird pslag rdJ - ed Igird # # # gen; + to give off, W guitar f: . . - | fºto give on of upon, aa ave [gavej, Given Igºvºvn], ººivel hebben op ; to give out, (zi Igºvºving], v.t. Sºi. geven, verleenen, leveren, kondigen, verspreiden (bv. fr eelen, veroorloven, overgeven, wijden, achten, putten, to give over, verlate en voor, inraken, zinken, wijken ; the sel- | (bv. a pursuit), ophouden, to ## elves to plunder, de solda- self to viee, zich » zich over aan plundering, the youth give aap, staken, 3% . # # # # # :: ## to study, de jeugd wordt aan de stu-| houden, aflaten; to give one's ; the earth gives under the feet, loren achten, zich onderwerpen, z nkt onder den voet; to give a geness zich overgeven, to give a boat t ; to give joy, geluk wenschen , to | gen; to give a bream, een schi 3%$#%& d, acht slaan, z. Battle, z. Ghost , give more headway, vaart service, groeten, to give the day, groe- give the stroke, den slag aang n dag zeggen , to give grace, genade to give way, wijken, bezwijk to give it for one, ten voordeele, roeien, to give way together, me de Atspraak doen, to give in one's gen roeien, gelijke slagen doen, laten aandienen, to give one's self, Giverſ, ## s, gever, schenker m, wijden ; to give chase, jacht maken, ver- Gives Idgiyzj, s, pl. voetboeien ºf pl, o give the hand, de hand geven, den] Giving Igºvºving], s. gift, gave f: g geven , to give a broad side, de volle Gizzard [gz'zerd]. s krop m., ma. to give a brush, achteruitslaan; to j that stieks in his gizzard, da .. mpse of, een blik slaan in ; to give in de maag, he frents his gizzard, gehoor geven, luisteren naar z. Ear; | zich kwaad. # look, aanzien, een blik werpen op je sizzened [gſz'ze-ned], adj verwelk a Resok, iemand aanzien , ter give the labreateſglaſbre-äte]-ed in due, iemand geven wat hem toekomt Giabrity Iglähººrt ty], s, gladhei a persºon his own, iemand beknorren, ſalahroue j adj, effen ven wat hem toekomt; to give a %. w...S deelen; to gi # leg " , » 'e ear uitgeven, bekend tgaan, wijken, st geven, opdragen, to en ; to give in nao "## *# int 33: schit --- w n], s. malezing f. Glean ſigleanJ I -ing, w.t. nalezen, opza inzamelen, aren lezen. # # ## # - ºleaner Igleanſer], s. nalezer, verzamelaar m , adj, eikelvormig. Gleaning Igleanſing], s nalezing, verzamel ####### #%# # # ## ## e n. ### ebel, s grond m., Ian # x us], adj. klierachtig. Giebou, Iglëb'usj, adj. aardachtig. licht ne, glans m., vlam- GIed ledeJ, s. wouw, kuikendief n. m. z, Gilair. | G1edge Iglédge] -ed -ing, vet, scherp vi &t, schitteren, fenke Glee IglëëJ, s. vroolijkheid fi, lied n, w slaan, uitzien, werpen | Gleeful ſgiëë'füIJ, adj. vroolijk, blijde. # ## # |t |Gleek [giëëk], s, scherts, muziek f, WI, adj, kleverig. | + Gieerman Igleë'man], s, reizend muzikant * # #" glans, ver- it G1 Igléen 1 -ed -ing, vi, glinstere w ºf lees onze Iglëeſsum], adj. vroolijk, joo itterend, Gieet #J: s. loopende etter uit een wo (b aar. ! rleetj-ed-ing, v.i, etteren, loopen, lën J, s, dal n. i f. * s, oogholte f. - (z ent Iglént] - ed -ing, v.i. ter zijde spri ib Iglſbl, adj, ## ice i is glad, a glib tongue, een gladde g!Yb] ed -ing, vt. castreere #iºtti r, # ibberig -, rad maken. Giihly Iglºb'bly], adv. glibberig, glad. ik, , gladheid, een feilbºneesj, sº glibberigheid es], s.pl. lonkjes in -- editi p v.it g! # s » glimms, doofſt) - #### # [glimie] -ed -ing, v.i. Glinamer [glïm'mer], s, sc # merſglſm'mer]-ed-ing, ringſglſm'mer-ring],s, sche W N tstraalm. lömer-us], adj. tot een bol gevormd, opgerold, opgewonden. % j, s, duisternis, donkerheid ": of # & : : : :###### a forest), zwaarmoedigheid ºf aae-hniier Iglüe' boil-er # en . <: - - - - - 3. ::::% . . &# pan Iglije pan], s.. lijmpan en, treurig uitzien, donker maken, ver- il ſalue pen-eil], s lijm » » .. ## . # lijmpot m S s, lijm » -en ing, viººt betrokken zien, Gine-pan ſiglieºpanj, s j, adv. duister, treurig lºgº. Somºfºnessj, s, duisterheid, droef te WW > <--- ----- tmoedig, G1 # ##10e # adj. duister, treu relei- Igloria in ex-cël'sis], lo lo-ri-a'shu.nl, s I , pºcherij, slo htig, edel ## # straat uit, to dol worden ; harte gaan ; to go oft, w # # N. SSWWWoW N # 'ing], ven, ontploffen ; to go on, voortzetten #en worden, eiden - et punt -, reiken, zijn, zwan-| #3% 3% is ## SN.- . . . . . . . wit is, vergezellen, medegaan, to # # an, aandoen , to go on embassy, e ing op zich nemen, to go on h paard rijden, to go out, vertre (as a candle, fire), ten einde loop to go out to the world, openbaar to go over, lezen, doorloopen, onde loopen, overtrekken , to go thro doordringen, doorzetten, uithouden gaan , to go through with, ten einde to go through stiek with a thi doorzetten, to go to, maar toe gaan wagen, besteden ; to go to that pri # besteden, ºf law, een p! aangaan, ter dienst gaan, dienst nemen, to go t eenkomen, zich verzamelen; to go kend zijn, to go up, opgaan, opkli upon, aanvaarden, ondernemen, to go upon ,,tiek, op erediet slecht # niet vooruitga , to vooruitgaan ; t » # ## worden ; to go wrong ngelijk hebben, as thin , s. brok, mondvol m. bbº bet-lyJ, adv. in brokken. röbº bing], s, uitschot, afval n. . bl] -ed .. &i. gulzig eten; , s, gulzigaard, kalkoen m. go'ge-tweën], s. beker m. .. (pelaar m. , s, kaboutermannetje, spooken. (bij, s, bedrog in., list f; to give one , iemand te slim zijn, give a thing , iets ontwijken, iets ter zijde stellen', roposal the go-by, een voorstel ver- 8. <.. : zº #% (ren loopen m eärtJ, s. wagentje om kinderen te lee- ºodj, s. ; God save the Iring : de leve ! God-a-merey, godsloon, aalmoes, # dJ, s... petekind n. er [göd'dauh'ter], s. peetdochter f. # f, » # '-like], adj. godinachtig. god # deloos, del ee f # eioosheid ºf #" 33.333 #33.2.33: 3 om m. oddelijkheid.f. º mess], s. goddelijk, rechtvaardig. g .. s, vroomheid, godzaligheid s, godje n. » # #"eht's gº! 'ly-hed1, s. goedheid ## s. petemoei f. Golden Egöld'dn], a i" # | #ti-roit tºoid'fouj, s. | Gold-hammer Igold'hâ Goidiee ſet Goldney ſgolden » goºideore Igold' drej, s, go g ººid ººd golden rule, regel van drieën. Gold (en)-eup ſgold'dn-cüpj, s. bemiddelaar, kop-| Go p in na een s rolden-anuanaher gulden getal n, # # Golden-tressed Igold'dn-trëst], adj, met haarlokken. # Golden-winged # dn-wïngdj, ## ſgüldºfinch # # i g ### Goldfish # zº & W # 4 old-timer Egold'fin-er], s, goudloute Gold al over ſigold ſloit-erſ, is zonneb bladgoud n. » N ## m-mer], s, wed Gold hiited ſgold'hmit-edJ, adj, met Golding Igold ingj, s, gouden ren sº goudgalo , ad; met g (leaf J, s, bladgoud in adj, zond S. E-, s, goudvischje n. Gold-lace Igold'lace], Gold-laeed Igold'last] een id- W , gou ### size], sº goud # d! Gold-proof # º Gole # fgold Egbdiſsendj, s. ":#sel k, meeval n. | | n heid » 'shipij, ## god -, e » » vervaardiger van göd'smººthl, s. goo levendheid f, an by, bye, | # en, toestand. + Goree Egorcej, s vi w or-eoek ſgor'coek'J, s, korhaan m. Goºr erovv Igor'crow-J, s, kraai f. Gordiaan Igor'di-an], adj, ingewik gordian kement, den gordiaansehen k ken, moeielijkhe W ## Gore Igore], s. geron - Gore Igore] kameraad * (schap f. | G ind-fel'low-sh s, kameraad- # ## g m. [der paarden). v .. 3. ºnout iſ go jic Goutiny Ig # ': jichtig. Goutine en Igoûtſ I-ness], s, jichtigheid f. * * * Gout-sweiled Igoût'swél-led], adj. door de jicht uty fgoû' (gezwollen. # s, hoop, stapel m. » -ing, vt, ki, besturen, bv. the passione), regeeren. Igiiv'vern-a-bl], adj. regeerbaar, be ligtiv'ver-nansj, s... besturing, leiding f: ate, Gaverness ſgtiv'er-nant, gtiv'er-ness] des, gouvernante, onderwijzeres f. it Egiivº vern-ment], s, bestuur ne, regee- eersching f.; to rehen against the » tegen de regeering opstaan; for en tal Igiiv vern-ment-alJ, adj, de regee- 'ende, regeerings... & % . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ſgtiv'ver-nur], s. landvoogd, gouverneur, gulateur ## » schap n. giiv ver-nurship], s, gouverneur- ed -ing, v.t, Sti. vatten, # niet gra -ed -ing, vi, gra op den grond wentelen, kruipen, %. "race ſgracej, s genade, gunst, beval . #er en in de E #n de pootenlº : ( Gr dººr hoek, en dit Hy [gradº yu-al-ly], adv. ti ſgräd'yu-ateJ -ed -ing academischen graad bevorderen, prom graden verdeelen, allengs overgaan (in Graduate Igräd'yu-atel, s, die tot ee graad bevorderd is, gepromoveer Graduateship fgr#aſyuate ship een academischen graad. # Graduation [grãd yu-a'shun], s, tra klimming, promotie, verdeeling in g Graduatorſgradº yu-a-tor],s, verdeelingswerk graad-, lijn verdeeler m. ſ in de werktk Gradus ſgraºdus], s, woorden S.. ... - 88&WSGNW888J3,, | Graffer Igräffer], s, notari # Graft [graft], s. ent f.., entrijs Geºr: '#fff -en -ing, vºtºsi. Grafter ſgräftſer], s, enter, boom Grafting igráft 'ing], s. het enten Graham-hread ſgrä'am-brëadj, s Grain [grain], s, graan, koren in , graa rel ºf ; grein na, draad m., (of wood) # zand, zandkorrel 'aire o # verstand, der , gr &#$%%%% nx, pokputt » # # in grain, in de tegen de vleug, te | der m. ºm, voornaamste, montain, een j | Grapple ſgrä generaal ; a gn opvatting. s, oude vrouw f, hild''J, s, kleink dºdàuht''er], , s. grande m. n-deë'shïp], s, waardigheid van # (pracht f. vur], s, grootheid, grootschheid, dev/I-tyl, s, hooge ouderdo dºfa''Ther], s. grootvader m Yfic], adj. grootmakend. w grân-dn'o-kwëns], s, hoogdraven- f, -- rän-dY1'o-kwënt], adj. pralend, - - -- t gezwollen, ând-Y1'lo-kwusJ, adj, opgeblazen, i-nous], adj, korrelig, vol hagel. | s, grootheid, pracht f: rer], s, lid van een groote instructie m. d-juryj, s. groote jury Grassiness ten t ### | Grapple ſgräpºp11, s, aan |f vatten ; +-, v.i. grijpen, streven Grass i:# [gr inhalig, Graspingly [g Grassgreen [grass' Grasshopper [grass Gra hieaus [graffic-al-ly], ad # # #l. -- -- ----------- ſgra-phöm' e) [grap Graphometer ſ Grapsaet (4Grap! #", -ing, $3%; 3, X3 h #### » kiamping, worste omvatten, worstelen (wit 'evecht m., enterhaak m. # rapplement ſgräp'pl-ment], s, worsteling f, schermutsel n. (haken m Grappling-irons ſgräpºpling-ï-urnz], s, pl.. en Grapy [grä'pyj, adj, vol ## ------ , v. .. x ſtad # e, degeen, die te veel aanv Grasp [grásp.j, s. greep m., bere Graer ſgrasp] -ed Igraspt] W grasp, all los vergaart weinig g: Eisie tºt ºp abij, adj vatbaar, vasthoud # fgrap'erj, grijper, Eatter, vasthouder m. spingl, p. & adj. grijpend, vast rásp'ing-ly], adv. vattenderwijs Grass ſeráss], s, gras n. Grass ſgráss] -ed-ing, v.t, met gras bed dend, i +-, vi, met gras bedekt zijn, groen worden green , adj. grasgroen. N ### # met gras begroeid, <- ráss’höp''per w > ſ: #es: s. grasrijk | Granniess [gráss'less], adj, zonk # aantaseg), N- bv. a w ), verscheuren, kn e teeth, knarsetanden, ºok # emmi g, Grease # r), zwaar, diep van }, { besmeren, foppen, b di-ing, vt. Sti. graveeren, beite- | fist, omkoopen , greased » # bodem van een Greasily Igrea'zi-lyJ, adv. v. 0; f begraven, de graveerkunst uitoefenen, Greasiness Igrea'zi-ness],s. ve-elotheatgräveºclözeJs.pl, doodskleederen n.pl. Greasy Igrea'zy J, adj. smerig, we #e rave'dig'gerj, s. doodgraver m. | greaniiy, gij spreekt vuile taal, S # .. gräv'velj, s, grof zand, kiezelzand, graveel n, | Great [grate], s groot, gros n.., hy 1 ſgräy'velj -ed [grav'veld] -ing, v.t, met Great Igrate], adj, groot, lang, dra and bestrooien, verlegen maken. (graf. | distance, een groote afstand, al lens ſgrave'less], adj, onbegraven, zonder een groote, b ## lineas Iſgräv'el-li-ness], s, zandigheid f. , , lange poos : great birth Iiy ſgräv'vel-lyl, adj, # vol kiezelzand. | great charge, een gewichtige lookin #" j, ernstig ziende. | vvith one, groot met ieman N 1-walk # v'vel-wâkl, s. grintlaan f. father, overgrootvader, en vervo [gravely], adv. defti , stemmig. bij iederen trap van verhooging g maker Igräve'ma-ker], s. doodgraver m. de woorden: great-grandchild, W b j, s. grafberoover m. great-unele, vadersoom, enz.; gre # ## s, grafuerooving f: veel;, great deal, menigte, gret Graveness Igrave/nessj,s, deftigheid, stemmigheid ºf zee, hoog water, great with you ºveolen ee ſgra-veſo-lens], s, sterke, hinderlijke bevrucht ; his recommendation uk m. » » » (kend. | vvay with me, zijn aanbeveling aveotent Igna-ve'o-lent], adj, sterk riekend, stin-1 invloed op mij. aver [gra/verj, s, graveur m., graveerstiften. Great-belied fgräte bèll-ied],adj, vestone Igrave'stone], s, grafsteen, zerk m. Great-eoat [grate' coat], s ove we al s, kerkhof n. -- Great-coated [grate'coat-edJ, adj tegravidated Tſgrävºid, gräv'i-dât-ed], adj. Great-hearted ſgrate'heart-edj, & cht. # Great-horse [grate’hors], s, rijse vim'ë-ter], s. zwaartemeter m. | great-horne, in de rijschool # 1, s, het graveeren, graveersel na, je reat » [grate'djo-sef], , het breeuwen iſ van een schip). Greatly Igrate-ly],adv. groote » i-tatej -ed -ing, v.i. door de Greatness [grate-ness], s, gr rokken worden, wentelen. f, luister m., verhevenheid, -ta'shun], s. zwaartekracht, kracht (bv. of ze # ### Great-seatſgrate's S wicht n, deftigheid, stem- Greaves Igreavz], s. kracht f; the centre of Greeian # XN...... . . . . . . . . . .XXS 3. AEX, W..3.EY - ..." » Greeian [grë'shan], s. Greeian-fire ſgre'shan- eianize #han ni, grijze ! # # e Igreſcize] - ray, donkergrijs ; *n vorm ge gray of the me WSW- ' ' ' '. • '. '... . W # s, k # auw, gras experience. | g, to turn, to " onnik mij # vv, # - betere Gi k g s. hazenwind k gerechts- Grey [gray' et koninklijk Igrice] : 'arken n.., trap f. leek, ziekelijk.' w dd 1e ſgrid'dle], s, koekenpan ºf mk die for heid verbitterd Grief-sh [grïef's Griefſaal [grïeft fül], Grienese Igrief'lessJ, adj, or Grievance Igrie' vans], s, [grievJ -ed -in # ver tariev'er],s kweller, plager, rievingly [griev'ing-ly], adv, met # Grievous ###### Siri tig. | drukkend, ernstig, erg. # (bitter, ºnachtigheid f. Grievously Igrievºus-lyJ, adv. zwaar, ernstig alvischtraan ºf Grievousness [grievºus-ness], s, drukkend, gewicht, het zware eener zaak, bedroeve Igr/1/lade], s. al wat geroost grº 1' ladge], s, rooster werk, leggen grï1'lyJ -ied -ying, vt. kwellen. # adj. ver SAN-> w 33 % f #' ijk, wreed mm. an, exitie Griman 'OM NN #" # g zijn; y sorrow is soul, diepe kommer beklemt zijn hart, e te windward, gieren, in den win J, s. greep m., meep f, klauw m., smart, z., Eripen pl... & 3 % % % % %## pe' ful J, adj. grijplustig, inhalig. (m. r], s. # afperser, vrek, woekeraar # #ners » # , afp J # hraapzuchti adj, inhalig, schraapzuchtig , ## schip "E### pingj, s grijpen n.. loetsierigheid te e guts, snijdingen, buikpijn, # adv, met buikpijn, ºpie 3, adj. inhalig, vasthoudend, N ## s, ambergrijs n. sºkin J, s. varkens-karbonnade f. triz'li-ness], s afschuwelijkheid, lee- , adj, akelig, vreeselijk. (lijkheid f. taalkoren n., winst f., voordeel na, at to the maili, dat is koren op 1 rengt voordeel aan 1, it will hinder to the maili, 't zal u geen nadeel s. kraakbeen in. (aanbrengen, 'J, adj. kraakbeenig. .. mY11], s. koornmolen # m. It, j: s. mensj #de # # men t » eid, gruiz g tend 1, # " angoor eïzºlyJ, adj. steun, gebr m. (tig.| dj, en grijsach- , s, gek iſ in ## nºfülj, adj. treurig. 'ingjes, gesteun, gezucht, geklaag vierstu , sommetj # , # # eid f. 1 [groandJ -ing, vi, steunen, ## in tros [gros], adj. dik, # irose (gross], s gros, twaalf doz in the grose, by the gross, i nigte; grosa weight, bruto Groºt-)beat- Igros/heak], s. ker Groam Egross], adj. dik, groot, beschoft, geheel onzuiver, taike, een grove misslag; a schreeuwende onrechtva Grona-headed ſgro Grossly Igrossº Grossnese ſgrossºne lompheid, onbeschoft Gronaudar Igreis' vu-lar], adj, tot Grot ſgröt], Grotte ſgrot to Grotesque iſ ## adj. 's Grotesque Igrö-tesk'J, s. kunstmatige grot f: Grotesqueness ſgrö tés tensporigheid, wond Ground fground], s. oorzaak, reden fº, g tusschenruimte, grond toon, motief in timu grond bebouwen; * ness, de oorzaak van 2 liquor, bezinksel van koffiedik ; to lose ground, wij wen, zijn goeden naam verliez winnen, vorderen, sto gº . veld winnen, toenemen stand houden , to gi ground, afdei t one's n. is [grotind"Iess-ness], s, ongegrond: ne ſgroündºline], s, grondlijn f theid f. ng Iground'ling], s, grondeling, gronde, der smaak, van lage geboorte m. [ground' ly J, adv. op beginselen, vast. nest [ground'niëstJ, s. nest op den grond n. [grotindºntitiſ, s, aardnoot ºf N d'oakj, s, jonge eik m. ſpine], s, veldcipres f, . # s, drempel m. » .. platte grond, round'plöt],s. erf n.., tground'rënt], s grondpacht t . .. # nd' om ## van de be- W enkamer ºf inksel n. empel m. an 't Grinwin waari g worden; to grow a this age grown to an i # ###### deze eeuw spat buitengewoon uit ; mig apace, de nacht is op handen ; de macht nad to grow poor, verarmen ; to grow short, ter worden, verminderen, klein worden , t tarme, tam worden , to grow towards ten einde loopen ; to grow young agai jongen, weer jong worden, tot grovv Hate, 1 worden ; to grow Hess, verminderen; to gr near, naderen, aankomen ; to grow absol verouderen, buiten gebruik raken ; to into, treden in, inkomen, geraken tot ; into fashion, in zwang komen, de m den ; to grow into favor vvith, in g! men bij ; to grow into a prover S woord worden; to grow on, opkom winter hegan to grow fast om, de gon snel te naderen; to grow out of, ten van planten ; to grow up, opgroeien sen; to grow up again, weer opkom # opgroeien, to grow up of together, samengroei Grower ſgröw'erſ, s, planter, kweeker m., da groeit, plant f. ſgrow'ing], s, groeizame dag m., richting t zwaartouw uitstaan # ## .. ext adj. s- men vvier ſgri # Grow. groei, wasdom in , » eling f, voortgang m # w ors Gubern x 'uffnessJ, s, norschhei # gouverne re , adj, zuur, norsch, gemelijk. | Gudgeon ſgtidg'un], grondelin tim'bl] -ed -ing, v.i.&t, morren, sul, vingerling, tap m. (van een molena #n morren, knorren uiten. | Gueber, Guehre Igue ber], s. vuuraanb mbler [grüm'bler],s, knorrepot m. | Gemerdon [gèr'dunj, s, belooning f. umbletonian [grüm'ble-to-ni-an], s, ontevreden | #Guerdon gerºdºn) -ed -ing, v.t, b ensch m. # # , .. | Grºerdonable Igerſ dun-a-bl], # beloo ië in. ##" grommenderwijs. It Guerdoniesa ligèr'dun-less], adj. om ## w j N s, klanter m. Guess [gess], s. gis, gissing fº, iets o umiy n"ly], adv. stuursch. Guess [gëss] - ed Igëst] -ing, v.t,8i, gis mous [grôô'mus], adj. klonterig, geklonterd. moeden, raden (bv. designs), gissinge #rumousness ſgrôô'mus-ness], s. klonterigheid f. (of, at, about, omtrent), w Grundel [grünºdelj, s. grondeling m. (visch). | Guesser Igëss’er J. s. rader, gisser m. Grunt [grünt] - ed [grünt'edJ -ing, v.i., knorren Gueusing [gëssing], s gissen n. van varkens), klagen, kermen. (klager m. | Guessingly # , adv. gissend unter [grünt'er], s.varken n.., knorhaan (visch 1, | Guesswork Igëss' wurkj, s. vermoede inter's-face [grünt'ers-facej, s. gerookte kin- Gueet Igést], s. gast m., there is maksham f. your eandle, er is een dief aan de unting ſgrifnt/img], s, geknor, gesteen n. Guest-chamber Igëst'tcham'' ber], Gruntingly ſgrüntºing-lyJ adv, mompelend,morrend. | Guest-rite Ieëstºritej, s. gastvrijheid f: : Marantling ſgrüntºling], s. jong varken n. | Guest-rope, Guean-rope Igëst'rope, géss'rope i G , s. ziertje in, bootsleeper m., boegseertouw n. Guest-wise [gëstº wiſsel, adj, op de i uaiaenm Igwa'ya-kum], s, pokhout n aniferoue Igua-nït'er-oiis J, adj. guano voortbren- gast, als een gast. V # tuano #uaſºl, s. guano (meststof f. tgend. Guft [güft], s, bui, windvlaag f. ºuarantee ſgår!'ran-teë], s. waarborg m. |Guggle,ſg g'gl] -ed -ing, vt. z. Gur tuarantee ſgår''ran-tëë'J -teed [-tëëdJ -teeing, Guidable ſgide'a-blJ, adj, volgzaam, licht wet waarborgen, borg blijven, borgstellen. | Guidage [gide'adg], s, gidsloon ranty [går'ran-ty] -ed-ing, v.t. waarborgen, | Guidance ſgide'ansj, s, bestuur, geleid staan, schadeloos stellen, - houden. Guide IgIde], s, leidsman, # tº dJ, s wacht, hoede, beschutting fii con: Guide Igide] TE ing, v.t, le » ## Igär -in ur, ma., stootplaat van een degen f; beugel a.traveler), besturen (bv. aft er den trekk # anaenten strookjes; advanced ------ w » rd, voorhoede, voorwacht, piket; om den driesp een weg. # aard, op (zijne) hoede, off the guard, niet op Guide-ua [gide-us], interj. God, sta on jne) hoede; to be upon the guard, op wacht Guidon # s, vaandel n., vlag f, va i to make a strong guard, sterke wacht! Guild ſgildJ, s. gilde n., z.. houden, to mount the guard, wacht betrekken, touildabletgrid'abl], adj. " relieve the guard, wacht aflossen, to come Guildhall Igºld'hâllj, s, gilde- fra e guard, aftrekken. | Guile ſgile], s, bedrog na, v. rd ſkärdJ -ed-ing, v.t,8xi, hoeden, bewaren, fºuile ſgile] -ed -ing, schermen, zich hoeden, wachten (bv. against Guileful ſgile' fülj, adj, b istaken, voor misslagen). | Guileful ardable Egard'abl], adj. beschermbaar. | Guileful, ar dage I # s. opzicht n. ## N 'antij, is voogd hande J, s. v. kke r van een geweer m., guar sideless I keel n ger #" #s op de jacht gaan. rond, kolk, zeeboezem m. |Gun-harrel ## bär-relj, s, geweerloop m. # gun, to eley a ## stuk vernagelen. op, veelvraat m Gºn (gund, ed ing: vi. (vogels) schieten, 'edJ, adj, met golven | Gran-boat [gin'boat], s. kanonneerboot f. » Gun-earriage [gin'-car-ri-adg], s, affuit m 1 ## zeehoezems. | Gnn-ºotton Igun' cöt''tn], s. schietkatoen n. eeuw fº, bedrog m., onnoozele ſºun-fire Iglin'fire], s. geweervuur n. (leiden (bv. into rebellion). | Gun-ladie iginºia in , s, laadlepel m. dj -ing, vit, bedriegen, ver- | Guan-metal ligun mét al], s. geschut metaal en drieger, beetnemer. | Gunnage [geïn' nadge J, s. aantal stukken va kdarm m., keel f. | oorlogschip n. # # # # # # # # . # , dwz Gunnel, Gran wale ſgün'nel], s dolboord n. Gunner Iglin'ner],s, kanonier, konstabel m, 5 mas- ter gunner, konstabel majoor, gunne addie, kruitlepel, gunner atoreroom, berg .. de behoeften van den konstabel. Gunnery [guinºne-ry], s, kunst om 't gese |Gun-port Igün port], is geschutpoort f. . ## [gün-poii” # uskruit | Gunsmithers ſg nºsmithj, s, geweerm n'smith-er-yJ, s. gew. je kunst, geweermakerij f. # 't is aan stiek ſigün 'stick], s. laadstok m, ### 'stöckſ, s. lade van een geweer m'stone & X gel en kanonskoge hutte g: rengend. giit’tler], s, gulzigaard ºm al ſgtit’ty ,, guttural accent keelklank. » ral ## s, keel letter f. ºutturalness lºgiſt'tur-al-ness], s. keelklank m. Guy Ig11, s, t » hulleto kluifhout; naast head guy, hanger tot de davids; guy of a hoorn, bul etailve van een giek, gay of the flying-jih hoera, bakstag van tjaaghout; guy of the studding sail-boom, keertouwen van een lijzeilspier, gny outrigger, der, guy pendant, schinkel, stay stackle y, uithouder van 't sloeptakel. » » ## # N tº #ll, s, zuiper, drinkebroer, zwelger, # zi J -ed -ing, vi&t, zuipen, brassen, ty be [dgibe], is bespotting f. (zwelgen. *ybe Idgibej -ed fdgr’ bdJ -ing, v.t.&i, bespotten, doorkaaien, wenden, keeren. - & symnasiareh Edgſm-na'zi-ärkJ, s. W nasia, te Athene, (tijnsche school ARE- - SWA. R.:....SE''. E. , s, gymnasium n.., La- nàst], s, onderwijzer in gymnastie m. [dgſm-nastic(1)J,adj. tot de lichaams- astische oefe- k: f. # ische oefening f. raal f. » s. vrouwenregeering f. #" " dj, gipsachtig, tYfºer-ous], adj, gom voor » ed-ing, v.tki. opslokken, gulzig En sº gº < ## » tieten, ii-rall, adj, tot de keel behoorende, .. topreep + scheepsw.), vogelverschrikker , boata guy, hondwachter, hoom guy a wif-f huw van de bezaan; jih guy, bakstag (vraat na. W W ºf Biabile ſhâbºil], adj, geschikt : a Hah end, in Hf Ct. (half calf) this or her royal h. lijke hoogheid; EA. Hd g He, ſnog heads) oxhoofden ; her majesty's ship) zijner of hare Hon. thoncred) geëerd; Hombi ig; H. Ee. ſhot press) heet (half pay) wachtgeld, halve soldij, reden honderd; Hunts, (Huntingto Ha Iha J, interj, ha Haaf [haf], s, kabeljauwvisscherij f. Haak Lhak], s, stokvisch f: Haberdasher Thäb'ber-däsh''er], s.kram herdasher- of pronouns, s. school! Haberdashery, ## Haberdine thäb-er-den'], s. labb # EHabergeon ſha-bèr 'dge-unj, s, kleine Habitiment ſha-br1'li-ment, + Habilitate ſha-bilº I-tate], a ## bestuurder der # ool f. gesteldheid; Habit ſhäbºb Habitable th Hahi tabienese # tina » ------ f, berg). doodenrijk na, onderwereld, on- di-ing, v.t. onve stotteren, w - andvat, hecht, heft n.., -ing, v.t, in een heft, zetten, isteel is, mi, z.. Haags, %.:#%#%. # en, mag, v.t, plagen, pijnigen, kwel- adj, uit een heks geboren. s, schuwe of wilde valk, woes- rdJ, adj. wild, woes ed], adj, mager, leelijk, (*) [häg'gess, hag rinean ſhair'ri-ne #j, | +-air-laee ſhair'laceJ, s. # | |Hair-line ſhairºline], s. li taanbaar spre-lijn 3---- ---- -ee ag---- m. |Hai greep fi, IBM, tooverkol f, soort prik of lam- te N ## # 8, w #%# » , (len | Hair-seating ſhair'-seaſtingd, en Hea harigheid iſ haarband m, kaal. airless Chairless], adj. ## haarspeld f. -der], s. #" # # #% # » # % # r: haardoek Hair-side # s, harige kant, ruw Hairsieve Thair's vj, s. paardeharen zeef f. ing ſhair'split-ting], adj. haarkloover nair'split-ting], s, haarklooverij " -dier'J, s, he ed Thâl'berd-shaptij, # s. hsvogel m. # geagiolo EY schiedenis d Hag-riden o st de ſhale] d Half [hääf], snijd 'sordj, s lijfgevecht &:3% 3,3 tüb], s, kuip, doorgezaagde to Half-verse ſhääfºvèrs 1, Eirt van een dichtregel f. Half-way ſhaat'wayj, adv. in 't midden, op den halven afstand, halfweg. » N rd] n f. # te, #& wºrt], s, dwaas mensch, nar, gek, #el ºm (dwaas, zot. Half-witted ſhääf/wit-tedJ, adj. zwak van verstand, Half-work thääf'wurkj, s, het werken van drie dagen in de week n. (maal in 't jaar. half yearly #ejaarlijk", twee- Halihut thâl'e-but], s, heilbot f. ## s f. Halidom Thälºr-dium], s. bezwering bij wat heilig Halinaast hâlºi-mas], s. Allerheiligen, m. Iaiituatie tha-lftſyu-bus], adj, dampig. Hall ſhâll], s, voorhuis m., vestibule, zaal, woningif, kasteel, stadhuis, college m., hal f. . . age thalll'adgj, s. halgeld, staan-, marktgeld n. Heiujah thäl-li-loo'yal, interj. halleluja. iard ſhal'yèrd], s, ralijn f; W. # lwind flag laailiard, vlaggelijn : jib Iliard, kluiverval; flying jih halliard, jager- val; fore royal haitiard, voorbovenbramval; fore topsail halliard, voormarszeilval; fore nt haiiiard, voorbramval", fore top- y-sail hailiard, voorsten gestagzeilvai: tay-sail halliard, stormfokkeval ; » # 'd, gaffelval; gaſf throat ha Hiard, # # driver halliard, kºn tr|Hamlet ## &::->.< 38%&&& - - . ### te laise Thals], s, hals m. (kran finalae Thals] ed -ing, vt. omhelz bezweren, ophijsehen. finalistening ſhâl'sen-ing], adj. schor. aarzelen, (doen) halt maken. # Halt Ihalt], adj, lam, kreupel, mank. Halt Ihâlt], s, gehink na, halt f; to make a halt maken .. : : : ## Halter Halter om den hals doen Haitingly ſhâlt' in Halve Châäv] -ed » veeren, inlaten E timmerwerk). Halved IhäävdJ, adj, halfrond, een kant bede aan een zijde geplaatst, gehalveerd. Halven [häävz], pl. van half; z.. Half, Haiyard [hâl'yardJ, s...z. Hailiard. aan thäm], s, knieschijf, ham ºf iſianadººd Thämºa-drm-ad], s. boschninaf Hammate Iha mateJ, adj, hakig, verward. Hannated Ihà'maat-edJ, adj, met haken voorz Hamberline, Hannahroline ſhâm-ber/lin bro'11nel, s, dikke huizing ºf Hamer ſhamez], s, pl. gareel,haam m., z. He gehucht in. 1], adj, aan een ge s. hamer m., clavv h. # s. iemand die mank gaat, hàitter! -ed-ing, vt. een touw lyl. sdy, hinkend, lang âävdJ -in , vet, u Hammer ſhâm'mer], klauwhamer; clinch hammer, kli val ; main stay saii halliard, allant sail had .. raast #", sail hal- ; main top gallaert # , grootbramsten gestagzeilval ; # # al halliard, &#%&&& 8 ail halliard, kruiszeilval : maizen stay sail d: bezaansstagzeilval, maizen top gallant ard, grietjesval, mixen top gallant . 1iard, kruisstengestagzeilval tay saii halliard, grietje # parrel halliard, op- fiard, peek halliard, , wimpellijn stand is binne i t & groot-l , grootbra » halliard, vliegerval; mizen | bovenbramgrietjesval, mizen | ti Hºananae | Haren hanamer, staarthamer; set hamme hanamer of death, vuist; to live kan tonge, slecht met elkander overe Hammer ſhâmºmer] -ed -in (bv. steel), smeden, met den ham zig zijn tof, met), in beweging zijn out one's own fortune, zijn eig vorderen ; to hammer a thing iemand iets in 't hoofd prenten, Haaxmannerable thämºmer-ablJ, adj. 3 &&&## r-cloth [häm' ithl, is rijtuigbok) n, Hananmered # adj, met Hammerer thäm/mer-erd, s. hame Hannemer-hard. In ## ner cl 3:::::::S in Luam me gehard, hard-geslagen. al; Hananmer-harden thämºmer-här'den] . n harden. vat. door (koud) ham ammering ſham me sta hºnd, zijn voordeel verwoesten, bederve » 1, aan de het erloren to , s, vingerspraak t, hengsel, gevest, oor .. t m., aanleiding fº, wa- # # handle, verkeerd ; to le, aanleiding geven, .. nººdli - ed -ing, v.t, '? hoe werdt gij bejegend ? to know to he fiets, goed kunnen boksen. » able Ihân'dle-abl], adj. handelbaar. ather thändleru'er J, s, handleer n. Lhand' lessj, adj, zonder handen. [hândºling], s, handteering f. in Thánd'loom], s, hand weefgetouw n. d Ihänd' maid], s, dienstmaagd f. allet Thänd mal-let], s, houten hamer m. aat Chândºmást], s, kleine, lage mast m, demili Ihänd'millj, s. handmolen m. > drail thändºraill, s, balie, leuning (van eene indertaff thändºriiffj,s, hemdsplooi f, ſtrap enz.)f, desails #händ'sails], s, pl, kleine zeilen n.. pſ. saw [händ'sawl, s, handzaag f. land-seo op thand'skôôp], s, handschop f. land-screw thändskroof, s, dommekracht f. seizingſhand'seiz’ing], s, bovenbindsel n. Iael Thân'sel , s, handgift f. . tºven, deel Thân'selj -ied -ying, v.t., handgift ge- some thân'sumj, adj. mooi, fraai, schoon, be- -. . . . # (opschikken, tooien, me Chân'sumJ -ed :-ing, vt. versieren, mely Chân'sum-ly], adj, mooi, bevallig, "# Thanſsum-messJ,s. schoonheid, sier- in held 1, : # » thänd'slëdg], s, slede, handslede f. 'spikel,s handspaak te koevoet m. | | stáfij, s. "# f, nd'strokel,s, handslag mº, to come en, tot vuistslagen komen. dzºttir.nl, is hulp ºf 'trl-ler], s. roerpen ºf , s, handschroef f. wep pnd, sº handwapen n. hileT, s. oogenblik n. » -man J, s. vroedvrouw f, ik # indºwurkj, s handenarbeid m. ſhänderlºtingj, s, handschrift in, # # » N # ## .. ## el,s. klap, vuistslag# hingj, anangea' ſhäng', ## &i. tasten, bevoe- %. ndelen, uitoefenen, hanteeren (bv. the e handen gebruiken; how were thon | Hankering ly [hät #, s raden in welke the country, ramp het land , to hang up, o een uithangbord), # de lange %# ######## hang the lip, somber zien, de lip late to hang on the tips of words, a tvan een redenaar) hangen, door z kendheid geboeid worden; to hang lida, aan een draad hangen, in on staat zijn, # Minang Thºng], s, scherpe helling fº, g of, vertrouwd worden met, ga Hangdog ſhäng'dög],s gemeene kerel, mes n. » . . . . . . . . ...S. Hanger-on ſhäng'er-on/J, s afhangel ananger Thang'erl, s. hangstuk m., ha, t |Hanging [hänging], s, het hangen, be Haangingen, onth Thäng’ing miinth Jººs. HAanging-side thinking ººide, s, hell ºangingsleeves [hängºing sleëvez], s. Haagsman ſhäng/manj, s, beul na. (1 Hangzaaii ſhäng'maill, s mijn as 'W-- --,'... » Haask Ihänk J, s. eenige m., irona Haank, letin rifbindsel van een giekzeil, t » hanik up on one, groot vermogen op ben; he has a hands on him, hij hee hand op hem, # # Hanker Ihäng'ker] -ed -ing, v keren, haken ºf een after, naar » 'er-ſag-lyj, adv. hu Hansard Ehân sardj,s koopman uit Hanse thänsel, s, vereeniging fº, hanzeverbond, hanzest Ehäpº, s, toeval, ongeluk in. geschieden : hap vvh hazard thäp-häz'zerd], s. een ſhân, preness ## # eene toespr 1 | Harangºn Harare #### # &# l. Hard-vwo #z # .. -.-, j, met moe rking ürk-ing], adj. rd-working thard w im, arbeidzaam. g, | Hardy [här'dy], adj. #d. sterk, stoutmoedi een strenge meester ; a hard heart, vo "### hard opinion. eene slechte wrange appelwijn # # # & :: . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .33 . . . # adv. hard, streng, moeielijk, sterk, hard by, dichtbij, put the heim hard eng het roer dicht aan lij; put the helm eather, breng het roer dicht aan den # # # # breng het roer dicht aan stuurboord. ting Thárd’beesët-ting], adj. nauw in- nauw belegerend. ,, &; ºund Thärd 'bound], a reathing thard' breathing J, adj. h. ned Thärd'earndl, adj, zuur verdiend. -ed Ihärºdnd 1 -in r, v.t, Sti. har- h hardlijvig, verstopt. dj. hijgend, si harder m, ri favurdj, adj met leelijke, edness thärd'fa-vur-ed-ness], s, leelijk, erlijk ſtrekk # Thard'featyur-edj, adj. n härd'fist], adj. pootig, met stevige vuis- ſhard' foiiht], adj, hevig bestreden ; üht], # N. . . . . . QWS . . . . . . " , niet ruwe hattle, hardnekkig gevecht. ärd'galel, s, harde wind m. tärdſgät-tn], a verdiend. ied deed adj, zuur & aëndſedij, adj. hardhandig. härtſed], adj, hardvochtig. # # # audiºs, onversaagdheid, 0 tºt # stoutheid, koenheid, on- ess of J, ad rd figure, een stijve figuur, hard S. W # #, g .. » a-port, breng het eisen hard a-f ard maken of worden, verharden, trekken, | Harm stoutheid, constitution, Hare hare], s. haas te Hare ſharel -ed-ing, vit, verschrikken, kwellen, Hare-brained ſhare'braindJ, adj. onbesuisd, wuf Hare-foot ſhare' füt], s, hazevoet (plant) vogel m. Jare-hearted thare hartºed], adj: lafhartig (m, d| Hare hound ſharehound], s windhond, jachthond Hare-hunter ſhare'hunt'er], s. hazenjager m Hare-hunting ſhare'hunt-ing], s. hazenjacht ºf Hare-lip ſhare' lip], s, hazenlip m. # Hare lipped ſhare'lfpt], adj. met hazenlip. Harenn ſha' remj, s, harenr: m. # # # Harepire [häre pipel, s, hazenstrik f. Hare's leap ſhàrez leap], s, hazesprong m. Harevvooi Thare' will J, s, hazen haar n. 3... 3 % & Harieot Châr e-cotJ, s, snijboon f., ragout vleesch en wortelen f. .. chelar ºf Hariolation Thar-i-o-la'shun], s, waarzeggerij, w fHearish ſharish], adj, als een haas, bang. +HEark [härkJ, interj, luister. # # Hark thärkJ -ed -ing, v.t, luisteren, oor leen Harl [härl], s, linten, vezels van vlas ºf pl, Harlequin ſhârºle-kin], s. hansworst m. Harlequin [här'ie-kinJ -ed -ing, v.i.&t. als pot- senmaker spelen, met een poets verwijderen, Harlequinade [här-le-kin-äde'J, s.harlekinade, tooning van potsenmakersstreken f. Hariot ſhär 'lot], s, hoer f, diende, schurk, bedrieger m. fafgodendienaar, t .. # # # # # # : : : : ## S. . . . . . . . . . . . . . (del Hariot Thär' lot], adj, dartel, laag, . WEZ: , gemeen, ve: + E Marlot Chär'lot] -ed -ing, vºi. ontuchtig z Harbotry ſhär' lotery J, s. hoererij, ontucht f. HHarm thärm], s, kwaad in., schade ºf, leed in harna watch, harm catch, die kwaad vermoe kwaad ontmoet. # (benad thärml - ed Ihärradj -ing, v.t, kwaad Harmful ſharm'fül J, adj, schadelijk, nadeeli Harmfully "# adv, schadelijk, nade . ig. | Harmfulnees Iharm'fül-ness], s, schadelijkh nadeeligheid f. Harmless Ihärmºless], adj, ongedeerd, onschuldig, onschadelijk, (s Harmlessly Iharm'less-lyl, adv. ongedeer Harmºniesaness thärm'less-ness], s, onnoo onschadelijkheid ºf här-möntie (1)l, drin (sek Harmonie (ai) ºr- eenstemmig, 1. E# # ts. ## ſhär-mönººi- armonie, ſhar-mönicsj, s overee en f: ple, leer harmonie ºf ious ſhar-mö'ni-ous], adj. h ## » S n (een paard). iſ ººk assee âs'suck], s, knielk n er Iharºnes-ser], s. optuiger m. Haast thästil, tweede pers. enk aarna Tharmz], s, pl. hersens f: pl. » Hastate, Hastated ſhâs'ta-te, » Harp ſharp], s, harp f. ; to play on the harp, # %. . . . .N. .- # op de harp spelen. Hasteſhastel, s. haast f, spoed, toorn m., i Hart # -ed ſharpt] -ing, vi. &t, op de harp in haast; to be in haste, haast heb # stilstaan bij, telkens terugkomen op, opwek- make haste, haast, spoed maken ken: to harp always on the string, altijd het- haate the worse speed, hoe meer h zelfde liedje zingen; to harp sapon, - minder spoed. # # # Liarree ## s. harpspeler m. (wij Haste Chastel, RHasten [ha'snij -en -in Harring I ## s. boeg hout van een berghoutſ haasten, spoeden, verhaasten, bespoedig » i, eat harping, zwichting. Hanten er ſha'sn-er], s, # dringer, na, boegmaal Harring-iron thärp'ing-ſºurn], s. harpoen f. Hastiny [hästſi-lyJ, adv. haastig .. arroneer Ihar-pôôn-ëer'J, s, harponier m. #Hastian een ſhästſi-ness], s. haastigheid fi, Liarpoon ſhär-pôôn/J, s. harpoen m., w Hasting pear I hasting-pearl, s. vroege pe arroon [här-pôônſj -ed-ing, v.t, harpoeneeren. Hastings thastingz], s, pl. vroege doperwt Harpooner Thäa-pôôn'er], s, harpoenier m. + E Masutive # adj, voorbarig, vroeg Harpsichord [harpºni-kordj, s, klavier m. Hasty # adj. haastig, driftig, over zarry #"#, s, harpijf. * * * * * * * Haat # ng ſha’sty-püd'ding], s, pap Harridan thärºri-dam], s. oud leelijk wijf n. #aat ## ſtij, s. hoed ma., heaver hat, kastore Harrier thär'ri-er], s windhond, soort valk m. maar aow-brimmed hat, hoed met small Harrow ſhar'rowſ, s. egge f. | | broad-brinamed hat, hoed met breeden r narrow f -ed -ing, vt. eggen ; to Hatable ſhat'a blJ, adj. hatelijk. # ## ### Hat-hand ſhât/bandj, s, hoedband ºm. terj, help! hallo! Hat-box Thât' böxj -ease, s, hoeded J, s, eggen n. | |Hat-bruari, ſhätºbriish], s, hoedenbo 'ied] -ying, vt. plagen, Hateh thätch J, s, broedsel na, ontd # .. m., deur f, hatches Haid, geschal , ruw, wrang, wreed, barsch ! be under the hatchen, o d j, adv. op een harde, ruwe wijze. signeerd zijn, in druk zijn, in eilend in een in #, » nert in ### I den (egge) smeden (bv. a plot), » Thärts'tting], s. hertstong f. | misehief, kwaad) uitgebroed wor in een ruim tha'rum-sca'rum], adj, onbezonnen, vone ehickens before they are hi *piee tha-rüs'piceJ, s. iemand, die uit de in- moet de huid niet verkoopen, voo wanden v ren voorspellingen doet m. & f: beer gevangen heeft, ## nººi # s, voorspelling uit het Hateh-har Châtch'bärl, is toffers ºf Hatchen thätchºelj, s. ## Hatehei Ihätchºelj -let ſateheler Thatchºel-ler], Hatcher ſlaätch'er], s. aanleggen spanner, broeier: m. # (ten, inzamelen. HHatchet [hätch'et], s: bijl -ing. v.t. oogsten, inoogs-| #e:het, de (strijd bijl op oogster m. | z.. Harry, » Hate het face thätch'et-face 1 vooruitstekend gelaat ; N ie: tiars # # #"## verkeere ſhars letl. s varkensafval n. ## ſj, s. oogsten in. (bi est-lord],s. voormaaier, op hn s, hoedenmaker m. keert, bezoek '- ### t Hkaast [hânst], s, droge hoes - ng], s. hoedeband m Hauthoy ſho' boïg, s. hobo, aard in adj, met een hoed be ! Have ſhawl, Had [had], Having [h # s, hoedenmaker m. | ben, bezitten, houden, moeten, - ed -ing, vt. teisteren. , , have care, zorgdragen ( of, voor); h ät'ti-shër'if], s. onherroepelijk be- pas op; do well and have well, V # # V | wel ontmoet; to have by heart, van N- s dj. woest, wild. ,(ven m..] kennen, to have rather, de voorkeur geven; kfh k],s, hoop koorn van twaalf schoo- | to have about one, bij zich hebben; to have Thàu'bèrkJ, s. borstharnas n. x away, wegnemen, verwijderen; have hien away, sibus nequis Chaud pas si-bus-ae'qui-is], breng hem weg, to have advice, raadplege met gelijken tred of snelheid. to have at ,aanvallen, aangrijpen; to have at, s, laaggelegen weide f. beproeven ; ten have ene vwith you, laat ons te adj, z. Milaaghty zamen gaan; to have on, dragen, aan hebben , w 1-ſyJ, adv. hoogmoedig, trotseh I have out, doen vertrekken ; to have pain, 1 ee- ſhauh'ti-ness], s, hoogmoedigheid r. den; to have sorrow, verdriet hebben, bedroe hauht'yl, adj. trotsch, hoogmoed an- zijn , he would have, hij verlangt te hebben, 1 stoutmoedig. v # gen. | should have, hij is verplicht te hebben; to hat l, trek m., pak kabel the hear of, bij iemand in gunst zijn; to hav -ing, vit;&i trekken, sleepen, eea-room, 't ruime sop hebben, ver van land zeil w haut aft, voorhouden, tot na velean ſhäv'less], adj. haveloos, arm. W ten aanhalen, achter Haven ſha'vn], s, haven, schuilplaats, toevluch halen, to ha uit Havener ſha'vn-er], s, havenmeester m. S. jhalen, to haun the treaver Cháv'er], s bezitter, houder m. (ten; huis halen, to haul Haversack ſhäv'er-säckJ, s. broodzak der sold alen; to hanti Having ſhäv'ing], s. bezitting f. tºnavior ###### ni, z, RBehavio ### w ood ! artier e ſhâv’oc], Interj, sla " oe [hàv'ocj, s, verwoesting f. (kw. de Bºavoc ſhàv'oc] -ed -ing, vt. ºver t; geen ain the Havv ſhaw J, s, hagedorenbes, vlek, ster in het oo o haut: f., klein stuk gronds bij een huis n, haperin , frisch geavv ſhawl -ed thawdj -ing, vi, ha Hawtineh ſhºw'fſnchj, s. kernbijter m. o hant Faw naw [häw-hâw'J, s. soort van heining, in , tot op een laan of wandelplaats, die eerst di van een wordt gezien n. orhalen. Hawk [hawk], s, valk m., havvia # een at, valk van vier jaar, hºe betwixt havvk ad »uzzard, noch vise » W.- . . . . . . in repe, Havvk ſhâwkJ -ed -ing, vi ken, gen, opgeven (uit de borst, r tº bras- ## weer laid rop antslag, maar # rptros, temperary bend of a hawee earl a laat weer out, een hite hawweer, zware witte tros, .. wthorn ſhawºthorn J, s, hagedoren m. Hawthorn-ſty ſhaw'thorn-fly J, s.hagedoornvlieg f. Hay Thay], s. hooi m., to make bay, hooien, hooi- bouwen, to make hay while the sun shines, 't ijzer smeden, terwijl het heet is, te dansee the hay, in een kring dansen, .. ## Hay thay] -ed -ing. v.i. hooien, strikken span- Hay-hote thay'bote], s. recht van omheining n. Hay-cock [hay'cöck], s. hooiopper, hooihoop m. Hay-field Thay'fieldJ, s. hooiland n. Hay-forie thay'forkj, s. hooivork f. -harvest Ihay'här-vest], s, hooioogst m. y-knife [häy'nife], s hooisteker m. ºm samen 'loft], s, hooizolder m. ymaker fhay'ma''ker], s. maaier, hooier m. making thay’ma''king J, s.hoeibouw m. ay-market ſhay'mär-ketJ. s hooimarkt f. ay-movv [hay’mow] -riek ſ-rickJ, -stack t-stäck], sº hooiherg m., - rook, - schelf f. Hay-seed ſhay'seedij, s.hooizaad n. 3 #laystaik Ihay'stak], s, hooistengel m. -time ſhäy'time]: s. hooitijd m. illayward ſhayſwardJ, s. veldwachter m. #ay-worm thay'wormj, s, aardworm m. , , Hazzard thäz'zerdj, s, toeval na, kans, wisselval- heid f, gevaar in.;, at the hazard of his life, t gevaar van zijn leven, to run the hazard, aan gevaar blootstellen, twagen, rd Ihäz'zerdJ -ed -ing, v.t.&i, wagen, zich rdable ſhaz'zerd-a-bl], adj, gewaagd, van het toeval， afhankelijk. - N zarder Ihazzèrd-er], s. wager m.,.,., zardous [häz'zerd-us], adj, gevaarlijk. ,.. zardously [hâz'zerd-us-ly], adv. gevaarlijk, # azard 1âz .. Ihazel, s, damp, mist m. ſhazej -ed -ing, v.i.&t, misten, mistig zijn, in, dr # drogen. .. zelaar in, ::::::::::::::: ## - | , adj, hazelnote... licht bruin. | s, pl. licht bruine oogen na pl. n, teisteren, linnen » 'zlei nut thä' zien roºd ſha 'zl-r #se ſha'zïeness], s, dam hä'zy], adj, dampig, weather that tij, s, hazelnoot f. ödJ, s.hengel van ], s. # ok m. weer, hie- ng to be and a havvaer, een kabel o hielen, to . kabel uitbrengen ; ardousness Ihäz'zerd-us-nessj, s, vermetelheid.| rlijkheid ºf gevat » . ### in een hazelaar m. pigheid, vochtigheid f. # » » &# x8 rº) ; beginnen te zweren, te b and ears, met de haren iets » have their head under their g hebben ze in hun macht; to do a thing o own head, iets uit zichzelven doen , t a hot-head of one'e own, heet gebaken haastig zijn; he took it up for his own hij leerde zichzelf, he has a head of # # eigenzinnig, hij is een eigenzinnig # enter his head, dat zou hem nim hoofd komen, to be off the head, aan h stand lijden, to go at head, het eer hebben , to give one's head for was hing laten bedriegen, to drive a head, een w iets banen; to be upon the head o raak hebben , head and holis, doo heads and plucks, krullen en stukken merhout), head of a ship, vó S to head : land vooruit! heak bulk head, schot , by the hºe (geladen), eat head, kraanbalk, een tegen stroom in ; drumm head, kop van spil; floor head, kimweger ; faattoela h veneinde, topeinde van een stuthanger, head, bolder, is night-head, ap # head, kogeltang, saast head, top ## mole head, (getty head), kaai, st #: palkop, poºie head, lange t # korte top , traan die in # # head, stuit in al eye liet horen, en fiddle hea tenbreedte van e kop van 't roer ; der, kop van 't ro lijk van den kluiver, dwars voor den boeg, te van voren in de laag geve , s, hoofdpijn 'bandj, s, hoofdban # sºkophout f, ſmeester m. rangh had bij Aj, , konstabei wij: sh thédſbriish J, s, haarborstel na ese ſhed'cheese], s, hoofdkaas f.. zult n. théd'clèrk], s, eerste klerk m. dºel out), s, hoofddoek m, & dag], sº kopriem m. hedº dringt lessj,s planokleuvers f. pl. hiedſdress], s, kapsel in. aring [hiëd'ear-ing], s, nokbindsel n. [hë # s, hoofd nº, aanvoerder, spelden- hoeksteen in # as fhéd #### g ene hëd'fast J, s, voortouw, meertouw n. ſhed'firstj, adv, met het hoofd vooraan, #, s, hoofdtooisel n, thëd'hük], s. band om den top van den lyn, adv. haastig, onbezonnen, on- ## # s, hoofdigheid, koppig- igl,s. rubriek f: #sten" ### ea kaap, HHHealthy thëlthſyj, adj, gezond, heilzaam m. Hieraan ſheam], is nageboorte van die o- | Head héd' ston | Headstrong théd'strö f. Eread-tinaber d: m., strijklint na 1 . » dplank ºf # tº ## s. hoeksteen, grafsteen m. # adj. koppig, hardnekkig, -ers, s pl: tarmen t, man Théd'tIm netjes m., staan mannen in pl: # Head-tire [héd'ttre], s. hoofdtooisel m. Head-way Théd' way J, s, vaart f.., gang mij te maake head-wway, vooruitgaan, vorderen. » Head wind (héd' wind], s. tegenwind na. Head-work ſhëd'wurk], s, hoofdwerk in. Head-vvorie naam Théd' wûrk-man], s, w n: tºren, en neemt zover alſºf Heady [héd'dy J, adj. hoofdig, koppig; $driftig, on- Heal thëal] -ed ſhoald J. ing. v.i. &t, heelen, ge- nezen, zuiveren (water), bijleggen (a differenee). Healabie ſheal'abl], adj, geneesbaar. # Healais fhealz1, s, pl, weefhaak m. W ## "# # ": m. inenting theal'ing], adj. gen. Healingly ſheal'Yng-lyJ MHealth Inélth], s. gezond Healthfal ſhélth'full, # gezond, heilzaam, Hearthfaitness Thélth'full-ness],s, gezondheid, hell- zaamheid ºf, welstand m. # Healthfully ſhëlth' ## adv. gezond. Healthily the #d, dj. heilzaam, gezond, Heal thiness Chélth'1-ness],,s, gezondheid ºf Healthiesa Chélth'less], adj, ongezond, zwak. Health leaanees Thélth'less-ness! #"# # af. adv, genezender wijs. heid f, heil n, z. Drink. m. # naar, Heap ſheapj, s, hoop, stapel m., menig and adv. steil, onstui- het oor 'n | Henring-cheats f as full heap, overvloedig leven Heap Theap] :-ed ſheapt] -ing, vt. (up) ophoor Heaper ## # "# t eap . apy s al opge loop # # %#%## r] - ed Ihèrd] -ing Thear'rin 3333 bv. a voiee), verhooren, 1 ren, have heard of, ik heb gehoord -, vernomen bericht ontvangen van 5 to hear a bird sin bijzondere mededeeling ontvangen; + to hear well, in een kwaden -, goeden reuk staa rer [hear'rer],s, hoorder, toehoorder, m. g theartring), s, gehoor, verhoor, bere '- , duin of hearing, hardhoorend ; h. ing trumpet, #e. # near'ing-tcheats],s, härſknij -ed -ing, vi, lu härºkm-erj, s. in ter #### Hearne-like ſhèrs'likei, adj, passend voor een #### hart n.., moed, vriend m., vrien in. harten (in het kaartspel); a good, te en goed, teeder hart : the hear boom; the heart idelpunt van minna » heart upon, de zin .. o set the heart at rest, zich op gemak brengen; to find in the heart, gezind zijn; º find in any heart to ask your pardon, ik wilde u ## vragen; M eould not get him for my heart to do it, ik kon hem voor niets ter wereld overhalen dit te doen; to speak to one's heart, vriendelijk zijn tegen, troosten, nmoedigen ; to have in the heart, van plan jn, op 't oog hebben ; to planek up a good rt, moed scheppen, zich opbeuren, take heart! moed! oant of heart, ontmoedigd; to feel .. moed vatten, to » 11, # ### ; any heart was at my heels, ik was lijk ng ; his heart went down to his heels, zijd hart, moed zonk hem in de schoenen, my heart begins to alte, mijn hart begint te beven ; to be heart and hand for a thing, - met kracht en geweld voor iets zijn ; to take a thing next one's heart, iets nuchteren gebrui- k have the heart in the month, zeer verschrikt zijn; to tire one's heart out, buiten- gewoon lastig zijn; to break the heart of het ha en breken; (iets) bijna voltooid hebben; d heart, in goede orde; my dear heart, x f; poor heart : arme ziel! to take heart at-grass, moed vatten, heart for seiziaag, groote kous in het stag voor de traliereep. » » Heal e thärt'akel, s, hartzeer n.. , (de n. eeting ſhart'af-féct ing], s, hartaandoen- 11uring thärtſal-lüring], adj, verleidend. rt-appaiing thärt'ap-pall'ing], adj. ontzettend, droevend. 8. .. .. ..? : : : : : : .. ##### # # # # # # # # # # # rt-break thärtſbrakel, s, hartzeer, harteleed n. leer thärt/break-er], s. haarkrul, haar- en .. wen. f. 3:33 tes # Thärt' brëak ing], adj, hartverscheu- martelijk, heart-breaking-, overstelpende -bred thärt'brédJ, adj. in 't hart gekoesterd. roken ſhärtſbro'kn],adj. met gebroken hart. ed ſhärt' bër-ridj,adj. in 't hart begraven. » art' burn] Heartbearnings, s, zuur ed ſhart' burndj, ng [härt' burn-ingj e: Maeart-huur en in heimlijke vijandsch led phart ſchildj, adj. art-ennismann ist verstorend. » rt-eorroding [härt'cor-rod'ing], W t de #rt dearl, # ſhart deeply a al &- » koelhartig. & EMeart-paining Heart-eare thärt'sore], ## h Eneart's- heart-strike adj, blakende van liefde. j, ontevredenheid in s, pl. zuur, on-line ngſhart'eon-sum ing],adj, gemoeds- Heart #ain, opwekkend, 't Heart-feit ſhart'feltj, Heart-grief Ihärt'grief], s. ### # EIearth ſharth],s haard m Heart hardening ſhart hart makend. # # Heart-havinean ſhärtſ héavº-ness digheid f... hartzeer, verdriet n. Heart-humbled Ihärt'hiimbºled Hearth-money, Hearth-pe pën-ny J, s. haardgeld, schoorsteengel Hearth stone ſhart'stone], s, haardplaa EHeartiiy Thär'tI-lyJ, adv. hartelijk. Hearlines, hartineasj, º hartelijkheid ! Heartſ een ſhirt'lessJ, adj, lafha Heartlessly [härtſless ly], adj, la EHeartlessness ſhärt'less-nes ongevoeligheid, onverschillig Heartlet Chärt'letj, s, hartje # Heart-offending ſhart'of-fënd'ing], härt'pain- # Heart-piereing #arvoters ng], adj. rend, harttreffend. # Hearth-purifying Ihärt' priºri-fi-ing],adj. Heart-queiling ## adj, verleidelijk, aanlokkelijk. Heart-rending thärt'rénd'ing], a Heart-rohhing ſhärt' röbbling), a #ble" [härtsºbliidJ, sº harte ### # # adj. har Heart-ziekening. Thärt'sïek .. Heart-sorrowing Thärt'sör-row-r #eſhirts ºp ### tirring ſhart'stirr Thärt'strik Heartstring ſhart'strºng Heart - truck [hart'strückJ, slagen. # Heart-zwelling ſhart/swëll' adj. » hartver- Hea vol warmte. # 3--- -- kruid n... heide ºf x & #rdJ, s. korhoen n.., korhaan m. heath' brôôm], s. heidebezem m. h'clädJ, adj, met heidekruid be- 'drickſ, s... korhaan m. (groeid.' s. heiden u » r w Ik ººit nieh Ihea'mnu-ish], adj, heidensch. mishly ſhea'run-is barbaarsche wijze. ishness ſh # » heidendom n, de ruiken in pl. che toestand # leid. heidensch, barbaarsch. an-dömj, s, heidendom m., de kReaven-kissing [hëv'vn-kïss'ing], den hemel rakend. W '- pgestaan. ## fted Thév'vn-gYft'ed], adj. door den hemel geschonken, # : “# Heaven-given [hëvºvn-gſvm), adj, door den hemel KReaven-guided Ihëvºvn-gid-ed], "# God # * Heaven-inspired [hëv' tºt Heaven-instrumeted Thévº vn Tºen ETE #ºriteit." "E tº heavenize Thëv'vn-1 ze] -ed -ing, v.t., heme adj, als 't ware #vvn lenessi, #, hemelsche vol- (bemin ## eaven-Hinese maaktheld. w ### Heaven-loved Thév'vn-liivdJ, adj, door den h eavenly Thévſvn-ly], adj. and adv. hemelsch E Heavenly-minded Thév'vn-ly-minded1, melsch gezind, Heaveral "inded" # ####### # thevvn-ly-mindedness), dend. ve-offering [heavºöff ver Théav'er], s r ave a ſheavz1, s. tomping, st S bra'ic], adj. hebreeuwsch. (links, iy ſhe-bra'i-cal-ly], adv. van rechts naar theºbra-izm], s, hebreeuwsche spreek- e'bra-ist], s. hebreeuwsch taalkenner m. aistie the-bra-isºticj, adj. tot het hebreeuwsch h de, aan het hebreeuwseh gelijkende. e theºbra-ize] --ed -ing, vat. Sti. in 't he- euwsch idioom overbrengen, hebreeuwsch ma- hebreeuwsch spreken, maar de Joodsche ge- #, rew ſhë'brôôd, adj, and; hebreeuwsch, - de hebreeuwsche taal f, hebreeë S hehrevvean ſhe' brôô-ess], s. Heeatonah Thék'ka-tôm], s. offerande van honderd Heekſhëk],s zalm m., ruif, kromming in een stroom, klink van een deur f. te thékºklj, s. & v. z. Haekle. Heetie, ſhée tiej, s. teringkoorts f. %.38 Heetieſai) thëc'tic-ſal)], adj. teringachtig kwijnend. heetieally ſhéc'ti-cai-ly], adv. teringachtig, con- tioneel, » » etor #' s, snoever, voorrechter m. tor ſhëc'turj - ed -ing, vt.&i, dreigen, kwel- snoeven, bluffen; to heetor # # #n israëlitische vrouw, ::..:S. fosse into, dreigende indringen; to heetor out of, door be- fpersen. (verij, pocherijf. ſtoriana Chéc'tur-izm], s. grootsprekerij, snoe- torly .. e # hée'turelyi, adj, onbeschaamd. Wederale een staande, klimop voortbrengende. . » "ederal I e-rall, adj. uit klimop bestaande, tot » (brengend. Erende, # # # #% WoW , Nw. . -- W. . . W. '' ''W » [hëd-e-rït'er-Bus], adj. klimop voort | hédg], s, heg, haag f; over hevige and iten, over heggen en struiken, quickset hedge, groene heg; to be on the wrong side of the ...hedge, verkeerd zijn, zich bedriegen. # Hedge fhedgj-ed ing, vt ki, omheinen (bv. a. }, omgeven omsluiten, opsluiten, versperren a road, with a harrier), zich achter eene schuilen, # { kroegje in, ouse Thédgºale-hbitsj, s, kroeg ºf bier- » diging-biliThédgº brilj,hédg'ing-brilj ºr fº, haagsnoeimes in, edgºbornl, adj, laag geboren. thédg' bote], s. ond thëdgebitti. s. r, # & . egelantierbezie f. ## | Reed ſheedij eens ſhëd-e-ra'shus], adj. uit klimop be- en een fieëij -ei-ing, v.tºt , s hout om heggen te her # »re thédgºh Hºedge-writer ## # Hedging-bill Thédgºing-brill, s. lied ſy-naedly ſhëd’ly-médºlyJ, sº ver , s. oplettendheid, behoedzaam Heed [heëdj -ed -ing, vt. acht geven o slaan.' . » (zorg Haeed ful theed'ful], adj. oplettend, behoe Heedfully [heëd'fül-ly], adv. ople: » zaain. & (letten Eneedfulnesstheed'ful-ness], s, behoedzaamh fitneediness Iheid'i-ness],s, voorzorg,waakzaa kneediens ſheed' lessJ, adj. onachtzaam, z %. Eneedlessly Lheed'less-lyl, adv. onachtzaam. Eneedlessness [heed'less-ness], s, onachtzaam Hieel Ihëëll, s. hiel, hak fi, einde n, 5 to one's heele, het hazenpad kiezen ; to s vlieden, wegloopen; to be at # heele horse anderstaande the heel luistert goed naar de sporen 5 eut a gaten in de kousen), in slechten to are out at the heets, zij verke toestand , bis estate are in affairs are out at heels, zijn minderd, hij is aan lager wal , nee top tot teen, to set a thing at iets verachten , to kick up one's a uitslaan; to trip up one's beeld beentje lichten, to lay one boeien, in de gevangenis zette hieling van een mast ; hee einde van een stuk hout, p. kieling, heel rope, uitha van een vaartuig met een # # pen leggen op een schoen), neigen, to heel apart, maar bakboord a stroke, een gang over winden stern, achterkroppen. Ineeler Lheel’erd, is haan, die werkt in het gevecht na, Heeling [hiëel'i s, hie Heel pieee theelepiesj, s a tap iſ heel 'tapj, s, ach kieel-tap E Hegeman dgereep-er], s deugniet, land- # oom, eerstgeborene , e erfgen r] - ed -ing, v.t, erven. na fair'dom], s, erfgenaamschap n. air'ress], s, erfgename f. ## # adj, zonder erfgenaam. m], s, erfstuk n. ## #aamsener 11, i ſai #1 -ed -ing, heli-ac], a e, " •V. 1-cal], adj. kronkelend, schroefvormig, in samenst... zonnen, door middel , in de zonnestralen op of elita'a-ter, » zonneaanbidder m. w #' s. zonnekijker m. pej, s, zonnebloem f. c], adj. spiraalvormig. am ne, spiraal m. per-, voddenmand roeg,s salamander der], s. :"i" heir m (in rechte lijn); | vermoed ijke erfgenaam (in : # # # # # Helminthie [hel-mYn'thic], adj, and v.t. verhelen, #j M (slakkenvormig. g ijsbalk ; do, hear up t ### starboard the helmen boord 't ro shift the helm, het roer omsmijten, - to eare to the helm, op het roer passe the helm : aan bakboord 't roer ; 1. eiose to : 't roer te loever aan boord ; " is afaek, helm, 't schip is slap op zijn roe Helma [hélm] -ed -ing, vt. met een hel dekken, sturen, begeleiden, besturen. Helmed Ihél'medJ, adj. van een helm voor Het met ſhël'metJ, s. helm, stormhoed m. #, worm verdrijvend middel n. (wormkenn Helminthology ##" le, Helmlens ſhelm' less], adj, zonder helm. % Heinsman ſhëlm z'man], s. stuurman Heiot ſhe'lotJ, s. heloot, slaaf m. m. Liſelotinn ſhel'ot-lzm],,s, slavernij f. we w Help [hélp], s. hulp f, behulp n..; to cry for y The-li-ol'a-tryl, s. zonneaanbidding f: | hu # , zo ery hulp roepen : the evil is done, there is help for it, het kwaad is geschied, er is ger middel (hersteld voor. 3 |Heip ſhëipj. iHelped thëlpt], helpen, bijstaan, ondersteunen, dienen ren (bv. evil); vermijden, hulp, bij men; to help another in raising a b. iemand helpen bij het optrekken v to help one remember, iemand hel neren ; the calamus helpa e > . - verlicht den hoest; to help dow helpen ; to help forward, voorth of, bevrijden van; 5to help off helpe time): to help ons, voorthelpen uithelpen; to help over, doo ºp to, voorzien van, verscha pºni to help a matt we [hélp'er],s. helper m u I ſhëlp'fülj,adj. behulpzaam, ful # ſhëlp'ful-nessj, s. 'less], adj. hulpeloos, nu p'less adv. # ijzererts n o-cële], s. bloed samenst; half... them'i-era nyl, º schele hoofdpijn f: |E: e Thém'1-ei"kl], s. halve cirkel m. sphere thëm/I-sfeer''J, s. halfrond n. W spherie ſhëm"1 sfër'ric] -pherical,adj, half- istisch ſhém'1-sticJ. s half vers n. (rond. hai [he-mïsſti-kalJ, adj. tot een halfvers me [hèm'i-töne], s, halve toon m. ope ſhëm'i-trope], adj, half gekeerd, [hëm'löck], s. dolle kervel, scheerling f. ##### # [he-m p'ty #d, is. bloedspuwing f. Hemorrhage ſhémſor-radgj, s, bloedvloed m. #iethemorrads lela, tot bloed vloeiing | HH oorende. (beien behoorende. Hemorrhoidal Thém-or-roïd'al], adj. tot de aam- Hennorrhoids [hém 'or-roïdz], s, pl. aambeien f: pi. Hemp [hémp], s. hennep m., werk n. (kruid n. Hemp-agrimony [hémp'äg'ri-mo-ny], s... boelkens- iemp-beater Thémpº beat-er], s. hennipklopper m. p-elose [hémp'eloze], s. hennipakker ## iemp-dresser Thémp'drëss-er],s. hennipbereider m. napen Thém ºpn], adj, van hennip, hennip...., ampen eord, henniptouw. (drogen f. W ### s, plaats om hennip te Thémp'oil J, s. hennipolie f. ..S. d Ihémp'seed.], s... hennipzaad n. inge Ehémp' # s.pl. hennipafval ik [hémp'stak J, s. hennipstok m. (n, hémp'towJ, s werk van hennip n. aémp'y], adj, als hennip. , s. hoen m., hen f. Ihén banej, s. bilzenkruid n. nºbſtij, s. vogelkruid n. * hence, ſnu) over eene, week, hence weg met...! (wurdJ, adj. voortaan, ëns-forth'J -forward ſhëns-for' iënch'man], s. page m: nºcôôp], s, hoenderkorf m. # iëntj -ed (hent) -ing, v.t. ## ## in dëe's kònj, elfhoek m. ale thënd-deca-sylºla-blJ, s. elf let- nº harm J, s, kuikendief, kiekendief m. ën' hart'edJ, adj. lafhartig ## hoenderhok n. N lg >> in. kt], adj, onder den pantoffel st],s hoenderrek na uivekervel ºf XS ical, adj. betrekking b- | # leverbreuk t » . % # sj, adv. van nu af van hier, hieruit ; Els de in een ferbj, s, krui # ## moeskru #### # ## en de kruiden, physical herha, a Herhaeed as ſer-ba'shusj,adj. dat de k Herhage [ēr'badg], s. gras, kruid in weiderecht n. - . . . Herhaged ## adj. met # al ferb'all, adj. tot kruiden be Herbal [ērb'bal], s, kruidboek n |Herhalist Ier'bal-istj, s, kruidkennel # Herhar [ērbºarj, s, kruid n. erbarian en Thèr-baºri-am], s plantenverza Heerbary Lèrbºa-ry], s, kruidtuin m. Herben cent ſer-bés' cent], adj, als kru Hierbiferous ſer-bºſf’er-oiis], adj. krui brengend. » # # # ### Herbist [èrbºſst J, s. kruidkundige m. Herinivora fer bºvo-raj, s. pl, plantenet Zº . . . . . Z » ºp n. pl. # # # # Herbivorous ſer-biºvo-rotisj, adj. kruide Hierbless fêrb'less 7. adj. onbegroeid, kaal. Herb-market Derb'märºketJ, s, groentema Herborization ſer-bo-ri-za'shun], s. ine, hºrize ferblo-rf zej en in lezen, herboriseeren ; z. Arbo Herbous (Herhouej Tèrhºus Herb-porridge Terbºpor-rid trinity ferb/trïn-ni-ty vwonaan ſerbº wiimſman Herk-vw .. aan 1, |Herby ſer'byl, adj, kruideacht #, W - W Hºerenlean ſhèr-cü'le-anJ, a Heel filerij, is drift, kºndd Herd Thèrd] -ed-ing, v.i. #Herdens Ihèrd'ess], sº her #### Thérdz'gráss], Hierd (sjaman, trºerd groom ºf grôôml, s, veehoeder m. anere therel, ady: hier, alhier, hier en daar ; that is neith # het is noch hier noch daar, het wal, doet niets tot de zaak. Heereabouts. There'a-bouts], Hereafter There-afſter X. . . 3. Hereat ſhere-atºr, ad Meereby there-biºl, Hereditatie. In 1 titaniy ther-redt-ta Heredi ##r" dr. #d hºe , s, schatting, die bij den dood aan Heterogenean ſhetºe-ro-dge heer door de erfgenamen van leenpachter orden betaald. erfbaar. # deel n.., erfenis f. te],adj, tweeslachtig. # &## ## %3 ſhèr-métºicij. -meticaiſe-mét ic-al], adj. scheikundig, luchtdicht, » hèr-mét ic-al-ly], adv. kluizenaar m. , s. kluis f. » s, kluizenaarster f. ** ** Heron, » » k fi, z. Eneareerate. een breuk behoorende. hermetisch, #l, . uitlegkunde f. # Heterodoxness Thét'er-o-döx-nessJ, toestand m. # # Heterodoxy ſ# #yd, s. onrechtzinnigheid # . . 3: 3 i%:3% ;, & general J,- genious Idg ni-us], adj, ongelijksoortig, heterogeen. Heterogeneity,Heterogeneonanessthët-e-ro-dge- në'i-ty, hët-e-ro-dge'ne-oüs-nessJ, s. ongelijksoor- t Hew ſhiij, s. houw m., neervelling f. (tighed Hevv ſhüJ - ed (of hevvn) -ing, v.t, houwen, ken (to pieces, in stukken), to hevv down, off, nederhouwen, vellen (bv. an oale); to hew out, uithouwen (bv. a sepaicher). ## Hevver Thü'er], s, hakker, Thouwer ma, Elex... knexa ſhéx'aj, in samenst: zes... # #Mexagon [hégzºa-gön], s. zeshoek m. | |Hexagonai, thègzººigºo nall, adj, zeskantig. Hexatiedral Thégzºa-he-draij, adj, met zes zij Hexanne ter Lhégz-am'e-terſ, s, zesvoetig vers in , in exanedron thëgz-a-he dronj,s. kubieke figuur te Hexangular ſhëgz-äng'gu-larſ, adſ, met zes hoeken. Hexapod ## adj, met zes voeten. Hexautich (on) [hëgz'a-stick], s.. dichtstuk van zes regels. ſmen in het front na | #nexa style #el, s, gebouw met zes kolom- # Hey Thay] interj, mney day ſhaydayj, interj. het jf Hºeyday ſha'daj, s #anspartij, wildheid t | ###iation Iht-a'shnnJ, s... het gape S.NV-N - , te gapen lag ººiatus thi-a'tus], s, gaping, opening, # # # # 3. . . . . . . . . . . . ---- -- # Hibby ſhſbºbyj, s veul J, 8, veulen na # er sini bernaele ſhi-bèr'na-clej, s, bladerknop me, uwworm in ziekte). dsyJ, s, beschrijving d 'esh herring, EHi lharin terwoning van een dier f. |niberaal tºt het naij, adj winterachtig ernate thi-bèr nâte]-ed-ij i, ernation Thi-ber-na'shun # # k en, den hik hebbe "Thakſion, 1 Dhick'oeryl, s, wal #" e'the fase rººm, » hide and find, v ide'boundl, wijd -- [hiſe-ro-glyff],H 'hrift in, beeldspraak fº, zinnebeeld n. » #irrhieſaij fife roºgriffiecaij, adj. beeld- sprakig, zinnebeeldig. &.:...;.3%, 8%: 38 3 % Hierogrammatist [hi-e-ro-gräm/ma-tist], s, gewijd schrijver, Egyptisch priester, ontcijfert m, (schrift behoorende. Hierographie ſht-e-ro-gräfic], adj. tot de gewijde .. #"， ſhi-e-rögºra-phyJ, s. gewijde schrift f. Hierology [hi-e-röl'o-dgy], s wetenschap der ge- wijde schrift f- x 8 (offeranden f. Hieromaney [hi'e-ro-mân-cy], s... wichelarij uit Hierophant [hier-o-phant], s, priester m. » Hierophantie [hi-e-ro-phânt'ie], adj, tot de pries- #ters behoorende. tknibbelen. Higgledy-piggied: dy-plïg'gl-dy], adv. on- # # di hºuggier Ihſgºgier J, s. venter, dinger m. # ## s. rondventen n. . . High [hihj, adj. and adv. hoog verheven, machtig, sterk, plechtig, vleiend, trotsch, streng ; a high mountain, een hooge berg , the sun is high, de som staat hoog; high dencent, hooge afkomst, high birth, edele geboorte, the highest faeuity Higgle Ihrg gle] a:"E# v.i. rondventen, dingen, ººk [hig'g 1x phie,s. beeld- die het beeldschrift # . . ensporig High-gazing ſhih 'gaz'ing], adj, opwaa High-going ſhih'go’ing], adj. hooggaan High grown # adj, vol gegro High-handed [hth'händledl, adj, verdru heersehend, heftig, # # # # # # # # ## N HHigh-hearted [hih'härt'ed], adj. vol m High-hung Chih'hting], adj, verheven, Highland Chih' landj, s.bergachtig land, hoog 1 Highlander [hih'land-erd, s, hooglander in. Highlandia in Chili'land-Ish], adj, hooglandse Heigh-life ſhih'lifeſ, s. groote wereld f. High-Rived [hih'livdJ, adj. tot de groote behoorende, aanzienlijk, .. < . EMighty Ihih'ly J, adv. hoog, zeer, gunstig, vl igh-mass ſhihºmássi, s, hooge mis f. High-mettled [hih'mét tld], adj, vol vuur. High-minded ſhih'mind-edj,adj.hooghartig, tr groot van ziel, grootmoedig. % w High-mindednese ſhila'm-ndºed-nessj, s. heid; eerzucht, edelmoedigheid f. Highmost Thihºmost], adj, hoogste. # Highness ſhih'ness], s. hoogheid, hoogte, # duurte, kracht fi, hooge graad ## # # ## # of the aoui, de verhevenste kracht der ziel, high passions, hevige hartstochten, high look, trote sche blik; high heat, sterke verborgen dingen; on high, omhoog, in de lucht, ten hemel, inig carry it high, zich trotsch aanstellen , high ind, onstuimige wind, the wind blows very h, het waait zeer hard; high seas, volle zee, h al ## op 't droge, hoog en droog. in Thih], s, hoogte, fi, hemel, God m. , #gh-aimed ſhih aimdj,adj. groote plannen hebbend. h-arched Thih'archt], adj, hoog gewelfd. .. aspiring ſhih'as-pir'ing], adj, met grootsche gh-biest Inih' blést], adj. gelukzalig. (plannen. blown Thth' blönj, adj, opgeblazen. » born ſhihºborn], adj, hoog geboren. , bred Ihſh'hrédjadj. fijn opgevoed. (brauwen, 1-hrevved thihº broñdj, adj. met hooge wenk- huilt # ºbſltij, adj. hoog gebouwd, met hooge # edekt. # (paalsch. .. ## adj, streng episco- eiam [hth'tchürtch’izmJ,s, anglikaan- in nº pl. ## # #tchartewmands anglikaanm. bing thin clim'ing], adj. steil, hoog- rea thmenl-lerij, adj hoog gekleurd. nºg ſhih'curl-ing], adj, hoog krullend. # yl, is, heilige -, feestdag # #, tama"insj, " srootsche endowed #n ººk: hoog gewelfd. gendered thih'en-dgén derdj, adj. in te hoog ge hitte, high thing-, ; high day, high noon, volle middag, Heigh-resolved ſhih're-zölvdJ, adj. 1 BEig ## High-place ſhih'placeJ,s. hoogte, aanzi High-placed Ihlhº placed], adj, hoog geplaa High-pressure (hih'présh'yure], s, hooge d Enigh-peiest thih'priest], s, hooge High-peineiped Thih'prinſei-pedj, verheven beginselen, buitensporig i denkbeelden. High-proof DE; adj, hooge #ea thinºraizdj, adj verne sche verwachtingen. .. # High-reaching ſhih'reach-ing], adj. ht High-reared IhlhºrërdJ, adj, hoog opge High-red Ihlhºréd], adj, hoog rood. Heigh-repeated ſhih're-pënt'edj, .. # EHigh-road thih'road], s, grooteweg, hee High-roofed thih'roofd.], adj, met een High-ropesef hihºrops],s.pl, opgewondent to be on high ºpen, opgewonden EHigh-seasoned Thinºsea-znd 1, High seated Ihſh'seat'edj, Enigh-sighted ſh EHigh-souled High-sou di th'sound kend, luid klinkend, luidrun High spirited ſh lichtgeraakt, koen. atonaaeheld Thth'stiim-akt gh-avvelied ſhih's wéldj, adj #"## » # ####### t, adj. sould 1 dj opw #roºt ## % # Y, X, YNEW RWW ## 5. W -en -ing, v.t. aanaarden w ## heuvelachtigheid ºf w # # s. aanaarden, ºf bedekken n. << Thºl'luc Bj. s, heuveltje n. aide # g "h # 'lling f. ###terg 'töp], s, heuveltop m. y Thilly J, # heuvelachtig (bv. ground). Ylt], s, gevest, hecht n.. , A hºedj met een gevest of hecht. ######## ### on, zich, zich zelf; by hinn- f % on. en in alleen; when he iſ "- hinaseif, als hij driftig is, ken " komt t de fi, boer, fkne chte et, he comes to himself, hij [hindJ, |nsistoried dv. achterst, achter... -ramsj, s. hindernis f. o hinderpaal l. if EHistoriolog seiºeie, tºire, | Hireling ſhire'Jingj, adj in, in a passion, he in '. Hist [hist], interj. st! w Historie ſh ####### out, ## en; to hire out one's self, zie ---- -- hire iesel, adj, zonder huur ’ ſh Hireling thire/ling], s, huurling m. (te - j, voor huur dienend, ve EHirer ſhire'er], s, huurder m. Hirsute ſhir' uite], adj. Hirauten een ſhir-site'ness], ruwheid f. » w ruig, harig, ruw. is. har heid, ruig linie fliraj, pron zijn, his own, zijn eigen, iss ſhºtssl, s. gesis, gefluit n. (uitfluiten Hiss [hïss] -ed ſhïsst] -ing, v.t.&i, sissen, fluiten, ººk singſ, s. gesis n., uitſluiting f. . ###l, adv. "ende:# t iſ wende Historian #nl, s, geschiedschrij tör'ric] -torical t-tör', geschiedkundig, historisch. . . . Historieally ſhis-tör'ric-al-lyJ, adv. gesch ſhïs'to-rredJ, adj. in de geschieden boekt, ---- -- { schrijve '- er 1 Historiographer Ihſs-to-ri-ög'ra-fer], s. geschi |Anistoriography thïs-to-ri-ög'ra-fyJ, s, het geschie schrijven n. » s, geschie nis, geschie f, WIN! WWW." this-to-ri-bro-dgyl, undige # "niatory ſhººto:j s. Eië te natural history, natuurlijke his story-piece [hts'to-ry-pies], s. stuk ! strion this tri-on],s.tooneelspeler,potsenmaker ri ſhïs-tri-on'ie J, -troniear f-ón'ie- oneel behoorende M y Thïs-tri-ön'ie-a , r of potsenmaker. oniem [his'tri slag, is n:# (bv. windoan), samenscholen. » t met een halven sla en een ronden slag daarover, boerenknoop ; racking hitch, leng, h, steek van drie slagen om een naast alve steken, timber hitch, timmersteek. Ihſtch] -ed -ing, v.i.&t, blijven steken, , heen en weder springen, huppelen, zich n (van paarden), met een touw vastmaken, ken; to hiteh together, aan elkander ha- to hiteh up, vastmaken, binden. » ## s. het vasthaken n. e ſhir.nl, s: kleine haven f. ſhirit'erj, adj. aan deze zijde, on the hither de of the hill, aan deze zijde van den heuvel, ſhita'er J, adv. herwaarts hierheen; hither thither, hierheen en daarheen. ,, .. er-mont [hiſra'er-most], adj. dichtbij. rto Ihſta'er-tôJ, adj, tot hiertoe. ZW therveart thºra'er-würdJ, adv. herwaarts. e ſhive], s. bijenkorf, bijenzwerm, zwerm m. iveſhiveJº-ed-ing, vt.&i. in een bijenkorf doen, # ſhi’verj, s. bijenhouder m. << > [hieves J. s-, keelontsteking, croup f. Hoa : [hij], interj. hé ! ho ſhoarl, s, grijsheid, schimmel f.., ouderdom m. oarje ed -ing, vi. schimmelen, beschim- hoarl, adj. wit, grijs. (maelen, hoard], s, hoop, voorraad, schat m., om- J -ed -ing. vt.&i opgaren, opza- en; to hoard up money, geld bij- en , opstapelen. .. ſpaardje de EHohler-Baars ## Hobby-horsiea Hobgoblin thaib-göblin # ## t HMobiter (hobºr-ler], s, leenplichtige of boogschutter moest dienen, + EHohit ſho' bit.l, s, houwitser m. .. Enoh-Liike Ihöb'likel, adj, boersch. Hobmail ſhöbº nailj, s. hoefnagel, boer m. Hobnailed [höb'naildJ, adj. met hoefnagels Hoh-noh [höb 'n 6b] -bed -hing, vi, dri klinken, nemen of niet ! EHob-or-nob. Lhôbºor-nob], adv, z.. Hohenen Hobson'a-choice rhöb'sonz-tchoïs], s. ke der alternatief f. # ## Hoeh-hey ſhoch-hëy], interj, o he ! Hoek [höck], s, knieschijf f, rijnwijn m. Hoek [höck], Hoek1e ſhöck'kl] -ed -ing de pezen doorhakken, verlammen. ... . #Hockamore Ihöck'a mörej, s, rijnwijn m. Hock-eart ſhock'cärt], s. oogstwagen m, Hoek-day [höck'day], s. feestdag m. + EHoekey ſhöck'ey J, s. oogstfeest n. | Hockey ## adj, dronken, Hoek herh ſhöck'erb], s, maluwe f. EHockie Choc'kle] . -ed -ing, vt. lam Hocus Thö’cus], adj. dronken. # Hoeras Tho'cus] -ed -ing, v.t, bedrieger Hoeus pocus Ihö'cus-poſcus], s, gooch Hoºd ſhiid J, s, kalk-, kolenbak m. + E Moddy-doddy # y-död'dy], s, d Hodge-podige ſ # s, huts Hadien nal Tho-de-er'nal J, adj, hui 'man], sº opperman m. 'er],s hij die inzamelt, opkoopt m&t. En ed], adj, schimmelig dar-frost], s, rijp, rijm m. idar'ri-nessj, s, grijsheid t. s], adj, heesch, schor. » hoarsºlyJ, adv. heesch. rs'ness], s, heeschheid, schorheid ºf nºg ſhoars'soiïnd-ing], adj, sch hklinkend. # gar'stone],,s grenssteen m. vat. zag, # 3: h or not, with me, w wil je een glas met % volgeling van klee # 23 Hºog Lhög] -ed -ing, vt. bedriegen, foppen. fopperij f. # er, bedrieger m. laat, naaff, boer, lom- en | Hog-badger Thög' # # .NW » -, iet# &i den rug krommen, opwaarts bu dem eens schips); te manen van een paard knippe ‘bädg- # oge # # (hij iish-röom zij, s. ganze- padding: Ehººg agj, s, varkensworst f. el ## s, driejarig wild zwijn na hög stiel, s, varkenskot n. ſnog' washl, s, draf m., varkensspoeling f. # J,s eerste wol van een schaap ºf ## ###### g, vi, stoeien » dj, s. #zuela, tonnee h # # » lompheid f. S. • » oºden-Ishi, adj. ruwachtig, stout- ersch, lomp, W # # ## tij - ed imagº, vat, hijschen, (bv. a ſtag ten, tillen te hoist the heart out, ken, te hoint the boat in, de sloep hoint top sail yards a trip, de mars- ºp hijschen, ... ..... oorlijk van een stagzeil, naastli ni, hoist of » e, vlaggel en inklimmen. | g, vi, springen, kromme wild, uitgelaten ronden ste je d worden , to hold a course, koers zetten nu ho a # 's: honde ouden, duren, te %.... ::::::: & : : : :::::::::::::::::::::::::::: 33% voeren; to hold water, waterdicht zij forth, aanbieden, voorstellen, eene t den, voortbrengen, beweren; to hold en 's nº den adem inhouden; to hold one's tongue, zw gen, den mond houden; to hold good, g bewaarheid worden; to hold true, bewaarh enerat, bewijs aanvoeren, betoogen; to hold nought, minachten, to hold haele, terughoude beletten ; to hold vveil, het goed meenen; - haid its own, denzelfden koers houden, to h aft, voorhouden , to hold one's ovvn, in e gedragslijn volharden ; to hold one taek, a d for good, ## e to hold a wwager, wedden; to hold an arg iets vasthouden ; to hol to hold household, zuinig leven ; to hol, in hand, iemand overtuigen, iemand aan de 1 houden, om hem te bedriegen; to hold one wil a tale, iemand met dwaze taal aan de # W den ; to hold a penny, om een nietigheid den , to hold peaee, stil houden, vrede ren, to hold frona, afstammen, voortsprui afhangen, verwijderd zijn van 5 to hold in, tz ijn # » beteugelen, inhouden, in toom "## en! den; to hold in suspense, in onzekerh den ; to hold of one, van iemand crown hotda of mone, mijne kroon # afhankelijk ; to hold oºit, ouden ; to hol en, verduren, voorhoude ſiligheid ºf :::::::::::::::::::: bijl om gaten te houwen f. # » #al, int ## oom ; heli , een diepe nsd hart, a #h # vv friend, een Hon (afgrond id fº, hol tui ken haat ": - vvat toe. er-pot ſho'ly-wa'ter-p ## ST - ER - , ... : W - - - N-.-'. # Holy-waterelerk Dho'ly-w "#" Tho'ly-wa Thom/madg] -ed-ing # .. -. --NY R; ... .... .... W. Thönºot ## ## In ## opper #' per J, s. s ; font- &## # #33% it- | |en, zaaibak m., zº. wen; foot hooix staff, spree-lºkopper-doekersſhopperſdöck eibout, spreiijzer, foot hook platen, Hop-picker Inop'pick'er), s. hope » ngs, futtoeie hook, puttinghaak, haweelºoppingſböp'ping], s, springen, oogsten van d onder de kluizen; iron hook, ijze | ## ed -ing, vit, de voeten # rook, takeſhaak, loof hooik, men binden, om 't springen te keeren. lie : hoo e toretaekte, | Hopples Ihöp'ples], s, pl: beugels, klu NWS.X N- paarden in 't land na. pl. rshaak, swivel h: var- | Hop pole ‘poleJ, s. hopstaak » k, schenkel van den Hop-eente in Thöp'skötch], sº hinke to mause a hook, een haak met ee g Lh op spríg J, s. hopsprui t; vad hook, wad book, krasser, die thúp'strºng], s. hoptouw ik -ed Thükt] -ing, vt, haken, henge- top-vine VN # s. hopran trout), verstrikken, to h. .. p-yard Thöp/yär j s. hopakk Er is in S rschen; to hook aan, in orail ſhoºral], adj, het u aken. | Horary ſho'ra-ry], adj het, , adj | bij elk uur, een uur durend ## . edºnesij e ni # al Thör-o-lödg'i-calJ, adj. tot de uurbe- 11 Stº, ing, uurwerkmakerskunst, f. Hay iſ hoe is Eij s, uit ch g r. ## #8: E. s nurwerk n, uurmeter m. rende, (werkmaker m. her Ihör-o-16-dgi-og'ra-pher],suur- * hy [hör-o-lo-dgi-og'ra-phy], s uur- r pho-röl'o-dgy], s wiskunstige tijdsbe- o-röm'e-ter], s tijdperk m. (werkt), k #" meeneemt, adj, tot de tijd- rend w öm'e-try], s. tijdmeting f. (zing f. -scope],s horoscoop m., planeetle ös'co-pyJ, s. planeetlezen in. ind staande (als bors r- | Horse-fi in horse, Horse [horsJ -ed op den # dragen, Horse-hack Thörs'bac Horse-bean Ihors’ bean], Horse-block thors' blöck], te paard te stijgen n.. : Horse-boat Thorsºboat], s, pon Horse-boy ThorsºboïJ, s. Horse-breaker Thorsºbra Horse-brush Dhors' briish], s. Horse-buss Thorsºbuiss1, #Horse-che staatst orse-cloth Tht Horse-collar ſh Horse-comb ſhi en wedren. (ko unaherthors’cti’cum-ber] ler ## 's, paarde Lhor ter], s. paarde --- rënch] ->------ -- 3 uur", dj, Horee-flesh t! # 1 y [horsſflied, s. rui Tho horse or lose | # # ngj, s. halskru ors-tråp'ping], s. paar horsºway], s, rijweg m. tºrsº live ## zweep ºf ## (zweep n. ## <2> #ine r s: : :... # : : : : : : : : : : : : : : : : :% . . . . . . . . . . . . . : ZAWS . . . . . . . . whipping ſhors"hººp" pingl. s, slaan met een man Ihors' wiim' man], s, rijdster ºf m [hors wurm], s. paardeworm tion ſhortta's hun], is aansporing f. we ſhortta-tYv], adj, vermanend. ry ſhortta-to-ryJ, adj. aansporend. X.XX al ºp or-tën'shall, adj. tuin . » N... - - - - - - - - -... » tor Thor 'ti-cül-tor], s, tuinbouwer m. m. ## ## ire ſhortti-ciil 'tyure], s, tuinbouw m. turistſhor'ti-cült vu-rfst],s, tuinbouwer m. a ſhorttu-lan], adj, tuinbouw, ### s. hosanna, loflied n. oud kous f, broek, slang van een brand- Tho'zhier], s, verkooper, maker van S hn' ſosiery ſho'zhier-ry], s, gebreid goed in. » Hospi y hös/pice], s” klooster waar reizigers wor- (goed m. # ## # herbergzaam, gastvrij. ## rgzaam, gast- a-b y], adv. her # » » # is in s, hospitaal, gas ## Zº ler], s, gasthui s"pi-tal'lf-ty], s, herb #s pr-tate1-ed -ing, vt.&i herber- ast zij # de ouwel m., hap zijn. vist intrek nemen, lo- dentuig n li d # #" gere -ped f-hwrpt] -ping, liet -pen p pºng, Mºnotness ſhöttness, s, hitte, Het pressed that'prëst] ſhortti-cijltſyu-ral], adj, tuinbouw... #ound ihound m, doos f; hoee hooks, bakhaken Hour ſour], s. uur na, what is th leger in., gastheer, waard, her- a ded], » s], s. b. 1x Thöttly J, adv, vurig, een onthed Ihötºmotirndl,adj, k Hot-rolia Thöttrölls J, sºp 3 adj, satirit 1. warme gel # | #ot-service Ehbt'serſ visj, s. ## Hot-spirited ſhöt'spir'rſt-ted], ad Hotspur thótº'spur], adj, doldriftig, mensch m., vroege doperwt &##### Hotspurred Ihöt' spürd], adj, heethoofdig, onbezonnen. Hottentot Thöt 'tn-töt], s, hottte Hot-to baceo [hötºto-bäc'coºl, s, zw # geweldig, schaal wa Hot-vvell water [höt'wellº wa-ter],s Hound ſhºotindJ, s. jachthond, hond m., the topnaast, nommer van de steng. W ündº ed -ing, wit, met h. gen, eene drijfjacht houden op, verv Hounda Thbündz], s, pl, mastklampe Hound's-tongue ſhºotindz'tting], s. » Eliound-tree ## s, kornoel # # laat is het ? at what hour sh >.< hoe laat (op welk uur) zullen wij at a hour appointed, op een be hour of periº, het uur des hour, te goeder ure ; in ar der ure; the houra, de ge bek], s, huisklok f. oxter Thökster], s. binnenz s'cricketJ, s, huiskrekel f. Hey thoij, s, soort van vaartui üs'dog], s. waakhond m. Mºoy # interj. heu ! ſhouseholdſ, ## #, thiſtºj, , ººi is."hold], .. S:XRW. #, # ## .. » » # huishoudelijk | wit n. old-bread Thous’hold-breadJ,s huisbakken- en at [hous’hold-coat], s. fanº eirahack ſhiik'a-b jº. slecht gekeperd ie-fotº'noſt is niet tij iii:#fºtº ºf rij, # met een # -.- - - - - - - - - - - - - - - - X & | In en rug, S. # .. >> usſhold'erl, s, huisvader m., Hucklebone ## # ºod- [household-gods], s.pl. huiszoden |: # #. s. ijt #whold-st ff 1, s, huisraad n. » # 'keep er] ſhii zaken handele W.W - ' '',''. • ' 'W n: | nietig # # huisvader, huis- Hueiesterage ſhiik'ster-adg], s. kleinhandel m.. | Hucksterens ## s, marskraamster, s, huishouding flºad ſhiidJ, s, schelp, dol (d .. dºop in. # e, eucharistie t |Huddle ſhiid'dIJ, s. v. ## hoop m. ## » ## # » en, opgebla niil # ## #s, oud schip in Enee -ed ing, v.i, ontweien. ir a ship's huid, een schip vertimme- doen ondergaan; to lay a huil, bijleggen t een klein zeil voor storm, to lie a huiſ, voor en takel # met 't roer aan mij gesjord ; hrijve #&#% met 't roer aan mij vastgesjord. d -ing, vei.&t. dobberen, drijven, nnen; to hu11 up and down with , dobberen; to hu11 a ship, een schip ton in den romp bo » adj, vol sº en er ſhiil verl, s, hulst, steekpal * Ihtim], s, gegons, gemompel, g en (bv. van een loopend wiel), ºm ſhiim 1, ## # neuriën n. een wiel), hum roepen, neuriën (bv. # , foppen. an], adj. menschelijk, to err is s mº ::3%, 33 33 333. chelijk, > . . . . . . . . . . . . . . . . menschlievend, goedha adv. menschlievend, o11 (lichter. er hulk, kiel- 'f, romp m (van een schip, Hºumility thii- e zeilen inhalen en voor top MMananananan Thiimºmumzil, s, pl, tur lm m. ebrom, het snor- ed thiſ mdl-ming, vi&t. gonzen, of hommel) brommen (van een toi), En waren midJ, adj, voe % # ene, waterkanker. Hºnniſ iis fan mrd tºtyj, s. vochtig Hunnilate ſhui-mY1'11-atej - ed -in ren, ontmoedigen, verdrukken tbv. Harnilation ſhii-naïllº'-li-a's hun J, , mºſl’i-ty J, s, neder Hunaman Thiimºmand, s. vrouw ºf Humanaer Ihiſmºmerij, s, brommer Hearneming ſhiimºming], s, gegons EHunaming-ale ſhiim’ming aſiel, sº Hunaming-bird ſhiim'ming-bird1, urië ebrom en chtig bi Humor Lyºu'mür], s... vocht na, gem luim, gril f., luimige inval m., zº Witreous s out of hun enor, in een to take one in the humor, ieman goede luim waarnemen, - vangen. unaor fyu'mur] -ed -ing, vt. believen toegeven, te humor a song, een lie gevoel voordragen, # amoral fyu'mo-ralj, adj, uit de kome vanmoral favor, zin Humanities, pl: de Hun ing, vt.&i vorme menschelijk en man-klaan, s. # # ger staraj, adj ui stiingſ, adj, door 1 ongerig, ſº ## Husband Thüz band #n ie beboun tse dj. schadelijk, kwetsen art'ful'1 # adv. nadeelig, ga hurt'ful-nessJ, s, schadel nººi in eifninea, ir. Hartle Thur'tle] -eds-ing. v.i mutselen, klinken, weer ss] 5 |Hurtlessness taart'ie: nee j. so Husband Thüz bandj, s, echtge ships hun hand, reeder en teve bebouw nººit wen, ### [htizºband-abIJ, adj, m anaies- thtig band-less], adj. ongel dnaan # ## "# # : : .. landbo# &## flai z'band- & 3 , #, W h], interj, sti # adj stil, » # # J, s, soort van 1 is: waterslang, hyd # s, waterafdrijvend mid dran-ge-af,s, bloeiende waterplantf. ant], s, hydraulische machine ºf '-draulºi-eal], adj. tot de water- ehoorende, hydraulisch, .. eon Thy-drau'li-con], s. muziekinstrument, beweging gebracht a. (kunde f. ſhy draulics , #, # water werktuig- # s, waternimf f. » # n samenst:: water. ,, N Thy' dro-ceel], s, waterbreuk f. (zucht f. N ## s, hoofdwater- ie Thy-dro-dy-nama'icj, adj, tot de druk- # van 't water behoorende. .. ies [hy-dro-dy-näm/ics], s. leer der ing: f. » » [hy'dro-dgen], s, waterstof f. enize Thy'droidge-nize] -ed -ing, vat. terslof samenstellen. w # na Thy' drög'e-nöus], adj, tot waterstof nde. ka grapher # N h thydrög'ra-fer], s, zeekundige 1 thy-dro-gräfie-al], adj. tot behoorende, S Hy. overt, | #ymºnie ## ## » Hyperbolically f kaartmaker m. Hyperborean ## (nis der zeef ik yman Thºmj ee ningl, vit ki: loven # # >3. - ... >>> .. J, adj, tot 1 Hymnologist [hïm-nöl'oedg n:# m. [ htm-nöl' d J ## » EMyanne ºog: [htm-núl'oºdgy J, s, verzai # # # zwaarmoedigheid f, Hºyp Ihſpil ped ping, wit, zwaſ n: #stay ºnmidse , s, verwisse vallen ºf » 3 . . . . . . . . . . . . . . . # &#$% Hyper... ſhy'perſ, in samenst: over..., o in Hyperaspist Thy-per-äs'pſstJ, sº ver Hyperhation ## s # schikking, verandering van de eige lijke volgorde der woorden in een ### ## "WRR-V.8. "W3 - SWW&W. WuX 2 "t: Hyperbolieal Ihytºper-bol' ic-al-J., adj, we ype # . grooting of overdrij # verdrijving, overdreven, Enyperbolize Thy-perbo-lizel -ed overdrijven, vergrooten, snoev an Thy''per-boºre- rcritic Thy"per-critic], s. fhy-drögºra-fvj, s, beschrijving, ken- en dro-lödg'I-calJ, adj, tot de w 8dgº-cal], adj gy],s waterkennis f, N notie # ## ochondria ſhip pochondria e ſ. Heiness ess], s, ijskoude : v eing ſi'cing], s, het oversuikeren n. dische con Diºconj, s beeltenis f; beeld » itol Leoniem in co-nizm], s, figuur, voor de onoclaan. In cön'o' clâsna], s: het b | | Leonoclast II-cön'no-clâst], s, beeld cs] # [1-co-mög'ra-fyJs.beeld Heonolater ## '- ld » in #" # # # conology Lieco-nbl’o-dgy J, adj. jambisch, ſjambe f: | beelden kennis f. s # us],s, jamb à &#### w [1,ci-klij, s. ij "- fiet heel f, # # "##i » "J Jº adj sacht # - | Mey-pearded II'ee- N- Eden II-deſal, s. denkbeeld ne, ged ideal ft de aij, adj, denkbeeldig: ealess II-dië'a-less], adj zon w w -de al-Yzm], s, ideali hts een denkbeeldig taan aan de d 'al-Yst], s. idealis di . mei baart armoede. | example, 'd, ## na, fever, aan ko s luiaard leeglooper m. lucht; an iH p. ui, 1edig, nutteloos. # ik 1 teraspte afgod m. 1 a paree, » la-ter],s. afgodendienaar, vereerder m. | III IIIlj, s, kwaad, on % va-tressj's, afgodendienares iſ tiiiiiiie idºlab iiej, adj onfeil -latºri-calJ, adj. afgodisch. ## ſtl-la-bf1'i-tyJ, s on ze] -ed -ing, v.i. &t. de filiacerable III-lâz'er-a-bl], a tri adj. men, aanbidden, vergoden. .. | + Hilaerymable III-lacºr ºma bij a #ia trusj, adj. # afgoden... ry ry 'sto L1-dö1'la-trus-lyJ, adv, op e te weenen, &#. 3. ... .:#3:33333333 en afgodi- Hilapse fºl-lapse'J, s. invulling Sº: AN ig f. -la'kwe-ate] -ed W verstrikken. ,, ion [il-la-kwe-a'sh ſºl la'shun],,s gevo » J. bij gevo eree S N Liliaudable fºl-laud’a-blJ, adj. gepast, bekwaam, ge- | Mulaudably Iſl- 'a-bly], adv. tºn, 33%### redig. En in 1 1 iſli blad], s, toorn of; if ing boºding J, adj oi, zoo niet, and a # VW-T. W Mil-will ſtillºw kwaadwillighei nii-wiiier tiiſ wûnſerjº kwalijk: 111-vvind [111' wºndj, s. slechte wi ill-wind vvhieh blowve no ho, de een zijn dood is voor den an se. Voor woorden met MMI en hier niet gevonden, zie EMM of | Manage Dºm' midg], s, beelden, bee iſ one's iamag spiegel zien. S. ... ...Rºn. • . . . . . . . . . . nage Iſm'midg] -ed -ing, vt. voors egelen (in, in). 'adg-a-bll, adj. # aa ## # e in a mirroir, zijn # walijk gezind. irdigheid f. &### aadaardig, geme-| Imagery ſim' : : : : : : (neidt. voorstelling, schep osaardig-| Innage-worship T ikte f: dienst m., afgod verjº... E", bow'ment], s. gielim-b V Tºm'bri-cate] - ed -ing, vt. uithollen, icated Immºbri-ca-tedJ, adj, op elkander gelegd s pannen. # :: ## # (ming f. nabrication Dſm-bri-ca'shun], s. # krom- Inbrown [Ym-broün/J -ed ſ-bround] - mag, vat. ruineeren, bruin -, donder maken, J -uing, w.t, brood bv. with blood) 'm-brôô'ment], s. hesprengen n... t’1 - ed -ing, vat.&i, verdierlijken. nedI-büd"J -uing, vt. met eenig oortrekken, verven, to - with, door- 'men. ## e'] -ed -ing, v.t. van geld | en f, # , s. het geld schie- # - Z----------------- ii'shnn],s.doordringen, verzadigen n. #t-a-bri'ii-ty], s navolgbaarheid f. #ll. adj. navolgbaar. 1 - ed -ing, vt. navolgen, na-| #. namaking nd. (maker m, lger, nabootser, na- , s, naäperij f. # adj. onbevlekt, zui-|| onbe- n miſſie: hij, adj. onbuigzaam, on- ness Iſm- late-ness s, on vlekkeloosheid, reinheid, onschuld f. able [Ym-män'a-cl] -ed -ing ## # beweging ta-na's ## in vloeie rably Imm-méz 1 ## Irm me x Immediate Iſm-me'dyi-atel, adj. Immediately Imm-me'dyi-ate-ly], adv. onm Immediaten een ſm-me'di-ate-ness], s. onmi heid, tegenwoordig oogenblik 3 Inamedieable IIm-méd'I-ca-bl Hmmelodieus Iſm-me-lo’di-oüs], wanluidend. In memorable Dſm-mêm'mo-ra-bl. Hammenaorial Iſm-me-mo’ri-al], a ººit tºt in armemorial aet, akte, die vóór dagteekent. * S & Hmmense II + Iraannerited | Hmmerse Iſm- gezonken een reis . . B, # par'shal J, adj etin liet ſim-par'shal-ist ality (Inal .. # # zedeloosheid f. . oos. t leefd. tº j, ruw, onbe- ºer-bus-ness], s. | Anni assibility Immº'pass-1-bm'1-ty m-pass' i-bl-ness], s, onvatbaa k # f, isie in Ebi atbaar voor e ly J,adv onboetvaardig . # zonder vleugels. Ik -ed -ing, v.t, tot een ge- tºtelijk 3% in perfºrativj, adj, gebiedend (as aan » ... . . . . . . . . . ( dende wijze. -per'ra-tivelyl adv, op een gebie- m-per-cépºtſ-bl], udj, onmerkbaar. neas Iſm-pèr-cép'tieblºness], s, on- a# J, » » pºſti-bly J,adv, onmerkbaar, #"1-tyJ,s. onverliesbaar- tº, adj. onvolmaakt, onvolko- ir-féc'shunj, s, onvolmaaktheid # adv. onvolkomen Ym-per'féet-ness nvolmaaktheid f. ## ijk. |frºmpenter Irm-pé e-rate], adj, met opzet, voorbedach- pe IY kelijkheid, ondoo arheid ſm-pés'ter] - ed -in + Lampetrate ſimpe-trate] -ed- + Empetrative Iſmºpe-tra-tivJ, a # pe Braar eten en aan # #n x C knapetua Iſmºp ## #e: 3 ## #. Iſm-pr f # g ampignoration Limepigen amp #" ºf Empiege Iſm-t botsen, .. ## Iſm-pIngºgwa Leusj, adj, godd |infºnet na N <33% d "#ies ſim-punct-yu-al' ro-gressiv], adj, niet 'tij, s, improvisatie ºf er], adj, ongeschikt, en het . te (genlijk, onbetamelijk, repe Eim-pröp'er-lyl, adv. ongeschikt, onei- repriate Lien proºipri-ate] -ed -ing, v.t, ker- oederen in 't bezit van leeken stellen, zich in r zich zelf nemen. % triate ſina-pro'pri-ate], adj, in 't bezit van # » ni, toeëigening ºf » m-protpri-a-tur], s, leek, die ker- 1 e-tyj, 's. onbetamelijkheid #, # ros-pºër'iety J, s, tegenspoed na, # » # #* << » Inm-pro-pri-a'shun], s, kerkleen, # jk. Een pure frºm prijs' pe rusj, adj. onvoorspoedig. ## Iſm-prös'pe-rus lyJ, adv. onvoor-n ſm-prôôvea-bºlº-tyJ, s, verbeterbaar- # (betering, prôôv-a-bij, adj, vatbaar voor ver- Iſm-prôôvºa-bl-ness], s vatbaar- el trekken uit ## # . -ty], » fm-pºinettyn Eij, stiptheid n. ...SX: ' . . . . .W--, .NEXQRN . . - .JS. N timpuniſhly ſim-pu'ni-blyl, adv. onges # u Mampunity ni-tyl, s, straffel N .. pure, tienpure Iſm-püre'J - ed -ing, vat Een purely ſim-pure'ly], adv. onzuive in het te # Hamanurple purperrood verven t » isaputablet ina-ptiſta-bij, adj. <--: "E:"ener- Dm-putabl-ness], ## << Enaputation Iſm-pii-ta'shunj, mentative it menuſta-tivJ, a - pute'J -ed -i # & & e'J, adj, onrein, onkuisch, o 1 ſtaat In-ar-tic' Yu- Maar tien laten een Iſn-ar-tYc'yu-li delijkheid f. - In artificial [In-är''ti < > unste j, ongenaakbaar. In artificiallyſºn-ärºtt-fish'al-lyJ,adv.ongek ºnnauwkeurig. In attentive ſin-at-tën'tiv], adj, ono v, # schillig, anachtzaam. tJadj niet berustend en attentively [In-at-tën'tiv-ly], ad ## sheid f.., stilstand. Einaudibility Tin-au-di-bï1'i-ty], s, om adj. werkeloos. (m, | Inaudible IIn-an'di-bl], adj, onhoorbaa ly J, adv. zonder iets te doen. ### et auwkeurigheid f. In attention fin-at-tënſshun J, s, ono onn %. w % -tYv'1-ty], s, werkeloosheid, traag- Inaugural [Yn-au'gu-rall, adj, tot he %. :::::::: hoorende, , M e #! s. onevenredigheid, Inaugurate ſin-àu'gú-rate] -ed - lledighei # - l inaugurate In aug", ratel, adj. inge -kwate], adj. onvoldoende, on-Haanguration Iſa-au''gu-ra'shun], , (onvolkomen, onevenredig huldigin # # # # # # # , ## w adv. onvoldoen， .. .NE VAASW, # N f a proposal. Inauration [In-au-ra'shun], s. ## adj, onaannemelijk. In auspicious Iſm-àus-pïshºus], adj -teney, 8. onacht- heilspellend. - # v (teloos. In auspiciously Iſ g Inau-pici * mease IIn-e , koker sluiten, laeasement # Ineask ſºn-cº's leesd, God #. Incarnate [Yn-car'nate -ing, vit.&i met li E# # en, omkleeden, heel en n-car-na'shun], s. vleesch wording, # vleesch vormend, native ſin-carn'a-tivJ, aaf heelend, nieuw [In-carnºa-t/v], s, heelmiddel, dat den eesch # J -ed [in-ca'st] -ing, w.t, in een nsluiten, omgeven, # # n-case'mentſ, s, insluiting, bedek- 'J -ed -ing, v.t, in een vat doen, (opgesloten, lated tºn-castel-at-edj, adj. in Ei ation Iſm-cat''e-na'shunJ, s aaneenschake- n-cau'shun], s... onvoorzichtigheid n. Yn cau'shus], adj, onvoorzichtig. [In-eâu'sh J, adv. onvoorzichtig, - - - - - - - - - - - - - - -ly n-cën'dyi-a-ryl, s, brandstichter, op- roer verwekkend, ën'dyi-us], adj. oproe :: (o 1'dyſ-a-ry J, # brandstichtend, s rig. M # s, wierook m, insj -ed -ing, vt. bew ſn-eëns'] -ed t-cënst'J -ing, vat ver. ns'ment], s, toorn m., verbit- ####### # ## # t dert f, tiv], s. aanprikkeling, beweegre- N ### vj, adj. # # | ſºn-cëp's hun J, s. begin en In 'tiv] k: # (tering f. ontsteking, ont % Incident in cº-dentj, s, voorval, bijkomend Incisive, by inehmeal, bij tºnehoate [Yn 'e --------------- thneide [In-cide'J -ed -ing, vt. snijde meidence [Yn'ei-dens], t-ey, s, vallen van lijn op de andere, toeval n. Ane ident [In 'ci-dent], adj, toevallig, behoorend In eiden tal [In-ci-diënt' al], adj, toevallig. Incidentally Iſn-ci-diënt'al-ly], adv. toev Incinerate -cïn'e-rate] -ed -ing, asch branden. # tIncinerate Iſn-cïn'er-ate], adj. tot asch ve Incineration [In-cïn'' e-ra'shun J, s. verbrand incipieney Hººgº en eyl, s, begin n. ( * Incipient ſn-clpºi-ent], adj, beginnende. ºneireanneeriptible fin-cir-eum-skrip 'ti-blj,a beschrijfbaar, onbepaalbaar. tzichtight 1 racircumspection [Yn-cirºcüm-spéc's hun ºneise ſºn-cïze'J - ed -ing, vt. insnijden Hacisely ſºn-chze'lyJ, adv, insnijde erwi 1 meinion Iſn-cïzh'unj, s, insnijdin ſn-ct'sivJ, -sory, adj. i Incinor Iºn-cI'sor], s, snijtand ºm. ºneisory [In-ci'so-ryl, anje snijdend. In eisure Iſn-slzh' # ## # In eitant [In-ci'tant], s. opwek In eitation [Yn-ci-ta'shu, s. aansporing, prikkeli ## A Incite [In-cite'J -ed -ing, vt. aanspore Ineiter Iſn-ci'ter], s. aanspoorder, ophitser " tºn cit’ing-lyJ, adv. aanmoet adj onbe % Ineitingly Incivil, ſnºt # c! , s, onbel 'zh Hend. | H # ºf #### luiten > hneiemeney m-clem' 't Iſn-clém' ſin-cli na #delijk. " loedsehendig # loedschendig. s # rº en door een 't bate a al inslui , ingesloten. ºlyJ, adv. mede ingesloten, (strembaar, âg'u-la-bl], adj, onstolbaar, on- blij, adj, onbedwingbaar. g #t mede be- # ## % # cödg'ſ tant], adj. -Iy, adv. onbe- In-codgº-ta-tivJ, adj. gedachteloos. ögºni-to]. Mneog Ern-cög J, adv. on- # therkenbaar, còg'ni-za-bl], adj, onkenbaar, on- m-co-he'rens], -ey, s, gebrek # j S-:.. # e'rentil, E e'rent-ly # #" # » ### .. bining), s verschil n. co # #neonap #ne : zonnen, adv. verward J, s. "# hiseompliant ſin-com-pliſant], adj edoogendh patibilit taanbaarheid, onvereeni Mneompatible Tin-com-p J, a onvereenigbaar (with, met). # Incompatibly ſin-com-pät'i-hly],adv.on Incorraperasable [In-com-pën'sa-bl], a baar, onbeloonbaar, onwaardeerbaar. Mneompetence ſin-cöm 'pe-tënsj, -ey, s. ongenoegzaamheid, onbevoegdheid ºf Aneompetent fin-cöm/pe-téntj, adj, onmac genoegzaam, onbevoegd, onbekwaam ſto, o Incompetently fin-cöm'pe-tent-ly], adv, on zaam, onbevoegd. # Incomplete fin-com-pleët'J. adj. onvolkome ºnconapletely [in-com-pleëtſly, adv. onvol kraconapleteness Lin-com-pleet'ness], s, onv menheid, onvolledigheid f.. # Hacomplex ſn-cöm/plex], adj, eenvoudig oningewikkeld. X. #onto in compliable ſºn-com-pl1'a-bl], * neonardianee ſin-conn-pli’ansj, s. o heid, ontoegevendheid f. » # #& pased fin-com-pozd'1 site ºf in coni pºdig'z ibility Cºn-com-p id ºf - - - - - nei hi lity ſin j, v #Mnen napo staanbaa # # & Sa ,8, # ## f, .. » W # # adj, onbestaanbaar, sly ſin-cöng'grü-tis-ly],adv. onbestaan- ... .. # (menhang n. i [Yn-cön-nëc'shu.nl, s, gebrek aan sa- » hang. enee ſin-cönºse-kwens],s, valsche gevolg- ent [in-cönºse-kwent], adj. valsch, onge- W .. » (klein, zwak. ble [in-con-sſd'e-ra-bl], adj, gering, de rabien een ſin-con-sſd'e-ra-bl-ness],s, ge- # » Zº { onbedachtzaam. de rate ſin-con-sſd'e-rate], adj. onbezonnen, tely ſin-con-sſd'e-rate-ly], adv. op een me wijze, . rateneas ſin-con-sſd'e-rate-ness], Ineon- n ſin-con-sſd''e-ra's hun], s. onbedacht- heid, onbezonnenheid f. > . zº... sinteneeſin-con-sſst'ens J, -sinteney, tvvith, ak in taanbaarheid, onbestendigheid, tegen- onsistent ba si r, wedersprekend, ongel » in-conesïstent-lyi, adv, op een on- ersprekende wijze. S . . . t # adj, ontroostbaar. ly [in-con-so-la-bly], adv. ontroostbaar. e, -ey ſin-cönſso-nance,-ey],s wan- strijdigheid ºf .. cºnºsoºmantj, adj. wanluidend, on- in-con-spïe'yu-us], adj. ongezien, < # . . . . . nºstan-cyl, s. onbesten:# # â% d: f. erlijk, nt ſin-cönºstant] ſin-cönºstan ble Lin-con-su' estaat .. (ongepast, Incorrectly Lin-cor-rëkt'! [im-con-sïst' # adj. (", met) , ongelijk. , adj. onbestendig, veran- Tiastig. * To Inconveniently ſin-con-ve'ni-ent Inconversable IIn-cou-versſa-bij, adj. Mneonvertible ſin-con-vert 1-bl], adj onv baar. .. % % % % % » In een visneible fin-con-vins' i-bl], a Iſn-con-néks'ed-ly], adv. onsamen- » & &% ### .. (trekking f. Ineony [In-cönyl, adj. ,ongeleerd, al], adj. on lichamelijk. Ineorporality ſin-cor-poºräl'i-tyl s. onl heid, onstoffelijkheid ºf & :: 33% Incorporally ſin-eör'po ral-lyJ -poreal po 're-al-ly], adv. om lichamelijk. Mneorporate ſin corpo-rate] -ed -ing, inlijven, tot een lichaam, eene ## tot een lichaam -, vermengd worden 'ſ with Maeorporation [in-cor-po-raſshun], s, inlijvi menging f. (heid, onstoffelij ## En cºrpo-ré tyd. s, on lichau Ineorrect [in-corrékt"J, adj, onnauwkeur Incorrectness # » ## na-cºrresp "#s ble ſin-cör'ridg-i-blJ, adj Ineorri # t Incorrupt ſin-cor-ruipt' In corruptibility Lit derfbaarheid, # Ineoreuptible ſin-cor-ruipt' onomkoopbaar, uption ſin-cor-ruip' aaaate Cinecräs' sate] assation ſin-cras s pa-bl-ness], s. , omstrafbaarheid f. , adj. aantijgend. dj, # d onschuldi slº, # wd, # # shun], s, onbebouwdheid men-syJ, s... het liggen op iets, met tin-cüm' bent], adj, rustende, opgelegd, eumbent upon you, het is uw plicht. ſinectim'berl, vlºt, z, Eneumaher. # ## s... belemmering f. ur"J -red. ſ-cardº J -ring, vt. z len, zich blootstellen aan. & # -abieness [in-cü.' eneeslijkheid ºf k # overledene aan een on- ## # ongeneeslijk ongeneeslijk. ºf onschuldig-|| an een ambt n, » # nectim'bent],s bezitter van een ambt m. | | ch op | Indemnifieation onverschilligheid f 1 loos, onachtzaam. | astbaarheid. " etin-de-teazi-bl], adj, onschend -bri'i-ty], # ty Lin-de-fiën-si-briº i-ty 1, di #h:# f, Wºl, In defensible Ein-de-fëns' 1-b & Indeſin Indefinitely [in-défºfi-nit-ly], adv, onb ## s, ont in-dël'I-bl], adj, onuitwise » in-dé1 i-bly J, adv. onuitwi Indelieney ſinjººl en gyl, ## # | In delicate ſin-dël'i-cate], adj, onkit Indelieately Iin-dël'i-cate-ly], adv. sche, onvoegzame wijze. &## fi ſin-dém'ni-fi ca'sh ling, schadevergoeding f: ennify Lin-dém'ni-fy] -ied - deloos stellen, # loosstelli Indenization fin-dën-1-za' Indent fin-dënt 1 - ed » tanden, bulten maken, een verd leer doen bij), getan hunJ. s. " # &i ger mij oden boeken ( N # verbo- ijst van plaatsen or den paus aan d dex expurgatory, -ed-ing, vt. van een bladwijzer zien » » » terity Ein-déx-tër'ri-tyJ, s, onhandigheid f. -man Iſn’dya-man], s, oostindievaarder m. mise Trn'dyan-än-nis], s, steranijs f. te Iſn’dyan-cänej, s, bloemriet n. in Iſn’dyan-corn], s. turksche tarwe f. » [Yn 'dyan-crëss], s. oost-indische kers [In'dyan-date], s, tamarinde f. (f. [Yn dyan' hog], s. hoornvarken n. ## k], s, oost-indische inkt m. » [Yn dyan-like], adj. indiaansch. [Yn-dyan-rät], s: oost-indische rat f. S eed Iſn’dyan-reëd], s. oostersch riet n. ndian-saffron [Yn 'dyan-säf-frunJ, s, kurkuma f. # fſn'dyan-wipel, s. zijden zakdoek m. er [Ynſdya-rüh ber], s: gom-elastiek f. is. Iſn'di-cânt]. adj. aanwijzend. # » >- SS. cate] -ed-ing, wit, aanwijzen, aan- n-di-ca'shun], s, aanwijzing f. %. 'a-tiv], adj, aantoonend. ati e wijze. » ater #" ), s, aanwijzer na. # ## # r arson, wegens brandstichting). Ict-eë'J, s. #esde m. & n. ### # » » # » iging f. # verklaard, lijke aank s, aankondi verkondi rechter 8% ſchuldiging # # #rschilligheid N # renee ## Indi Indigo I als goddeloos valsch enz. door den | d nº,# index expurgatorius m. | # Indiecerptible Im-drs-cerp'ti-b .. # # India en verabie Tin-drs-cov m'di-cant], s. aantooner, aanwijzer, be- # bepaler » (duiden. r ## N |Indiscretion I tely tin-dic'a-tivelyl, adv. op een aantoo- » :... ... :-E S. lig, zonder onderscheid, verward. -ing, v.t. vervolgen, aan- |In . ſin- » N &...2 xx%. . . . . . . . . . . :S rºn: wardheid, onbepaalt + Indise Eind aanklacht, # finedºg nietyj, ignity Eſnedig' niety J, s, smaa # #nººi, ## indigo ## Indigometer fin'di-go-me-ter], s, i Indigo plant ſinſdi-go-plantj, s. in # Indiiatory [in driſa-to-r bery J, adj, nie Indiligent [In-dſlºi-dgent], adj, lui, traal andiminishable Iºn-di-mïn'Ysh-a-bij, a #### . . . . . . .X. x Indireet fin-di-rect'J, adj, schuinsch, niet zijdelingsch, ## indirect. # Indirection fin-di-rée's hun], s. slinksch hei lijkheid f. # Indirectly [in-di-rect'lyJ, adv. zijdelings, Hadireetness Lin-di-rëctºness], s, sch slinkschheid, onrechtmatigheid f. Indiscernible ſin-dIz-zêrn’I-bl], is onbespe niet te onderscheiden, (speurba Indiseernibreness ſºn-dºz-zèrnººi-bl-n Madiseernibly Lin-diz-zèrn't-bl], s, onb fi, adj, on ondeelbaar. » (baar voo Hamdisciplinable Tin-dºſs' #n » Indiscipline Diºn-diſsºci-plïne], s, ont tuchteloosheid f. , verzet #en de krijg X &####### ver-a-blJ, ontdekken, onbegrijpelijk, # In discreet [in-dºſs-creët/1, adj, onb voorzichtig, onbezonnen. ( Indiscreetly ſin-dºſs-crëet'ly J, adv. Yn dºſs-cresh'unl, s, onbe onvoorzichtigheid ºf In discriminate [in-dis-criſm'I-nate], ad in-dis-erfmººi- ſn-dis-crim-t-na'sh heid ºf º » scussed,pºn-dis-cist/1, adj. onbes pensability [in-diz-pën''sa-bY1'1-t mijdelijkheid ºf Indispensable fin-dis pën’sa Indispensah lenens fin-dis-pë vermijdelijkheid f. 3%. & #" een d, hunnen self with hildren spannin , zich het » |indinië: f#tijdgen: ggen n..] , adj, onverdeelbaar, on- adj, onverdeeld, deelbaar. all, s. enkel wezen na, Indulgently , adj ondeelbaar, op f, reed -ing, wit, W duiden, , vt. van te -ea ine n, tot een ## yl, s eigendom- ken Induration tra dyu-ra' gevendheid, gunstºf, ver # Indulgent [in-diil'dgent], adj overgevende, in duigent of ease, gemak Induigential ſin-diiledgén 'shal], adj van fin-diil'dgent-ly],adv.net fin-diild' ger], s, iemand di gen na, @ 1 n-diilt J, s, vergunning ºf 1 to], s, tol (in Spanje geh ii-rate] -ed -ing, vat i Dir Indurate Iſn’dyü. den, verstokt maken Eradualto ; hard w » . shun] Industrial ſin-difs'tri-al-J., adj. arbeidzaam, werkzaam. Industrious fin-diisºtriens Mindustri #fi .. .. | ijverig, s ondeelbaar- Er iſ nººd # f, Mad wel ter Dºn' Industry II » ### in. ## :|E: ik. # # aa, # » # onwederſegbaar, är'ra-bl], adj. onvertelbaar. , adj, onbekwaam. : . ##p ti-tudej, s. onbekwaamheid f. ( : » ####, ºly], adv, onbekwaam. 'kwalJ, adj. ongelijk, oneffen, zeer fia-e kwality]. s ongelijkheid t ... at trn-e-kwi-dis'tant], adj, op ongelij- zijden, Dſnºg kwi-later-all, adj, met ongelijke een e Liniek' wi-ta-bl], adj, onbillijk. al # fºnie-radº-ea bij, adj. onuitroeibaar, # teloos. & & » ity [in erºtra-br1'i-tyj, s, onfeilbaarheid f. Ein-er'ra-blij, adj. onfeilbaar, » . . . . ... » Iſn-ér/ra-bl-nessj,s onfeilbaarheid f. èrtra-bly], adv. onfeilbaar, # leertººl, adj, log, loom, bewegingloos. ſin-er'shi-aj, s, vadsigheid fº, volhardings- in ºrtºly J, adv; vadsig, # (vermogen in, n-erf aess], s. logheid, loomheid, wer- in-és'ttema-bl], adj, onschatbaar, leeſſn-év'Iedens],s gebrek aan bewijs na, d, onzekerheid iſ. Lin-évi-dent], adj. iet (vermijdelijkheid f. # "i-ta-bmi-ty], -blenees, sº on- a-bij, adj, onvermijdelijk #', adv. onvermijdelijk. adj, onnauwkeurig. , , t zåkºnessj is onnauwkeurigheid ºf ex-cita-bl], adj onopwekbaar, dof, loºp (onvergeeflijk, e ſin-ex-cu'za-bl], adj, onverschoonbaar, less Lin-ex-cu'za-bl-ness], s, onver- id. f. #baar. fin # v, onverschoon er ſn-ex-e-cutta-bij, onuitvoerbaar, i's hun J., s. Inexplieable in éx'pl1-ca-bl], ûn-er-dgétiel, adj, zonder kracht, iſ | Infaney # flinfandous ſin-fän'dus], adj. te afsc onduidelijk, niet in fant Irm'fant], adj. enfeanin lit # # < » iahiy Lin-éx-pt- # 1ainableſ In-ex-plain' # In explieability ſin-éx-pl1-ca-bil'iet. . onverklaarbaarheid ºf, # 3 adj, onu Haexplieahiy Lin-éx-pli-ca-blyl, adv, onuitle inexpressible # adj onuitspr Menexpressive ſºn-ex-prés'siv], adj, on Haexpugzaak, de fin-Epigºna bl , adj Haexterminable IIa-ex-tèr/mi-na-bl], nielbaar, onverdelgbaar. ## Mnextinguishable fin-ex-tIng’gwish-a # In extrie als de Ein-éx'tri-ca-bl], adj, niet ontwarb netelig, 3. . . . .382 • E. » ( warbaal Maextricahleneas ſin-éx'tri-ca-bl-nessj, s. Mnextricably ſin-éx-tri-ca blyJ, adv. op ontwarbare of netelige wijze. # In eye fin-Ie'J -ed -ing, v.t. oculeeren (en Infabrieated ſin-fab'ri-cat-ed.], adj, onverwekt Infallibility fin-fa1'li-br1'i-tyJ, -hien een # # #re: Infallibly fin-fälºli-bly], adv. onfeil #Mn farme tin-fa V.'' . . . . . . . . ing, v. 'Infamously Iſn’fa-mus-lyJ,adv. op Infamousiness innºfa-mus-ness], Eind s, eerloosheid f. ſin' fan-cyl, s, kindsheid, m te zeggen: # # # # # #3 :::::::3%#$ 3:33::3:::::::::::::::#%$#%# :: 23%#3:::::::::::: % % % %, jong, jeugdig, Infant fin-fant], s kind na, om infantgaud Linfant-gaud], s. | Infanticide ſin-fän'ti-cide], s. kin moordenaar in. Infantile Dinºfan-tile J, -ine I Infant-like ſn'fant-liked, ad! Infantry Dinº fantely J, adv. als ee: Infantry [In fan-tryl, s, voetvol! + E n fashionable fin-fäshºyu Infatuate ſin-fätºyu- maken, het oordeel verzw Infatuation ſin # Iin-fii eid reurig, # l, s. treurigheid f. ker m. ild j-ed-ing, v. ## s, in Iin-foºli-ate], -ed -in form'J - ed T-formd hten, verwittigen tof, van) ºnderstanding), bezielen d of the caus ingelicht; to inform against, ren tegen; to inform in a vvhij ren; one soul informs them, z H geest bezield. form fine form"J, adj. vormloos, leelijk. orfma gelmatig s, onregelma rmer, stond #bi, # # # N dheid, #" at Lin: dgëstº Je E" vººr te], adj. verdubbeld, .. shun],s. verdubbeling, gën'der], v.t, z. Engender, -dgënter-a-blJ, adj. onteelbaar. in-dgen'er-ate], -ed -ing, vt. telen, # : (schapen, aangeboren, # dge'ni-us], adj, vindingrijk, vernuftig, geleerd. » S. » » in-dge ni-us-lyl,adv. vernuftig, geestig. a ſin-dge'ni-us-ness], s, vindingrijke e, verstand m., verdienste, kunde f. 'dgen-It], adj, aangeboren. -dge-nu'i-ty J. s. vernuftigheid, be- unst f, verstand, genie m., verdienste, fin-dgën'yu-isl, adj. ongekunsteld, na- rheven, edel, eervol. . . . . . . . :: 3 fin-dgën'yu-iis-ly], adv. ongekunsteld, # dee # us J ####### eid, #a f, (slinden, -ing, vat. inslikken, ver- t"J -ed - .. unJ, s inslikking ºf # adj, roemloos, #! ſ # : #her Inn-glori-us-nëss], s. gemee de # met aft'erj, s. enter m. (prenten gráft'ment], s. enting, ent. f. ## #pºpid J, adj, ingevlochten, #? ## f, . -3: S dankba adj, ongeboren, inge- s ongekun-linhoop in hu # ny Lin Mahere Lin-heer'J -ed -ing, ren (tot), eigen zijn (aan); a d the neai, een pijl steekt in het inherence fin-he'rens J, s, aanhangi "#" [in-hë'rentj, adj. aanhangen eigen, .. » Inherit Lin-hiër'ritj - ed -ing, vt, ºnheritability Tin-hér-i-ta-bY1'1-ty], Maheritable fin-hër rit-a-bl], adj Inheritance fin-hér’rt-tansj, s. er inheritor [in hérºri-tur], s, erve Inheritrese ſin-hër'ri-tress], -ix, s In herse [in-hers'I -ed -ing, v.t. In hesion [in-he'zhun], s, aankle lijkheid f. # + Manhiation ſin-hi-a'shan], s, hev vurige begeerte f. # Inhibit, ſin-hyb'it] -ed -ing, v.t. verb Inhibition Lin-hi-hïsh'un], sº verbod finhold ſin-hold/J - ed -ing, behelzen b#en. » » nºhospital, » [in hös', ed -ing, v. # # in-hös'pºſt-a-b ## t. in de wol verven. | [Innºhold-er » » In 'ning], s, binn | m., innings, slibland n. , op een beleedi-| f, behaalde # » . . . . . .? W.-TVNZX:- . . .W. # këëp'er J, s, herber wijze. Innkeeper ſ een sms- S , s... beleediging. Innocence (+1sano eeney) ſin'no-c # iſ eenvoudigheid, onnoozefheid ºf oon m., onrecht, nadeel, | Innocent ſin'no-centj, adj. onschuldig » do injure to, schade, onschadelijk, veroorloofd. # ::3. Innocent ſtuſ no-cent], s, schuldelooz , s, onrechtvaardigheid ºf Hanno een ti % .. - - - 8% . . . . . . . # # t En na een tº f, tºt in Onnoozele Kinderen, | Manoe nous ſin-oe'vu-iisj Hanoeuously ſin-be', # ":"nee" Din- s-lyJ, adv. o s. wenk in. # [101 v in-scrip'tivJ, # m ma'shun], s. # » bility [in-scrôô-ta-br1'1-tyl, s. '- AEX -0，5, , adj, onbewerktuigd. | delijkheid f. < v- # ate [in-ös'cu-late] -ed-ing, v.t.&i. (zich)|Inscrutable ſin-scrôô'ta-blJ, adj, ondoorgr envoegen, vereenigen. ºvereeniging f. | +31nsen lp Lin-scülp'J -ed I-scülpt'J -i tion ſin-os-cü-la'shun], s. samenvoeging, snijden, graveeren, W # #### wést], s, onderzoek n, schouwing f; ik neeuipture [in-scülpºtyure], s. opschri court of in quest, gerechtshof van kleine schulden. | Eneeam ſin-seam'J -ed -ing, v.t. litt nquietude iſ in kw1 e-tüde], s ongerustheid f. #Eusearch ſin-sèrtch'J - ed -ing, vat. Inquinate ſn'kwi-nate] -ed -ing, vt. bezoede | #nseeable ſin-sek'a-blJadj onverdeelba len, bevlekken, besmetten. , fontreiniging ºf | Menseet ſin'sékt], adj. klein, gering, ver aquination [Yn-kwi-na'shun], s, bevlekking, ver in meet Iſn'séktij, s, gekorven diertje, ins bie ſin-kwire'a-bl], adj. voor een rechter- Ense etile Lin-sëkºſtilj, adj. van den aard onderzoek vatbaar. | Heesecure Linese-eüre'J, adj. onveilig, uire Lin-kwire'J - ed -ing, v.t.&i, vernemen. | Insecurely [in-se-cüre'lyj, adv. onvei iv of a neighbor, van een gebuur), vragen. Rºnsecurety [in-se-cu'ri-tyJ, s. om veili (bv. about the welfare, maar den welstand, kerheid ºf .. # onderzoeken (bv. into the cause, naar de oor in na examination ſin-sëm-1-na'shun], s, za maak), to in quire after of for the right road, Insensate ſin-sën'satel, # zinneloo naar den rechten weg vragen. - | In een aibility Lin-sën''si-bïl'i-ty ſirent ſin-kwir'ent], adj. onderzoekend, vragend, sën'si-bl-ness J. s. ongevoeligheid, g N- end, navorsehend. #### V | Insensible # adj. ongevoe aquirer ſin-kwire'er J, s. onderzoeker, vrager m. | Hensensib 1x [in-sën'sï-bly], adv. ongen iringiy Lin-kwirſing-ly], adv. onderzoekender- onmerkbaar, "- g # (navorsching f. Ineeparability ſin-sép''a-ra-br1'1-ty] -kwire'ry], s. vraag ºf, onderzoek in., I #n: J. s.. onschei [in-kwt zïsh'un], s, onderzoek na, na- In separable ſin-sép/a-ra-bl], geloofsgericht in, inquisitieſ. . . . | Enseparably ſin-sép'a-ra-blyJ, a [in-kwi-zïsh'un-al] Inquisitorial bare wijze. adj, onderzoekend, navorschend, Haseparate [Yn-sépſa-rate], adj. . . . . . - ... . | Insert Linesert'J -ed -ing, v. -kwYz'i-tiv]adj onderzoekend nieuws- schen (bv. a. vvord), inzetten. ----------NY '- # wsgierig. | Ensertion [in-ser'shun J, s. invoegi y Lin-kwYz'í-tiv-lyl, adv. onderzoekend, | Eneet ſin'sëtJ, s. inplanting, aanteek en een ſin-kwït'ï-tiv-ness], s. weetgierig- aanteekening % wsgierigheid ºf # "uisitor [in-kwïzºi-t en geloofsrechter, inq » in fin-kwiſ ##### # gezondheid f. | Inside Dºn'side binnenst ### º yJ, adj. heilzaam, haaide ſin'sidek, binnenzijde ºntstaan we d -in # ## hoºpi ::33 . ins] -ed -ing, aanhalen, hºe een voor:#a' bijbren Instant Iſn'stant], s. oogenblik m., taand fº: the twentieth instant, # » # ſin'stant], adj. dringend, #, w ouden, aan instantaneity (Instantaneousness) I iets (heid f. | ne'i-ty], s, duur van een oogenblik » instantaneous ſin-stan-ta'ne-us], a " " " * "id":"E: #e, "### s. verstandeloosheid, in staat vrijheid ººg: ## '. | oogenblikkelijk. ####### %. 32 33 33,3 % .. ### vat verstrikken; | Instantaneously ſin-stan-ta'ne-us-ly], adv 1f, zich laten vangen, in den | oogenblik, op staanden voet, aanstond - ... . Instanter ſin-stän'ter], adv. onmid er], s. verstrikker m. Instantly iſn'stant-lyJ, adv. op staand e-ty J, sº onmatigheid ºf stonds, > # # adj. ongezellig ... Innatar (in-star'J -ed -ing, vt. met ste » r gezellig- lantate ſin-stäte'J - ed -ing, vt. in ee 1. | of stand plaatsen, aanstellen. ons graataurate ſin-stau’rate] -ed -i n: men, herstellen vernieuwen. ,, instauration # # #rs staan er aten # i # onsoliditeit # rºnd # . # 1-tyl, s werktuig- [in-style'J -ed -ing, (naam geven, swäve-ty 1, s: onaangenaamheid f. n-sub-jëc'shun], is ongehoorzaam- verping, niet-ondergeschiktheid f. ſin sub-ordinate], adj, weerspan- g, # » » Z Din-siibror"di-na'shum], s. weer- .. oerigheid ºf, verzet n. ntial fºn-sub-stän'shal], adj. onzelfstandig. erable # adj. onverdraaglijk. erably ſin-siiffer-ra-bly], adv, onverdraag- # #t stif-ffsh' I » enee, e-ey Iſn-stif-ffsh'en-cel, s. ongenoeg- # #belºº, amheid f. nicient ſin-stif-fish'ent], (zaam, onbekwaam. # ##### eiently ſin-siif fish'ent-ly], adv. ongenoeg- tiener # s, inblazing f: (lijk. e ſm suit'a-bl], adj. # E# n/snelerj, [In'su-läte] # » (leeren n. W -la'shun], s, het afzonderen, iso- d'su-lat-ur], s afzonderaar, isoleerder m. Yn # dj, rijk aan eilanden, . ## beschimping # hoon ºm h . leediger, hooner, be: » #ne ſin-stilt'ing-lyJ, adv. beleedigend, ho 'slimeº] -ed -ing, v.t. opnemen. WS adj, onoverkomelijk (komelijkhei e-ra-bl-nessJ, s. o adv 'S: ... :S3 ) pe-ra-bij, 'a bl-ness], t, rig, in opstand komen |Insurmountabie ſin-s 33: ºriteinen tºt werking, # f, » # ## -ly], adv. werktuig-, vt. benoemen, adj, ongenoegzaam, ongepast, onbehoor- r], s, eilander, eilandbewoner m. adj. tot een eiland behoorende. -ed -ing, vt. *# # » #%$#%#$ # W. W-W #% onsmakelijk, smakeloos, laf. # # nd. | |h o- | ####%######## '-mount'a-bl], adj komelijk tas an difficulty, obstaele Insurmountabiy ſin-sur-mount'a-blyJ, a verkomelijk. Insurrection ſin-siir'réc'shun], s, opstand m terij fº, to rise in insurrection, in op raken; to rouse in insurrection, in Insusceptibility [Yn-sus-cép-ti-bï1'i-ty], s. Insusceptible IIn-sus-cép'ti-bl], adj, onvatbaar of pity, voor medelijden). » » » S. Insusurration [in-sii-siir-ra'shun], s, influiste Mºntaet ## # onaangeroerd. intactible ſin-täct'i-blJ Intangible ſin-tän' adj, ontastbaar, » - .. Intagliated Dºn-tâl' vat-edJ, adj. gesne Intaglio ſin-tale'yo], s. gegraveerde snijding, uitgesneden voorwerp n, Intangible ſºn-tän'dgi-bl], adj, onvoelbaar. Intangibieness ſin-tän'dgi-bl-nëss], s, onve heid, ontastbaarheid ºf Intastable ſºn-tast'a-bl], adj. onsmaakb Integer, Dºn'te-dgerd, s geheel, geheel "# Iſn'te-gral], adj, geheel, volle Ilend, integraal, integral parte, d een geheel is saamgesteld #tel uit. Integrant #. adj, dee Integrate [Yn 'te grateJ -ed -in ken, integreeren. # Integration IIn te-g Integrity ſin zuiverheid f, voll: Integumation fin Integument [in-tég' .. Integen ramentary [i #. idselleer behoorende, g, versta 'shun， # ſleedse tandig 'pe-ra-turejs onmatigheid ºf ºnt » » -ing, wat voornemen, voor- schakelen, aan een ke ſtemmen, willen. Interehaage ſnºter- opzicht, bewind, Masterchange fin-ter- nºdig je # selen, ruilen tbv, plarees). interehangeableſ-in-ter- d ntj, s, opzichter m. # voorbedachtelijk interetna geaniiiis fin , die zich iets voor- entjes, voornemen, oogn » te] -ed eing, wit. ## wee # # # #w InterehapterſIn- stuk na tºtnºtere ident ſin-ter-et’ dent], Interein de ſin-ter-clôôd'1 vºt. | En tereolanarniation fºnet ruimte tusschen twee kolo En teren mannen fin-ter- # # ussehenkomst, , nadeel n, strijd m, bemiddelaar m. , adj, tusschen vloeiend, # ter-foli-ate] -ed -ing, vt. met oorschieten (een boek). [Yn-ter-fü1'dgent], adj, tusschense # ##### en ere N # #### p r-füzd], adj, tusschengegoten, m], s, tusschentijd m. ri-ur), adj. and s. inwendig, binnen, # . menland in. -ter-dja.'cent], di-ing, vt. tusschen- Weij, adj, tusschengevoegd, (shua J,s, tusschenwerpsel 1 #all, adj, tusschen- # » » ing, vit onderling (ander breien. Int N tus- » N "# tusschenliggende » en nieuwe maan, Intermarriage Iſn' XW--.-... . W Intermarry Iſn-ter-mår'ry J -ie en weer trouwen, in hetzelfde g Intermaxillary [Yn-ter-mak sill- de beide kaakbeenderen gelegen. Internaeation Iſn-ter-me-aſshun],st zatersmed die ſin-ter-méd'dll -ed Intermeddling. [In-ter-méd'dling], stu Matermediate Iſn-ter-me'dyi-ate], ad, mend, tusschenliggend, tusschen , Intermediates f ## zaak, iſ # nººi internaerst fin-ter' mentj, 8, ºf in Intermien internaigra termention ſin-ter-mén's hun bemoeien (with, met], zich ergens ins Intermed dier ſin-ter-médººdler], is bemoei tin-ter-po-la's "ter-pt,'zer], Interposit tin-ter-pözſit], # b Maat Haterpositionſ ''po-zïs emiddelin erpret L interpretative Lin-tèrºp Interpreter ſin-ter'pret-er], s. Interpunction ſm-ter-ptine's l, en, ---------------- '-twine/JIntertwil t ineenvlechten, doo intervene tin-ter-veën'] - ed -ing, of zijn tusschen, verloopen, t onverwachts voorvallen 13, # ssen in; to into a massa vormen; to reduce to innigheid verleiden, he went into hij ging in het huis, this house my garden, dit huis ziet op "# # inte the bargain, hij had het öl' e-ra-bij, adj. onverdraagt k. [in-töl'e-ra-bl-nëssJ, s, onve raag- töl'e-ra-bly], adv. onverdraaglijk. öl'e-ramsj, Intoleration ſin-töl: # verdraagzaamheid fºrs töl/e-rant], adj. onverdraagzaam. %. #aat , s, onverdraagzame, on- öller-at-ed], adj. niet geduld. v,t, z, El atonah. » » e] -ed -ing, v.i. den toon aan- van een gezang f. o-na'shun], s, aanhef m., toongeving J -ed -ing, v.i.&t. een klank ge- bv. the eheureh-serviee), shun], s, kromming, draaing f. -ed -ing, vt. ineendraaien. kººſ een ſtel een k te adj, dronk # en vernie |Introversion ren na trovert. In j, adv. onhandelbaar. menlijn van een gewel #ºngerius Introcessie Introducer Intro reception [In-tro-r d -ing, v.t, dronken | ſin-trïn/sie-al-lyJ, adv, in sion # s. b. drukking, inzakking ºf Introduce [in-tro-duce' 1 - ed -ing, v.t, i invoeren (bv. a new fashion), teweegb aanbieden, bekend maken ; to introduce son in a drawing-room, iemand in e kenzaal leiden, te introduce a fore to a prinee, een gezant aan een vor * Iſn-tro-du'cer], s. invoer die iemand bekend maakt m. . Introduction Iſn-tro-diſcºshun], s. Introductive [Yn-tro-duc'tivJ -duetory diic'to-ry], adj, inleidend # # Introduetorily fin-tro die to rij, adv van inleiding . Introflexed Dºn'tro-flékst adj binnen |+Introgression Din-tro-grés'shun], s. intrede f. » Intronission tºn-tro-mish'uni, s inz Intromit Dºn'tro-mït'J -t #%&#% d - ting # . toelaten in g # : # » - N., % » eent, # ## º gation Li f, onderzoek n. w ative ſin-vés'ti- tor [in-vës'ti-ga. vestiet Haavestrate , (b ne zondheid f. te, kracht, iingen roer ; eta x vatten (bv. a studding saiihoorn iro verwarren, wikkelen (bv. in Iron [1'urnl, adj. ijzeren, ijze <---:::: delen (bv. in misery), verheffen (bv. staaf: z. Age. t! ird power) ; involved discoursen, Mron ſi'urnJ -ed -ing, v.t. ewikkeld # tbaarheid rº boeien, kluisteren, met ijzer lnerability ſin-wiil''ne-ra-bï1'1-ty], s. onkwets-IIron-ballast (1'urn-bä1'last], ºanne # adj. onkwetsbaar. ZXZW 2 SWA 2 W . . . 1 II'urn-bân #re 11 tin-wall'j -ed -ing, v.t, bemuren, n-bound II'urn-boiind wurdl, adj. inwendig, innerlijk ; in- voorzien, rotsachtig. # inkomend recht, invvard trade, iron-bound-hat ſiturn-bbünd- nenlandsche handel, z. Invvards. Iron-ealking II'urn-cawk' ing], s. k. -wardſ, adv. naar binnen. | Bron-eheat "urn: hé", 's, ijze l wurd"ly J, adv. naar binnen, inwendig. # # ron-elad ":# nººi. met meer ſyn wurd-néss], s. inwendige staat m., Iron-elamp # âmp], s. ijzeren he # # # # # # # # # een ezelshoofd, ijzeren beugel voor een k Bronsering less II'urn-crïng-les], s.pl # , s. pl. ingewanden. Bavº J -vwove f-wo-veſ J -vwoven ! m. pl. » # # eawi # v.t., in weven, invlechten. Iron-erose ſi'urn-cröss], s. molenijzer, ij wood [in-wüd'I -ed -ing, v.t. in de bosschen | Iron-erovv [1'urn-crowj, s, breekijzer i ‘rbergen. # # | Bron-erovvn ##n erbaal, en kroon ºp prking [In-wurk'ing], adj, inwerkend. ning van Italië f. NR. - NI-IX p, ſin-rap'J -ped [-1 # -ping, vt. in- Iron-dog # s, houvº S.V... ... :-S. in (bv. in a cloud), verwarren. Iron-doublet li'urn dub-blet], s. ## doorweven. Ironier II'urn-er J, s. s rijker m-, strij eibility T1-räs''st-br1'1-tyl, Hraseikleness [i-|Iron-filings [1'ürn-fil-ling ## pl. #### ##ini- Iron-founder [1'urn u 1'der J, s. eible ſirâs'si-blJ, adj, oploopend, driftig. Iro undry Lºurn-foun: adv. op een toornige wijze. Iron-garthers II'urn-gärters], s. O #" der openbare de gevangenen f: pl. houvast n. #edelievend. H:# # # iſ een hand en trºtſ en hindºedjº a toud niet l]], ad » r-i-des'cent), adj met kleuren van den aling stral elijk re ei re oosheid en rede- Irreparable en, ness III f# ijkheid %.3 :::: Erremovability IIr-re-môô plaatsbaarheid, onafzetbaa Hrremoveable IIr-re-mô baar, onafzetbaar, onwrikb Irremunerable Dr-re-muºner-a-bl], ve - Merepeatable |Irrepealah ir-repeal Mrrenowned pr-re-nound'J, adj, onve loos. # # # # # » f. | ## ſºr-rëp-a-ra-bºlº-ty] #e Iſr-rëp'a-ra-bl], adj, onhers 1: # ## 'merswara-bi ####### %. ereparately tir-rep aera-biy J, Irrepar, i. pr #. adj ablen onherroe everen heere verent Dr-rév've-rent]. Iſr-rëv've-rel Iſr-re-vèrs', ijk ſas an j, onverander kheid ºf # 'ëvºvo-ca-bly J, adv. onherroepelijk . (besproeien. j, adv. onherroepelijk. "ee , #sº:... . . . W w #. s. bevochtiging f. I 'yu-iis], adj, bevochtigd. Dir-rïzh'un], sº belaching, bespotting f. ### -a-blJ, adj, prikkelbaar, gevoelig, adj, opgewonden, ſtoormen. - ed -ing, vt, verbitteren, ver- 'shun], s. # f, shunJ, s. inbreuk fº, inval m. p'tiv], adj. instuivend, instortend, ers, sing: van Mºke, is. (invallend. "- g: 33% is zº schlijm f. | -stone], s. Moskovisch (nismen. » - sentence). -re-versi-bl-nessJ, s, onveran- ## & # # , adj, onherroepelijk. Issaelen, Tºr-rit-a-bï1'1-ty], s, prikkelbaarheid, #% & (licht toornig wordend. | Itch Litch] -ed Dºtcht] Iterable m m. ºv -izm], s islamisme, mohammeda- Iteran and m., an island of ice, | |tera loopen op; we ovv issue, wij weten niet to issue forth, verschot doen, ge to issue money, geld uitgeven; * in geschil zijn, in strijd zijn. . [Ysh'yu-lessJ, adj, kinde Isauer ſsh'shu-er], s uitgever va Het aaun Dist'mus], s... landengte f. WES Hz Eſtl, pron. het, hij, zij, daar, er, it ben het; it is # zij zijn het, in a zie het ; it rains, het regent; how the siek man, hoe is het met den there is not much in it, daar ſer Italie ſit-tâl'ic], adj. and s, cursief, c Italicizeſït-tal'1-cize] -ed -ing, ven, cursief drukken. Italie Iſt-tal'rcs] s. pl. cursi Iteh [Ytch], s. ## len: tig, # s, jeuking ºf Htch land [Ytch' " , adj Htem II'tem], adv. a Mtern ſi'tem], s. artik Mtexmet 1’tems], s, pl. Htching tº:# # H., teken na, t fit'er-ant], adj, h '-rant], adj, reizend, adesman, reizend koopma [1-tſnºer-ant J, dr # re an-cy J, s, zwetseri c-ti-ta'shun], s, woel N ###titatie, ## mensch n.. sle skade [djade] - afmatten, zich en fd # en. (lein n. Isºle anderth1, s, porseleinaarde f: # # adj. Japanneesch. ner), s, verlakker m. d N # , s. verlakken n. Idj » .. ſcherts, ſopperij f. » #n neer Lage-June ness J, een vººr s, flesch, ## #klank m., snor-, heid, droogheid, schraalheid f: uid ne, oneenigheid f; the door is on the | Leinied [djelºlidJ, adj. gestold, geleiachti de deur staat half open. | Lelier # s, gelei f. , ed -ring, v.i. &t, een wangeluid ma-| Nelly bag [djelly- # s, filtreerzak voor ijn, krakeelen, trillen, (doen) tril-shelly-broth [djël ly-bröth], s, krac in, (paarden n. - n bouillon.f, » . . . . . . . . . z], s. gezwel aan de pooten van de Eemidar Idjém-l-dar'J, s, inlandse 1, -ed-ing, vi, krijschen. | Lesamy fdjëm'my], s groote rok * [djar gunj, s. brabbeltaal, dieventaal f. | Bennet. [djen netj, s, Spaansch pas # in Tdjärk'man], s. vervaardiger van valsche renneringſdjén net-ing],s soort van vroe patenten en » S Bennº ### s, jenny, spinm %. e Idjarm] -ed-ing, vi, schreeuwen, gillen. | Lesºthing Edjentſling],s blauwe p # E1, 8. #, wan geluid n, | Een fail [djefºal], s, vergissing in pleid rij, adv. kibbelenderwijs. | .ning van een misslag in rechten f. djarºvy], s, huurkoetsier m. | Meopard (djép'perdJ -ed -ing, v. tik ºf . » gevaar blootstellen. » # djäsºper-at-ed.], adj, met jaspis ver- rij, adj. jaspisachtig. # als jaspis. slºournee, w eelzucht met f ie : geelz! eht be- # #, ti wºn j, s juwelier m. r goed gedreven goed an een gebouw n. it, zº liettee, m: , J, adj, als een juweelen in ## n git, als # ## 'havenhoofd na # # # ## (nood n. juweel, edelgesteente m., klei- -led -1ing, v.t, met juweelen etten. # 1-box], a. juweelkistje n. el-hous], s. bewaarplaats va t juweel » pi. 1 Jockey Edj ger na. # Joekey Idjöcky]. -ed -ing, v. *# Idjöcº/yu- » mºdity [djo hoe kan dit idjo-eun -ºog Idjögl e g Idjöbº bing], s, z, ## # vi. . ## Joekeyiana Idjöcky-Izm], s, gebruik . heden der Jockey's. Joekeyship fdjöck'ky hapj, s. paar hoe one [djo-cose'J, adj, grappig, boert en neosely Idjo-cose'ly], adv. boertig, # Mee oneness Idjö-coseºness], s, grappigheid | Toen erion-fijn en serieusj, adjºko: docular Idjöcºyu-ler], adj. grappig, smaak dan ººit: 's, vroe eralarly [djöc'yu-ler-ly], adv. vroolijk #. #, s, se! # d. Idjo'eundj, adj, vroolijk cünºdi-ty J, s, # vroolijk d-lyJ, adv. vroolij be journ ##### » # # » Hournalize Idj iſz 'er], s. re | een dagboek brengen oïnt'gointj, s. jicht f. 1 blad schrijven. at-airºl s, medeërfgenaam m. Een ijtart: djoint/less], adj, zonder knoopen of een reisje d # s # # N # reizen doen, <... . . atly fdjoint/ly], adv. gezamenlijk; jointly and Journey Idjur' ny] -ed -ing »erately, de een voor den anderen, en allen Journeyer [djarºny-er], s, reiz or een N | Journeyrmaan Idjûrºny-man], Hourney work Edjiirºny-wurkj, Mount Edjiist J, s, steekspel n. ie- Joust Idjifstºf -ed % 333.33 d, Jove [djövej, s. Ju rº N # k zijn als in pagnieschap. ouwstoel na, » an-cyl, en medebezit t-tën'ant], s, medebezitte s, weduwgift f. -ed -ing, v.i. w » fdjiirurjºis gezworen Jury "# #, # g W.WW- NEW | grand jury, groote ju Y, r:# y, kleine # niy van onder adj, rechtvaardig, nauwkeuri # 1,s rechtvaardigheid, billijk- d, nauwkeurigheid f, di-ting, vi: uitsteken, vooruitschie- ne, uitsteking ºf wrn-dow], s. uitsteekraam f. nall, s, jongman, jongmensch m. dj. jeugdig. ºv -ty], s. jeu idigheid f. Tajiix-ta-po-zash # s, naast-elkan- K. erk. knigh # ten. dv. op uitstekende wijs. Haeenage ſkeel'idg], ### # %. . den ; to leggen, op stapel zetten ; keel, met de kiel over d . aan even keek, zonder stuurlast, looze kiel, upper false keel, back o binnenkiel, lap op de kiel, # Keel Ikeël] -ed -ing, vi, met de grond schuren, varen, de kiel toone s. havengelden W dat J, s, vracht y. Ik eël'bully J, s. ste # hn enkt fat ſkeel' vat J, s, koeivat n. + E een Hieel hale kExielhaal) Ikëel' hale] ## 'Ing], s. leng f. I-P # # piesj, s. kielstuk n » # # Ikëel een ſki: eeperj, s houder, bewaarder, opa ; keeper of th at se rootzegelbewaar * Lºº er, grootzegelbewaar lord ## seat, geheim zegelbewaarder, the forest, # keeper, mind, keeper of t ºuch, muntmeester, of the prison, gev bewaarder, cipier,en keeper, losse kwa bij de sloep de wacht heeft, 3e r medezeiler; store keeper, magazijnmeester Keeper-ship ſkeep'er-shºpj, s, opzichtersambt ! Heeping greep ied, is. bewaring, overeens ## # # %# W » in #een [keepſing-room], s, huishoudka, t ## [keëp'sakej, s, herinnering f, souven (r) ſkeëvJ, s, kuip f, koelwat n . we ſkeev], ed -ing, vt. in een kui 1 IkëffelJ, s, hoofd k ### Ik g, Vaal step of the kevel, ni, j, s pl. bolders f. klavier na, # cht van den pl. mi, kaai # . . . :::: de gezamenlijke sleutels #. W tmuziektermºl rzien, gestemd, | B Ikx11] - ed Ik bedaren, leil 1 nie vv met uw wapen ; a n wind, een reg Hiiiler Lkill'er J, Maillow Ik ſlºiowj, teekenaarde f. » Beilen. Ik ſluj, sº oven m., eest f: , Kiladry ſkil'dry] -ied -yin drogen, e eesten, # Hailogram ſki'o gram], s. Ned. pol Haitoliter ſkººl'o-lf ter], s, tien v Eéilometer ſkſ!'o-me-ter], s. d. ###it ## kiel of rok van de Elizabo ſkima bol, adv. krom, % irimbo, de handen in J, s, maagschap, verwa 'd, bloedverwant, verbon naaste bloedverwant. # # start j, jij t/lin-ness], s. zetten, franje knoopen. Mºnotberry Inöt/bér-ry], s, b » dj. ridderlijk, . erachtig. ridderlijkheid fi, Knotgrasa Inöttgrássj, s. duizendk ºr # -visj, s, ridder dienst m. litted, Rimitting, v.t.&i. , knoopen, vlechten, (zich) | EAnot & ::38: » nsen (the brows). j keldh W. e ... » perig, hard, r tiirsh-alisch fmaarschalk m. kensgras n. N : » le:51, adj, # knoopen # 1g f., knoop m. » akkenbos fi, last hout n. » 1, verward. Inſt'a-bl], adj. te breien, vereenigbaar. | EAnout ſnoüt], s. knoet m. NS - Z'. ,,S ſtºterij, s, breier m., breister f. | EAnout Inbütſj - ed -ing, v.t, ki: m. Inſtºting], s, het breien n. | Een ovv Inowl, Mnevv ſnuwl, kano leedle In Ytting-nee dij, s, breinaald f. Hinowing ſnow’ing], kennen X It't1], s, koordje n. to know how to verstaan, j, s, knobbel m. # om, to know how to draw ſnöbdj, adj, knobbelig. - | staan, kunnen teekenen; to kan stiek fabbi'steij, s. wandelstok m. men van, nagaan; ik aow of your yo ess Inöb bi-ness], s, knobbeligheid f. 1 weeg uwe jeugd; a ingo n 1 öb'bler], s, eenjarig hert n. ############### right, iem: adj. *heuvel-, bergachtig; +knob- 3%#% #, 3 .... . . . .: 3 j, s. slag, klop, klap m., he has a in his cradle, hij heeft een slag van den #n -ed tnbekt -ing, vi&t.. slaan | kranek # the fist, met de vuist #ne en ener, et aan ârkd, heester m. -boot (lace'bootJ, s. ti-| Laeeing flace ing], s. Ieuw # #. S % : : : : ::::::::::: ligh eguin doctor] J vorige W » Ma. p, t. [letter] brief; Lr, ſpound sterling] pond ; Mat. Ft. Iregiment of ear] verleden jaar. #e ſläceline], s. rij Laeenaan [lace'man], s. kantverk werker m, # # # Laeerable IIäs'se-ra-bl], adj, verscheur Laeerate Ilâsſse-rate] ed -ing, vt, we Laeeration ſlâs''se-ra's hunj, s. verscheur Laeerative ſlâsse-ra-tiv], adj, verscheure Lacerta Ila-cèr'taj s, hagedis f. # Laeertine ſla-certin J, adj. als een hagedis "Laee-winged Ilace' wingd], adj, ## .. ## na ee-woman ſlace'wüm-man], s, kantk kantwerkster f. Laeſh)risma Iſlâkºkri malJ, adj. "E aj Maehry maryſlâkºkri-ma-ry], adj. t. . %33:33 3%:3% Lack ſläck J # # gebrek fºrs behoeft f, | Lack Iläck] -ed ſläckt] -i ## W in AE 3 # ſtique N %. lijdend. s. tot de lippen behoo- middel van de lippen: verstoken zijn van, gebrek heb sla en naaisie, iſ ººk-a-dalºne aija Laeia a day ## J, interj. Lacker fläck'erl, s, and Laek äck ky T. s, lijfk Hack-brºi: ºliek'braind. , dompo # E läe ſky J, ## k ## # ## # lustre ſlâek'liis-ter], al h Laeonie ### 'ic], adj. ,k 1 | Laconica # # t w cönnic-al-lyl, a S . ân- kapel -crez-wine], boodschap ºf ºver na. kiesch, be- ## tase ## » fla' # s. Maria 38 pla'dy-likel, adj. vrouwelijk, oornaam. x minnares ºf .. bëd-straw], s. onzer-vrou- # 33 38 bedatraw ſlâ'dyz- edstroo, walstroom. » [le 'dyz-boil-er], s, winde f, # # # la'd .. -com], #, naaidkervei f. r& ſinger ſla'dyz-fin-dger], s. nierkruid, thee- uitje na, soort aardappel m. . (mantel m mermantle ſlâ'dyz-mänt-le], s. onzer-vrouwe- ip ſlaºdy-shïpl, s, mevrouw f. : seal Ila'dyz-seal], s, stikwortel m. "W - RW annock pia'dyz-smöck], s, waterkers f. , adj. laatst, achterst, laagst, traag, the end of any life, de laatste dagen mijns levens. kl, s, de laatste ; laagste klas f. # # # läg -ged - ging, vi, dralen, achteraanko- the enve was Hagged for a drag, de kerel deportatie veroordeeld wegens diefstal. de ſlag 'gerd], adj, langzaam, traag. X ſ ºger], s draler, talmer m. - - - - - - - - - - gir # adv. dralend. , , ... rſlag ging-mat'ter],s. misdrijf, waar- ling tot deportatie kan volgen na , s. schip tot vervoer van hen, zijn veroordeeld n. Zº ### << # Wiel, Laieai, adj. tot den lekenstaat" hoo pret, and part van Maars ### o braak liggend, afgetakeld ; etable lai laid, kabelslag; hawser laid, wants the wind, dicht bij den wind gebras d, opgeslagen touwwerk; Haid on the n lavender, verpand. -iet g, wit, bijleggen, te ; to Haid een sch » dienst stelle » rt. pass van Mie. .. eger in. t van een dier). is, heer m. # (lachen. leeken m. pl. .. staande. » # # Lamely Ilame'lyl, adv, als een verminkte KLammenese ("# &# S. # 3 Laraainable Ilâm'1-na-bij, adj. Lansination ſlam-1-na' p- isia ## 'g, wat ºver halen - - - - - t beu KLannerdunek # diick], s, ieman Lammelt ta) ſlâmºel J, s. dunne plaat, Lanneliar Liam'el-lard, adj, uit "# t steekt lfer hi . s, lamheid, vermink kreupelheid, gebrekkigheid f. ## .. Lament ſla-maënt"J -een e-ing, vi, St. kermaen, beweenen, bejammeren, beklagen Lamentable Ilâmºment-a-bl],adj beklaagt lijk, jammerlijk, erbarmelijk. # Lamentably ſlâm'ment-a-bly], adv, op een gelijke wijze, jammerlijk, # Lamentation ſläm'en-ta'shun], s weeklac merklacht f..., gekerm, klaaglied n. Lassaerster fia-ment'erj, s. week lager m. Laanentien ſlâm-men'tin J, s, zeekoe f. ### met w Lasnina Iläm'I-nal, s. t, laag fi, blad tot dunne ºp baar. » # | Laminar Ilami-nar], adj. in dun W Laminated ſlam i-nat-#d], adj, met plaati legd, schilferig, in bladen, W J. Lamish flam'ish], adj. lam rende.li. # # eg, vi, slenteren, leuteren de k Iay the land, te the the land, land u » ; to make a fait land, land 't gezicht van land komen; land 'o verblijf der zaligen , fore land, land- d Iaid, land uit het gezicht verloren ; the land, onzekere opdoeming van n land, vasteland , no man's land, tusschen bak en barring, laid up land, and of inheritance, erfgoed, hand 't ": ingesloten, (ontschepen, ## # s, landauer m. 'J, s. oasetongf. 'brédJ, adj, inheemsch, in d'breezj, s. landwind m. s. kaap f, voorgebergte in. 'cape] ## s, vervoer te landen, ºöd], s, kabeljauw t . # andsch, im] - edi-ing, vt. verbannen. adj, landerijen bezittende, in de, » land... 3 & # d'ed-dgen-try J, s. erfenis van l. trooming f, t s, pl. landmacht ºf andgraa # t! Is i3x : : : :s- ndſ goede woorden; gebied # g, v.i.&t, landen, aanlanden, e-rus], adj. woldragend. ingrage ſlang grad Lenguage E# iem Hanguage, ## language of flowers, de bloem Languaged ſläng'gwidgdJ, adj. vlug via Language-master Iläng'gwidg-mas,te L# #n 'gwrd), dj kwij % id, aangaaid Elâng 'gwººd), adj. kwijnend, Languidty ſlang'gwfd-ly], adv. zwak Languidaens #eswaenen, s, kwijning, heid, traagheid f. W .. Languish ſlâng’gwYsh] -ed -ing, vi, kw the, another languishes for the loss child, de moeder kwijnt over het verlies v ## . » # W Languish ſlâng 'gwYsh], s. het kwijnen, tee # ## wijt sma Languishingly ſläng'gwYsh-ing. # kwijnende wijze, teeder. # Languishment ſläng'gwish-ment], s Languor Iläng’gwur], s, kwijning f. Laniary ſla'ni-a-ryl, s. slachthu Laniferous Ila-nif'e-rus], Laraiſieal fLanifieel #Hank # J -ed-ing,v.i. Lasnic Ilänkſ, adj, schraal, Lankness flank meisj schraalheid ºf i ſla-nifi-cal], adj. in w NV lanni-assj,' ## SEE...' x ºr, magerheid (me # n J, s, masker van insecten lap'dögl, s, school N | Larwal ſlär vij, adj. tot een masker bº O ## , adj, met hangooren ##, #" Clar'vat-ed], adj, gemaskerd, al Laryngeal ſla-rºn'dge-alJ, adj. tot het str! h hoorend ſten Jºs, opslag van een rok m. # adj. van opslagen voorzien. lâp'full, s, schoot vol m. 3 . . . . . . . oofd behoorende. » e ſlâpºi-cide], s. steenhouwer m. Larynx ſlâr'rinks], s. bovenste deel van ious ſlâp-i-daºri-otis], adj. steenachtig. Lasear. Tlas-kär'J, s. Oost-Indisch matroo ## yJ, s, juwelier m. Laseivious Ilas crvºi-us], adj, wulpsch. âpºi-date] -ed -ing, vt. steenigen. Laneiviously [las-cïv'r-us-ly],adv. op een hpºi-da'shun], s, steeniging f. wijze. 33 3.3% 3 (wulpschh e lap''I'dés'centj, adj, versteenend. | Lasciviousness Clas-cſv 'i-us-nessJ, s, onkui piditietal) ſlâp-i-drfiel, adj versteenend. Lash Ilâsh], s. slag, zweepslag, #ppel: &## eation (Iap-ſd''I-fi-ca'shunJ. s.versteening f..j haartje n.. steek m., schimprede f; to h pis],s steen m., Hap is hepatieus, zwa- the lash, onder de plak zijn; I shall # lapia infernaii, elsche steen; lapis | under the lauh, ik zal hem doen kastijden , lazuursteen, lapis lydius, toetsteen. is under the lash of an evil tongue, hij g, ſlâp'ling], s. wellusteling m. - scherp doorgehaald, to leave in the 'per], s, vouwer, likker m. ! den modder laten. .. # et], s... slip fi, pand N Laah ſlâsh] -ed ſlâsht] -ing, vt. geeselen n), gis Ap' pand m. » N 't ps/a-bl], adj. stortbaar, valbaar, en, slaan, vastbinden (to, nºn, aan) ſlapel, a val, loop m., verloop n., misslag m., en, de zweep gebruiken; to hash .. ºlking, zonde fi, val m. van Adam. | deugd hekelen ; the waven hash the # -ed -ing, v.i. vervallen (in, intel de golven beuken de oevers; to hash int allen, dwalen ; lapsed legacy, legaat, dat vallen, geraken in, to Hash out, achtert wegens het sterven van den gelegateerde (van paarden); losbandig zijn. dood des erflaters, # # | Lasher ſlâsh'er J, s, geeselaar m., sj 's1d-ed], adj, met een slagzijde; Hap- finaashfree fläsh freej, adj. # in met een slagzijde. 1: # Eläsh'ing], is, kastijding, bu ne], s. schoenmakersklopsteen m. | fi, naaiing, sjorring fº, #"## s & 3% S&#& & # isjorring, die na de ere dan hier. En st ## kruissjorring, de .w Hie :: & | hartbindsel; muzzle Iashing, k of the messenger, naaiing van de Iashing of the shrouda, wantbind of a tail block, zwieping van een sta hashing, rooskruising ; sheer lash W W van de bokkebeenen, tail Iashin 33 #3% :: 8.3%， 3% erij f, diefstal m. ; ) te erose a las hing, een bind N mpound lareeny, diefstal onder thaak ſlâskJ, s. loslijvigheid fº, bui omstandigheden ; simpie Hareeny, | Lask II -ed ############## fstal, petty iareeny, diefstal be- WWWWW.' ' ' . . . 'W ZN. ſ; grand larceny, diefstal |ELasici e van twaalf stuivers. ºº, nº, pekken, lardeeren. | # E# |, adj. door zijn meisje uit reuzel bestaande. Lasso ſlâs'so], s, strik om wilde paarden, er f. | enz. te vangen, lasso f. SN # ## leest fºr last m., ºyoad nie last, tºmen ## stge- ſtraatroeiny. » Latten ſlât’tnl, s. blik lât' tn-bráss W adj. laatste (van g, v.t. #. Latten-brass end ºm Latter- # .w htertje van een klinken. Latter Il S laatst, vergevorderd , wijlen; a late nummer, Latter-nath IIätſter-mat # s hour of the day, een Lattice ſ", -ed -ing, vat dag, the date ººi-nor voorzien, betººiien. ge, wijlen de bisschop Lattieed # # getralied. e rains, de pas gevallen, na #! tiss-wurk], s, trali ### | Laan aud J, s. # #&## " , its , onlangs, het- zaaud flaudiº-ed -ing, v.t, loven, # # ooit, too | Laudable ZWEZW. 111, adj, # | Maandable dabiy ureate ſlâu're-ate] -ed -i w Een vººr ng Diaw'gſv'ing], adj, wetgev een bekronen (een academischen graad toekennen). | Lavvi. E# adj, zonder wet, aurel paar rel , s, laurier m. .. | kent, willekeurig, onwettig. # Hºwa, en lava 1. - Lawlesanean Claw'less-nésel, s. like], adj. lavaächtig. - & # # #3 N <><> . . . . . .: 3 -X38. - SXSS - S:<<< . . . . .338&S la-va's hun , s, wassching, zuivering f. ſlav'a-to-ryj, s. waschplaats f., . -ed -ing, vat.&i. wasschen, bespoelen, La N Asschen, zich baden. ſooren. Lavvyer # inve-eared flav'eard], adj. met lange, hangende Lavvyer-1 » r ſla-veertJ -ed -i aw'yer], s, rechtsgeleerde 8 à Ike flaw'yer-like], adj, als -ing, vt, laveeren over leerde, zooals een rechtsgeleerde past, boegen wenden. » | Lax ## #, , 1onlijvigheid f. # s. wassching fi, lavement n. Lax fläxj, adj. los, slap, iosiijvig." .. er ſlâv'en-der], s, lavendel f. ; to lay up | Laxation Iſlâx-a'shun], s, losmaking, ver in lavender, iets verpanden, iets weg |Laxative #, adj. and s, laxee » S: . . . “S . . . . . . . . . . . . - 38 & . . . . . . . .33: vend middel, purgeermiddel n. en der water ſlâv'vén-der-wa'ter], s, lavendel- | Laxativeness ſlax'a-tiv-n » n: eau de lavande. een plant) m. | Laxity PE# Laxnen ºverl, s, waschvat m., kuip f:,,eereprijs (bv. of morale, van zed Avishl, adj. verkwistend, kwistig; to be | Lay Ilay], Iaid Ilaid], is # one's tongue, te veel s reken # stellen, doen rong zijn, » 3: wijten, spann # # ººish] -ed -ing, vt. verkwisten tºt to haar a on the tal Avish-er], s verkwister m. . . . . . . . tafel liggen, to ſay the fund N # verkwistend, kwistig den grondslag van een huis leg ish-ment] -nese, s. # » land, een land eene h # [1àx' wistingt. En a tººnd, een land recht in. ; ## ay bare, » ont uitdeelen; to lay eg | flat, vellen, afbreken <. - --3 n; to lay # w, afmet º ## ; | Lazaretto, | Lazar-like [ia'zar-like], adj, # w %3%&J, open, opening doen van, openbaren, aan- 'o lay over, beleggen, overtrekken, be- to lay ch voornemen (bv. t egele ght lf out, zich in- #### out, uitleggen, ontdekken, ont-| 't weer stellen (a11 in ## ## j, . b. naan # s, leek, ledeman m. tail Elayſ stålij, s. mesthoop m. ,, Lazar ſlâ'zar], s, melaatsche m. Lazaret ſlâzºza-rétºto] < , melaatsch. Laze (lazej -ed-ing, vi&t. luieren, verlu Lazily [la zi-ly], adv. lui, traag. - Lazinees [la'zi-ness], s. luiheid, traagheid f: # *# tijd in luiheid doorbreng ##### # "## van zes log n. Leach ſleatch] - ed -ing, vat. (pes t! Leaeharaan ſleatch'man], s. chir di- #"# fleatch'tiſ bij, s. loogva! is, lieaa de is " lood n.. ; 1 * ... ... ni, red lead, menie; white lead, 1 #a:## Hein Lead Iléd] -ed * |Lead IleadJ, s, leiding, v Lead Ilead) led flédj len. #. en, v. # 3 % op de ## #"E: den weg "#, aanvoe Zº oree, W. pen, dwingen ; by moree, "#"# # nd m., .. loo- ankelijk zijn. N - wind ## s, gunstige wind m. n ſleadſman J., s, voordanser m. % s, loodmijn f. erts n. , s. potlood in &N W.: , s, hagel m, .. ſlêd yj, adj, loodkleurig. gaf, s. blad ne, to turn over the leaves a book, een boek doorbladeren; he will you turn over a new leaf, hij zal u er liedje doen zingen, - , # - ed -ing, v.i. bladeren krijgen, in age Ileaf'adg], s. fºot n, (blad schieten, 'ass ſleat brass], s. bladkoper, klatergoud n. # (kroond. | # t . ſleaf ing], s, het uitbotten van bladeren n. ſleaflard], s. lardeervet n. .. le # adj bladerloos. $333,33% ſlaaf'less-niëss], s, bladerloosheid f. 'let.J, s. blaadje n. eat met aij, 's, metaalblad n. ear'sſl-verl, s. bladzilver n. # s. bladstengel m. , adj, verbond ne, verbintenis, mijl f. ued -uing, vi, een verbond aan- s. bondgenoot m., belegerings- , to spring a leak, sprin- # een lek stoppen. # »laderrijk; 1eafy forest, bla- vi. lekken; to leak out, goºid # vi, leunen, steune to, zich hechten er hangen; to lea » # verlaten # Leaser ſleaz'er] En leashj, sºk Leather Iliërniſer], s. le Leather-hag ## # # Leather-hottie ſlëraſer- k s, leder Leather-breeches Cléra'er-britch'es], s.p arbeid, # .. gelººf ik ººk » lear], adj, hol, iedig." # [lèrnJ -ed [lèrndJ -ing [lèrn leeren (of, van), vernemen; to learn on a flute, op de fluit leeren spelen, te with, wijzer worden, aanleeren. Learned ſlèrn' adj, geleerd, kundig. Learned1y Ilèrn'ed-lyJ, adv, geleerd. Learnedness Ilèrn'ed-ness],s, geleerdheid, erva Learner Ilèrnſer], s, leerling m. N Learning # # s, geleerdheid, bedreve Leasable Ileas'a-blJ, adj, te huur. Lease ſleas], s. huurceel f. # Lease Ileasj -ed -ing, v.t. verhur Leasehold ſleas’hold], s, verpachtin arenlezer; fnalez oppel, band m., drietal in Leaan fleashj'-edfiëa hij in evt. binden, Leasing Ilea' zing], s, leugen fi, beleedigende Leasovv ſlea'soj,s, weide f, (d Least ſlëast], adj. and adv, kleinste, least, ten minste ; not in the least, Leat # # waterleiding f. ( der n..; to lose Heathe afschaven schrammen), # Leather [leta'er], adj, lederen. fº.eather ſlërit'er J -ed #### Z tti broek f. # # Leather-dresser ſliëra er-dress’er J, s Leather-headed ſlèrh'er-hëd-dedJ, ad Leathern fléra'ern], adj, lederen, van Leather-senier ſlëraſer-sëller], Leather-sling ſlérh'er-sling], s. Leathery [1ërn'er-ry J, adj, leerac Leave IIeavj, s, verlof ne, vrij to take Heave, afscheid nemen, leave, met de noorderzon vertrekken. ":## [left] Leaving verlaten, laten, nalaten, toevertr sten wil vermaken, vertrekken, left to one's self, aan zich zijn; to Heave off, staken tbv ggen (bv. a gar (bv. an old acquaintance, een oud ophouden; to leave i Heave with, ov va or t enbare lessen ºf pl. | | | m., rotsketen, klip, en, ribben , head en o lok waardoo .. vaart; cat-harpings ten, leg, of the martnets, ri # wetge - # -lä-tress],s, wetgeefster f. [1ëdg'is-la-türe], s. wetgevende macht f. , s, rechtsgeleerde m. e-dgïti-ma-cy J,s.wettigheid, echtheid f. It'1-mate], adj wettig, echt. te Ile-digit'ſ-mate] -ed -ing, v.t, wet- in, voor echt verklaren, 3% en #maten", s. echtheid, theid f. (echt, echting f. 'I-ma'shun], s. verklaring we tºt ſt' &## g ## ondersteuner van wet- gezag, voorstander van de in 1830 verdreven "#,onde ſlégºless], # zonder beenen of pooten, [le-güm', le-gü'men], **:# w # g-yu'mi-nus], adj, peulvrucht dra- # # adj, bezwijmend. ## adj. ledig, onbezet. rel, B, # op zijn gemak, ſlëi'zhure'ly], adv, op zijn man], s. vrijer m., vrijster , s, lichtstraal m. * -ed -ing, v.i. schijnen. roen f. << gemak nvlade f. Tºm' mun-skweevers Lentous [len' tous] | Leof Il Leoni ledige tijd m., at leisure, enient tie nºg een |Lenient tieºni en tLenify [1ën 1-fy Lensitive Elén' N- Lenity [1ën’I-t Leraoscinant #l, adj. l Lentin ſlén'til], s. linze f. ####### Lentiginous [len-tïdg'1-noüs], adj. Lentigo [len-t1'go J, s. zomersproet A « ſlën'tiskJ, s. maatik, masti Lentor [liën'tur], s. loomheid, traa adj, taai, 1 Leod ſlë/odJ, s. volk n... n # e' of J, adj, geliefd. sme ## adj. gelijk een leeuw, Leonine fie moed ; ieonieme part, leeuwena Leoninely ſle’ o-Anne lyj, adv. Leopard Tiëpſpèrd], s, luipaard m Le ### tsc # # IJ, adj. levendig, sz z$ 3 xx. Leporine ſlëp'o-rine], adj. h. - [iëp'ro-syJ, s. melaatschheid f ſlëp'rusj, adj, ## Lenronx # # w sj, ,,i ei. rez], s, pl. geesten van overlede- f ding v.t., leenen | wam o N 'erle one's name, zijn naam leenen; te ien nee, bijstand verleenen; to lead a deaf oof blijven, oelig V lent my money ## enen, # l ey to |L S er eens » ; nivelleeren. fië viel ierj, s. gelijkmaker m. Leveiling ſtévºel-ling], s. gelijkmaking ºf, he ## van Lever ſlévºer], s, hefboom m. o Het the, reefe out, de re-it Maever ilë'verd, adj, and adv. aangenamer, liev het saii, zeil losmaken; to let streelender. .. (boom verkrege # # laten vallen, ankeren. Leverage ſlév'er-adg], s. voordeel, door d ####### # z - Heveret Ilèv'e-ret], is haasje n. # Ile-thâlºi- delijkheid f: | Leverock ſlëv'er-öckJ, s, leeuwerik m. ### h ## , slaapzuchtig. Hºeve', 'Hey J, s, trompetgeschal n. caïne hij tl-ness], s, slaperig-Leviable Ilevi-a-bl], adj, hefbaar, inbaar, # # ziekte ºf (heid f. Leviathan Ile-vi'a-than], s. ieviathan, Ergetelheid ºf . . . Lewigate ſlëv'i-gate] - ed -ing, v.t, to adj lheid, veroorzakende | | pulveriseeren, polijsten. dj doodelijk, dood Devi atter, ver- | L. he past, ºf s, bliksem in. Levitation [lévºi-ta's hun], s. lich tie: Levite ſle'vite], s. leviet, pries # Levitieel (le-vït', call, adj. teviet *t-Levity #. is. lichtzinnighei » , s, heffing, werving ng voeren; to auw, to get into in tuchtig, ongeb ## thelier Iliºbel-ler], . Lihellous fli'bel-lus], adj, lasterlijk, eerroovend. Liberal Ilſbºe-ral], adj. mild, milddadig, gulhar- tig. vrij, onbekrompen, liberal education, goede opvoeding, liberal arts, vrije kunsten. W Liberal Elſb'e-ral], s, liberaal, vrijzinnige m. & f. Liberal-hearted Elſb'e-ral-härt'edj, adj, grootmoe- dig van hart, # # #8 liberalismſhb'e-ral-Ysm],s.liberale beginselen n.pl. ':## ſlYb''e-rä1'1-ty], s. milddadigheid, gulhar- igheid & % . . . . . . . . . . . . . . . # » (gul, vrij. Ib'e-ral-ly], adv. mildelijk, edelmoedig, rai-minded Ilſb'e-ral-mind-ed], adj, vrijzin- van gemoed .. # # # # .. Liberal-souled Ilſb'e-ral-sould], adj. grootmoedig Liberate ſimbºe-rate] -ed -ing, v.t, bevrijden, verlosse a prisoner), los maken (from, van). ator Ilſb-er-a/tur], s, bevrijder, verlosser m. ratiºn firbºera hunj, sº bevrijding : " rtarian Ilſb'er-ta'ri-an], adj, tot den vrijen behoorende. # # # # .. arian Ilib-er-tari-an], s. voorstander van beraily (bv. r-t1-cide],s vernieler der vrijheid m. cide], adj, vrijheid doodend. neadg »N ....WS n],sdichtmis,losbandig mensch m. tin, » # # adj, ongebonden, los. aan LIIb- N id, ongodsdienstigheid, vrijdenkerij f. finie twij, s. vrijheid fº, privilege n., liberty, godsdienstvrijheid; libert ## » . 'W:.. ijf Mich ſ » ###### (schrift mij Lichen Iliºhel-ler], s. schrijver van een laster- van ziel. Lieoriee mbºer-in-nizm], s bandeloosheid, lie- jk n.. ; liehfield, slagveld Lieh-gate Ilſch 'gate], "E# f, Lieh-ovvi Ilſch'oil 11, s, lijkuil m. Lien-waire firchºwakej, º lijkbewakin ELieit Ilſe it), adj, wettig, geoorloofd. # Licitly Elſe'sit-ly J, adv. op een geoorloofde Liek in x eat Hieke milie, 't likt melk, dust, in 't zand bijten, sneuvelen spittle of, kruipend vleien; to Liek » , s, zoutbron f. ; slag m. Lieker [lºck'erJ, s. likker m. ELiekerieh IIIck'er-rish],adj, verlekkert Lieke rishness Ellekºer-rish-ness], s.ve Liekring ## s... het likken na, afro Liekapittie ſlick'spit-tle], s, lage vleier, klaplooper of tafelschuimer m. ſlickſo-riss],,s zoethout, drop n. Lictor Elſe'tor], s, bijldrager m. Lid ſlïd], s, deksel, lid a, , eye lid, oog Lidiea, tirdiessj, adj zonder leden (logº Lie ſlie], s, leugen, loog f..; to give th Lie # -ied n## v.i. liegen. Lie [he], RLay Iläyl, Lain ſlain], Lying v.i. liggen, rusten, slapen, logeeren; vvest of Engeland, Ierland ligt Engeland, , to lie :": ºlie verwoest, braak, 'Eij verse # # as t eid, toomelo # 's. lij Eliº en J, ...:... . ck] -ed ## v.t. likken, afrosse # # Ik ; # N stake, op 't s dead, onaangero Hie on the gi, lie van der mea ter great 1, lastig vallen, kwellen; harte gaat tes geefs vermoeien; at en to hie by the x. . . . ºne wor, to ii zei , lp one at a dead lift, # N... . . . . . . . he & begrafenis. genden nood helpen, to clear away » toppenants losgooien; eronsjack lifte, bag ## toppenant; to ease the lift, de toppenants vi ol leugens. | ren; fore lift, fokketoppenant; fore toºl eer, leenheer m. | voormarszeilstoppenant; fore tep gafian ## lift, voor bramzeilstoppenant ; main lift toppenant; main top saii li ZX: W.Z. toppenant; main top gaſtlant s bramzeilstoppenant, maizen top s toppenant; mizen top gan verheffen; .. the fog), to slaan, to lift zich uit te ennis; 1 ht of helief, lichtgeloovig; to van weinig belang achten, al het en a light heart, goed baart moed, ight tante, eventjes proeven ; to set ºy, minachten, verachten. & lintJ -ed IIIhtſedij, Lit Ulftij, Lighting nºg in . , opsteken (bv. a lamp, a candie), licht ntvlammen; to light on of upon, neer- n, vallen, treffen; to light on a tree, op boom gaan zitten; to light on a person, and bij toeval ontmoeten; the mischief will VN head, het kwaad zal op uw #### t'armd], adj. licht gewapend. # # s, # #, licht blauw, -ing, v.i.&t. # ## # terlichten (bv. a burden een f life, de zorgen des levens 1, hten the streets, de "# lighten the Gentiis, de in ; to lighten a ship, ee lighten a ship in a storm, schip bij storm over . eker, lichter m. 3% : : : : # verlichten (bv. a room , aan- ##### na ºng-nrf 1.a #niforn, tifºni normj, hij Lign is aan vitae Ilig'num vi' Ligeriate, Ligulated ſlºg' als een band. # # # # Like I like J, s, gelijke m. ºf we NZ , adj. gelijk, derg ka, he is like his father, der , he is as like his fa heen spit out of his na boord werpen. |Li ij een let n e #: linieschip; a breaat bataille in de breedte; line of laat line formed in succession, linie achter den andere gevormd ; to e line, de slaglinie nauwer aa blish the line, de slaglin down the line, de slaglinie verleng | the line, de linie passeeren , bea - schaar; how Hine, boelijn; bovv an # ## '- line, linie, die ruitsgewijs i. gef m fi, kalk, lindeboom, line, baant line, buikgording, line quiele hinne, ongebluschte linie bij den wind ; elue Line, gebluschte kalk. | touw; erane line, zwichting van 't w A met lijm besmeren, line, weeflijn ; erovv foot lisa # - - - - - - - S3 faney line, ophaler van de be kalkbrand bekaaier, hanepoot op den d # %# on W | beslag bindsel; girl line, 'ſt-less], adj # # . . . . . trekken; to part -ing, v.i. sukkelen, kwij- | afscheid nemen, hare lip, dralen. | negar bottle, tuit van een » , s, leuteraar na, Lip ſlºpj pedº-ping, vet, , zo ng], s. sukkeling f, getalm n.., Lip Y #p party J, adj, regenachtig, na g fi, uitstel in. , . . » P IIIp # , s, kus f. # ing-ly], adv, leuterachtig, op Lip-devotion # vo-shun], nde wijze. # # # # # Lip-lahor ſlººp # s, woorden eine 1 .. N- Lipieen ſlip'less], adj, zonder lippen |Lipogram Tiſpºo-gram], s. geschrift w werk adj. met b . gespro #n. » # in. tot de tong behoorende | Liquahl , adj. tongvormig, taalkundige in Hein al [lin-gwis'tic, lin-gwis'ti- fac's 3,3%&%$#%&33 % behoorende. » # aam, bedrijvi ### ## r], ter a-türel, s. iet:# e f. ## -- half verglaasd metaalschuim, # > <>------- -- - - - - ---- -- #", w ºng, v,t, , a, buigzaamheid f. # # J, #, tra'e-wiirt], s, vergeet-mij-nietje in. th'o-gráf] -ed -ing, v.t. op steen drukken, lithographeeren, hºo-gráf], s, steendrukplaat f. h-ººg'ra-ferj, s.. steendrukker m. # hographie behoorende. # .. steenschrijven, steen- in-cyj, s steenenwichelarijf. J, s, steen, die er uitziet, & snijder m. # " # # 3% w ges in- Liver-apot I toor ndige, geleerde m. (maken. effen maken, glad | luiheid, vadsigheid f:| Livelong ſlfv'long Lively # Liver to live in affluenee, a life of ease, een gemakkelij # live in Paris, in Parijs wonen ; they this rate, zij leven op deze wijs; the shi live long at sea, 't schip kan niet lang den; if ever they live to come back indien zij ooit terugkomen, as I live and breat zoo, waar ik leef, to live a country-l landleven leiden ; would H. might new f it be so, ik mag sterven, indien het . they will never live to see it, zij zul nooit beleven; to live at, wonen te; down, overleven ; to live on, leven va voeden met) ; to live on of by, bestaan brood verdienen met ; to live up to on zijne inkomsten verteren, to live up to profession, zijne beginselen naleven; upon the eatch, van roof leven; to live te zamen wonen, leven met. # Live-feathers [live'fëTH-ers], s.pl. levende Livelihood [live'li-hüdj, kostwinning fºr t Liveliness IIive'li-ness], s. levendigheid, heid, wakkerheid ! Y levendig - ; the » f, , adj. lang, geheel, ga ## ## r di %#8%, ººººººººººººººººº live'ly], a Yv'verl, s iver-color IIY | Livered IIIv'ver- d livered fellow, kwaa ## # vracht fi, last m., he has se -.-W8: «r. ºr me is beschonken, hij heeft de hoogte, Lob's pound Ilöbz'poundJ, s... geva angeschoten; load of hay, 1000 N, pd. beter [lob'ster], s, zeekreeft m., draught of water, diepgang van 't L. lohater, van geestelijke soldaat heel geladen is, load in buik, met Local Ilo' call, adj, plaatselijk (a geladen ; load naark, merk van den Loeality [lo-cå1'1-tyJ, s, plaatsel load of tien here, houtmaat van vijftig zen n. # # # # # - kubiekvoeten inhoud, & Lorealization ſºlo-cal-I-za'shan J, s dJ -ed -en -ing, vt. laden (bv. a Localizeſlo/eal-ſize]-ed-ing,v.t, p vrachten (bv. a. eart), overladen, over- | |Locally ilo'cal-ly], adv. plaatseli rukken, vervalsehen (bv. wine); to load | |Loeate ſloºcate]. -ed :# vat, eartridges, de kardoes in 't stuk brengen, Location ſlo-ca'shun], s, plaatsing, p. aad over, tot zinkens toe laden, > . . . . :- Loch ſlök J, s, meer n.., zeearm m., like er Il # is. lader, bevrachter m. Loeie flock 1, s, slot m., sluis fi, erf n.., oadſingl, s, lading, vracht fi, last m., sluitplaatſ, to be under Hoek and is oorn, laadboom, Heading place, load- gesloten zijn, achter slot zitten .. ort, ladingsplaats, # skeeds, los through a hoek, een schip door d; landing taekte, ## # : 3 » Hoek, roeischietje, roeischeetje, for dmanage fload'man-Ydgj, s. loodsen n, luns, they have him at a loeie, ºnaan Iloadz' man], s. loods m, %. beet, het stood a queer Loek r [load'star], s, noordstar f. » X. W .. me ſload/stone], s. zeilsteen m. load'yl, adj, zwaar. # -ed -ing, vd toesluiten, met sluizen voor .- . S&S. . . . . . . . . een deur sluiten; the door toe ed -ing, v.i.&t, beuzelen, verbeuzelen, sluit nauw; to lock leeglooper m. # in de armen sluiten, to ter], s. broodsuiker m. ## g, v.t, leemen, » » leemachtig. | den neus toedoen; to 1 g, vat. Sti. leenen, geldschieten. Loekage ſlöck'idg], s. ening fº, geleende, geleend geld n..] Loeix-chain [lockºtchai änk], s. bank van leening m. | |Lock-channher Llöckºtcha huiverig, warsch afkeerig, on-Lock ## s, lade fe, ſet on Hoeket I s, slootje, a loath Le Il ijàw J, s, kl. » an, ik 'ck keepter], s. sli ### het geheugen op ** ian arrow in, een pijl schieten, ## odge an information, eene klacht # me this night, neem dezen ###### w e' â-blj k öd-dg en blJ, adj, bewoonbaar. öd ## huurder, w logeergast m 'ment], s, huisvesting, ## w f n. is. huisvesting, kamer f, ver- ging-hous], sº hotel garnin. | , adv. hoog, verheven, trotsch, w ::::::: : : : : : : : : : (trotschheid f. verhevenheid, hoogte, , hoog, trotsch. , log in.; to heave the log, de log meten. (vellen. thm], s, logarit arithmical Ilög- ëtºt caij, adj, tot de W [Iög bük], b ead Ilök 'g te, to fall of d -ing, vi, bewegen; #nen" e, lo iſigie alſ adj, redeneerkundig, logisch, iëdgie aliyi, adv. volgens de redeneer-| an kundig Lon, woordenstrijd m Lone-woma am, ongeht Lonely ſlone' -- KLong h&# adj, and adv. lang, lan zaam, a long time, een lange lijn, ries of events, eene lange reeks missen ; a long sickness, een la a "pan long, een span lang ; a ya el lang; it is as broad as it in Z. zoo breed als het lang is, it wi t he ere he comes, hij zal spoedig komen; , 1 it long tiif he come, zijn komst duurt my life Hong, mijn geheel leven, all Hong, deze geheele dag; it is 1oen of me, 't is uw schuld, niet de Hong of you that he was condemned, uw schuld, dat hij veroordeeld werd, long , hooge prijs, long hundred, 120; Hong 13 ; long cloth, katoen, long cloth, ren (van een zuigeling) ; Hon Jong ago, lang geleden, lengte; long last, ten slotte, ten laatste the Hoang run, op den langen duur, long strea geheel uitgestrekt ; long way, veel; it in a ! way thitter, het is hier ver va an ; and by late, na geruimen tijd # in the long feathers, op stro long lane, met St. Jutmis; long in hardbekkig, taai ; long sine " dert lang; ere Hong, eerli voor, lang te voren, 1 de stichting van Rome. w [1öngJ -ed flöng' dj -i hunkeren before the foundation of "## begeeren, e of meer letters in | ade by Munar steken, to te ; longitude me ft, afgevaren | vvell k, gij zijt zeer &W RW. .. lºstrekkende. | all wonder, vol verbazing opzien, gi-tu'di-nalJ, adj. in de lengte scherp zien; to look about, in h 16 dgn tu'di-nal-ly J, adv. in de to look about one, op zijne hoede zijn, lane], s, strot m. (lengte. | after, acht geven op, zoeken naar; to 5ng legg’dj, adj. # » kijken naar, aanzien; to look at the end (löngſlfvdJ,adj. lang bestaande, lang van sen, naar beneden zien, zijn blikken ging lost], adj. lang verloren. , (leven. | verachten, met een blik bedwingen, löngſlii ## , adj. lang bemind. back, achteruitzien, terugzien; to j, adv. lang, thartstochtelijk. verachten; to look down on of is ## lengtemaat f. | achting behandelen, neerzien op; S& # adj, met langen hals. uitzien, zoeken naar tbv. a shelt een ſlöng 'nessj, s.lengte f. (terd, gekweekt. | plaats); to look in the face, genursed Elting'airsd], adj. ## tijd gekoes- zien, uitdagen, to look in, eventj parted flöng'part'ed], adj, lang gescheiden. | pen; to look inter, inzien, besch promised ## adj. lang beloofd. | |works of natur), to look into run ſlongºriinj, s lange duur m, » slaan in een boekh, to Hook int # ## boºrd, flongz and boardz ,,s.pl. kaarten | of a thing, een zaak grondig on d flong'séttºedº, adj, lang geregeld. ' look on of upon, aanzien, besc HL # 1 adj, met lange schacht, iſ voor, achten, denken, aanschouw ed Ilºng'shankt], adj, langbeenig. ' out, uitzien, op den uitkijk s 23:23 - 3... ::... ::::33 » . look to of unto, het oog he ed # ng-siht'edj, adj. ver ziende. over, overzien, doorloopen tbv. a # ngº'sum], adj. lang, vervelend. look up, opzien # { van de # s, vergezicht n, .. % ... :: S (va öng'splinj, adj, uitgerekt, vervelend. | up a th ding opzoeken. machº ## ## 'vers dende # #t # # ### # » > . . . . . . . . . . . . . . ..:S er Li ºrj. kijk ! # # > . . . . . . . . . . . . . . . . . er], s, kijker m., a » #### tºt # ring Ilöng-siiffer-ingj, s ngd.], adj, praatzuchtig, bab- Lool N babbel: *# bij zuiver waist/ed], adj, lang van lijf. Loona ſloom], yz] f-wise f-wize], adv, Loom ſloom] :- # onduidelijk in g-wind'edj, adj. lang van adem. | | » # ale], s S eenzaam, # òò .. prong m., lange schrede f. s, boomsnoeier m. s, snoeihout na, snoeiing ºf per -ed -ing, v.i. stremmen, stollen. » pºp #s Loº, ie de feeste S& » in een gezin, regelde, hou uis, huis der heeren, huis der r of the great seal, grootze anselier: » mands geboorte, vi, zijn laat .j M. ot ſlöt], ma., to p. snoeie x : 83% hangende ooren. ord of the geni- tij heerschen, den :... . . . . . ... :- erlangt, to In haven, to lose head, van zijn is 'o ione ground, grond, terrein verliez sound, geen grond meer peilen; * den moed verliezen, to lose one's sº teren, sluimeren, # + Mºesel flöz'zl], s. deugniet, luiaard m. Loser ſloo zer], s, verliezer m. Losh ſlösh] -ed IIöstJ -ing, in 't water pl Losingly Ilôôz'ing-ly], adv. verliezenderwi Loss ſlössJ, s. verlies, nadeel na, scha sraffer a toss, een verlies lijden, to hea een verlies goed maken, verduren, they ar tent to go by the loan, zij willen verliezen; to be at a loss, verlegen z war zijn. - •iene gloss'less], adj, vrij van verlie Lost Ilostj, part verloren, v in the woods, een kind verd lost to all sense of hono deiayed, b. geen afstel, <:::::: - # wel gemist worden; he look neither lost nor won, hij # d: borgen is geen kw # ot - ar in . n het op geenerlei wijs bekomen, e; Lahor of love, loven, het koste wat het wil, ve, uit liefhebberij, om niets spelen. -ed-ing, vat.&i, beminnen, liefhebben, van houden, verliefd zijn, love me, love g, die mij bemint, bemint ook mijn vrien- love me hittle, and love ene tong, men op den duur beminnen; to love any one ik devil loves holy-water, to love any e as the cat loves mustard, iemand zoo rae zien als de deur van 't rasphuis; iemand nnen als de duivel 't # #ter, # titiv'af-fair], s, liefdesgeschiedenis f, W. #erºemd, adj. " huwe- egotten child ſliiv/be- # s. bast- roker ſliiv bro-ker], s. huwelijksmakelaar m. # » ide, liefdevol, dårt-ing], adj, van liefde blaken , s, vereffeningsdag in. (van ge- ## s liefdepand n. ſliiv ºfëastJ, # ## # passiebloem - viooltje in. egenheid door s, beminde fi, liefje n. j, door de liefde geleid. adj, liefdeloos, zonder lief "liefdewerk, aard en aeked ſluv'crackfj, adj. door, liefde, ver- t. Lovingness ſliiv/Ing-mess], s, toege Low ſlowj, adj. and adv. iaag, klein, arm, » diep;a lo gemeen, terneergeslagen, zwak ermee, een lage grond, heg, a lage vlucht, tite aan i- lovv, d Hovv priee, lage prijs, low vol stem ; a man of Iow sta » gestalte ; men of low en ringen stand ; a low triek, streek, lovv language, platte tº een zwakke pols, a low valley How life, de geringe stand { niet gezongen) mis, Iow in low pad, voetpad; it is lovv 1 water, laagtij, laag water ; to li kost eten, op gemeene wijs leven; begins to run Lovv, zi &#%& SAN 1jn goede in te verminderen, in cannot find h. # lovv, 1 easanot find him up o hem nergens vinden. ,, Lovv # -ed -ing, vi, lo Lovv Liow J, s geloei in, tv! Lovv-arched ſlow'artchd], ad Low-heli ſlow bëllJ, s. jacht 1 van een schaap. # | Lovv-heli ſlow'bel11 - ed - le: het % ::%.&#%$ 3,3 % met jagen, # rn ſlow born], adj, v fit wºbri & eg <...> » # ## g: f. Ludicrously ſlu'di-cris-ly],a ## Lºadieron namens ſlu'di-criiseness], Luditieation [lti-di-fi-ca'shun], is spotting, spotternij, fopperij f.. |thiudificatory ſlu-difºr-ca-to-ry], ad , is, vergift m., ºp Lufr ſliifr], s., palm van de bij den wind zeilen ; Huff staand '# Huff is ook tackle, derde hand, tot iſ ven; to keep the Huff, Lues ſlu'ez] Lun d. | den wind zeiſen, te spri den wind opsteken, to gain the 1 en om de vºor de # oploeven; to #r ## .. ste t k last n , vt. bijeen gooien, bij ten, (van schepen, samen hooper, losser en lader adj, dik, log, lomp, h-Jyl, adv. op een # . lp'ish-ness],s, lompheid, logheid f. adj, klompig. - - , s, krankzinnigheid f... unary Liu'na-ryl, adj van de se, maansverduistering f. r-cy-clj, s. maancirkel m. ri-anj, s maanbewoner m. 'ner münth], s. maanmaand f. , s. maankruiden z. Mºunar. lu'ner-year], s, maanjaar n. .. , adj, als een halve maan. s, krankzinnige m. adj, krankzinnig. , is uit ſlindg] -ed -ing, v.i. uitvallen . # J, apj. met longen, longvormige talmer, lummel m. # # # ºnder longen. , s longziekte f. 'uid # funette f. << val in 't schermen, stoot m. # Lust # s. lust m., b Lust ſliist J -ed -ing, v.i. hebben, h (after, naar), Luster ſliistºer], s. glans, luister, kandelaar, armblaker m., vijfjar Lusteriese, Lustreless ſlüst'er-less loos, roemloos, zonder lui .. » Maastfuiflüstºfûlj,adj. ontuchtig, onkuise Lustfully ## » # E-u-ºfielen: "ſlist ful mess! roem tLuatieme ſlist'lessj, adj krachte 1: ſlºtrall, adj, zuiveren ### » » #, w # w | Lustrate Eliis'trate] -ed -ing, v. Lustration fius-tra'shun], s. #i, Haastre IIais' ter J, s. z. Mameter m. Lustrieal flits'tri-calJ, adj, tot zu Laatriaag ſliis'tring], s, glanzige Lunstrous Eltisºtrusj, adj, gla N en Iliis'trum], s. # lute], s, luit fº, ber - ed -ing, | Latheranº | Lutheran in |## ij, maanvormig. dj, uit de zons- en # .. dj, uit de zo (omloop sameng als een halve m Sw lijke aan een halve maan ge | ot 't feest van Pan be i'ſ ºperealia pi) Fa :":"E" , s. Hierdicht na » ' : : . . . . . . aw ſmäc-cawºl, s soort van lierspele Maeavv-tree ſmäc-caw'trëel, s. w ondsdolheid f. Maee ſmaceJ, s, foelief, staf, k: # s... . Maee-aie ſmace' aſiel, s, bier met # # » » Mace-bearer ſmace'bear'er], s, stafdrager 8. ,, Nºa ee-oil ſmace'oilj, s, muskaatolie MI # » Macerate ſmås'se-ratej -ed -in # .. iſ vermageren. 38 3 x Mºnaeeration ſmäs''se-ra'shumj, s. Mace reed fmace'reedJ, s. kattest Machieolation ſmäch-i-co-la'shunj, gaten van kasteelen n.. pl. Machinal ſmätch'i-nal, ma-ki’nal], j, nes behoorende... | |Machinate ſmäk'ki-na-te] -ed-ing. vt. bewe ts] |Machination ſmäk'ki-na'shun], s. smeeding, 1 at 1,wing van kwaad, f rehinery S Maehinist I # Macilent ſmåz'i-lent], adj. M. Mackere I ſmåek'e-reij, s, mak heer f » s, stormplank ºf gnificate I . d tri-gaij, s. klein, zinrijk gedicht m. grooten, verheerlijken. W.--, d' wurtj, s, steenkruid n. | Magnifieenee Imag-nſfºi-cens],s,prach fier], s, stamelaar m. Magnificent Imag-nifi-cent], adj mag''a-zin. J, s, magazijn, wapenhuis na, Magnificently ſmäg-nifºi-cent-lyJ, f, hanging magazine, kruitkamer Magnifico Imag-nrfieco],s. Venetiaansch 't eerste dek , magazine lantern, kruit- Ma.. ifier ſmägºni-fi-er], s. vergrooter een Z #Magnify Imag 'ni-fy] -ied -ying, alen ſmäg 'da-len], s bekeerde hoer f: (ter m. a, prijzen, loven » - » # Magian ſma'dar-anj, s, wijze, pries- Maagnifying-glaesſmäg'ni-fy 'ing-glás lanie-clouds ſmådg-el-lânſic-cleüdsj, s, pl. Magniforgraenee ſmäg-nflfo-kwens]. pvlekken, Magellaans vlekken f, pl. %3 heid, grootspraak, snoeverij f: e Imajoºrel, adj, grooter, in de muziek. Magnitude ſmägºni-tudej, s, grootte ſmägtgut], s. made, gril, luim f; I shall Mºdag pie Imag ºptel, s, ekster m. it when the maggot bites, ik zal 't doen, Mahogany fina hººg anyi, s mi : n hoofd er maar staat , Mºnaho a tan fina-homº'e-tan], adj, a boiler Imagºgot-boi-ler], s. kaarsenmaker, daansch, M. nouedaan m, .. verkooper m. S 3 x 3. ... . . 3. Maharametanium ſina-hömºe-ta- iness Imag 'got-1-nessJ,s, wormstekigheid fi, M. %##### meid, maagd van maden m., grilligheid f. # S # W... . . . . . . . . . . .A..F. rog mis, al # : : : : : : :... . . . . . . . . . . . -- zetty Imäg 'gut tyJ, adj. vol mijten, maggotty- Maiden ſmai’dn], s, ongetrou #), # wonderlijk, vol grillen. y Maidenfºmaiºdn], adj.maagdelij Ima'dgij, s, pl. wijzen van het oosten m... pl. l onbevlekt, maiden speech ## an ſma'idgi-an], adj. and is, behoorende tot de een nieuw parlementslid, enz., en ijze m. van 't oosten. Magif ongebruikt zwaard. # â'dgi-an-Yzm], s. wijsbegeerte der fMaiden ſmai'dnj -ed-in J. s tooverkunst f. | |ken, bescheiden handelen. Magieal, adj, toover..., toover- M » i nd, a magic Lantern, een too- M y], adv. door tooverij. 'an J, s, toovenaar m. is-të'ri-al-J., adj. meestersen: ## » e-al- h lyJ,adv. meesterach- . s. overheids dj. meester gen; to make b w bla J, s. ach f, | to make bofd, zich te A Hi, # ej, s. loslating onder borgtocht prize] -ed -ing, vt, onder ge tan ; to maak make gai n van ; to na aste, haa w 3 ; ; ; ; ; ; ; ; 8 », verlies o make a man, den grond | # to make a mistake, istasten; to make a r: en # # in, na van ngen ; to make a penny, ge to make a pretext, voorwenden, t verei safe, een twist bijleggen ; to eeeh, een redevoering houden, to and houden, weerstaan, weerstand e a halt, halt maken, stilstaan de, zich nederzetten, z mee for, inschikkelij 23:3°.. x e almana en for the last year, maaltijd brengen; (iets te laat ansignation to, iemand, bescheiden, lestellen, een verzamelplaats bepalen; tel: interest, zich doen gelden, invloed naake, interest for, trachten an answver, antwoord geven, is ter, een quarrel, een g a sunni), samens illen; vorm maken, vergoeden (bv. a Haas, gen; to make up o ging komen, naderen, zich up for, vergoeden, in de pla up to one, iemand #pºre mouth, een mond » mes up, met vijf spelen vvith, het geschil vereffene len, opmaken (bv. accounts), » .. ne's nu n # » # ## # is boosdoener, misda- Malt-miil ſmålt'mill], s. moutmolen Maitreat ſmäl-treat'J - ed -in van kwaden invloed. betoovering ºf misdadigheid f. aardig. (ren. ang, vat, betoove- aad doen n. » ening Maitreatment ſmäl-tréat'ment], s Malva eeous alt-ie m triº uit een Mait-liquor Imalt'lik-kur], s. mot Matt-man ſmaltºmän], Malta ter ## Matt-pirits ſmålt spïr'ritsj, s. kore in Maltvvorm ſmaltſ warmj, s, drink ſmäl-va'she-us], # # Matversation ſmal-ver-sa'sht f, plichtverzuim n; verd, m, Manamaaa Inaam má/1, s » # Manxmaal ſmämºmalJ, s. anaramary ſmäm'n ME a-ry, adj. tot de borsten b Mannemer Imam' mer] -ed - N Mammºet ſmäm' met J, s, p aannnifer Imäm 'mi-fer], s. en sniferons ſmam-mºſfer- namifen en ſmãmºmt- form antillaten mºr 'mil-la illated t bevaren os, die de treet David aaaan, Groenland iroenlandsvaarder, heima man, roerganger, inn- # man. geprest matroos, leads naam, looder, look out man, uitkijk, quarter aaan, comman: van een ploeg scheepstimmerlieden, rawl man, jolroeier ; naam of wax, geslepen vent, in Iman J -ned - ning, vt, bemannen, verster- i, stemmen, africhten (bv, a havvk), tdienen , in a hie: een schip bemannen, to make the | ## 't want paradeeren; to maan the in 't de raas paradeeren, te anaea the eap- aan 't spil zetten. teren. .. -ed -ing, v.t, boeien kluis- .. män' na-klzl, s, pl, handboeien f. pl. nage ſmän'nidg], s, het dresseeren van een paard, bestuur in, leiding, behandeling f. ## nage Iman'nidgj -ed -ing, v.t.&i, besturen, andelen, ontzien, temmen. (delbaar, ºnage ble Imân'nidg-a-bl]. adj, bestuurbaar, han- maar nºoien een ſmän'nidg-a-bl-ness], » heid f » (buigzaam, Ageless Imän'nidg-lèss], adj, onhandelbaar, on- gement Imän'nidg-mentj, s, bestuur na, lei- ## 'nidger), st # e, sp brood t vt. tot slaaf pa'shun], s, slavernij, ge- 1d I. , s, spijsverzorger Milan-hole s, handel- ºf anfully ſmän't lanfulness Iman' fü1-nes vaanganese Imangºga-ne & Manganesian finan-ga-ne'zi-an], a Man georan ſmäng'corn], s, gemengd koorn Milaneſe ſmaandgj, s, schurft ºf # Manger Eman 'dger], s. kribbe fi, pish maanger board, schot van den pisbak Mia zag in een ſmän' dgi-ness], s, schurftig waarna de ſmång’gij, s, mangel m. Miangle Imangº g1j -ed -ing, v.t. vaneense havenen, mishandelen, mangelen. Mangter Inaän gier], s, verminker m. Mango ſmångſgol, s, mango f. Maangenis en faaiing goen Izm] s. o +Man geanizeſming go-nize] -ed om op te smukken, Maar grove ſining 'grovel, s. maangob Maan gy [man'dgyJ, adj. #” » ..." man ha'ter], s, mensch Man-hater [man ha't » N tale ſmän' hole 1, s, mangat n. Manhood Imanº hildj, s, mannelijk Man haast ter ſmån 'hünteerd, is men Maan-hunting fman' niint-ing], s. Mania fºr W krankzinnig W in, "# reme [ma'ni-a], zuiperswaal le Ima'at-à Imanſ-a # # Manifest ſmänni fes Manifest ſtaan ni-fest] Manifestation ſmänen #### ## , s gevolmachtigde m. | va: ## > ej, yi #, d, be to-ry J, adj, lastgevend, beve d in # # Zº Maunder. elend." iſ om zichze ## #ſma nººra-b Manure ſma-nure'J, s. mest m, ha-nuring ### # ſmän'yu. Manuscript ſmän'yü-script], 1 schreven, Ima-rau , plunderaar m...] to shoot aboº & : ..... zººººººº ma-raudºing], s. strooperij f., stroop- to shoot below the a # marmeren, knikker m. (tocht in he is quite beside t , adj. marmeren, » bijster ; Hond maark, # de eutter ſmärºbl-cuitſter], s, marmerbewerker out, merken, tonnen, tot aan 1e edged ſmärºbl-ëd-dgedJ, adj, op snede # ter, light water naark, waterlijn, as a book b.. : (ongevoelig | gang, een mark, merken langs de kust, hebt rted ſmärºbl-hart-ed1, adj. ] adnekkig, swimming mark, tijdelijke ton # eh ſmartch], s. Maart m, lentemaand f; tocht, merken, thwart mark, dwarsmerk aantocht, marsch, gang m., z. Marches, a smaris, een merk aan den wal uit ch'J -ed -ing, v.i. &t. trekken, op- ter naark, moet van 't water. hee doen marcheeren ; to march Mark Emärk] - ed -ing, vat.&i, merke r, den trein sluiten; to mareh of opmerken, opletten; to mark out, aan n, zich uit de voeten maken, to marel, Mark-hoy ſnaârk boïJ, s, markear m. arts trekken , to march out, uit- | Marker ſmärkºer], s, aanteekenaar, marke to march an army, met een leger Market ſmärºket), S. markt f.., prijs, > . ## elerle of the market, marktºn 'd ſmärtch' bird], s, kikvorsch m. one's market of a thing, er ſmartch'er], s, bevelhebber der grenzen m. verkoopen ; they 11 make the * Imärtehºezj, s, pl, grenzen ºf pl, | they can, zij zullen het zoo duur ! ſmärtch'o-nessj, s, markiezin f. koopen ; they make a good N 1e ſmärtchºpäne] p verkoop en het tegen .. ſmärºeid], adj mager, t will not ## ſmaar ſcoºrd, s, ver # -ing, wit, marmeren. (m.| gang,' land maart, landen # º: the hal op spelen, fiti, s, merrieveulen n. maarschalk m. ie » » % * . "W ..." » #rººk 'ga-ri-tſfeer ous], adj, paarlen wil rkat ºf voortbrengend. ry-houl-et], s, uil m. kant na ei van vruchten in, adj, #tart der in M ».' ', san ſmar-mo re-and, adj, van marmer. mär-môt'J, s, bergrot, marmot f. ma-rôôn' J, s, voortvluchtige neger m. on/J adj, donker, kastanjebruin. w -ed -ing, v.t. op een woest (bv, misdadigers), plot], s. plan verijdelaar m. , s. kaperschip in.; letter of smar- groote veldtent f. , markies m. w W , s. ingelegd werk n. zate], s, markisaat n. ag, vi, bederven van een kind. dgJ, s, huwelijk in., echte stand mag y sister, in second marriag jn tweede vrouw geweest. 3, 4 & adj, huwbaar. # Martyrologyſm #### Martially ſmär'shal-ly], rºz | Martinet ſmärtſ- Martin maas ſmärºtin-mass], s. St. Maarten, 1 Martineas ſmärt'nessJ, sº nokgording f: ; to tol art ſmartjes, markt Hart ſmärt] -ed -ing, v. # t, &# w Martellow-tower ſmar-té1'lo-tou- na, in Engeland. w # Maarten ſmartin],,s. marter. m.: ; gierz » Martial ſmar'shall, adj. krijgshaftig, # eoware martial, krijgsraad m. ; martial parti- eten, ijzerdeelen, . ### # # ## # Martial-Haww ſmär'shal-làw], s, krijgsw # # tºn: sharisti, krij# adv. op een k Martina ſmärºtinJ, erzwaluw f. , Martiet ſmärt'let. zwaluw f, Martinet- finartinetsi. • pl, dempgordings springteugels na. pl. Maartingai imarſtin gaij, s spaansche ruiter m. # snaartmaese, nokgording ophalen. Martyr ſmär'tirl, s. martelaar m. , w jº-ed -ing, v.t. martele tir-dumj, s. ": te, dg'I-call, '- mär-ti-ro stij, s. Je ºver der martelaren m. # ########### gyſmär-ti-röl'o-dgy -ing » ' . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . erertſmäs'sa-krer],s, moorder, moordenaar m. is ſmássºbük], s, misboek, missaal n, ſmaass' er J, s. misiezer m. » sa-house Emmassº hous], s, kathºlieke kerk f. ieot Emasºsiecºötij, s, loodgeel n, .. N een ſmás'si-nessd, s. massiefheid f. .. Massive [más 'siv], adj, massief, zwaar, dicht. n # h eas Imás/siv-nessl, s, massiefheid, zwaarte, # aan meeting ſmáss'meet-ing], s, staatkundige jeenkomst in de open lucht f. S » een priest Imáss' priest], s. mispriester m. ma tmás' syJ, adj. massief, zwaar, dicht. laat ſmast - ed -ing, vt. bemasten (a ship). nas fan 1, s, naast aan. ; to arras a ranaat, een mast optuigen ; to cut the mast, den mast k een te finiſh the naast, wangen om een naast de # |Maat to fix a naast, een mast inzetten , to lon naast, den mast verliezen, to pay a mas &# een naast harpuizen; to rig a naast, tuig over- en te spring a mast een mast kraken, te ºpend a naast, mast door storm verliezen; to step naast, een naast sporen; to strip a mast, een ººst optuigen, een mast tuigen, te over naast, lasten te lang nemen, naast earrieri nvvay, boord gezeilde mast, driver maart, druilmast, 1 g of a naast, aanvullingsstukken in een naast, ernaat, fokkemast; forſe top vaart, fokkesteng, ing ahaft, vallende mast; jury maat, eig; 1 er naast, ondermast, zaaizzen aanaat, mast, maizzen top naast, bezaansteng; pole mast uit een stuk, aaneengelaschte steng en ingle naast, naast uit één stuk ; ring tail t druilmast, apare mast, waarloos rondhout maat, steng, top gaſtlant naast, brainsteng; ik naast, boven bramsteng, trysail naast wrang, mast, die een ikel m., beukenoot t. 1, s, zeilbalk in. # lingz], s. pi klamaaien g El # # broeking om den mast films i # reen en es, »rae, stal niet Master-spring Imás'ter-spr Master-gunner Imás'ter-glin' # .. ha and Imás'ter-händj, s, me # %# # # # est ſmás'ter-djestJ, s hoofdklucht ºf ºaster-key Imás'ter-key], s, looper, keizer Masterlean ſmás'ter-less], adj, zonder na meloos, onbedwingbaar. ## Masteel in een ſmas'ter-li-nessJ, s, meesterlij Mºha-ter-Hoek Imás'ter-löck], s, deurslot Maeter-Jode Imás'ter-lode], s, hoofdade MEasterly Emas ter ly J, adj, and adv, m Master mason ſmás'ter-mã-sn], s, vrijm den 3en graad, meester m. vraaier-mind fmaster mindJ, s. hoofdst Maas ter pieee Imás'ter-pres], s, meesters MEaster-ſpit Emásſter-pït), s, looierskuip Maaster-root fmás tereróót J, s hoofd wº Mastership ſneas'ter-ship],s. meestersch e 3 derheid, bekwaamheid f. » Master-shipbuilder, Master-shipvvri tereshfp-bïl-der, más'ter-ship-right], s. bouwmeester m. .. ## Master-ainew Imás'ter-sïn' # s. buigspier In de Master-string ſmás'ter-strºng], .. hoofdsnaar » » # Master-stroke Emás'ter-stroke], Master-tooth Imaster-tôôth], Master-touneh ſmás'ter-tiitch], Master-warden Emas'ter-ward Master werk ſmás ter-wurk J, s. meest ## ſnaas’ter-wart], s, mees # & Maatful Imástºfü Maethateh Imast hatch J, s. sp Maat head imást hédj, s. top v Maast hoop Imást'hôôp], s mastbank satie [naast tiej, s, mastik m. .. MEasticable ſmas'tieca-bl], Man tieador ſmås'ti-ca-dorf, s. d. p ngebit » # aar worden. | aren, passen, M. alone is Matter ſmätter J, s, staf, zelfstan werp, voorwerp n.., zaak fi, ding na, the matter of your age ? hoe o .. aneh matter, geenszins, niets van dien is no matter, daar is niet aan gelegen # ter of ten miles, omtrent tien ! aphaan,m. , (heid f: | ter of tact een feit, wezenlijk geval, na tondelkoord in, ter of fact, het is een wezenlijk gebeurde s, zwavelstokmakerſ matter of regard, door oorkonden beweze .. ſmaken na he spoke mueh to the matter, hij spr W.--. . . . ...: W. zwavelstokken ter zake, upon the (whole) matter, in het ckJ, s, lontstok m. (Jie heel beschouwd, in den grond; rou are kardoeskoker m., koelba- upon the matter, gij zijt er dicht bij ; en & er aan, you know, is a great matter, gewoon weet "# veel af. # Matter ſmätter J -ed -ing, vi, van be etteren. { van Matter-of-fact-man ſmät'ter-of- MEatterless fruit'ter-less], adj. zou ttery ſmåt'ter-ryl, adj. etterig. g ſmiltºting], s. matten, m ſmãt'tuck], s. houweel n. # ſmåtſtress], s... matras n. atty ſmätºty], adj. gevlochten aturate ſmät'yu-rate] # en, zweren, d m Imaw'wurm], s. maagworm m. # ar, -ry ſmäxtil-lar], adj, tot de kaak be- de (grondregel m. a tmäk'sim], s, grondstelling fi, stelregel, m-manager ſmäk'sim-ming-ker], s, zedenpre- r, spreukenuitkramer m. . » » ſmäxºt-mumj, s. hoogste n, hoogste , s. Mei, bloeimaand f. (prijs m. # , Might ſmuht], v. aux, mogen, kunnen, unnen zijn, wou may go out, gij moogt, kunt %. ; may & not see him ºr mag ik hem en; I hope he may succeed, ik hoop gen zal; be all this as it may, laat alles zijn zooals het wil, may be, it may naar hap, het is mogelijk, misschien. oor may'blôômj, s, meidoornbloem f. Imayº buigj, reikever in, huah ſmayº biishj, s, wilde kwee f. ſhafer Imay'tchäfer]. s. meikever m. day ſmäy'däy], s, eerste Mei, meidag m. ºrdew tmäy'duw J. s. meidauw in. uke Imay'dyu-ke], s, meikeer f. wer ſmäy Hou'er J, s. meibloem f. men Imay'gamzj, s. meispelen n... pl., to te may games of any one, iemands speel- bal zijn, 3 33 % » is het # s, verminking, die # mand zich niet meer kan verdedigen ºf 'ing], s, het plukken van bloemen op .. s meikoningin f. , lelie der dalen ºf # .. # y Imayºla-dy], il. In ## # en tmay mornij, s. frischheid, kracht f. ma'yar], s. mayor, burgemeester m. ma'ar-ral-tyj, s, burgemeesterschap, | nieage, trieagerjºadj, 'mage # |#1; # : | Mean fmeanj, s middelmaat | Mean born Imean' börn J, # rmager onger , magert Meagerness Iméa’ger-nessj, s. #Meals Imeak]. s. haak m. Meal ſmeall, s. meel, maal na, maaltij meal, maïsmeel; to eat a horse en zenmaaltijd doen, meal bread, fijn ta malen, tot poeder maken, ºf vermengen , s. meelzak m. Meal-bag # Ik na. Meal-duet ſmeal' duist], s, stuifmeel n. Mealisaess Iméal'ſ-nessJ, s, meelach Meaiman ſnaëal'man J. s. grutter m. Mean-sneat Imealſmeat], s, meelspijs veeai-aifter ſméal'sºft'erJ, s, meelzee Meal-time ſmeal time], s. etenstijd m, e Meal-tuh ſmeal'ttibº, s, meelwat in. .. Meal-vvorm [méal-wurm], s, meelworm Meady ſmea/ly J, adv: meelig (as a Meady-mouthed Imeaºly-mouradj, adj hout heden een traea ly-m nid Means : apparel, the mean in bee is de middenweg de beste, en ik all things, den middelw Mean Imean], adj, geri verachtelijk gemiddeld, a mean birth, eene 1 mean tinne, middelbare Mean ſmeanJ, Meant ſmé mr. vat.&i. meenen, bedoelen, voc # kenen, bestemmen. ":"#er ſme-änder), s. adj kronke Meander ſme-an' |Meandering ſme-and doolhof m. » Meandrian Ime-än' dri-an e-ân/dry], ad ean'ing, i measuree, koolla- ſe # ## -lyl, adv. middellijk. agen ; to twº tºe samea- iſati ſme-di-A's hunJ, s, bemiddeling f. iator, ſme'dyi a 'tur], s bemiddelaar met , beyond measure, Mediatorial ſme-dia-to’ri-al], adj, bemiddel easure, grootelijks, Mediatorship Ime-dyt-a'tureship], s midd re, grenzenloos; in sonne mea- schap in. » ,,T. • NV. '' " ... . . . . # # # aat of na easure, buitenmate; | Mediatrix ſme-di-a'trix] - tress, s. b. w re, leer om leer. Medie ſméd'ic], s, spurrie, spaansche a’ur] -ed -ing v.t &i meten, in Miedieabie ſmed'Y-ca-bl], adj geneesbaar ieten, toemeten afleggen (bv. twenty Medical ſmed'i-call, adj. geneeskund aneasure other people's eorn by jeari-prudence, ge bushel, iemand als zich zelf beoordee-| Miediea 11 y [méd'I cal-lyJ, adv. genees waard is, zoo vertrouwt hij zijn gasten. Medicament ſmedº ea-ment], s, geneesmidde éz gelijk, gestadig, be- | Medicamental tiniëdººi ca-mënt 'alj, adj, t red tread ijke tred. ,.. w neesmiddelen behoorend. # is], adj. onmetelijk. | #Medicaster, ſméd'I-cas-ter], s, kwakzalver r-mentj, s, afmeting ºf jinne die te ſmedi-cate] -ed -ing, vt. geneesk meter m.; see way anea- toe bereiden, - behandelen, ge &## » W. | Medication ſeriëd-i-ca's hun], s. er handeling of toebereiding f, gebrt h; broiled at, gere vleesen, w éd'Y-ca-tiv], adj. gene meat, gekookt vl v z Medicinable ſme-dis'si-na-b], adj. # »on meat, lepelkost; ts, vºedicinal Ime-d'Is'siºnaij, adj, gene: , 34 "nedicine Imédºi-cin], s, geneesmidd ſmédºi-cini -iks roepen; to meet en, # ervliegt als rook: win ontvangen worden; to meet with a storm, door je een schelling verteren ? storm beloopen worden, te meet with # couple of deeusaes upon us, de , een verlies lijden; I shall meet with him, I paar kronen aan ons ten koste, al hem vind N » .. en; Melter ſmelt'erl, s, smelter m. Il meet him on any ground, ik zal hem Melting ſmelting], adj, smelten in, waar hij ook mocht zijn ; to meet with Melting Imelting], s. het smel pulse, van de hand gewezen worden; these Meltingneas ſmélting-nessJ, & neet with no sueeess, deze plannen heid, teederheid, teergevoeligheid bijval. (geschikt maken. Memawn ſme'maws], s: grimassen in ſmeet en] -ed -ing, vt. gepast maken, Member ſmém'ber], s, lid n.., lidm ſmeët'er J, s, die ontmoet, ºf member of parliament, parlementslid g ſmeeting], s, ontmoeting, bijeenkomst. Membered Imém'ber-edJ, adj, met leden. ing, samenvloeiing f. » (bedehuis m. iMembership Imém'ber-shºfpj, s, lidmaatscha ing-house ſmeeting-hoüs], s, vergaderplaats fi, Menahranaceous [mém-bra-na'shusj, a ſmeet'lyJ, adv. geschikt, gepast. Menahrane ſmém'brane], s, vlies in » tness ſmeet/ness], s, geschiktheid, gepastheid. f. Men braneous ſmem-bra/ne-us], ad Megalo... in samenst. groot, reusachtig, Mena braniforniaſmém-bra'ni-form],a en Miermento ſºme ménſto], s, geden oan ſmégºa-cozm], s. groote wereld f. Memoir ſmém marj, s, gedenkse lo) 'tm#pºo-ſisj, hoofdstad fº, Memoiriet ſmèm'mar-rstJ, s, gedenks a Line grimJ, s, schele hoofdpijn, gril, kwade ºver m. .w an)o... in samst, zwart, ſluim morability ſmém-o-ra-bºl'i-ty], s é1'an-köl''lic], -choly Imé1'lan- 333.3333 aarmoedig, droefgeestig. (& f. M. ## ad # # # - Meernorable # adj, g holist Imélºan-kölººiist], a. droefgeestige m. Me randuna Imém''mo-r holize Emé1'an-köl''Izej ed -ing, vat # noºie moedig maken, zwaarmoedig worden. . W rol"lyl, s zwaarmoedigh s..suikerstroop t. ## ## Er T # ki h » . . . . . r ſmer' te » i kte kleedingstuk stukken m eer Imèr'ci-füIJ, adj, bar Mercifully [mér'ci-fül-lyj, adv. Mercifulnese ſmèr cf-ful-ness], s. Mereiless ſmer'ci-less], adj. #r N w Mereilessly ſmèr'cº-less-lyJ, at "#-enee- Emèrtci-less-ness], ## # Mercurial Imèr-cu'ri-al], adj, levendi 33%%% | Mereurialize ſmèr-cü'ri-al-ize] -e stonden m pl: | met kwikmiddelen behandelen, iſ 1], adj maandelijksch,,,,,, Mereurification ſmèr'cu-ri-fi-ca'shi strii-ant], adj. aan maandelijke zilverbereiding f, vermengen met erhevig. ## |Mereurify ſmèr-cu’rt-fy] -ied -y rit ilver uit metalen trekken, met kw reury ſmèr'cuery], s, kwikz #vieren fy fmer en tyj - kwikzilver-preparaat was # erenry's-fin mèr'cii-ries-fºn-g r ſmer'cyJ, s. barmhartigheid, at the interey of, to aat de genade overge merey, ik vraag en geen aas, w e-Evºerd Mere ſme ne, 11: (lijkheid f. S ment] -neus, s. vreugde, vroo- , adj, vroolijk, grappig, me # e snaak; to make merry, vroolij make merry with any one, met # m, den gek scheren; to live a vroolijk leven hebben; it's good ry and wise, wel doen en vroolijk goede zaak, to take a merry en p., olijk glaasje drinken, he is a little merry, is een weinig aangeschoten is to be set on pin, in een vroolijke luim zijn, hºe any things to sell a merry Penny- , hij heeft vele dingen, die hij goedkoop ### » .. » mér'ry], s, wilde kers f. » » vadeevv Imér'ry-än' drüJ, s, hansworst m. » Imérºry-be-göt-tn], adj, onecht. ſmér'## s. noorderlicht n. ron ſmêr'ry-go-do-rön],s, zwaar bier n. ht Imér'ry-thouht], s... borstbeen (van ſmer'shun],s indompeling f: (een vogel) n. ema ſme-seem z'J, adv. mij dunkt. » rie [me-sen-tër'ric], adj. darmvlies... tery Imès'sen-ter-ry J, s, darmvlies n. meshl, s. maas f, droesem van bier, # -ed -ing, v.t. verstrikken. - s. mas ## 'naknetisme gelooft m. & f: » j, # gerecht na, schotel, bak m., ge # # el f, hutspot m, verwarring, leid fij chief of a mess, # -ed bakmeester. g, v.i.&t. eten, samen affen, # .. S » %. #"# f; to deliver ## |wn ste vroolijk 1 metaalacht Metallist I Mete f # Mete ag, v.t, m ter N # 3 3GS, . . . . 'WW--- . . "#ehe-i- Ime-tëmpºst-co ir-ist], s, iemand, die aan 't dier- # Meteor Imeºtye-ûr], ten, je pen ## # Meteorolite |, luchtve tig, metaalhoud # W. , . . . . . . . . . . . . . . R.:... -S mét'al-list], s, metaalwerker m. ſ Metailograph "# is, metaalbe Metallurgie(al) ſmet-tal- ar dgië, adj, tot taalzuivering behoorende, tot de metaalk hoorende. ## Metallurgist ſmetºtal-lûr-dgist], s, metaalken Metallurgy ſmaë'tal-lûr-dgy], s, metaalkun taalbewerking f. # # Metalman Imétºtal-manj, s, koperslager, t Metamorphose Imët-ta-mor'foze] - ed -i herscheppen, hervormen, van gedaant Metamorphosis (Metamorphose) Im 1 sis], s. gedaanteverwisseling f. Metaphor Imétºta-for], s, overdrachte Metaphorie (al) ſmët-ta-för'ric], adj Z lijk, figuurlijk. [drachtelijk Metaphorieally ſmètºta-förſric-al-ly], adv. op Metaphorist ſmétºta-för-1st], s. iemand, die fi lijke uitdrukkingen bezigt m. & f. Metaphrasefmétºta-phrase],s. letterlijke Metaphraat [métºta-phrastj, s, letter Metaphysie. Imét''ta-frz'zic], -ph, tmetºta-frz'zie-allyj, al vennatuurkundi Metaphysiealty # Meta #ien Imétºta-fi-zïsh'anj, s. kundige m. W S Metaphysics tmét tafwzien s, pl. % ## ſme täth'e-sis], E’ # erºp » Metayer Ime ta'yer], s, # v om de helft landerijen bewerkt m. mete], s. maat, grens f. , meten, 'sis 1, mete] -ed -ing, v huizing s, luchtverh it luchtvers teorize. Ime'te-ar-ize] -ed De E: .. ite [me-te-o'-ro-lft Meteorologietal) ſmeeteen- .. en beh e omringd, eg timidº legd, s mi » net Innººd lentj, s, halfvasten ºf, idlife ſmºdº lifel, s middelbare leef iden oran ſmaïd'mornl, adv. negen u istraight ſmſdºni ht], s. middern idriff ſmſdºrffj, s. middenrif. ideea Imrd 'seaj, s, volle zeef. ( tºdig. Midº hip ſmid'shºp J, adj. in 't midden va , moedig, ijverig, leven- midden scheepsch. # » . . . . . . . . . -N-. :-S. m], adj moedig, vol vuur. Mººide hipman Imſd'ship-man], s. adelborst ºm &x 2 S&R 38S. . . 38 :39: naoedig. Midst ſmidstil, s midden n.. ; tºe: enis f. » winter, in 't hartje van den winter, in is opsluiten, ºf een (niet in oar raidstºn, in ons # # # | Reid samen er ſmid'slim-merJ, s midden van #, # # ### ..." » # niMaid summer-day ("## , s. St Midway ſmſd' way 1, s, halfweg, midden in ### miſd' way J, adj. and a # # fin s. vroedv # ## rx is ife-ry J, s. vreet nºid-winter ſmid'win-ter], s... m. Mid-wwood ſmid' wil dj, s. mi en ſmien J, s, uitzicht, voor Imrff) %. hterblijven. iemoten, soldaten laat rijgskas, military ex een tting, mailitary store, krijgsbehoeften， . ## # w het leger n, gaf de » &N. . . . . .Z # ſmY1'li-ta-ry J, s, de gewapende macht, Million Imaïlºyund, sº millioen n. r .. » # ſmſ1 litate] - ed -ing, viſ krijg voeren Million (r)aire fmri-yun ar'J, 8 millionnair m weerstand bieden aan (against, with), Millionsh ſmileyunth], adj, millioenst Delfsh'al, s, staande krijgsmacht f. Mini-lay ſnaï 1'lay] Haid ſlaidJ Haying, milkſ, s. melk fi, zog n. .. ren openbreken om te stelen. # J -ed ſmºlkt] -ing, vt. melken, met Mill-teat ſuarliſleat J, s. molenbeek f. gen; to milk the pigeon, duivenmel-Mit'-pond ſmull'pand], s. molenvijver m. onnoodig werk doen. | Mili-puff ſmaïll'piiffj, s. kaardsel n", scheer ken ſmºlk'kn], adſ. uit melk bestaande, Mini-race Imanºll'raceJ. s. waterstroom, die ee ker tm 11 ker], s, melker m., melkgevende koe fel lenrad in beweging brengt m. eiever ſmſik te verl, s, melk koorts, zogkoorts ºf Mitt stone Innºll'stoned, s. molensteen Ik house [milkſhotisj, s. melkhuis.n, (beid fij into of through a mili-stone, sch ſmſ1'ki-ness], s. melkachtigheid, zachte geheim doorgronden, to weep mij ivered Imºlk"IIvº verdJ, adj, lafhartig, | 't geheel niet weenen, geen tranen ik naaid Immºlk'maidJ, s. melkmeisje n. Mini-stone-grit [naïll'stone-gritt], ik man ſmelk manl, s. melkboer m. | bewerkte Bentheimersteen m. ik meat Imrtkºmeat'J, s. melkspijs f. Mili-tooth Emiliºtooth 1, s, maaltand 1 ſmilkſpail J. s melkemmer m, Mill-wheel ſmall'whëël J, s, molenra » orridge ſmilk'por-ridg], Milk-pottage, s. Millwright ſmull'ri ht], s. molenmaker m rei fi, melkpap f. # &## Miit Enaïlt J, s. milt, hom ºf score ſmſik'scoreJ, s. melkrekening f. | Milt ſmiltj -ed -ing, vat. bevrucht ºp ſmûk'sûpl: s. bloodaard m. &# # ### Milter Emil 'ter], s, hommer m. r ſmſlik'strain'er], s. melkzeef f. Mºme ſmime], s, kluchtspel n 'tôôth], s, melktand na, tºnianne » . . . . . . . . . ... • SXS ' . . . . . . . ee] lºkho lie ! 'ie J, s, klucht .. innie (14) ſmſmºiel-ited # | Ik-ing, wat nabootsen tºonad mij, s, melk, | Minnie Emſm'ie] -al, adj y-way J, s. ## m. Miamiekerſmimiek molen m, fabriek, spinnerij, munt- Miniery ſmmm'ik-ryl, 's la ºrist. ## | mimiek, mimische voorstelling ºf ſmilld] -ing. v.t, malen, doen Mimographer fmi-mögºra-fer] # W , is #" (muntstukken), to] Minacious ſme-na'shus], adj, dreigend. % » de schuimen. | Minaret [min na rét/l, s. 't hij ee ## 'perJ, s. molen- hººrt in in een molenrad m.l ##### sel n. # adj. uit duizen hartigen, ont, ziekt ten mind one's health, acht nemen, mind your own bemoei u met uwe eigene zaken, ne- er is niet aan gelegen, ndſedij, adj, gezind, » In een ſminded-ness], s. gezindheid f: » filling Imind'fill-ing], adj, 't gemoed ver- # taarten, en naar een: dº fill J, adj, indachtig, zorgvuldig, op- # # , adv. oplettend, zorgvuldig. mind'ful-ness],s. oplettendheid, zorg f. d'less], adj, onoplettend, achteloos. ten (mind'strïe-ken], adj, bewogen, ron, de mijne, het mijne ; this house is mijn huis, this girl is mine, (nen. , vt. uitgraven, ondermij- , s, mijnwerker m. # mineur m. ## lf # .. ſ s, steenkool f. elfstofkundige mº, | Ministration Emſn''niset delfstoffelijk, mineral coal]. sto-| zijne riëel dagblad, & # # # #3 Ministra1 ſmſn'is-tral], adj, tot een mini Ministrant [min nis-trånt], adj dienend. thun], s. dienst" # f, dienst m. (kerkelijke) bediening ºf Ministress ſminºis-tressJ,s, bedienares, bedee Ministry ſmſn'nis-try]. s. bediening, ambtven ting fi, ambt ne, dienst m., ministerie n. Minium ſmYn 'ni-um], s, menie ºf Minnin-on Imſn'n ſn-on], s. twaalfuurtje in Misanovv Eminº'nuwj, s, stekelbaarsje na Mainor Tmi'nur], s minderjarige, onmondi Minor ſm1'nur], adj, minder, ik ein, Aain Klein-Azië. .. Minoration [mln''o-ra'shun], s, vermind Minor-energy ſmi'nur-clër'dgyj, s. jo steenvegers m, p » W In pºls » Minorite Emi'nor-1 te], s. Franciscaner in Minority ſmi-nör'ri-ty], s, minderjarig Minotaur ſmaïn 'no taur], s. stiermensch ## Mainster (minister], s. hoofdkerk fi, dom in Minstrel ſmin'strel], s. minstreel, bard, za zikant, speelman m. |Mainstreley Eminstrel-syl, s. money, groote som, #viºsi, sen krui m ## # ſmïnt' dröps], t’erd, s. In #####1e ſmſnt'ju'lep], s, wijn, # en kruid m. h drope » water ſmſ sme .. Amerikaanse tampt ij ten, ſmodder ... , v.t,8xi, bemoddere n Imaire « 1, s. roerdomp m. sa Immºrt-ness], s, modderigheid f. te ſmirk'sum], adj. duister, somber. rºky], adj. duister, donker. r imir'rur], s. spiegel m. » ſmaïrºrur] - ed -ing, vt. terugkaatsen, nºirth], s, vroolijkheid f. » 1 ſmirth'ful J, adj. vroolijk. lees ſmirth'less], adj. droefgeestig. » 'ryl, adj. #, slijkachtig. (ding f. eeeptation Imis ak''cep-ta'shun], s. misdui- dventure ſms-ad-vën'tyure], s, ongeluk m., enewoed m., homicide by min adventure, on willige manslag. w ntured ſmſs-ad-vën'tyurd] adj, ongelukkig. ine ſmºs-ad-vize'J -ed -ing, v.i, kwalijk » ſºnen, kwalijk stemmen. et ſmºs-af fektſj - ed -ing. v.t, niet bemain- firm ſmſs-af-firm'J -ed -ing, vt. onnauw- opgeven, 3;& "Eesimaj, adj, niet wel gericht ſmïs-al-ledg'J -ed-ing, v.t, verkeerd! in V (verbintenis f. ee ſms-al-li’ans], s. ongelijke huwelijks- tinent ſms-al-löt'ment], s. verkeerde, toe- toewijzing f. » pe Imisºan-thrope], Misantropist Imts- pist], s. menschenhater m. ( hatend. pie(al) ſms-an-thröpic], adj. menschen | | Imts-an'thro-pyj, s menschenhaat m. M. *pplies is, ſmaïs-äp-pli-ca'shun], s, verkeerde Mººi ## # # ## (toepassen, k hniscanºplyn-ied -ving vººr iated ### » # Miscellara |Mischief-maker » » ## ## .. ge, Imis-cartridg], s toeval, vk gelukkige afloop m., miskraam ºf Misearry ſmis-carry] -ied - Ying, v.i. een miskraam krijgen , the letter en de brief is mij niet geworden, is verloren Miaeast ſmis-cást'J, Miscast, Mineasting rekenen. - - » Miscellane [mïs’eel-lamel, s, gemengd ! Mineellaneous Emis-cel-la'ne-us], adj, gen gemeen. ſme Miseellaneousness ſmis-cel-la'ne-usen Miseetianist ſmaïs-cël-la-nist], s, schr gelwerk m. » y Imms'eël'la-nyl, s. mengel +Mºliseenterſ maſs-cénºterij-ed-ing, v. Mineharmee #"# s, ongeluk n, Mischaracterize foars-kârºac-ter-ize] -ed v.t, verkeerd voorstellen, # Mischarge [mºſs-tchärdge'J -ed -ing, rechte elasten, verkeerd berekenen, Mischief ſms'tchyfl, s onheil, kwaad tweedracht f.., to see are from mi kwaad, voor onheilen behoeden, to make kwaad brouwen, tweedracht zaai » on these fe11 ovve, de drome ſmſsºtchif-ma’ stichter m. #ne # #ts Linehief-rmaking Emºſs'tchifenaar Mischie wone Imisºtchi-vus], adj, » S k, noodlottig. mis'tchi-v -än-pre-hënd'J -ed -ing, vt. | rijpen, misverstaan. easion ſmas àp-pre-hën'shun], s. # iëigeni dig ºm d maſs-as-cribe J-ed-ing # ſms-as-stha'J eed -ing, # mis v in # # , ººk serie rd begr A ttee w ſgedragen, zich misdragen. Men de-mean' J-ed ,v.t, zich slecht isimprove [mis-im-prôôv'J W ## ------ is. wangedrag in bruiken (as talente), slecht besteden tone' ti w (schreven. Misinfer ſms-in-fer'J -ed -ing, vt. &i, ve Imts-de-scribd'J, adj, verkeerd be | gevolgtrekking maken. # » mſs-de-zèrt'J, s, slechte verdienste f. Misinformfatis-in-form'J-ed-ing, vt. ki maïs-di et J, s. ongepast voedsel n. | onderrichten, valsche inlichtingen geven [mis-di-rect'J -ed -ing, v.t, verkeerd omtrent). » ## , richten tbv a passengerſ, - adresseeren Lºº is ie forsmation Imis-in-for-ºma's hun J. s.. etiaratuuïs-di-réc'shunJ,s. misleiding slechte Misia former Imïs-in-form'er], # eE # N- w ES---- ---- -- w keerd dººr ing, vt. isdaad ºf - (kwade f: valsche berichten m. keer - ſmts-dºſs-po-zïsh'un], s. neiging ten vºisinstrumet ſms-in-striict'J -ed -ing, w Ys-dis tºng 'gwish] - ed -ing, vt. |Mºni-interpret [mis-in-tèr pret] -ed -ing, vat. onderscheiden. M 1 keerd uitleggen, misduiden. » - did L. done I-dun'] Mi-interpretation [mis-in-ter-pret-à'shun], ######## rd -, misdoen, keerde uitlegging, misduiding f. » kwaad to n ſmals-join'J -ed -ing, v.t. ver :: gen, slecht verbinden, inder ſmſs-join' der], s, verkeerde aan ischen in rechten f. ſoordeel s ---- gºeJ -eet -ing, vat s verkee Miai in Tunis 'kinj, s, kleine doedelzak Milinkindle Imis-kin'dl] - v aanstoken, aanh # "ie:, & in aan, • ſmiz'zl J -ied -ling. W. eadſmis-ſeadſl-led t-led') :::::::::::3ss .. ing, wat » na wanbegrip in. Misee » # ſs-per-swa'zhun], s, dwaling keerd zenden. # # .. mis-place'Jº-ed -ing, vt. misplaatsen, Mienerve Imis-servJ ed ſ-servd » # : # "Er: ſmis-shape'J -ed -en ing, ºntj, adj, ongepast misplaatst. maken, misvormen, » » lead'ſ -ed -ing, vi. in 't pleiten. Misslaap en een ſmïs-sha’pn-ness], s. m. .. » (pleiten ºf iMissile ſmars sill, s, projectiel m. » #leading, s. vergissing in 't Missile ſms'sl], adj, werpbaar, werp, oïnt'J -ed -ing, vt. verkeerd punc- Missing ſy ſ missing-ly], adv. nu en dan, .. Mission iſ mish’unj, s zending, missieſ. tml # s, verkeerde staatkundef. Missionary [mish'un-a-ry], s, zendeling ſmſs-practice], s. verkeerde practijk, vrienive Imts-siv], s, zendbrief m. ijk ºf . . . . . . . . . . (fout drukken. Minsive fairs'sivil, adj, gezonden. # mis-print J -ed -ing, vt. verkeerd, Mi-speak Inafs-speakºil -epoke I spoke' maſs printj, s.. drukfout f. is een fespoºkn] -speaking, v.t.&i mis prize'J -ed -ing, vt. misvatten. *preken, zich verspreken: N # ſmis-prºſzh'un], s. misvatting, verach- Mieeper Emis-spëiº 1 lied I-spiëld'ſ in aprisien of treason, bewustheid van Vries pend ſnuis spend er deelneming, .... . . . . . . . . . . . . # # # is-prize'J -ed -ing, v.t, gering ach- in (handelwijs ºf Wii ZEXXESS. ſmſs-pro-ceedingl, s. verkeerde ººi 'J -ed eil ſmſs pro-fess/J -ed -ing, v.i.&t, valei verkeerd voorstellen, onnauwkeurig aanha denis doen, kennis voorgeven. » mi natiºn Emis-sum-maslaan 1, s , W Imaïs-pro-noüns"J -ed -ing, wat opsomming f. º:: : : : : g: ######### preken. (keerde uitspr #Miat ſnais is, s. mist m., to ea ſmaïs-pro-niin-shi-a'shunj, s, ver- any one's eye # ais-pro por's hun] -ed -ing, vt. pen 5 to be a . d zijn ! mak this aint of voºrste waartoe al die woorden ? to go away in a niet, trekken , a senten niet, een motreg 'J - ºpent f-spënt' t kwalijk #verkwiste J de opvatting, .. » tike I'mistake'J, s, vergissing is. # 'J-toolkie-tûkje taken te inig vers erkeer ed-ing, vt. misreke -ed ing, wat ver # » -ing, v. # ## N rsel ne, # st: . ng is 1 in # , s, verkeerd rechtsgeding in. |f Mizan Mizzen ſmſzºzn J, s. bezaa mizzen, 't balan grif in de la change the anizzen, bezaan doorkaai the anizzen up in the brails, d - to peek the raizzen, SNRW # # W #wig ºf met the maizzen, de beza Imis-triist'ful-mess], s, wantrou: the elease aft enizzen, de ::53: - mis-triist'ing-lyJ, adv, met wan- bezaan zoo scherp mogelijk zetten, ...... . . . . . . . . . . . # t Mizzen-bowlines ſmiz'zn-bow'linz 1, sº na. pli (zee woorden, » (d Maizzen-brails Imma'zn-brailzj Mºnizzen-channel ſmiz'zij-tchän'nel Mizzen-couree Imaizºzn-eou ºff Imiz'zn-gaff], sº # N wiizzen-peal tim is Mizzen-nail Im Mizzen-sheet ſmrz zn r, meer, lange & » ºrm, geklaag, gejammer na # , v.i. &t, kermen, jammeren, # # -lyJ, gracht : # # ### 3,38%.::::::: 3 :: ## - ed -ing, v.t. met een gracht om- s, grauw, gespuis, janhagel nu, samen- p, volks m., verwarde menigte, nacht- lavv, z. Lunch- # bed-hing, vt. mishandelen, iemand zetten, toetakelen. (meen, , adj. oproerig, onstuimig, ge- beweeglijk, beweeglijkheid, w", # » » # N-, ### -ing, vat, het hoofd bedek- assin) [möc'ca-son],s. Indiaanschººl N # ## .. # # # # ## #3, Modernizer ſmöd'er-ni-zerl, s. potting f, spot m., voorwerp md, valsch, onecht, na- "## # jammerend. (bejammeren. ' va adv. op klaaglijken toon. | Mººi » {geven, iſ gemaakt, kluchtig. | Mºodest I # spotten, S3 S ::ss &... 3 | # een man van Enida Moderate Imöd'e-rate] -en | |tbv heat), stillen, doen ## # desires), verminderen, leiden, aan het N a nameeting), » » ely ſmód'e-rate-ly], adv, ma zºz. eneas Imöd'e-rate-ness], s. In delmatigheid f. » » (tigdheid, Moderation fmöd-e-ra'shun], s, matigheid Moderator ſmöd-e-raſter], s. iemand, iets # orzitter m. 3 Moderatorahip Imöd-e-raſter-ship], s. best Modern ſmöd'dern], adj, nieuwerwetsch, nieu dendaagseh, 3. . . . . . . . . . .. 3 3 # ſmödºdern], s, nieuweling, tijdgenoot dern zmj, s. afwijking Modern Moderniſeren Imöd' trant der ouden f. » . Modernize Imöd'er-nizel -ed -in wetsch maken. Modern en een » [modern-ness], s. nieuwheid f: 8:33 3. ...3 » # # ººd elen, teleur M Ick-etJ, s, aardkrekel m. | yu-lerl, adj uit stofdeeltjes be-| s stofdeeltje, vlekje n adj. met kleine oogen, bli -hitte, van een mug, roun is, gel de ziel va in not every body's money, iedereen ka ie kosten maken; to lay out money, gel leggen, geld aan iets besteden. • -, bag [miin' ny-bäg] - [m # -3- d ſmiin'ny-board], s, geldta Money-box [mtinºny-böxj, s. spaarpo #ey hºokertºniº brºker , s g #### ny-tcha Mºoneyed ſmü # ## nºnidJ, adj, rijk Mºessaeyer ſmünºny-er], s, gel w Money-render Emiimºny-lënd'er geld Mºoney-less ſmun'ny-less], adj, geldeloos, Money-matter ſmun'ny-mät'ter], s. gel Money-proof [münºny-prôôf], adj. onomkoo Money spinner Imünºny-spYn 'ner], s. kleine |Money' w m'niz-wûrth], s, geld "- # etzelfde woord eindig w mön-o-spèr/mus], adj, éénzadig. fmbin-no-sli-lib'ie al# adj, eenlet- ( lettergreep n. ble ſmön''no-sfi'la-bl], s, woord van een m ſmön/o-the-Yzmj, s. geloof aan 't be- Pernou- atheist [mön’o-the-ist], s. iemand, die aan 't ſtaan van een eenigen God gelooft m. & f: ,.. [nabn'no-tone], s. één en onveranderlijke is ſmo-nöt'o-nus], adj, eentonig. (toon: m. limo-nöt'o-ny J, s. eentonigheid f. n Imo-nöx'y-lön], s. boot, kano uit één ou monsoon, streek van den passaat ; the n niets in, de mousson komt door. Imön'ster], s. monster, gedrocht n. [mön'ster] -ed -ing, vt. tot een mons- 3 -- ## -- - onstrosity ſmon-strös'1-ty van ſmön'strus], adj. wanschapen, gedroch- afgrijselijk, # * analy (mön'strus-ly], adv. op een gedroch- anschaper wijze, schrikkelij # N stºrtis niet S. ,, ..." e'roJ, s, ruitersmuts f. th'J, s, spoel vat n. ºl, s. maand f; Hunár month, maan- month, zonnemaand; hy, in ij, in de maand ººk geen leden; this day a month, heden o ster meter ch, ! FMoot-enurt ſ tot behande en exter Inno t f: W n ſmon-sôôn'], s, passaatwind m., region | , wanschapenheid f. | | --: hanepoot vertuien ; to me, or with Moor-cock ſmoör, cºöe Moot ten, Mºg * tºt ini karak-li t ſi, ----- -- ## ºymeſmön/o-rhym], s. dichtstuk, waarin elke Me Moone heefm0 Moon-ahine Imóón 'shine], s. mane Moonshine ſnaoon'shinej, adj. door w eon-stone ſmoon stone J, s maansteen in, Moon-straseik ImoönºstrückJ, adj, maanzie Moony Imoon'Y], adj, een halve Eriaan we Turksch, maan... 3. . . . . . . # Moor ſmoör], s, moeras in., heide fi, 1 Moor [môôr] -ed -ing, vt. &i. vastle tuien, ankeren, vertuid ten anker lig across u ºnder saii, al zeilende vertuiel across tide, over stroom vertuien ; alongst, in een rivier of haven vertu by the wateren, een anker achteruit lat te, moor for east, voor oostelijke w vertuien ; to moor quartershot, een stagsgewijs met een anker vºertuien watershot, een schip met denk vertuien ; to moor with a »pr cable, met een spring op 't touw t to moor with three anchora a w two aneh ahead, voor twee ankers ten ## Meoorage ſmoor'adg],,s. ankerplaa öckj, s, korhaan m ame J, s, k # -ed isputeeren, ootable Imôôt' oot-(oase) ſm ra # # # ### ## ## i Mºep ſmºp] -p ng f. een zedelijken zin geven aan, eren, moralizeeren. # rimºr, al iſ zerg,s. # g ſmör-al-Iz'ing], s, zedenpre ik y Imbr'rallyJ, adv, zedelijk. # s pl. zeden ºf pl. - pree- ing: f. Imo-ráss'], s, moeras in. mor'bidJ, adj. ziekelij idness ſmor' ## ziekelijkheid t l, adj ziekte veroorzakend, M tof ## l, adj uit ziekte ſmor-bos'i-ty], s. ziekelijke toestand m. ous Imbr-da'shus 1, adj, bijtend. ity ſmor-dâs'st-tyJ, s, bijtendheid f. '## is, bijtend middel n. W ant ſmor'di cant], adj, bijtend, ## ation [mor''di-ca'shun], s. bijting, inbij- oreJ, adj. and adv. meer, meerder; some any more, nog meer, more and more, nger hoe meer, once more, nog eens; the .., the more..., hoe meer. ., des te meer. * uaeh the more, des te meer, no more. ger; he is no more, hij is niet meer, eden, a great deal anore, veel meer; undantly, meer in 't bijzonder, voºr ely to see me any more, gij zult niet weer zien ; 1 savv no more savv no more haat ten, ik zag er zag er niet meer dan tien ;, they more of it, men liet het daarbij: a. te, and we had been killed, het maar weinig of wij waren gedood gewor- - a thing than it is, een ore, doe het neg j het nog make more of a ergrooten; do it onee m they do it any more, als zij ; the more laaste, the worse speed t, hoe minder spoed # # # :: %; zedelijk (ker na, Mortgage " (meerderen in kern, M loon m.tvolzeline van #" g ſmorn 'ing], s. morg rºndlºon mor'munj, s. g] Morn morning J, adj. van ochtend, morgen... Morning-draught Imorn' in Morning-govvn [morn'# "#rreser ſmorn' den morgen, van d. # x " # tus: # Morning-priaat ſmorning-prïnt], s och ni, Morning song ſmorning-söng], s morgenlieden, Meorning-star [morning-stär], s. morgenster L. g-st Morning-twilight ſmorn'ing-tw1'11 ht], s, m | schemering f. : - Morning-visit [morn' g-vºz-it], a. ochtendbezoeken. # vºorokko, # s. marokijn in. Morose Imo-rose'J, adj. gemelijk, *# # Morosely ſmo-rose'lyj, adv. op een gemelijke wijze, Morosen een ſmo-rose'ness], s, gemelijkheid f. Morrow [mur'row], s morgen m.; to morrow morgen, den volgenden dag; the day after t morro. , overmorgen ; good morrow, goeden Morse tºebrs], s, zeekoe f. # t morgen Morsel tanors'selJ, s. beet m., brokje, stuk na, be brought to a morsen of bread, tot den delstaf gebracht zijn. N- Mortal Imor'tal], s. sterveling m. Mortal [mor'tall, adj. sterfelijk, doodelijk, me lijk; a mortal enemy, een doodvijand; mor hour, stervensuur; aan ortal sin, doodzonde, maar tal power, menschelijke macht. Mortality Imor-tâl'i-tyl, s, sterfelijkheid, stel menschelijke natuur f; bil1 of mortality, ster Mortality Imor'tal-ly], adv. doodelijk ſlijst Mortar Tmorſter], s, vijzel. mortel, kalk m. # # # hypotheek . mor'gadgj'-ed-ing, vt. hypotheken, ren, verpanden. (pan ortgage-deed ſmor'gadg-dëëd # gee Imor-ga-dgeë"J, theekhouder m. w w w ren Mortgager [mor' ## schuldenaar op h: Mortiteroue ſmor-trrºe-rusj, adj, doodelijk Hortification ſmör''ti-fi-ca shun], s. grievende Mortifier (mor'ti-fi-er], s, vernederaar, on eteugelaar m. Mortify Imor'ti-fy] -ied -ying, vt. wi: d. uchtigen, kastijden, verdriet, leed aandoen dvuur doen ontstaan of krijgen, versterven' tine [mortiz], s. gat in een stuk hout om ander daarin te voegen n. via i-e ſmortiz] - ed -ing, vt gen met pen en gat, een gat hort ºp ach reizei Missºrilist S& er ſinds ſmös'syJ, adj. mossig, met mos bedekt ad ſmos'sy-ground], s. grasperk ne, kort en fijn gras bewassen m. rus in # adj, and adv. meest, grootst, zeer ; en ## meesten deels; most eom-Mould Imbuld] -ed. -ing, ge ijk, at the amoat, ten meeste, » op zijn best, moet off all, voorna- melijk, he is moet in the country, hij is door- ns, gewoonlijk op 't land, moet illustriouse, meest beroemd, moet vile, allergemeenst; rapidly, zoo snel mogelijk. .. (k) Imost ic], s, schilderstok m. S&'.3% . . . ſmostly, adv. meestendeels, meestal, door- at ſmost'hwatj, adv. voor 't meerendeel, öt], s, woord, motto n. : s, stofje, ziertje m., splinter m. j, s. mot, nachtkapel f, worm m laten ### adj van de mot, wor- bthºn], adj, vol motten. (men opgegeten. » (gaans tira'erj, s moeder, moederlijk gevoel nºg! mother of pearl, parelmoer, mother wilde tijm; diſſidence in the mother | mist en is de moeder #| wijsheid, is trouwen i gheid is de moeder van d t, goed natuurlijk verstand -ed -ing, v.i. &t. stemmen , nemen #". natuurlijk, Mentele Motto # (f, ## # # :::::3 ." ſmöt 'toij, s, zit spreuk, Mould Imould J, s, vorm m., f, grond m., schimmel ºf , hoop' vormige beugel; mould toft ſtoor, raad der mould, roermal , to lay gieten, mould, de maal uitslaan. # vormen, g kneden. &# # # # : 2 MHoutdable Imoul'a-bij, adj. vormbaar Moulder ſmöuld'er], s, vormer m. Moulder ſmould'er] -ed -ing, v.i.8et molmen, vergaan tot stof » Mouldinean Imould'1-ness], s, beschi Moulding Emould" ing), s, uitschulping Mould warp #; s, mol na, Mouldy Imoul' ## adj, beschimmeld Moulinet [mou'li-netJ, s, kruisrad Mound ſmoûnd], s. wal, dijk m. MEound # -ed -ing, vt. # mºoiïnt1, # ber i in Mount ## een ingewijk bestijgen, opklimmen, beklim te eren, te naount a treoper, paard voorzien; to mount to, belo gen te nemen nat the hºren &###########3 # # b #. g, kwa Müntºed], adj, opgestegen, f mbünt'erj, s, b # # mand die van valse w ng [mount'ing], s monteering fi, beslag n. ngiy [mount'Yng-lyJ, adv. klimmenderwijs, [mournJ -ed-ing, v.i.&t. treuren, rouwen, tourner [mourn'er], s. die treurt, rouwdrager m. al Innourn' fiti , adj. treurig, droevig. y ſmourn'ful-ly], adv. treurig. utmes, ſmourm'ful-ness], s. treurigheid f. g [mourn'ingl, s, droefheid, treurigheid fi, mº, rouwgewaad in, first mourning, zware second mourning, lichte rouw.; to be # warning, in zwaren rouw zijn. band ſmourning-bändJ,,s. rouwband m. 1y ſmourning-lyJ, adv. droevig. -- - uit Imourning-su't J, s. rouwgewaad n. ear Imourning-year], s, rouwjaar n. s], s. muis f; moune of a stay, stag- we of the voyal, muis van de kabel- peak like a mouse in a cheese, spreken, #### # -ed -ing, v.i.&t. muizen vangen, uren; to mouse a hook, tegen 't en verzekeren. ,, w # -butto ek ſmons' büt'tock], s. staartstuk n. M Imbüs’hole], s, muizengat n. . w muizenvanger m, muiskat N s' # s. muizenval f. , parson's huwelijk, * ### d, # bek m., ingang m. zweren leeft m. & f. Mow-burn ſmöw'burn1 th-pieee Imö ## mdstuk na, sp voor anderen Movable ſmôôv'a-bl], adj. beweeglijk, veranderlijk roerend, movable goºd-, roerende roei: lijk Movable.nees ſmóów a bi-messj, s. beweeglijkh di Movabless Imóôv'a-blz], s.pl. roerende goederen pl "Et # #a - ----- b WS - N 8. i ke wij ovahly ſmóóvºa-bly J, adv. op een beweeglijke wijze Move ſmôôvJ -ed -ing, v.t.&i, bewegen, doen gaan, in beweging brengen, verhuizen, vervoere opwekken tas pity), roeren, zich bewegen, zi in beweging zetten, gaan, naderen, een voor doen, the wind moves the vessel, beweegt het sehip voort; the horse moves 1 eart, het paard trekt eene kar voort; to move a prayer, bidden; to move into, betrekken wonen in, w w w 'W Move [môôvJ, s. beweging f., slag, zet Moveles- [môôv'less], adj, onbeweeglijk Movement fmóôv'ment], s, beweging ºf fMaovent ſmo' vent], adj. bewegend, #Movent ſmo'ventJ, s. beweegmiddel m., bewe oorzaak, beweger f. - Mover ſmóov'er], s. beweger, aanstoker m., drº is aan veer f., voorsteller m, w Moving tmoovingj, adj, roerend, tremend, Movingly Imôôv'ing-lyJ, adj. aandoenlijk, zielroerende wijze, ----- k ## Movingnews[móóv'ing-ness],s roerendheid, al f | Mow [mow], s, hooi rg, opper m. #ng, viººi maaien, we Movv [mow] van hooi +gezichten trekken, -ed #### mrº +Man vve [mowe], mought in. zijn, moeten, mogen, w ag, vººr ſmout] -ing, wil. f! Mower Imow'er], s, maaier m. Milowving imow'ing], s. maaien n. i imme #"el, # maaltijd - Imtick'er er], s. schrape ºm tick' bºll], s... mesthoop m. ,, tmtick'ki-nessj, s. vuil n, vuilheid, iſkºki J. adv. veel. (morsigheid f. ſmick'suck-le], s. vuil wijf n. op erfeeker tmtick'top'er-fëek''er], s, para- » #### » % S toren ## s. mestvorm, vrek m, ik ky J. adj, vuil, morsig. . ty ſmu-ct #l. s.. slijmigheid f, slijm n. ſmu'cus], adj, slijmig. N Imü'cus-ness]. s. slijmigheid f. e. Mueronated Imü'cro-mate, mu'cro- adj, puntig, in een punt uitloopend. ſmü'cu-lent], adj, slijmig, kleverig. mºnºcus], s. slijmigheid f. A. modder f, slijk n. ## ded -ding, vt. in de modder of # derig maken. » tºt dºel te #; adv, modderig, morsig. in een ſmid'df-ness], s, modderigheid f.. ie # 'dl], s. troebelheid, verwarring f. e ſmtidºdl] - ed -ing, v. , dom, doezerig maken. » miid dy], adj, modderig. (ma J - ed -ing, vet. bemodderen, dºdy-ground], miid dy héd dedJ, adj, dom miid dy-maëttled.], adj, de # rling teen visch) m. #, A. ken ne, eend f. N ck'er], s. duiker (vogel) m. 11]. s leem en muur m. dºwâldj, adj. met een leem en muur. ruite # r: "# vi, ruien, » » # # e'], s, polsmofje n. ## » .. » hullen, mompelen. inband, band m. . reat], s, servet n. een f: Man .. Mia! tipliable Imtiſti , troebel maken, Multiplialstenen. I . | nigvuldigbaarhel vuii wºn in s, slijkgrond m ..."................:-..":"", ### #### wºu ik graane imul' iſ grubs J. s. p #lie en # s, vensterstijl Mullock ſmiilº Joekj, s. puin mº, dr Hultangulor ſmiilt-àng 'gn-ler], a Multifarious ſmül-ti-ra'ri-us], adj scheiden, & && && . . . . . . # Maitifariously Imtil-tº-fari-us-ly],adj. op onderscheidene wijze. Multifariousraeas Imtil-tº-faºri-usene Multiflorona ſmtil te flo’rus], adj, Multifold ſmiilti-fold], adj. meni Multiform ſmiii'tI formj, adj, vee Multiformity ſmül-ti-form'1-tyJ,s. v. Multigeneroueſmºl-ti-dgén'er- dus].a Mºuhailoutsous I ## adj, Multiparan- ſmiil-tºp'a-rus], adj, vele lijk voortbrengende. # Multipartite # 'ar-titel, sdj, i Multiped ſmül'ti-pedj,s, duizend bee tiple ſmü1 tl-plJE adj, ve! » ## # mül''ti-ply'-a-bi eld ºf d #1"ti- it-canan s ## #### i vuldig in ging 1. <:33 . . . . . . #3 » stomp. Multiplicator [miil-tº-pli-ca'tun geestig. ## #º ſmulti-pirs'si-ty] na en » • . . . . . . . . . ...W. gebakje in. ## li ing, v.tki, inwikkelen, be-Matti naar scular fileren, spiervez tien, # beweging van (f, Museularity ſmits-eu-lar ri-ty], Museulous ſmüs'cu-lus], adj. spier Mºuse Imüze], s. zanggodin, peinzin to be in a muse, in gedachten getrokken zijn. # » VNN. N.--, in.) . . . Maase Imüze]-ed ſmu'zdJ -ing,v.i.&t. J di-fyJ -ied # v.t, reinigen. Museful ſmuze' ful], adj stil, peinzend. mºt [mun diva-gänt],adj rondzwervend. Musel een ſmuze'less], adj, niet poëtisch, zond was ſmun-diin'gus],,s, stinkende tabak m. dichterlijk gevoel. ## # ºne-ra-ryl, adj, als een geschenk. Me ſmii'zer],s, peinzer, overdenker isch f: voo ststof. Muset ſm s, gat in een heg, s X&:38 - - - - - - - - S. ### J, s, doedelzak m #### mu-zë'um] ur, Mºsush Imûshl, s. maï Mushroom ſmash'rôôm Jºs. ## enu, gel bakken # ## &i. (doen) beschimme | fºrnchen ſmart # .. ### # " " ## 1,s. knevel m. | Myography ## n , s, mosterd m. Mayology ſmºr-oldo-dgyJ, terd-pöt], s, mosterdpot m. ºny opy imyº'o py], s, kortz monstering, wapenschouwing fi, Myriad Emir'ri adj, s.. in n m, pl., lijsten f, pl, te paar maas Myriapod ſmaïrº 1-a-podJ, s, benaming v ºrisping een monstering ondergaan, er tige insecten f: #e # # » #* | Myriarch ſmſrºi-ark], s, bevelhebber van t Mºrioiogas fmººioiogj, lijkzang, die vuist wordt gedicht en gezongen m. Myrmidon ſmir'mi-dunj, s. ruw soldaat m Meyrrh ſmir], s, mirre f: #iform fmir it formj, adj. mirtvorm » . Idi is tien # s mirt m. ater ap, met moeite te samen b Meyrtle-grove ſmtrºtl-grôôf],s. mirtloof, mir ee ter-bük], s monsterrol f. tgen Myself Imy-sélf"l, pron. zelf, ik zelf, mij, naaster, ſmüsſter-mäsſter], s. # wen; by myself, alleen. » ter-rollJ,s, monsterrolf. Myetagogue Tmisſta- adv. duf, muf. N | |delijke verborgenheden 358 --& #"## schimmel, muffigheid fel vººr terio , adv. beschimmeld, muf, duf, ver- Mºy is, (len. | W (York. en, vangen, to * * * w # stelen, i 'bob], s nabob, rij d m. rät], adj, and s, oranjerood. näck'yJ, adj, vernuftig. [na'ker], s. paarlemoer ne, ons Inaker-ous], adj, paarlemoerachtig. la'dir], s. voetpunt, n. W » m., paard n. w s, rivier- of waternimf f. , ſna'ya deëzl, s.pl. waternimfen pl. f. J, s, spijker, nagel m., maat van twee en # pay down on the mail, met , you hit the mail on the spijker tºt ## N: g: # ] er | Napery Ina pe-ryl |SE#j name, zeer be up, one may li vroeg opstaan heeft, slaap had as good be hanged as # wee den wolf, die in een kwaad gerucht tiara name, doopnaam; proper narme, do naan, voornaam, aur-name, toenaam, van 1 pellative, name, benaming van iets ; f. name, geleende naam , by name, genaam Name Iname] - ed -ing, vt. noemen, benoe to name the name Christ, Christus belijde Nameless ſname'less], adj, namel w Namely ſname'ly], adv. namelijk, 3%; Na sner Ina merJ. s noemer m. Namesake [name'säkel, s. naamgenoot m. Nan Inân], interj, hoe l wat! Nanke en ſnang-këën'J, s, mankin n, ſo Nap ſnäp], s. slaapje n.., nop f, dons na, knop to take a map, een uiltje knappen, een mid- slaapje doen. » » w tºt p] -ped -ping, via een uiltje #. ,,E, mº *. { dutten, s, tafellinnen n. # s. naphtha, mineraaloliet rm], adj, knolvormig. s, servet in » adj, kaal. . h al ##### edJ, aan." # w-minded-niëss], s.ht. Na heid ºf, een ſnar'row-nessJ, s, nauwheid, bekrom- karigheid f: S » » -eighted ſnär'rowesthtºed], adj. slecht van inärºwaij, s, walrus m. (gezicht. Ina zal J, s: neusletter m. ..." Ina' zal J, adj, neus..., tot denneus behoorende. ire fina’ zal-izeJº-ed-ing, v.t- tot neusklank Inas'een-cy], s, voortbrenging f: (maken, * Inas' cent], adj. in de geboorte zijnde... y Emas'tt-ly J, adv. op een vuile, morsige wijze, een ſnaººt, messj, s morsigheid, vuilheid f. turtium Laas turºsiunj -tion, s. Oostindische ## morsig, vuil, » na tall, adj, van de geboorte, geboorte... tai j: s. tijd en plaats van geboorte.. tij, adj, zwemmend. d (menderwijs, %3%#$33 na tant-ſyj, adv, drijvenderwijs, zwem- station Ina-taſshun],s zwemkunstºf, zwemmen in lese Inath less], adv, niettegenstaande. # nath'more], adv. niet te meer. * Ina's hun J, s. volk n.., natief. 1 ſnäsh'un-all, adj, nationaal. Inàshºun-al"II-tyJ, National mene tash' # s, volkskarakter m., vaderlandsliefde, kers ºf # #Navel Ina vijj, s. # #Natalage. In dgºeJ, sº pa Naamachy In au'ma-ky J, s sp Na sanea. In Au'she-a], s misse #e, walging, zeeziekte f, # Nausea te ſnau'she-atel -ed-ing, v. worden, walgen van. # waaeed us ſnau'shus], adj, walglijk. Nataneously [nau'shus-lyl, adv. walg Nataneousness Inau'shus-nessJ, s, walg Nantie, Nautical Inàuſtic, al], tot d vaart behoorende; aantie almanaen, zeem manak, nadatie en arts, zeekaarten, naast zeemansuitdrukking. # » Naval Ina val], adj, tot het zeewezen of de vaart behoorende, a naval officer ## » » » # Naval-engagement Ina'val-en-gadg’ment Naval-seienee fina’val-siºensj, s. ze Nawal-service Ina val-ser-visi, s. ſnavalz], s, pl, scheepsa zen. En # ##### # Ina val sto-res], ## Na we ſnavel, s, naaf à schi # S Navel-string Ena'vi- Navel-timaher Ina Na vet-vvort Ina N ## # # antie, h | Neeromaneer inée'ro-man Necromaney ſnéc'ro-män-cy | Neeronnantie ſniëc-ro-män't , adj, net, zindelijk, met kuischt, behendig » - ed -ing, vi, zuiver opbrengen, J, s. veehoeder m. is], s, koestal ºm S. . . . . . . . . . . . S. v, netjes, zin j, s, koeherderin, veehoedster f. t], s, koepoot m. » füt-oï1], s, kalfspootenolie f. ter J, s, runderleer n. # # s, ossetong, koetong f. #k, mut # adj, nevelachti gheid f. » ##### .. 'ses-sa-riz], s. pl: behoeften, be- nood- - stses-sa-ri-ness]. &## Neetareone ſnee-ta/re-us], Nectar delijk. Neºtarine"fnºta-rini, ess], s... netheid, zindelijkheid f. Nectary W l, %3% #Nedder Inéd'der J, s. adder, slang m. Ne .. need he, in ty],s #tigheid, he-l g, nondej Needer ſneed'er], s. # #NE## ## # verkunst f. &#.... :: 3 % . . » # Necromantie ſnée-ro-män'tie], adj, tot de to c], s, toovermidd bezwering fi, streek m. » Necrophagnus Ine-crophºa-göus], adj. Neeropolis ſne-cröp'o-lis], s, doodenstad hof ne, godsakker m. # godendrank, nektar Nectar ſniëcºtèr], s, e ſnée adj, nektarachtig, heerlijk, Ini s. abrikoos f. ectary ſnecºta-ry J, s, honigkelk van bloe ſniëëd], s, nood m. ; if need nood het vereischt; you had mee to stand in need of, van noode h. in need is a friend indeed, in men den vriend kennen. Need ſneedJ -ed -ing hoeven; 1 may nee hina need, bu see him bleed, ik mag hem wat in bena zien, doch zal hem niet geheel vvhat need so # words'， waart behoeftige m. podig, # vist noodig heb is wi ful-ness], J, adv. 1 # dºi-ness], s noo kompasnaald ; dip of the de magneet naald, magneti naald; double holt N naald; nat seam ineen ž ## maad, large holt harge merline of mail ! lini, tºtnets rieus lyl,adv. op een snoode wijze. +N sness Ine-faºri-us-ness], s. afschuw gruwzaamheid, snoodheid f. aan Ine-ga'shun], s. ontkenning f. # ijk- # d # J adj. k d e ſniëgºa-tivJ, adj. ontkennend. tive I ## - ed -ing, vt. afstemmen, ## vely ſniëg'a-tiv-lyJ, adv, ontkennen der wijze, ry ſniëg a-to-ry J, adj. ontkennend. N #s verzuim n.. verwaarloozi ## aëg ful Inèg-1ëkt fülj, adj. achteloos, nalatig fully ſnèg-lèkt'ful-ly], adv. op achtelooze igee Inég-li ## s. morgengewaad in. (heid f. bºeree # Iedgems], s. # iſ"# ºli-denti ty ze. nalatigheid, achteloos- nalatig, achteloos. ii aai, verhandelbaar. + E #n , s, neger # heete » S., ### st #," onderhande inëgºa-tivi, s. weigerend antwoord, ont- |Nephrotona, achten. » .. #re ëkºer], s, verzuimer, verwaarloo- Neroli ſniër'o-lij, Nerve #, adv. op een achte- #º19). * verhandel- .. » jdgenoot na, Nep ## s, kattekruid na, w Nepente Ine-pen'the],s, pijnsti Nephew E### neef m. Nephritie ſnef-ritic], s middel tegen -tail, adj, tot de nieren behoor Ine-frötto-my], s Nepotiaan ſnèp'po-tizm], s. ne! king van zijn neve Neptuni f, l zee Mºet voortijd met water w bezinksel van water we Nereid Ine're-Ydj, s. zee # sº zenuw, ºnerv] -ed -i bijzetten, met macht Nerve Nervele", ſnervlesel, wijn met water, suiker, in ekte, die in d eft fi, middel voor de zenuwen n. neu-röt'o-mïst], s. zenuwontleder m. W #", s. zenuwontleding, ze- kunst iſ, # ..." # . . . . . . . . . . Ine 'ter], Neutral ſneu'tral], s. onzijdig #### » tonpartijdig. 1, Nentral ſneutral], adj. onzijdig, eü'trâl'i-tyl, adv. onzijdigheid f. in ſneu-tra-li-za'shun], s. onzijdig ma- onverschillig making f. w rlize ſneu'tra-lize] -ed -ing, v.t, te niet adelijk maken, neutralizeeren. neu'tral-1z-er], s onzijdigmaker m. 'tral-JyJ, adv. op een onpartijdige, on- wijze. (gen in de verte f. 1-tint ſneu/tral-tïnt], s. purperkleur der ber- ëv'ver], adj, nimmer, nooit, geenszins, niet; v.; never a word fe11 1 roam him, hij % woord ; we have never a # ; never a with, geen zier ;) ## * * * * * t rieh, al ware hij ook nog iet doen; h. hat, hij kwam zoovee ner for 1 d I of ik het wist, never '-bliish-ing], a New neus ſnü wºn New-reekesai New-siyfe ſnuw'stylej, s. #l # never life, if I # # married. In New-mo aan de d # New-raised-tevies [nuw'ra # sche troepen m... pl. # mag [uuw'réck'kn-ing], s. n News Inuwz. nieuws n.., tijding News-boy [ , s. krantenjong News-rman ſnuwz'man J. s, kran News na onger ſnijws' uting'er J, s. verkooper van nieuwsbladen m. News-paper Intiwz'pa" per],s nieuwsb ## #, News-vriter [nuwz'rºter], s, dagbladse Newt nuwt], s, kleine hagedis f. » Nevv-testament [nuw'test' ment Nevv-year (nuwſyear], s. Nieuw New-Yeara-day Inúw Yearz'day J,s N wew-yeara-gift In uw Yearz-gift] schenk n. Next Inëxt], adj. and adv, naast, toekomend, vervolgens, next her side, n haar, before easter, onmiddellijk voor Paschen day, anderen daags, # was the next me hina, hij #e onmiddellijk op hem; mean to the king, de eerste na de the next town you come to, de eerste waar gij aankomt, nºu do better next time- zal in 't vervolg beter oppassen, we are ieuwjaars , s. Nieuw Next wave Nin V naam geven. Inſe'tate] -ed -i Unfc-ta'shun], s. 't indej, E. broedsel n. z:32 dificate [nſd/i-fi-cate] -ed -ing, v.i. een nest ation, InId''i-fi-ca'shun], s. nest maken n. Aiding. In 1 ding], s. lafaard m. 33 dor (ni'dor], s. wasem, geur, reuk m. - dorous Ini'do-rus], adj. dat gebrand riekt. uiant. In Id'## adj. nestelend. :::::: << ulation. In Id''yu-la'shun], s. mesttijd ſnipus], s, nest n. w Iniecel, s. nicht f. s. nietigheid f: w erdJ, s. vrek, gierigaard m. e -1y, adj. vrekklg. , adj. vrekkig, schrokkig. m. eens (vogels. 'gerd Ysh # Inig'gerd-li-ness],,s.. vrekkigheid f. 1, #eer ly J, adv. vrekkig. nºg 'gl J -ed -ieag, v.t.&i. ºr: beu- er], s. beuzelaar m. zelen met. -ed -ing, v.t.&i. (doen) naderen. ly], adv. te # ness], s, nabij' macht, avond m., la to night, van avond, at night, in the night, plotseling, onverwachts. nihtſan-gling]s.nachtelijk visschenen. ſniht bird], s, nachtvogel m. vier ſniht' brawl'er], s, rustverstoorder, r, nachtbraker, nachtlooper m. ºchpl: s. sla # f, w ##### 1 mensch m Night-aoil Night visioen In Iht' vlzhºu.nl, s. nacht # iaat night, giste- st, in HN w W # # # s. beer, mensch k n Night-apeilſ.nl ht spel j, s nachtelijk toovermiddel Night-stand ſniſhtſstand], s nachttafe # Night-tripping Iniht'trip'ping], adj bij nacht warend. tºtelijk visi t, n :htwaken lang, nach loor Night-wvaki niht' wak' ing], adj n N#### -------- ----><< w wandeling f. Night-walkerIniht'wâ'ker],s slaapwandela Night-walking ſni ht' wak'ing], adj, slaapwand in den nacht rondzwervend. Night-walking [ni ht-wak ing], s. somnambul nº, slaapwandeling, rondsluiping in den nacht htvvard Iniſht'wurd], adv. tegen den nacht. Night-watch Iniht'watch], s nac # is. Zº 'wak], s. avondwan Nigrescent ſni-grés' cent], adj, zw Nihility Inn-hï1'i-ty], s. nietigheid, null w # 8.:", ##### ## w Niil Inil Ni11 In Ill #Ninn fnim] -n Ninable Inſm'bl], adj vlug, v Nimble-footed fnim'bl-fut't W lenen- Inïm'bl-nessJ, s. via heid t # # d], # <<----- -witted ſnïm'bl-wit’ted], a Inl m'bly J, adv, vaardig, me inim'bus], 5. stralenkra we aan N- N# # #" Niem iety Ini-m1 e-ty], s. ov #r ſnïmºmer], s, die Misscompo op. In Ing'cum-pô Mine [nine], adj, and sº n < fold ſnine' fold], adj. n ºrder # # meteen is inineteenthj, a i ## # teenth-l et la Entree tºt éth J, + adj. and is geen, niet een, weigering, stem | Noisy Inoi' zy], adj. luidruchtig, ## # money, geen geld, hy no means, Nolition ſno-lſahºun], s, onwil m., o , it is no an att t komt er niet op it No11 Inöll], s, hoofd in. we tegenstemmers hebben Nomadſe) ſno'made], s. zwervende volks v, neen, niet. (de meerderheid. I herder volk n. .. # E %. s, hoofd n.., hol m. » Nonna die End-mãd'Ye], adj. om zwervend, hoon, naar den smaak. Nomadize ſno' ma-dizel -ed -i # i. , s, adellijk stamboek in. | maden leven, als de nomaden rondz -ed -ing, v.t, adelen. Nonables ſniimº blz.], s. ingewand van e adel, adeldon na. Nona bril ſnöm'brilj, s, navel m., mid n m, nobel toude munt bij een schild n. (na to nine Penee, zijn goed Nomenclator [nom'en-cla''tur], - - - - - lijk. Normen elaturai Ino-men-cla'tyu el, doorluchtig, verheven, adel- ven van namen, tot een woo # an m. Nomenclature Inöm'en-cla"tyure], s heid, ad woordenlijst f. # %. ... . f: Nominai ſnom I-nal], adj, in naam, non fNominatize ſnöm'i-nal-ize] - ed -ing, v. een zelfstandig naamwoord maken. mom'1-mal-ly], adv. bij n te] -ed ron als - tegenste van op-ment] sti, adj, niet bel, s, ### na # conj. moch, ook niet, nº non-e-lectric], adj, niet electrisch. | : in Inön-es-sen shall, adj. and s, niet Normaal ſnor/ma het niet wezenlijke. ſ weergade. Normaal-echool » niin'sii iets, of iemand zonder f: ſter opleiding van on non-ex-cöln-mu'ni-ca-blJ, Norman inbr man J, s, k unicatie vatbaar. Noraid Inbr'rººdj, adj. a. N g-zïst'ens], s. niet bestaan n..] North Enorth], sº noorden in # on Inön-ex-por-ta'shanj, s mislukte North in orthº, adj, noordeli , niet-uitvoer van goederen m: 1 east, noord ten oosten, en #ee 'zansj,s onwettige nalating fel ten westen, north east b. por-ta'shunJ, s mislukte oosten, north east ## den en orth moet rer], s, die den eed niet wilde 33.333. .. ſnon-memº ber], s, niet-lid m. & f: ] me-tal'licj, adj, niet uit metaal N. # (niet heeft North , adj, iets dat zijn weerga der ent], s. wanbetaling ºf Northee heid ºf Northe # %. f e, hij wreekte zijn buurma van zich zelf to iemand naijverig maken op een mede- d gestort worden, here they fuddie w t van de tegenwoordigheid gedaan; hoeveel menschen er zijn. Wees di-ing, vat e'blig], oze' ban to tell noses, tel s, mondzak van paarden m. s. neusband, muilband m. IJ, s, neusbloeding f. et een neus, scherpzinnig. ruiker m. J, adj, zonder neus. .. e'smärtJ, s, kers f. N- - - - - - - - - - - - - - - neusje, puntje, spitsje n. ös-o-co'mi-al], adj. tot een hospi- ## not as yet, not do it? smaake a person's "j daar gaat de beker ferm rond; they dorse r my nose, zij hebben het in mij e # thing, geen man van eenig fatsoen zou zu!" # ruiken, trotseeren.' # Naties w THy. » R. w - w niets # ## or niets; next to nothing. ter # ovv from nothing, van make nothing of geen bez een nietigheid beschouwen; nothin nothing have, die niet waagt, w is nothing to me, dat gaat mij n ing of a gentleman won id have othing # weinig o # # hebben gedaan , they are nothing but ak and hones, het is maar vel en beende hen; he lives upon anothing roots, hij leeft slechts van kruide he is nothing tailer than he Nothing Intith'ing], adv. geenerlei, hoegenaamd niet, # # # ingness Intith'ing-ness],s. nietigheidf, nie ':# s, kennis, opmerking, acht, op tendheid fº, bericht n..; to give notice, l geven, aankondigen; to take notice of, acht ven op, kennis nemen van, in aanmerking nemen to take notice of any one, iemand g 3xºs van niet 0 # ## [noſtiss] Z. vermelden, met oplet andelen (bv. strangers, vreemdeling ticeable ſnotice-a-blj, adj, opmerkenswaa Notitieation Ino-ti-fi-caſshun],s kennisgevin # nemen, of aan, Notice # W # -stiid-ied s. nieuwigheid enary I en-a-ryl, s, negental n. (maan ennial Inoevenºnt-alj, adj. alle negen jaar. ereal # ver'calJ, adj, stiefmoederlijk, # et proefjaar m. in. nº ons Ino-vishºus], adj. # uitgevonden, W # ſnov'1-ty], s. nieuwheid f. Inon], adv, nu, thans; just now, zoo even, and then, nu en dan, even na ovv, zoo even; ºvv, tot nu toe; long before now, lang en; how now ? wel, wat is dit? now now, nogmaals, herhaaldelijk. >< Inoul, s, tegenwoord ## S. ſnoti'e-dayz], adv. heden ten dage. S # kerstzang m. welijksband m. v, geenszins. - - - iſ， # #, # verderfelijk. Nuncio #### .. persico f. (derfelijkheid f. pijp f, eind nº, neus, snuit m. g,vat met de vuistslaan. | adj, wolken voo manschrijver, novellist m.| l, adj. in verhalen, ing: m., groentje in, Naarmaku lied #* Nºurreio Tintin'sh ly, adv. s elijk, » Nuan en pation ſnii sha ness], s. "# ver vaard merable ſnu'me-ra- S# # ## .. Nuneral Inu'me-ral], adj, een Numerally Inu'me-ral-ly], adv. naar h. Numerate Inu'me-rate] -ed-ing, v.t meren, rekenen. ## # # # Numeration ſnu"me-ra'shun], 8,,telling Nuanerator Inu'me-ra-tur], s. teller m. Numerieal ſnu-mer'ri-calJ, adj van getallen getal aanduidend. |N#). adv. ten van het getal, maar het getal. » +Numeriet fnu me-rist J, s, telkunsten Numerous ſnu'me-rusJ, adj, talrijk, w Numerously Inü'meer as-iyj,adv in groo # i Nunaerousness swelluidendheid ## Numismaties ſnu-mis-matics], s, p. Nummary Intim’ma-ryl, Numana mati-lar], adj, tot het geld behoor Numskull Intim'skiillj, s, uilskuiken dJ, adj, dom, numerunend, is. Nuan ſniin], s, non s » Nunchion Inlin'tchun], s, versnapering Janeiature ſnüm'sht-a-tyure], s, pauselijk , ambt van een nuntius in. # m'shi- vaardiging, al ting fºr . Nuneupative Intin-cii'pa-tivJ -pa . mondeling, h Nandinal Intin'di-nalJ -di tot een jaarmarkt, een mark dinal laws, marktwetten, dination ſniin-d ntj, adj. voedend. ( # s; voedsel n ri-mént'al], adj. voedzaam. # trïsh'un], s voe f, voedsel n. -trſshºus], Nutritive Inu'tri-tivJ, zaaiti ### ndle Ioarſhâ * * * * ## s aman foarz' man J, s, roeier “Dary ſoar'ry J, adj. riemvormig. # . vruchtbare plaats 1], s, notedop me, the thing ºasis Jo'a-sïs], s. k: w is in a nutshell, de zaak is dood een oant ſúastJ, s, hopeest m, M medy Hay in a nutshell, het Dat tº:# s, haver f; to sow one'- wild or de hand. | zijn wilde haren uitschudden, zijn domme s ag], s, to go a nutting, noten pluk- oat-cake ſoat' cake, s, haverkoek m. el, s, noteboom m. ſken, loaten foat’tn], adj. van haver, hav ed -ing, v.i.&ft, zich verbergen, Oat-flight Ioat'flIht], s, haverkaf rºberger w Oath Löathij, s, eed, vloek m oath, iemand den eed afv oath, een eed doen, vloek oath, iemand den eed afnemen rberger. ##### , s, die beter bij nacht dan zanten f. tbij dag zi ## nimfachtig. w oath of meereey, onder een ee likel, adj, als een nimf. ding staan. # s, pl, jonge bijen ºf pl. |foatinable Loathſa-blJadj, bevoegd # &### » je bath-breaking foath'bra-king] w “Dat-malt [oat mält], s, havermout | Oat-mean foat'méalJ, s, have i gºrt & Pate föatsj, s, pl. ---------- Oat-straw [oat'str tºpbambulation to + ººk, -diice' $2 t&i. voor , verwijten áss], s. objectief g! S ing: f. un-a-bl], a ſobºdjekt -djëk's hun eſ betwist hun 1e ſob-djék's Lob- pe eetive eane, vierde naamval m., voorwerp n. ## #vels tobºdjektiv Tyj, adv. voorwerpen: # # # naan # 's, voorwerpelijk ſob-djéct'less], adj, zonder tegenwer 'ur], s, die tegenwer b-djur-ga's hun J, s. v. it n , # is pend, tory Lob-djûr'ga-to-ryl, adj, verwijtend, be- # E3: adj, platro d. fo-blaºshun J, s, offerande f. » ioner Lob-la'shun-er J, s, offeraar m. ation Ibb-lèk-ta'shun], s, vermaak na, ge- > . . . . . . . . . . . . . . . (verplichten, be- ſ":# -ed -ing, v.t. verbinden, ation Tob-li-ga'shun], s. verbintenis, ver- itory #les: ". verbindend (on, % #n g'J - ed -ing, v.t, verbinden, ver- bewijzen, dienst doen. » geel, s, schuldeischer na. gement], s verplichting f. s, die verplicht » # # #nd, verplich- ng-lyl, adv. op een verpl jektivj, adj. voorwerpelijk, objectief | Obseure Obsequieus Tö natte tuden, | .. (soms to (vatbaar. In , adj. voor tegenpsraak N at, ºbscurant Iöh skür'-ant], s. duiste ºphneuration ſºb-sku-raſshunJ, s. ve Bob-sküre'J, adj, duister, # kend laag, obscure passage, eene duistere p an obscure, ineeription, een moeielijk cijferen opschrift; obseure birth, ne boorte; to live in an obscure condi getrokken leven, weinig bekend zijn, . obscure ſob-sküre'J -ed -ing, vt. v. i verdonkeren, verbergen. ºbseurely ſob-sküre'ly], adv, du Obsewareness Lob-sküre'nessj, ob ri-tyJ, s. duisternis, onlees Ohsenrer Lob-skûrºer], s, verdui #####, # 2. .. Obscurate föb'se-crate] -ed -ing, v. ºns een ration ſob-se-cra'shun J, sº sm tohsequent ſúb'se-kwent], adj, gehoo tº heen en ien Dob'se kwYzl, s, pl. pl., lijkstaatsie, begrafenis ºf ten h-se' kwi-us], adj, tererf, tgehoorzaam, onderda oneis ſob-se' kwi #aging nemen, zº beleefdheid ，,lio" # h: "eenheid 'on, aar m. . s scheeve rie | Oeheer van t Ibb .. o# | Geeasion Loc-ca', Inekkigheid, hals- | zaak, behoefte < # '- jfhoofdig. | forehoek, van de sti-nate], adj, hardnekk w ## gelegenheid waar [5b'sti-nate-lyJ, adv. hardnekkig. war, de aanleiding tot d easſob'sti-nate-nessJ, s. 's digheid, sion for it, ik heb het noo hardnekkigheid, verkeerdheid f. | occasion for it, het is nie 1-sti-na's hun], s. z. ohstinacy. | oceasions give me leave, zoo mijn zak ob-sti-pa's hun], s. versperring f: toelaten, om occasion, bij gelegenheid, rone Lob-strép'e-rus], adj. luidruchtig, tot tijd. . N- -- # # # # ## (getier. | Decasion Loc-ca'zhunJ -ed -ing, v.t. v. e-rus-ly], adv. met veel ken, bewerken, voortbrengen. ép'e-rus-nessJ, s. luid | Onecasional ſoc-ca'zhun-ajj, adj, toevallig, geschreeuw n.. | dan, als de gelegenheid zich voordoet, gelege % tº'shun], s, verbintenis f. “Peeasionally #ew hun slag adv, toevall N rûkt'J -ed -ing, vt. versperren | geval, nu en dan. oad), verstoppen (bv. a channel), helem-| Occasioner toc-ca'zhun-er], s. ººk zºg  'erhinderen (bv. the entranee, the pro- J, adj, vallend, dalend, we Ibb strikt'er Js.verhinderaar m. ſgrens). | lijk d w de z ehoorende. n [6b-strük'shün], s... belemmering fi, #| beeit x - Y--------- # iput tºe bij rstopping f.. (stoppend, ## tiv], aaſ verhinde: ver- | De eiput Iöc'eï-piit], -entlaadj. belemmerend, stoppend. fºtº Pecision # s. z. stupefaction. |io [öc-clude' 'n'J - ed - ing, v.t, &i he w from, van), bestaan, one'n interest, iemand und winn ter aw ### eelude ## an ſoc-to-sper mus], adj, achtzadig. Iöc-to-syl-lab'ic], adj, achtlettergre- pl] # achtvoudig. ſpig. j, adj, tot het oog behoorende, eular ## ooggetuige, oeular de- ſtration, klaarblijkelijk betoog. # s, oogglas, oculair na (van een kop of microscoopj. # S X # adv. met eigene oogen. ru-late], adj, oogen hebbende, # -form], adj, oogvormig. y # s, oogdokter m. idºa-lºſs à, s, slavin eener vrouw f. , adj. oneven, oneffen, overblijvend, iets erling, vreemd, ledig; odd en oney, on- geld; odd number, oneven getal, an ord en een enkel deel van een werk, waarvan te deelen zijn, fourneere and odd, tachtig eenige # three hundred weight s meer dan driehonderd pond, an add en enkele handschoen; the expense en me de odd money, de kosten beloopen d en twintig gulden, odd # # zonderlinge & odd smell, 1 el tijd, die niet ver af a rellowsj, s.pl. leden van een ge- p v ".'' W ..." i j, s zonderling % dj, k n negentig ; fifty odd pounds, | &... na Te-de' # En aatone ſe dém obeliad [e-Y1'yadj, s. oogwenk, ## : ague Ie-sóf'a-gus], s, slo of ſovj, prep, van , he is of a is van edelen bloede; a avvd zwaard van staal, no body e geen lichaam kan zich uit zie bewegen, a league of the town, e de stad; the city of Rome, de stad man of geniaan, een man van vernuf of, pochen op, to be fond of hono zijn , doetor of lavv, rechtsgelee great merey, door Zijne groote barmh a maan of an honent look, een mensch, wel uitziet, het is of goed lijk; to take counsel of any aannemen, een rears of age, tien vvarman iii spoken of, vr N heb nooit zijns gelijken gezien rechtswege ; in days of yore, course, natuurlijk iſ of all thin afternoon, 's namiddags, of Zondag; of late, onlangs, of eer; a friend of mid, een ou ff [off], adj. adv. and prep, ve af, weg, op de hoogte van ; van-de-handsche paard; * off, het huis is op eene mijl afstand g put oft, uitstellen, of hand, voor corne off, ### # rlaten; the fe ## he off, van eene lan terug komen ## "#"###"ir" # w w # the offing, de ruimt keep the offing, de ruimte houden, te n; to off r, offing, de ruimte kiezen. ### to, mishandelen; to offer to strike Offaeouring # s. afschuur 1 met slaag, don't offer to go away, Offseum ſoft skim], s. schuim, uitvaagsel te vertrekken. (bieden. Offset # s, vergoeding, spruit ºf "fer-a-bl], adj. aanbiedbaar, aan te Offspring Ioff'sprºng], ## fer-rer], s, aanbieder, offeraar m. afstammelingen m. pl., vrucht s! ng], s. offerande fº, offer na 42ſfusea te fof füs' catej, vt. z. ohfuseate fer-to-ry], s. offerande f, offergebed n. Offward ſoft'wurd], adv. zeewaarts; the s. ambt n., dienst m., bediening f. heels offvvard, 't schip ligt zeewaarts aan, odsdienstoefening fº, kabinet, kantoor oft ſoft], offen ſof'fn], ofteatimes for in-tit er up, opofferen ; t * die een ambtenaar offi: "f, dv dikwijls ºnenignaal. ,,,, reskantoor, secretary's office, often-eomer fofin-cöm-er], s, drukke bezoeke e office, accijnskantoor, postjºftennes- ſofin-mess], s. menigvuldigheid ºf s E-------- der paketboot; you Ogee ſo-dgeë'J, s. ojief m., kruisboog in. laartoe zal men uit Oºggamitionſog-gan-nïsh'unJ,s, gegrom, geb! he mans, het of-| Ogie Toºgl], s, lonk, wenk m. een hon burial of the Dºgie [oºgl] -ed -ing, v.t. toelonken. te, in- Ogier ſoºgler], s, toelonker m. t mooie ººg: ſºlºl, is pl: oogen n; al run: "s - ## In 'gling], s. begluring, belonking f. tkantoor; e.om » « Mglio ſolli-oJ, s, mengelmoes, poespas n, hutspo de administratie marine; | Agre ſoºger], s. menscheneter. . betalin un marine; | Ogress # s, kindervreedster, weerwolvin artillerie, zwarte bolletjes in een wapen in pl. voor 't huren van Oh ſohl, interj. o, ach 1, officieren, die de Oil foil], s: olief. ; iden; to give the olie, % e; train oi raapolie; w the fire, twist aanst ### they could get oil u officier, olie uit ee ## oºii oud ervaren so # J, adj, na << .. # hij is daaraan gewoon.' - :: -3S - &.. K XS'33 - -- . . . . . :-* :> -ted -ting, v.t, nalaten, o ſold' hatch'e-lur], s, oude vrijer m. | Dannibus 'ni-bus], s omnibus m "bbIJ, s, duivel, satan m. # film nºia riºu , adj, al iron ſold' bro-km-i-urnJ, s, oud ijzer n. : 3,8:38 - mºnſtic], adj, alse adj, oud, voormalig leſbºxanifer aan föm'niformj, adj. hioned ſold-fash'und], adj, ouderwetseh. | onnigenous ſom-nººdg'e-nous], ad ntlemaniy ſold'dgën'tl-man-ly], adj. oude- soort bestaande. # # . | Omnipercipient Iüm-ni-per-clpºi-ent],a andj, s. oude rot, slimme vos m. omnipotenee föm-nip'o tëns -ey, 's ld'härſry], s, duivel, satan m.. j alvermogen n. ish], adj. oudachtig. s : : : : :S omnipotent Tom-nlp'o-tënt], , s, teruggekeerde. #ºrteerde m. l mogend : onaraipotent love, aidj, s. oude vrijster f. » liefde; the Omnipotent, de an], s, grijsaard, oude m. Omnipresence ſom''ni-prez'zen , s, ouderdom m., oudheid ºf woordigheid k], s. duivel, satan m. omnipresent 't s. gemeene Yorksche kaas f. ## ſold/stingj, s. nietigheid f. {kerel m. ona d'stadg'er], s, oude vos, doortrapte r ief oude babbelkous, oud wijff en e ſold' wum-manz-bit-ter], s.vio- # # #an lë-ådg'i-nus], adj, olieachtig, on s ſo-le-ädg #nus-nessj, s, olieach ndºerl, # m. (tigheid # # W ter, zat open Hook, e oor; the law open proepeet, v. WN. S&N n] -ed reag, wit. openen, zich openen, ontluiken, blaffen; te open a a vein, a letter. a box, a hottie, een eene ader, een brief, eene doos, eene fles w N 1f, zich uiten, uit open up, open leggen mispel f. ## s. verklaarder, uitlegger, Lºl, ## ### 'pn ied], adj, waakzaam, o’pn-handed J, + te ºpen-headed ſo'pn-hëd-ded], adj. open-hearted Loºpn-hart'ed J, ad Open-heartedemens Io'pn-härt'et * # f: i ing fi, begi essies 0' pn-ing], s. opening fi, 11 ## ## ## #"openend, laxeerend. '- nly ſo’pn-ly], ad lijk. --- open-mouthed Ioºpn-moürndj, adj. met opge , #'t:## en 1 ºp 11 t ### w mera-hat [öp-e-ra-h era-hotºse Ibp'e-r nt ſöp'e-ra ip'er-ate 1, adj. denkbaar, geloof haar, we ivJ, adj. op zijn stuk staande. | , s, die eene opinie heeft m, & f. 0. -atel.:-ed-ing, v.t, hardnek-| , stijf staan blijven bij. , adj, stijfzinni nigheid f. 111g. # J. s. #rinettisheid, stijf- J, s. meening fi, gevoelen ne, maar mijne meenin . S. g, inionative Co-pinºyün-a-ted], teamſo-pſn'yun-a-tiveness],s stijfhoof- nnigheid, eigenzinn *.." ... ... , ºpſn'yund], adj, stijfhoofdig, stijfzin- ºp'a-rusj, adj. weelderig, kostbaar. t-u-la's hun], s, hulp f., bijstand m. s. buideldier n. W # -ed -ing, wat te â'shun], s verstopping f. # Optie f ## ieia atel -ed -ing, vt. ver-lº. ſpen, verstoppen. | - te hoop loo- ti # ſ # 'tie ate föp'tate] -ed toptation fop-ta's hun] Optative, optie # 'ta-tivJ, adj. " s. # W J, -at, op-tſshºanj # . # # |+4, tability rloos, oos, ºf dººr al in alle ſºortd Orbitude. Ordinal ſor diens SWT-R. Vº. VNYSEW.XZW RXENV N adj, rond, cirkelvormig. | monieboek voor wijdingen n. W adj cirkelvormig, bolrond, ºrdinal Ior di-nal], adj. schikkend, ## er-lyJ, adv. op een cirkel- o:### Torºdi-nansj, s, voorschrift na, we for-bik'yu-ler-ness], s, bolvormige ordinand ſor'di-mandj, s, iemand, die op 't % » toogholte f..] staat tot priester te worden gew s baan, loopbaan fi, loopkring m., ºrdinant ſortdi-nant], s, wij etail, adj, tºen kring behoorende bi-tude], s, kinderloosheid, &#% # (ouderloosheid f. | # aper na, te ossetong tplant) ºf mgaard m. est m. (hoorende, ': orchest " evvgate, predikant van de sen na-ryl, adj. gewoon, » ## ## belast met de zorg ## # # » j, opgaand als de zon), ooste- rachtig. ſrichten, oriënteeren, # #e » -ed -ing, vet, naar het oosten, orthopedy for-thöp'e-dy], s. ntall, s. oosterling m. %&... "... : : : : : gebreken (van kinderen te In-rieënt'all, adj, oostelijk. Orthop.ny ſor-thópºny J, s, z en ſo-rieënt’al Yzm], s, oostersch taalge- ortive for 'tivJ, #, opgaand, ruik n oostersche stijl m., orientalisme n, orta fortsj, s, pl. brokstukken ºp ientalist Co-rieën'tal-Yst], s. oosterling, kenner ter van Torºvall, s. scharlei f. van de oostersche talen m. W Orvietan Ibr-vi-eſtand, is tegengift n. tientality ſo-ri-en-tä1'1-ty],s, het oostersch zijn n..] en a ſosj, s... been n. » fºrt-fºssJ, s. opening f., mond m. Osei late fös'sil-late] -ed-ing, v. is oorsprong m., begin n. obacillation fös''sil-la'shunJ, s, sli 1], s, oorsprong m., oorspron- , meling f. S # 1, .. ºbseillatory fos-sºſ1'la-to-ry], adj. , adj, oorspronkelijk, erf... 10 aeitaney fos'si-tan-cyl, ge kºvi, oorspronkelijkheid. om eeitant fos' t], ad genaardigheid f. ## 4Maeitate fösºci-tate] ſo-ridg: 1-mal-ly], adv. oorspronkelijk: joseization fos-ci-ta' ſo-ridg'i-nal-ness], s, oorspronkelijk- | Oneutation I'6ste » (bende, oorspronkelijk en wier tot zhi-erd, is ex- ###yl, adv. zijn oorsprong heb je beier-holt ſo' zhi o-ridg'i-nate] - ed -ing, vt.&i. voort en ed Loºzhi-e iten, afkomstig zijn. . Obaan und Iſoz a'shunJ, s, het voortbrengen, onpray Ijs' pr gem afkomst ºf ºbse eiet fös J,s oorzaak f.,bewerker mij en aneous # din. 3i ::::::::::: # » # # # . , orlop bearns, s. m. in en halssieraad, gouden sie ets, for ougl t E know, voor of aux, moeten, behooren, panterdier n. s, onze, our country, ons onze rechten, whose house rs, wiens huis is d: het ## , s.hemelbeschrij- oºdgy, ou-rös'co-pyl, de urine f. nze, het onze, z. Ou #. t#1 ven, wegnemen, verwijd ſon spur. vz'J, pron. lout f measeare, buiten uit 't gezicht, boven 't begr de plaats; out of pocket, . of season, buiten tijds, ten om tijde, te onp. out of mind, uit de gedachten, buiten zint out of sight, buiten 't gezicht, uit 't oo of sight, out of misad, uit 't oog, uit out of aort, ontstemd, verdrietig, in een luim; out of trian, buiten evenwicht, tase in onbruik; out of favor, door g de gunst, in ongenade, ask out of the veel vragen, te veel eischen, to hid aan way, te weinig bieden; to be out of an # niet meer hebben , out as #### 't twist; # # taan. foutl, interj. voort, weg, uit ºut fout] -ed -ing, v.i. uit ºntstaet Totit-àkt'J - ed -in Oºutargue fout'ar'gu in het redeneeren, to make an outs of a P en, meer verrassen, meer verblinden. dojº id-done-doing,v. t.overtreffen." tºne' but do 'ing], s. vºorbijstreving f, | ving overtreffen. » :- #h dj, buiten, buiten 's huis. | Outnumber fout-niimº ber] -ed -ing, v. wëll' J -ed -ing, v.t. ## blij-joutpace fout-pace'J -ed-ing,v.t. v #% ºutpariah fout'per"rish], s. bui 8% Datpart ſout'part], s. buitengedeelte .. 'tdigd, voorsteden, omstreken. # rly [buter-iy], adv. aan den buitenkant. ## Ibijt-pass J - ed -ing, termost [ont'er-most], adj, uiterste. , lou speer fout-peer'J -ed-ing, » .. 'out-face'J -ed -ing, trotseeren; this is outport ſoutºport], s. buitenhave # stiaee van at no onday, dat is op den ºutpost ſout' postj, s, buitenpos tgeze en middag ontkennen, dat 't dag is, dat heet 'outpour fout-pour] - ed -ing, vt. ui # » # (loozing f. Oºut-ponering #or:#, is, out'fall], s. val (des waters) m., water- ting f. & -ed -ing, v.t, in het vleien + Oºut-prize I # ont lwell is our, over zijn tijd blijven, tºed], adj, uitgeveegd, uitgebluscht, geëin- , adj, buiten, buitenste, di út- rize 1-ed-ins vt g], s. ": 3% » # ### uitrusting f: (overtreffen. On trage ſou - ed -ing, v.t. verder flan- digheid f: W leugelen (the enemy), |ºntrage fout'radg] -ed -in new f:-fluw'J-fiown I-flown J outrageous ſout-ra'dgus], bij vliegen. tover:## dadig, woedend, beleedi ed -ing, wat in dwaasheid Outrageously ſout-raºd, j,"s. uitwendig voorkomen n, dige, beleedigende, over s uitgang » # jeºu trageousneens ſ e-raij ied-ring, v.t. over gewelddadigheid, N outra ze fout-raze'J en I-gYv'vn] 60 ## Toint-reatch # ### # # gone t-gön J. o N n, voorbij gaan, over in , vt. te groot treffen overtreffen, ºntreign lapen, verslapen. v. út 8% itkl overschreeuwen. utsport [oilt-sport'J -ed -ing, v.t, 1 in ## nd''ing], adj, onvereff aeeept, loopende accep -ing, vat. door # -ed %; & in verlegenheid brenge -edi-ing, vt. # w (storm J - ed -ing, v.t. voorbijvliegen. t-sound'1 -ed -ing, v.t. boven various to a ri-busj, , V # vary ſºva-ry], s: eierstok kiem-cel. te, ovated fo' vate, ovat-edj, # N fraai # ºvation [o-va'shun], s, kleine zeg preiden. oven Tivºvnj, s. oven mº, oven , oven-fuif, s, oven vol m enkrabber m., oven 'a-mon oven-tender, s, ovenstoker m. over ſo verj, prep, and adv. boven, over, voorbij to eiond. over our heads, de wolken bº onze hoofden; the smoke rises over th de rook stijgt boven de stad op, to table, over eene tafel springen, toen a city, een stad doorwandelen, to k winter, graan den win is safe over, de sloep the play is over, het spe --- - - - - - - - <>> w over, opgeven (bv. aan book over, een boek d | the door iemand de vay, aan de overzijde; | dien, over again, n in a ovving Hun hººfd.'' doen blozen, te ºverny toº v | 02 verreadin ene ſoºver-readi- reidwilligheid ºf | Overready foºver-read'y], a éd'1 -ed (lettend. |foverred to ºver-redºj je ongemeen, tzorgeloos, onop- roode verf besmeren. ººd dj. te zwaar bemast override ſ8''ver-ride'J -rid f-rr. over- ſ-rfd' dn J -riding, E-ri' ding iſ, vt, f, ,,jagen, te ver rijden, voorbijrijden. tehl, sº overmacht, te sterke 'J -ed-ing, vat, te boven voor rmaat ºf overrule ſo” ver-rôôl/J --ed g, vet- te schen, beheerschen, besturen van º: . . . . . E- - -3 . . . . . . . . . . . --3-3&S 33. ... :-E 3. , vern (tevol. Overruierſoºver-rôôlºer J,s, regeerde te nederig, schaam- ſoºver-rünº J -ran. - gste » ## , overstroomen, ov 1 te veel, en, vermeesteren, een inval doen, e miich N #t en, vººr ij loopen # er Io'ºver-rit .N. . . . .S. ſoºver te ºverwin ene heid, waanwijs Over witted IG' - Over word ſo 've errekken. (te sterk gestopt, veel woorden zeggen, # oºver-stüfd'J, adj. te zeer opgevuld, ºver work ſoºver-wurk J - ed, ºver sup-pſy'J -ied -ying. ,v.t. ºvervvorm ſo 'ver-worm'J,,adj, afges de voorzien, (schen en verwrentie ſo''ver-rés'sl], -ed stelende onderwerpen. + Overyeared ſo 'ver-yeard] enlijk "- r] ] -took #, -taken #e t. inhalen, achterhalen, overvallen. |º iform [o'vi-form], adj, eivo r-tásk'J - ed -ing, vt. al te veel |ovine (o' vine], adj tot een kºn » ' ...', 'w (belasten. | schapen bestaande. ertax ſo''ver-taks'] - ed -ing, v.t. al te zwaar en vipar º ertediou• Io''ver-te'di-bus], adj, oververvelend. |Ovinoait io-vi-pöz, [o'ºver-thröw'J. s omverwerping, om- | O. vipo uiting, ing, verwoesting fi, val m, po zi's hun J, s, h » -throw'J -threvv T-thrôô"J | Ovoidal ſo:void'al -throwing, v.t. omverwerpen tbv ºvuiite IG' .. laan. # (verwoester m. | Ovve Iow ſoºver-throwſer], s. omverwerper, verschul ſo''ver-thwart/J, adj. and adv, tegen- ijdend, knorrig; our ower- *, onze overburen, er-thwart'ness], s, dwarsheid. | heid, t streving f. d ## t, al te st # own-night ſou avondscheme zich afsloven. &# h schuil hol v.t., den top van w N aas: J, adj. van gang, stad a-cer], sº pasganger m. ºach a ſpa-shaw' J. s. # Tu , s, dier met ty1 ſpäk-i-dac'tr1],s, di scherpen klank, met | | (klemtoon , stelganger, klepper m. # heiden m. .. nj, adj, heidensch. ## an-ish], adj. heidensch. # -izel -ed-ing, v.'t Ai heidensch Ealace ſpall heiden bekeeren, een heiden leven. Mºalae inet t van vier lettergrepen f. g: # #agineeren. |irai al, pracht, vertooming fi, ------ - » ##*alaan & 8 % % % %. sscho smantel me, Era chiti hi » , , | |am ſpam J. s. vat. &i, met een mantel be jºie amper ſpäm/per -ed halen, verzadigen, doen wal- ºanperer ſpamºper-rer],s be # ## Rºanophlet ſpäm'flet.J, s, sch -um],s bescherming f, schilden. | brochure f: # palbout m, Pamphlet ſpäm'fietj,-ed -ing, vi W Panaphleteer ſpam"ſlet-tëer"J,s, schrij of vlugschriften m. # ... ... R!'A N . *, -d N Ipanºa-ry, *ancake Ipän'cal ## ». VN...'-Nº-S Miniee lpa per Paper-pins ſpa'per-pïns], » stoken ºf pl: rtklopping f. | Laaper-prints Ipa' per prº .. i, hijgen, zuchten. Bºaper-neuil ſpä'per-scul1j, sº dom muilen, pantoffels f pl. | EPaper-skuifest ſpa' per seiiiidj , adj. a ſpän-ta-lôôn'], s. hansworst m., - pl. Reaper-atainer ſpa"per-stain'erl, s.ve . » . . . . . . . . . . . . .. hap ek f: (aannemend. | behangselpapier m. # » orphie ſpan-ta-mor'fic], adj, alle gedaanten Paper-weights ſpa'per-whits], s, pl, briev # en Ipän'the-Ysm], s. Meer f. 1:# die papierdrukker m, .. 33 %# . God als vereenzelvigd met het heelal en de univer- | Leapescent ſpa-pés'cënt], adj, pap siteit of algemeenheid der wezens als Godheid be- reapinio ſpa-pY1'yo], s, vlinder m. # en, pantheïsme n. Leapiliona een aas ſpa-pilººyo-na'shusj, ſpän'the-ïst], s, aanhanger van het pan- Papilary ſpäp'pil-la-ry], Papillon pantheïst, » .. # | adj.tep # met vleeschuitwa nºther J, s, panter m. # - - . . . . . . . . . . . :- 1'pizm], s, # el, s, dakpan, nokpan fº, ..." Eea Ipa’pistJ, s. pausgezind hartklopping, fi, hijgen na 1 apistical Ipa-ptstic-al], adj. : : : : : : : : : : : ## » ## , adv, hijgend. oodmeester m. pantoffel m. J, s, teeken | | |eels, factuur ºf Bºareel ſpºir'celJ - len, verdee den; to pa bekleeden; - pleister-, stuka g" -- (s, zon f 1 sea & * 4. ersenpan. w , s, muurkruid n. . e # iſ te knipsel n, afval in Earriººl, ſpirºrºckJ. Eklein geld. :: V gaai spelkerk ºf een papegaai n. * NWWoux, di de i te and thrust, te : yj, s. # # w W erj: ". lid van een k vriest], s, wijk w een tºe ww en er # tºea Epä Party [part #" mer m., tegenpart he a asserine iſ rºnº, adj. n ## mand, musschen behoorende # en ; zº Muster, to pass | 1 annibility Ipas si-bºl'1 ºli Mºannib g onderzoek doorstaan, ten kºmen in te ## adj, lijdbaar. » al maken , to paes een tenee, die assing ipássing], adj. E adv, wo # reken, vellen ; to pass to one'al gemeen, ten hoogste, z ## & S . # # # ning brengen, inboeken ; to pass Passing Ipássing J, sº voorbi in #, » » # N » orbijgang, loop, raft, een wissel afgeven op, trek- in #i in 't #", # hat passen in the mind, wat in den Bºassing-beij ſpass'ing belij, s. e gedachte omgaat, to Het pass, la- | assing-note ſpáss'ing-note], is ov En, er niet meer van spreken, welke assing place #", » et, heet het it pass, wij zagen die spoorwegen) f. # maar lieten ze doorgaan; to let Passion ſpäsh'unl, s lijden na, hartstoch aan unpunished, eene misdaad on- genegenheid, liefde f, toorn m., t laten, to pass along, voortgaan, gaan | our savior, het lijden onzes Zº to pass away, verloopen, verdwijnen, paeaion, hevige of vurige harts gaan, slijten , to pass by, voorbijgaan, uit- a passion with one, boos op # t hoofd zien ; to pass ſor, gehou- ſty into a passion, opvliege maken; to put one in a p. tig maken, to give v zich door zijn drif one's passione, z have no passion try, zij hebben g: hun vaderland; do zijne ziek e van een zieke () ge f: ng, vt. begunsti | Paving. voorstaan. | steen m ## in nl-zer], s, beschermer, begun | Leaving-marble ſpa'ving- na. - " w | |*, * ne ſpa'ving-s ge hebbende, wee , | 4 avonisse ſpav 'ro-nfmººie}, s, naam van den va vwº Lºpa' ## pon de t; - adj. and s. den naam desi z flauwe b ga-trôôn'?, s. erfpacht-bezitter, bezitte rijen in erfpacht in. (schot #3 , s, voetstuk m., soort van over | àt' tin-ma’ker], s. overschoen-ma :" maker. | 4 awl-plate [pà J -ed -ing, v.i.&t. kletteren, doen geavv 1-rim ſpawi ## ## n (praxeren. -- pawn J, s. nº, bº w model, voorbeeld, E"# in - pawn, verpand #### model van - ed -ing, vt. v. w nd geven, beleen en brö keer 'broºk ter, ing, vt. navolgen, to to pattern after, navolg , &# # # # : tkenaar ern-drawer], s.p je n . maat, een naad pekken, ter geven, # to pay they #."## to east pearls before swine. zwijnen werpen, to string pearle, "earl ſpèr1] - ed -in ## # » ren, beparelen, me, rust, stilte, kalmte f: | |* pe bewaren, to hold one's in > <º:: 3: S queen's peace, L'earl-hubhi, . de openbare orde, mºest r1-eoiered ſpèr1 e » WR 4....Wºr. Sw,... . ,,SW . . . . .VN :: W2 8X Mºs. " k: earl-eowry Epèr1 # s. paariemo rearl-diver tpèr1'di'verj, s, parelvisse duaker in. N . » ## earned ſpèrld], adj, met parelen bezet, R'earl-eyed ſpèr1'iedJ, adj, met een ºp op het oog. . Lºenri-tiehery ſpérlºfſsh'e-ry J, s, parelvi » l. Hºearn-oys ter ſpèr1'oïsºterij, s, parelmossel met arl-shelt Eperlºshëll], s parelschilp f: 1-white Epèrlºw , adj, parelwit ## ## ## in ear ana » eear-plan iſ is. Meear-pie .. Rºemer aan bi eige or, een stijl die den een of er eigen is. ,, ºli-är'ry-tyJ, is bijzonderheid, a peculiarity of style, or "eep ſpeep] en » ing, iets eigenaardigs in stijl te voorschijn komen, manier van denken. ten # the cu'li-ar-ize] -ed -ing, vt. toe- telgat kijken, his een tiarized, geschikt zijn voor. # of him, zijn ly], adv, bijzonder. | doen en laten, t , adj. tot geld behooren- ken; to peep forth, de n geld, geldelijk. Eeeeper ſpeep'er], s, kuiken Hºeep hole ſpeep'hole], s. Hºe eping # # 1. het *eer ſpeerj, s, edeli f, # » # # is, voetklavier, pedaal in Peer ſpeer] -ed -ing, vi, ëd'al-notej, s. het houden van den- nen, aanbreken; to peer kºn. (instrument f. | to peer at a perse p], s, pedaal van een muziek-, over den schouder us], adj, te voet gaande, op zºeerage ſpeer'rad # , nu pairsch | Heeerens ſpeër'ress] *. vrouw v. je er ie", foeëriesaj, adj and a %. weergalo . - ... - ## afdential psalman, de *enitentiary ſpén-na-tén sh # stuur door vijf personen na » ## s, vijfregelig vers in Ipen W... . . . . . . - W ſpén-ta-tyôôk 1,s, vijf boeken van Mozes. st F nºte-costJ, s, pinksterfeest der joden n. tecontai Ipën-te-cost'aij, adj, tot het pinkster- behoorende. # .. ter ſpën te cds-ter], s. bij de oude Grie- fdman over vijftig m, rare ſpºnthous', , afdak n. » » e lºpen'tile J, s, nokpan, vorstpan, dakpan f. it ſpel nult], Rºennitima Ipe-niil'tt-maj, s. laatste "#, f. . » altimate Epe-niilºt'mate], adj, and s, vóór- tste, op één na de laate (lettergreep). nahra Ipe-niimº braj, s, halve schaduw f. rious ſpe-nu'ri-us], adj. karig, gierig, vrekkig. rusty Ipe-nu'riºus-ly], adv. karig. neen tpe-nu'ri-us-ness],s. karigheid, gie- 'yu-ry], s behoeftigheid, armoede fi, Ipën wi-per], s. #er #, 'o nyl, s, pinksterbloem f. ## # s, volk nºg lieden, personen, men- # some people believe it, sommige gelooven het people say so, men zegt » en people, het gemeen, fashionable enlijke lieden, great people, de low people, gering volk, vulgar uidende lieden; roung people, het -ed -ing, ##### N g, vt. bevolken. J, s. het bevolken n. j, s, ettermiddel n # s. peper m., black perrer, # Peppers in peper nale als , Cayenne, Coekapt pepper, Spaansche pe ! - E; 'ta-stylej, s gebouw met vijf rijen ## gebrek in # "#", Iper'eo late] » ee # rºeren zien ſper i s peren lator ſper-räm''bu-la'tu treerease ſper-case'J, adv. missch ºereeant ## adj, doordri g ivable Iper-ceiv/a-bl], adj, waarn merkbaar, bespeurbaar. Hºereeivably ſper-cëiv'a-bly],adv. op een b theerceivance Iper-ceiv'ansj, s, waarn vattingsvermogen f. » Pereeive Ipèr-ceivºj -ed -ing, vt, bemerken, bespeuren; to perceive be voorzien, een voorgevoel hebben. (opm. Bºereeiver ſpèr-ceivºer], s, waarnemer, be Percentage Ipèr-cënt'edg], s. recht honderd, commissie f. # Heereeptibility fper-cépt 1-br11-tyJ, s v Rºerceptible ſdèr-cépt'i-bl], adj, waarneem merkbaar, bespeurbaar; perceptible to sen, bemerkbaar voor de zinnen, Heereeptibly frèr-cëpti-bly], adv. klaar, Perception Iper cëp'shun], s, gew merking, waarnemingsvermogen ºf # Perceptive ſpèr-cépºtiv], adj vatbaar vo neming, gewaarwording Perceptivity ſpèr-cép-tºv'1-ty], s mogen ne, vatbaarheid voor gewaarwon Pereh Ipertch], s, baars m., roede f, in een vogelkooi n. Perch ſpèrtch] -ed -ing, vt.&i. * eerehaneetper-tchansºn, ad { van vogels), meereipient ſpèr-cfp'1-ent], a dend, bespeurend, een denk Hºe release ## # # N #e o per en late throu lation ſpèr'co-la'shunJ, s. Heereolator ſpèr-co-laºterj, s, filt #Pererass Iper-cüssºl -ed -ing ten, botsen tegen, schokken. -clish'un], s, slag, ap, slaghoedjen, nt], adj, stoote l, s. verderf cussie # # &... d # ſpèr- pe # briapºt Ip iholon ſpe-rïb'o-lös] heidensche tempels f. *erieaardij ºp. n perfection, hoogste zak of eeti de r ## -äntj, s. b. Filipij, , a f, # "rt-car'dyi-um], s hartv ärp], s. zaadvlies n, li-tate] -ed-ing, v. ſpérºri-era'ni-um J. s. ºrg, ſpºr-i-erfdgyj, E. heid; + noodelooze druk raph Ipiër'ſ-graph.], s. in ſpér'rilj, s, gevaar n ; vaar van 5 to be in your peril, voor uw ºrin ſpérºriſ J -ed -in # Iper'ri # ing, vt, doorboren E# f. gewelddadig, g, performan kunsten ; corn "En * r, e vlien ne-rïc'yu-lus], adj. gevaarlijk, w ## s. teg genvoeter olienheid, ef m. te f, oph w vluchtige schets ºf at the peril of in, in gevaar zij ſpiër'ri-wig] -ed g, vt. met een rzien, met valsch haar tooien, d Ipér'ri-wig''d], adj. gepruikt. , alcertpiër'ri-wºg-ma’kerjs, pruikma per'djure] -ed -ing, wit, (one's self) | dju-rer], s, meineedige m. ſpèr-djii'ri-us], adj. meineedig. # # ju-ryl, s, meineedigheid ºf valsche .. ## voorbedachtelijke mein- ation of perjury, omkooping van je levendig. , (getuigen. , Perpetunate intJ, adj. duurzaam, voortdu- ## bestendig. s, voortduring f. mi-tyj, s doordringbaar- -a-bij, adj, doord e1 ed -ing, v en uitvoeren. Perpetration ſpèr"pe-tra'sh gen in. # erpetrator Ipèr'pe train erpetual Iper-pºëtºtyu-al], a durend, eeuwig. # eeuwigen. Leerpetuation Ipèr-pet''tyu-a reernetuity ſpèrºpe-tii'i-tyj, s. for a perpetuity, ten eeuw plex #plex en maken. #ition" ſpèr'ri-er], s.. steenw pºër'ron], sº st ſperºr lid ſp tºt ## " "E: ## enize Iper'sön-1 ze] #nd ertºiyJ, N # N ### 2. is een persoon, voorstellen, lºertness #, s, doorzichtkunde fi, rusten, verwarren. , the pe etive ºerturbation Ipèr-tûr-ba's > . . . . . . . . . . . . . 3-3 turber, kºerturbator rstoorder, rustvers er m ſpèr-tu'zdj, adj. doorboo stamp -ed -ing, vt, stampen. rade luim, gemelij de fi, hartj m., to get into a pet, een kuur krij- take a pret, opstuiven, kwaad worden. ted -ting, v.t. vertroetelen. ... . . . . . . . . . . . s. blad van een bloem m. N. "..." peſter-boat], s. visschersboot. f. peſter-flink]. s. opjager bij veilingen m. , klein, gering zº "etty. , J, s. smeekschrift, verzoek m., rayer of a petition, doel van v up a petition, een verzoek # # J - ed -ing, vet, verzoeken, dienen; right to petition, van petitie. 'un-a-ri-iy], adv, smeekender- bid-tº- erzoekschrift, aan een W -ry J. smeekend, eekschrift writer, briefschrijver, re-| is. pha eede naj, lust na dg-e-dén'ici, ## traiºlº, , s, schaar zwa voetknechten, phalanx f, lidbeentje en teen en in Ifän'tâzm], f hin droom ling van geestverschijni Phantasmagorie Efän-ta # voorstelling der , E*hantaarn atograp schrijving der geestv aantonen ſfan'tum] behare ſfare], s, vuurt Een arisatie al ſtart'ri "isa riani een ſfär zeeërs, huic aan ſfärºri-za-ïs rieze' anij algeleerde, # ze] -ed -in t vt. recen- ## » * theid ºf m'a-thy J, s, liefde v elJ, s nachtegaal m. ſten -mot], adj, van de kleur van ge- » philipine f: # f, wijsgeer mij natu- a idige, moral philo- philosopher's stone, steen eenrºn # # ## It Yz'zic], s. tering f. %. t 1, adj. wijs ater m. , s. ad f. , duim, o liigh W "## tenschapf. # wijsgeerig. Hºe valsche wijsbegeer-1- S en oso- sie, innemen, te f: , E. februiken '|reira ftrazej-ed-ing. vt. #, noeme hrane ſfrazel, s, spreekwijze, zinsn fra-ze-öloedgyJ,,s wi te drukken fº, stijl m., verzameling van spree r, hºe brenetie [fre-nét ic], adj. krankzinnig, raze e-|Phrenitis [fre-ni'tis], Phrensy Ifrën'zyl, s. zinnigheid, razernij f. # Phrenologie (al) [fre-no-lödg'i-calJ, adj. van | hersenleer, schedelleer, phrenologisch. Phrenologist ſfre-nöloºdgistj, s, beoefen schedel leer, phrenologist m. Lºhrenology [fre-nolºo-dgy], Een rontietery ſfrön'tis-t # thisieal ſtIz'zie-al], ad ## Ethi'sis], s, te Inz'zic], s gene Praetime physie, p. ten physse en # # # # #3 en zich met geneesmiddelen -ked -king, v inees # ing, vt. tane a piano, een piano st #%. r, Epiä'no-mäkeerd, s, pianomaker na aster uit, ## thund, sº boetedoening door offeran- al, s, zuilengang m, plein n, - ik J, s, zeker muziek bij de schotten. , s, belustheid ; soort van drukletter, ekster in, » - ... ôôn'], s, zeeroover, vrijbuiter m. lage ſpºe’king], s, standgeld m. t keus f. # ## s, puntige hamer, tandenstoker m., ſprek] -ed -ing, v.t. Sºi. #", opzame- erzamelen, pikken, uitpluizen, zuiveren, utse # th, met), to piek ### en; to piek aequaintance, kennis zoe- piek thanks, een oorblazer zij an, erwten plukken ; twist met i his face is pielked a kºe te gezicht is geheel met put bede e or fruit, bloemen of vr h from a bone, he ek sa , to piek from, out from, uitkiezen van, uitnemen, afpikken, ## #*iek » W. » » *iek-up-dinnerfpick up-dIn-ner],s. kli E#"# middagspijs ºf Pienie Epick'nrekj, s. maaltijd, waarb meebrengt m., zoet beschuitje n, # **ique f: ke'J - ed -ing, via een zesti in het kaartspel, S.XW -... ei E*ietorial Ipſe-toºrt S » » bºeietoria 11 ## uitkiezen, ## kna-| VN 'X'-WW ###### ## + E ietwara , sº iets mee schilderkunst, ti vvhieh my farney na de ballingschap, dat # heet, w ni, to p. to piece up, verstellen ## ed], adj. met varkensoo gende # 1. # º Leigery [pig ge-ryl, s, varkensstal ## ſpſg’gin J, s. kuipje, vaatje m., er Pig-iren ſpºg 1 urn], s, ruw ijzer n.. , Pig-lead Ipſgºléd. * - Pigmean # g-me'an J, adj. dwergachtig - | |eigement fpſg’ment], ſtie Beigem y [pººg' Hººignoratio E*ignorative Ipºd Hººignut Ipſgºniſt J Heikeſpike] # g: in ººike Lpike Jºs.prek, spies, kei ike I - ed2.W "# 1 ſp1'kt], adj. puntig. man ## s, pi iſkestaff ſpike'stáffJ, s. pi aster Ipi-las'te eh IpYltc &i, plunderen, berooven, een ko s. roof m., plundering f. # Yl -ed -ing, vt. plunderen (bv. ni, berooven. N # # # S W r ſpil' la-dger], s, plunderaar m. Leinaster Ipi-nasºterij, s. # 's, pilaar m., zuil f, stut, stijl m., Eºin hasket ſpinºbas-ket], s. Bei » igion, grondzuilen van den gods-, E-in-bit ſpïntbſt], s, boorijzer n. ſnest a pillar of ſire, een vuurkolom ; Brºer- gein-ease ſpſn'easej, s, speldenkoker m. ilen van Hercules (geographie); | E ineers Ipſn'eerz]. s zº mººiste hers. y, veiligheidskolom, | Reinch Ipinch), s, kneep, klem # rdj, adj, door zullen ondersteund, heid fº, nood na prise fº, snuifje in, wj, s, rijst in schapenvet gekookt fel aait, een weinig zout; a » ik ## s, z. ººii-garliek, snuifje ; at a pineh ton a %. ,s, zadelkussen m., vrouwenzadel m, desnoods, in geval van nood to , s. kaak f:, to put into the in het nauw zitten, pineh epo kaak stellen, tot stand in, in klauw geknepen. schande blootgesteld zijn: tien ik ineh Ipºnchºl - ed -ing, wit.&i, » ied-ying,v.t, aan de kaak stel- len, drukken, kwellen, pijnigen, in löw J, s. oorkussen na, to lie down on brengen, uitsparen, nijpen, in verlº » st genieten ; to advine witte dringen; to pine in a whole nati s slapen alvorens een besluit | heele natie doen lijden, te pi # # . a strong als je etion, iema ed -ing, vt. op een kussen tig inwerping in het in, to pilow on, leggen op, 3...:S: . . . . . . . :: 3:33 - 23 S. be, to tie pillowed, rusten. | ussensloop n. , s. luiaard, langslaper, arig, ruig. ##, # pinkschip na, pink fº, model n. : » ink, soort van kleine # anjelier, in » elier; Indian the pink of Felite- toonbeeld van beleefdheid, adj. bleekrood, -eed.. z mak, gestreepte anj # # f 'ler], s. lichtrood na, vleesch- 'ker], s, speldenmaker m. » mün mij, s, spelden geld in. e], s, pinas f. k toren m., tinne f, top m., acle of glory, vee inperkt, speldenmaker | Pirae, Piah , # t ſpi #. "ºneerd n. metaset 1 pr- is er ººk ketstºel in Mººie anet earde ### s, pl, pik ; a pack of piqued-cards, piketspel pira-ey J, s, zeerooverij fº, het had van boekwerken , aet of piraey, daad van roof, zeeroof; to commit piraey, de zee oefenen, zeeschuimen. » # » Pirate #' s. zeeroover, nadrukker m. Pirate ſp1'ratej -ed -ing, v.i.&t. zeerooverij gen, nadrukken, # # # Hºiratie(at) Ipi-rät'ie-al], adj,zeeroovend, nadru # » Eiratiea115 ſpr-rät'ic-al-ly], adv. door rooverij 1 -ing, vt. Sti. uitknipp: door- 3 te al-lyJ, # » # (kleur ºf, Heirn ſpirn], s, garenklosje n. Meirry [pſrºry], s, ruwe wind m. ººiseary ſpís' ca-ry J, s, visch recht in. Hºiseation Ipſs-ca's hun], s, het visschen in eiseatory ſpïs'ca-to-ry J, adj. visch... vissche Piscivorous ſprs-ervºvo rusj, adj, vischetend. Pine ſpel zal, s, metselwerk in leem nºg te in pine, in leem metselen. # geish ſpïsh], in: ba! foei!, # ## # » vi, th ze ontevred # tº'ſ place fplºssing-pl # ſpïs-ta'sho], p achen pimpernoot, pistachio tree, trie al er naast, ##tºtal## #, # ## ## Y piteh, gele, witte pek; jew an dart: a- pitch, ikdonk of a hin, de helling 1 - ed -ing, v.t. &i, bevestigen, ste- ren, werpen, zetten, opslaan, neerval- en, storen, kiezen, stampen, toon pitein a casap, een leger opslaan, to net, een net uitspannen; a pitched een geregeld gevecht, to pitch over, be- he pitched the is # of schuinte van npon a day, een dag bepalen. 'bläck], adj, pikzwart. » belaº dârk J, adj, pikdonker, » er], s, kruik, waterkruik fº, houweel an], s drinkebroer m. » hooivork f. # stampen van een hellend, schuinsch, # pikl ##### chtig, bepikt, zwart, don- de donkere nacht ; the het nachtelijk duister. het toppunt; d ſpitſt a ſpºt' ell genadi Heituite ſpitºyii-ite], s, slijmen, ººit uitous Ipſt ## adj. slijmig. ſtºtyJ -ied, IpſtºtidJ -ring, v gen, medelijden hebben, medelijden wekk the heart); * pity you very much, u zeer; ik heb medelijden met u, to tie ## # zeer te Pity [p # # #%# # .. 3% # &S ei Eis: "## to tal medelijden hebben met...; it in a jammer; it is a ## pity, het it is a thousand pitien, het is mer; the more is the pity, z ººi want fpſv'vutj, a spil r., tap pivot, op een spil draaie schip naliei t riºrij na #" n: ## eerlijkhe hij Plain-field [plain'freldJ, s, br! n; all th -ed-ing, vt, plaatsen, stellen, zetten, en, op interest uitzetten; to place he-lkº achterstellen; to place in order, in orde, in orde brengen , to plaee up, opstellen. der [place' hold-er], s. persoon, die de » der bekleedt m. &#f, # 'W: ANw s, ambtenaar m. nºtaJ, s. nageboorte, moederkoek f. 'sidJ, adj, zacht, vreedzaam ; a plaeid heldere hemel, { bedaardheid f. ſd'Y-ty], s, zachtmoedigheid, kalmte, ess], s, zachtheid, vreedzaam- adv. ## (heid f. wae, roos; | in. -, Hij is de plaag # vonnis m. | ## * ki [plain' hart'ed] rouwhartig. # n/ly], adv duidelijk, eenv » [plain'ness], s, effenhei heid, oprechtheid, lee [plain'spo-kn], adj, ***ain-hearted vrijmoedig, t w rekende, & Iain-staaffa ſplain'stuiffs], s, pl, eff ongestreepte stoffen in pl. Helaint [plaint], s, klacht f: , Helaintſui ſpläint'ful], adj. klagend Helaintiff [plain'tif], s. klager, e "Iaintive [plain'tivJ, adj. klage Mºiaintless [plaint'less], adj. geda #### Iplain' wurkj, s. * met groote p kleine plooien. » » *iaiter ſplait'er], s, plooier, trenster, (haar)vlechter, Helan iplän], s. ontwerp, plan to change one's plan, van batterij veranderen; to # # evende of lang a stubborn soil does not avait ze te ver een harde of dorre grond is niet goed relatie- vvh te whëël J, s nu t] -ed -ing, vi&t, planten, beplan-, # bolwerk, terras na plaat maize, maïs planten, to plant in Bºlat forsm-master ſplät'form-más-ter , een tuin beplanten, to plant a colony, chef m. # top iksplanting aanleggen, to plant virtuele latform-turning ſplit'form-türning] .. van de deugd onder u kweeken; to Mºrat found ſplit' found], s plafond, S # the christian faith, den Elatina ſplatter-na], s witgoud n. en godsdienst voortplanten of invoeren, zºdating ſplaſtingj, s, kunst van ve lant the standard, den standaard planten. *later niet all # plato ain [plan’tain], s. banaanboom m. # Hove, een platonische liefde, tation ſplân-ta'shun], s. planting, beplanting, een atoon ſpla-tôôn' J, s, pelet lantaadje, vol! # anting f, plantsoen n. helatter ſplatter J, s. vlechte %, plantte # adj. # gevestigd, vlakke schotel, bak m., stra ánt'erſ, s, planter m. » | maker. ſplanti-grade], adj. and s, dieren, die ze latter-faeed ſplatter-facdj, ool loopen. relatting ſplätºtingj, s, het v ântºingſ, s. het planten, het pooten ; mat, vlecht f, vlechtstroo, vle leggen of oprichten van iets, Het audit Eplau’dit], s, gejuit , s. plas m. #ten (van takken). piau dit heet en blij -ed-ing, v.i.&t, plassen, samenvlech- Piannibility [plau'zi-br1ſi- äsh'ing], s. het vlechten van takken, melijkheid, schijnbaarheid f. in het water in, .. "## Eplau'zi-bl], adj, sc bºy], adj. vol plassen, te be a plausible na s pleister, gips ºf plaster of ## ips fº, erude plan ter, onaan k, court plaster, Engelse 'oat of plaster, iets pleiste Play alk op leggen. En # -ing, wit, pleisteren, be- eister leggen op, to plaat er al er op een wond leggen, ten leisteren, met een pleister of (ker m. rJ, s, pleisteraar, pleisterwer- erk n. er ſe "N. een Iplate'whëe relatform ſplätºf # in J, s. le # t steengro ir-kwar-ryl,s, pleistergro tone gipssteen # St. º m with en, voor den gek houden, t den goeden uithangen, zi to play again, opnieuw spelen , net, spelen tegen; to play into da, iemand mooi spel geven, to ## at diee, at chees, 1 --&------ spelen , dobbelen (met d schaken; to play for, spelen voor (plee- N- # v vermaak), spelen voor, om {money, geldf; y for lov, voor liefhebberij, # play off vertoonen, toeren doen, spe- ag s. speelschuld f. ler, tooneelspeler m , stro11- - - | EPlead ſpiëadJ play the knave, den schurk | g te werk gaan; to play trieke, n; | zullen onze aans rele ter # i doet er wetb w, # president het civiel hof kºleach ſpleatch]-ed-i der slaan, buigen, (de #eng, v.1, St. p. en, Efte a e verdedigen, verontschuldigen in the life of a criminal, plei van een misdadiger; to piead t verklaren of doe dden dat Ele: not in a parent's 1 in het hart eens vaders niet sp ignoranaee, zich % digen; to plead i plead guitty, de dedigen, aanvoe lineus, zie beschuldig swords shall plead our tit praken verdedigen, t ouderdom of jare # ſchoon E* E*leasanee Iplé Pleasant [pléz vroolijk, opge santly ſpl. len; well pleas l voldaan, zeer gelukkig ; H. aan ie %. so, het behaagt mij zoo te doen; | Hºled # are hu to be please, gij zijt moeielijk nemer m, ## » doen , the devil himself is good, when I Prediger ſplédg'erj, s. ## pleased, zelfs de duivel is goed als hij zijn een pand geeft of aanbiedt, de ## (vleier, pluimstrijker m. | E 1edget [plëdg’it]. s ko W.-WW » n ſpleaz'man], Releaser Ipleaz’erd: s. Heleiades ſple ya-deezj, s, pl ſpleaz'ing], adj, aangenaam, behaaglijk, helemarily # a-ri-lyJ, adv, , a pleasing prospeet, een heerlijk zº iemarinees ## ve ht, pleasing manners, innemende ma- Pienary ſplën'a-ryj, adj, vo komen, plen - - - » 33 :: 3. & duige race, volle aflaat m. .. fly ſpleaz'ing-ly], adv. aangenaam, aanmin | Heleniunary # # w pleasingly, met welk een bekoorlijk- ####"tel S &%#$% (aanminnigheid f. Pºlen ipotenee ſple-ni pleazſing-ness], s. aangenaamheid, | Pienipotent ſple-nºp' h'tir-ra-bij, adj, genees", # bekleed. # # S. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . f. |reienipotentiary ſplen-n plëz'üre-a-bl-ness],s aangenaam- heien ipotentiary ſplën n Würe-a-bly], adv. bevallig, op aan- machtigd, # en al. » ## » plënºn ſpliën'tye- » | Beienitude elieven, welge- & fpſtin lumb-line ſ www. mmering pöcketJ -ed en, opsteken, verdrag inault); to pocket in cket-book ſpöe , to piange onen r, , dompelen, to plunge into er wer Lºocket-dagger # t ekºet werpen, in een rivier Pocket-glaan ſpocket duiker m. (springen, gºocket-handkerchief tr, duiker m. | EP ocket-holeſpöcket-ho eer dan volmaakt. Pocket-money Ipöc een lig, meervoud n.., reocket-piece ſpöcket-p , in het meervoud. i-oeke: istol ſpöck'et- een geestelijke, die meer Pocketting ſpöck'et-ting], W '... . . . . .. º, zak; het maar zich toe hale vJ,s. meervoudigheid f, het geock-isole ſpöck' hole], zº oe ity of offices, bezit van Poekinese ſpöck'i-ness], s. RT." ---- ------ | Poek-marked ſpöck'märkt), a meervoudig. w, Eeocky ſpöck'ky], adj, pokkig. # oed m., overmaat f.. j rºod ## s dop, schil f, sweet pod, S "# van, plus. | Eeodagra ſpöd-a-gral, s, voetjicht fº, p uweelachtige, | pootje n. w 33 % voorstander der leer, Podded ſpöd' ded], adj. ulcanische uitbarstin-fºodder ſpad der], #, di | Poen Ipo'em], s. gedi g. | spreide gedichten ; mann j ze Ipo'e-zy J, s dichtkn x ſp 8, # m. ## » is , ggen, 1 verzoeken, # lij # han vlijtig studeeren ; #. Iſlºit ## in, El i" nee", ### alke kºoison-tree ſpor zn-trëel, s, giftbo %. ### # » W. EE... ---- NXW - RN - NV. -3% rete p eerſt ºoitrel ſpoºtrelJ, s, borst riem voor een en kan en geven dan waartoe men Etº'oize ſpoïz], s, and v. z.. Hºoise. ; a cavalier armed at all point, Bºoke ſpoke], s, zak, buidel, is tot teen gewapend ridder ; to be at pig in a poike, een kat in den of death, op sterven liggen, to be Hºoke ſpokel -ed -ing, v.i. s die, op het punt van sterven zijn; | rens), steken, tasten, vc # aats, tel uw oogen; to stand upon out, al voelende of tas n stuk staan, to lay points, sei- Lºoker ſpoºker], s. # achel at all points, in alle opzichten. Bºoking-stiek ſpoºkfng-stick], s. s eel, in alle deel ten te plooien, plooistok m. het geheel ; i int tºolaek Ipo'lackj, s. Pool, Poolsch n . NEW;-XX'. WR-NE. SYS ,,ZW.X&V. 'W- EK Rºolar Ipoºlèr], adj, tot de polen ## ble], s.aspunt ne, pool ºf me, roede f, # > 3&%. stuk van een mast na 2.S3-3. . . . . ok di .. * * * h po- # W maatregelen poliey, polis van een brand-as- y, polis van een ing, tegive a polish to, iets glanzen. # s, polijsting, beschaving f; to ſpöl'lish] -ed -ing, vt. polijsten (bv. as, metals), beschaven (bv. the amazaners). Polishable ſpºlish-abij, adj. voor polijsting, voor #u adj lijst aangena in hed Ipblºiish-ed1, adj, gepolijst, glanzend , e, beschaafde manieren #e. g #er ſt 1'lish-er], s, polijster m. ### ing, ſpöl'lish-ing], s. het polijsten ng, polijs- f, glans m., vernis in. ; to give a polishing, polijsten, vormen, beschaven. (staal n. ishing-iron ## s, bruineer- te ſpoelite'J, adj, beschaafd, beleefd; to grow ite, beschaafd worden; to ag, een beleefdneid doen, WS ely [po-lite lyJ, adv. beleefd. . enese ſpeeliteſness], s... beleefdheid, beschaving breach of wellevendheid. >: #### ::, ſpölºli-tici, adj. staatkundig, slim, it would het politie to do that, het zou niet slim dat te doen. # eal ſpo-lºt ic-al], adj. staatkundig, political #'ë, staathuishoudkunde; the political ºf Europe, de staatkundige toestand van # F:# paper, een staatkundig blad, elaaraeter, een staatkundig #". ſpoeltºic-al-ly], adv. staatkundig. er ſpö-litſi-cást er], s, staatkundige tin- #t m. » # ## -tºshºanl, s, staatkundige m... '-Jyl, ## &#% levensver- # eken: politizeeren. &##### den staatkundige ed -ing, # W geven na ande meeprat Ire), s. glans, , 8 regeer have eyes » gelast ##### re #, ºoix eracy do a petite action, »litenens, inbreuk op de wetten, tºetrioduent ſpo-lºl'o-k div. op een slimme wijze. 1°oly s, pl, staatkunde ºf politica ºp taatkunde ; to talk politiea, Rºelyayilabie ſpöl » # ## ng t, regeeringsvorm m. | - tum Pollutednese Ipol lutſed- smetting, bezoedeling f. Erotiuter Ipol-lu'ter], s, bevlekker, on ºollution ſpol-lu'shu.nl, s, bezoedelin kºeionese ſpo-lo-nëze'J, s, het Poolse » # # # 11 EE # # 7,s. horrelvoet na Mºoi troon [pol-trôôn'), s. bloodaard m of poltroon, l###tigheid, Hºoltroonery ſpöl-trôône-ryl, s, lafhart "#", ... in samenst, veel...; poly olyanthus ſpöl''Iï-àn'thüsj, s, sleutelblº "##re- ſpöl'i-krëst], s middel tegen ve # ##### # # s... veel hoof olyedron Epo-ly-edron], s. veelzijdige Polygamist [po-lºg'a mistl, s, die mee E ## # der # f, ony gaan po-lºgº a myſ, s, veelwijverij ºf ### # , adj. in vele talen, van veel talen, boeken, bijbel) in veel tal Eeolygon ## s veelhoek m. Polygonal Ipo-lºgº'o nal], adj, veelhoekig olygonnen ſpoelig'o-nim], s. duizendknº Henrygraph ſpölºli-graff], s, copi S ylogy ſpo-lſlºo dº yl, sº spra .. kwënt], "## ſpol-º-matiej, aij zijdige kunde bezittende. VS ## Ipo-lſm'a-thyJ, s. #### # of #ºhn, > . . . .: X3 lºlyp1, en veelvoet m., .. ettergrepig Polytheism ſpölſli-the-Izra theisme in. Polytheist ſpölſli-the-ïst], s, die Ponsaee ſpüm'mace], s, droes ge » h she-us], adj. uk n, getopte E , tot een ing, vet.&i. overwegen, n (on, over). > ... ... . . . . . -S& II'ietyJ,s. weegbaarhe adj, weegbaar. uni, s, weging f. rweger m. ſnaden on-de-rös'I ty], ss], s. zwaarte f. 1 'de-rusj, adj. » Epön'de-rus-ly], adv, met veel gev J, adj stelijk, ondergaand. zwaar, g ## dolk m, ## » -ing, v.t. doorsteken (met ſeen dolk). | # ; receiver of epriester, paus m. - . . . . tij, adj, hoogepriesterlijk, | vaardigheid ºf pausschap n. ate], s, hoogepriesterlijke brugwerk in » jver maken. | | up, zich plotseling oprichten of plo po ten qu Zº. W. SAW h zich ee ing, voorth afklimmen to pop de ren, snel ling binn pklim uppelen, $3:3 s & ; to pop f. en dag komen, to pop in, plo mem, instoppen, opsteken, snel ## # in upon one, onverhoeds menkomen in to pop into, brengen of ste expº ººit, zich uit de voeten maken, en zenden, wegwerpen, to pop out, plotseling dwijnen of verschijnen, uitwerpen, te pop out from a sum, iemand eene som doen zen; to pop under, eensklaps weg ## eiing ten te opki men; to pop up and down, op en neer zien ## upon, onverwachts komen bij, aantreffen, leggen op, » Hºope ## # # # # geopedom # s. pausdom na ope-jean Ipope'djoan 1, s. ## aan |Popeling Epipelingj, s pausgezinde m. E# #den # tºt exper: Epöºpe-ry J, s pausge # hedi kºop-gun ſpop'gun]. opinjay rore ºore upon hooks, in de boeken snuffelen , to] Portlinean t fverglaasd porselein, biscuit, tpors'lin-clay, Porcelain-earth thſ, s, porseleinaarde f.. . N j, s, portaal na, voorhof, zuilengang m. 'sine], adj. van de zwijnen, zwijnachtig. ine ſpör'cü-pine], s, stekelvarken n. e #' is. zweetgat n.., porie f. N e ſpore] -ed -ing, vi, turen. ( over, zitten te staren op. in de ſpore'blindJ, adj, kortzichtig, bijziend. ty ſpo-rös'I-tyJ, Kºorin een ſpºnſºri-nessj, flºo- namens ſporus-ness], s. #unen f, ſporkj tarkensvleesch n. hºuteher ſpork'bitch'er], s, spekslager m., buteber's an eat, varkensvleesch. » ºrk eh op ſpork'tchöp], s, varkensribbetje n. orker ſpork'er], s. zwijn n. (var "rket ſpork'etj, hºort hing ſpork'ling), sº jong rean Ipn'rus], adj, poreus. N try ºf # porfier in. (varken n. » por'pus], s, bruinvisch m., zee- r-ra'shusJ, adj, groenachtig, '1, # uitgestrekt, # (f, # ## kºortrait ſportret], s, portret n. ken n, is por-iPortion ipo Portion Ipor'shun deelen, met een huwelijksgift be tien ont,uitdeelen; to portion to, Hºortion er ſpor's hun-er], s, u . ºortionist fpor's hun stij, g, deel die deel heeft aan zekere inkoms Port-iaat ſportºlást J, s, dolboord on, over), to reort-lid ſport indj, sº luik van een g ſport II-ness], s. deftigheid Hºortly ſportºly], adj. deftig, dik. Bºortman, ſportſman J, s. burger een er Port-manteaua ſport-miſn’toj, s. # trait, portret ten voeten uit; half 1 trait, portret en buste, en iniature ºp niatuur-portret, portrait on a la seale, portret in het groot, in he to take any one's portrait, mand vervaardigen, ter h. %. n portret laten 1 portretteeren; to sit for one's ren om geportretteerd te worden Portraiture ſport # y J indg-er], s. soepkom, diepe schaal "# tportra en, #schºtpoort, houding f.. port, gesloten haven, free ſºort- , haven die openstaat voor den den vreemde, open port, open ha- ing, warehousing port, haven van Z rt, zeehaven ; to close a poi SSX:S:X » # was meer dan menschelijk. raagbaar, draaglijk. k ), ſportta-bl-ness], s. » .. men s, bouillonkoekje n. Positio #"# ## schilderen. # reeve ſportºreevi, s, *ortress ſportresºl, s, po Hºortesail #"## bal Hºort-tackle ſportſtäck'e rt, Meert-vent ſport'vén he|fºorwiggle, "orvv Pory ſpoºry], adj, po Rºose Epſize] #ºed - "one ſpozej, s, stand in seeren. Mºoner oeited ſpoºzer], Ind uit eid, eigenzinnig -tyure], s, zº zºon en J, s. pannetje in s, waterval, spoelkom m. (springen. d -ing, vt. doen uitspatten, uit- ee 'se], s, gewapende macht, menigte f. W zëisj -ed -ing, v.t, bezitten, genie- to possess one's self, meester h zelven zijn , possessed with, voorin- tºt met ; to poszens ... of, in bezit stellen | o be possessed of, in het bezit gesteld ## #*# of ſof with) the devil, en duivel bezeten; man possessed, beze- ; to possess one's self of, zich mees- ## & poz-zësan, adj, bezeten, in bezit, be- gerust, voorzien. # Ipo-zësh'un], s. bezitting f, eigendom - NE.N.NN.NEWAY *# »session, buitenlandsche naked possession, feitelijk ſhtfut possession, wettig goed, u, rustig bezit, wrongful pos- tmatig bezit, de privation of onteigening, in possession of, in have great ### veel be- hen; peace of mind i n gerust gemoed is het b - onsensioen, in bezit stellen; to f, bezit nemen van , to enter it, treden; to get pon- it stellen; to recover pos- hernemen ; to reinstate in fit terug geven. 33 sh'un] -ed -ing, v.t, in het . s bezitter ## Ze ſ # febz-zështun-er! #, ës'siv], adj, bezittend, bezittelijk. bezitter, genieter # s so tºt ºostdiluvian [post" | |Post doetor fpisºdbeſturi, 'Posterity Ipos-têr'rity] ten t e ken (an aceount), to post a way, weg wegspoeden ; to post away with, snel ve ten; to post oest of, snel verlaten, tto- over, snel doorreizen, overvliegen , t through, snellen door, to post to of tot snellen of zich spoeden naar ; to post off. " schuiven, uitstellen (bv. a bussiness); to p. up, aanplakken ; to post oneself for, zich in geven voor; posted in every corner of t streets, aan alle hoeken van de straten aangepl Bºost [post], adj. met de post, met spoed tºontable Ipostſa-blJ, adj. verzendbaar, ## k*ontage Ipost'idg], s. port m., tage free, free of postage, franco; additional postage,s ment van briefport; redueed rate of pentas verminderd briefport; to pay the postage ol, de port betalen van, frankeeren, " # ºostage-stamp #" postzegel m. Bºost-boy [post'boij, s. postrijder, # # Post-chain.fpost'shaizj,s postkar f (de communie E*ast-eommunion [postſcom-mü'nyun] bed Lºostdateſpost'date]-ed-ing,v.t, later dagteek ºost day [post' dayj, ## ag, m. (wl u'vi-anj, adj na den , persoon, al Rºostdiluviana [post-di-lu'vi-an], s den zondvloed # mn - ºv # s. kwakzalver in', Poster fpost'erj, s. renbode m., aanplakbiljet Posterior ſpös-te'ri-ur], adj. later, volgend: rºosteriority ſpös-te-ri-or'ri-tyJ, s, later zij reonteriora tpös-te'ri-urzj, s. pſ. achterste n, , s nakomelingschapſ. " iate poeterity, de laatste nakomelingsch" Brºosteren [pos’tern], s, achterdeur fº, poortje Bºost-existenee [pöst' A Post-hackney [E hºe ,,spoed ºm in grºte h pºst N ver #### º neyj, s, gehuurd #E :adv. groote Post-horse ſp v gt liefſt ſnººk stkantoor, t-offiee, #" # # gefrankeerd. paperJ, s, postpapier n. post-office con- mst rakende de posterijen; to Lºotenee ſpoºtens t-ofitee, op de post doen, to v.t. verdragen, laten worden, stoven, stoot Bºot-e r:## um-pân'yun],s. w , s, kruk, galg Lºoteney ## s, macht f, ve adj, machtig htig. -ta-c J, ## postponed to, moeten achter-, onderdoen voor. ost-pone'ment], s, uitstel n. ſpost pön'ens], s. afkeerigheid f. n'er], s, uitsteller, nalater m. t-po-zYshºun], s. achterstelling fº, »osition of the nominative verh, het plaatsen van den eersten hoofdwe ipt, bij wijze van post-scriptum ; # ; to , to, e # voegen bij, g], s. pleisterplaats f. # J, adj, te laat, na den termijn. s, plaats stad of nposterij is f. w ## | Potentially'ſ Lºotently # M ºf Potentative add, to put a we kracht ºf :: W po-tën'shal- ## adv. op kracl 'tent-lyl, adv. machtig. Potentamens ſpoºtènt-nessJ, s, machtighei vloed m., sterkte, macht fº, v 11 n. tés'ta-tYv], Pot-ful ſpöt'füIJ, s. potvol f, ieot-giri'tpot girig, sº buffetmeisje # m. | Pot-hangerſpöt'häng'er],s.schoorst stscriptum | V # steenketting ºm. tº'othecary ſpöth'e-ca-ry], s, al Kºother ſpira'er, s. rumoer, g |Pother ſpütaſerJ -ed -ing, kwellen, plagen. | Pot-herb Ipot'erb], s, moesk dorp) waar P. '# Ipöt'huk], s. schoorste ########### " > dinger, strever, ver- --- stelling f. lºot -ed -ing, vet, verzoeken, ººk ######### ! Er g fit verzoek n, , stellend, voor- ov-pan ſpö | -ºote-herd N w ## haar poeieren, zich poeieren. bond, pond sterling, schuthok n..; "ovvder-hag ſpou'der-bäg], s. # und, bij het pond, half a erovvn in Powder barrel ſpon der Erre J, s.k , 121/2 of 13 percent; six pence in the Powder-box [pbü'der-böxj, s. --------- ----- shilling, two shillings geo ü'der-cart], s. * 9 percent. # A zº ou'der-casej, s, kruithoo t -ed -ing, vt. stampen, in het J, s. kard, n' didg], s, pondgeld n. d'er], sº stamper m., tempounder - - - - - - - # ij groote sommen ## adj, nd'ingj, s, kneuzen, ºpletten n. machine, (-naill) ſpoündºing ma-shïn] t van kalfsvleesch, scha- Eeowder-sugar gesneden in. | suiker f. '- ----- -- en, uit- Powder-trough ſpou'der troff!, s.kruitbak ºowdery # adj, stoffig, broos, krun wdike Ipou'dikel, s. h : inder. YllJ, s. kruitmolen in , s, poeierkwastſt, Powe E J power of steam, het stoo bij vvers of the mind, of th # of der ziel; kracht; the power of th of dark # r-lôôm], s. ron], s. ſpoii'ter], s kropduif, kropper m. de pokken, small pox, kinderpok- ken pox, waterpokken, s, balanceerstok, schuifboom m. am I, s, praana f. » âc'tici, adj. z. Mºraetieal. 3 y # ºractieable- eca-bl-uess], s, doenlijkheid, uitvoer- ikbaarheid f. { bruikbaar, # # li,s om in machin table #" bably ſprãe'ti-ea- . prãe'ti-cal], adj, werkdadig, practisch, , a practical joke, eene & bly], adv. doenlijk. lenend leedigende n: rtprâc' ti-cal-l 'Jadv, practisch, werkdadig, # ## f # 's, het practische rkdadighe d f, practische aard, practische ſpräc'tissl, s... oefening, uitoefening, prak- XS # practijk, gewoonte f, gebruik m., , a physician of large practice, een ge- eer met een uitgestrekte praktijk; theory and 3 ## n #rs een ei in NE-,8% # #ie mag, W assing # praetizeeren, prae- n bedrijven; to practice # praet schouderplaat # toºn van, any thing, iemand prijzen over iets d verricht is, to praise God and his in zijne werken loven, roemen. ,, fºraiseful Ipraiz'full, adj. loffelijk, .. kºraine lean ſpraiz'lessJ, adj. onloffelijk. Mºrainer ## loftuiter in, Mºraise worthily braizwarrey ly1,adv. Ap lijkheid f. . # **raise worthy I #l. adj. #ºranate) iprameſ, sº praam f. ranee ſprans] -ed-ing, v.i. stei vorst vooruit steken, to p. met staatsie verschijnen; to prane rijden over. S. . . . . . . . . . . . . . ## #ºrara een # kºrank ſpränk] # Praise worthiness ſpraiz'wur-ray-ne **rainee gen, de sch d een p o practice virtuee, ze die anon, iemand # g, v. . » derati i " # ### » eede ratiº en tely 1. preach of, Mereceding ſpre-ced'ing], a J, a ºr adj vooraf. ## » en ; to preach to, preeken dººreeentor ſprercënt'ur], s. voorzanger me preach during, preeken iſ gedu- Hºrecept ſprë'cëdt], s, voorschrift na, rege tijd), to preach ## roemen, uitba- Hºreceptial fpre-cép'shall, adj: van reach up charity, liefdadigheid uit voorschriften samengesteld. » # # Preceptive Ipre-cept'iv],adj.voo er], s. predikant, prediker m. l preceptive poetry, onderrichtend ## ch'er-shſp], s, predikambt n. Hºreceptor Ipre-cëptºur], s. leermees ſpreatch'ing], s, preek, #"# f, zer na, - t ſpreatch'ment], s, preek f: (kennis f. Hºreceptorial Ipre-cep-to’ri-al], adj. van ſpre''ac kwaint'ans], s. vroegere kereceptory [prezep-tar-y], s. leersche -ae-kwaint'ed], adj. vroeger be- soort van geestelijk huis, waar onderwijs w # 8 : - - - - - - - - - - - - -- #### gereeeptrenn ſpre-cép'tress],s leermeesteres f. ſpre-ad-mïn-is-tra'shun],s.vroe- Hºrecession ſpre-eësh'un], s. voorgaan na, (vóóraf vermanen, ºreeinet ſpre-cïnkt'J, sº grens fi, gebied na te i-ad-mön'ish] -ed -ing, vt. Hºrecious ſprésh'us], adj, kostbaar, dierbaar, re-ad-mo-ni's hunJ,s, vóórafgaan- cious stone, edelgesteente, » ### , voorafgaande kennisgeving ºf ze reciously ſpreshºus-lyj, J, s. inleiding f. %. . . . . . . . . . Eereein namens ſprësh' » %. is], is kostbaarheid, w, Precipe ſprëz't-pej, s, bevelschrift; bevel tot de devergoeding in, - - - - - -- %. .. e ſprés si-piss], s. afgrond m., brin ee, rand van een afgrond, to reeen iee, uit # afgrond hal adj, nauwkeurig, bepalend, e, bij grond be de 5 p. -clôôd j -ed mag, vº uitsluiten, 1 hdao pres *, slaven aa elude fronn, uit- bonden ; # al tithes, tienden ---- ca-bl], s, algemeene ho p verhinderen; to pre to preclude an objection, een te-, (pré N- e Lpre N- Predieable Iprëd'I-ca-bl], adj, hetgeen va legd kan worden # 's, klasse, o klasse beh g voorkomen, & zº W ## s. uitsluiting f. w pre-clôô'siv], adj, uitsluitend, verhin-| gezeg In eclusive of, uitsluitend, ontwijkend. Predieanaent Epre-dſcºa-ment] ly [pre clôô'siv-ly], adj, met uitsluiting, standigheid f, staat m. (kl # shus], adj, vroeg rijp. Heredicamental Ipre-dre-a-mén W s'i-tyJ, s, vroege rijpheid f. Lºredicant ſpréd'i-cant], s, die zegt, beves -còg’i-tatej -ed -ing, v.i. vooraf geredicate ſpréd'1-cate], s. gezegde, predica E*rediea te [préd't-catel ## # -ci'siv g w te ſpre ,,ºverleggen, vooraf beramen. "- **reeognition ſpre-cög-nYshºun J, s. voorkennis f. | Predieation ſpre 'a's hun J, s. - **ecompose Ipre-com-poze'J-ed -ing, v.i, vooraf eredicatory ſpréd'ï-ca-to-ryl, opstellen. w (opgevatte meening f: | slissend, positief, ::::::::::::::::::::::::::: eeit (pre-con-ceit'J, s, vooroordeel m., vooraf dººrediet ſpre-dºkt'J -ed -ing, v.t. vo ted ſpré-con-ceited.], adj. vooraf opgevat, Prediction ## f; omen, bevooroordeeld. # pr on, eene voorspelling doen e ſpre-con-ceiv'J -ed-ing, v.t. vooraf c'tiv], adj. voorzeggen w eive | s. voorzegger hun], s. voo -- Predisponent [pre-dis-po’nent pre-con-démn] -ed -ing, v.t. vooraf hetgeen voorbere voorloopi pre-con-sin'] - ed -ing, vt. vooraf "# e'J -ed 8. heid t # aneeſp , h rakt], s. voorafgaand ver-| # » 'J -ed -ing, v.t. &i | s, overhand, hee »eontract to, vooraf dººredominant met 33 % (pre-ear'sur), s. voorlooper m. (dend |P E , adj. voorloopig, inlei- | heerschende wijze ---- pre-dat adj van roof levende ; Bºredomiraate ſpre-döm', # leven, w ## tºe, hebben -ed 4 p & » S Prejudge ſpre wachting f. # deelen, voorba faceJ, s. voor rede f. | Here . -ed-ing, vat van een voorrede in , doen voorafgaan; prefaeed je W bewijsgronden voorafgegaan » %.:33;: » ir. .. . .. de m.j vooraf beoordeelen, oordeelen. » » s, schrijver van eene voor- Prejudication ſpre-dju"di-ca'shun], s, vc ryl, adj, voorafgaand, inlei- ling f: emarks, voorafgaande opmer- Hºrejudieative ſpre-ju'di-ca-tºv], adj, voor .. , s, prefect m. (kingen, ### Ipréd'jû-diss], s, vooroordeel prëffec-tyure], s, prefectuur f. f, nadeel in prejudice against, vooroord rºl -red. [pre-ferd'] -ring, v.t. ver- gen; prejudice for, vooringenomenheid met 'oorkeur geven, verheffen, bevorderen, prejudices of education, de vooroordee te prefer one thing to another, opvoeding, free from prejudies, boven n; to prefer oordeel, onpartijdig, to any one's prejn ten nadeele van iemand, without any en prejudice, zonder nadeel voor iem any one prejudice, iemand nadeel toeb *rejudice ſprëd'jii-diss] -ed -ing, wat nemen, benadeelen; to prejudice ag innemen tegen, schade toebrengen, sc to ## ce a cause, eene zaak ! ten , prejudiced by . . . , ongunstig z ####### # S. re-i Lºrejudie ed Ipréd'ju-dºstj, adj, bevooroor 3 ## # adj, nadeel: ijk; prejudicial to, strijdi een # W W W %'s pre-n l dg], # relaey ſpreI'la-cy], s. prelaatschap 'late], ## # t » digheid, voorbarighei -ed -ing, v.t. w ft), -tedJ, adj.vooraf bedacht, '1-ta-te-lyJ, adv, m: # » # 9:. tientpre-meaºrta shun, voorbedacht: # it] -ed -ing, wat te voren r], s, eerste staatsdienaar m. adj, eerste, voornaamste, # s, waardigheid f: , mus-serij, s. pl. eerstelingen f, pl. # W N nkrijk in. (bepalen, stellen. ze J-ed-ing, vat. Sti, vooraf zeggen, # ,s. vc . ieen, s, pl. huis m., huis en erf. tenmºl, sº prij: m., b beet # eervol get sit; to hear a premium, en # .. mön"nish-ment], voorafgaande waarschu- 1 (schuwend. Hºe 1, adj. vooraf waar- J, s. premonstraten- presidentschap van den elooning, pre- ig- to prepare ships for d ... twaarschuwen. | | # h} ed -ing, tºt vooraf Preparabie ## gemaakt kunnen de # 33 reparation tpré” #### pa-ra'shun], s, voo voorbereiding ºf, toestand, staat mº, vw parations, oorlogstoebereidselen , paration" (for), toebereidselen voorbereidselen maken (voor); in ration for attack or defensee, in van aanval of verdedigin N reidend, voorbereidsel n. |rere arative p:#1, adj. a nºreparatively ſpre-pärtra-tiv-ly] Preparatory [pre-pär'ra-to-ryJ, voorbereidend, preparatory to, vr ºn, Prepare [pre-päre'J -ed -ing, vit fgaande stelling, premis, den, bereiden, toebereiden, gereed make reidselen maken (for, voor), N (to, om); to prepare for, ler, vºor , vººrzichtige mº yopy) ſpres-by-o'piraj, ij men op een afstand beter an nabij) ; alleen op verren afstand ziende. W ## ouderling, & f. ## hij ter benoeming kunn | Presentee ſprëz-zën- schap ºf wordt voorgesteld, Fºrenseious ſpre'shi-us], ## f ed -ing, vt. # middellijk. .. ſtrekkend. Heren entiality ſprëz-zen-sh 1, adj, afsnijdend, af- theresentially ſprëz-zën'shal-ly], grip van tegenwoordighei #! tprez-zënt's all, en ſpreezënt'menti, pre enter], s gever, voorste dj, tegen gedrang n.., in the press, of the press, corrector, •, drukproeven corrigeeren; | press, van de pers komen; ## een pers gaande of ## 3 3%#$% &#&% h » ilinder; vviane preen, en of business, dringende zaken ; # rese] T- » WRW ' ... . ken, drukken, # ingen, inprenten, zich , dringen, aandri 3. # ºr cloth, druiven, papier, doek >S prees of mail, alle zeilen bijzetten. -ed ſprëst] -ing, v.t.&i. persen, ngen, aanhouden op # te # # # # tprès-ta'shu leen ## g j, adj, gereed. en vorst in de midd he christen, N *restige ſprés-tidg'J, "t bedrog ! der zinnen, betooverin ## + kºrestigiation # ## .. dººi + Herestigiator ſpres-tºdg'1-a # fºrestigiato +## # "restig begoochel me in one's arme, iemand it y one to do a thing, in, aandrijven, to # ººk & & # # #, en, aandrin ngen, den, haast maken; | een for, dringen om te te Ere to prees in, # % iemand de waar- in gegrºeien - oelen, ten # wacht # d. **revain ſpre-vail'J -ed -in overhand hebben, meer verm the fewer prevailed in the te in de stad; arguments wijsredenen hadden geen i ---------- upon, overhalen, overreden se of, onder one to do any thing, kleur van, tot gen om iets te doen; to W zich laten medesleepen, against, overwinnen, prevail . hebben op, bewegen, reasone that prevail," candid man, redenen die bij rechtschapen overwegend zijn, # - -- Prevailing ſpre-vail'ing], adj, heerschend, krach- tig, veel vermogend #ne passione, he" | Prevailingly ſp iſ algemeen in zwa tºerevainmentſpr er-spring-stay],s. # m." " & : : : : : : '-stay [pre-vënt'er-stay], s, looze stag m. << # Ipre-vënt'er-stay-tâc'klJ, s. # » .. ee, een prij dalen; to raise a price, e doen stijgen, te mell under verkoopen, schande koop gev on a thing, op iets een pri lower a pr een prijs bepalen , to net a pri $ 3% N in stag » Trt, » » » W er-strapſpre-vënt'er-strap], s. borgstrop m. >> SZ t head, een prijs op iemands hoofd # p-rope ſpre-vënt'er-töp-röpel, s, hulp- # aap a priee, een prijs staande houden, Hºrſee ſprïceſj - ed -inga vet op prijs st schatten, waardeeren, betalen voor verge *riee-eurrent ſprice-cair rent], s, prijs-co ººrdeed ſpried], adj, geprijsd, # in Ipre-vën'shun], s, voorkoming verhin- for the prevention, om te beletten inderen. (hinderend, belettend, ingly ſpre-vënt'ing-lyJ,adv.voorkomend, ver- raal #. adj. tot verhin- # verhinderend, belettend. ſpre-ventivl, s, behoedmiddel in pre; . , gewapende dienst in Engelan tust tegen smokkelaars te beveiligen. ,, entive Ipre-vënt'iv], # adj behoedend, # # 3: ## &###### W.- . -SOUW W. » frende wijze, tively ſprevent, iv-ly], adv. op een verhinde- ſpre'vi-us], adj, voorafgaand, voorloopig, # eene voorafgaande gebeurtenis, voorafgaande, prealable qu , vooruitbetaling, bet 1, adv. vooraf. voorko- j, is het voorafgaan n. s. vooruitzien, vermoeden ke, a prevision, een voor- # (waarschuwen, N ##t, ooi zijn aan &## van 5 to fall a Prey to, e prooi blijven van t Mºrieehese # a "riek Ipriel kel m., verder alles wat prikt, k: f, spoor (van een haas) ne, karotitab n. schiemansgaren; a priek of een na knaging des gewetens ; priek and # thing, de eer en lof wegens iets bracht heeft, to be on the prick t klokslag) zijn van... Priek ſprïcki -ed -ing. v.t wi, p opsteken, spitsen, # » rieven, aanwijzen, prikkel # loppeeren, sc to prick an een speld, een kaife into a board, plank steken, te pri word the sails, maaien ; to prie priele forth en en aan t # " "### #"e: lijk; st "E# grond woord n. " aar m. ... . rimitively #"#. oorspronk # s. priester, geestelijke m., to be- Primitiveness ſprïm'mi-tiv-ness], s, oorspron eet, priester worden ; to ordain aj lijkheid f. # riester wijden. >>----3. S--- -------- -------- -- Lºrimaness## s. stijfheid, gemaakt lijk, % WºW een - ## craft # s, priesterlist f. *rimogen pri-mo-pge'ni-alJ, adj, oudste priest'ess], s, priesteres f. | spronkelijk. ſpriest húdj, s, priesterschap f. &n. Primogenitor ſpri"mo-dgën'i-tur], s eerste v riest'likel, adj, priesterlijk, als priester. | primogenitore, pl: eerste voorouders. » [priest'li-ness],s priesterlijk uiterlijk n. Prinnogeniture ſpri-mo-dgën'-ture], s, eerstge" riest'ly], adj, # w ,,boorterecht n. .... ! en ſprest-rd’dn], adj, door de priesters Primordial ſpr1-mor'dyi-al], adj, oorspronkelijk revJ #: v.t, bewijzen. (geregeerd. Eerimrose ſprºn'roºij, s, sleutelbloem f. j, s: ingebeeld mensch, dief m. liserinny ſpri'myJ, adj. bloeiend, jeugdig. ged -ging, v.t, stelen, ontfutselen. Hºrinee ſprºnsj, E. vorst, prins mij prin ſprïg gish], adj. "gebeeld, eigenwijs. | kroonprins, prince of the blood, pri ## , s. nuff bloede; petty prince, gering prinsje, arm v. Ill, s, tarbot m., ,, ! # ſprinsj - ed -ing, vºi. den prins of mij adj. gemaakt, stijf, netjes gekleed. | spelen, op vorstelijken voet leven. med- ## vt. gemaakt optooien. Hºrineedom Iprins'dum],s, vorstelijke waa aj, s, eerste kolom, prima-wissel f, Hºrineel in een ſprins'11-nessj, s, vorstelijkhei m, schoon druk f. Hºrineeling ſprYnsºling], s, prinsje n. . AN , Primateship [pr1'mate-ship] Princety ſprïns'Iyj, adj. vorstelijk; a prin w ### # youth, een jongman die het voorkomen we , s. k plaken n.., provisie f. prins heeft; a prineely dame, een dan ri-lyJ, adv. oorspronkelijk. rang van prinses heeft, prineely gift, w essj, s. het oorspronke- gift # #pl: g. adj, oorspronke k, eerste, | Hºrinees-feather ri n'ees, S. w, iſ # lager r- duizendschoon f. - - -Q 1, lagere se il ce's-metal ſprºns' #33 % |Lºrince's-wood ſpri n.., kºrincess ſprïm'céss] rstin te e ess royal, kroonprinses. , a., hoofdzaak, hoofdsom ſ- he primeirai, wo, kapitaal, de hoo 'iz s. fe, bl. uwe ma rste, voornaamste, bl. rijs erne # #ed-ing, vtsi (zich) oppronken in Eender nººit , ': # # # # # #n, , N #."## de indruk van gijzelen van iemand, zitgelº lie prints, de dagbladen, to:rieon-house ſp##n hout .. # # #r: "f ## proof-print, proefdruk, ºrison-yard ſprïz'zn-yardj,s. bin print, gedrukt, to appear in print, in ## ſprºe'tinel, adj. oud, ee men; out of print, uitverkocht; a book Prithee ſprrra ee], inte » at, een boek dat uitverkocht is. , , , bid u! elliete! . # ed -ing, v.t.&i drukken, ##### ſprit tl-pr ; to print books, music, Privacy ſprnºva-ey], s. en kken, printen ºy, zei: ,,: ## inted for, gedrukt voor, ### ol,s.ve r: fronn, drukken naar 5 te r: ## # # drukken op. # "rivate Lari waſ ür-er], s, plaatkleurder m... Rºrivate gedrukt, printed paper, loos, b kke eie preek ## << # deling, .. ## 2-3.- . . . . . . gesloten deuren %. ## drukken nº, drukkunst f, inting, steendruk, # er-plat # W ºrien tien #"## shïnJºs. snelpers f. , s, drukkerij f. » & # weten. t gemak in. # m., heimelijk Jk, gel vi vy eoffer of the king, en; privy to, bewust st; privy to a se eret, van onderricht; privy eoaneil, # w prijs maken, vere h and conquered en op; # tºer], s. kampvee ter m. nºny J, s prijsgeld n. ###### e os m.. . s'tchun], s. prijsvraag f. | verborgen, | ansellor, geheimraad ; | » nlijkheid f, inſijkheid: fronn delen, gaan, zich begeven, proceder eeed doetor, doctor worden ; to business, aan het werk gaan, viel eeeded, het geweld maakte vorderingen, t eeed against, procedeeren tegen ; to procees against any one, met iemand een proces ºm ren; to proceed forth, voortkomen, uitgaan ! from); to proceed fronn, overgaan tot te voortspruiten uit, to proceed from er gument to another, van den eenen bew op den anderen springen, light proeeede tiae sun, het licht gaat uit van, heeft zijn sprong in de zon, to proceed on, voortgaan. " volgen; to proceed on his journey, zij voortzetten ; to proceed on other principle volgens andere beginselen handelen, te lere on good principles, naar goede beginselen, delen, te proe door; to proceed to ov S roeeed to place, 2 # # ## netig # # eerder een » an, ee dmaking af opbrengen, vertoonen, # onnantie bekend maken ; duees treen, de aarde brengt a proclamation, een proclamatie doen, producen minery, de ondert rity Ipro-cliv/I-ty 1, s, overhelling, neiging ºf the manufacturer producer en ::-... ...:S iſvus], adj, overhellend, » de fabrikant vervaardigt uitmut ſpro cön’sulJ, is proconsul m. tschap n. | Eney produees interest, gele hip Ipro-cönºsul ship], s, proconsul- to produee a witness, een ## stimate (pro-cräs'ti-nate] -ed-ing, vt.&i. | + Lºroducenaent ſpro-duee mentj, s voo len, aarzelen. (aarzeling ºf #*roducent Epro-duiz'ent], s, vertoone astination ſprö-cras-ti-na'shun], s, uitstel nº, nºroducer Epro-ducer J, s vo ator ſpro-cräs'ti-na-tur], s, uitsteller m. Producible Iprodu'ci-bij, ad ant Epro'ere-ant], adj. voortbrengend, pro- nende worden, vertoonbaar, pro-demº eause, voortbrengend, telend # te voeren voor. 3á #&#%#$3 "reate Ipro'crë ate] -ed-ing, v.t. voortbren- | Producibleneas Ipro-diſci-bl-n . 33 ---- -- . . » » , ſpro-du-ci-bºl'i-ty J. s va n ſpro-crë-a'shun], s, voortbrenging f. # e ſpro'ere-a-tiv], adj. voortbrengend, S te word eativeness ſpro'cre-a-tiv-nëssj, s. teelkracht. Product ſpröd'lict], s. voortbrengsel, # vermogen n. m. | uitkomst f: home product, i s r ſpro'ere-a-tur], s. voortbrenger, vader eroductile Ipro-dic'tilel, al h ur],s, zaakwaarnemer, agent, afge- | Production Ipro-dúc'shun], s. e, procureur, bestuurder een er hoogeschool voortbrengsel u, , eertificate of 1 N » - (sturen, leiden | tificaat van oorsprong. ## ed -ing, v.t, waarnemen, be | Productiveſ pro-duicºtiv Jaar ûr-ship J, s, ambt of waardig- baar; productive of v tor .. # Ipro'emj, s, inlei o-cüm' bent], adj, liggend. er # ## # u’ra-bl], adj, verkrijgbaar. | Profana t?" 'fa-na's i's hunj, s, waarneming heiligschennis f: , » . . . . . . . . . Z rocuratief, by procura | Profane [pro-fane 1, adj, on , bij procuratie, : iedig, goddeloos, we türij, s. zaak bezorger, af- a twri-all, adj. door een li gevend, opdragend. krijg r s verkrijger, verschaffer, te meer of contentednese, P # roficiency. s vorde- Hero , proficience in knovv- lingen ring in # ; to attain great groote vorderingen maken, zeer be- # in, #, o-fish'entj, s. die groote vorderingen eft, meester m. ; a profieient in zaa- » # die het zeer ver in de wis- ſproefſcºyu-ous], adj, gunstig, ſelºl, s, gezicht van ter # In feel' J-ed-ing, v.t, in profiel teekenen, # , voordeel, nut m., fair # # # # # # # # & # tirant, en een y profit, # 'profit by, ## ve, profit from, voordeel to realize a profit, een voordeel *# yield a profit, een voor- a S. N- 8. 3. . . . . . . . . g, v.t.&i. goed doen aan d n, nuttig zijn, vorde: ### by a | # ## # N nen, to pro t oe noodig ; thin zaken, die iemand voordeelig- # ig. oordeel n. Hºrognostie ſprög-nosºtic],s, voorteeken na, v. **rognostie ſprög-nösticj, adj, voorspellend. k*roganatieate [prog-nös'tI-cate] -ed -i voorspellen. . rognostieation Iprog-nös”ti-ca'shur Prognosticator [prog-nös"ti-ca'tur], voo ler f. » (grämj, si program k”rogramma ſpro-gramma", Programme ſprº k*rogress Iprög'ress], s. vordering f, voortgang reis f, vooruitgang m., the progress of 1 eun, loop van de zon, the progene of a in study, de vorderingen van een leerling studie, in progress, in stsat van voortgang, zijne opkomst; to go on a progrens. een doen (door een vorst), report progress, we doen aan de kamer van het werk van een 'e # spell E haar # '1 d I #st' » ins. " rogress Ipro-grëss'I -ed Ipro-grest J ºng, vooruitgaan, vorderen, vorderingen ## .. Progression [pro-grésh'un], s, voortgang in reeks, progressie fi as een diag progr**** opklimmende reeks; descending progreſ, afdalende reeks, 1; |Progressional tpro-gresh'un-an .. Progressive #; adj Herogressively ſpro-gressſivelyl, allengs # # Progressiveness Ipro-gressive Herohibit Ipro-hYbº it verhinderen, a thing is rboden, ten ## any one nd verbieden iets te doen, tes, to be done, een zaak verbieden," , een vruchtb 3-2 n vruchtbaar wijfje ; prolific of evil, quences, vruchtbaar aan ongunstige gevolgen. olificaey Epro-lif 1-ca-cyJ, s., vruchtbaarheid, ge- heid ter voortteling, weelderigheid f. Ily [pro-lifºie-al-ly], adv. vruchtbaar.. gro meteen naam, s, voortteling, in Ef, # # Ipro-lific-ness], s. vruchtbaarheid f. . ### adj, wijdloopig, langdradig. rious ſpro-lïx'shua J, adj. traag, vadsig. xity [pro-lix'1- ijdloopigheid, langdradigheid f.. kly ſpro-lix'ly J, adv. wijdloopig, utor ſpröl-ſo-cultur], s. president, spreker, denaar m. » (president m. utorahip ſpröl-lo-cultur-ship], s. ambt van we ſproºi log], s. voorrede, inleiding f. gue ſpröl/log] -ed-ing, vt. van een voor- voorzien, een inleidende rede houden ºng ſpro #. -ed -ing, vt. verlengen, huiven, uitstellen ; to be prolonged, ver- tion ſpröl-long-ga'shunJ, s, verlenging f. Haye for payment), uitstel n, er], s. verlenger, uitsteller m. zhunJ, s, voorspel n, proef f. ''me-näde'J, s. wandeling f, ſlen, n”me-made'J-ed -ing, vi, wande- » 'mi-mensj -neney, is uitsteken leid, verhevenheid ºf ent ſpröm 'mi-nent], adj. vooruitstekend, to make, to render prominent, ently I "# mi-ment-ly], adv, uitstekend, op ! &SW&N. ''N tº » » j j, 'adj. gemengd, ver- # 3:33 33 3.33:: 3388: ? , een g verward, in 't algemeen." s-lyJ, adv. dooreen, htba ': a pro- zº roliſie fe- Eºronn yJ, ## tpro-iſºness], 1 ke # # is er ſpröm/miss-er], s. belov a very libera1 promiser, de hoop beloften. » Promining ſt:#. adj, belovend, ## veel belovend. # Promissorily ſpröm'mis-so-ri-lyJ, adv. bij **romissory ſpröm'mis-so-ryl, adj, promissory note, een promesse, Bºromontory ſpröm'mon-to-ry], s. Promote Ipro-mote'J -ed .. begunstigen, verheffen; to prom and religiosa, wetenschap en gods deren; to promote an officer, een officie deren; to promote any one to great iemand tot groote eer verheffen. Promoter Ipro-mo'ter], s, beschermer, bevol Promotion ſpro-mo'shun], s, bescherming, dering, begunstiging f. # E*romotive ſpro-mo # adj. bevorder promotive of, bevorderlijk zijn a Prompt f: t], adj. and s, vaardig, contant, betaaltermijn m..; pro dag; ## payment, contant Prompt ſprömpt] -ed -ing, zeggen, inblazen, aansporen, aan prompte me to it, mijn hart er mij toe aan; inaults prompt venge, beleedigingen wekk ambition prompted Alex more worlds to conque Alexander den wensch relden mochten te verove aetor, een tooneelspeler in moet, souffleeren. -ness],s gemengd- snel » ter m 3 prop der van het Evang W a foreig r » | Eºrope1 ſpro-pé1'1 -led g 1 juist pronourneel ten propel itself forward, z death on a criminel, het dood- "ropelier ſpro-pé1'ler], s. voortdrijver, spreken over een misdadiger; to pro- vin f een er stoomboot, schroefstoomboot on, eene redevoering uitspreken; ## -ed-ing,w.in mei the book to be a libel, verkla-lieropense ſpro-pëns'], adj geneigd, g schotschrift is, to pronouneel Propension ſpro-pën'shun], heropensity h uiten, verklaren, » » si-ty], s. neiging, geneigdheid ºf # able ſpro-nbüns'a-bl], adj, wat uitge- Proper ſpröp'perj, adj, eigen, eigenlijk, eigenaard n of verklaard kan worden. j gese ijk, voegzaam, gepa! eschikt, dienstig, betamelijk, voegzaam pro-noünteerd, s, die # » # # # # ſpro-noünsing], adj, de uitspraak ## die iemary, woordenboek, ## raak bevat. ivoordracht ºf it-el-aſshunl, s. uitspraak, ijs, blijk Ik proef f, proef- N òf 1, s, bew in controvertible proof, onwederleg- js; in proof of, ten bewijze dat, in *, ten bewijze hiervan, tot bewijs; erste proef! to pull a proef, een t # proof, eerste proef van ar tºe groei, om roeſ , en we Properly betamelijk, behoorlijk, property called, P the proper element of an animal, het natuurlijk element van een dier, proper in eigennaam ; the proper en teren. de eige bewoording; proper eoadnet, behoorlijk gedrag in a proper sense, in eigenlijken zin; it in proper to say so, het is niet behoorlijke zeggen; to deern it proper, to think it proper het passend oordeelen, denken. # ſpröp'per-lyJ, adv. eigenlijk, wel" so called, eigenlijk gezegd. | +Heroperness ſpröp'per-nessj, s, ger roef, Property, ſpröpper-ty], s eigensch nd, beschut, vast, water eigenaardigheid fº, eigendom mº, funded rente opleverende goederen, grea perty, groote, uitgestrek . strekte bº perty, kleine bezitting, klei perty, medeëigendom; la bezit, grondeigendom ; hit kundig eigendom, le > . . . Y, onroe erty, m # ## à-to-ryl, ## e-a-to-rej, , verzo s, verzoendeksel .. dººr de in . » # # # # # : : : vro-pſshºus], adj, genadig, gunstig, : # pro-pſshºus-nessJ, sº gunstigheid, plasma ſpropelizml, n gietvorm m., model n polis ſprö'po-lººd, s. maagden was, stop was der # Ipro-por'shun], s, evenredigheid, ver- de oportion, juiste evenredigheid, proport in evenredigheid, in proportion naar mate dat, in proportien to, in evenre- id tot overeenkomstig, to observe the pro- , de evenredigheid in acht nemen. en Ipro-por'shun] -ed -ing, vt. even- en, regelen; to proportion to, doen en met 5 to proportion the expen- the ineone, de uitgaven naar de o-por'shun-a-bij -tional,-ti- edig, proportionable to, over- por'sh al ly un-a-blyl, Proportio- # . # hun N { matigheid, 1: ſproºporºshun iſ' I-tyl, s, gelijk- o-por's hun-atej -ed-ing, vit. (redigheid te ness],s, even eëven ## » #" rstel, aanbod, plan nu, il, in een voorstel of me a proposal, hand wijzen t oorslag de -ing, wat ººit voorst , voornemens zijn, ten # (genade f. | ent Epro-poºnent J, s, voorsteller m. (bijen f. |fºtº yJ, adv. evenredig, maar ga evenredigheid f. # r tamelijkhei e ene of Er":" y, binnen de pe heid; to Ireep within the boun ruilen of propriety, de regelen der heid in acht nemen, to offend priety in strijd met de welvoeglij te set # riety at defiance, zie regelen der betamelijkheid stellen. t tHºropugn ſpro-pun'] -ed ing', vat. #pug: "j, s. verde Propugner fpro-ptiºnerJ, s, verdediger m. . feropulsion ſpro pül'shunj, s, voortdrijving Sºerore ſprörel, s. voorsteven m. .. *roreption ſpro-rép'shun], s, voortkr sluipend naderen n. » Proregation ſprör''ro-ga **ropagaation ga’s hunJ, s, ver Prorogue Ipro-rog'J -ned -uing, vt. ui opschorten, verdagen, # Proruption Ipro-riip'shua J, s uitbarsting ºf Prosafe Ipro-za'ic], adj, prozaïsch, prosai prozaïsche vorm, prozaïsme, .. Herosaiat ſpro-zá'ist J, s. ## geroueribe [pro-serie bel - ed -ing vogelvrij verklaren. 3 ::::3 Proscription Ipro-scrip ## (pro-serrp $33; vrij verkarende, Hºrose ſpro 's, proza na, Prose Iproze] - ed -ing, wat ººi, vervelend verhalen, proza schrij beron een te ſprös''se-cute', gen, doorzetten, voortzet W naan for trespass, iem gens ov rvolgen, to prosecute a right in ij de wet zoeken, t # roserip » nend, vog # ingebonde .. %. ºp W sen tten; & WNSONSEWS: W.TVWS zijn, ordragen, to pro- esvoorwaarden aan reºro d-ing, wat Eten test Iprötfestij, aring spéc'shunj, s, voorzorg fi, uit- test against a measure, protest tegen ee » # (vooruitziende regel, protest for non-accepta.nee, p. we # , adj, in de verte ziende, gens niet acceptatie, protest for non-payment -glaas ſpro-spéctiv-gláss], s. verrekij- protest wegens niet-betaling, ander protest tºt » # | protesteerd, to enter a protest, een pro ively ſpro-spéctiv-e-lyJ, adv. op voorzich- | een 1 ºver u maar uur in 't rreziende, vooruitziende wijze, | Protest ſpro-tëstº Ji-ed-ing ſpro-spëct'us], s. prospectus, plan van lijk verklaren, zich verklaren, » ## » W # (against, tegen), betuigen (bv. one's # -ed -ing, v.t.&i. begunstigen, een ee); tot getuige roepen, aantoonen, te eren, gelukken, slagen, tise plaats prosper, test a bill, een wissel protesteeren. &## bloeien, # tvaart f. | Hºrotestant f röt'es-täntj, adj, protestantsch, rös-pér'ri-ty], s. voorspoed m., wel- 1 vormd, gereformeerd .. ." .. ### # # prös'pe-rusj, adj, voorspoedig, geluk-|Protestant ſpröt'es-tänt], s protestant, g: sperous voyage, een voorspoedige meerd christen ºm. , aperous undertaking, ## gej Protestantism ſpröt'es-tänt-izm], s. protesta a prosperous nation, een welva-Protestation ſpröt-es-ta'shun], s stellige te osperous wind, een gunstige wind. | verklaring, betuiging, verzekering f; protest* ſprös'pe-rus-ly], adv. voorspoedig. | at law, gerechtelijk verzet. # n t f. p ſprös'pe-rus-ness], s. voorspoedig-|Protested ſpro-test ed], adj, geprotesteerd # # | Herotester ##. prostesteert shish'e-ens], s. het vooruitzicht. Prothonotary ## s, pau tjesmakerij, praats f: | pergeheimschrijver, eerste griffier m -na'shun], s, voetval, ne- |Prothonotaryship [pro-thön'no gheid ºf (ling mij betrekking van # » s. zedelooze vrouw fi, huur- Protocol ſpro/to-cölJ, >> 3% & : :&#$% -ed -ing, vt. aan on-Protocoliet ſpro'to-cöl-ist], s, protoe rijs geven.... | opsteller van minuten m. schandelijk, veil. | |Protomartyr ſpro"to-märttir Herototype ſproto-type], dºor Hero traet ſpro-tråct'J -ed ekken, # uits n; to prove any one to he..., it iemand is...; to prove generous. rootmoedig betoonen; the medicine pro- lutary, het geneesmiddel blijkt heilzaam , nd proved mortal, de wond bleek doo- zijn ; all proved in vain, alles was te # . . . . . . . . . (reJ, ss verzorger m. r ſpro-véd'I-tor], Provedore [prov'e-do- or Iprov'en-derJ, s.voeder n. N er tprov # s. persoon, zaak die bewijst, die proef stelt, bewijsvoerder m. th ſprövº verb], s. spreuk fº, spreekwoorden, a proverb, een spreekwoord zijn; to he- mee, a pro verh, een spreekwoord worden. h ſpröverb] -ed -ing, v.t.&i zich van woorden bedienen, spreekwoorden gebruiken. al ſpro-verſbi-alſ, adj. # i erbial, een spreekwoord zijn ; to arbian, een spreekwoord worden." alist ſpro-vèrº bi-al-Ist], s, persoon, die middel van spreekwoorden uitdrukt m. y ſprö-ver'bi-al-ly], adv. als een spreek- ro-videº] -ed -ing, v.t.&i, verzorgen, erschaffen, voorzien, zorgen; to provide maatregelen nemen tegen; to provide n; to provide a thing for d iets gereed maken; to be » # to provide any nd van iets voorzien. mits, op voorwaarde! onder hedin # voorzie dat. |f ond ººr gelen van voorzorg nemens, voorzorg g to make provision for any i ten van iemand voorzien, tilt further he made, bij voorraad, # # # ## Provisional ſpro-vrzh'un-al], adj, voor ºvisioneel. S& ## Provisionairy ſpro-vºſzh'un-al-lyl, adv, bij Provisionary ſpro-vrzhºun-a-ryl, adj, voor gende, voorziende, tijdelijk, voorloopig v positief van eene akte, Hºrovision-merchant ºf pro-vlzh'un-mer-tcha koopman in eetwaren m. . # Provision-vwarehouse ſpro-wſzh'un-wareh winkel van eetwaren m, ####### # Provino [pro-v1'zo], s. beding na, voorwaar with a proviso that, onder voorwaa dat. .. ## Provisor Ipro-v1'zor], s, geestelijke, benoemd voor den dood des bezi Provisory [pro-v1'zo ry J, adj, een vattende, voorwaardelijk, voorbehot oneel. erovocation ſpröv-o-ca' Hero voeative ſpro-vo'ea-tiv], s. kend middel voor den eetlust erovocativetpro-vo'ca-tiv, ººrovocatory [pro-vo'ca-toer Provoke [pro-voke' d aansporen, verbitteren, ſto, tot), ... . . . . . . . . . . . . . . ... ...A- tºrovoke n], s, pruim f. (gedroogd); a dish of »runes, een schotel met gestoofde prui- # opschikken. (zich), nël"lol, s. soort van #f pl, en (wijselijk, ent-ly], adv, met omzichtigheid; J, adj, preutsch n] -ed -ing, vt.&i. snoeien, Prunello ſprü- ("runello) pruim, prunello f. # roon'er J. s snoeier m. >& 3:::----&23- nïf e-rusj, a ſprô 'ing], s. het snoeien n. brons ºp ſprôôn' in E rº h end ſas a - euriosity). ròò ridg'e-nus], adj. keurig i lg ſpro # S # pruimdragend. ôn'ing-hûk] -knife, s. snoei- (begeerte f. ſproor1-ens - -ev. s. jeuki: #aj. #### hevi # ## hevige g verlan- 'an-blôô],s.berlijnsch blauw n. gluren, turen, het napluizen, het loeren, beloeren n. d] -ying, v.i. gluren, turen, h bemoeien; to pry into, bespieden. ng], s nauwkeurig onderzoek , onbescheidendenheid f: ,, gl, adj napluizend, nieu » » t bescheiden wij, ry'ing-ly], adv. op nieuwsgierige, on- , s, psalm m., to sing a psalm, to chants psalans, psalmen rijven. &% . 33 33 :: 33 33. x imzanger ºm im "e zen wijze, st, m. ## n. ; | ## » # # , doen kennen, de openbar N den; to introduce one's self to the pº Publie Epiib'lic], adj. # algemeen, publiek to make publie, publiek maken, ## son: persoon, die eenig openbaar ambt bekleedt Publiean fºtºbºlie-anj, E. tºllenaar, in gºuh lieation ### afſt kendmaking, uitgave f; to brin tion, een bekendmaking doen vers , vv publication, weekblad ; publieat pricew elprijs, oorspronkelijke prijs; publications, gegevene werken. . Heublie-debt ſpübºlic-dët], s, openbare schul Publie-funds ſpüblic-funds, s, pl. openbare fu sen in. pl. X ### » Publie-hearted E# adj. het al meen welzijn ter harte nemende, $%$ 3333 % Heublie-heartedness ſpübºlic-harted-ness), langstelling in het algemeen welzijn - f. meubiie-house ſpüb'lic-housj, s. herberg fa Publicist ſpiib'li-cºst], s, publicist m. th Publicity ſpiib-lfs 'st-tyJ, s, algemeene beken Heubliely ſpübºlic-ly],adv. openlijk. (openbaa Publiemens ſpüb'lic-ness], s. openbaar Heublic-papers ſpübºlie-pa-persJ, den na, couranten ºf pl. #8 ublie-sale ſpüb'lic-säle], s. ## ### Public-spirited ſpüblic-sprrºr stellend in openbare aangel Hºuiolish feiibº liehl - ed - ken, bekend maken, uitge' gegeven door, uitgav matrimony, de in Een blisher Ipijbºli Bºublishment ſpii diging ºf ee # .. ueel pu' 's, kinderachtig J, adj, barend. » S #3 nº, rukwind, poeierkwast m., en , opvijzeling, snoevende aankondiging f. fr] -ed ſpiifftl -ing, v.i. &t blazen, op- opvijzelen, met verachting verdrijven, to spotten met 5 tºn puff a way, voortbla-| verdrijven, to puff hy, voorbij schieten; to it up, opblazen, opvijzelen ; a bladder puffed h Air, een hiaat met lucht opgeblazen, to with pride, door hoogmoed opgeblazen ma- o puſh an invention, een uitvinding op- 11 ſpijft ball], s. bovist m. themelen. # ed], adj, opgeblazen. r ſpiff'ferd, s, blazer, snoever m, ens ſpiif'fi-ness], s. winderigheid f. - -3，3% rºl, adj, hijgend, bluffend, snoevend. punt en (scheepsw. 1 op de reede up, optrekken, d ehor, het anker on vaardig ºm Mºulibaek zºu 11en ſpil . Eiſ: y] adv. hijgend, gezwollen, door de ige aankondigingen. te ſpliff'paste], s, gebladerd gebak n. ſplit'fyl, adj, opgeblazen, winderig. ſpigl, 's mops mº, kaf n. » pugl ed -ing, vt, ruw metselen, volrapen, ### mophond m. (vouwig. ered ſpiig'gerd], adj. gekreukeld, rimpelig, ſpiig ging], s. ruw metselwerk n. ſpiig gin], adj. van een dief. , ortar, Pugging-staff tº: ## stuff], s, gehakt stroo en emengd. .. » ba! foei ! x vingergreep m., zoo veel men m en de twee ## W Ysm], s, boksen, vuistvec , s: vuistvechter ºm tiej, adj. r- eem, tot 1 ten n. k dovvan apon on aken, # agvaarden len], s, plt geen idee # '## re , to pu er den kraa len; to puil # # # zich r ## down, persoon, die vernielt Heul met ſpulletl, s, kuiken ºf Pulley ſpül'ly], s, katrol # f, fa vaste katrol, de ease uiley, vrije katrol, in ... » # katroi. eonsumption, longtering; borstz mid rºulmonie ſpul-mön'iej, s. die een lo longteringachtige m. & f; mid Pulp ſpilpj, s weeke, zachte massa f., vleesch der vruchten ) n. # Pulp ſpiilpI -ed -ing, v. hulzen, ontbolsteren. k *ulping-m fieboonen # Puipit ſpiil'pit] of boksen." " bakker, s, kneedmolen #& m. der steen- shasj, adj, strijdzuchtig. tyJ, is strijdlustigheid f. stompneus, mopneus m. | g, klein puisne justice, Frankrijk raadsheer, macht, kracht ºf ope *#### i11 Epiilp 'ing l neture ſpünk't # p g. Eeuncture ſpiink'tyürej -ed R Lºungeney # s, scherp rü-lens],s po | Rºungent ſpün'dgent], adj. scherp, ukpoeder n. (be ien. | ent nauff, sterke tabak; puragent tae ed -ing, vt. met reukpoeder smaak, pungent manner of speech, b amiee-stone ſplim'mis-stone], wijze van spreken ; pungent grief, grieven |, pungent, pains,, folterende smarten. : ſpiïmp], s. # f, dansschoen m., double | Mºunie ſpü’nic], adj. valsch, trouweloos. nºg punap,dubbelwerkende pomp, extinguish-fºunice ſpu'nis], s, weegluis, wandluis f. fire pump pomp van een brandspuit; for-th'uniceous [pu-nïshºus], adj. purperkleurig. - #"E; perspomp; hand pump, handpomp; Mºunin een ſpij'ni-ness], s, kleinheid, geringh force pump, zuig- en perspomp , lift- Punish ſpün'nish] -ed -ing, v.t, straffen zuigpomp, stomach Pump, maag- den (for, voor); on pain of being punished mag, nuetion pump, zuigpomp; to according to havv, op straffe volgens de wet N- ump, de # aan maken; to work Fºunishable ſpin in h: hij, adj. strafbaar. tre een pomp in #w## k"unishable.ness Ipiin'nish'a-bl-nëss], s. straf pümpT -ed -ing, v.t.&i, pompen, over- en naaisher ſpün’nish-er], s. straffer m. ## ui bv. secreta); to pump a thing | Hºunishment ſpün’mish-ment], s, straf f; Pur , iemand iets uithooren; to be | ment for, straf voor ; condigen # bruiken of daarvan gebruik verdiende straf, ignonmininous punishment." , oh ! aan de pomp ! | eerende straf; to bring a malefactor te r" 'bore], s, hart van een pomp n. | nishment, een boosdoener doen straffen , p'bo’rer], s. pompboor f. Eunitive ſpu'ni-tivJ -tory, adj, straffend; * p'brakej, s, pompzwengel m. | Beunk [piink], s, zedelooze vrouw, zwam ſ- cYs'ternJ, s. pompbak m. E*unnet ſpiin'net], s, vruchten- of bloemen imp f, | *unning Ipiin'ning], s, woordspeling, het van kwinkslagen, het bezigen van du belzin den f. > (spelingen te # ## ### # n. Er ## ster], s. liefheb - Eeunt #: s. pont f, | Hºunt ſpünt] -ed w er "- weh By jaren weder oplevert, dee # reenkomst van acquisit r- bier # bij wijze van koop, door aankoop. Hºuri iſ hase ſpur'tchis], -ed -ing, vt.&i, koopen, 1 ijgen, verwerven, werken (van het kaapstand); 2% ::::::::::::: 33,33% rehase a house or land, een huis of land to #" up, zich kringswijze verh #oepen; to purchase out, boeten; to purchase Fºurlieu ſpur'luu], s, grens fi, omtrek for koopen voor, to purchase of, koopen van the purtieus of the law, binnen nrchase a thing of any one, iets van der wet. # 1 (vrije jacht, d koopen, bereditary rather than pur-Parlieu-man ſpur'liu-man], s. iemand, d , veeleer bij erfenis dan bij koop verkregen, Earin ## s. dwarsbalk m. rehase with, verwerven door, to purchase keuring # s, gemurmel n. pur-loïn J -ed -ing, vt. stelen (bv favor wit, fiattery, door vleierij iemands gunst Purio in # W iningen na. pl. l een boek), kapen; to purlo in any one e-money Ipur'tchis-miin'ny], s. kooppen- thing, to purloin a thing from any one priee ſpur'tchis-price], s. koopprijs m..] mand van iets berooven, iemand iets ontstel meer ſpur'tchis-er], s, kooper m. Parloiner ſpur-loïn'er], s. dief, letterdief ſpure], adj. zuiver, rein, recht, pure water, 'Eeurtoining tpur 1ointing], s, diefstal m. zuiver water, goud, pure air, zuivere lucht; zºurpart "in E# s, aandeel n. i *, reine maagd; pure ":# # "## # adj, purper, purperen , den, pure from all other vice, eofor, purperkleur, purple robe, pu andere ondeugd, a pure scoundrel, Purple ## J, s, purper, kardinaals ; simon pure, een onnoozele hals, perslak fº, standelkrui # pºnre, de man zelf in persoon. . ## d -ieag, v.t, purper ed -ing, v.t, z. Mºurify. %&* . . . . . . . W.W ' . W CNNV &#&#&%$#%&% ly], adv. zuiver, alleen, enkel. W #, zuiverheid ºf s, garneersel n. » -ing, v.t, met rijk lof- of tºurple-willevy Ip » garneeren, . 3. ; | geurpiish ſpur/pl-ish], adj p s, zuivering f. Purport ſpur' port], s. inhoud, # # ## d: zin m, is, buikzuiverend genees- strekking f; the purport of riato's di adj zuiverend. gatie. | Plato , the purport of a wor, , s. vagevuur n...; to have van een woord. # is world, de hel op aar- geurport ſpur' port] -ed-ing, vt. # # keurpose ſpurpus], s, voornemen, do a-to-ry], adj, reinigend, louterend, merk na, to the re: ter # # # ## zachte pur- het doel, het onderwerp der #", rake Edi, # * . . . . . :: vºeren pose, te vergeefs, zonde verend middel m., purga- purpose, van even we ag, v.t. &i. zuiveren, reini-j pose, te mijnen nutte eren; to purge the sta- tot hetzelfde doel, as-stal schoonmaken ; ivering t. # pl. purgeer- 1 n (van personen » pur'pus-ly], adv. opzettelij '- 'ttelijk, met opzet. prëstºyure], s, onwettige inpal- % ſt . # een ieder recht heeft f, pur’pri # rize], s, omheining f, erf n. ur], s, zeeleeuwrik m., z. Fºur, v. :... : : : : : Aao - Na mg], s, spinnen van ee t kJ, s. haagje n..; ſpurs], s. beurs f.., empty, light purse, edige beurs, heavy, long purse, zware, # #### warse, privaatbeurs (van een | o put into one's pu to put up, to tie up one's purse, ºrt w kleine omheining f. is er 1 - I # Heurveyor ſpur-vayte ur'pusd], adj. voorgenomen (van za-|Purview 1. | strekking Mºus ſpüsj, s. etter m. Push view ſpurºviij, sº gre f, een er wet, ## s, duw, stoot, aanval m., poging, puist f; to give the ball the first push, dee bal den eersten stoot geven; to give any on a push, iemand voortdrijven, voortstuw give any one a push a way, iemand wen, wegstooten, iemand verwijderen; to a thing to the last push, een zaa brengen; v hen it comes to the ; upon a push, op het uiterste # #" " » - - - - - - - - - - kºersh ſpuish] - ed ## v.t.&i. stooten, rukken, voorthelpen, dringen, stooten (bv »word), z inspan te ver drijver men dringt ons om te or money, om geld gedronge W plaatsen, bre . aken, doen, veroorzake » schieten, to put in fear, je ; to put in mind, in het ge- to put any one in mind of iets te binnen brengen; to put ctijk brengen, to put in bail,j it in writing, op het papier in print, laten drukken, to put t, een schriftelijk antwoord hope, hoop geven, rengen; to put in p t a question, eene en geval vooron ee of, in de plaats atel- terzijde stellen; to put en; to put heyond a | ijel stellen, te pu in; to put to, bt put to death, ter dood bren a, i e steken; to put to the ; to put a stop toe, *, [pſtºo-nist], s, toovenaa # ſpix], s. hostiekas f., kompashuisje, de r proefmunten n. # # xis Ipix'is], s, doos f. b'ical J, van v (vier lettergrepen in. 'la-bl], s, woord van j. met vier wegen, drôôn'], s, uit een blanke en een W » (dieren n.pl. | fkwad-ru'ma-naj, s, pl: vierhandige people of qualit, een fikse aderôô’ J,adj. vierhandig. Lity of, in de hoedan uain (kwam], s misse uaianish I kwam 'ishl. a. mishness ſkwam'ish-niës d, flauwheid f. » % ti-plyJ, adv, viervoudig. lok, beker m. -ing, vat. &i, zuipen, drinken, WN ten guaff the hen vi, de drink- heid; if immortality and joy, de grootheden (wisku en smaken to quaff, ºuantana Ukwam # to quaff off, naar ºuarantine [kwa | quarantaine stelle | Quarrel [kwar'rel tie zºu arrel, hu rel, dronkemans # trep rotten of gelederen verdeel uatrain [kwàt’rhin], s. Z wav] tè we , V. uawer- Ien ne, achtste-noot -ing, vt. trillen. averer [kwâ'ver-rer], s. triller m. ſ averrest [kwa'ver-rest], s achtste noot of # . . . . . . . . . . . , | Quay [kay, keyl, s, kaaif., along side of a vierendeelen, langs de kade. wapenkunde), Quay ſkey] -ed -ing, 1 bij; to tºueach ſkweach.], s. on, tºueach w # ### # s. zijgalerij , s. komst slag vernie hartstocht tot with, te stionable ker. . . . , weerloos zijn. %; . :::: ... zº. - ë , s. stalmeester m. 'riº- J,adv. op klagende wijze, ºu # #sºnen, , klaagzucht f: een . -ied -ying, vt.&i, vragen, on- Questionless ſkwest' ken (bv. the sum of an annount), fel, ongetwijfeld, N ##### # # # # #&# &### # #% tman [kwest'man] ### . onderzoek m., navorsching, vraag meet of, aan het nasporen zijn, na- -ed -ing, vat.&i, zoeken naar, Bones # candidaat, sollicitant s. vraag, interpel nºg tot externe in tien Ik wiſn'ting #" in I w, quintuple, 9:## sel na, hoofdt , kuif, kap J, s. hoek m., drijfpen ºf # >> rpschijf f. # paarden na -ing, v.i.&t, met de atace-ground Trace'gr! ## amj, adj, gewezen, voormalig. Raee-horne frace-hors], s h J. is voldoend getal, commissie ººit mation ſrkz-e-ma’sh , to form a quorum, in ge-int e fra-ceme'J, s. trosj . . . . . . . :-S. » # Hitaeennifer el n.; its quota of troops, Racemous # »8,-.38:... S j mig, aan trossen g: ling f; •ign. of Etacer ſracerij, s, w totation of priee, stacinear fract on, onjuiste aan- BRacing ſ Etaele ::#$%#### qua -. >3-- . . . . . . . . . :-º 3%...? ke a quotation, een aanhaling iſ & ## ::33 :: 3-3 | rokken m.. rwortel.i een | | » : o ellijn ºf van tagainst scheiden al Mºail-ear ºf ter], s. regenwate # genachtig, it looks rainy, » rainy, het ziet er regenach- | te regenen, rainy season ##### 3:33: #### , vt. optillen (bv. a stone), I. bouwen, verhoogen, oprich- heffen, werven, opbreken, n, bevorderen, doen opko-| 1 en, aankweeken; to raisel t onh ##### n; to raise from al wegnemen. ' ' Rapacioun, Ira pä'shns] adj, roof # # efour birdies, reofvogels. tapaciously Ira-pa'shus-ly], adv, met rt HRapaciousness Ira-pa'shus-ness), Minpae 3 &.. :: 33 % | päs'st-ty], s, roofzucht f. # ne, tocht, m., stape fräpel, s, roof m., onteeri gang, keuken, koolzaad in. ; trict van een G is, Etape-eske frape' cake], s, raap tape-oil ## bilj, s, raapoli , stape-need frape' ºf dit apid Trap' # » # # ji # # # is. essJ. s roekeloosheid f. ºp, grove vijl f. ing, v.t, raspen, afschrappen. bër-ryº, s, framboos f. ... Iráz'bër ry-bush], s. frambozen- 'ing-maïll], s, rasp molen m. » hrapping, doorhaling f. looper m., haar roltje ; to ## S. . . . . . . vi, trouweloos jegens zijn len het loon werken. 8 . :... 3 , adj, schatbaar, waardeerbaar. adv. naar mat s, ratafia ting in m. ... . . . . . . . . . . . .NE: "RX'.' -wheel], s. palrad n. ndaard, maatstaf m., be- # il m., graad, rang m., be-| laar dezen maatstaf, op un een he ### Rat (struik m. | Etati # h'un-al-istJ, s. onality Irash"un-kl'i-ty], en billijkheid f: stationairy fråsh'un-al-lyJ, adv, red Etational in een frish'un-al-ness], s. geen rationeel is # HEate hane frats'hane J, s. ## Rattan Trät'tanl, m. tann, bundel rotting, Eſtatte en Trät-teen' J, s, mate, .. Ekat » Zº f. (soort van likeur). |sta râ d N at Träv'vi rau s shment, gelezen hebben van personen), read, lezing hebben van... ; lezen over; to r to read out, ten einde toe leze o read on, a lezen; to read over, doorloopen, and over, to read over and o to read a ch ven vlug van de n that his fi rº zºr idiest way, de : Vººrwºm, blame, gereed om iema ten laste te leggen, ready to I omend; to make ## gereed, k eady eash, kontant geld, r ate betaling, ready to, e hand, kontant, gemak e omzet, snelle v p' , Y, king; to get ready, gereed maken, ge uden; to make ready, gereed maken, ge-| ## (tuig '- leeren rie uitboren, v. tre-ap- »oint'm ## # # deelen, w stempportionment tre-ap-porshun - # # ſrëar], adj, half gaar. ear], s, achterhoede fº, achterste d -ing, v.t: opbrenge # # ## HRear-guard Dré a/ans], s, hernieuwde be Ete werkend middel, zegg Irear'ëgg], art #ar ear-mouse [re rangschikken. # lear-rank Trear'ränk], s. achterste ge # #" [rear'skwad'drunJ, ail reason, na met goed recht; den te meer W # ZNN.N # # » # re-call'J, s. herroeping f. d -ed -ing, ( as ## # ## << # S i #' ": worden, woo # » 11 a deel sè rt'] -ed -in -ed -i sihn'ment oepen 5 to recall ! e freeair abij, adj te h is eeant ler #ntij - ea Eina, zijn woord inhalen, convine # #n reeant, overtu Procaine '- # # Trés-si-p '- w | Reeiproeate Ire-sſpºr v'J -ed -ing, v.t. ontvangen, ont- derkeerig wisselen, 1 & » receive a loan, e erlies lij- with, deelen met 5 to recip kom ten ny onze rkeerig gunsten bewijzen ; x on, slingerende of op- en in n; to re-| Reeiprocating [re-cip'pro-cat to receive from, beurtelingsch. 3 % # ive in, aannemen, ont- teciprocation Ire-stp"pro-ca'shun],s. n, ontvangen in, opnemen alle eision [re-cſzh'un], s. afsnijding f. of, ontvangen van ; | Recital [re-cl'tal], s, herhaling, vertell n uit ; to receive ng 1, ##### # p into, opnemen in, ## - nger, heler, recipient W g], s. het ontvangen na, inning | | , op #s z: (der pos #### is: # ter], s, verhal ing-hous], s. hulpkan Reek ## s, zorg f. ej -ed -ing, v.t. op | Irëek] -ed -i - Ht reeks ame ziet, schuilplaats f. ontvangst fi, on m te ontvangen, ... vat, » # % n. » # |: ecompaet (re-com-päet J ng f. | steeompense Créc'com-pe j, s, herkenning ºf ;] ding f: ] .. een teeken (met het f . # in recognition, als tee- ht rkenning zenden, we 3-con-noi'tring], s, verkenning fij . (nieuw inwijden, stellen van eene te] -ed -ing, v.t. op bijkomen of herst -ed -ing, wat nog terug bezorge n overweging nemen, geecover Ire-cd rking nemen, ken, opnieuw in J, sº over de ecoverable > . - . . . . . . . . . . . . . . . . . . . --> aanmerking herstelb » apon reeonsideration, is een a nogmaals in overweging stelt wei <>SC- ..>> . . . . . . . . . Kº n: loos # #eerens he'shun]," herbouwing # º), tot een parochie, pre- oorend, # ambt van rector m. lo ie-, predikantsplaats, mensend ºm a pronaise, een belofte vervulle Redeemable Ire-deëm'a-bl], adj, losbaar, #e aahheness freedeëmºa-bl-ness], na eid, aflosbaarheid, losbaarheid ºf edeenner Ire-deem'er J, s, ver Etedeliberate #"# raadslagen, w er] r, welriekend, : geurig. # adj, üt'J, s. redoute f: (vestingwerk). doût'a-bij, adj, te duchten. doûtºed.], adj, geducht, # nd/J -ed -ing, vi, terugstroo- en, terugkeeren, strekken; to re- tgvallen tot, strekken tot there in de from that no small use to you, vloeit niet weinig nut voor u voort, this ds to his prosperity, dit draagt bij tºt he honor redouanda to him, de p hem terug; it wil , het zal u tot eer verstrekken, to m... to, voortspruiten uit voor ,, na terugvallen of terugvliegen ed-plague Créd'péstºr-lens, (herwissel ieuwe teekening f, plan na, vt.&i opnieuw l rekken teen wissel), is herstelling, hulp ºf the nee, herstel een er grief. fre-drëst'J -ing, # # 1 redo and to Eted-wood fréd' wit stee freej, s. Portugeese waarde van een halve Ete-echo ºf # | Reech: » Creë'te hiteed freed1, s, ri # pijl, weverskam m. Mteed-bank, ººk eed-hed freedº han Reed een treedt dnj, adj, van ri iteed-festee ## steed grass #te edification I vºir %. ad), van riet. fëns], s, rietscherm ras ## .. wederopbout ſteedify Treeë steedless Tr steed-p #eer int een sterke et ER # 't J, s, wederint we zº # # vledermuis f. h [re-es-täbºlish] -ed-ing, wat weer er Ire-es-täbºlish-er], s, hersteller, m. R e-es-tabºlish-ment],s, herstelling J -ed-ing, v.t, herstellen. (f. v], s. baljuw m. vJ -ed -ing, vt. inscheren. ,, n fre-eg zam”I-na'shun], s, tweede 're-e! rzaming -ed -ing, vat. weder er zoeken. %; ::::33::::...: 3.3.3 ::::::::::::::: handg"J, s, herwissel m: J -ed -ing, vt. opnieuw # t # » » vt. verkwikken. kking, verversching l #” lafenis f. et (herstellen. | It | Refinin | Refitment Tre-fºt |rteflect Tre-fléctº] -ed-ing Irenected uitpluizer raffi er en, Refinery (re-fin'er-y], s. Hºefining Ire-fin' ing], s, het g #"## adj. zuiverend. Refit (re-fit'J -ted -ting, v.t,8i der : fººi: 'ment], s... het kal #%&# npassen, scheepsw. terugkaatsen, een weersch in WW overpeinzen, weerspiegelen ; to rein or a way of light, een beeld rugkaatsen, the fault refie misgreep kaatst op anderen te upon, nadenken over, overpeinz denken aan, terugkaatsen ; to voorwerp van laster, beschimpt Ire-fiëct'ed], adj. vt. si terug ## r versterken. d"J -ed -ing, vt. hergiet eſtivJ, adj, straalbrekend. -fräc'to-ri-ly], adv. weerspannig, Ire-fractto-rïeness], s, weerspannig- ::3x. etorinese against, weerspannigheid , refractoriness to, weerspannigheid om te. ory Ire-frac'to-ry], adj, weerspannig, a re- vehild, een weerspannig kind, a refrae- beast, een ontembaar beest. ## frac'to-ryj, s weerspannige, hard- g, onha ideibaar mensch m. fºra-ga-bl], adj. w. baar. rain'J -ed-ing, vt. ki, zich onthou- n; to refrain one's »elf, zich in- beteugelen; to refrain from, terug- zich afhouden van, zich onth in from tears, zijn tranen inhouden. -frame J -ed-ing, vet, weder ineen- W len, weder schikken, weder op frän''dgi-bil'ſ-tyJ, s, breekbaar- ralen f. » # [re-frän'dgi-blJ, adj. breekbaar. S$ # -ed -ing, v.t. ververschen, ouden bûnd'1 - ten, zing onderv ctº J # -ing, vt. ſ stralen breken. Hºefsane # Etefuse Eſtefane Ire-füze' rêf ftige J, s, 1 rëffiize], adj. J -ed -ing slaan ſa request, een vi aanbod), to refuse onese onthouden , that is not to be ref niet om te weigeren, to refuse en voor eene uitnoodiging bedanken. te fuser Ire-fuºzer), s weigeraar Eſtefutable [re f: a bij, adj, wº Hºe futation [refº'fu-ta Etefute (re-fute'J N er -ed -ing, v. Etefuter Ire-flitterj, s wederlegger in Etegain [re-gain' J -ed -ing, vt, hern Hºegal Ire/gal], adj, koninklijk , koninklijke waardigheid; schen of steuren, Hºtegale Ire-gale Etegale [re-gal 'J, s konink -ed-i ## vergasten, to r to regale th regale the the # . to refresh one's zelf, zich verkwik-| w . » ### maakt. er], s, die na person, ee with regard to # ### 'e-ra-tivJ, s. koelmiddel, of r it, schuilplaats t; tol vri lucht hebben, geen se Ire-gordg-J. - #tºt ren, weder inslikken. Itegraft Ire-gráft'J -ed -i | Hºtegrant Ere-gránt'J -ed -ing, wedergeboren. | staan, - vergunnen. Zº 3% ed -ing, vt. we-Etegrant ſrë-gránt/J, s, nieuwe co * be regenerated, wederº Etegrate Ire-grate'J -ed -ing, v 3% # waren inkoopen om ze hooger dan den m a tºt # adj, vernieuwd.] te verkoopen. » # un], s wederge Etegrater fre-graºter], s opkooper van eetw ſherstelster f. | Etegrating [re grat'ing], s afbikking toop ler mº, | Meegreet fre-greet'J, s wederkee # # 32 uwend. | |ling ºf van groeten, wedergroet &# # be regent of, ## [re-grëët J -ed -ing, ver, hºe grºene fre-gress"I, s, terugkeer geerend, beheerschend. | #tegrens # J - ed -ing, ship], s, regentschap in Etegression fre-grésh' un], s, ter 'mi-nate] -ed-ing, vi: we ſtegressive Cre grës'siv], adj. te w ontkiemen, t ingf- stegret Ire-gret'J, s, spijt f, v a’s hun], s, we ut- to feel regret, leedwezen te regeeren, buigz geef regret at, regret for, # rd na. | regret at sin, berouw o gret, tot zijn wezen. rster], s, persoo - ed -ing, wat eens in het vuur leggen, # re'J -ed -ing, vt. weder huren, # » "N-. . . -W # ring f’, rijk nºg in the reign regeering van; to hold ed -ing, v.i. regeeren heerschen. g], adj, regeerend, heerschend; heerschende ondeugd. ,, inate fre-il in mine, re-il-lu' ,t. weder verlichten, weder met eder kleuren, weder ophelderen. fre-il-lu-mi-na'shun], "in": böd'dy1-ied.-ring, vit. en; to reimburse onewel tre-im-burs'ment, s terugbeta- ernen 3:33: S. :-... . . . . . . . . . . make a reimbursement, en; to take one's reimburse- one's reign, (inlijven. Ete » t weder arsºl -ed -ing. v.t. #l # n. ; in reimbursement, in t, een steinspeetion Ire » Eteinspire [re-in-spire'J -ed -ing, zielen. # Hte instal. Ire-in-stal' J -1ed -1 in stellen, herstellen; to reinstal sen in, op. ## Eteinstalament Ire-in-stal'ment],s. Reinatate [re-in-state'I -ed -in bezit stellen, herstellen, te rein is his functiona, iemand we uarantee tre-in -assurantie, re ºre (re-in-shoor'1 -ed - 1 v. eren. # | Reintegrate Ire-Yn 'te-grate] Eteinterrogate Tre-in-tër'ro-, # arwer]. - die terug betaalt| eimburser of, remboursee-et kle » tigate gmaals nasporen wis # I r tºezie werk, high relie! lowv relief plat beeld relief, ondersteuning bin out relief door relief, ondersteunin rish relief, ondersteuning d relief hulp, bij ta lief of, ter haas zi '- be- relief, wreede hulp, demi reli I beeldw # 1 of #. e smaak; a relish for we has lost its relish, rlijkheid verloren, al van oudheid, ten al zº ## en voor, behagen vinden stemarker Ire to, iets meer smakelijk Etemarry tre-m keuren, smaak, genoegen scheppen in, Etenaanticationtre-mas-ti-ca'shun.J, s. 1eanure, genoegen smaken, that doen ze able I ### # with me, dat smaakt mij niet , to able evil maken, rieken naar, w w vatbaar lish-a-blJadj,smakelijk. (opwekkend. Etem ish dj. smakelijk, de eetlust gen ag, v.i. herleven, opnieuw Ete # » geven # # # # w w wen, ## -ed-ing, vt.&i. smaken, # maatieate tre-mãºticatººl, ed " W 41 V ing, vt. weder te bij middel, herst w y - ag, v.t, weder bem - middel tegen r; aan en Id vwo -- #3 een oude vrouwen geneesmiddel, # ongeneeslijk; without a remedy, zon there is #neds for every thi wi erachi en. en blijven; there * "## 'rgee # nalatig. iss mess], tigh ted -ting, vººr en, overmake ; to remait punish mit to overge- to remit of, verslappen e koude vermindert, ine ts bedaart. ment], s. terugzenden naar de # slap- verzachten, n, afzetting van een post - aternove Ire- # ---- ºm 'Iy , adv. ver » [re-mote'nessJ, s. ve [re-mo's hun], s, verw raag. | Eternotio #s , Etemould [re-mould'J, v.t. z. Renold, , | Remount [re-mount'J -ed -ing, verminde- mission of the cold, gen, remonteeren, opklimmen ; # first principiee, weder tot de eerste beginse opklimmen, Removability [re-móóv-a-bY1'i-tyJ, r- | Removable fre-môôv'a-bl], # e zetbaar; removable officer, afzetbaar ambtenaar Etemoval tre-moov'al], s, verwijdering, verplaatsing verhuizing, afzetting f: ; removal from a 1 ## < môôv'J, s, verwijdering, gerecht n.., graad, afstand m., he paard); to give one a renn ove, the... remove, in den.. tºtansj, s. overmaking, remise f; | mittance, re ten (koophand Ytºtent], adj. tuss r], s, iemand die ver i Items e doen, geld of ºm ne- bo * nen, vergelden, vergoeden hun . # # #w# ººit to render aap, overgeven. | # dient ºoii Dré # leenpacht f, verslag Irén tºtchardg],sºren » nºg » : S. bekentenis f. (kan worden. Renter Irënt'erj, s. verhuurder, 1], adj, wat teruggegeven der, pachter m. j, s, verzamel | Hºtent-roll frént/roll], s, 1 » (bij i ºnt'sert, leent serv | Rent-stoel. [r | RBent-warden I vanger in, # # en aanmera |tsten verse tren-vers"J-ed- Eten vernement [ren vèrsºm # gen; Eteohtain Ere-ob-tain' Etershºtainable fre-ob adj, vernieuwend. mg], s, vernieuwing f.., het adj niervormig. ºan den sº fr erugslaan, terugkaa #"t [aë-per-cüshºu .. » ſte pèr-eiis'sivJ ertory Trëp'er-to-ry], s. zer m., lijst (van toon ###### N » .. nºg in | Repetition Trép-e-tſsh'un], s. herhalin ler, voorbij- stepine [re-pine'J -ed -ing, v.i. n weder over- vreden, ## zijn; to repine a .. ontevredenheid toonen over, to allotments of providenee, t kingen der Voorzienigheid morren an afſtietien, zich over een k to repine against, morren tegen. ## #', misnoegde m. & f: t # adj, morrend, klagen Ire-piºning-ly J, adv. morrend: # # ed -ing. v.t. op de & is stellen, in den vroegere #al: (bv. mo aatsen, verplaatsen, in d s, berichtgever, rapporteur, Ire-porting), s, het uitbrengen van vier- tºt orrespond e van dagbladen fi, parlia- porting, verslagen der kamers. truel fre-gort'ing-lyj, adv, volgens het ge- J, s. berusting f, vertrouwen in, Ex. 0'zans], s, vertrouwen in, proachful eondwet, , s, rust, stilte f. steproach fully fre-prol 'j -ed -ing, vat.&i, rusten, be- leedigende, laakbare wijze. twen, zich verlaten op, to repose iteprohate ſtrep/ro-bate], en we eggen in; to repose on, stellen steprohate Trépºro bate], adj. verwor an, vertrouwen op, zich verla- deloos, verd » # zed-ness], s. rust f. (ten op. Miteprobate I ###### ## # s. h. en, bewaren. » en | bevrijden van ; tuin ſteneuer Trés'eü naam verlie- Etesearch , in goeden naam | research w stalte, mijne eer searches, nasp # BResearch Ire-sèrtc naam, goede naam, roem m., H. nasporen, , # , '- W." SE: S& i; i. , | Researcher fre-sèrtch'er], s. o Hºeseat [re-seat’j -ed -ing, wat rement on the throne, weder op als, hou- | Eseneize Ireesëiz'J -ed -ing, v. ucht. (rend, ateseizure [re-sti'zhure], s. # ader eer, ontee- | Reaemhlanee (re-zëm' baan k, request m.t at the ing resemblance, sprek - - y with a resem to grant 1 ved by V w »j bedriegen ; ther enable fre-zëm S w ## re-zënt # en in ºver, nºtion | |slissing, besl ##esolutive t dent m. ig; resident x p, k, aad #": op ), beantwoo esp fre-spönd' J. s tegenza schenzang in de engelsche k espondent [re-spönd’ent], s. dent Ire-spönd’entj, de ratia Ire rësting-stick], s, schilderstok m. ng-place Trésting-placej, s, rustplaats f. . nguish Ire-stïn'gwïsh] -ed -infº vt. uit- en # herstell 'ti-tu'shun], s, teruggave # teruggeven, to make res- hte %. # ## » ti-tu-tor],s teruggever, hersteller m. adj, stug, koppig. » ness], s adj. steloos, woelig, onrustig, artstochten, . .. # º strieti ve + Eten ## » s. stugheid, koppigheid f. | t en woelgeest, reatie en pas latest .. ringe l. terughouden, sam ## # # » Ir adv, onrustig, zonder rust, lieten ness], s, rusteloosheid on-| , adj herstelbaar. - un], s, herstelling, teru ion of p. storation from - # etired ty # aand in # heime, verborgen wijze; % --- 'J, s slijt # verborgene ſh - ed -ing, vit houden, behou-Eketiredness fre-tird'ness], s, afzondering, een en, afhouden van eene som), in de etirement fre-tire'mentj, s. eenzaamheid, afze sense aanbetanees retain heat, dering, verwijdering # gl, adj ingetogen, zedig, b arre en ºns » » # indigheden behouden de warmte, intetiring Ire-tir in tain in memory, in het geheugen houden, den, beschroomd. oun ## aan een advocaat de Retort # s, antwoord ### opdragen, » -... :8% . . . . . . . » Esetort Ire-tort'J -ed-ing, vt.&i terug-, 'J, s, die houdt, behoudt, aan- gen (a line), terug-, weerkaatsen, iemands um na, the ret ºrs of an- zen tegen hem zelven keeren, zijnen bescht rsonen van het gevolg der weder beschuldigen, hervatten, to retorting # weer terugwerpen; to retort against, ge e-tainting, s, het terughouden, het in tegen; to retort to, terugwerpen naar as en, het in dienst houden n. retort upon an adversary, de gronden ke'J -took I-tuk'J-taken I talkn] tegenpartij weerleggen. vt. hernemen, to retake a ship, pri-j Etetorter fre-tort'er), s. iemand, die terugw en schip gevangenen terugnemen. tegenwerpt, snedig, vaardig antwoordt m. A. tal 'li-atel - ed -ing, vt. vergelden, stetorting fre-torting], stetortion tre-tor's n tbv, injuries). | |s, rechtsmiddel van tegenbewijzen in. re-tal' li-aſshun],s. wedervergelding f; | Retortive Ire-tor'tiv], adj, beantwoordend, f retaliation, door maatregelen van werpend, terugbuigend. # # ## » %. # ed -in dj, vergeldend. (len ten, retoucheeren (a pie vertragen, uitstel- ºftetraee Irë trace'J -ed t-tra traging ºf uit- der hervatten, naspeuren, teru #s keeren; to ### ºf loop der gebeurt » #e traet Tre ing, vºl (bv. an a j, adj herroepbaa in k; » 2: #, vat. herstellen, .. rlies herstellen; to | ## , eene schade vergoeden, dia, zijn krediet herstellen, to n misslag herstellen; to re- eharaeter, zijn goeden naam weder retrieve from, terugbrengen van, | uit, # N (sop, bezinksel n. triment [retºri-mënt], s, uitschot, afval, grond- [re-tro-act'J -ed -ing, vi, terugwerken. etion fret-tro-àc's hun J, s, terugwerking f. Irêt-tro-äc'tiv], adj, terugwerkend, ely Ire-tro-ac'tiv-lyJ, adv. door terug- ugwerkende wijze. # # # cede] -ed -ing, vt. &i weder W iſ terugwijking f. ésh'unJ, s, wederafstand m., düc'shun], is teruggang m. tro-gra-da's hun J, s, teruggang # e], adj, achteruitgaand. # grade] -ed -ing, v.i. terug, rts gaan nu teruggang m. $38%...: 33% tret # -pulſervJ, adj. terugstootend, 'ts gaan, SW. ' ' . S. # x # tret-tro-grësh'un],s terugwijking f, paleive d gkomen, teruggeven, enten, when did you ## was; N wan, spoediger te ik was to be about to ret tocht zijn ; to be returned, t teruggekomen zijn; gen om terug te keeren, * ren money, geleend geld teruggeven answer, antwoorden; to return tegenbezoek afleggen, to return tha bedanken; to return evil for ge kwaad vergelden ; to return vvh wat gestolen is teruggeven; to r een scherts beantwoorden; to re- un opened, een brief ongeopend t return to parliament, naar het den; to return. just as one # zake terugkeeren , to be ret pence, terugzending zonder kosten upon me, that . . . . gij breng dat . . . , to return from, terug return into the house, weder in return through, terugkom to, terugkeeren naar, tot; to retum rugkomen op. # op of te turnable fre-tû |mte turn-d X. ANPS. het ro da , zich over iets op ieman en; ed on any asse, zich op iemand ge-, ebben; to revenge oneself on any op ieman ëindig º ndg'fill-ness],s. wraakzucht f. [re-vèndg"less], adj, ongewroken, aat Ire-vëndg'ment], s. wraakneming, ing, wraak, wreking f. w w #, # HA, k d. uit w- ing-lyJ, adv. wrekend, uit aakzw # - w ak. -- º ue Irév've-nu], s. inkomsten ºf pl.; publie 3:33 nkomsten der kroon of van den staat. d Irëv've-nu-board], s, administra- sten f. w W nu-cuit-ter],s. wachtschip n. z. Bte verberate. # : be-rantj, adj, terugkaatsend. be-rate) - ed -ing, vt. te N- t). tsing f. sh # terugk -ry], adj, terugk droogoven, reverbeer- toevallend (as - interest). kgierig. | Revietual Irë-vYt'tl] at- je èr' - te versien trevershumj,' s. overdracht f. vallen (van erfgoed) n", reversie fº, Ste Etevermionary [re-ver'shun-a-ry], adj. teru BRevert pre-vèrt'J -ed ## v.i.&t. terug toevallen, terugkeeren (tot den vorigen eig doen terugkeeren; to revert again, weder keeren; to revert to, terugkeeren tot 5 to constantly to a subjeet, gest N derwerp terugkeeren. # Etevert Ire-vèrt'J, s, herhaling f. (mu Revertible [re-vèrt'i-bl], adj, terugkeerend. . Hºte vertive fre-vèr'tivJ, adj. omkeerend, veranderen", Etevery [rév've-ry J, s, z. Reverie stevest fre-vëst'J -ed -ing, vt.&i. weder tºt den, weder bekleeden (with authority), p! (money); weder van kracht zijn, weder op vorigen bezitter overgaan, ſtingbo Hte vetement [re-vëte' ment], s. bemantel mond behoeften voorzien. # Review [re-viuw'J, s. overzicht in, wing, monstering, recensie fi, titel maand werken m., weekly revie overzicht; monthly review, maan zicht, quarterly review, driemaande zicht; hill of review, verzoe van een ke a re- ſneltreft, # ho over. # ew [re-viuw derzoeken, de re censeeren, ºm ### eript, een han ft onderzoeken. Reviewver [re-viuw'er], s. her:", rece ## e laten passeeren, mon" ; to review a -ying, wat wee - . . . . :: - , s, herleving f. | # . s, hernieuwing, hervatting van kun %.9:33 # # ºlitie den dood of het huwelijk van Mºthetorician Trêt-to-rfsh'unj, s, redeku r par fº, 1 of revivor, aanvrage tot Ethetorize Irétºto-rize] - ed -ing, mige hervatting. S <38 redekunstige figuur voorstellen; - eable frév'vo-ca-bl], adj. herroepelijk. Etheum Trôôm], s, verkoudheid ºf meabieness frév'vo-ca-bl-ness], s, herroepelijk-Etheumatie [rôô-mâtici, adj, jic ##### N (intrekken. | rheumatie die ease, rheumatisch voeate Trévº vo-eate] -ed-ing, v.t. herroepen, rheumatie, zinkingkoorts, rheu ocation Trév-to-caſshunJ, s. herroeping f. ning ºf » # t ºoke [re-voke'J -ed -ing, vt. Sti. herroepen, Etheumatiana Trôô'ma-tſzm], s, vlieg . intrekken, verzaken, renonce hebben; to revolte Reheuny Drôô'myd, adj, vochtig, rheum onen errors, zijne dwalingen, afzweren. 1 traanoogen. » .. # .. velt Ire-völt'J, s, opstand m., in revolt, in Ethinoceros Tri-nos'se-rös], s, neush van oproer; to exeite revolt, te ronse Ethododendron fro-do-diën'drunJ, ººit oproer aanzetten, opstaan, muiten. Ethional, Irönhº, s. ruit ºf » it'J - ed -ing v.t. &i, in opstand Ethionabie Tröm' bie], adj, ruitvormig. n, verontwaardigen, opstaan, in opstand ge- Ethosn boid fröm-boid J, s. Ian # g tegen de borst stuiten, to revolt fronn, Eſthumahoidal fröm-boïd'all, adj, ruit n van 5 to cause to revolt, to maake reed ººk hun harb Irôô'burb], s, rabarber f. doen muiten, & ERhurnhºfrümb],s. windstreek, kompasstree r Ire-vºlt erj, s. oproerling m. , Ethumbline friimbºline], s... dwarsko nºg fre-völtingh, adj, oproerig, walglijk. | Rhyme ## s, rijm n.. ; in pro , Irëv-vo-lü'shun], s, omloop, loop m., proza o rijm; alternate rhyme g, revolutie ºf # 3,23 % anderen regel rijmende; sorry ſionary [rev-vo-lu'shun-a-ryl, adj omwen- gebrekkige verzen; without r ezind, revolutionnair. (gezinde m. | slot noch val hebben, to make vo-lu'shun-ist], somwentelings- melarij maken. . . . o-lu'shun-izej -ed -ing, v.t. Ethy me trym] -ed -in 'ken. # one zelf into the lad -ing, vi. &t. omwentelen, verzen de gunst der dam overdenken, to revolve about, wen-i-thrmele" frymless], n om, to revolve on, ronddraaien. Ethymer Iry 'me W overeenstemmend, jij Riant prºanj, ad #"# Errb], s. rib doet, je ribben ; to break eder over- break any one's # » ºn d-h ## r, ## p - eh odor or flavor. | #% voegsel m., hard ri k aak; a rieh landscape, altijd te paard rijdt, rough ºrlijk landschap ; a rich dish, een wilde dieren. # # * rich voice, een liefelijke stem, | Ridge ſridg];s, hoogte f, top m., nok, vorst, k eerlijke wijn, rich in, rijk in , ore rif a., dwining ridge, verdeelingspuntn.; ver, een erts rijk in zilver, rich I ridge, rif ## met de aarde; 1 wint et met, as rieh as a new, zooi schuine, schuin afloopende rij v w '- Ridge Irfdgj - ed -ing, v.t, 1 tot een rug vormen. e # vloed baden. | |Ridge-band Trïdg/band J, s. rugriem m. jk, prachtig, rijkelijk ; a Eſtidge-hone fridg'bonej, s. ruggegraatsbeen nº ein ziger m., bij 11 » y deserved, een ruimschoots intidge-tite fridg'tilel, s. vorstpan f. I. # ſtidge-tree fridg’treëj, s. nok van een huis! Itch'ness], s. rijkheid f., rijkdom, over- Ekidge-washed kersey Trfdg' wâsh-ed-kër'syl baarheid, krat bt, kostbaar | karsaai van wol, die op het schaap zelf gewas" Yn' us] * theid ºf ſtidgy [rfdgy J, adj., gerimpeld. ,.,.,., ,, Ridie kale Irid' di-culej, # < # # # ting, spotternij f; ridicule is a d. kte weapon, de spotternij is een # mind, een to turn into ridieuie, belachelijk o to grow rickety, lijk maken; to bring ridicule - # to bring any one into ridicule, ng, scheur f. | lijk maken, in een belachelijk daglicht is ijden, verlossen; to Eti lieute Irid'di-culej - ed -in ge, iemand uit #n:# w w %!::::::::::::::33%& - #reekt ,s rigodon, zekere dans m. | un], s besproeiing f: Heighteously Iriſh tºtye-usely J, ## ger], s, takelaar, takelmeester m. |rtighteou en een friſht'tye-usinessJ. s re "ging], s, uitrusting, tuigage,f tuig ,,heid, recht en ºpenheid iſ. ,, running rigging, het loopend want, Rightful frihtºfûlj, adj, rechtmatig g rigging, het staand want .. .. n ſto, van). %%% naar recht, in one's , right of, rechtens, it ne's right, on, to Es aan zijn | | of a hi11, de rijzing vi vapor, of mercury, d :::::::::% stoom, van kwik, grea » * # aanvoeren. | meerdering van prijs; o. gºlead-er], s, be #1 m. | zen; the rise W t], s, ringetje na, f, het ontspringen eener ri shapt], adj, ringvor of a tone .. # # # # # # # # one, het rijz . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . S: . . . . . . . . . Zº& ag'streakt], adj. met kr # ge- rise, aanleiding geven, doen ontst # # # # # # ## its rise, zijn oorsprong hebben, 'Yng'thrm'bl],,s, naairing, snijders-| Rise frize], Etose froze), stiaen Iri frºng wurm], s, dauwworm m, | fr1'zing], vi, oprijzen, stijgen, op reed ei vt. spoelen (a bottle). | opstaan, voortkomen, wassen, ler na, | verheffen, 't is time to rise, afspoelen, uitspoelen in te staan; the sun rises, de uiterij f.., feesten, | rise with the sun, met den ; to run riot, uitsp het bed verlaten , the bird x iſ de vogel stijgt in de lu the water, dampen stij water begins to rise, is te wassen adj, ongebonden, oproerig. a semitone, een h: s-lyJ, op een ongebondene, I river rines, de rivier # ! | v taan, t heid, : , een re op weg zijn, wil .. happiness, # is de zekere Iay out a road, een we to open a road to the pºt het verkeer openstellen; to stop weg (met een boom) sluiten, to road, een verkeerden weg me turn off the road, van den weg a Etoad-een bankment Irnadºem-b -1ing, v.t, mededingen, wed- | dijking van een weg ºf # # al any one in a thing, met Etoad-engineerſroad'én dgſn-neer'J,s inge zicht mededingen. Etoad-maker Iroad'ma'kerd, is aanlegger 1, Rivalry ſr. ºval-ry] Rival- gen ºm. » » #" se mededinging, medeminnarijf. Etoad-making Troad mak'ing], s. ed f 'vdJ -en frivºvnl -ing, ſr1' Etoad-roller froad'röl-ler], s. rol opscheuren, splijten, klooven; to rive ººk ond-ride froad'side], s, kant van splijten; riven with thunder, the road-aide, aan den kant van van een gespleten. Etoadstead ErbadºstedJ, sº re ## -led -1ing, v.t, rimpelen. Etoadsterſroad'ster], s schip, plijter, kloover m. Etoadway froad' way J, s straat er fi, rivers of blood, stroo- stoarn Droam J -ed -ing er, hooge rivier, hooge stroom; Boarner Iroam'er], s, om den stroom af, up the stoarming # # 3 er ººk aan Iröan J, adj m; river that empties itself stoar froar], s, geb. h # de #" .. iergod m. , s, rivierpaard n. s, eendekroos n. <º: S. rtje na, beek f. knagel na 1 ng, v.t, met klinknagels | » kramma nprenten, hreeuw i den # » t u ht over de k rohes, in zijn tabbaard -ing, vt. met den tabbaard » de roover erts-män],s stoute, onbesch in-sted breast fröb bin-rë. tje in, Iröblin-gild'fël-lowj, s. onder de feeën fº, berggeest o-rant], s, versterkend middel o-rantj, adj, versterkend, 'shun], s, versterking f. dj, sterk, gespierd. (sterkte ly], adv. op sterke wijze, met kte, kracht f. sche uien f. #s ## blinde klip, # fee, stort haped fröd'shapt], adj, roedevormi ºogue Trtigj, rogue in any one, voor iemand iet to make a rod for one voor zichzelven graven. gitade [rodej, pret van ride. | #todent Iro dent J, s, knaagdier n. - Hºe desnaorat frödeo-mönt], | |ite doen onta de fröd-o-mon ſlºten doen aan atade adj, gr ade'J, fröd-o-mon-tade S$ 8. sneeven, pochen. (grootsp stodomonta die fröd-o-mon-taſdist], s. stoe freel, s, reebok m, ree, hindef; soft de hom; hard roe, kuit. ## #toe-huele proef biickJ, s. reebok m. stoe-ealf fröeſeafj, s. reekalf n. # Etogation fro-ga'shun], s, verzoek na, bederf gation days, Maandag, Dinsdag en Woº van de hemelvaartsweek ; kruisdagen in gation week, kruisweek, hemelvaartsweek week voor Pinksteren f: » >: -: 3--. ... ... :: # schalk in schal mse frog froºger-ry], s schel ############# 3 rºij stºring trok in je s dak", to atootten en ſto n rout a » roll %% ºut, uitrollen, to roll up, oprollen, opwaarts rolle call froll call J. s naamsaſlezing fº, appèl n. rinaatone Iroll brºm/stone], s. pijpzwavel in. fruild 1, adj. gerold, in karotten. aller], s rol f, rolstok, zwachtel, roller Etool. Eruk, s. kasteel (in 't schaakspel), Rook trukj- ed -ing. v.t, ki, verschal ling der zee), soort papegaai mº, gen; to rook at a ganse, in een sp n, upon rollers, op rolletjes loopen. | to rook upon, on, bedrog # » buckle roll'er-bücklj, s. rol gesp f. stookergtrui ## uc ºS& :k-ingj, s. sukkeldrafje n. ## ooky frûk yJ, adj, vol kauwen, ng f.. het rollen, wente-stoorn froom], is plaats, ruimte, # middel van cilinders m., slin- en hºe # ## # # . W rollſing-board], s, rolplank f. 'ing-mºlls], s, pl: pletmolen m. agept rolstok m. "ing préssj, s, drukpers om fi-j drukken, rolpers f: ,, # rolling-tackl], s, stoottalie f: miisºterij, s, contrôle f: s, groot geraas of getier n. , tot Rome behoorende, Ro- -ing, vi, een roman Etomanee-vwriter ſro 1 roze : s. rozekoek m. af"erg, s. goudkever m. héékſed], adj, met rooskleurige E- ### rozekleur ºf twangen, tose-colored Croze cöl'ſurdJ, adj, rooskleurig, , Etose-eopper froze'cºöp'per], s, rozetkoper n. stoned ſrö'zed], adj. karmozijnen. Rose-diamond froze/di'a-mont], s, rozetsteen nº- Etose-knot Iroze not), s, tu # kne w Etose-like Iroze'like J, adj. roosgewijze, # Etose-lipped froze lippd], adj, met rooskleurige 1 Etos e-mail ovv [roze/maſ-lowj, s. stokroos f: Rosemary froze'ma-ry J, s. rosmarijn m. Etose-noble Troze'no' bl], s, rozenobel m. Etose-root ſroze'rôôtJ, s, huislook ni . &## # # # # x ss Rºtosette Iro-zët'J, s, rozet f, ornement in de gedaan" i zonder einde; running rope, loo- van een roos f: , # standing rope, staand want; to give Rose-vinegar [roze'viſn'e-gèr], s, rozenazijn m- ope enough, iemand zijn zin laten ººk one-vwater froze wrâ'ter], s. rozenwater in upon the high rope, praten, po-Etose-window troze/wºn-dow], s. rozetvenster. * ten Etose-caire », Etose-chafer ot Etose-cheeke | Etose-eolor L. ót'er], s, uitroeier m., uitroeister f, lot'let], s, worteltje, wortelvezeltje n, V. www. #ootpe-dünºklj, s, bloemsteel uit 1 m. # # # # # w . . . rôôt'stöck], s, stronk van een plant f. o’tyl, adj vol wortels. -- rt ------- lakt, grondig. ôôt'ed-lyJ, adv. # geworteld, che knoop f. , opgetogen zijn, in de wolken zijn, stone-wood froze wudj, s. rozenhout,n. mione, een rist uien. ... .. .. | Etose-work froze wurkj, s, rozenwerk in d # vi draderig, lijmerig zijn. Roeier neian Tröz-e-kroo'shan], s, rozekruisbr" e' bank j, s. raband m. | der; kwakzalver, bedrieger m. Tröpe' bär'rel], s, trommel, riemschijff. | Etosier Cro'zi-er], s, rozestruik m. » [rope'bears], s, pl. voetmatten van oude & 33%， p # Etosin Iröz'zin],s. &n.; eoarse rosin, gemee" - # | hars; white rosin, geele hars. w r Irope-dán-ser], s, koorddanser m. Etos in fröz'zinJ -ed -ing, vt. met hars best e'girt], adj, met een touw omgord. |rtoninese Troſzi-ness], s rozeroode kleur, Irope'lad der], s, touwladder m. | Etosiny Tröz'zt-ny J, adj: harsachtig , 1 rope'ma-ker], s, touwslager m. Etoeland [rös'landj, s, heid drasland na, a n e" in n! J, # touwslaan n. BRossel ſrös'selj, # lichte g d mº licht lan ". . -fac'tyure], s. Etoselly frös'sel-ly], adj. licht, rul. ..., (touwslager m. - - - - It WXQX stoster [röster], s. rooster m trer [rope'mân-yu-fäc'tyti-rer], s. Etostrated ſrös-tra'tedJ, adv. touwslager m. idv. gesnaveld, met ## Etostrum frös'trüm], s. snavel m., spreeks -ry J, s, touwslagerij, galgenstreek m oskleu rope'ripel, adj voor den galg, Etosyfroºzyl,adj, rooskleurig, blozend, roer # J, s., trommel, riemschijf f. blozende, ronde # öp], s. hoofd n. g ## #$%$#%#$&#&### ure Drope'man-y iiit lêrd #. met | Etosy-colored fro'zy-ciil'lèr # w "#ºween Iro'zy-croûnd1, y-drop Iro'zy-dröp],s.puist jitot frötj -ting, 1 rotten, roten (ſlax), - Rotary froſta-ryj, adj draaiend, rond --------> "tºtatº Iro'tate] -ed -ing, len, draaien (on j, d ra’s hun], name Iro-rff’er-öus], diamant, of teekening via rough taste » wrange wijn; a gh board, ee ugh in worden, ruw of hard in woorden , a ingh tone, een schrille toon, a rangh wind, een onstuimige wind, to be rough with any ene, iemand ruw bejegenen. # » stongh [rtin Jº-ed -ing, vt. ruw maken, afschet- .. een grondteekening maken , africhten, dr en, (a horse); to reugh down ouwen; to rough it out, iets verduren, dulden, iif 'east, s. ruwe pleisterk een opstel, schets elotta, » u Sr: .. talk m. # it friiff' we kalk bestrijken, schetsen, gh-draught friiff'draf 3 # ": gii # schetsen. w Trtin 'huwij -ed (ronghewn) - # of afhouwen- (oo # ifte ºnge , adv. o tifºrniil zij lmuziek ºf uwheid, wrangheid, ge- d, onstuimigheid fº, ron , hardh ruwheid # | arouad way o lijke wijze van S ston na uw laken ## fiſcast] -eaat. -easting, vt. met » Etound-head Erbil teinen in de handelen; # » » :::: ---- -- Iround], adv. rond, in ” move round, zich in het round, geheel in het rond, r. heel in het rond, to .. go round, een toer % maken, to go round and te hand round, in dikke buik 1 een aand, het rond doen gaan; to move rouand, zich i gen, zich omdraaien, draaien, to het rond draaien, to turn ro altijd draaien, tot en me round round any one, iemand beprate iemand bedotten of beet nemen. ſtound Iround] -ed -ing, vt.& afronden, ronden, rondloopen, worden, zich ronden; to round in to round any one in the ear, iema - ed -ing, v.t.&i ruw maken, | ºng, (oogst m. | ngz], s, pl, nagras, etgroenen-, na- .. eene ruwe, barsche wijze. Het J, s, trommelmuziek, ge-lºto Rºnana trouna nanaj, " e [rôô J, s... gewoonte f. Irove] -ed -ing, v.i. &t. zwerven, ijlen, in rijen ploegen, door een il rden (woon), in rove about the ſtreet-, an, verlaten. Iro’verl, s, zwerver, zeeschuimer m., sea , zeeschuimer; gat rovers, op goed geluk, wild, in het honderd; to shoot at rovers, ild schieten. " , s, rijf, in a row, in een rij, in rovv-, jen; to put, to set in a row, in een rij of plaatsen. '- '- üJ, s. geraas, getier, geweld n., twist me, a rouw, in een twist geraken; to kiek geweld, w N - - - - - - - - - - - - - w th any one, tegen iemand hevig uitva- nd duchtig de les lezen. i: ,,' , , ' 8 ow] -ed -ing, vt. Sti, roeien, to rovv hore in his barge, den kapi- e sloep aan wal roeien ; the boat 1y, de sloep roeit gemakkelijk; to row s, pagaaien; to row together, sa- elkander verstaan, to rovv together hoat. onder één deken slapen. tw'a-bl], adj, roeibaar. w wºan-treë], s. lijsterbesseboom m. w'boat], s, roeischuit f. * # spoorradertje na, seton m. &# W # wit, # d; etgroen, nagras na, (naoogst m, s, koningsgezindheid ºf oningsgezinde m. omzwer- , r. ## ok sche- tºtuh ble-work W Y - - - - - - - - ---& W Eeuhh fy Trübºb ## adj, puinach traat loopen, te rove frona, zich ver- W »V . . . . . . . . W-N - NXX. ASRX keubie Trôô'blj, lawaai maken, to make a | Ruck Irück], s, vouw, plooi, kreukel ſ", fh # # add in een friid'di-ness], s. W studdle Criid 'dl], in seton zetten. w iſ dit 1, Rubbish-eart Irü | Rubbie-at w [rtibºl olsteen m. » rüb'bl-wurkl, s. #" metselwerk al stubieund frôô'bi-eundj, adj, roodachtig, stubied frôô'bidj, adj. robijnrood, robijnachti #Rubify [roo bi-fy] -ied-ying, vt. rood s. roebel m. . >>- Rubrie frôô'bric], s, afdeeling, rubriek f, room- sche kerkregels na. pl. g, wit, rood verven bloksteen, setubrie Irôô' brief -ed -ing met rood teekenen ; z.. Hºubrieate. BRubriean Irôô'bri-cal], adj. in rubriek N------- ---- besloten. -, # trood ge Een brieate Drôô'bri-cate], adj. rood geverfd, HRubricate Irôô'bri-cate] -ed E# vt. metrº teekenen of merken, tot een rubriek brengen. Etuh-stone [rüb'stone1, s. wrijfsteen, wetsteen een hy froo byj, s. robijn, roode bios m., rood- puist f; the natural rusby of your eheek natuurlijk rood uwer wangen ; oriental oostersche robijn; roek. ruby, rotsrobijn er melle ruby, spinel. - stael. Crück J ed -ing, vt.&i, plooien, hurken w ## & is netation Eric taſshun], s, oprispingf stand der früd'der J, s. roer n. ## w #nen f, 's, roodaarde f. in -ed -ing, vt. met roodas # studdie Iriid'dl] . W. W * * * * merken (a sheep)... teekenen, - Ruddie-man Triid di-manj, º, rootkrijt the royal w,---- »zend, rood l; rude workmanship, 1 grof # er, rude treat" de, strenge behandeling; a rude at" -- be raadle to any **** * nval; to be rude to " n iemand zijn; as - u de e adv, gro dj -ed-ing, v.t.&i frommelen, plooien, n wanorde brengen, storen (bv. the y of mind), smijten; fladdere w lige fHe the mind en geest in de war breng ruime up, plooien, opwekken, samenrapen. ### valkenkap f. Rug rugl, s, wollen deken, reisdeken fi, haard- # ## #", ui w d ik. boos w ed Iriig"ged], adj, ruw, ruig, onstuimig, boos; ## ## oneren weg, ruegel beard, ruwe baard, rugged style, ruwe, ongekuischte stijl, rugged look, stuursch uitzicht; rugged to the tºt d voor het gevoel. '- #e ee ### s. ruwheid f. : in Trooºdging, s. grof Iaken, duifel n. #### ne- # adj, rimpelig. - - Iroo-gös'í-tyJ, s, rimpeligheid f. » oo’ind, s, val, ondergang m., verderf ne, tiging, ruime fi, puin n.., puinhoop m., the d, the high road to ruin, de weg ten on- *ng to be any one'- ruin, ieman %$#% » ds verderf # van iemands verderf zijn, to bring in het verderf brengen, ten ondergang, * to ruin, in zijn verderf inhoopen, to fall ºt ## w ijlen, in ruins, in pu "te ruins, in puin vallen, on the brink of ruin, den #, des afgronds; ruin seize thee, ,,zº # "iel: in 't verderf stor- to ruin the soul, de ziel uin vallen; to rui & a rain one's self, zich in het ver- verder ving, ne, met de meet ich tot e # ben; ti kunst). " *# frôôll -ed -ing, vt.&i. ## , verontrusten, tot ik f ## Etu |Rumble Ir (ting f. verwoes-| rule lijn; nett liniëer esturen, regeeren (over, overl. uler Irôô1'er],s regeerder, bestuurder tuling, Irôôl'ing], adj, heerschend; ru heerschende partij; ruling passion schende hartstocht; ruling price, markt stuly Irool'yl, adj ordelijk. # naam Ertimj, s rum fº, dorps W Etum fruim , adj, zonderling, raar, a ru armann one, een aardig mensch, een o nºble # bl], s, zitplaats achter ee! geromatae #-t: thunder). m' blJ -ed-ing, vt. romme er reanabºlen at a distance, de don | op een afstand; a heavy carriage run the pavement, een zwaar rijtuig dr straat , to rumble down, naar beneden Etumbler, früm'bler], s. die of dat romm melaar, brommer, brompot m. . Etum had Iriimſ bidj,s. jeneverpuist fº, j Etaminant ſroo’mi-nantj, adj, and s. herk herkauwend dier na, herkauwer m. , Etuminate frôô'mt-nateJ -ed -ing, kauwen, overdenken, --------------------- Rumination frô , unannage Iriimºun v.t. & Si, vernielen, ver- lieten looiend Etuna en spreiden; it in ruraaored, w ahroad, o friimp' mp eteak I. in Triinj, s, loop m., zoo algemeen gebruikelij duur; the run o tenissen, to ea to have a run, toeloop hebben imon run, de # events, de loo ruari, een wº d hebben, to eurº waſ taken, vieren; to run d, dol wordt en itung Triing], pret van ring. (in een sch #kung friingj, s, sport van een ladder of stoel, Htunie Irôô'nie], adj, runisch , de oude skan ; tol vische taal betreffende. --- de Runnel [rtin'nelJ, s, beek f. # [rtin'ner], s, looper, bode, 1 heepsw.) maantel m.; runner at all, jant e # (steen, loope , s. bovenste na ### º five tinnen run bruischend. | » » en bies, zwak als sah ,adj, vol biezen, iezen, (een riet, sabha s, scheepsbeschuit ºf » der sabbat 1 # t], adj, ros, bruin, boersch, sabbatical Isab-hat'ie-alj, adj, tot tra J, s, roodbruin in. , boerendracht f: sanianismaſsa' bi-am-Izm], s vereeri rtunneling Irüs set, rüs'set-ing], s, roode sable ſsa' blij, s. sabel in, sabelbon el m., roode peer, suikerpeer f, roodkroontje na sable Isaº bij, adj, donker, zwart, an, Irôôshan], adj, russisch, sabliere isäble-arj, s, zandput m., , Iriſstil, s. roest, schimmel, garstigheid f. , te sabot ſsa-hoºi, sº klomp f. » te rust, beschaafd worden. sabre ſsa’ſberj, s, sabel f. # ed -ing, v.i.&t. (doen) roesten. sabre ſsa' ber] -ed -ing, vat met een sab in Ertistſeaten], adj, verroest, den of dooden, meer houwen met den sabel, sal stic], s, boer na. - sahulosity isâbºyu-lös''t , zandigheid stic] f-al, adj, boersch, landelijk. Isabalone Isab'yu-luis], adj, zandig. yTrtis tic-al-ly], adv, op een boersche wijze sacea de #"# s, ruk ºm met den in een frisſtic-al-nëssj,s ruwheid, lompheid f: sacchariferous Isak-ka-ritter-oüs], cate Irisſti-cate] -ed -ing, v.i. &t. op 't voortbrengende, suiker. leven, maar 't land verbannen, wegjagen van saccharine #kºn ri dj, suike emie), .. (land verbannen, sacerdotalfsâs-ser-dnſtall, adj pries ted friis'ti-ca ted], adj, maar het platte- sacerdotally fs is er dn'tal-lyJ, ad on Trtis-ti-ca'shun], s, landleven nºg ver sae het ſsat chell, s zak # g f: op het land. theid f: sack ſsäckJ, s, 'tis'si-tyJ, s, boerschheid, onnoozel- sack IsäckJ ed #"l. s, roestigheid, schimmelige sleage Isis di-ing, v.i. ritselen, to rustte ormen van, uit. is geritsel, geruisch in. N » huurpapier in saeker- immeld, garstig, saekfurt ſs Rºck' meedoogend, treurig sacrament Isäe', dv. meedoogend. n..; to adminis il-ness], s, m adj. onbarmhar ess-ness], # . stºf. sjaelei # #kken | stig, roggebroodn, d, ## # -tan], s, sakristijn, koster m. s , sacristie ºf is -sänct] N ernstig, d adj, onschendbaar. Is omker, somber, treurig, » tvig worden.js droeven, droe-ls u-ea-ine, vit&i be dººdd m raa %# ## s sagaciously Tsa- agging is sago [sa en eten # J -ged - gen, overh ## ## doen bezwaren, to mag to leeward, na to sag with doubt, van twijfeli agacious Isa-ga'shus], adj, vernuftig, sch ## ga’shus-lyj, adv. vernuf # sness Isa-ga'shus-nessj, sagaeit gäs'si-ty], s. schranderheid fi, vernuft n. agathy ## s, serge fi, saai n. .w age ſsadg], s, salie fi, wijsgeer m., ': salieboom m., sage of v kleine salief age ſsſidgj, adj, wijs # # # e irine, ºei, taaigºij, ad" wijselijk. y #Wij, ijs #eid, ven" ## [sädg'nessJ, s. wijs voorzichtigheid in ernst m. " âg ging J. s, kromte, ittal Isãdg'It-tal], # gittal ſsadººt tal], adj agittary [sãdg"rt-ta-ryl,sschuttern 'goJ, is sago f. .. e Isa’go-treë], s. sagopalm f. #s ſ # s, ## aap m., meerka y Isnººdgy J, adj. vol salie, m # Ji utter ops in is ## # # # said Esë iz-fire], f, sa (kruid m. sail #######s s. St. Jans-sallownese [sâ 1'1 J, adj. als salty. [sä1'lyJ, s, uitval mº, vervoer " . ... -. ,, I sailies of wit, geestige uitvalle niet ng], adj. schijnheilig. | of youth, jeugdige onbezonnenheid f; to p], s. heiligheid f. dans m. itval doe # danee Tsaint-viſtus-iz-dâns] St. Vitus - w" w &##### f, wil m.; for report fºal'ly-portl, s. kleine ar liefde van, ter wille van ; for # uitval geschikt. ## » w aImagundi [sâl m nººdy J, s. mengelm ing: salmon [sam’mun], s, zalm m, salmon-fiehery ſsäm’mum-fºſsh'e-ry J, salmon-radish. Isâm’mun-räd'dishJ, s. Zº t ſaam 35 tºl, w ## tuh (salt in [sâlt'ish J, a nl. [sal r sch s, salvo van . . . . kan ver to a karate, beantwoording f, van een sal- o exchange salutes, salvoschoten wisselen, t # ###### w - ed -ing, v.t. groeten, begroe- n doen, kussen; to salute each groeten. (lig te worden. va-bï1'i-ty], s. mogelijkheid f om za- 1'va-bl], # zalig kunnende worden, g], s. berging f. .. - - - - sâl-va'shun], s, behouden is, zaligheid f. ävj, s, zalf fi, balsem m. ; lip salve, lip- made f: ; salve for every sore, middel n. e kwalen, pains salve, verzachting f. vJ - ed -ing, v.t, genezen, verhelpen, äv'er], s, schenkbord n. # 3. S& tvlucht, v # tsamej, adj, zelfde, rzelfder tijd, eevt , monster n. als proemesch f. , voorbeeld # salaxte, een salvo beantwoorden. iſ sanguinariness sandever, sand-glass I sand in een ſslind’I-ness], s. zan sandish isând'ish], adv. zandacht sand-paper Island'pa- sand-rit ## s sands [sândzj, s. pl. zan sand-stone # sand-walk Isând' wak], s. zandpad n.., . sandwich ſsänd'witch], s, broodje n, m sandy Isânſdy J, adj. zandig, - rood. sane [säne], adj, gezond van sang Isâng], pret, van sing. sanganiferous Isäng-gwYf’er-iis], tend; sanguiferous vessels, bl. # [sân'gwi-na-ri-nëss], s m digheid, bloeddorstigheid f. - sanguinary ſsäng'gwi-na-ryl, adj sanguine tsäng'gwin], adj. sterk, vurig, levendig, ver guine temper, hartstochte hopes, levendige hoop ; - staal seven, blo n. 's ## ez gezondheid i an i- ## 'ni-tyJ, s. verstan 2-al-lyJ, adv, bl > , s, tafzijde f. S. N able Isatºyu-ra-bl] -ed -ing, vt. wieden, saturant Isatºyu-rant], adj oua ſsär-cöfa-gus], adj, vleeschetend, saturate Isât'yu-rate] -ed - # ſsar-cöfa-gusj, s, sarcophaag m., saturation ſsätºtyu-ra's hun], ºnen doodſkist), ## saturday [sätºur-dayl, s. zaturdag, tsar'del, sardine ſsar'dame], s. sardijn f; |fsaturity ſsa-tu'ri-ty], s, verzadigdh aardel pikked like anehovies, in # sardijn, saturnine ſsatºur nined, adj, zwaarmo sardonie [sar-dönſic], adj. sardonisch, bitter, grijn- satyr Isa'tir], s. boschgod, sater m. & :: sardonie Managh, grijns-, hoonlach. sauce Isausj, s. saus, onbeschaamdh sardonix ſsarº do-niksj, s, sardonixsteen m. | sauce, botersaus, witte saus; pu sarment ſsar'ment], s, rank ºf » scherpe saus, rich aanee, hi sarmenteeeous ſsar''ment-a'shus], sarmeratose aauee, sterke saus, sterk gekr Isar 'ment-ose'J, sarmento us Isar-mënt’us], adj. | aauee, dikke saus, gebonden saus; o. ## .. uiensaus; to dip, to steep in aan s v nken, bladerbosjes dragend. > . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ar plier Isärºpli-er], sº paklinnen n. .. doen; to thieken a aauee, een saus roere reaninſe) Isärtra-sfn], s, valpoort f, valluik n.. eenklutsen; to serve any one the sam areaparilla tsär-sa-pa-r11'la], s, sarsaparille f: | iemand met gelijke munt betalen. arse tsarse], s, fijne garen zeef f. sauee ſsäus] -ed -ing, vt. sausen sâsh], s. gordel m., raam n. ; inner sash, sauee-boat Esaus/boatſj, s. sausk f, te n van een dubbel venster, # # s, onbeschaamd ºm sauee-pan [saus'pan], s, kastrol f. saucer Isau'cer], s, schoteltje n. saneer-box Isau'eer-böxj, s, verfdoos saneiiy Isau'el-ly], adv. onbeschaamd. thelsch saucineen ſsau'ei-nessJ, s. onbe indhe uivelsch, saucisse, saucission Iso-ses', so iñngºl welsche, cijs, kruidworst m. ; leger » , adj. #" .. Sir ww . tav. op duivelse lsat ,s. zakje m ,,tasch f: (helsche wijze samey [sanºcyl tsatel -ed -ing, v.t, verzadigen. saunter Isaun' lees ſsateless], adj. onverzadigbaar. (want m.j aaunter about, # #ite achter m., maan fº, tra: saunter up an , neen al #. vet, verzadigen. Isauraterer [saunºter-rer J. s. dj, verzadigd (with, of, van). sausage Isaus'sidg]: s. saucijs ºf a-t1'e-ty], s, volheid, verza: sage, saucisse de Bologne # (digdheid ºf savable Isav'a-bl], adj satinet, half satijn n. savage Isavºvidgj nerſh’ bon J, s, satijnen savage [sävºvidg], a wudj, s, citroenh as a meat axe rüd. out, m... ! , hongerig als e schimpschrift, hekelschrift in. savagely ſsav'vidg-lyJ, adv. wild, r'ric], adj. hekelend, be savagenes vidg-nessJ,s, w yj, adv. op eene he t hebben van, # Isaºvur-ri-ly J, adv. met smaak, met geur. eas Isa'vur-ri-ness], s, smakelijkheid f. ſaºvo-ry J, s, boonenkruid n. % ûr-ryl, adj, smakelijk, geurig, toij, s, savoyekool ºf , s, zaag ºf spreu meent savv, trekzaag, savv, handzaa ack navv, sc ool I. uk fe, whip savv, schrob- tar savv, circuleerzaag, eoarse- , zaag met groote ### aag me ticale zaag, » anden ; straight stone eutter's saw, ed en -ing, vat. Stie zagen, to savw stukken zagen ; to savv through, 'J, pret van see (doorzagen. Isawſblade], s, zaagblad n. Tea wit ## #sºneel " spanzaag ºf Isâwºrést], s. r n eener zaag te zette ager na s, steenbreek f. tº, zº, Assay < ay hack savv, dril- » # two-hand savv, sealding-tuh [scâld'ing-tüb], s. b. hijf » N. e zaag ; rib savv, seale fiscale], s. schaal, schub, s tanden ; fisme- sealed fiscaled J, a seale-ladder Iscale'lâdººd scalp Tscâlpj, s, hoofdhuid, ay ## % v.t. &i, zeggen, op- # a les- | |ge zien. |seaffolding Iscaffold-ing], s. # f, steige scaffolding-hole fscåf-foldfing-hole], s, stelt gat in # ## seaffolding pole Iscäf-fold'ing-pole], s, ste |sealade ſsca-lade'J, ## sea-la'dol, klimming ºf met stormladders, i X seald fiscald], s. brandwonde fi, hoofdzeer in seald [seâld] -ed-ing, vet, met heet water den, schroeien, branden, koken, seald-head Iscâld'hédJ, s, hoofdze sealding-house Iseâld'ing-hoûsj, s. voor vrol, » mal seale, tien deelige schaal ; diagon proportie schaal, sliding seale, bew schaal ; ſaunter's seale, Engelsche schaal, a scale of ..., op eene schaal van large scale, op een groote, ruime schaal, groot: on a small seale, op een kleine schaal ; pair of scales, balans met schalen, turn the seale, de schaal doen overhellet seale fiscale] -ed-ing, vt.&i, met sto beklimmen, snijden, schilferen, swegen. dj. geschubd. » » I'der J, s. s seale-maker Iscale'makſerij, s. ver senatop Iscal"Iup] -ed #"# N ## hersenpan » snowy neaips, de bes the ## g, vt. scalpeeren. leedmes n. r],adv. sch - Errer us-nessJ, 8. #j schraalheid, bekrompenheid f. inning [scän'ning], s. onderzoek f. insion Iscan's hun], s, het scandeeren. it [scânt], adj, and s. bekrompen, schraal,. t [scânt], adv. nauwelijks. ſlasterij t [scânt] -ed -ing, v.t.&i, bekrimpen, be- verminderen, bedaren t van den wind). ### #l. adv. schaars, bekrompen, º X- heid f. w antle Iscan'tle] -ed-ing, v.t.&i. karig zijn op, kleine stukken verdeelen, niet toereikend zijn, #s Iscânt'ling], s. paal m., "# h W # w # : .. 3 # ## ºntneas Iscant'ness], s. bekrompenheid, gering- ty [scan'ty], adj, schaarsch, bekrompen, zuinig, rig, gierig; seanty of words, spaarzaam met n woorden, - * . [scape] -ed -ing, v.t. of is ontvluchten. pe-gallown (scape'gäI'lowzj, s, galgebrok n. e-goat Tscape'göat], s. zondenbok m. w Iscape'grace], s. deugniet m. p'yu-laj, s. schouderblad n. # s, schouderkleed n. ## # rij, sº fi w W. '- rotsblok n, papegaaivisch m., to make a sear, een litteeken maken; covered with searn, met eekens bedekt. '- (dekken. r/rab], sears nee ſscãr'ra-beëj, s, tor f. w a-môush], s. hansworst m. eärs], adj. schaarsch; good things are e zaken zijn zeldzaam ; money is J, searcely [scärsºlyj, adv. nauwe- scarely ,,E" bijna nooit, nearely any cars'nessJ, s, schaarschheid f. % schaarschheid A9%, - . . . . . . . . . . . . . . . . . . . ---- ----- --... ...S -ing, v.t, verschrikken, ten schrik verdrijven. , schaarschheid, bekrom-| seavenger [scåvºven-dger] scene Esten], s, tooneel, ( rend. g tteeken n", schram, steile helling f; 1. |s eenie [sén 'nic], d -ring, v.t, met litteekenen be- f, gebrek n, handelijk, las- ergerlijkheid, is lsea the seathful ſscat # en -ing, v.t, benad scäth'ful], adj, schadelijk seatter Tscãt'tèr] -ed -ing, (zich) verspreiden, verdwijnen, verij pen, plane), to scatter seed, z to scatter about, rondstrooien , abroad, verspreiden, verdrijven, to verdrijven, wegdrijven , to seatter den over; to meatter through, v. to scatter with, bestrooien of b seatterer [scât' tèr-rer], s. verstrooier seattering ſscãtºtèr-ring], adj, versprei seattering ly [scât’ter-ring-lyſ, adv fscatterling Iscattèr-ling], 's landl seavage [scav/adg],s. staangeld n., bel kramers te betalen wegens de uitoefeni beroep op markten en kermissen. J, s, straatveger m tafereel, scher scene of a great event, het tooneel groote gebeurtenis , side scene, scherm, of nature, natuurtooneel. > t) scene-man Iseën/man J, s, machinist in seenery [seë'ne-ry], s, tooneel, natuur pl., vertooning, voorstelling, deco neelvoorstelling f; meadow neenery natural neenery, natuurtooneel, seenieal fººnnie matisch, tooneelmatig. scenographical Isén-no-gräf' kundig. < # scenographically s h # ## see nography Ise-nög'ra-fy], s. doo seent Isiënt], s, reuk, g ir »eent, fijne neus. ſjagersterm euk het e sow], s. vogelverschrikker m. | .brand-geroep, e shawl m., lasch f; » gaf lasschen. | n, samenvoegen, 4 W brand-alarm n. | | w searf| ing: f. eent-bottle fi eentful I stful Isén scentless Isënt' ## : #### ig m. ; elas: E lukwensching schrijven n. ### ### n en letter-school-room fskool'room], s. klasse (zaal S....S. is; tent holar, sciatietal Isci-àt'ic], adj, met de heupji ehelaar, leerling buiten den kost; |sciatiea Isci-àt ic-a], s, heupjicht f. twel ngº's, queen's scholar, iemand science fsiºensj, s, wetenschap, kennis, kundig urs studeert; feillow seholar, meer heid, kundef. , the arts and sciences, de kan be bred a seholar, zijn studiën sten en wetenschappen, aeience of militair N » » (als een geletterde. | venmente, tactiek f; eeienee of war, strateg scientifie(ai) [si-en-tific], adj, wetenschappe a "eientific arrangement, een wetenschap! lijke rangschikking f; a seientifie physicia %. # 2-33. . . . . . . . . . -- S&P geleerd geneesheer m. ..W. ,,W,,W. - o-läsſtic], s, schoolgeleerde, waan-scientifically Is1-en-tºf ic-al-ly], adv. weten [sko-lâsºtiel, adj. schoolsch. scimitar Isſmºmi-tèr], s. sabel f, houwer Esko-läsſtic-al-ly], adv, op een ## seintillant Isin'til-lant], adj. vonkelend, fonke en # ## (heid f. | vonken nabootsende. » m Isko-läs'ti-clzm], s. school geleerd-scintillate Isin'til-late] -ed-in 't Iskoºlt-ast], s, schrijver m. van aanteeke- scintillation Islin-til-la'shun], s. flik .. # # # (teekening f.sciolist Isr’o-list], s, half geleerde m. . ſkoºlt-on], scholiums, uitlegging, aan-seiomachy [si-6mºa-kyl, s, het vechten me niet." # s, school, leer f, en namereial seion Islººun], s. ent, spruit f: , schaduº. andelssch e seiopt(r)ie fer-optiel, adj van de donkere k W seirº hoºity fskºr-rösi-tyj, s, knobbeligheid, harding der klieren ºf » # seierhone Iskºr'rus], adj, met een klierverhardin hun Iskir'rusj, s, verharde klierf. tien ſeſs-ci ta's N sile Isms'sil], adj. s ###3%&## ile ſºll, k tip snijdsel n. h'unl, s. sn #IZ in # g: f. xXx sfz'zurzj, s, pl. schaar ºf 5 a te, een schaar. zºzhurº, s spleet, is , schimpen op. ppen, do N , hoozen uit .. n, wegnemen uit. (uit)hoozer, uitholler, » S » (net n. ## [scôôpenët], s, baggerbeugel m., skope], s, oogmerk, doelwit na, ruimte vrijheid f; to give me ope, vrijen teugel n; to have fall, free scope, de handen bben, volle vrijheid hebben ; scope of bocht # van een kabel. (pen, rotsig. 'u-lus], adj. vol rotsen, vol klip- kór-buſtic], adj, scorbutiek. or-butie-al-iyjadv door de scheur-| affected]. .. h [skortch] -ed-ing, v.t.&i, schroeien, ver- ten, zengen; to seorch linen, linnen zengen; he searched, by the sun, door de zon ge- # : [skore], s, rekening f, gelag m., keep, oor- reden, partituur f, twintigtal ng to pa # n up n geraken, four seore, tachtig, in . ituur, a song in score, een iied op no- pon the score of, op rekening van, ten van , upon the neare of our friend- uit hoofde eore, op nieuwe rekening, op nieuwe & W e koºr apon, this, that sneore, te dien opzichte, # %. een verhat sneore ? om welke reden? Iskore] -ed -ing, v.t. S etten, opteekenen, op noten zetten ; to senre kepen in, inlaten in; to seare out, teeke- wijzen, to seore up, opte niale scored hiſ voor een dubbelen strop. sknºri al, s, (pl. scoriae) 1 -ied -ying, v.t, is .. ####### i-fi-ca'shun J, s, zuivering f. der rsmading, verachting f. ing, vt. versmaden, verachten. s, versmader, spotter m. dj verachtend, trotseh, neora- bagger- van onze vriendschap, en, upon a | febvo-g schrijven, phi, s. seotomy Iscötto myJ, s. # # N 2&3: . . . . . . . . &.38- duizelig seotoneape Escöºto scope 1, s. w het donker te zien. scoundrel Iskbünººdrell, s, fielt, deug *#re' Iskûûn'dre1], adj, gemeen, li achtig, .. » ### N seoundrelianaſskoiin'drel-Izmlas sch # scour [skour] -ed -ing, ## schuren, schoonmaken, zuiveren, reinigen, purgeeren loopen, gaan, waren langs, rennen, the neo eoppers, het keukengereedschap schur a thing from east, de roestv to seonar a rooma, een kamer scho seonar the coast, langs de kust va the sea, de zee zuiveren, to see ur after one, het geheele land door in zoeken , to se our about, zwerm .. rondloopen , to se our away, vluchten ; to se our off, wegsnellen, zie den; to se our through . . . . door . . iſ snellen, senurer Iskourºrer], s, schuurder ºm seonarge Eskiardg], s, zweep ºf, gees slavery in a se ourge, de slav the aa ºod de s seon eekenen, aan- s is, blok met twee metaalschuim # scor s seovv seow, ## ---- -- esmolten vet). luk], s. album, snipperbo in. * "erare, # verlegenheid, on id brengen; to get one's- »erape, zich in verlegenheid brengen, a serape, uit de verlegenheid geraken. pe] -ed-ing, v.t.&i, schrapen, krab- en; to serape the floor, de vloer schu- o serape ivory, ivoor afschrappen, to e carrots or turnips, wortelen, knollen en schrappen, krassen op de viool ; een tje maken, schrappen, to how and serapie, pe out, uitschrappen ; schrapen (as money) : to enschrapen, samenschrapen; se maken, zich erape-penny thra ### fah: # w > schraapsel, afsnijsel, af. , krab t; no great van weinig beteekenis, emeen worden; eerste ka, ed -ing. #ren aan te "# er m ni, hanepooten m. p van snippers uit couranten. s, verlegenheid, moeielijkheid, knel | g state er is t! , s. handvat n, ºppervlakte te # 1. pl. seribble ### sereen a an de ju ######## » serevv Iskrôô], s, schroef f. ; schrok, aarts aard, afperser m., eork serew; kurketrekker justing serevv, stelschroef; coupling oppelschroef; spare screw, waarlooze Archimediama, Archimeden' serevv, sch # Archimedes; endlean, perpetual screw, schrººm zonder eind; female, hollow screw, moer mº eerew, vaarschroef; hand serew, handschroef screw [skrôô] -ed -ing, vt.&i. schroeven, aan schroeven (bv. a pressi, persen, afpersen, wri verwringen (the facel, afpersingen doen, screw a 1oek on a door, een slot aan deur schroeven; to aerew one's zelf in one's favor, zich in iemands gunst dringen," serew down, aanschroeven, met een schroef" ten, dichtschroeven ; to serevv. in, indringen, niet geweld inbrengen ; to screw into, schroeven to serew on, vastschroeven aan, to zere"， ". afpersen, met geweld afdwingen, de eer." " thing out of a persoºn, iemand doen klap to screw any one up to a th #s" ###% ## in, serew-hool. Tskroon #j, # screw-jael. Isk serew-key Tskrô s, schroefkn ros'making], s fa s persoon of zat, [ Vlikej, adj. schroef # bij, s, krabbelschrift, : seribble Iskrrb'bl] -ed -ing, vetº klat # w sen. # # ## d , stum er, arme ing, # schrob # hen Iskrtibºbyl, adj. slecht, armzalig. S uppie Iskrôô'pij, s. zwarigheid f, schroom m., erupel m., "light serupie, klein bezwaar m., toºls ##### have a • eruple, een bezwaar hebben; to remove searrile taktfºthej, adj # * *eruple, een bezwaar uit den weg ruimen. seurrility Iskiir-rſiºr-tyJ, s. laagheid pple Iskroo'plJ -ed-ing, viſ &t. zwarigheid |seurrilloue Iskiirºrt-lisj, adj ken tat, over), waar maken tegen (bv. the searrillouely [skür'ri-lus-ly, ney of an account). N seur wil y [skºurºvi-ly], adv. laag, ANN ter Iskroo pler], s: iemand die bezwaren|seurvineas fskurºvi-nessj, s. schurftight V r tilt m. & f. heid, gierigheid f. # r Iskrôô-pú-lös'I-ty], scrupulousness seurvy [skur'vy], adj, door scheur us-nessJ, E. nauwgezetheid, beschroomd- laag, ### scurvy terman, be roomvalligheid f. "- | drukkingen f: pl. ###### usſskroo'pu-lus], adj. nauwgezet, schroom-ls % vy J, s, scheurbuik f. # al te nauwgezet. steun ºraan ſskar'vy-gráss], s. lepel krô ## schroomvallig seut [skiitJ, s. staart m van een ha ##### adj. te onderzoeken, uit sentatie Iskü'tate], adj, van schale ten, (zer], s, onderzoeker m, vormig, scutate animals, sch Iskru-th'tur], serutinizer [skrôôºtt-ni'' seutel, een fakiit'chun], s, wapen * * e Iskru'ti-nize] -ed -ing, v.t, onderzoe- sen te ſskitsj, s, schaal f, schil s# - (uitpluizend. seuttle Iskiſt'tll, s, kolenbak, # "in zi, Iskru'ti-ni-zingj, adj, uitvorschend, | luik n. [in het dek) ; dagluik n. tiny [skru'ti-myJ. s. onderzoek n..; narrow molen, trippeltred m. s":"", strenge nasporing fº, streng onderzoek n, is euttle (sciſt'tl] -ed -ing, v. toire ſekru'twar], s. schrijftafel f. M gaten boren in den bodem va roozj-ed -ing, vt. drukken, knellen, te doen zinken. S? -- w W sei hutt Iskiit' tl-biitt], s. wolken), haastige vlucht ºf seuttle-eask Isküt' tl-easkJ, s v.i.&t, snellen, loopen, sen als ſektit’tl-fish J, s. V the ſsyra J, s.#" # alon scyth n; , to zeud under hare poten, lisey the [syr -- ---- -- eud over, over- scythe-naan ": [sëa], ºng, ºm een , langs snellen; to #! steling f, geklop n. -- -ing, v.i. worstelen, #: ## g to seafne for, wij heb- hij ing, vi, wegschuilen, loeren, rough nea, ons en; to seen ik behind, half dronken , dange en; to metalk in the sea, gevaren en ong naar buiten, weg- w r; heating w (sluipen. | zee; eho g, sea, holle oot fº, roeiriem m. | | - e volle zee: h. wrikken (aan den aan de ande e de # t ## ----- #### # s scheen uit f. (geboren, op de zee zeeschip in. dj, uit de zee of scheepsjongen m, » h], s, doorbraak f, van de zee. red.], s, scheepsbeschuit f. reëel, s. zeewind » , adj. voor de z J, se zee alf n. .. s, scheepsmuts, schippersmuts Isea chip'tin J, s, zeekapitein m. 1, s, zeeton f. ### ## ee gebouwd. f, andg], s. door de zee veroor- >:- - - - (of omgeven, zee omringd iim is, ## zeemans- eegevecht n. # # ri # 33 83%. . . . . . S3? # #### J -ed -ing, wat zegelen, verzegelen. b. zegelen, to seal a deed, een daad bekrachtigen, to seat a union, een verbintenis bekrachtigen, to meal a better, a pareel, een brief N pakje cacheteeren, dichtlakken; to wealth de lippen sluiten, to meal up, verzegelen, t gelen, sluiten. » ##### » y fº:## s, zeela ti na, ber [seal' bliibº ber), s, robbespek . agraver Iseal'en-grav-er], s. graveur met 1 seater ## s. zegelaar ºm teach sea-letter sea ik terj s, zeebrief m., paspoort sea-like [sea-like J, adj, naar eene zee ge » sealing [seal'ing], s. het zegelen m., bekrachtiging in het vast metselen in, ... .. seaiing-wax Tseal'ing-waks],s. brieven-, zegellak' seal-killer Tseal'kºll-er], s. robbevanger mº seal-ring Tseal'ring], s. zegelring m. seal-skin [seal'skYn], s, robbevel n. searn fseaml, N seam Iseam] -ed -ing, vt. zoomen over with vvo aande, met litteekenen sea-maid Isëa maidj, s meermin f. N sea-man Isea'man], s, zeeman, matroos in: bodied eea-man, sterke zeeman, geschikt. den dienst, thorough sea-man, knap of " zeeman. » manscha s, zoom, naad m., 54 kilogrammen & # beleit NW'. ' WW SWW,N Tsea' man-shºp], s, ze sea-aaap Tsea'map], s atl . sea-marge Tsea' mandg], is zeera sea-mark Isea mark], is zeebak sea-enew Isea nauwl, s, zeemee sea-mile Isea'mileſ, s, zeen 8% 1 seaan ten # ## search for, zoeken naar ; one, a thing, naar iema W to search in een, onderzoeken, n (in); to search into a subject, na- at een onderwerp doen, een zaak ºnderzoeken ; to search out, door na- gen vinden, ontdekken, opsporen. » reher Isertch'er], s. onderzoeker m., searcher ter truth, iemand die waarheid zoekt, near- hearts, onderzoeker der harten. & : : : : : Eſsertch'ingli, adj, doordringend, streng , ing look, een doordringende blik, a 'g wind, een scherpe wind , a search- , een strenge koude. .. giſsertchingj gly Isèrtch'in end oog speurlijk. lene isèrtch'less],adj. ## # loth Esear'clothj, s, gewast doek, wasdoek n. rednese (sear'ed-nessj, s, verdordheid, roeidheid, verhardheid, ongevoeligheid f. iek Tsea'riskJss, gevaar in. van de zee. obber Isea'röbº ber], a. zeeroover m. # aºrôônaj, s. ruime zeef. .. Isea'rn-verl, s, zeeschuimer m. eerpent Tsea'sèr-pent], s, zeeslang f. viee # # s, zeedienst m. , zoekend, met een # J, s, haat na s.. zeeschelp f. s, zeekust f. zeeziekte f. oen n.., tijd, be for a season, een pe t bv # # # # , s. # huiszoeking t. g-lyl, ad ### lsea-tosaed fsea't S. . . . . . . . . . . . . . In d van het par en nºtºire ºver able seat, the Mºunes, het ver tooneel des oorlo ſtapelplaats van den han zijn zetel vestigen , to keep bewaren, to keep one's seat niet opstaan, te restaurae one's hernemen; to take a seat, gaan eate one's seat, zijn ontslag neme seat, ga zitten , country seat, bui tenplaats, Sº: . S. # zetten, vaststellen : to be seated, zi lony seated itself, er vestigt zich te to seat one's self, gaa N i a repast aan een maal sea ter en faſea'termſ ſº .. ealtornj, ad sea-toren ºf sea-town [sea ſteun sea-trade is attra is een tºur en fºse sea-water ſsee waºterij, s, zeew d aldj, adj, d # ººg N g: #### &# 3:33 : y geschikte plaats [ J, s, verborgenheid f. to any one, voor iemand ne-, " , afscheidend, to none, aan niemand ondergeschikt zijn; seet ſsëkt], s, gezindheid, sekte f, aanhang second to none, voor niemand onderdoen, weet master, hoofd in. eener partij " M emand achterstaan, - - 'w , pers 1 ſsée cund], s, getuige, helper ma; seconde f aanhanger m. eener sekte. Iséc'cundJ -ed -ing, vt. bijstaan, hel- sectarianism, sectarism Isèk-ta' ºndersteunen ; to second a motion, een a-rizm], s, sekten geest m., drijverij el, eene motie ondersteunen; sin is second- sectile Isèk'tileJ, adj. kloof, snijd baar. in, zonde volgt zonde. tbijkomend, section [sëk'shun], s. snijding, verdee Isèc'cun-da-ri-ly], adv. ondergeschikt, ling, doorsnede f: , - Iséc'cun-da-ri-nessJ, s. onderge-sectional Isekſshnn-al], adj. ingedeeld, afgedeeld, gesteldheid, hoedanig- van, betreffende of behoorende tot een wijk of al- te zijn f. ,, | deeling; wijksafdeeling, districtsafdeeling. dv. ondergeschikt, bij-sector faëk turj, s, sector m., sector of a sph ever, een vernieuwde bolvormige sector. ---- &%$ er, ondergeschikt amb- seculariſsekſyu-ièr], adj, wereldlijk, honderdja - | zee uiar elergy, de wereldlijke geestelijkheid; helper, ondersteuner m. eular concerns, wereldlijke aangele d erneming, voorstel, enz. ## secular music, #"# muziek; ad faëeſund-handj, adj. uit de tweede risdiction, wereldlijk ed n. ud, opgewarmd, is een lar Isék'yu-lèr], ren, die reeds ge- v d dinner, een opge- is eatsée'cund-stht-ed reacy , NE - TRWE--ES--------- --------- # stellen, beve secure the f # # is: aria: fºk tºt anº, s#"tsektarr, # - en; bel self din temper, self- ## aan self-de ## van ' mºnd eming f. self- W $ 3，- ng, sjorring f.. bindsel seif-enda ſsëlf'ëndzj, s. baatzucht g, blokbindsel f; eross self-esteena Isélf’es-teem'J, s. w # zelven. -- ielf-evideneefself'ev'1-dens],s, kle x 'WWS -'. ::. 8 & self-evident [sèlf évºvi-dent J, adj. e seizing, middelbindsel, tusschen het har elf-evidently Isèlf év'i-dent. ndbindsel; quarter seiziang,ta g f;round # kelijke wijze. . # d # hroat ging, kruis self-existence Isèlf ex-ººst' ens]. N aat weizi w w º J, s. g of a dead eye, hart- self-existent [sélf"ex-Ysttentj, adj indsel w staande. d self-glorious [sélf'glu'ri-öus], adj, , leggen #*#eer [sélf'im-por'tan N # ###### # ter Isélf ſn'te-rëstJ, s, e self-interested ſsëlf in'te-rést-edja selfish Isë J, adj. zelfzuchtig, 'selfish hººr ! sh-ly] baat f, boven in e selection, S een zelfkant. | s, seintoestel m. s], s, gelijkenis fº, schijn ºm vi. #". voorstellen ten halve, , s, heele noot f, # lve cirkel m. -cir"cu-ler], adj, halfrond. coºlon J, s. komma-punt n, mi-di"tone],,s. kleine terts f. #mºtºren ſtij, Eij hair, adj, als een halve #n. s half metaal in, het zaad behoorende. natuprºf. van zaad. | n: tigheid, spren eisen tient Isèn'shent], s, gº Sentient [sën'shent], adj sentiment [sén'tv-ment], s gewaarwordi voel m., #"# gedachte fi, gevoelen na, the timent and t trage, de gedach N # taal; to express ak one's sentin zijn gevoelen, zijn gedachten uitdrukken, ui to propose a sentiment, een toast instell Y -, s#" Isën-ti-mënt'al], adj. le s, begrafenis f. , adj. volgzaam. . a’shus-ness], sequacity # ## # #- earde, een vijfde (vijf en adj. volgend. (volgster f. s, gevolg, fopvolger mº, op # # -ed-ing, v.t.&i. nemen, sequestreeren, af- sequenter from, af- ter one's self, zich af- ttrekken." .. .. erdJ, adj, afgezonderd, waar heeft en dat men houdt ldaan is; a sequestered ## &... . . . . . . . . . . .38- , adj, dat geseques- (sequestratief 'shunj, s, afzond aleis m. van den serenade, avondmuziek tºl 33%; erºpent], s, slang ºf voe serpent-eater Isèrºpent-eat-er], s. se vogel) m. {rend, ik serpentine ſsè'pent-time], adj, slanga serpentine Isèr'pen-tinel, s. groen ma gensteen ºm. 3S&#* . * S&<><< (een ze serpent's-tongue ſsèr-pents'tting], s. tserpet Isèr"petj, s, mand, korf f. serrate [sér'rate] -ed, adj. zaagvo lfserpige # s, dauwworm # # serration Isér-ra'shun], serratur 'f » zaagvormige gedaante f: serried Tsér-ridJ, adj. saamgedrongen, serum Ise'rum], s waterig gedeelt ser van Isèrtvell, s, soort van tijge servant Isèr'vant],s knecht m., 1 m. & fi, die naar m., dienares f; ee state, dienaars van den staat; servant, uw gehoorzame dien maar, mijn neer, to see service, met den vij- have seen service, o in heritance, hee- he first service, het s, kerk-agenda f. » besseboom m. dienstig, dienst- (dienstigheid f. | l-ness], s. nut ne, ge- - set ſsét], part. .. adj rechtmatig; set visit, price, vaste prijs, set ## met paar telijk; a set eye, een vast paalde uren, met phrases, my heart is set upon hing haar welzijn bezig; set on dorsten; set up on mischief, set ſsétj, set, setting, v. plaatsen, richten, bepalen, sch weerstand bieden, inzetten koop bieden, ondergaan ( st worden, uitgaan, op to, onderteekenen, b werk verschaffen; to s zich aan het schrijven op muziek zetten, to se 'W # t, to a stu opschrijven, besluit nederzetten, te net down to set » uren; to set forth, on a jour- r, to net forward, vooruit hel- begunstigen; to set one for- anmoedigen, dr ingen ; to met free, En, he # egenachtig te worden ; to set het geheel afscheiden, versie- erhoogen, prijzen, op reis gaan, drukkers); to set on of upon, zet- ten, aansporen (to, tot), vestigen res on, de oogen vestigen op, en, aanvallen; set upon rijden; to set in, aanvan- forth, vertoomen, is 2# ng J, s, het s vastmaken, het vaststellen; od gaan, het op muziek brengen n.. ; set stars, het ondergaan van de sterren; * of mail, vertrek; setting of th setting do |E# s s # # # eigd; to set on some ! 1 tot; to set naat, aan- ij versieren, het getij; watch setting, aflossing setting in, begin, setting off, v. on: aanhitsing; setting up, vesti ſset/ting-dögl, s. s etting-poſe Isetting-poilel, ersboom m. ngep etting rule ## etting-etiekſsetting-st etting-strop ſsét’ting-strop ettie ſsét tſj, s, zitbank f. ettie is étºt1] -ed -ing, vat.&i, we len, (doen) bedaren, (doen) be bepalen, vereffenen, in orde sc vestigen, zich besluiten, be gedomicilieerd zijn; tas is zijne zaken regelen, orde to settle oneself, zie g, # pl. # -S---------- n het oude testamen v'ver] - ed -ing, v.t.&i. (zich) sche afsnijden, afscheuren, gescheiden, van- 'd worden; to never the head from oofd van het lichaam scheiden, . # t %33;&## hy, ertsel mee en uity, vrienden, sh le Ishäk’klij - ed g, vat. onverbiddelijke ## van shackles Ishäk'klz], s, pl. han eiden zijn, to sever from, scheiden shad Ishâdj, s. elft. f. ## ween, een scheiding maken shaddock Tshâd'duck], s, pom, cheiding bewerkstelligen, scheiden. shade [shâde], s. schaduw, sc g ſsév'er-abij, adj, vatbaar voor scheiding. | weinigje, scherm n.; the trees aff v've-ralJ, adj, verscheiden, onderscheiden; | shade, de boomen verschaffen een leveral armies, vier verschillende legers. | mer; in the shade, in de scha Isév'er-alJ, s afzondering scheiding, split- shade or in the sun, in de sc » N | zon, to throw into the shade, i i-ty], s onderscheiding f. | werpen ; coffee is a sh highe '-al-Ize] -ed -ing, v.t. onder- hooger (in prijs); the (derlijk. | roes, de schimmen w w ## adv. verscheiden, afzon-shade [shade] - ed -ing, v.t. sëv've-ral-tyJ, s, afgescheidenheid f. | schutten, belommeren, schaduwen, ta sëv've-ransj, s afzondering f.. shader tshad derj, s, persoon die schad ng, straf, hard, zaak die in de schaduw stelt f. -- > shades Isha'dz] severe pain, treffend ver evige k d ## toe-, dichtn shotel], s. vo w' er van st fish note, een triller maken, zo sh bij, ontstellen op het zien van 5 tot i n van; to shake ou 3-3. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . : :: w uitsteken; to shake a ship (when shanty ſshân'ty. ka), beweg in een schip brengen shape Tshapel, s, g tapel te loopen. | leest f; the sha » beeiach- &#t m: schilferkooi , shall I go, moet bij (ik gaan shap sharp W # Isha'vingz], s, p. it, doordringende, sel n, schavelingen m, pl. in, een 4 a-shaw ſshaw], s, boschje, *, 1 fowl, mik-vogel eousin, een nicht, aan, een ezelin. # den, maa to shearer [shëar'rer], s. sche shearing-machine Ishear' chine ºf met me with mails, eathe the sw • n, den oorlog stak ### aheating, (punt #, ## herpeſ sheathless W reathleen -bitten -hiting, v.i.] ten opsteken, te stand by # als (briezelaar m.] bij de schoten ; up taeks and , s. dief in het klein, | halzen ! # # , sheepfold Isheep'fold], s.sheet Isheet] -ed -ing, vat ### S&... . . . . . . # gen, bedekken, overtrekken ºp hûk], s. herdersstaf m. schoten voorhalen, j, onnoozel, bloode, bloo. I sheet-anehor Isheet'äng-kür] » . • vi lyJ, adv. op eene "# sheet-bend [sheet 'bendl, s. schoo # ,, (heid fºlsheet-block Isheetſ blöckl, s #io hieëp'ish-ness],s onnooze g:... :: WWWWN--XOWWWN NV # iët Viëra erj, s, schap 'like], adj, als een # # » mäs'ter], s, schapenfokker m. | , s, schapenhok n. # ## 'diing], s, schapenmest f. # liefdelonk m shºnk], s, trompetsteek m. sh ear-er], s, schapenscheer- # » (ren na p'shear'ing], s-, schpensche- N , schaapsvel n. er], s, schapendief m. schapen » N adj. .. theyherd-krak, s." 'herdz-dög], s. her rbet n. va ZE- - AZ hi t hin shane : ze ship shape : ze .. # vooruit ! VW-SVV. .'' W. ''WCW g|ship ſshïpl -ped Ishſpt1 -pin pen, innemen, laden, verschepen, to vervoeren; to ship goods, men et goederen, volk enz. embarkeeren; oara, riemen toeleggen; to sh w het roer aanhangen, to ": oor het ijs shit, n scheepshoutjes inzetten ; to ship p, dat in dienst is, is --------------+------------ , pen insteken; to ship seamen, , la paided a hip, schip met slag- men; to ship on a s in, slechte bij den wind zei- schip dienst in hip zonder lading ; Light W e ent, ienna oonstellen , t daante voorstellen, ien rtooner m. ſ ontmask i, regenbui fi, dro hevige stortbui, al , April shower gºoid, een goudre # #" hagelbui van s -ing, vt.&i beregenen, ovver dovvn, doen ! shower down aapon, te, uitstorten over, rtbad in to ortbad . ortbad geven aan , . een stortbad g la, een stortbad nemen, n overgieten. (droog, ss], adj, zonder regenbuien, we tone Tshrſv'vl] verschrom W ri : "#het halve dj zijdelingsch. pl kantteekeningen f pl. | # ººi, % ## -e-ro-gráf/i-calJ, adj. van of # en op staal ; side rogra- erkunst, eiderographical , staalgravure. ºogºra-fist],s, staalgraveur m, | -e-rögºra-fy J, s, het graveeren op erkunst f. .. » # , valreep r.; to ship the # W 1 buiten boord hangen, di], a. vrouwenzadel m. rijscherm ne, coulisse f. s zijloot f: , die tot een partij behoort, s, schenktafel ºf J, s. het kiezen van partijen. e'vu wil, is gezicht in van ter zijde. de wise ſside'wayzj, adv, van ter dJ, s. zijwind m. inemi W ng aan een s. # r, ngs loopen, tot partij, wis-, sterren behoorende, to gezicht ver hate the sight of 1 hate the sigh oogen zien, te ha slecht, goed uiter k i sight of, het eerst zien, out of sight, iemand niet ō 33 33% to hese one's ##t. het gezicht we know any one by sight, d vs kennen, to be offen # sights, altijd na recover nºrme sight vane, o sextant; naar of a rine, b ings door een ei I-cule], s, schilletje ni, schil m de f. ; iched siik, g: zijde, un ongebie ; naadres w ijde; saw siik, ruwe zijde, wro bewerkte zijde, fiass aiik et V milie, zijdehaspel, nitein en or-lsink-dyer fsrakºdy #. s zijdev siliken [smikte # adj, zijden tas htig ijde gekleed. enJ -ed -ing, v.t. olen m. maken. ## ne ſs Ilkºen-dgin], s. m. 't Isilkºfer-ret loretlint n. öck de f. k" ### # w #" e], s, blon g, silic-man Isr1k'man], silk-naereer s, zijdehandelaar m. veel siik-nuh Isilk'niib], s. s### rovver,sink-th silk-vvºor j, met ten 'a-dger], is gemaakte houding, s m'mi-ler], adj. gelijk, dergelijk, ſma: f. ## kan veel ar [sſm-mi-iër'ri-tyj, s, gelijkheid, gelijke ri-ty], s. oprechtheid f. » d f: » ... ... 'S: ... sinciput Isin'ci-püt], s, voorhoofd, voors Tººrnſt adv. op gelijke wijze, van het hoofd n", voorschedel m. is. gelijkenis, vergelijking fº, sine [sinel, s sinus m. # ï1'1-tüdej, s. gelijkenis, vergelij- sinecure ſs1'ne-cure], n ambt n.. zonder E - - - » << isine die [siºne dreel, adv. in het onbepaal Ym'mil-br], s. spinsbek in, . der bepaalden dag. ſsºmº-ous], adj. # .. sinew isſn'yii], s, zenuw, spier sºm'mer] -ed-ing, v.i.&t. eventjes ko- ninew of war, geld is de l is rºt en » .. sine.vv ſsºn vuij eed -ing, vet, "# handeldrijver m. in gees of # # ## (schuldig isinewed Tsºn sinevvy iſ # c-al], adj, aan simonie sine vriene yu-less], adj, zenuw yj, s, het koopen nu van geestelijke der geeste # # sinful Islin' fûlj, adj, z » sinfully Isſm'ful-lyJ, » m. #sinfulnese ſsſn"fû d -ing, v.i. grimlachen, dom sing ſsºng], sº # ## i en te meesmuiler, grimlacher m #, s. het meesmuilen. nkel, onvermengd, ## N ee plant f: ki # N N spuitwaterflesch f: # # » hevel m. # afzonderlijk, alleen, oprec ::99-98-6. r], s, slurper, lepper m. s, eentonig gezang, psalm- is ippet Tsip'pitj, s... broodsop n. . er], s. enkelvoud nº (gezangn. sir # s. heer, mijnheer m ; * , adj, enkelvoudig, bijzonder, sende benaming f, voor een prieste ler . ## aam, a singular man, een zon- sire [sire], s, vader, sire m., gran m., singular in its kind, eenig in der; great-grand-sire, overgroo all and singular, in het algemeen sire [sire] - ed -ing, vt. voortb in the singular aan in ber, in het ene siren # s. ,sirene, verleidste .. inguiar phenomenon, een op siren Isi'ren], adj, verleidelijk: S » sirenize, [siſren-ize] -ed -ing -la-rist],s..zonderling mensch m. l door verleidelijkheid aanlokken. lärtrity],s, bijzonderheid, zon- sirlo in Isirºloin J, s, harst m., runderlende rd # tot I, sirmark Isir'mark], s, sent f; breath airn la-rize] -ed -ing, v.t. bij- sent der grootste wijdten. W in. sirop, sierup ſsºr'rup], s, stroop f.. (vui , s, snik m., zucht, hik f. sierah Isrr'raj, s. bengel, jongen, schurk, rj, adj, linker, ongelukkig, nood- siraped Isrrºruptj, sirººpy isfr'rup-pyJ, adj oneerlijk. siskin Isis'kin], s, seisje in. » s], adj, linksch, verkeerd, siss ſsſssj -ed -ing, v.i. sissen. # i-lyj, adv. op een verkeer- sister Isms'ter], s, zuster f; a sister in law, » # & 33 % . .3,3 :: 82.333 schoonzuster; the nine sisters, de za men; elder sister, oudere zuster; the fate ters, de schikgodinnen, foster sister, ter, half sister, halve zuster, . # ºr van vaders ::::::::38 . . . **eore S - ::-..., # tºeld # : # n stoel blijven zitten. situated Isºtºtyu-a-ted], al ## laatst tin, inl; how W # W Isſtºtyu-a's! » erekening f: in a situation, in een be- out ºf a situation, buiten betrekking. dj zes, -, na zestal m. ild], adj, zesvoudig. W ee ſsſks/pens], na zesstuiverstuk n, re Isſks'score], adj. honderd en twintig. een], adj, zestien; -, zestiental n. teenth 1, adj, zestiende, .. J, adj, zesde. & &# : 'lyJ, adv. ten zesde. Iks'ti-eth], adj, zestigste. .. ſks'ty], adj. zestig; -, zestigtal n. # idj, aanmerkelijk, dik, groot, # > » t te Cambridge, die vrijen aat fi, gesteldheid f, lijm- , fu11, natural size, volle, vt. naar de grootte schik- x en pas maken, rijken, met *## ## # #iena. . . | g, broeding fº, sitting ": heid f. # kiiiles #"# adj. onervaren. shun], s, ligging fi, toestand, slingeren of werpen even aanraken. kimble-seambie #" in om te .. # My ### Ee: taktiiiiiiiºneesj, 5. , is in is het skim Iskfm] -med - ming, v. afscheppen, to n; to skirar o schuimen, #", to skim over, vluchtig over iets stendig, wild, zwervend, vluchtig, skimmer [skim' mer], s, schuimspaa slº in Ein: firm intikj, t slain [skºſnj, s, huid ºf, vel, led mei eaif skin, kalfsvel; to a huid bereiden, dressed slein dressed skin, onbereide skin and fresh, het vel lijf dragen, to be nothing niets dan wel en been he but nearer is my dan de rok, # # InJ -ned -ning, v.t. iedekken, licht bede # ------ de d pret van sling. anger Isläng' wân-ger], s kl, adj. lang en schraal lanting, adj, schuin ht, een schuinsei ant ting ge W # r m., slaat of wi g-lyj, slant , zel, adv, scheef, 3 b #e <. . . . . . . . » d door lucht, # de s àp 1 p, eensklaps. ka $ 3:: % # ed Islâ rheven. slâpt a maan of d een middelmatig v slenderly [slën 'd slenderen een 3.:S schraalheid, ºl, s, slede voerder m. siept f ept], 1 W blinkend, zacht. ,.. siew IslooJ, pret van al g, vt. glad maken, polijsten, isliee IsliceJ, s. sneedje in s, gladheid f. braadpan, wig f: slice of hi b e], s, polijststeen m. brood ºf ; fire aliee, stookhaak m. # found alee sliceſ: T## # # : sneedjes #%&# # #%&: . en ºm # net laap, p, inslapen, to 1u11 to to overcome, to over: .. ## # é&#% ## afglijden va veranderen of om to vary the s ;l woord inschuiv e verander gaan. (per m. |SI m., kruiper, slui-sli dun, sii ing, v.i.&t. slippen, slitting lippen, laten glippen, slitting-mili [s w - , laten voorbijgaan, sjiver # (h ds), afsnijden (een stek van een stuk, lint, band n fwerpen, ontijdig werpen; any foot ship-sliver , mijn gleed uit, I slipped and feil, in de gleed uit viel; to Het ship, loslaten, laten sloat Is loats [sloats], s, pl. wagenste # ber [slöbº ber] -ed ing ºbbery [slöb' ## * » ### ship, een gele- bij aan : to º",'' N-VA.' 'A W .. ders te lokken. w an error may sloe [sloe], s. slee, sleepruim f. # fout in -|sloe-tree [sloe'trëë], # #a:' [slo’gan] # # # |s: ## >> # en grºte # 11g- 2& #### gelyJ, schaar f. er tslag .. # , trage, pe, # ik m., neerhangen van utch J -ed - ing, v.i. &t, een loggen, # g hebben, de oogen neergesla- loopen, zeer dom voor zich mee n drukken (the hat). g], adj. neerhangend, oos. slijkput m. moeras m., zinkput, vuilnisput, afgeworpen slangenhuid, korst, leger in, van een wild zwijn. ing, v.i. (off) de roof, het rond) wegnemen, # dj. modderig, moerassig, vuil. 1,morsig menschema, morsebelf. vn-li-ness], s. slordigheid vuil- zaamheid ºf ..." log, dj, vuil, morsig, onacht- adv. op vuile, morsige wijze, sluiee- slaan. Is Jislum herlees Islüm'ber-less], a W <38-><%;&# J, s1 zaam. # doorzakken banees # lgºg ## eid, hartstocht heid ! slexiee # , s. sluis t., verlaat, al sluiee ſslôôsj -ed [slôôst] -ing, v zen aftappen, laten loopen, afla sluizen, door sluisdeuren uitlaten, ## Lsloos-gate], s, sluisd riee-ſteeper Islôôs/keep-er], sluier # Weyl, adj, stroomend, [sliim J, s. laantje, donker str siunaber ſsliim'berj, s. sluime siumaher ſsliim'ber] -ed -ing, vi,8 meren, slapen, # # sfumberer [sliimº ber-rer], s. sluimeraar slumberingly # # -ly ## sluraherous Isliim'be » J, adj, slaapverwekkend, slapend. slump Isliimpl -ed -in 'an sneeuw >- #l ruiker, snuffels r m. # , s, tafelschuimer m 'fröc # # #g ek in niea- et aam rieke: p | aangenaam, goe # | riekend, riekend, snelling [smé1'ling], s, het eti w saneiling-bottleſsmél 'lin 'tij, s, reuk! en smette moek Ismaëll'smöck], s. een verwijfde in sameft Ismaëlt], pret, and an smell. éltij , smelten, zuiv van eitſsmêltje #, vat. erts à -in # vt.&i. rooken (a- in igar), opsporen, ontdekke ertoornen te smokke fer, lij t; to annoice over, voortsnellen gen spoed, dat er een stofwolk aat, door rook verdrijven, uit- blackj bx], s, rookk , s roetzwart n. rookkast f. nace[smoke'burning-far-nace) moke' k .. # ##### ### reer [smoke'dis-pèrs’erd, s. m rook te verdrijven m. & #n -ied -ying, vt. in den smoke'far'raing], s, haardstee- rookver- dºen. N ſsmoke'djack], s. braadspit dat door ## S. . . . . . . . . . . . s], adj, zonder rook. pej, s. schoorsteen in. s, rooker m. . . . yJ, adv. vol rook, rookerig, 1-ness 1, s, rookerigheid f. ZEWS3 gerôôm], s. rookkamer fº, snack » . Zº. .. # ººi . & .. 11, honigdauw, zwart maken, - smuttiny ſsmüt'ti-lyJ, adv. v. samuttinesseſsmüt'ti-ness J, » snutty [smiit 'tyl, adj, berookt snabbie Isnäbº blij - ed -ing, nden, gulzig en geheel eten Isnäck], s, aandeel, snacks, met iemand smaeker ## s, d snacket Isnäck'etj, s, gren ren en vensters m, Isnaſne ſsnäffl.1, s. kaproen m., tr snaffle IsnäfflI -ed -ing, N snag Isnäg], s, kwast, bult, smagged [snäg/ged], snagg snºggle fºnºg g!! ed iſ nen, vreemde gebaren maak saai, Ismail J, s, huisjesslak # in # <....S2，-. :S: ex- .. te] -ed-ing, v.i.&t, bespie- -ed, spelt, spel, n ſon, over), speculeeren len, betooveren, bezweren, aflossen toe #beschouwen, » met moeite en als het ware spellende ontd. ëe-yu-laſshun], s, bespiegeling, be- to spell the pump, aflossen aan de po ### » [spée-yu-la' flosse g, speculatie ºf houwend, speltisound # adj. door too tive ## adj, bespiegelend, be-speller [spel'ler], s, speller m. (geboeid, be tively [sp cyniativ#j, adv. op een be- spelling [spël' #, s, spelling ºf nde wijze, speculatively true, waar in spelling-book ſspel' ling-blik], s. # (lant m. |spe11-stopped [spëll'stopd], adj. # # ëe-yu-laſtür], s. bespiegelaar, een tooverslag. » (verwoor # u-la-toery J, # zich aan be-spell-word ## s, bekoorlijkheid ºf aan #nerins overgevende, bespie-spell-work [spëll' wurkj, s, tooverkracht ind, # spelt Ispélt J, s, spelt f. # s. spiegel m. > steiner späiverj, is. zink n. - - - - - - - - - - - taal, redevoering, aan- speneer Ispën'cer],s. spenser m. .. rededeeln., long- spend [spendJ, spent ## spendin ## ; net uitgeven (as #). verteren, verkwist ven doen, zijn gel b teden, ver to spend one's time, . d spend a ship's len; to spend o spillen, to spend a ## b zich u # ## en te mere, zº weg in one's sphere, in zijn aat is out of your sphere, dat is bo- ſfeer] -ed -ing, v.t, bolrond maken. rºriel, spherical Isfër'ric-al], adj, bol- lvormig, epherie shot, ronde kogel, # ## met ronde kogels. e-al-ly], adv. als een bol. - # #ºl, sphericity [sfe- J, & :: 3 %,3%:::::3 .. ### f.; to have a spice of, zwee- some »piee of learnin ta:" zweem -ed [spi'st] -ing, vt. kruiden, krui- spice àp-plJ, s. ## 1 bread ## te'gſmºdger-br º spice 'ntit], s. pepernoot m. ## specerijkamer f. J, ad ; spiek and span new, ## # , e- eper- 's ## m. cer], s, kruidenier, specerijhandelaar m. . 1e isp'ſnººdli ed -ing, vi indie-reg Tspin'dl-lég], sº s spindle-shanked I # shäng spindle-shaped Ispſnººdl-shapt], adj, spine (spine], s. "# aat fi, doren ºm, spinel ſspiºnel], s, bleekroode robijn m. spink [spºink], s, vink m. spinner fspïn/ner J, s, spinner m. # spinning [spïn 'ning], s, het spinnen nºg ning, het fijn spinnen spinning-jenny. Is spinning-machine .. machine ºf t zonder kar). # *#ns "in [epſmºning-mºll J, s, spinne riek), # # # I(w spinning-room [spºn'ning-rôôm] N ## ning-hweel: spinosity ſspi-nösºsſ-ty], s. doornighe heid, neteligheid f: spinous ſspiºnusj, spiny Isprºny spinster [spºn'ster], s. spinster spinstry Espin'stry], s, spinsel n. spiracle ſºpºta-k, is. opening ºf spira1 ſsp1'ral], adj. schroef spira1-spring, s, schr spira1-stairease, s, wentelt pi-ra's hun J, , de lange spijker met een # apiice, marlspij--| eren, vernagelen, dicht maken. nonten nagel m. | evendig, vurig, moedig, | | onversaagd; high spi- ovv spirited, .. irited, t zeer veel karakter; ler karakter; narrow spirited, met een ra:#i poor # zonder hart, # ag; publi e spirited, met lief- arakter, laag ; pu .. oor het algemeen welvaren bezield; tame spi- d, zonder hart, week; to be spirited, hart kter hebben, vol leven, vol vuur zijn; to make, en der lovy spirited, ter meer slaan. tedly [spººr rit-ed-lyl, adv. vurig. tedaness Tspir'rit-ed-n # # itedness, onversaagdheid, high spiritedness, tter, lovv spiritedness, paor spiritedness, is van karakter, laagheid, narrow »pirited- , beperktheid van geest, publie spirited- oor het algemeen welvaren: » Ispïrº rit less], adj. levenloos, geesteloos. manessa ºpterelen meel, s, geesteloosheid, htigheid f. :::::::::::: . . . . . . . . 3 (geestig. us Ispïr-rit-us], adj, verfijnd, vlug, vurig, usiness Ispïr'rit-us-ness], s. vurigheid In » ſopwekkend, # den geest stiering tsprrrit-star-ring), gees ; a repiri- [spir'ri-tu-al], adj.. rson, een geestelij he spiritual ## f, inkomsten t pl. van een gees- u-al-lize] -ed-iug. v.t. op- est trekken uit, overhalen, in ,isplay ſsplay] -ed s. vurigheidt, boials spleenful fsplëën 'fu f, splendid Ispl »erson, een elijke, the # biss hoppen, die in het hoogerhuis zit- ''ri-tu-ä1'1-ty], s. geestelijkheid, . spienitive, ##### spliein #! [split : # "## kwispeldoor f. . splash [splâsh], s. bespatting, beslijking f. splash # -ed isplâsht] -ing, vt. spatten, beslijken, spatten, plassen. » splash-board ºplas 'boardj, s. alijkbord n. splashy ſsplâsh y], adj, slijkerig. splay ſisplay], adj, afgelegen. *# y-foot [splay'füt], s, platvoe buitenwaarts gedraaide voeten. splay-footed Tsplay'fut'ted], adj. splay-mouthed Isplay'motiradj, spleen Ispleën], s, milt, miltzuch ## zwaarmoedigheid f., haat, wrok ºm.; to ex the spleen fronn, de milt uitsnijden , t any one's spleen, iemands toorn opwek vent one's ºpleen, zijn toorn lucht geven, ºfmij, spleens, adj verd zwaarmoedig, (m spleen-siek #d, adj, miltzuchtig, splendent # in 'dentj, adj, blinkend, glinste n"did],adj, prachtig, kostelijk did wietory, schitterende overwinning; * feast, luisterrijk feest, splendid W voortreffelijke faam. & # # ## splendidly ſsplën' did-ly], adv. prachtig. splendidness ſsplën' did-ness], s. 1 # iltz splenie ſal) Isplën'nicj, adj, van de » # ën'ni-tſv], adj. heet, storig, prikkelbaar. t li spliee Isplice], s. splitsing wat spine # contrasplits; ent in double dubbele splitsing, eye spliee, oogsplitsing long ºpliee, korte, lange # #" # splitshoorn in iplieing-fid Ispli'cin kuil f. .. # #ºr is splin tik w. advocaat m., ar m., •ptiºn E: . s.s iplitſing bleekj, s kloofblok n. nºg s, gedruis, gewoel n. 3,- . # gedr -ed-ing, vie rammelen: lutſterſ split # .. º itter I ## spoil ## j s, roof, buit m. .. telen, spoll] -ed - tº-ing, v.t.&i, rooven, beroo- verwoesten, bederven, vernielen ; to spoil of, N...NAN: 'N, XS &#& nii any one of a thing, steken, hem dwarsboomen. # # pret van speak. en tspoºkn rt, van speak. % # e'shave], s, haal-, snijmes n. # man],s, spreker, woordvoerder m. poli-atel-ed-ing,v.t, ki, berooven, ro &#### N » ( verwoesting f, 1J, s wervelbeen n. #it Eshun],-. berooving, plundering, sparej w » kloofmesºn. | lijter, spouwer, kloover m., | ; to make any one ; to make sport wit voor den gek houden , to be up eelbal voor iemand zijn; for om zich te vermaken, om te sp .. uit scherts, kortswijl. # sport [sport1-ed -ing, vt.&i. (zich) verlustigen, spelen, schertsen ; to zelf, zich vermaken, te sport one's zich vermaken ten koste van; to sport o in, zich vermaken met, juichen in te spon self with, zich verlustigen met ; to sport spelen langs, over te sport at a p. een spel onledig houden of beuzelen met, -ing, vat.&i, sponsen, af-, ºf sport , "en sponzig wor- # w u wel W rang te Wº en dag kome voorschijn komen, te sp springen; g from, springen van, komen uit, vo ruiten; a light breezen up from the northward, een licht win op uit het noorden; to spring in, zie E : in; to spring into, springen in, t forth into, zich uitbrei- into birth, ontstaan; to spring of afspri spreiden op ; to sprea to spring on of upon, voortspringen, sp n, uitpakken ; to b op, aanvallen ; to spring out springen jn me << >>---><< buiten werpen; to spring out of, ontsp uit, voortspruiten uit, to spring over 2 gen; te spring up, op gen, # voor den dag komen, geboren worde bo den, bloeien, vooruitkomen, opschieten, toe through, springen door, schieten door; :: to, springen naar; to spring to light, aan licht komen, voor den #### anri - to life, ontsj w -- s je, takje n. (s nieuw uitspr # # bloempjes ver- werp herleven gyJ, adj, vol sp t # Kr doen b 's # k ng th dof, gees N # ## sprenk ##tooter in ruimd, darte spr g'er J, s. opstooter me levendig, vroo f # 'nelJ., s. trechter. sprº # , bron I., we ); relaxed prin in the spri uitschieten panne # art. van spring. ing,vi, opschieten opgroeien, is g, en sterk mensch m. adv. jeugdig, vlug & ig, levendig, wakker, voºrt via # springlevend. ## #es # » ## N d E# vi, schuimen. tºer-bus], adj, schuimend. spanny [spu'my], adj, schui- d part van spin. (mend. ### # sponger. % 33 X ness], sº z. sponginess, squ Ispündging-hous], s, gevangenis is WRX pongeous, mee, N. IN wam n. # n], s, schiemansgaren in, # #, #oorslag m. ,,Is steeks # # haas # . # naar wensch; j.sq t toppen en brassen, voortkru » . s, vierkant kruis n..isatirr. Iskwirr] - ed -ing, vit, 'deal'ing], s, rechtschapen-squirrel #eij, Eiboºt J, s. stroowijl f. (heid f, squirt Iskwirt], s, spuit f, straa hreffra'mes],s, pl, schulpzaag f, lºsquirt [skwirtJ -ed -ing, v. te'nessl, s. vierkantheid ºf <...3 ... >--; 3. :: S.. 38. - 3 ... ... 3 S.: ; : : : : :-S. WNTW-WWWWWW... 'R'W-- - - - - -N , s. twister m., twistster f. ire'rfgºgedij, adj, met raas of aill, s. hreefok f. (razeilen. Is 'sailzj, s, pl. razeilen, vier- ken; ## 3 E3 # ### the heart, iemands hart doors ## ware'stèrndj,adj, met een plat one to the hearth, iemands hart grieven, N ,,s ouderwetsch man m. stah any one's reputation, iemands ärdj, s, ra die rechthoekige naam een doodelijken slag toebrengen ; e. # | word stabs, ieder woord veroorzaakt een d Ish], adj. ## | |delijke wonde. s, iets dat licht gekneusd wordt, stabber [stab'ber], s. persoon » mpoen f. # .. K&G. . vt. kneuzen. 't Ista-br1'1-ment], l: s. hert n. # de ºver dg],s. stellage f.., tooneel m., uwpl gaan ; tion na, pleisterplaats fi, postwagen, trap m,5 | gaan, several stages of human life, de verschil-stair- de tijdperken van het menschelijk leven; the first stages, de eerste perioden (van een # front of the stage, voorgedeelte van een tooneel; to come on, apon the stage, op het tooneel ZW&Zº... Vººr » zº... ---- -- komen, to get ## for the stage, op het too-staire ## s, pl. aanlegsteiger m: neel brengen; to leave, to quit the stage, het stair-work [stair wurkJ, s... onecht k: tooneel verlaten; by short stages, met kleine Istakej, s, staak, paal, inzet ! reizen, cable stage, kabelstelling; floating stalke, op het spel staan, to lay at at "tage, timmervlot; hanging stage, hangstelling. | spel zetten; his honor lies at ºt e Ista'dg] -ed-ing, v.t. op het tooneel bren- staat op het spel; to be at or W Doneele voeren, vertoonen, | to play one's stake, zijn lage-box Ista'dg-böx],s. logef, in een schouwburg | len; to draw staken, den inzet t stage-coach Está'dg-coatchj, s. diligence f. , | perish at a stake, sterven op *tage-dancer Ista'dg-dan-cer], s. iemand die op de | to sweep staken, alles wegstrijken ( " en danst, hansworst m. (diligence. | he goes to it like a bear to the ## s, voerman m, eener er met tegenzin aan. lijke trap ; steep E". ach W # stair eime vvinding stair-ease, wenteltrap. 3& , s. wisselpaard m. stake [stake] -ed Ista'kt] -ing # g' in J, s, postduif f. | de waagschaal zetten, met palen , s, tooneelspel n. | len; to a take out, bakens 'er], ºneelspeler m. | merken; to take a YNX8RV stalactical Is staſiaetite fsta # # # # ren), + ma |fstaielyſstale'ly],a stalemate [stale'm ta W s] met een stalletje ### g-lyJ,adv. op sta is. zeg pel m., merk, tee- 9. aat f. , naam m., aanzien n.. soort ! » f, met den voet, ertsstamper *., te bear the stamp of, den stempel dragen an; men, of the same stamp, mannen van elfde slag. p [stämp] -ed , stampvoeten, 1 en; to tamp nten in, to • , s, stempelsnijder m. s. zegelrecht in # tempeld, gezegeld, ge- # ton blijft, worpen zijn; the ene na to stand, te zwak zijn om zich staand den; the mind stands vanmoved, de s onwankelbaar; to stand in awe, vreet", eerbiedigen; to stand in the highest ran den hoogsten rang geplaatst zijn, to stan round, # standpunt handhaven; to stand et vijandelijk vuur doorstaan; to stand de proef doorstaan, to stand resigned, on". 4- w y will not sta vijand zal zich niet verdedigen; to stand * zich rustig houden, zich ophouden, op een standplaats blijven; to stand ahout, in staan, staan om, omringen; to stand asi zijde staan, ter zijde gaan, uit b# weg gaan w bieden, tand zijn tegen, to sta d # to staand ## weerstand zetten tegen, bes tween, staan tusschen, to stand betwi den weg staan, hinderen, to stand by, om steunen, steunen, zich houden bij, bijstaan, tºen woordig zijn; to stand for, staan naa | ken, verdedigen; to stand # #"# to stand in, k # <---------- -------- for, binnen le zijn van t ouden; to stand on the sturen, to stand - een opgegeven 3. '- - harden, staande houden; to stand te ke standaar ºrd opric a standing - ; standing rules, vaste, len, standing anants, masten , ar zee sturen, standing back- K&G. . S3: 3-;& S: ... 3 . . . . . . . . R8 S& $3:33 333.32 % pe # de vrienden, aan officer of tong sta ambtenaar van lange dienstjaren ; a eo stus ing, een aloud gebruik, a #e # een man van hoogen rang. out [ständ'ing-out], adj. uitstaande, ach- lace # , s. staanplaats f. ek Eständling-trick J, s. degenstok m. tändish], s. schrijfdoost, schrijfkistje, # s, standpunt in, » (11], s. stilstand m., stilstaan n. tang m., staaf f., , boom tmeetroede f. » . in stink. tot tien behoorende, tin,.. s kram fº, stapel m., sta # p # h # nei staren |st- starehness Ist r: , s. stij stare [stare], s, starende blik m, stare # -ed -ing, v.i. &t. met verwondering aanstaren, to s in het oog vallen, hand daar zijn, in het oog spring afnietion, mijn droefheid, » wen; to stare on, staren op, rondstaren; to stare a person out solution, iemand door een blik van # to stare any one do (door hem aan te staren) de oogen star-fort [star'fortl, s, sterrescha star-gazer f: ga het is, ete # g in the duidelijk klaar star-gazine tatar en zin, staringly Ista'ring-ly. stark, tark 1, reed IstärdJ, ººst i11 starred, onder tart [startd., plots start [start], s. # telten Lºs irt/füi ## nderhevigheid aan ing, huivering, schic # f, maan, staatsdienaar m. (staa --------- ting [stärtſing], adj. schrikkend ; a starting statesmanshi g: ## s, staatkunde begin van een wedloop, ta starting hole, |statie [stätºi r statical [stät'ic-alJ, adj. tot t.. , , , ,, , , evenwicht behoorend. , (stati tärtſing-ly], adv. bij rukken, met hor-|staties [stättics], s. pl. leer van het ev met tusschenpoozen. ,,. , station Ista'shun], s. standplaats f, post, rang ---- ishi, startlish [stärt'lish], adj. | station ne, to take one's station, zijn plaats" tig (as a - horee). - - - - - - - - - - - men, zich plaatsen; to resume a station, (star'tl] - ed -ing, v.i.&t. (doen) trillen, post hernemen; the first politiea1 sta w ºrschrikken, schrik aanjagen, to startte eerste rang in de staatkundige werel, # n voor, to startte any awar, iemand life, maatschappelijke stellin k verdrijven. # '- w tion, in den middelstand; goo stärtſling], adj, verrassend, onverwacht. | choring station, goede plaats o ---------- -- tart'tip], s parvenu m., gelukskind n: | te ankeren, na van station, marinehaven. ,, [stär-va'shun], s, gebrek n..; to be in station Ista'shun] -ed -ing, vt. plaatsen, zetten M arvation, van honger sterven. | stellen (bv. at the head of) d ing, vi&t, uithongeren, van ## » Ehrek lijden, to starve tionary system, stelsel W 8 ). w stationary # adj. st ## 4! ## n vaste werkt station er ſsta'shun-er], s. papierverkooper in van koude sterven; to starve a gar- stationery Ista'shun-a-ry J, s, schrijfb w garnizoen van honger doen omkomen, stationery # adj, van of betrekt » ## # one into, iemand door honger een handelaar in schrij jfbehoeften. # # station-house Ista'shun-hous], is politiekan", # hongerig, uitgehongerd. ,station-master Esta'shan-más-ter], s. stati gj, s uitgehongerd dieren, of m. op spoorwegen. #& '- lant f. statist # s, staatsman, staatku bepaald, vastgesteld. statistie. Ista-tïs'tic], statistieal [st ister m., pracht f: ; naar- adj, statistiek; betrekkelijk de staathuis staat ; single state, onge- staathuishoudkundig. . . . eneral, staten-generaal, statistieiants -tºsh'an],s staathuisho chtigheid, met staatsie, in statistica Ista-tïs'tics], s. sing or p! d, good state, ary [stätºtyu-a-ry J,s.beeldhou in slechten, goeden houwer m., standbeeld n. taat - i eep state, zijn waardig, sfatue [stätºtyuJ, ## n state, op een paradebed | statue, ruiterstand.be iton of a ship's ae-, seated, een beeld in zi t to raise a statue, ee statue [stät'tyüJ - b plaatsen, opst tatuette Istät-tyu-ët ure [stätty tive, lovv, ; high S # N g, aat stay, voc W&N ramstag', fo -gallant stay', N ## 3 > . . . . .3 -- ---- -- -- -->S. etingale state, snavelstag # naaia-top atay, botstengestag, # # stay, groot amstag; mizzen stay, bezaanstag; anizzen- val naast stay, bovengrietjesstag; noºizzen-top r, kruisstag, mizzen-top ganant stay, griet- # stay of a mail, staand lijk van een stag- hing stay, stampstag; running stay, g lag. , ſetay], staid IstaidJ, blijven, steunen, tegen-, terughouden, weer- en, ondersteunen; to stay on, aapon, steu- ertrouwen op ; to stay one's presence, egenwoordigheid van iemand afwachten, to stay stormach, de maag versterken, den honger n; a ship that will not stay, een schip in de wending weigert; to command to r, bevelen te wachten, stand te houden, to away, weggaan, verwijderd blijven, zich ver- na zich afzonderen , #3% $#%# ## Zº rjº s, kors N pl. dammen na. pl. van a pair of -taxe, .. pl: re-top-g W %. , kluiverleider, jib boom stay, staying, vist. wach-l » marrna ingaan, ter en # al a look, een steelschen steal away, afleiden (bv. the en pen; to steal aapon one, ieman steal a step up on one, iemand voorko de loef afsteken, to steal a march in enemy, den vijand een dagmarsel steal along over, zacht voortglijden stealer [steal'er J, s. dief m. stealing [steal'ing], s, ontvreemding simple stealing, eenvoudige diefst in a dvveiling house, diefstal in ee huis; stealings, pl. gestolen goed. stealing in Isteal'ing-lyJ, adv. steelswijze stealth fstélth],s.tdieverijf,fdiefstal na. ter sluik, steelswijze. # steam Isteam], s. stoom m., dry satura droge stoom, verzadigde stoom; aan steanen, overhitte stoom ; under st ing, stoomende, steam and exh stoomdoortochten, was te steann pi &#g voerpijp, with the stearn on, onder stoom all the steam on, onder vollen stoo off the steana, den # afsl ted # rate steam, stoom voortbre stearn on, stoom toelaten, t oza, stoom toegelaten hebb on, volle stoom toeg in aan, de stoorn is ! up, de stoom is op, men be steam tight, stoomdi ## # -ed -ing, v. pen; the vessel steamed out en » stoomde de haven uit, te een po 1, op den wind lig- appele noºrden ºf door om te wenden, 1 ste (vervangen. Is doen, dienen, standvastig; je staal in sta-is ; biister steel,j steel, gegoten # hers, mannetjes, eten, schip met uitwaai t, stem [stëm] -med -m loop stuiten, keeren; S dood zeilen, tegen st ### ## #, dj, stinkend. ea n ter], » s. stiefvader m. tºer], s stiefzuster f. s. stiefzoon m, W .. s, uitgestrekt, onbebouwd gras- d, steppe f. , s, paard n. dat goed loopt, ##### » èr"co-ra'she-us], stereorated van mest, drekkig, bemest. -ra-ryl, s, mesthok ne, mest- ºer-co-ra'shun], s besmetting f. Istër-re-ögºra-fy],s, beschrijving f: van # (lichamen, re-ömºe-try J,s. meting van f vaste tër-re-ös'enpej, s. stereoscoop m. opie [stë-re-o-sco onyſstër-e-ötto-myl, te lichamen. .. » & . . . . . . : W s, stereotype f. S o-ty-pög'ra-fer], s, ste- J, er-e- r-e-o-ty-pög'ra-ty), s. het ter vormen. # ########## # s. onvruchtbaarheid ºf # d -ing, v.t. onvrucht | #, stiefdochter f, | iefvader in # pici, adj, stereoscopisch. - is het snijden n, van 1 he household, 's high stevvard, lord opperree ## steward, hofmeester van den kapitein room, bottelarij f. # stewardship Estuwerd-ship 1,s, rentmee stevv-pan [stuw'pän], s. stoofpa .. # stevv-pond [stuwt# is, wist [stuwt #e we genººt Estivºrº ºp 'Pol # stibial ſe tºt stie: #g, sº tokº, schilderstok, amai stieira, ken om te # a nti een pijp zegellak; eonap #aii tici, stokje, s low with a stie stok, head en woofding s stiek Istſck] steken, insteken kleven, vast zi varkens haperen n. # ing, vi, ijveren (for, voor), issen. # # bäck], s. stekelbaars m. getuige bij een tweegevecht, sti » ekler for the senate, een sting Isting senaat, he is a great m. (of a wijt zich dapper daarin, tot de knaging f. des gew zeer gesteld zijn sting [strºng], stung top iets. | ken; to be *:# » # # WºW... --I. . . Zº ken ; ,,stevig (as - paper) : stiff kweld; ten nºg snel te hout, stiff with gold, stijf mij een dolksteek in het ha stijve wind; stiff ship, stijfjstingiiy Listin'dgi-lyJ, adv. v. dig overhelt, a stiff man, sting in een ſstïn'dgſ- # eren ; a stift style,isting less fsting'less] N # og, sterke grog; to stingo [sting gol, sº oud stiff, stijf worden; to standjstingy Istandgyl, adj. hek buigzaam zijn, niet buigen, as stinik Estingkj, s, stank m. als een stok, stiff to stink Istingkj, g edigen, stinken; it stinka here, h in s , stijf, of, stinken naar. worden; to stiffen stian Brard nºg ººk ied gehard worden, stink in j, halsstarrig, onver- stink-1 is: #j e" stinter iſ stinter], s. 1 stipe Estipel, s, stam, stenge ## » opsta p, roeren (bv, t N % # # ### }, verwekken (bv. een Istirſa-boiit], s, dikke pap, brij, roerom f. [stir'rer], s, die beweegt; early stirrer, morgens vroeg bij de hand is. r-up ſstir'rer-up], s. opruier, aanzetter, uit- mº, uitdaagster f., bewerker m., to be the aanzetten, opruien, de bewerker zijn ing], adj, opwekkend, roerend. Ivan. 83 % # s stijgbeugel met to be firm hie stirrupa, stevig in zijn stijgbeugel zijn , have one's foot in the stirrup, zijn voet n stijgbeugel hebben , iron stirrup, kat- sti p of the horsen, springpaard. p-eur » *],s, afscheidsdronk m., glaasje n, op de valreep. # fstºtch J. s.. steek m., erass stiteh, kruise teh rup-glass [stIr'rup-cup, stïr'rup- ; back stitch, achtersteek, stiksteek; lon zijde, to let down a stitch, een steek la- allen; to take up a stitch, een steek opne- eut, to set a •iitch to, een steek doen aan. - ed -ing, v.t, naaien, innaaien, ist teis down, glad aannaaien , tojº itch ſstrten en ; to r, sa .. len. samen hechten, te stitch up, n ta rent), herstellen. :ht-liek Istitch 'bijk . d oppen #ers p- tikken, staven, “ # m. , aanzetten, aansporen (bv. ion), opwekken (the mind, den geest, , lange steek; metitels in the side, steekt ag # » een vijver met visch voorzien chor, een anker stokken, 83 to be well stoeited with linen, men voorzien zijn, to stock up, stock with, voorzien van stoelk-adventurer [stöck ad-vën'tyu stoek-broker Istöck'bro-ker], s. stock-dove fstöck'düvJ, s, houtduif f. e stoek-exchange ſetöck'ex-tchan'dge], s. beurs, maatschappij ºf stoele-fish Istöckºfish J,s, stokvisch m. (tenhe stoeis-holder Estöck'hold-erſ, s. actiehouder, stoeie-horne ſstöck'hors], s, pakpaard, lastpa stoeking [stöcking J, s, kous af. stocking ſstöckling] -ed -ing, v.t stoeking-breeches [stöck'ing-bree broek f, met kousen er aan vast, stocking-frame Istöck'ing-främe], s. w om kousen enz. te weven. # stocking-knitter [stöck'ing-nºt-ter] breier m., kousen breister f. stocking-nnender. [stock'ing-mén stoeking-trade [stöckling-tråde] gebreide goederen. » # SSW.X W.:WV.,3% ## een; foundation muziekinstrume # e a stop mijlsteen, ratten stone, I to make a stop to, zich ophouden, halt W. WWW filtering stone, filtreer- to put a stop to, stuiten, een hinderpaal ut, vvrought stone, hardsteen; | aan; to put a stop to a business, den tone, laag steenen; a stone of tax, | gang eener zaak stuiten ; that put a stop te ; to throwv, to east a stone, een voyage, dat verhinderde mijne re to throw the stone at any one, stop [stöp] - ed Istöpt] -ing, v. en steen toewerpen ; to east the first houden, verhinderen, beletten, sto one, op iemand den eersten steen stilstaan; to stop payment, of loose stonen, hoop losse stee- ken; to *# a way, a passag 8. le the philosopher's stone, den: doortocht afsluiten; to stop any one, a thin 3:: . . zen zoeken, off the stonen, buiten iemand, iets tegenhouden ; to stop any one to Heave no stone aan turned, hemel | from doing a ## iemand beletten iets wegen, geen S&W - S&W. . . . WOW. .. doen; to stop the blood, 't bloed stelpen is wat in om .. stop the execution of a decree, de uitvoering ºp slaan, eut for the stone, van | van een besluit schorsen; we must stop herº n. » | wij moeten hier stilhouden, revenge stops steenen, van steen. # nothing, de wraakneming kent geen grenzen, ed -ing, v.t, steenigen, harden, stop on a sudden, eensklaps sti X3: 23%- nen of pitten ontdoen (as raisinas), short, plotseling ophoude metselen (a wel 1). < staan; stop thief ! houd ne'blºndj, adj, stekeblind. | ears, de ooren stoppen , to stop .. tone' blòò], s. ." stoppen; to stop a harbor, een haven sluit . .. to stop a ship's way, de vaart van een se stoppen; to stop a top-sail with rope van een marszeil op stootgarens zetten; to - tide, den stroom dood zeilen, te het zundgat dicht houden ; sto | per op de beting leggen ! stop-eoek ſºtºp cºckJ. is, kraa is to # Istöp'gäp J, s. s is topless # stoppage ſs ank N ## »rraad, voor # s, pakhuisboek n. n n. # # %:... . . . . . . .38 Istore'pondJ, s, vischkaar f: .. » ort [store'pört], s. zet vijver, pootvijver m. (stor'er], s, opslaander in pakhuis, opleg- bewaarder, leverancier m. » f, aan boord , captain's storeroom, # ok voor den kapitein ; gunner store- room, bergplaats voor #1. E#n, paar- er's store-rooma, bottelarij. res Istorz], s, pl. provisien, proviandeering f.. behoeften, uitrusting f, van een schip, stores an army, krijgsvoorraad, commissary of N # militaire bergplaats ºf . eh. » intendant; na val storen, scheeps- ## (uitrusting, me fstore'twine], s. » t pakhuis n. re-warehouse Estore'ware'hons], s. goederen- ried 'rid], adj. in de geschiedenis vermeld, ik [stork], s, ooievaar m. W (beschilderd. Istorm1, s. storm m., vlaag fº, aanval m., re-twv us], s, voorraadschuurf, pak- ſe ure keeper, s. opziener der krijgs- tºester in » » der room [store'room], s. magazijn, depot n.. ; tweedraadsch zeilga- en stout sold e sistan ee; wakkere te S is. pion, een moedige kampvechter, a stout # ## ... - ... . .. stout-built Istbüt/bfltj, adj, stevi stout-hearted Istoilt' hart-ed], # stoutty tste lºl. adv. stout, hard, stoutness ſstoutſness I, s. dapperheid,  digheid, lijvigheid, sterkte f. # stowe Estovel, s, kachel fº, fornuis enoist stowe, warme broeikas; * kas van gematigde temperatuur voetstoof, air atorve, verwarmde luc open rooster , stove plate, k stove [stovej -ed -ing, vt. s stow, Istow] - ed -ing, v.t, stuwe hay), pakken (a box ), to stovv het anker opzetten, op zijn plaats bren stow the hammoeke, kooien sjorre the sails, zeilen vastmaken, besl stovvage Istow’idg], s, stuwat loon n-, in gen m .. re, berg safe stowage, op ee geraas n..; storm of wind and rain, en regen ; it biovvs a storen, het overtalken by a stor W » a storm is gathering, ter en ster aan een arree en onneschijn, to tale by bestorming nemen. .. 1 -ed-ing, vitati, bestormen, stor- # rams, het stormt, rm'béll], s. brandklok, stormk # » N { stormweder in stormstagzeil n. ſ er n. ness], s. stormachtigheid f. ,, storm, door een % :#:33 horse, rain the wrist, den pols ver- 2 t in strained, vroolijkheid die strang vººrt, ; to strain a little, eenige poging strangler [sträng’gler], to strain one's self, zich dwingen, alle strangles Estrân'glz], s. mogelijke pogingen aanwenden, zich moeite geven, strangulated [sträng'gu ac in every nerve, hemel en aarde bewe strangulation [strang''gu n], W... ...NRWE # x #3: " # aanwenden ; to strain with |strap [strap], s. riem m., bloek strap, bloks brace, omhelzen, in de armen sluiten; to | breeeh str 3 > the sense of a passage, een zin in een #f: ijzere w gedwongen uitleggen, to strain the laws, gaffel; rudder strap, van de wet verdraaien; to strain one's wit, yarn atrap, garen strop hoofd breken; to strain out, uitpersen, uit- eeeen trie trap, excentriek ken , to strain a liquid, eene vloeistof door- | and key, : to strai KR, E- - AT& ###### gesloten is buitengewone spanning f., strap a razor, een scheermes aanzetten, d aandoen n.., overdrijving f; | strapped blocks, blokken met ijzeren besla nder moeite, zonder geweld, strappado ## s. # g: f. # <----- ---- ------ 'ing-pies], s. windstut n. int], s. z. strain, adj, eng, nauw, bekrompen, moeie- ## stroppen van opgekloste strata [stra'ta] pl. van st ***, n|stratagena Isträt'a-dget krijgslist, list *# #und, s, het ligg g, | gen in lagen, laagvorming f. stratify [stratºr-fyJ- stratum [st laag kolen; aga e, straw Istrâw], s, stroo n..; not to ea er niets om geven; to piek straw werk doen ; he is not gone th straws, hij is daa t gegaan van de k ##### in t E tie 'an de vr ºn; to stray about, rondzw #se tº:### die geen dienst doet, m. van de loglijn J eep f; h. naing streak, schaar- & treak, zetgang op het berghout ; | , zandstrook; limber streak, sheer streak, gang onder het pot- streak, een gang overdraaien en of (schakeeren. ## ## ak] -ed [strëakt] -ing, v.t., strepen, x (streaſky J, adj, gestreept, geschakeerd. 'tream [strëam], s, stroom m. ; main stream, het midden van den stroom; tributary stream, vier die in een andere vloeit ; stream of air, # # W w en stroom, to go against th te stream, den stroom weer- den stroom ingaan, down | go with the stream, den ream, tegen stroom in, , v.i.&t. (doen) stroo- flag streaming in waait ; to stream the zwerven, omdolen. | stress of w w stretch [strétch], s, uitg m af; with the streamen, over hon dringen op, to put to a stres weld doen aan; stress of water, of weather, door zwa W trektheid, ui spanning, kracht, strekking f. ; to pº stretch, tot het uiterste brengen; hy nºt arreken, door de kracht der armen ## met een slag. - stretch [strétch] -ed -ing, vt.& uittrekken, uitstrekken, strekken, spa spannen, overdrijven, snoeven; t laken rekken, te stretch the w -- ---------- N w # # n een spier uitrekken; to streteh the vleugels uitspreiden; to vºtre teh th waarheid geweld aandoen; to a shore, van een kust afwerken, the en gºeie ze ººk &## d miles, < ijlen uit; te st! #" genoemen oprekk to stre zich uit doen ontstaan, i chil; to be at twistziek. ## ck],strieken, striking # stooten, treffen, strijken, zaekſstr strijken (eene korenmaat), voorkomen, te bin- #" ,t.&i. stranden, te strike battle, | # angrijpen, ondernemen, rutus trof Caesar; to ; to strike dollars, dol- strike blind or dumb, rprise or with wonder, eid slaan, to strike the ## # string #", -ed strike (strike J, adj, effen, vlak, ## [str1'ker], s, die of striking [strik'ing], adj. treff or resemblance, een treffend gelijkenis. # < ## strikingly [strik'ing-ly], adv, op een treffende strikingmens [strik'ing-ness], s. het treffende in het oog springende na, in het w nauwkeurigheid f. striking-part [strik'ing-pärtJ, en string Istrºng], s, band m., koor u al snaar, pees, vezel, ## rij f. ; to # string, met bindgaren binden ; to have s, slagwe tºtive strings to the bow, twee middelen of twee ºf merken hebben; he has the word in net alles gaat hem naar wensch ; shoe string, senſ, riem, Purne strings, koorden der beurs, a of heads, een snoer kralen, first strin snaar van een viool ; bit of string, ein one after another koord, in a string achter den anderen, ied Istrºng dj, zº voorzien ####### nerves, de zee" stringin &... ## e], ::------------ --------- # bree ## # pogen, : >- ale, dicht gereefde m n, streven, to s # # # # ## VS.' W '... ..W.' ' ' . W are you ? hoe sterk z », iemand trachten thousand strong, een leger ha11 run the best, kampen sterk is, a strong partiaan, e »pt; to strive to do one's bent, 33;&## : : ::33 % % . .i&% . en te doen, te strive at, wedijve- ZW. NS... WE AWX WX & rive about, strijden of twis- 3-S3%&S. r; to ateive against, strijden te- VV. • . . . . . uurt , volhart » te en; te strive against the strong-haelred Iströng backtºl, adj, ste 1 opzeilen ; to strive for, strong-bodied Iströng 'bod'didJ, adj, to utrive for mastery, om strong-box Iströngſböxjs ijze N , to strive to, trachten te, strong-ſisted ## is tºe to strive with, kampen met, strong-handed [strong hand » strong-hold (ströngº hold 1,s. * s strever, twister m. strongly [ströngºly], ad » ving-ly], adv. om strijd. N º » # lag, trek, haal, tegenspoed, ated I it'edJ, 1., schrap fº, that is a good strong-set [strong'set], adj, ges *, dat is een goede trek; a heavy stroke, strong-vwater ## are slag, stroke of a challº line, afge- strong-vva ter shop, drankwink lijn met een krijtlijn, #astroke, strop [ströp], s. # ": # # ## » :X - S. » WEZº'W'... " # &: genadeslag, a good stroke strophe IstrofeJ, s, st t niet # ende) zaak, strove [str pret. rhaling met de pen ; a bold - n stoute trek van vernuft; | travel of the waive, en in ºt een slag; atl aanhanger, he used strong la S. -. . . . . . . . &;&#######& # stroke, steek onder roke, een steek onder de rie leid, % & , ineengedrongen. | .. km., worker in pen ſas al eik), » ... ..." » | a ballot-box, een ste vt. stukadoren. jes vullen; to stuff » man stiek, ont, opvullen, "# # je ne, beslagnagel samenpakken ; to stuff up, orzien, bezetten. | with, vullen me # ag is, knopjes stuffed Istiif fed], a strafting [stiiffing], s, v. van volbloed stuffing-box [stiif fing-böxj, (of knoopjes stºn, getitºryj, adj. Enorrend, met kn stuttify [stillºti-fy] -fied -f n; fore- ken, krankzinnig verklaren. -top-gal-stultitogaenee fstijl-tr1'o kwë ver stud-stam Isſum], s. nieuwe wijn ing-sail, stuur ſstiim] -med IstümdJ stadding- (vvine), zwavelen ſ- een niet). » - staan hie Istüm' blij, s. stru f] stumble [stüm'blJ -ed -ing, vi, - kelen, strompelen, aarzelen, in v. gen; to stumble at a straw and lear a bloeit, over ee en en ºf balk heen st stra able tape .. ## [str v. forsch, stev , sterk. stoutheid, stevigheid r. k, stout, wakker, onbe- - stift ter ea -ing, vºi stotte # -tutter Istut ter -ed -ing, v.i, stotteren, hak- stutterer [stütter-rer], s. ## #, WE, ** Istyl, s, varkenshok, kot n. styl ed -ing, vt. in een kot sluiten. # adj. den Styx betreffende lel, s, stijl ### manier f, graveerstaal subindication 1 m., in the "naak, old "tyle, oude stijl, oude (Juliaan- slechten stijl, van slechten smaak; in iine ## fraaien of grootschen stijl, op voortref- lelijke wijze, in goed style, van goeden smaak, # of court, wijze van raadspleging. [stylel-ed-ing, v.t. noemen, toe tyie one's zich laten noemen, zich den titel geven van. h (stylish], a etsch ## bloedstelpend middel tic *. sty ------------------ -> mode, nieu ### | # # " " " " ## J, adj. overreedbaar. , overreding ºf j, overrede #s (gen. aan den acid, zuurachtig. #ij, # zuurachtig. Mct'J - -ing, vat ten onder bren- h-ke'shun], s, onderbrenging f. # # '-a'mo-ner],s onderaalmoezenier m. sa, en tslib altern], 's ondergeschikte, onder- ar onderofficier m. # subhnstation ſslib rust style, naar den nieuwe | ºlish), adj. deftig, prachtig, maar de al na ######## w & ANWTA- w |subject ſslib'dject], adj, onderworpen tieai, adj. bloedstelpend. | & #d verleidend. | # felijkheid, lieftalligheid f. s#efeub-djsetin... » onder..., eenigszins, ...ach- w subjoin (siſb-djorn J -ed-in gen, overwinnen, tenmin sions, de hartstochten R into despondeney, tot ver to aub due to, onderwerpen |subduement [slib-du'ment], s, on |subduer [slib duº'er], s. overwinn sus bestaat #"#. adj, bijna -hâs-th'sh bijna win J, s ling, op veiling ºf ## &W [slib-in- (door teekens), aanwijz # in- subingression faiib-In-'t # rekening; new style, nieuwe stijl, nieuwe subitaneous Tsii-bi-ta'ne-us schel, tijdrekening, in style, in den |subjaeent [stſh-dja' cent], ol lelijk, naar behooren, in had style, subject ſatib'dject], s, onderdaan m., onderwerp in the subject must obey his prince, de onde daan moet zijn vorst gehoorzamen, a subjeet for heroie song, een onderwerp van e ldendich between subjeet and subjeet n part lieren; to approach en subject, te a subjeet, een onderwerp aanroe a aubject, bij een onderwerp blij onderdanig, gewend, subject to, onderwor aan, onderdanig aan; subject to rexane Bae aan buitengewone warmte # to my order, te mijner besch kelijkhei argument, een gen, bijvoegen, achteraan voegen, to E# hiernevens, hierbijgen jii-gaſ subjugate [siib'djû juk brengen, o subjugation tº übemèr -ea-ine, vt. toe- ## tdienstig. tº adj. behulpzaam, N ºf toevoer W tiih-mºſss' 1, subnaiss ### dig, onderdanig. » #"}, s, nederigheid, onder- nigheid ºf , submission toe, on- # in ; in all nu braaission, met alle heid; with seabaniasion, met onder- gelatenheid, verlof, dig hºmº's vºlgd, adv, nederig, ootmoe- #n" ess], is onderdanige -ted -tin sy one, een geschil .. 'rpen; to sub- # ; to subnait to, - bedaart. : ## » b-merstºl, adj. Is eiend. ---- ## onderdompeling, ## vt.&i onderwer-| zich onderwerpen, onderdanig zijn, to aub. 's:# -|s # sni: #tsub-scrºwshunj, s. ondertest inteekening fº, abonnement in. ; to take a scription, een abonnement nemen op zich neeren op ; by vv teekening; prise o abonnementsprijs, .. saabmeetion Islib-sëe's hun J, s #subsecutive Usiſb-sée'u-tºvºl, subsequence, ey. Is slib subsequent Isib'se-kwënt], gend, later volgend. # ## slib'se-kwënt-ly subserve Isüb-sèrv'J -ed - helpen. & .. help # subservienee, ey Isüb-sèr'vi- fiºen in 14: Jºs of subneriptie bºseriſption , inteeken onder 'se-kwëns], s. volgend # subservient [stib'sèrt vr-ent], adj. dien hulpzaam (to, aan) ; vºor een doeleinde di S wient to, doen dienen voor subserviently [sûb-sèrt vr-ei wijze, op on # ikte wij subsidation Isub-si-da's hun |subside [siſb-side J -ed - ken, wegzakken, bedaren, the het water valt; the storm en ence Islib- » % ubsidiary Isiſb-sſd'ſyl-a- subsidiaries, s. # hulpt d arx ſsûb-std'yi-a-ry J, # » #aize Tsiib'si uheidy Tsubsi-d dy], s, or # rant a subsi subservient to a " enstig; to render be N- "- # rd iv], s, zelfstandig maa j, adj, zelfstandig. "......... º l-tiv-lyJ, adv. zelfstandig, plaatsvervanger, sub- # p #### » tution [stib-stI-tu'shun], s, plaatsvervanging, ubstitutie f; sukstitution of a child, onder- eking van een kind. -- htraet ſslib-stract'J, z.. subtraet. raction Isaib-strâc'shun],s. z.. subtraction. atana [slib-stra'tum], s. onderlaag f. w etareſ #ºrail, s, onderlaag fi, fon- slag m, AZSW ..." ijſ » iii! # isuhau Itory [süb'stil- # ºran Erik 'to-ri-lyn adv. met * rongen, &## 'E# -ed -ing, v.t. ondersprei- onderleggen, onderspannen, pi (sub-tépitja ''dgj, s. uitvlucht f, ej, s, onderaardsch gebouw priasirie- of au alle kennis om de |subverter [slib-v suh wiear [slib-vic'er - suh worker [süb'wurk'', ## sneeedaneous ## ne-iſs] tik-se-da'ne- ##### succeeds his father on the thron oudste zoon volgt zijn vader # den zijn vader op # de troonsbestijging); * ceeds day, de nacht volgt op den dag; t ceed to.. volgen op, opvolgen, in de ats treden ; to succeed in doing a thing, in het do M iets slagen; to succeed weli, wel slag gelukken , he sweeeeds i succeeder [slik-sëëd'er], s, op succeeding ## V stig, achtervolgend, in al alle volgende eeuwen. succeeding [sic-ceëd'i gelukken, g 2-3 S-3S 333333 sneeermaat ## •ueeeeii htig. - ntl, subternuous adj. # z- asion, eession, na elkander, cension, erfrecht, |suecessive Istik-cés'sivJadj, achtereenvol successively Istik lyJ,a » [st ; ww # of #brief in Enfin, nschouwden een brief van vrijdom van belasting. die ten dag, such as, dezulken, sufferer [siiffe-rer], s, lijder, di in such precepte as en ſferer, lijdensgezel ; to be the su wie er, geef uwe kinderen sufferingſsliffe-ring], S. lijden n. (slachtof n om hen wijzer te ma-suffice tsiif-fize'J-ed-ing, v.i. genoeg zijn, vol N *## [stif-fish'en-cyj, s genoegzaamheid, # -. waam verwaandheid f ffed is meer dan voldoende bekw 3%; 3% .::::::::::: W. , continue sueh, zoo ver- sufficiency of a thing, van iets genoeg h ten, such a one, zulk een, een sufficient Istif-fash'ent], adj. genoegzaam, neh like, en dergelijke meer, kend, geldig, deugelijk, sufficient witnes » of such or auch, die en die | | Vettelge. ? # s, zuigen, zog na, melk f; to givels Evans zº aif-fish'ent ly], te n: aflieing fi'cing], adj, voldoende, toerei » -ing, vat. Sti. zuigen, in- suffix Isiif-fºks'J ed -ing, vt. achter %. minnaie suck the dam. Itsunaminate Tsiif fläm'I-nated -ed n de moèr; to | belemmeren, verhinderen, beletten, aan de borst zuigen ; ## » a’s hun J, s, op 2&#& 3 % n; to anek su Tsiif fo-cate] -ed sui . td], s, suikerv r-pea], s. suikererwt, ſahûg'ser-plan-ta'shun lantage ºf | , s, sulej Vrieus], sulp sulphurous m], s. suikerballetje ºf is ug/ger-re-fin'e-ry], s, suikerraf- ar Ishtig' er-erfver , s. suikerstrooier m. it tshug'ger-sprrºr ger-tradej, s. suikerhandel m. i: suikerachtig, zoet. -ed -ing, v.t. ingeven, in-| ; to suggest a thing to any aar oppº ## nblazen; to suggest a diſſie iſ in ºever ºns in .. olge van iemands oph # , een wenkbe , vt. last rd, zelfmº r » m.jsuitrinees t], s. suikerbrande- # |sºit:ataal tººnaj, sºitan, tºtdata ſºul, tri mess], s, brandend suitry [stil'tryj, adj. brandend hee nerts, #" woestijnen, sulta # 3-. -... --- . . . . . . . . . » groote som; gross ## # g » # nJ, s. ingeving, influiste- reation, op #s # mee, ellen, t..isummariis fsiimºnia summary # a staan! y, in h hoofdinhoud voorlegge #PE# # ## ºut-, mijnput m., moe- is, pakpaard in N rad' di], s, pakzadel m. lºss suſpe-ra-bl yl, adj. de kosten of uit-superabound, # ffende; sumptuary Haws, wetten te overvloed hebben (bv. with, v elde # superabundaneefsilº'per-a-bünº dans], [siimºtyu-iis], adj, kostbaar, prachtig, superabundant Dau''per-a-bündant], [siimºtyli-tis-lyJ, adv, prachtig. dig, overmatig (as - zeai). tsiimºtyti-is-ness J, s, pracht f. st:#neden" yſsu"per-a-bin/dant- ; the sun of their glory, vloedig, » # on; under the sun, onder de #### the sun declines, de zon daalt, superadd Isu"per-addº1 -ed -in de zon gaat onder, the sun rises, voegen; a superadded favor, een nie he sun sets, de zon gaat on-superaddition Isu''per-ad-dish'un], s. , de zon schijnt; the sun | fº, bijvoegsel n. #### 8:::::::33 the sun is down, de zon superannuate [su-per- up, de # is op; the sun je » hikt ke, de zon schijnt op boo- ºf the sun, zonshoogte; | |d itend a < 388S - - - - - van 's morgens vroeg tot in superannuation Isiſ-per-ân-n # the s in de .. » ## door s-ness], s, overvlº (bladerengroei m. hun], s. weelde 1], adj. bovenmensche- s (liggend, over liggend, in-climibent.J, adj, boven- als J -ed -ing, v.t, bij- ge }, superinduee upon s one, iemand toevoegen, toevoeging ºf duetion [sti'per-in-diſk'shun],s. bijvoegin te Heetenat per-in-tel-léctºyu-alj,adj, h hij t", 2. << n-tënd''J -ed-ing, v.t, het s ######, » '- w N 'per-in-tënd”ens], superin-ls # g: . . ... # v. per-in-ténd''ent], s, opziene J, adj, and sº opper, opperst, hooger, beter, verhevener, meer- # hooger dan, verheven bove an; superior officer, hoofdofficier m., riority [su-pë-ri-brºri-ty], s. meerderheid, ver- 'E re idf, voorrang m., over- i. d , adj ffen s #s s itengew e'rate] » (bovenleggen. v.t. opleggen, sing, w zº, pense, isu-per-pon tegen dan. supervention Isu"per-vén'shu zicht hebben over, ov is apervive Isû''per-v supine [sti-pin # overtreffend,ls uperstructure Isiſ-per-striic'tyurej, s, boven m., gebouw n. upersubntantial [su-per-süb-stân'shal J, a mate stevig, overdreven grondig, V upersubtie [su-per-siit’t1], adj uiterst sp dig of stipt. (woon treurs, upertragieal [sii-per-trådg'I-cal], # %::::S upervaeaneoun [sii-per-va-ca'ne-öus], tollig, overvloedig, noodeloos. w upervene [su''per-veen'1 -ed -ing, v.i. men, bijkomen, # N-T---- -- upervenient Isti t], adj W # 'J - ed -ing, v zien, nazien. supervision Isii-per-vYzhºu.nl, s. opzicht, to upervisorſsu''per-vi'zur],s opzichter,ins i ive'J -ed-ing, v.t. o pi-na'shun], s. achterove # ''per-vë'ni-en upervise ſau"per-vize nation Isli'', e'J, adj, achteroverli achteloos, #ſae upinely Isù-pine'ly],adv. a w #piºene J. ## n, verbieden , to s .. keurd. | rughouden; to suppre ing, v.t. verzorgen, voor- Sup # # w t, ## b en, worden go '- ply] w pression [sup-près ngen, vergoeden, aanvullen ; to s ti w % In te " appl e with any thing, iemand ie: ,,E## supp , to supply any one with the supparate 3% x M of life, iemand van het noodige tot etteren, rijp worden. # »ud voorzien, to, supply what is supPuration [stip''pu-ra'shun], ntbreekt bijvoegen; to sup- suppurative ſslip'pu-ra-tiv], adj ettermak goods, aan iemand koopwa- is appartation [siip-pu-ta'shun], s, berekening 1:": one's plaee, iemands ## [stip-püte'J -ed "# f, v.t, berekenen #et 1, # &# w ## [su'pra]... voorvoegsel, zº super, 1-port'J -ed-ing, v.t, ondersteunen, eillary, boven de wenkbrauw, supraeos in, onderhouden, verdedigen, lijden," ven of op de ribben. ulden; to support a person, een supramundane [su-pra-miſn'dane], # - n; to support a family, aardsch, » { vennatuur houden , to support a part, supranaturalism [su-pra-nkt'yu-ra-lfzml, he Pillars support the sºpra vulgar ſsu-pra-viſ'gar], adj, boven h unen het gebouw ; to daagsche, het gemeene à 3%%%% » » [sti-prëm’m # supremely [su-prëem', tsuraddition [sur-ad. tsurance Ishôô'rans], s, z at Surbate [sur-bate'J - nº, is tereease i Bas J. eeel gif., surcharge Isur-te 3-83 er: overlading &### w port, surcharge ſsur-tchärdig J -ed -in support of, voor het bezwaren. * - -><---------- ------------------ * d-steanu ſsur-tchärdg g #", lijk. houd- w [sû 'in adj, draaglijk, houd- ### #ing J, sº 3 ::::::::::::::::::::: eid . # º # l, riem urfJ, s, branding 1 de branding, running before a surf, voor # # gloopen (met een sloep), surrender ſsur-rën'der], s. » t uitlevering t., the surrender of a # #ve vººr een e site & 8 y, de overgave van een # even, anaooth surrender [sur-rën'der] -ed -ing rºv akte, rough surface, on- ſsur'fitJ, s. overlading r van de maag, #t. sur'fit] -ed -ing, v.t.&i, overladen, te en g #"# s, vraat, schrokker m. surrº ## tsur'fit-ing], s. gulzigheid, buitenspo- surge taardgl, s...baar, golf tº the length of te for starting, de loos die men wil geven % # W .. » » rdg] -ed -ing, v.i. &t, golven, schrik- E. #ie, de kabel ach tikke #", opgaan aan het spil. adj: zonder golven, kalm.| » f heelku instrum instrument. » vend, onstuimig, hol. ## # # surreption ſsur-rëp's surreptitious Isiirºre 1 surreptitiouslyſsiir''rep surrogate tsiir'ro-gatel, geven (bv. a fort), zich overgeven, one's self, zich overgeven; to sur self to despair, zich aan wanhoo to surrender upon artielen, zich overgeven , to surrender zat die ereti op goede genade overgeven. # in], s, verrassi ijk in » # wijze verkregen, be rogaat n. surrogate Isiir'r surrogationſsür" .. a city J, om with walls, met # n om olid [siir-söl'id], s, de vierd out ſsur-tout'J, s, overjas Tsiar-wail'yansj, s Tsiis-pië # üs-spéct'less], pënd’I -ed -ing, v.t.&i. ophangen, oen afhangen (on, van), opschorten, houden, zijne betaling staken (van een ; to suspend a thing by a eord s aan een koord of haak hangen of suspend one's judgement, zijn chorten, to have the power of sus- e macht tot schorsing hebben; to sus- n omieer, een ambtenaar in zijn betrek- schorsen. ze [slis péns'J, s, twijfel m., onzekerheid. ting fi, uitstel n. ; to keep to remain en ne, in het onzekere laten blijven. stis-pëns'J, adj, in onzekerheid gehou- eschort, topgehangen. felachtig, o 2. :: 34% -- on Isis-pënſshun], s, ophanging, ophou-| orting, schorsing f., stilstand m., sus- ##### #rains, suspension In tºt n's hun-bridg], s. hang- spension-chains, *# h dochter, argwaan ng f. w ], adj. wantrouwig, verdacht, ## # karakter die [swad' di] kergo de ſswad'dlJ -ed -ing, v.t. inb Tswag] -ed, ## v.i. hangen, slinger -bellied Iswag-bël-lidJ, adj, een hangbuik hebbende. -- ---- -- swagger ## -ed -ing, v.i. snoeve swaggerer ſswagºger-rer], s, snoever m. swaggy [swäg'gy], adj. neerhangend. swain [swainJ, s. jonge boer, boel der, jongeling, minnaar m. # # Swainish [swäin'Ysh J, adj, boersch, onwetend. swafe Iswale], s. laagte f, dal n, schaduw f. swallet [swâl"letl, s. welwater, mijnwater in swallow [swal/löw J, s, zwaluw, keel f, ke n., slok (bv. of water), lust m. # "- swallow [swal'low] - ed -ing, v.t: inzwelsºn slikken, inslikken, doorslikken (a, food or dri herroepen; to be swallowed up by the " ves, door de golven verzwolgen worden, to "wat lovv time, tijd verslinden; to swallow a story een vertelsel slikken. w M swana (swâm], pret, van swina. svvarmap Iswamp], s. moeras n. ###### #3 swamp Tswamp] -ed -ing, vt. in een mººi: steken, overstroomen, laten zinken, in moeielijk heden "# J, isi w vvarmapy [swam'py], adj, moerassig. ## # # ## sv vi V 'aaag [swâng J, pret, van swing. w » ke ## j, adj. blank als een zºº" swan-neck [swan' néck], s, zwaanshals mei » % ming f, van een buis. # # # swan's-down [swans'down zwanendons." # w ikke flanelf, m:on: den th # .. - ti Isweal] -ed v.i.&t. afloopen (der kaarsj, afbranden S N varken]. & » ear Isware], swore [sware], sworn sworn], wearing, v.i. &t. (doen) zweren, vloeken , to awear by, zweren bij ; I would swear to it, ik zou er op zweren; to swear to a persoºn, iemand onder eede beloven; to swear any one secrecy, iemand onder eed van geheimhouding brengen, to swear that ..., zweren dat ...; to swear an oath, een eed zweren , to a wear any » a ruin, iemands ondergang zweren; to # wiene, aan getuigen den eed opleg- to swear into office, eed afleggen bij het rden van een betrekking. , r fsware'rer], s, die een eed doet, vloeker m. 'sweat Iswët], s, zweet n., zware arbeid m., bloody *weat, eet van 5 to get one's liveryhood by the ent of one's brow, in het zweet zijns aan- oºd verdienen, . # -ing, » (het haar van een geslacht -ing, w.i.&t. (doen) zwee-| » eten; to sweat for fear, zweetziekte, by the sweat of, in het , s, zoeth # ºf thee en vveets noegens van het huissel .. sweet ſsweet J, adj, zoet, a m, lijk, bevallig, lief, sweet Zº honey is sweet, honig is zoet, e # a sweet business, een 8 sweet face, een bevallig, liefelijk masaners, bevallige manieren , # eoaree, een aangenaam onderhoud, ºvveet welluidende klanken, between a weet al half zuur en zoet. #### # sweet-bail [sweet’ball Jºs sweet-bread [swee sweet-brie ed -ing ein, ken (as butter), ontsmett to s weet the tes, suikt avveeten life, het leven, sweeten the cares of Life, de zorgen vens verlichten ; to sweeten the teamp .. ard verzacht # set kre is weet-herbs groenten ºf pl. sweeting is weet in &## er, zwemm r, * | men ; to avvina with, voortzwemmen met swimmer [swYm'mer], s, zwemmer m. o swimming [swYm’ming], s, zwemmen na, dun V. ,,-,... ---- -- ling, draaiing f; to have a swimanning in one swell out, uitzetten, o - head, duizelig in het hoofd zijn, wimming ails, de zeilen doen zwellen. irdie, zwemgordel m., swimming jacket, zw: n, uitzetting f.; the uis n..; swimming mark, waterlijn f; s, aanschieten der zee; | |ming place, zwemplaats, plaats ºf om zic vervoering in toorn. | den ; swimming-school, zwemschool f; -ed-ing, v.i.&t. smoren van aming-tub, badkuip f: , 3 en door hitte, # # swimmingty, ſswrm 'ming-ly], adv. naar wen J, adj. smoorheet, zoel. zonder moeielijkheden, vlot. '- » ret. and part, van sweep. Swindle [swïn'd1E -ed-ing, vt, zwendele ºve IswervJ -ed -ing, v.i. afdwalen, afwij- lichten; to swindle any one out of a thin- (from, van), neigen, overhellen, klauteren ; | iemand iets afzetten. -- M (len " º , van een pad afwijken; swindle IswYn'dl], s. oplichten, afzetten, zºwen duty, van zijn plicht af- swindler ſswºn dier],,s zwendelaar, schurk " ##### # # # # # # ## swindlingſswºn'dling], s. oplichterij, afzette swine Iswine], s. # , varken n, swine-bread fswine w radj, truffel ### swine-herd [swYne'hèrdj, s. zwijnenhoeder, swine-pox [swine'pox], s, steenpokken f: swine-sty [swine'styJ, s, varkenskot, > -------- J, s. schommel m., schom , invloed, zin m., vlucht ſ. *#h swung #", ng: slingeren, zwaaien ; to sºwieſº "#"#'s: nººi, i maat buitenge- is, draaiblok, war g, draaibas f. (ble # #de J, s, wartelhaak m. syllogize. # (1'loºdgize] -ed link], s, schalm f, met wartel. |sylph Esſlfj, s, luchtgodin, 1 lºl.nl, part van swell. sylphalike ſsſlf'likej, adj. luch # # s, bezwijming, onmacht f. |*# Isr1'van], adj, boschrij ## in Iswóón] -ed -ing, vi, bezwijmen ; to | bosschen behoorende, ºvvo on away, flauw vallen (bv. for pain, van sy 1 van # s. boschgo smart), # (eensklaps, onverhoeds. |symbºol Isſm'boll, s zinne w swoop ## # ## f, at a swoop, | |n. ; blue in the nymbºol of in p: [sw00pj - ed [swôôpt] -ing, v.t,&i, neer- is het zinnebeeld van getrouwhei # ſer: havvk). (ruilen. | the symbol of courage, de lee vöpt] -ping, vt. ruilen, ver- beeld van moed; the Lamb is nº, degen me, small sword, | vveelkness or patience, het li N STRN. S. beeld van zachtmoedi #heid en ge $ 3: - :XS&'s. - symbolical Isſm-böltic-al], adj, zinnebel ; symbolieally "# adv) d: *## [sſm-böl-i-za's # 3: . . . . . . . 8 % dige voorstelling, verzinnelijking in hand, met het zwaard in de hand, symbolize Tsſm'bo-lized » point of the sword, met de punt van kenis hebben met, zinn het zwaard, with a word and huckier, met symmetrical Isſm-métºric-a » # .. d; to draw a sword, me-tral J, adj, evenmatig, en # zwaard uit de scheede ha-symmetry # s en with a word, met het zwaard of sympathetieſsym-pa-thetic),sy # on any one's sword, medegevoelend, medelijden rd omgorden, to lay one's sympatheti y Isſm-pa-th verd, de hand aan den degene degevoelende w the sword, het zwaard opste-sy er one's award, den degene v W.NW W.'' W WN-WWWW '-W 't keep in its neah- » .. #%& et in de scheede blijven , s, zwaarddrager m. f, degenkling f. genstok, stokdegen m. s ## # # ## ## ieve , degenkoppel m. ls eigen greep m. .. # # s, samengesteld In'täx], s. rdvoeging tables are t N # #s # s, samenstelling f. #' 'able Ita'bl] - -ing, vat. # w thët'ied, synthetieal, adj, samen schen, ter griffie, deponeeren, fvoeden. 's, hevel m. t Eable-beer ſta bl-beer], s. gewoon bier n. g], s, spuit ºf en fººi als elt Ita' bl-bëllJ, s, tafelbel f. # ndg] -ed -ing, v.t, spuiten, in- |Table-book ſta' bl-bukj, s. » s, zandbank f. # 3 Table-brush Itä bl-briish], s, tafels , s, stroop f. # Table-eleth ## s, tafellaken en a-smsj, s, vereeniging f. Table-companion ſtâ'bl-com-pan'yunj, s. nl, s stelsel n. ; to reduce to are ,,zel, tafelbroeder m.,,, # een brengen. Table-diamond ſta'bl-di'a-mundJ, s, tafelsteen maticſsſs-te-matic], systematieal, adj, stel. Table-drawer Ita' bl-draw-er], s, tafelladeſ atig, systematisch. (matig, systematisch. | Eable-friend Ita' ble frënd], s, tafelvriend, discº ## .. . # adv. stelsel- | Taisie-hini ſta bl-hill J, s, tafelberg m. %. st-Isil, s, stelselmaker m. Table-land ſta' bl-ländJ, s. #, het al Isms'te-ma-tize] -ed -ing, v.t, in | fº: tafelland in. ## » Table-linen ſta/bl-lºn-ninJ, s, tafelgoed mee Table-man ſta' bl-man], s. damschij stuk, stuk n. , schaakbord); se Tabler ſtabler], s. kostganger m. ſhe N en Itä'blz.J, s, pl. verkeerbord n. ika ſta’ſbl-sh akke J, s. vlakke kust ºf -spôôn], s. potagelepel in. el Itä'bl-stëël], s. wets in, tºt # s, tafeltje # ſtabi-takjes, aar, [the] de of het; Tah doctor in de ## 'E'a r] keer om ; T. WET. ' 'Er ## top, I ta gelijkenis. s, dubbele schildknoop m. 1 m., talie f, tuig ne, wa- elkle, spiertalie, huurton in het stenggewant; fish ge tackle, harton, zware ijn, gaan tackle purelease, .w » , poorttalie; reef tackle, alle » taels le, ophouder bij het , noodtalie van het roer, achtertalie van het e er and taels le, mantel en talie ; .. altalie; shroud taekle, want- e, ii #r tackle, stakettalie, d; tail taekie, id-ing, vet vastmaken, grijpen. fall], s, looper m. ## ek'klepen'-dent], s. schinkel, » hangerblok in, bloei. ttke kleren -dent-blocklas. | #s » il en treil, gerei, ge- Hing, vischtuig nºg to kiing, zijn zaken wel in to one's tackling, zich zijn stuk blijven. oefuithouder m. stalief, » # Tail-piece [tail'piesj, s, strikj N., . . . . . . . . . staarttalie, le, achtertalie, truss tackle, rakke- kle, stengewindreeplijn; vvinding # » » yürej, s. besmet * | |Takable ſtak’a-bl], adj. neembaar. | Take (# 'rook ſtük], Tala en ſta ## # Taii-feath Taii-feather ſta Taille [tail], s. Taii-mashing I N Ish-ing], Trail-like Itkil-likei, adj, sta Tailor ## kleederma Tailoress ſtäiſlur-essJ, s, kl # drukkers), klavier (van een orgel), een rund) n. » .. ##### Taint [taint], s. vlek, besmetting, steking, roode spin fº, ºf gemiste la steken, bederven, besmet worden; to ta in air, de lucht verpesten, to taint any one nor, iemands eer bezwalken, the het vleesch is bedorven. Taint-free Itaint'freë], adj 'Eaintless ſtaint'less], adj 'E'afnture Itain'tyure, king, v.t,8:i: nemen, innemen, aanne vangen, betrappen, ontvangen, geloo trekken, slagen, gelukken, getrokken take a ship, een schip nemen toe te eene stad innemen, to take f« men; to take some broth to take a person vangen maken; to #3%#%#$%#3 to take a day's respite, ee to take an opportunity, v gebruik maken, to take : id, rek, wapenbord; | | ## n spiegel, taſfrain tim- n, ee # scherts lenen van de beweegredenen va i peiling doen zeilen dan een ander # # vation of the sun, zonshoogte nemen, to ºf a plan, een opneming doen ; to take pens # take an o take um- take one for spy, iemand voor een sp a neanaber der aftrekken ,,to take fr vatten ; to take shipping, embarkeeren , by storm, door storm nemen ; to take op sleeptouw nemen, to take abºut, to take any, one about the dºdº. om zijn midden vatten ; to take a lo ahout, een langen omweg maken , totale volgen, navolgen (bv. a good pattern naar , he takes after his father, h heeft iets van zijn vader; to take a nemen, wedernemen; to take asid nemen ; to take away, wegnemen, berooven vs to take down, laten zakken, naar beneden wº pen, vernederen tbv, the proud, den zwelgen (bv. a potion), in stukken, in pl pen (bv. a house), opteekenen, aanvallen take down any one's courage, iemand moed benemen ; to take for, houden den ; to take an ovv I for an ivy-huah het andere aanzien ; to take front af. nadeel doen aan, ontnemen iron another, een geta beurs rooven , en en, omheinen, oods, goederen inne hal » 'en ; to take a person' uth, iemand de woorden nd nemen ; take part deel nemen; take up, opnemen, oplichten, koopen of op ediet nemen, aanheffen, vastbinden, besteden v, the time), vatten, oppakken (as a thief, va- ## innemen (bv: a great deal of room), vatten, aannemen (bv. an opinion), opnemen # partij, innen (bv. a tax 1, afbreken (bv. one's eetion); to take up a quarrel, een twist ; to take up arms, de wapenen opvat- ke up a stitch, een steek oprapen ; » up a challenge, een uitdaging aanne: n; to take any one up roundly, iemand duchtig doorhalen; to take up with, zich ver- oegen met; to take a thing upon trust, iets # to take with, verliefd zijn op ; to be taken with, overvallen worden van, te ſtakej, s. haal, trek m., vangst, hoeveelheid f. de zetter ineens onderhanden neemt. , ttakeling, s misleiding f, bedrog ni mis-| , bedrieger m. - ## % ſt,ſtake'-offſ, s. kopie, carricatuur f. ta'ker], s... nemer, aannemer m., snuft ta- ## ker, die snuift; talker in of work, ondernemer van een werk. * - - '- Taker-in ſtakºer-in], s. lokvogel, bedrieger m. aking ſta'king], s. nemen, vatten, grijpen na, tak ng a turn, een slag nemen van een end touw, p. ij die te gelijk # wordt (bij greep, handvol distributie (bij let- #3% is very taki haar gelaat dat ze , hazen windhond :: # n., opre- kje, klucht ; | Tai ke ven; to talk finely, town talk, de gan k # -ed ſtak in, # 3 ten tank French, ran talk about a thing, zº to talk o Ho against any one, hoog declameeren ; to talk away, met # brengen, verspillen (bv. a wwhole even talk any one into, iemand bep talk of, spreken van, over, verhale to talk of Havv-suite, van pr authors talk of the wonderf R'almyra, sommige schrijvers van de bewonderenswaar Palmyra, to talk of th over koetjes en kalfjes # leken out of, iemand uit het hoofd zijn praten afhouden van ; '- t, vermanen, de les lezen ; N. »an respect in tºt 8 ---------- -- (talmud.| n , s. klauw m., kornis f. na-bl], adj. Kºx...N--'.'' s. uitlegger m. van den # * âm''ma-rïnd/J, s, tamarinde f. ſtäm"ma-rïsk'J, s, tamarisk f: # s, trommel f, borduur-, tam- Corinthisch kapiteel. (borduren. äm'hôur] -ed -ing, v.t. op een raam e ſtâm-bo-rin' J, s, trommeltje n. tork ſtâm'bôur-wurk], s, tamboereer- uurwerk, met een haakje op het raam n. .. m, mak, gedwee, tamme beasts, ren; the style is tamme, de stijl is mat, kleurloos, to become, to get, to , tam worden. - ed -ing, v.t. temmen, tam maken, e the ferocious inhabitants, de woeste #%#$& erwerping brengen. W.-... : w less], adj. ongetemd, wild. e'ly], adv. met gedweeheid, theidf me ness],s. tamheid, makheid, gedwee- W.--N ######### - ount] gelijk w E ## ; to be # nt to, gelijke waarde hebben als, gelij Tranſfº, fºknºtrºyi, adv, spoorslags Tantrum Itän'triim], s. slecht humeur n 'ETan-yard ſtân'yärdJ, s, looierij f. Tap #. is, zwik m., houten kraan fi, tap slag m., tikje, stukje zoolleer n.. ;, to be tape, altijd klaar zijn, op zijn tellen. Tap ſtâp] -ped Itäpt] -ping, vt. » tappen, aftappen, tikken, slaan, (een schoen) ver- zolen; to tap one on the shoulder, iemand op den schouder tikken; to tap on the door, op de deur tikken; to tap any one for the dropsy, iemand het water aftappen; to tap on a dru # t slaan op een trom. %# # # # # # " Tape ſtapel, s. lint, band n. W Tape-1 nee ſtape-fäce], s, garen kant ºf Taper ſta'per], s, was licht n... kaars, to Taper ## Tapering Itä'per-rin toeloopend, kegelvormig, piramidaal, la taper fingers, magere vingers, Taper Lts'per] -ed -ing, v.i.&t, spits ( loopen; to taper a rope, slurpen; to t hair out, het haar dunnen. Taperness Ita/per-ness], s, het spits to Tapestried ſtap'es-trid], adj, behangen. Tapestry Itäp'es-tryl, s behangsel n. 'M'ape-worm ſtape'wurm J, s. lintworm 'iTapet ſtäpº et J, s, tapijt n. w 'n # i], adj. wrang, zuur, scherp; a tart reply, een bits antwoord; to be tart with any one, iemand bits bejegenen. # Tartan Itärſtan], s, schotsche # zoodanig n: ; tartaan m. (soort van schip). ... : zº tärſter], s. wijnsteen m. z. Tartarun. an ſtar-tä're-an], Tartareous, adj. helsch, # # ht, zº » .. s, hel f, dooden-, schim- # rt'ly], adv. scherp, zuur, wrang. ſheid f. is Itärt'mess], s, wrangheid, scherpheid, zuur- ásk], s, taak f. , gezet werk ne, to take one sk, iemand bestraffen (for). » » sk] -ed -ing, vt. taak geven, werk be- werk geven. . . . . . . ? Itáskºer], s, die een taak opgeeft of vol- gt; taalk-master, werkmeester. 2.- . . . . . . . . . . work ſtásk' wurk], s, taak fi, opgelegd werken: en Itäs'sel], s, kwast m., franje, pluim f: (bij # # n, in een boek, schoorsteenlijst ſ. tjeswalk m. 11e âs'seld], adj, met kwasten versierd. z], s. pl, dij wapens n.. pli ta’st-a-blj, adj, te proeven, smakelijk. t], s. smaak m., proef f., kenteeken nºg ste of an orange, de smaak van een sinaas- tter, an acidtaste, een bittere, een agreeable taste, aangename smaak, weinig smaak, tone of taste, verlies om taste, uit den smaak; in bad." an slechten, goeden smaak, out of oos, laf, to be out of tast, den n hebben; to any one's tante, smaak, agreeable to tante, aange- den smaak, in any taste, to jn smaak, every one to Bain tas smaak, matter, question ak; to give a taste, een pro aste for, smaak hebben ## # 'M'ave Itast' teh ch I. s. » atter ## s, lap in » Tatter ſtätſter] - ed -ing, vat Tatterdenation ſtätter-de-maal” rige vent m, # Tattle Itätºt1]. -ed -ing, v.i. snappen. Tattler Ität/tler], s. snapper m. Tattling Etättling], adj. snapachtig, praa Tattoo Ität-tbô"J, s, taptoe fº, tatoue 'ratton ſtät-tôô'J -ed -ing, vat. figuren beprikken, tatoueeren # Taught itäuht], pret and part, van Tºea Taught Itauht], adj, strak gespannen, taught, stijf halen , taught sail, ges volstaand zeil; wind taught ship, ov schip (door de kracht van den wind) i haul the weather hernee ! loefbras stijf halen 'Eaunt ſtâunt], adj, hoog. # Taunt ſtauntl, s. schimp, hoon m. Taunt ſtäunt] - ed -ing, vt, bes 'Easanter ſtàunt'erj, s, beschimper ºm *#es Itäunt/ing 1, s, bitse verw ting f. .. # # Tarantini # Itäunting-lyl, adv. op ee 'M'aurus # tu'rus], s stier m. # Tautological Itau-to-lödg'ic-al], adj zelfde woorden herhalen, ſv Tautologize ſtàu-töl'loºdgize] Taatology ſtan-tó1'lo-dgy], s van dezelfde woorden of zin & 'Eavern ſtåvº vern1, s, logement, wijnl Taverner ſtäv'vern-er], Tavern-ke keep’er J, Tavernemnan, s. kroeghouder m. aunter ſtav' vern-hä # Wºerth in # + E averni Taw Ital Tavv t N avvdr. halsk % ## j, s. theeblad n. yJ, s. theebus ºf ân.’nis-ter], s, theekistje n. een kind onderwijzen ; to he taught sh, in het Fransch onderwezen worden, h leeren; to teach Ei. one of, iemand ZN....W: ,,W.EN - ... -- -- N.N. eh for hire, voor bl-ness], s, leerzaamheid f. er], s, onderwijzer, leeraar m. teatch'ing], s. het onderwijzen, onder- st], s. theekistje n. J, s, theedoek m. , sº theekopj » . . . . . . . . . . . . . . . . . . . thee. s. theegoed n. # #" ## |Teasel Iteſzl], s. kaarded Teaser ſtëa'sèr], s, kwell onderwijs geven; to teach i Technologieal ſték-mö -ödg'-call, » dineourse, een vervele lºed #, #f, .. N , plage Tea-spoon Itea’spoon], s. ## 'E'eat # #, #pel, uier Mºl, Tea-table ſtea'ta'blj, s. theetafel f. Tea-things ſtealth Yngz], s. pl. theegoed n. Tea-tongs ſtea'töngz], s, pl, suikertangje n. Tea-tray ſteaträy], s, theeblad in. r beh Ten-urn ſteaſurnl, s, thee-urne f. Teehily ſtëtch'i-ly J, adv. gemelijk, lichtge # ###, is, gemeij heit » Technical ſték'nfc-al], adj, tot een kunst be rende; a technical word, een kunstwoord. Technically ſték'nrc-al-ly], adv. op technisch ze, technisch, kunstmat . (amba Tea-vvaren ſtea' wa-res], s, wat tot een # leert der gisch; van kunsten, ## Technology ## s, besc Trehy fºtºch, je adj, gemęlijk, iichtg Ted ſtêdJ -ded -ding, vat. verspreiden. . Tedious Ite'dyi-naj, adj, vervelend, verdrie zaam; to be iedion, to, vervelen preacher, een langwijlig pre tº tºe # iously ſte'dyi-us-ly], adj. iousness tte dyi-us-ness), m] -ed # mpestuously ſtém-pés' ; |T. #ºne- ſtem achtigheid f. emplar ſtém'plèrj, 1 nden nay een mee tellen me qua ### y, mijn geweten zegt mij juist het tegendeel, in den Tempelt ----- ---- -- to teil money, geld tellen; to tell the stars, Temple ſtem'pl], s. tempel, slaap ! de starren tellen; to tell by the ear, naar het spanroede f. (aan 't weefgetouw). 4. te oordeelen, to be told, hooren zeggen; |Templet ſtém/pletJ, s, groote balk, heen told, ik heb hooren zeggen, men |Temporal ſtem'poºrall, adj, ti ij gezegd; M. earn telt, ik weet, I cannot den slaap van 't hoofd) betreft k weet niet (kan niet zeggen); to tell of, ral hone, het slaapbeen. ::3. n, gewagen van, verhalen; to tell one of Temporality ſtém-po-rä1'1-ty], s, ti ## ts, iemand berispen; * have been told temporalities, inkomsten van » lieu of, men heeft leugens van mij verteld; to Temporaily ſtëmºpo-ral-lyJ, adv, tijd tell over and over again, zeggen en herzeggen, Temporary ſtémºpo-ra-ry], adj, ti zonder ophouden herhalen; to tell fortunes Temperization ſtëm-po-ri-zt'shun], on the eard, kaart leggen. (tabiliteit m. len, schikken in, maar de tijdsomstandi eiler Ité1'le d; s, verteller, teller, agent der comp-Temporize ſtem'po-rize] -ed -ing, 1-tale ſtéll'tale], s... babbelaar, oorblazer, ver- jd schikken, dralen, uitstellen 1e ſtéll'taleJ, adj, babbelachtig. (klikker m. Temporizer Itëmºpo-ri-zer], s, draler, i ri-us Itém"e-ra'ri-us], adj. vermetel, roe- zich naar den t in, 2. (heid f. |Tempt [t J w te-mêr'ri-tyJ, s, vermetelheid, roekeloos- v ië # s. aard m., gem w ºid, matigheid, ha 1); mengsel n. ( , kalme aard, bedaardige ig, gemelijk karakter, even tempe id, mild te raper, zachte gem »rothers of a quite cont s van een geheel tegen t verdedigbare ats. # tae , 'Er nºsivil, adj, en sor ſten'sor J, s, span Tent ſtënt], s. tent; wiek .. p- Tent Itënt] -ed -ing, v.i.&t. »1 •vving, voo ij zwaaien met tenten bezetten, sondeeren, p. ans], s. orrenne benen: E een wiek in een wond steken. {king I. Te » yJ, s, neiging, helling, strek-Tent en in vivºj, anbieding, o f, wacht- Tentative ſtenºta-tivj, » . nº m., to Tented ſtënt/edj, adj, met zijn dien 'R'enter ſtënt'erj, s, spanraam in, tenters, in verlegenheid zii n) spannen. frame fºyer-framel, s. ºnd ſten oor jaren in pact rº èrm ## aar. » #w annº ſtèr'mi-nal], adj, eindigend." uiterste wil m.: ; the e ſtèr'mi-nate] - ed -ing, v.t.&i. be- het oude en nieuwe v eindigen, een einde nemen." Testamentary ftés-t AS--- -- tèr-mI-na's hunl, s, tament of uitersten tºes-ta'she us), H. m 'ta-ment], s, t einde van het geluk. ## er-mi-nöl'o-dgy], s. terminologie, Te nstwoorden. ºf & m., iging， mus], s, ein # 'restator ſtés taſt ten in the te and then speak of it, doe n over; it is so then, het is dus u dan, thans; so then, zoo da . tijde dat; till then, tot op dien tijd, # f, wat dan ? » » # |Thenee Iſraëns], adv. van daar, da daaruit, daar door, when ye 33 wanneer gij vandaar vertrekt, useless a f, redieulous, nutteloos en daarom from the nee, van daar, van toen henceforth Iſraëns'forth]Theneefora rºw adv tijd af. e-al], a- ## » r, Lºra. with raare: -bread ſterfbrédj, s, ongezuurd brood in. ºa ſthe-ri'ac-a], s. theriakel f, tegengift n. .. # , adj. heilzaam. , mal], adj, warm; thermal baths, en; thermaal waters, warme bronnen. eter [ther-möm'me-tèr], s, warmteme- # # (kelijk een weerglas. rican Ithèr-mo-métºric-al], adj. betrek- e], pron. deze, z. This, these are, these men, deze mannen. ſthuws], s. spier, spierkracht f. . # Hay], pron zij, # they and their r, zij en hunne vaders, we are as good ## zijn zoo goed als zij, they who it, zij die het gedaan hebben, ther egt (zij zeggen), # # J, s. dik in, dikte f. ; through thiek in het wild, in het honderd, door dik "fthiek, adj. dik, dicht, troubel (a- ## ioedig, 'Ei. # » ee winnen ordert en; a thiek plank, een dikke , dik papier, seven inches, 'prºare withºij ady, daarmede hal Iraare-wYra-al' J, adv. daarenboven, te ing, ge r:## Thin # rens voor het maken van netten dunne melk ; thin blood, dun bl is thin, het koorn staat dun (ge disguise, een gering men (bv. th # of the enemy), dun Huid, een vloeistof we klaren; to thin air, mankind, het mense hin-bodied It d Tr » k, #### thick and threefold thiek, dubbel, dik, in menigte, bij hoopen. k’bo-diedJ, adj. zwaarlijvig, van N -ing, (van vloeis vuldigen, dik # # id, every li another thin ther thing, dat ali ten t t; tijd van dertig jaren ' vat|This Irars], pron. deze, dit : A- this house, dit huis, by thi , mij d r: E ## not think of it, ik heb cht to think nu en of, hoog- # hebben van 5 to think enken over, weinig tellen; to | ºf any one, kwaad van iemand den- k of means, op middelen peinzen; y harm, op iets kwaads bedacht on, thin k upo 4, dit deed mij er aan denken, denken aan enker m. gedachte f. ; vvay iking men w dunkt, dat; to think of, nadenken over, bedenken ; ma' of isis, bij • this onee, dezen eenigen keer, this w weg, hierheen; this and that, het een ander; between this and that, tusschen dat; what does this mean, wat beduid Thistle [thſs'slj, s. distel m. » º Thistly I thºſs'sl-ly], # distelig. . Thither fraïra'erl, adv. derwaarts, daarhee naar toe, daarheen; z.. Hi ther. º: 'Ehitherto [THYTH'er-to], adv, zoover. --- Thitherward [THYTH'er-wûrdJ, adv. derwaarts, Thole [tholeJ, s, roeipen, roeidolf, +koepeld Thole Ithole] -ed-ing, v.i.&t. wachten, ven; + dulden, verdragen, Thong [thöng], s. riem m.; to cut large t out of an other man's ieather, van een mans leer is het goed riemen snijden. Thoracie [tho-räsic], adj. & s, tot de borst rende; (thoracie) arteries, borstspieren, Thorax Ithoºräxj, s. borst ºf - Thorn "ſthorn], s, doorn, stekel, angel m.; a thor in th ſh, een doren in het vl h vvhi te [thorn. àp-plJ, s, doren baek Ithorn' backJ, s, rog m. Thorn-hedge # oralens ## , adj. Thorny [thor'ny], adj. doornig, nen (bv. as - erovvn), verdri ###### Thorough [thür'roh], adj. volmaakt, volledig, de wrocht; a thorough reformation, een algeheele, doortastende hervorming. » " Thorough [thiir'ro thürron-going! '- # e nd part. gedachte, . . . .&S , gevoelen, oogmerk m., ver- nigjen.; seeond thought, rijper thought, ver gezochte ge- hought-, nachtgedachten, upon, "# als de ge achte, eh, het be absorbed, het ried or Zº.N »ught, in gedachte verzonken zijn, to have some thoughts, denken aan het voorne- men hebben ; te read any one's thoughte, iemands gedachten raden; to speak one's tinoughts, # n zeggen; to take a thought, in droef- theid vervallen; to take thought for, den- aan, gedachtig zijn aan , a thought strikes er komt een gedachte bij mij op ; that ht eame into my mind, die gedachte kwam bij mij in mijn geest) op, he has no ught for the future, hij zorgt niet voor het de; to entertain ill thoughts of any hte gedachten van iemand hebben, hºe r thoughts, hij heeft gansch andere it has is n een a long time in my geweest, , adv. bedachtzaam. 1-nessj, s. #aam- 1 ſthbht'lessJ, adj, onbedachtz [thbht'less lyJ, adv: onbeda ess Ithoht'less-neas], s, onbed , slavernij ºf :: tot slaaf #" N Three-forked (thr Three-headed Ith (bezonnen. Three-lean en [thréd' en J, adj, ga hotenwife # holls- Thread-Haee [thréd'lace], s. ga 'Thread-shaped Ithréd'shapt], adj Thread-stamper ## ## Thready [thrédºdy], adj, dradig, draad. Threat IthrétJ, Threatening ft tºn dreiging fi, E# impotent thrº machtelooze bedreiging, to employ, threaten, bedreigingen bezigen. # Threat Ithrét], Eritreaten [thrétºtn] v.t,8-i, dreigen, bedreigen (vvith, met); to th to, dreigen te , he is threatened with hij wordt met rampen bedreigd. Threatener [thrétºtn-er], s, dreiger Threatening 15 fthrétºtn-ing-ly], a Three Ethreë], adj. & s, drie, d Three en eft Ithreë'cliëft], adj, d gedeeld. » Tiaree-cornered [three-cor'nerdj, Three-decker fthree'déck-e » # ## ſthººd d1. a. » ### # Haree-ineke j, drieduims, d fthreeſieavd ## 'EThree-inch, nºcht], ad * thriven naay iie till seven, 1 il slagen, moet er vroeg bij zijn, d is, kan zijn gemak nemen. s, voorspoedig adv. voorspoedig. ### Tharovv [throw J, s. worp, slag m., pogi vvnhaui en 1 d, s. gaffelval .. :kºklj, s. aaj de keel in (keelriem. | | # f. van den | betreffende, tot >XYi-Lº. . . . . . . . . E& . ... . .Z #), # ## ## ſthrouh'IyJ. adv, z. Thoroughl, gh fear, uit vrees ; to reed a through, een brief van het begin tot het lezen ; to earry a project through, e » tot het uiterste doorzetten, to drop throu in stukken, in puin vallen; to fall throug duigen vallen as a » hroughout [thröuh'out], prep. & adv. geheel dot overal, altijd , throughout the year, het g heele jaar door. » # 'Mºhrove [throw J, pret. van Thrive. st g, pot schijf fº, -wiel m., thro vvs, pl, weeën ºf pl. Throw[throw],ThrewſthrôôJ, Thrown Ithro Throwing, v.t, &i, werpen, gooien, smijten, smake ken, afwerpen, twijnen, spinnen vormen t # tenbakkersj, om (over) het lijf slaan (een klei een worp doen ; to throw one's self ..., z overgeven ...., berusten ...., to throw ston steenen werpen, the canon throws a bal het kanon werpt een kogel ; the snake thro a skin, de slang werpt hare huid a S one's antagonist, zijn tegenstander mede n; to throw a stone at an: een naar iemand werpen ; to a zijde twijnen, spinnen; to throw ther twijnen, tweernen ; #Haren t proeft of onderneemt alles zonder o throw after a persºon, iemand throw the halve after the ## half verloren zaak gehee get hier, bij elkander werp bot verspil geen schot; t tºen ; to throw aw (as tien » n werpen , don't # echt # kken in mat spekken, N $ 3:: : : : : : : : 3 [thruimJ, s. end draad, bosje na, kuif, grof thrum-cap (-hat), ruige muts; thream- gespekte mat f: * . . . .XS ahſthriish],s.lijster,spruw f; red-vving, wind h, roode lijster; song trash, zingende lijster, 8 hriist], Thrust -ing, v.t, &i, stooten, ngen, indringen, to thrust against the wall, tegen den muur drukken ; to thrust aside, ter zijde stooten; to thrust at, stooten, steken naar v, the antagonist) : to thrust away, weg- ten, wegwerpen, verwijderen; to thrast haek, eruitwerpen, verstrooien, verwijderen, to thrust n, naar beneden werpen, mederstooten, te heunt forward, voortduwen, voorwaarts stoo- bevorderen, voortschoppen, to thrust from, tooten van 5 to thraast into, stooten in, dringen r, medesleepen in, doorsteken met een degen , t : one's self into, zich indringen, zich in, stooten, afstooten; to thrust on, voortdrij- , to thrust out, naar buiten werpen, buiten ºm itdrijven, verdrij- verwijderen, uitrukken, # o thrust through, doorsteken, doorboren, together, # in, samenpersen ; | stool steken in ernet iſ n of st naar; to , s, stoot, aanval m. ſv st'er 1,s. stooter, steker, duwer, a 1], s. duim m., Tom thumb, klein to bite one's thumb at any one, met en gek scheren; to smek one's thum m] -ed [thiimdJ -ing, vit& , beduimelen, afroffelen ere ij met de (bv. a. &#s na al zich bemoeien met ; to thrust of', de trommelen (met de vingers). # Thunder elap ſthún der-cläp], Thunder-elond ſthún 'der clottº onweerswolk f. # Thea naderer [thun' der-er], s, do Thunder-gunt Ethin'deregist], s Thundering [thún 'der-ing], s. don Thunderous Ithin' der-rus], adj, don Thunder-proof [thün’ der-prôôfj, a gen donder en blikse ...' R& 'E'n under-shower e S ſthielder-shou-er. Thunder-stone [thin'der-stone], s, do #Thunderstrikeſthinder-strike] -- ing, v.t, door den donder treffen, wonderen. #Thundery [thiinſ der y], adj, dond Thariferous [thu-rfºe-rus], adj. brengend. # Thurification [thii-ri-fi-ca'shun], s, t Thursday [thurzºday], s. donde thursday, hemelvaa » # thursday before E 'hun Irniis J, adv. du aldus vang ik aan, far, tot hier toe; zoo veel voor ditmaal; want dus redeneeren thuis ! as you : # ik [thwäckj, s. s (van een uurwe ijk f.., het tikke t&i. kittelen, kittelaar m. #& l; maizz kruiszeil t ## il, top-saiſ Yard, marsra, p, het marszeil staat prit t": ºp/sail: '# psy tiir vyj, adj, mº-, rots, sp # (vend. kºſt --- mend, verdoo- s. roostering, dro- (teren, f-fy] -ied -ying, v.t, drogen, roos- r'rentJ, s. stroom, vloed, bergstroom m. adj. verzengd, brandend, w rid-ness], s, hitte f. , , sl],s, hout, slangswijze gedraaid n. (in nde), krans m. om een moorenhoofd. 'shun], s, verdraaiing ºf w w , s. onrecht, ongelijk m., beleediging f. tor-tY1'1-tyJ, s, kronkeligheid, gewonden- tor'shun], s. maarteling, pijniging, folte- ious ſtor'shusj, adj, beleedigend. ive Itör'tiv], adj, gedraaid, kronkelend, gewon- ortoise [tor'tisj, s. # f, '- (den. W # tor'tis-shëllJ, s. en adj, schildpad # W., w » & w hadden, W t ity ſtor-tu-ös'I-ty], Torturousness [tor' less], s, kromte, kronkeling, bocht f: Tortuous ſtorttzu-tis], adj. gekronkeld, verkeerd. w Torturable ſtor'tyu-ra-bl], adj, gedwee, - Torture [tor'tyurel, s. pijniging, pijn, pijnbank f. Torture ſtorttyure] -ed -ing, v.t, pijnigen, fol- Torturer ſtortyu-rur], s, pijniger m. (teren, Torulous ſtörſu-lus], adj, rondachtig, gerond. Itör'vi-tyJ, s. grimmige blik m., norschij , barschheid, norschheid f. r’vus], adj. barsch, norsch. e ty gedraai d, lijdzaam, eduldig, s. tory, verdediger van de tonings, koningsgezinde m. *werpen na, worp, stoot m., -ed-ing, v.t.&i, werpen (bv. a. lingeren, sollen, verontrusten, zich heen er bewegen; to tess a business, een zaak gen, overdenken ; to toss in one'- mind, zelven overleggen, baalde king ºf ok-, se toss in a blanke ken opwippen, sollen, to toas oºit burn- n, uit groote glazen drinken ; to toas N--------- &----------- (als groet), tu toe # (ring f. | bali), Tow haven ergens binn en ; to toeneh he keel, or to graze the isottom, door modder gaan, met de 1 raken; touch the wind : bij de wind ! hooger ! # 'EToucha adj. # & in Be 8% W hable ſtitch' # Touch-bath ſtiitch'bath], s. Touch-hole ſtütch'hole], s. zun Touchinees ſtütch'I-ness], s, kit Touching ſtütch'ing], adj, roerend touching at a port during a rende een reis een plaats aan doen. w Touching ſtütch/img], adv. aangaande, bet Touchingly ſtütch'ing-ly], adv. aandoenlijk 'Touch-nae-not ſtiitch'me nót], s. kruidje-roe niet n. # tha 'Touch-needl teh'nee'd IJ,s. probeernaald, p Touch-stone ſtütch'stöne], s, toetssteen m. n: 'Touch-wood ſtütch'wildj, s, zwam f. 'Touchy #"# adj, licht 'Tough [tüff], adj, taai. Tonghen ſtiif"fnj - ed -ing, vat.&i Toughly ## adv. op een ta 'Toughness ſtüf’ness], s, taaiheid Tough timber ſtiif'tIm-ber], s. buig Toupee Itôu'payl, Toupet, s. kuif #, toer m. ## w- geraakt. ſtôur], s. reis fi, # st [tóur'rist], s, ament [tour'na l, tornooispel n. 'House ſtoûze] -ed -i Tous1e Itoii'zl] -ed -i gen, mishandelen. - r m. w , Tourney, s. s # N- 'E'onterftoil :: Tovv Itöw J, werk, sl ovv, op sleeptouw nem w ſtow J -ed -ing, # ee ## g 'het boegeeeren nº g-du-tyj, s. sleeploon, #, -- " ſto wºrdJ,,adj. gen. trºvara g (s) [to'wurd Toward gen, je wurd'ness] lijk, oor the other. 5'tal-ly 'er] & -ing, v.i. waggelen, sc na Tow-hoat der #en. beschonkenheid f. s, boogschutter m. lgoed in., "# tºe iſ nº # # # # # ſtoi'biz-ness, tot trädel, goed. # #penmaker #, # ish-ness], s. gedartelen. koopman m, in speelgoed. lgoedwinkel m. . tspoor n.., streng f. nasporen, opsporen a, op en afloopen n ( bv. the out-line). op te sporen, vervolg- der m, i {baar , Tragical . » # , plat staart Train I reading nip Tradition ſtra-dish |Tragedy ſtrådg'e-dy], s. # ## 'tt: ## ## mei f. Tragically ſtr㺠& & # f Traditional ſtra-dish'un-al], Trad - dish'un-a-ryl, adj. overgeleverd, op steunende, Traditionally ſtra-dish'un-al-ly] " KW,'UW- WOZ , WWW. -WSV ..ZW » 1-1y J, ad Traditive ſtrâdºi-try], adj. overgeleve Traduee ſtra-duce'J -ed-ing, v.t, b #Tradueement ſtra-duce'mentj, s. las 'Eradueer ſtra-duº cer], s, lasteraar m. Traduetion ſtra-diic'shun], s, overbren ling, overlevering fº, overgang na.; voortplanting ## f. - - - # # Trafie ſtraf'fic], s, koophandel m., verkeer 'n raffie ſtraf'fic] -ked -king, vi&t. ha ven, omzette -3. . . . :S ## ## » iTrainieable ſträtºfi-ca-blJ, adj. te verhand Traſſieker #, handelaar in elaar Tragaeanthſträgºa-cânthl, s dragant f. Tragedianſtra-dge’dy1-an],s. treurspels speldichter m. 3..." treurspel n. agieal, adj. tr l-ness], s, tr tragische n. X- dy ## , A. 'ragieomical ſtrådg'I-cöm''mie-al], ragi-comische wijze. # rail ſtrailJ, s, sle ## 1] -ed treden (bv. g. volgen, kruipen ! aan en train], #s in., trein, stoet, loop m., gevo train1 -ed #! # he % ; tra ele, pl. ketenen, boeien ºf pl., |T. hinderpaal m, kluister f, vuurhaak, ovaalpasser m. | zºººº #n terämmeij - ed in, vººr kinisteren, ranship thee | schip in het ande! me ſtra-mön'tane], adj. aan de andere ship's company, de equipage va van 't gebergte liggende (schaar f. | een ander doen overgaan. #' s, voetreiziger, landlooper m., heg-Transhipment ſtrans: hig ment , s, ove ſträmpj -ed -ing, v.t.&i. trappen, treden, Transient ſtrân : ---- , (land)loopen, tramp out! # u weg! | ten duur, kortstondig. # ... mper ſtrâmp'er], s, voetreiziger, landlooper m. Transiently ſtran'shent-ly], adv. kortston mpleſtram' plJ-ed-ing, v.t.&i. vertreden, ver-Transienten een ſtrân'shent-mess], s, korte ppen, trappelen. & vergankelijkheid f. >------------------ anapler ſträm' pler], s. vertreder m. " Transit Itrºn'sit], s, doorgang m, ; transit mway ſträm'wayJ, s. spoorweg ma. t voor paar- doorvoerrecht, transito-recht n. shent], adj. voorbijgaande, # W., I',W. , , , ' - , - 'w (schijndood m.. Transition ſtran-sm'shun], s: overgang m. e ſtráns], s. verrukking, geestvervoering f, Transit-instrument ſtrân'sit-in- ### il ſträng'kwY1], adj. gerust, stil. ridiaan kijker m. - , # # # # # # guillityſtrân-kwY1'i-ty],s. gerustheid, kalmte f. Transitive ſtrân'st-tiv], adj, overgaande, l qui (1)lize ſträng'kwil-lize] -ed -ing, v.t. Transitorily ſtrân'si-to-ri-ly], adv. verga bedaren. (doen onderhandelen. 'M'ransitorinese ſtrân'si-to-ri-ness], s. vlu vaet ſtrán-säct'Ji-ed-ing, v.t.&i. verrichten, kortstondigheid f. # etion ſtrán-säc'shun], s, verrichting, onder-Transitory ttrân'si-to-ry], adj, vluchtig, v ## f. ; transaction in goods, goederen Translate ſtrans-late'J -ed -ing omzet. M «. vertalen, verplaatsen (bv. a. d. ransactor ſtrán-säc'tur], s. onderhandelaar m. vervormen; to translate mee rán-sënd'J -ed-ing, v.t, overtreffen, vertalen , to translate vwo Transcendeney, li K... . lijk vertalen. Translation ſtráns-la'shun],s.ove tiran aë t], adj. overtreffend. T laſtre s; noi en » 15 ſtrán-sënd'ent-ly], adv. overtreft olate ſtráns'co-late] -ed-ing, vat. de W olation [tráns-co-la'shun], s. doorzijging f. T. áns-cribe'J -ed -ing, v.t. over- heid f ven, afschrijven. -cribe'er], s, afschrijver m. 'cript1, Transcription ſtráns- n, overschrijving ºf ript hun], s. afs # ſtráns-cur'J, -ed -ing, v.i. heen en |. verh ## rºl -red -rin , pl. paardentuig, gareel W {plaatsen, Trash ſträsh n., afval, nietsbeteeker # 'J -ed -ing, vt. ver- nend mensch mº, vodden, prullen f, pl.; it is but ms-plant 1 -ed -ing, vet, ver- trash, het is slechts een bagatel. » ) |'n'rappings I ### Ppºng # z], ieraad ne, opschik in. #hot lanten. (ting f. Trash ſtrâsh] -ed ſträsht] -ing, ation Utráns-plán-ta'shun], s, verplan- fnuiken, onderdrukken. » » er ſtrâns-plant'er], s, verplanter m. Trashy I trash'yJ, adj, slecht, nietig, jv dient ſtrans-plën'dent], adj. zeer schit-Trans ſtrássj, s, tras n. S. . . er glansrijk. #8 It'， 'rauliana #: s. het stameren s'port1, s verrukking, vervoering f, Travail ſtrãv'vilj, s, arbeidſm. asport, transportschip n.. , Travail ſträy'vilj -ed -ing, &# ſtráns-port'J -ed -ing, v.t. verruk-Trave, Travia ſtrave, t-avlisj, s. balk, hoe ren, overvoeren, in ballingschap zenden, Travel # is, reis ºf, » ttrek ren; to be transported with pan-Travel ſtrãv'vl] -led-ling, v.i.&t, reizen, d r drift vervoerd zijn Travelled ſtrãvº vld], adj, bereisd. toosdur Traveller ſtrãvºvl-er], s. reiziger m. N Travelling ſträv'vl-ing], s. reis f; %. âns-por-ta'shun], s, vervoering, instructive, het reizen is leerzaam, # (transportwagen m. l veiling, landreis, travelling expensee, # ####### s. j kosten. ſkoet", Travelling-earria ### reis Travel-writer ſträv'vi-ri-ter], s, reisbeschrijver in . es Travernable ſtrãv'vèrs-a-bl], adj, betwistbaar, s, very W ..." ». 'E -.' • 'W dwarsboomen, tegen te werken, # mentJ,s. overbrenging Traverse ſtrãv'vèrs], s, middelschot, # # | dwarsbalk m., wederwaardigheid fi, te s-po' zal], s, verplaatsing ºf I wending, uit lucht ºf e'J -ed -ing, w.t. verplaat- Traverse ſträv'vers], adj. and adv. dwars, sporteeren. Traverse ſträv'vèrsj -ed -ing, vt.&i kr 'un],s, verzetting, ver- dwarsboomen, verhinderen, dwars overgaan Traverse-course ſtrkv'vèrs-cours], s schuil Traverse-horse ſtrkv'vèrs-hors], s, overloop in den bezaanschoot. (de m Travera er ſtrãv'vèrs-er], s. 1 N Traversing v'vèrs ing], s | Travesty ſtrãvº ves-ty J, s, pal ſtray], s, tro man ſtrayºn # W you, een %& te zien. " Trent ſtreat] ed -ing, vt,8ci. rood), onthalen, eene verhandeling houden (of, r), onderhandelen (with, met), handelen ; to | # .. a patient, een onderwerp, een zieke behandelen. (delt, onthaler m. later ſtreat'er], s. onderhandelaar, die behan- eatine ſtrea'tiz], s, verhandeling f. (ze f. reatment ſtreat'ment], s. behandeling, handelwij- % ## onderhandeling fi, tractaat n. .. trébº blij, s. bovenstem f. ble ſtrëb'blJ ed -ing, v.t.&i. verdrievoudigen. leneas ſtrëb'bl-ness], s, drievoudigheid f. g, ſtreb'bling], is derde verhooging f. (der ſtrébºbly], adv. drievoudig. Ischatting), # tree], s, boom m. ; a genealogieal tree, een stamboom , such as the tree is much i he fruit, de appel valt niet ver van den boom ; eroen tree, dwarszaling; roof tree, schaarstok, trestle or treasel tree, langzaling, mark upon ºver treat a numb jeet, schikt voor scheepsbouw, e Utreel, Treed I treed] -ing, v.t.&i, in een boom jagen, vluchten, klimmen of vliegen, op een boom gaan zitten. » less], adj, zonder boomen, vlak (van te' like J, adj. als een boom. ſland). J, s. houten nagel m r- -ed -ing, v,t, N J, *. laver m., sweet trefoil, ze- tijdekruid in., ahrab trefoil, kamperfoelie f. lage Utreiltiadg], Trellis ſtrël liss], s. tralie ewerk, latwerk in. ## rém' blj ed -ing, v.i. beven (bv. , sidderen, trillen. # & & #m'bler], s, die heeft, bever m. #n blind, , bevine, E"t ém'bling], s, beving, siddering f: treinºijing-ſyj, adv. 'op een beven ## m'bling], adj, bevend, beangst; sid- RW ## adj. vreesel tre-mën dus-ly], ad y], adv. ini # i ºnd, Trenching behandelen ſini, Trench-pi a for ship building, merk op boomen ge- 3. *# Trespasser t # N » reſiree eil tyurel; s, boomkweekerij f. #&### . Tri nagelen, een | | .. Triad ſtr!'adj,s vereenigin er eraan te » . inner m. N zien # om den ondergrond bloot te l een gh tº:#en':" Trend # -ed -ing, vi,8 t. richten, geeren, krommen , to trend strekken naar ; how far the land t ver het land zich uitstrekt , the eo to the south went, de kust loopt Z. Trend ſtrëndj, s, richting fi, loop m. Trending ſtrënd ing], s, richting f. Treen die ſtren'dlJ, s. spil f. & n. Trepan ſtre-pânſj, s, schedelboor, strik, v. Trepan Itre-pân'] -ned ſtre-pand'1 - trepaneeren, verstrikken, verleiden. t Trepidation ſtrép-1-da'shun], s, siddering Tºrenpass # : overtreding, zonder Trespass [trës'pass] -ed ſtres'past] overtreden, misdoen, zondigen, totre- the laws af ſtrës’pas-ser], s, overtr Trespass offering ſtrës pass-öffer Treme ſtress], s, lok, haarlok m., v Tressed ſtrësd], adj, gevlocht Trentie ſtrës'sl], s, schraag f. # Tret ſtrét], s, refactie f. # .. Trey ſtray], s, drie (bij kaart- en dobbels hſe ſtri'a-bl], adj, verhoord, beproe derzocht kunnen de worden, t Trial Ltr1'al], s, proef f., verhoor, derzoek na, beproeving t; to ma eene proef nemen van , N proef ondergaan, ondervraagd w a trial on any one, een proe men; bar, gerechte men; trial at ba de leden der rechtbank ; trial telijk onderzoek door de jury, bij wijze van o . . . . . S<<3 & ming, to move hooger beroep t appèl toestaan, on trial, in ond trial, voor de re ten ºf kom s | Trigonal fºtºg onaij, adj dri # ijsch . ## firig-oºnoºm tºt # # #, snel ophijsehen, is:# #no met riººij, adj t ſtrº-eën'te-na-ry], s. drieeeuwental na driehoeksmeting behoorende ; trigonometri ne. Itricing-line], s, wipper, ophaler m., waarvey, triangulatie. # me of the yard tackle, wipper om Trigonometrieally ſtrïg-o-no-métºric-al-ly], ad 1 op te brengen, ## | op de wijze, naar de regels der driehoeksmeting J,,s streek m., poets, grapf, trek, slag. Trigonometry ## is, driehoeken ; the trieke of boys, jongensstreken, mean Trilateral ſtr1 lätºe-ral], adj. driezijdig. (ting te, #"# streken ; nasty trick, ## Itrºll], s. trilling fi, tremblant m, k, list, leelijke gewoonte, odd trick, slag'ETrill ſtrïllJ -ed -ing, v.t.&i. (doen) trillen elj in het kaartspel ; sleight or hand, de muz.), vloeien, biggelen (as tears). # ºhendigheden, to play, to serve any Trillion ſtrY1'yünj, s, trillioen m. ſtooneelstukk me a triek, iemand een poets spelen, iemand be- Trilogy ## s. trilogie, reeks ºf van drie otten, to show trieke, toeren (kunsten) met 'R'rim ſtrfm], s. kleeding f, opschik m., orde e richten; trick for trick, leer om leer. | staat, toestand, to be in a good trian, in 1 - ed ſtrekt] -ing, vt.&i. bedrie- den staat zijn, trian of the hold, stuwing van ten (bv. in the sale of); to triek up, net ruim ; trim of the naaste, voordeeligste stand pschikken, versieren, # der masten, trim of the eargo, goede stuw , bedrieger m. # van het ruim, not in sailing trina, zo 'J, s, bedrogn, fopperij, kunst- vaart, out of trim, slecht, geballast, slech Ischik m, » tuigd, niet goed onder de zeilen liggen, yard # & in trim, ra die niet goe dj, bedrieglijk. , ,.. » d naar den wind staat, less], is bedrieglijkheid, to lay in trim, den goeden diepgang hebbe gheid f. .. » Trim ſtrïml, adj, net, fraai, mooi, proper, g - ed -ing, v.i. vloeien, rollen, gebouwd (as a ship, a person). & ::::: : : : : : : : i; the tearn triekled from his Trim ſtrïmij -med ſtrººmd] -ming, %3AWEXE:WNRWEW. ,,W llen uit zijn oogen; to trickie | gen, # voorzien, poetsen, scher ederdroppelen, biggelen langs, to triekle oppoken (the fire), tooien, kleeden, d van, druip Er | schaven, snoeien, knorren, iſ scheepswol W .. ten, repareeren, schrapen, kalefaten, beren, weifelen; to trim a gown wi een japon met kant versieren; to trian tooien, opsieren, opknappen , to trina een schip uitrusten, zeeklaar maken, to trim." boat, een sloep behoorlijk laden; to trim hold, het ruim stuwen; to trina in, samen gen, vereenigen; to trina vvood, hout naar mal bewerken; to trian a sail, een zeil beh opzetten, kant zetten en naar den wind br! te trim the boat, de sloep recht houden veel aan een zijde doen overhellen , tri sharp: bij den wind overal! ## v ſtrººm lyl, adv. netjes. ## # betrappen, trippelen, huppelen, een reisje doen; Trivially ſtrºvi-al-ly to ## one's heele, emand den voet lichten ; ## ## * to trib, along, dribbelen over; to trib op, maar uitdrukking, onbeduidendh boven dribbelen, to trip any one up, iemand Troat ſtroat] -ed -ing, v.i. sc doen vallen; to trip the anchor, het anker doen een hert, in bronsttijd). doorgaan. # # # . .. Troche ſtr koekj &#### Tripartite [trip'par-tite), adj. driedeelig, drieledig. Troch itie ſtroºkri'ik], adj draaiend. Tripe ſtripel, s. darmen m. pl., pens f. Trod ſtrödJ, Trodden ## , pr & Tripe-naan ſtripe'man], s, pensman m. 'Troglodyte ſtrög'lo-dyte], s, holbew m. Tripe-market ſtripe'mär'ket], s. pensmarkt f. 'Froi 1 ſtröll] -ed -ing, v.t. &i, draaien, trekk Tripery ſtrip'e-ry], s, penshal, pensmarkt f. | sleepen, visschen, zingen, voortrollen ; to tr Tripe-shop ſtri ## , s, penswinkel m. away, afroffelen, rond zingen; to troik - Tripetaious ſtri-pët'a lus], adj. driebladig. doen rondgaan, in den koets rondrijden. Tripe-visaged ſtripe'viz'adg], adj. een schurken-Trollop ſtrö1'hup], s, slons f. # gezicht hebbende, w Trollopee ſtröl-lo-pee'J,s.kamer- of nachtge Trip-hannaer ſtrſp'hâm-merJ, s. smeedhamer m. | Trol-my-dames ſtröl'my-damz' 'J, s. trouma Triphthong, ### drieklank m. (zeker spel) n. v Triple ſtrºp ºple], adj. drievoudig. Trombone, ſtröm'boned, s, schuiftrompet f: Triple ſtrºp'pll ed -ing, v.t. verdrievoudigen. . Tromp ſtrömp], s, blaaspijp f. Triple-erevvn ſtrip'plecroûn], s, pauselijke kroon f. Trompii ſtröm/pil 1, s. mond mº, op Triplet ſtrºp'let], s. drieregelig versje n. | +Tronage ſtro'nadg], s. waaggeld, weegiº Triple-time ſtrºpºle-time], s, trippelmaat f. +Tronator ſtro-na'ter], s, wolweger m. Triplicate ſtrºpºli-cate], adj. drievoudig. Troop ſtrôôp], s. troep fi, hoop ## bende ſtrokel, #, borstkoekje, suiker n # w w riplieation ſtrºp-lf ca'shunJ, s. verdrievoudiging f. Troop ſtrôôp] -ed -ing, v.i. bij hoopen of b riplicity ſtri-plïs 'si-tyJ, s. drievoudigheid f. den loopen; to tro op vvith, ## migen ! riply ſtrïpºly], adv. # w | te troop off, afdruipen, aftrekken. ripod ſtri'podj, Tripoa, s. drievoet m. Trooper ſtroopſer], s. ruiter m., Tripeii firſpººn jij, a tripel n. - Troops ſtrôôps], s, pl... krijgsmacht fi, t ripper It # peil, s. struikelaar, trippelaar m. Troop-ship ## Yp], s, transpor ipping (trip ping], s, trippeldans m. troepen, oorlogschip tot overvoering "Een # ſtºpping vl, adv., trippelend. Trope ſtrope], s, figuur, oneigenlijke ripudiary Itri-pu'di-a-ry], adj. dansend. ,, Trophied ##### adj, met zege te 'Tripudiate ſtr1-pü'di-atej -ed-ing, v.i. dansen. Trophy ſtröffy], s, zegeteeken, ee Tripudiation ſtr1-pu-di-E'shun J, s, dansen m., Tropie ſtröp'pic], s W rireme ſtr1'reme], s. galeif met drie roeibanken. Tropieſa 1) ſtröp'p < ºriseetion ſtri-sék'shunj, s, verdeeling ºf in drie overdrachtlijk, figuurlijk. # Tristful ſtrïst'full, adj, droevig. (droeven. Trot ſtröt], s. draff, oud wi ºristitiate ſtrfs-tish'reate -ed -ing, vt. be- draf, genthe, ## t g inyilable ſtr1-sſ1'la-blj, s. woorden, van drie let- trot, met grooten draf, to bring to repen. # # # ezaagd. I draf zetten. #e, ſtritel, adj, versleten, gemeen, alledaagsch, Trot ſtröt),-ted -ting, vi, kt, dr Tritely ſtrite ly], adv. op alledaagsche, ats:## Troth ſtröth J, s, trouw, waarheid f; of platte wijze, 33 - (heid f. | goeder trouw, in der daad. ſtrite'messl, s. versletenheid, afgezaagd-Trothleen ſtröth'less], ad riton ſtriſtun], s, triton m. i+Trothplight Itröth'pluht], 1 -- ------ riturahle ſtrït'tyu-ra-bl], adj. vergruisbaar. Trotter ſtröt 'ter], s, draver, schape riturate ſtrºtºtyu-rate] ed -ing, vt. malen, Trouble ſtriib'bij, s, moeite fº, . w izen, stampen. moeielijkheid fº, ongemak, ver irſt'yu-ra-shun], s. vermaling, fijn verwarring, onrust ſ.., great - ex---- -- ing: f. trouble, groote moeite, out of fijn wrijving ºf ## tyurej, s. afslijting fº, maal- moeite, out of his trº # ſwinning, zege. f. | to put "E, # raal, zegeviering, over- oorzaken; to t -ed -ing, v.i. zegepralen, zich de moeite men; to triumph 11 | tig zijn; to save a nderpalen te boven k | moeite besparen, to ## | moeite sparen, alle moe to, de moeite geven, -- ſh zelf moei x N # adv. op een # bieomet ------- ex -><< essJ,s moeielijk- »lesomely ſtrijn'bl-sum-lyJ, ": ſtriib' bl-sunnen , lastigheid ºf # w bie-state ſtrüb'bl stâtel, s. onruststoker m. blona ſtriib bles], adj. oproerig, onstuimig. 'rough [troff],s. trog, bak, watergang m. (bv. of a mill-wheel), is needing trough, kneedtrog , V gka #' teerketel, draining trough evvny-tarred eardage, bak met bodem van oosterwerk voor pas geteerd touwwerk, trough the sea, golfdal, the whip lies in the trough » sea, het schip ligt tusschen de golven of < # dwars zeils. ſtroüns] -ed-i sers ſtroia'zèrs], s, pl. w ſtrbut], s, forel f, w (gespikkeld. l- eolored ſtrout’ eül'lurd], adj, wit en zwart ream ſtrout'stream], s., forellenbeek f. ſtrow 1 -ed -ing, v.i. denken, achten. vv [trow J, interj, he ! -- "- 1. ## s. troffel m. - w reight Itroi'waiht], s. goudgewicht n. W ſtrü'ant], s ledigganger, straatslijper m. ſtrû'ant], adj lui, ledig; to play truant, draaien. ### W - ' '. •''. 'W » # ng, v.t. afrossen. br # n: korte en dikke vrouw r. tilstand, wapenstilstand m., to apenstilstand breken, mag # zonder wapenstilstand, Het is n], s, tolk m. >-E ing: f., blokwagen, (scheeps- at truck, kloot op den top en truck, rakkloot; seizing neut om aangenaaid te orwiel van een rolpaard; ag-staff truck, kloot truck] - ed -ing, v.t, ruilen (loon age ſtrück’adg], s. ruilhandel m., vracht- k-carriage ck'car-ridg], s, rolwagen m. #& W uiler, verruiler m. j, s, rolletje n. -ed ing, v.i to truekle W heden st True-blue ſtrôô'blôô] True-boren Utrôô'born], True-hearted Trullization ttrül-li-za'shun vt. ruilen. (loon n." | Trum W ºx geschal bekend maken, uitbazuinen. # # .. waarlijk! inderdaad! that is true enough, dat is wel waar, true to, getrouw, aan : true te one's country, trouw aan zijn land : true men, eerlijke, rechtschapen menschen; a true eristian, een oprecht christen; a true aeeount, een ge- trouw, nauwkeurig verhaal , a true eopy, een nauwkeurig afschrift; to be true, maar dºen mal, van kaliber zijn, true course, verbeterde koers, a true line, een rechte lijn. (eerlijkheid. * # echt, van onwrikbare adj. geboren, echt; a true born Englishman, een geboren, Engelschman, a true-born Jew, een ware Jood. # Traxe-bred ſtrôô'bréd], adj, van echt ras, beast), echt, waar. . . . . . . . . # # # w True-hearted Itróóthärt-edJ, adj. trouwhartig. ness ſtrôô'här-ted-ness], s. trouw: hartigheid f. (zie f True-Move Itrôô'liiv], s... zoetlief m. & f., woudbe: True-love-knot Itrôô-liiv 'n 6t], s. liefdek (zinnebeeldig ineengestrengelde strik). Trueness ſtrôô'ness], s, oprechtheid f. # True ## ſtrôô'pën-ny], s. eerlijke hals m. Trufmie ſtrôô'fij,s truffel m., to stuff with truffle", met truffels toebereiden, truffelen, w W Truffle-plot ſtrôô'fi-plödJ, s. truffelbe w Traag ſtriigj, s, kalkbak m. (betoo behoeft Truizm ſtrôô'izm], s, waarheid, stelling f, die geen V j, s. het pleisteren, het i wº witten in. iſ waar, zeker, oprecht Truly ſtrôô'lyJ, adv. waarlijk, inderdaad, getrouw, Trump ſtrümp], s. troef, t d n. % f, trompet f; to put " (of on the trump, tot het uiterste drijven, . Trump ſtrümp] -ed-ing, v.i. &t troeven, attrº- ven, wat wijs maken, top een trompet de ## trumpet up, verdichten (bv. a charge, een* * schuldiging), smeden. w Trump-ace ſtriimp'aee],,s. troefaas n. Trump card ſtriimp'eardJ, s. troefkaart f: 1 Trumpery ſtrümp'ery], s. vodden, prullen in ºa Trumpet ſtrüm'pet], s. trompet fi, scheepsrae, uitbazuiner, ftrompetter m., to sound en - own trumpet, veel gerucht in de wereld make" nourish of trampeta, fanfare f. p '- er fºrtim neº-ed. Eing, vt. met tromp" --- #l, s, trompetter, m. % ke ſtrümp'like], adj. trompetachtig. te ſtriing 'eate], adj, afgeknot. ,, ſtriing'catej - ed -ing, -, # # # #ins": eiing-ca's hun J, s, knottinº, s". " E: , s, knuppel, staf noop m' ## # » ten te ::-S.: , s. wijd try for, streven naar ; to ſtringk'ma-ker], N # # to try out nºyunj, s, tap f, van een kanon. 'Erying fº:## .. &3:::::::3;& 3% asion ſtrôô'zhun], # ## | zº Try : trying oceasions, Truee ſtriissj, s. bundel, breukband na, bosje n. lijke omstandigheden, trying S Truss ſtriissj - ed -ing, v.t, opmaken, opbinden, moeiend voor de oogen. pennen, opknoopen (ophangen) ; to truss up Try-sail [try'saill, sº harkzeil na: t > one's hair, zijn haar opbinden ; to truss ur, | barkzeilsgaffel m., try-sail-line, stagzeillei ophalen van een zeil met het vastmaken. (m, I try-sail-naast, snauw mast m. » Trues-maker Itriiss'ma'ker], sº breuk bandenmaker Tryat ſtrïst], s afgesproken bijeenkomst Truus-parren ſtriiss' # f, trakketalie. | vous n. » ## Truse-pendent ſtriiss' pén-dent], s. looper m. van de Trysting ſtrººstingſ, adj. tot een ren eerst # s, vertrouwen, geloof, krediet, aan-Tryating-place ſtryetting-placeJ, s. vertrouwd pand m., to commit a thing to any | haltplaats, # ºf one's traet, iets aan iemands bewaring toever- |Tab Itüb], s, tobbe fi, trog mº, a tale of trouwen, to hold in trust, in bewaring houden, een kindervertelsel, een # Diogene' to put one's trust in, zijn vertrouwen stellen eynie's tuh, ton van Diogenes, to put in, zich verlaten op ; to buy, to sale on trust, tuh, in de kuip doen ; Head line te op erediet koopen, verkoopen; on, upon trust, balie; match tub, lontbalie, to op het woord, op crediet ; to go or take upon tub, marsvalbalie, # trust, #"# nemen, borgen. 3- 'riº, ftijbij en -ing, vt. tonnen, Trust ſtrtisti -ed -ing, v.t.&i. vertrouwen, toe- kuip doen. - - vertrouwen, borgen, op krediet geven, gelooven, Tube [tube], s, buis, pijp fº, tube k, vertrouwen op, zich verlaten op, krediet geven ; Tubercle ſtü bèr-kl], s, puistje, knobbeltje to trust any one, iemand vertrouwen , to trust Tuberose Ituſb-rozel, veroos ºf .. any one with a thing, iemand iets opdragen. Tuh, ty ſtu"be-r rouwen, to trust any one with untold beligheid, bultach # ongeteld geld toevertrouwen ; to Tuherous ſtuſ be-rusj, in, we know what one has to trust Tubular Itu'hu-Ierl, 's 'Er t rtrouwen op, to trust to, toever-dºubful ſtiib/full s, tobbevol # te wachten of # heeft. | hol; buis-, koker-, cilind # sºthek' kij, s, rakketalie ºf huiſar-heil er, tubulairek ſtee tëe'J, s, bewaarder, behe m. | pijpen, tubular-bridge, #hip [triis-teë'ship 1, s. ambt n. van be- .. # k] le], s, pijpje, erder. " » (enz. Tue artist’er], s, die vertrouwt, krediet geeft T. ſtrii adv. getrouw. 1 sch esdJ, is getrouwheid f. ist/ing-ly], adv, met vertrouwen, 'less], adj. trouweloos. riist'less-nessJ, s. ontrouwheid f. uw, trouw, a trusty » ke dienaar; a trusty ## etrouwheid f. ; to Tuft I ken; the precise whele trut . # -ying, vt.&i. (doen) ſtu'midl, adj, gezwollen (as a - 1eg), # hilis, hooge bergen; a tumid style, en ! N. . . RWS ': winderigheid, gezwol- , s, verdubbeling f. » rl, Tumour, s, gezwel n. ; sarco- or, vliezig uitwas, vooral aan den rus], adj, opzwellen. (neus. aanaarden, mest ke-T 1 keek m. ### W opgehoopt, opgehoogd, rºl, # 1. heuvel #. heuvel # f S j' 'urges een ee ſtûr-di Turgid Itur/dgidj, adj, *# ## rmig W . ###### spiraa rbinated she schelpen di draaid zijn ; turbinated plan planten die kegelvormig zijn. Turhimation ##, s, kronkelende ronddraaiende beweging f. . Turbot ſtur/but], s, tarbot m. Turhot-kettie ſtartbot-ket-tij, s.visch Turbulenee ſtartbij-lens], Turbulen righeid, onstuimigheid f. Turbulent ſtur' bij-lent], adv. onstuimig bulent ocean, de onstuimige zee; emirth, uitbundige vroolijkheid, Turbulently ſtur/bu-lent-lyJ. adj. o Tºur een ſtu’reen ja s, soepterrine f. Turf ſturfJ, s. zode, turf, renbaan, Turf ſturfji -ed -ing, vt. met zod Turfy ſtur'fy], adj, groen, turfachtig. ,, Turgent ſtür'dgentj, adj, gezwollen, opgeblaz ō . .. 3 ::38 >- 383 SS .3 %$ 88 d ës'sens], Turgescener zwelling, opgeblazenheid f. w, » gezollen. o e, een gezwollen stijl. d'ſ-ty J, Turgid # # # » 3%&% # geblazen , # ſtards" turgie la » id ºf Turk m., to turn turk, van" ep m., bende f: ic], s. curcumawortel u ... waren, een slag nemen Turn Itürn 3 - ed -in ten, worden, zuur worden, schiften, bederven; to turn ivory, metal, ivoor, metaal draaien, to en a vv heet, een wiel draaien, te terrºn the eyes to the heavens, de oogen ten hemel wen- den; a wheel turns on its axis, een wiel draait ## w de beslissing hangt af van een enkele feit to turn from the road, van den # en; ivory turna well, ivoor draait gemakkelijk ſlaat zich gemakkelijk draaien); the wine, milk turns nour, de wijn, de melk wordt zuur; to turn pale, bleek worden; to turn Mohammedan, Moham- kan worden; my brain turns, ik word dui- '; to turn loose, laten varen; to be turned r, geschikt zijn tot; turned of twenty, twin- jaar oud; it turned my stormach, het deed ver mij walgen, to turn down, neerslaan; to turn the engine by hand, de machine met de hand | (zonder stoom) bewegen, to turn the seale, de schaal laten doorslaan; to turn one's eyes iro # afwenden van ; to turn the w # n geld goed besteden; to turn a penny, vluchten zo iemand onder de oogen zien, bieden, a coat, een kleedingstuk keeren; to for, geschikt zijn voor, to turn - g s * ## # » g # * verwijderen van, afhouden van ; Turmannent # "dtour ſt bënch] r gaan, veranderen # # w Turning-poin g-pointJ, g Tur ning-tool-Hever ſtaming tº ing, v.t.&i, draaien, keeren, | wenden, omkeeren, strekken, veranderen, overzet- | as; the decision turns on a ## -- ; my, zij # drijven, zaken doen; to turn tail, uit- ------------------------------ eken; to turn the head, het hoofd | | wenden, het hoofd op hol brengen; to turn head, | Tarra-beneh I Tarn-eap ſturn'cap] to turn on ant draaien op, van ; hingen, de deur draait op scharnier out, uitdrijven, wegjagen, ma 3. het lid schieten (as a bone), in uitsteken, opstaan (uit het 'bed den dag komen, uitloopen op; doorn, buiten deur zetten; to vee naar de weide b rengen, to binnenste buiten keeren; to ten ren, onderste boven keeren, om aanwijzen, verwijten, doorblade overloopen, om verrollen, tuimelen; to t business to another hand, zaken op overdragen; to turn over and over, over and over again, keeren en nog ren, naar alle kanten omkeeren; to onderbuigen; to turn up, maar opslaan, ophalen, opwaarts buigen, aa komen, ruchtbaar worden, plaats voordoen ; omdraaien, over de W anker, het volk op doen kom antwoorden, terugwerpen, terugkaa the arguments of an opponen g de bewijsgronden v zelf keeren; *s - in different topics, het gesprek liep ov schillige zaken; his earen al 1 turn d, al zijne zorg bepaalt zich to turn the back upon rug toekeeren; to turn win ie knijpen, to turn in the wind, uitw in 2 naar kooi ? w aaib , s. draaien 'coat], s, afvall ürn/bé Turner [turn'er), s, kunstdraaier h ## yJ, s gedraaid I's arning tº ## f 'ing), s draai ene rturning- isat ſtürn van een draaibeitel. ur/pi-tude toise, Itar' # # 'retJ, s. torentje n, . iir'ret-edJ, adj, met torentjes. e ſtur' tl-diiv], s, tortelduif f. ## # s, schildpadsoep f. , interj, st! pst I stil! t],Tusky Itiis'ky], adj, met slagtanden. 's worsteling, kloppartij f. w # Iſh, , foei! bah ! argain Itüt'bar-gain], s. #" m, bij den roes. utelary Itü'te-la-ry], adj. be- Ituºte-lèr], d; a tutelary angel, een beschermengel, 'türij, s, leermeester, voogd m., the real the human race, de wezenlijke on- I van het menschelijk geslacht, bestraffen. ##### (zing.f rage ſtu/tar-radg], s. voogdijschap, onderwij- ſtuttar-ressJ, s. voogdes, onderwijzeres, te f. (tersambt n. ip ſtuſ tur-ship], s. voogdijschap, leermees- # # leermeesteres, gouvernante f. #### IIl, & J, s. gewawel, gewauwel n. -died -dlin Ier], s. watu)welaar m. (len. , twee, to split in twain, in 38% ººk s scherp geluid n, slechte uit- # to speak with a twang, door den Tw g, v.t, zac # en, en, Itwéë'zers], s, pl. ence Ltwély'pë m. pl. v'pen Eten 's werentieth Itwen'ti-eth Twenty [twën'tyl, adj, & s 'Er ty-fold (twèn'ty-fol » [twice], adv, twee # ldpad f. z. Turtle-dove. T -ed -ine, v.t, onderwijzen, beris- kak % gebabbel n. . eagl, a. verleg # vit knij ######## "";N, ## W hij, adj schemer # keper, gekeperde stof f, sp ed -ing, # keperen, spoel ned -n in Itwïnſbornl, adj. nr. 7 x rººs ## tweelingbroed Twine [twinel, s. getwijnd garen, touw m., of helzing f; cartridge twine, kardoesgaren; - or HPutch twine, zeilgaren; tarred twine, g teerd garen; wipping twine, takelgaren; whil tvviane, wit garen. - - - - - - - - - -- zº Twine ## -ed -ing v.t. twijnen, draaie weven (as linen), omhelzen, (zich) kronkelen ſ a river), slingeren (as a plant) ; to twin about, omvatten ; to twine with, verbind Twine-reel ſtwine'reel], s. garenwinder Twvinge ## m., kneep, pijn, ſtwindg] -ed, -ing, vt,&i steken, kn pen, pijnigen, een steek hebben (bv. in de zijde Twinkle [twing'kl], s, oogenblik n.., oogwenk m Twinkle Itwïng'kl] -ed-ing, v.i. fii - Twinkling [twYng'klïng], s. fonkel glinstering f-, knipoogje n-, oogwenk m., k stip n, ruimte f; in the twinkling of in een oogwenk, in een ommezien. # Twinner ItwYn 'ner], s. moeder f, van Twin-sister [twYn'sïs-ter], s, tweeli Twirl ſtwirl], s, draain., wenteling to give a twirl to, doen ronddraa 'Twint Itwïstil, s. streng fº, koord m., draaiing, keling f, gedraaid broodje n. " Twist Itwïst] -ed-ing, v.t. &i, draaien, vle strengelen, twijnen, spinnen (as wool, cottº to twist a passage in an author, een zin ºm van een werk verdraaien; awarise twvints, into all # concerns, gierigheid dri l alle menschelij e Twi w j, # wij (deeld. , adj, paarsgewijze ver- J, adj. # # horn'edjadj.tweehoornig. (plomp. snelheid 'Inchd1, # twee duim lang. o-leav tôô'leavdJ, adj. tweebladig. -naasted ſtôô'mást-edJ, adj. met twee masten, naasted ship, tweemaster m. pence ſtoo'pens], s. tweestuiverstuk n. shaped ſtôô'shapd], adj, van tweeërlei ge- te of vorm. » ongued ſtôô'tüngdJ,adj. dubbeltongig, valsch, # #$%%. . . . . 33%&&&&3;& %3.3%3;&#.3% &#%& & met twee en sprekende. .. *#rsoºk ſtóó'way-cöck],s dubbel doorboorde Tye ſtye]-ed-ing, vt. binden, knoopen, vastma- ke ſtykel, s. rekel, ellendeling m. # al ſtºrm'bal],s. timbaal, keteltrom f. (trom f. Tympan # s. timpaan ne, trom fi, ketel- Tympanist ſtºpan isºl, s pauk lager in, in panize ſtºm'pa-nizel en (op de keteltrom), de pauken slaan, met l bespannen ( a drama). panum ſtºm'pa-num], s, trommelvlies n. (m, # # pa-ny], s. trommelzucht f... bombast e # # ## type, letter f. » [type] -ed-ing, vt. afbeelden, voorstellen. founder [type-foûnd-er], s, lettergieter m. tal greemeten, s. lettergietersmetaal na, ef. (beeldig, figuurlijk. c], Typical, adj. voorbeeldend, zinne- J, T %. # 'ic-al-lyJ, adv. als zinnebeeld, type, # "# -ring, vt. #ig » ## ## 1 ####efer is, hieal # x #e Bekdrukkunst boekdrukker m. ZWX etreffende, fz » la #"-ſy! ,s drukkunst;tzinnebeel- n-ness], s. dwingelandin f. wreed, anºnt-erde], s. tirannenmoord, ti- plegen, dwingen, in tream- r: een tiran over # (wijze. U een tira -ed-ing, v.i. &t. trom-it eeld, voorbeeld, tegenbeeld, zinne- #### Zº ſ wreed. -rän'nic-al-ly], adv. gewelddadig, U #ne E ºf Uberous Lyu' bereus is: + U tºïbertyj, overvloed ## S Ubiquitary Tyu-blºk'we-ta-ryl, adj. o tege ## # u-bykºwſ-tyJ,s alomtegenwoordi # Udailer (Udºelman # s, gro m, in de Schotlandsche eilanden. » Uglily [iigºli-lyj, adv. op een leelijke w Ugliaress ## leelijkheid, wansta Ugly ſtig'IyJ, adj. leelijk, afzichtelijk, kwa as a temper). » IJie er ſtil'cerJ, s, zweer f, gezwel n. Ulcerate Lil'ce-rate] -ed -ing, v.i. zweren Uieeration ſtil.'ce-ra'shum], s. zwering, zwe zwering U1e ered Uiterior ſtil te ri-ur] # an gene zijde gel Ultimate ſtil'ti-matej, adj. laatste. Ultimately ſtil'ti-mate-ly], adv, ein Ultinaataan # , s, laatste iil-ti'mity], s, het uite 1/ti # advie van de laa traj, adj, ultra, uiterst Uitraiut ſtil'tra-Yst],s, die tot uit Ultramarine Tulſtra-ma-rine''J, s. 1 ultramarin f. » - ... Ultramarine ſtil'tra-ma-rine"J, adj Ultramontane ſtil'tra-mön''tane], t zijde der bergen liggende Ultramontane » ſtil'tra mönºſtane], s, verde der onbeperkte kerkelijke macht en onfe van den paus. - Ultramundane tiii'tra-miinºdanel, adj. b. UIerlate ſtil lii-tate] -ed - "#. i Unibel Tüm'belj, s, scherm niet kr Umbel lated ſtim'bel-la-tedJ, Umbel bel-life-rus], adj, schermdragend. naher Lüm'berj, s. omber in. (visch en v Afrikaansche reiger m. Usaber # -ed -ing, v ven of kleuren, verdonkeren Umbered [iimº be adj Unabilie [iim-b ELJ vel behoorend , tirannie, ge- onbekwaam 1-a-bö1/Ish-a-bij, iet afgeschaft kan worden. iin-a-böl’lisht], adj, onafgeschaft. n-ab-zölvd'J, adj, niet # n-ac-cënt'edJ, adj. zon -ac-cépt'a-blyl, adv. onaannemelijk. ac-cépt'ed], adj. onaangenomen: e [iin-ac-cëssºi-bl], adj. ontoegankelijk. ted ſtin-ac-cöm'mo-dA-ted], adj, niet t wel ingericht. gsz iting [iin-ac-cºm/mo-dating], adj. niet gepast voor, niet inschikkelijk, ied ſtin-ac-cüm'panid], adj. onverzeld. # ſtin-ac-cöm' plisht], adj, onvol- counta-bij, adj, onverklaar- elijk, onafhankelijk. a-bl-ness], s; on- heid, onafhan- nverklaarbare wijze, w tonve * ſtin-ac-coünt'a-bly], adv. op een âcºcú-sa-blJ, adj, niet te beschul-j U # (ongebruikelijk. n-ac-ciis'tumdJ, & ? hïevdJ, adj onverricht, onu t # *## d, s. onbekend- ( onbewust. dj. onbekend, in nessJ, s. on- ## er accent, Sºgzºs j ongewoon, uit- Uname '-féct'ed-n tºing], adj. tºed 'adj Unal lied [iin-al-11'dJ, adj. niet bondgenooten. | | | l Unaiienably ſin-al-lren'a-bly],adv. op onvervreemd bare wijze, w (onvergunb Unai Howable fün-al-lou'a-bl], adj. #" Unatiowed [iin-al-loud'J, adj, niet goedgekeurd. Unailored fiin-al-loïd"J, adj. onvermengd; onrºt minderd in waarde (van het gehalte der metale door vermenging) ; niet geallieerd. # Unaiuring finaï-ſuring j, adj, niet aanlokkend niet verleidend, w adj # 1 terable fiin-al'ter-ra-bl] Unal terably ſiin al'ter-ra-blyj, onv Unaltered [iin-al'tèrd], adj. onveranderd. 3& %$%& Sasa S & bus ſtim-âm-bïg'yu-iis], adj, ondu zinnig lijk. & & Un ambitious flin-àm-biſshºus], adj, niet eerzu able Iün-a-mënd'a-bij, adj. onverbeterbaar. N Unaniable fün-a’mi-a-blJ, adj, Unamusing [iin-a-mu'zing # ſtin on riendelijk. J, adj. nie rmak #d, » N ongekleed, ontredderd. i, ongevraagd. as-pi'ring], adj, oneerzuchtig. [iin-as-sail'a-bl], adj, onaantastbaar. n-as-saildº 1, adj, niet aangevallen. t 1ed ſii N. ..... . 'WW S ed ſtin-as-sayd'J, adj., onbeproefd. k #ine" fiin-as-sèr-täind'), adj. niet bepaald, end, S- 3: : SE -> ... :-S. ## t hulp, Unassisted ſin: "eij, adj ongehºlpen, zonder soeiated Iün-as-so'she-at-edJ, adj, onverbon- n, onvereenigd. - (aanmatigende » Liin-as-sü’ming], adj. bescheiden niet n-ash-shôôrd'J, adj. onverzekerd. ed Iiin-at-tact'J, adj, niet aangerand, niet ingevallen. SW--...:S trainable Iiin-at-tain'a-bl], adj, onbereikbaar. # #e- ſtin-at-tain'a-bl-ness], s. onbe- [iin-at-taint'ed], adj, onbesmet. ted fiin-at-témptºed], adj, onbeproefd. ed [iin-at-tënd’edj, adj, onverzeld, onge- ht, verzuimd. (onoplettend, afgetrokken. attending [iin-at-ténd'ing], adj, onaandachtig, authorised Iün-au'thur-rizdJ, # onbevoegd. tin-a-vail'a-bl], LJ-navailing, adj, nut- efsch, onaan wendbaar. menu ſtin-a-vail'a-bl-nëss], a. ondien- tteloosheid f: (straft. -a-vëndg], adj. ongewroken, onge- ijk. Unatten vailab » id & 3 tiin-a-vend , ſtin-a-ware'J, Un 'E adj, onbeschroomd. ed [ij 1, adj, ongeholpen. # » , adj, ongebakken, ongaar. » last] -ed-ing, vt. den ballas | UEt in. ## nadig, niet goedertierend, boo » gel lap. 1 onges k men, ongelegen, slap, losgemaakt Unabeu eenning # Unheseemingly ſtin-be-seemſing-ly. onbetamelijke wijze, (n Unibes een ingnenstiin-be-seem'ing-ness MJan benought ſtin-be-son ht'T, adj, onve 3-3. . . . . . . . . ed flin-be-waild' J, adj, onb Unhevviteh Itin-be-wYtch'J -ed -in toe vºeren, # # # #% .. (deel Unbias ſtin-bi'as] -sed -sing, vet. Uniziassed ſtin-biºast], adj, onpartijdi oordeel. # Unbidden Itin-bºd'dn], adj, ongebeden, Unbigoted #e:# adj, niet dv Un hind Liin-bind' J -bound I ing Itin-binding], vt. losma stijnhishop ſtin-bish'op] -ed #"## waardighei "IJmbit fiin-bººt' J -ted -t Unnitted thin-Ereteij, adj onget: Unnismahie ſtin-blä'ma- # er .. SW. ... .X.XZW EJ # an (wachts, onverhoeds. U awaren, adv. onver- Un adj, niet mildda-Uncha is een verassen (niet vernederd. | anderlijkheid f. .. adj, ongebogen, niet gekromd, Unchanged Itin-tchandgd' J, adj, onveranderd. » ed -iing, v.t. ontweien, Unchanging Diin-tchandgºing], adj, niet veran anden) uitnemen. . . . . . rend, onveranderlijk. .. (ken, onts tin-brace'J -ed -ing, v.t. ontbinden, Uncharge ſtin-tchärdg'1 -ed -ing, vt. vri en (a drum, the nerves), openen (the ## adj. ongela # (loswinden, losvlechten. Uncharitable [iin-tchärºri-ta-bl],adj. liefde "# - ed -ing, v.t, losdraaien, barmhartig, onmeedoogend. Iün-braid'ed], adj, ongevlochten. Uncharitabieness ſtin-tchär'ri-ta-bl-ness], % nºg ſtin-brëara'ing], adj. ademloos, le- | |deloosheid f. » delooze boºs en bezield, » % ## adj, onopgevoed, 3. . . . . . . ed Itin-briº bij, adj, om omgekocht. » [iim-bri'dl] -ed -ing, vt. den toom eer I ### ### 3: N riºdldj, adj. ongetoonad, toomeloos. | EUneha . ch. . iet %. . . . :-3X. 3-2:: 3-3- » » # . chheid f, - ###### # ## ſtin-tchëkt'J, adj. onbelemmerd. . , Itin-bruk'a-bl], adj, onuitstaanbaar, Uncheerful fün-tcheer'fü1], adj neerslachtig. ſheid fün-brürn'er-lyj, adj. onbroederlijk. | 31jneheerfulness ſtin-tcheër fül-nessJs. neers ſtin-brôôzd'J, adj, ongekneusd, onge- | Unehevved ſûn-tehuwd"I, adj, ongekauwd. ( chonden, ongedeerd (schuierd. ###### .t. van kinde # , en ridd dj 'J, Umbro sen, ## # gebr nebriisht'J, adj, ongeborsteld, onge- Unchivalrous ## huckie Lüneblick'kl] -ed -ing, vet, losgespen, Unchristened ſtin-kris'snd], adj. onged #", Unbuilt, Unbuilding, | Unchristian Lün-krïs'tchi-an], adj. ten, :::::::::::: heidensch. #r ## Jnchronicled flin-krön'nic-kld], adj, on eial ſun'shalj, adj. groot, tot hoofdli trek 3 : : : : : : : : : : : : # Jneireumeised ſtin-cir'ciim-cizd], a ireumcision ſtin-cir''clim, clah' • hij ongebouwd. # rººdn J -ed -ing, v.t. ontlasten, in-burn # . ding 1. w # Uneireumseribed [iin-cir'clim-scribd Umcircurmspeet #trein spéetj, adj, om ######tºri voorzichtig, » .. -ing. v.t, in de t zet den haan van een geweer), uitspreiden (ae | IJneonformity fit » d'Itin-cöf'find] ad: ## fhay). Unconfused fun-co .. » ifed [iin-coifd"J, # zonder kapsel. | ontsteld, duidelijk. in ſtin-coll'I -ed-ing, vt. los-, uiteendraaien. Ineonfutable Diſn-con-fnºta-bij,adv. o strengen van een touw). » Uneongealed ſtin-con-dgëald'j, adj, on ::3%& 'coïnd"I, adj. ongemunt. # bevroren, # # ## » » iſketted , adj, onverzameld. Uncongenial ſlin-con-dge'ni-al], adj, ongelij ## iin-ciil'1urdJ, adj, ongekleurd, onopge-Jn connected flin-con-néct'edj, adj, niet vert eombed ſtin-comdºl, adj. ongekamd. (smukt. "Uneonniving füm-con-nfvtingj, adj. stren Incomeatable [iin-clim-àt'a-bl], adj. ongenaakbaar. ,,biddelijk. » # Uncomelinesas ſin clim'li-ness], s. obevalligheid f. "#rabie ſtin-cöng'ker-ra-bij, adj eomely Lün-clim'ly], adv. onbevallig, onsierlijk. ,,winnelijk. Jneomfortabele ſtin-clim'furt-a-blJ, adj. droevig, Jenconquerably [iin-cöng'ker-ra-bly], ad troosteloos, #": (as a - seat). Unconquered ſtin-cong'kèrdj, adj. onove eonafortabel en een # n-eüm'fart-a-bl-nessJ,...s. "Uneonseionable [iin-cönſshun-a-bij, a troosteloosheid, ongemakkelijkheid f. (gemakkelijk. ,,lijk, onbillijk, gewetenloos. ## on- | AJneonaeionablemens ſtin-cönſshun-a-bl commanded fun-clim-mándſedij, adj. ongeboden. | onredelijkheid, gewetenloosheid ºf neonannon ſtin-cöm'mun], adj. ongemeen, onge- Unconscionably ſün-cön'shun-a-bly], ad .. onredelijke wijze. # # cön'shus], adj, onbewust, shus-ness], s. o woon, zeldzaam. ", » neonannon Ly tiin-cöm' mun-ly], adv, zeldzaam. | Unoenscious W Ineonannonneas Itin-cöm'mun-ness], s, ongemeen - Unconseiousness [iin-cön'sh id, zeldzaamheid ºf # : : : : : » 3% heid, onwetendheid f. # x ºncommunicated fün-com-mu'ni-ca-ted], adj. niet juiſneonsecrated ſün-cönºse-cra-te dj edegedeeld. bondig. Uneonaented Iiin-con-sënt'edJ, adj. ompact Liin-com-päct'J, adj, ondicht, los, nietſ niet # ## # aan ied # # adj. onverzeld. | Unconstitutional flin-cönºsti-tu-shun lied Liin-cum-p ## # dig met de grondwet, ongrond X aining ſtin-com-plain'ingj, adj, berustend, Uneonstitutionairy Tiin-cönºsti-t » in strijd met de grondwet. at tiin-cöm''pla-zànt'J, adj, onbeleefd. #, [iin-con-straind' ## t # e ſtin-com-plete' 1, adj. onvolkomen, Uneonstrainediy Lün-con-strain ## mplying flin-cum-plyting], adj, niet inschik- . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . - 83 83---*: 38 - kelijk, ## (ernstig te ſneonstraint fün- ºncomposed ſtin-com-pozd'J, adj, niet kalm, niet Unconsulting ſtin- » neompounded [iin-com-poündſedij, adj. niet sa- onberaden. d, eenvoudig. Unconsumable Itin-con-suºma-b #eane-tuneon-roamen met de een- Unconsumed tiin-eon-sn’md], adj ensive [iin-cöm-pre-hën'siv], adj. on-| L k, beperkt, niet uitgestrekt, | | » # #"# adj, on- radelbaar N... .. ..." » (onverholen. ed fiinet #. adj. migt verborgen ſtin-con-cern J, s. onbe &... -.-N-V.- #oneind # bruikelijk, on- n-couth’ness], s, vreemdheid, zon- bruikelij#id, onhebbelijkheid, ſtin-cön/ve-nânt-ed], adj. niet over- vrij, onafhankelijk, # cüv'ver] -ed-ing, v.t.&i, ontdekken, en hoed afnemen, (schapen. cre-ate'J, Uncreated, adj, onge- e-ate'J ed -ing, v.t, vernietigen. crëd'It-a-blj, adj, schandelijk. zal J, adj, onberispelijk ºr inbesc adv. % bbelijk, # ho onge crost'J, adj. niet door ge fedwarsboomd. dj ongedrongen. -ing, v.t. van de kroon | Undeck [iin-déck'J t"J, adj. ongeplukt, on ieoogst. » d, zon- d ün zº [iin-de-ci' ded #%##### Undeciphered [tin-de-c12 # adj. n Undecisive [iin-de-cI's/vJ, adj. w 3 -ed-ing, v.t, ontsieren. Undeeked ſiin-déct'J, adj, zonder versierselen," der opschik, onversierd. ni bek , niet Undeelared [iin-de-clärd"I, adj Undeclinable ſtin-de-cl1'na-bl], adj. zonder naamvallen. (losbaar, ono Usadecomposable [iin-de-com-poz’a-bl], Undecorated [iin-déclo-rä-ted], adj, onvers Undedicated ſlin-diëd'I-ca-tedJ, adj, ono Unde eded [iin-deëd'edJ, adj. niet bij "- dragen; + niet door daden beroemd, onverm Undefaeed ſiin-de-fa’st], adj. onuitgewischt ## le-fénd'ed J, adj. onv verleid, niet onteerd | Usadeformed #forma [, adj. # 'In Undejeeted #3:33 333 #ht I onvermakelijk. | Undelivered fiin Undeluded fin-d Undefrayed betaald, niet gedekt. degraded [iin-de-gra' ded], ified fün-de’i-fied], adj. n goden gesteld º - - - - - - - - ſtin-de-djéet/edj, adj, ni Undeliberated [iin-de-lſb'e-ra-ted], a niet overlegd. # # N- Undelighted [iin-de-liht'edJ, adj, niet verm HJ zadel [iin-de-liht'ful], adj. onbek (verlost, niet ont redJ, adj. niet bevrijd, J, adj. # # Tiin-de-frayd'), adj 'niet der de straf Lün-de-ni'a-bl], ad x "Z---- ün-de-nl/a-bl! rl, adv. op een ; under water, on: Und ºnd seal, geteekend en | | he 5th instant, van U meter en ente een n dezer; ander the breath, met zachte stem ; ## under the sea, water igen ; ander sail, onder zeil zijn ; to be way, onder weg zijn, r, ten onderbrengen, onderwerpen, fun-der-he shunjºs bijhandeling, t ; daad ºf van ondergeschikt ſtin-der-bare'J -hore hºor ear- . en, ondergaan. (lijkbezorger m. rhearer [iin' der-ba''rer], s, die verdraagt, erbid ſtin''der-bºd'I -hade -bid -bidden id #' v.t. onder de waarde, minder bieden, I [iin”der-bind"J -hound -bounden ing, v.t. onderbinden. ed Dünder-bred], adj. vooruit gaan slecht opgevoed # "# » inder-brüsh , s. kreupelbosch, hak- r ſiin-der-by'J -ied -ying, v.t, onder er-cröft], s. koorgewelf (in eene isch gewelf in ## in der-cii ; to | ##### iirº rent], s, benedenstroom Underogatory ſtin-de lijk, # #### º: N Underpay [iin-der-pay'1 -paid - Underpart ſun'der-part], s minderdee fi, tusschenbedrijf n, ## ſin’ſder-peºpld], adj, te w Underpetticoatſin''der pét'ti-coat], sº on Underp in Liſn” der-pIn 'J -ned %% -ning, vat, onderstutten. Underplot Liin'der-plöt], s, tuss ### #"# in praise fiin''der-praiz'J - ed -in prijzen, minachten, (laag N Underprize #l -ed -ing, Underprop Itinº' der-pröp'J -ped -ping, dersteunen, onderstutten. Underproportioned Liin"der- Underrateſtin'der-rate], s, prijs n'' der-rate 1 - ed .. Underrate ſtin” » # $33 33 33 33 333 aling ſin-der-deal'ing], s, oneerlijke of funder andel vrij zº #te ## (te weinig doen. | -doing, vat. e W Zder-drain], s, onde In ## in-der-fäc'shun], # er-feel'J -ed -in genoeg." e water- er-girdij, s, onde er. ## rent I 'der-gön' J # jue), ondergaan, lijden (1 ündº J, adj, onderaardse fruimte fº, holen. deraard » voorzien. | (no m. | AUndige sted [iin: # ## s. handlanger, MJndigestih 1e Diin-di-dgëstº i-bl] # ook Itin'' der- Undiſigent ## w aking, v.t.&i. ondernemen, bij Undiluted fün-di-luiſtedJ, adj, onverdund, n, aanwenden, borg blijven. Un diminishable [iin-di-mYn' mish-a-bl], adj iſn'der-ta''ker], s, ondernemer, bezor- minderbaar. * - - - - - - - - - âsen na, # # # Un diminished Liin-di-mYn'isht], adj. onverm ''der-tà'king], s, onderneming f. | Undinted Lün-dïnt/edl, adj, ongedeerd, on n"'der-tën 'nant], s onderpachter m. Undipped ſtin-dipt'J, adj, niet ingedoopt. ſtin'der-tide, tin'der-tow], | Undirected fün-di-récted], adj, niet ge ###3 l "lijn die cerned fin-diz zernij, adj, onbemerkt r-tooth], s. ondertand m. Undiseernible Tiin-dſz-zèrnºf-bl],adj. onbespeur der-val-yu-a'shun],s te lage Undiseerniblyftin-dºz-zèrnººi-blyjadv ng f. prijs m. | Undiseerning fün-dºz-zèrnſing], adj, niet lºyu], s. te lage prijs, spot- scheidend, niet scherpzinnig, kortzichtig, 'yu] -ued -uing, v.t. | Undischarged fün-dïs-tchärdg/dj, adj, onaf WSG, -- taald, niet afgeschoten. (zonder tu n''der-val'yu-er],s, die te laag schat je in disciplined [iin-dºſs'st-plïndJ, adj, ongereg ler-wënt'), pret. van Undergo. | Rijndiselose ## -ed -ing, vt. S& is kreupel-, hakhout n... borgen houden, niet openbaren. ,, ed -ing, v.t,8&i. on- Undiseording [iin-dis-cord'ing], adj, eenstem el " w en. | in harmonie. ## 'er], s, die te weinig | |Indiscoverable Liin-dis-ctiv've-ra-bl], adj. ono der m. - Undiscovered [iin-dis-ctiv'verdJ, adj, onontdek onderwereld f.5 | Undiseussed [tin-dis-cüst/J, adj, buiten bespr asse f, # n behandeld. # # | of discussie; ont s; zº # ritten ! Undisgraced Tiin-dis-grast'J, adj, niet in niet ontsie | #" en, niet onteer aar, ] Undisguised Iün-diz ## Undishonored Duin drz-on (nur # ## Undissmayed Liin-dfz-mayd'J, adj. & # * ## (niet onbelee adj. onbesc in oblig dis-o-blºid adj, onbeschreven. Indi 3-2 ün-di # onontdekt w - urſbed-ness], s onge- in-di- ſtin-di-v1'dedJ, adj, onverdeeld, d Itin-di-vorst'J, adj, ongescheiden. # ſtin-di-wildgſdJ, adj niet ruchtbaar ge- ### . 0'J -did -done -doing, wit, ope- in, los aken, ontbinden, vernietigen, bederven, # , in 't verderf storten, ongedaan, niet gel- maken, terug nemen, opheffen; to undo a knoop losmaken ; to undo a knotty on, een moeielijke vraag oplossen , to vando uit, een fout uitwisschen; to undo what been done, herdoen wat gedaan was, to a thing undone, iets niet doen , to re- undone, onuitgevoerd blijven, nog te doen ijven; to undo the stowage, de lading doer tún-doſer], s, verwoester m. (verstuwen. Indoing ſtin-dê'ing], s. verderf ne, ondergang m, W tik na .. (stort, me ſtin-duin'J, adj. ongedaan, in 't verderf ge- oubted [iin-dbüt/edJ, adj, ongetwijfeld, ontwij- iin-dout'ed-ly], adv, ongetwijfeld. 11 Tiin-doût'fü11, adj. niet #. » ang # -doûtſing), adj, niet twijfelend... wered fun-doûºerd J, adj, zonder huwelijksgift, rained fün-draind'J, adj, niet droog gelegd. het raam ikt voor U#ii Uneasil W. asily ſtin-ea d: f.. $ | Uneas in een ſtin 1'da bl], adj, onverdeelbaar. | fº, angst mag to give a N » moeielijkheden veroorzaken. Uneasy Liin-ea"zy J, adj, ongerust, lastig; do not be uneasy, wees in wees gerust, stel u # '- ' .' •" Uneatable Itin-eat'a-bl], adj. oneetbaar. Uneaten flin-eat’tn], adj, onge » + EUneath ſtin-eath'J, ad Unedifying [iin-édºi- Uneducated onervaren, onbedreven. Unelated [ -1ng ## fun-eaſyn eat'edj. trotsch of opgeblazen. N Unelected ſtin-e-léct'ed], adj, onuitver Unemancipated fiin-e-män'ci-pat-ed. vrijgemaakt, niet geëmancipeerd, Unembalmed Itin-em-bämd? J, adj, niet get Unembarrassed ſtin-em-bär'rast' J, adj merd, onbeschroomd, onbezwaard. Unembroidered ſtin-em-brot’derdJ Unemphatie ſtin-em-päthºic], adj zonder klein. # ed Duin-em-plor Unenaar W # # e tenue fºut -ing, vt. ontkleeden. # tra #. Hoy # rzaam, ni e ed [iin-en-ga ng Itinee 'zi-lyj, adv -ea'zi-ness], ## 'erºtist, #& owered # ble I #" bl], a # v. met moeite, be #nedinei fun gaſifiedj, adj, ongeatſ # . adj. .. # Un elastie #. adj, onveerkra W in e-latedJ, adj, niet hoog dj, onre » # # adv tablished tuin-és-tabºlisht], adj ren ### , adj. W .. 1ieai ſtin-e-van-dgël'ic-al], adj. niet ": is vnl, adj, ongelijk, oneren, ongestº N #niyj, adv. ongelijk, # onge- in-e'vn-ness], s ongelijkhei in-ºvi-ta-bij, adj. onvermijdelijk. » » tin-égz-act'edJ, adj. niet afgeperst, niet tij #zz:ag .. e-egz-äm'I-na-bl], niet te onderzoeken, ik. (niet na niet. ezien. t # niet onderzocht, zeling. #### 2. » j, adj, voorbeeldeloos. In ſamen ſin-famd"J, adj. onvermaard; onbeke # i. ongevestigd. onwaardeerbaar. bezwijkend. # # Unfair ſtin-fair 1, adj. onbillijk, Unfairnese ſtin- ºverdreven. ## adj, ono- adj. n ## onpeil- ## feilb Unfainting flin-raintingj, adj, onvermoeid .. ongeoorloofd, oprecht, oneerlijk, leelijk, niet zuiver. Unfairly ſtin-fairly J, adv, onoprecht. (lijkhei irness Itin-fairſnessJ, s, onbillijkheid, o Unfaithful Tiin-faith'fülj, adj. trouweloos loovig, » ## (looze w Unfaithfully [iin-faith' ## op een trouwe Unfaithfulness ſtin-faith'fül-ness], s. trouw heid, ontrouw, ongeloovigheid f. # Unfalsified Itin-falº'si-fIed.] # onvervalscht, Unfalteringly ſtin-fal' ter ring- y], adv, zonder Unfamiliair tuin-ta-mim've 1, adj. ongemeen Unfashionable Itin-fash'un-a-blj, adj, niet mode, zonder behoorlijken vorm. » # "#. ſtin-fashtun-a- mod # wijking is van de mode, eenvoudig, natuurlijk. Unfast Iün-fast'J, adj, niet veili edge men op: de fitneſſa'nisht], nu # » # niet in h ur gewe # " " is, zonder vastheid. E## fºtº J,adj. ongeschikt, onbekwaam, ongepast: a-fºt j #ted -ting, vt. ongeschikt maken, [iin-fit'ly], adv. ongeschikt. ſiin fitnessj, s, ongeschiktheid f. g fiin-fºtºting], adj, onbetamelijk. . . . . iſn-fYx'J -ed -ing, v.t, losmaken, # d ſtia-fixt/j, adj. los, vrij, onbestendig, on- nºg ### adj, niet verslappend, ijnend, zich goed staande houdend. ed [iin-flätſterd, adj, zonder vleierij, » ring fun-flat'ter-ingj, adj. niet vleiend, stig. .. » (onervaren, de Tiin d ſtin-flésht'J, adj. ongeoefend (van een d). eschrokken. ing ſtin-flinch 'ingd, # aagd, onver- onvers ingen, » t. &i, ontvouwen, de deelen, losma- n-forld' J, adj, onbed 1d'I -ed -ing, v. tdekken, zeggen, ºm principles, beginselen blo en ; 's design, zijn voornemen ope een passions, zº baren; to unfold one's ar # Tiin-fold'ing], s, ontvouwing fi, e g: f. t vergeze .. ün-fö1'lod], adj, niet gevolgd, in in-fóó1'J -ed -ing, v.t. van krankzin ZW.XX. uit den droom helpen. ,, fiin-for-bearing], adj, ongeduldi #l, nederij, adj. zonder veeren, jong, n, uit de kooi laten (aheep), zich ontsluiten, # # ## ## # W. • •, WW » s ,3%, # ueney ſlin-fre' kwen-cyJ, En frequent # n-frekwent # Mºnfrequente ## # ## Iün-frekwent-lyJ, + Unfriable fun-frºa-bl], adv, niet br baar, niet fijn te wrijven, Unfriended fün-frénd' edij, adj, onbevrien Unfriendline en ſtin-fréndºli-ness, &#%# EU e iin fºrendºly 1, âs Unirungai ſtin-f º Infrari Un fraai S Unfrui en # Unfulfilled Lün-f Unfurt # fari Unfnen is in Itin-fu raad of gereedsch Unfurnished fun- Unfarrowed fiin fiirºrod der ## zonder voo afusible ſtin-fuº zi-bij, | 'J, adj, ongelijmd. ſwijze, göd'It-ly], adv. op een goddelooze öd'li-ness], s, goddeloosheid f. dºlyJ, adj, goddeloos. (ongedeerd. rd' J, adj, ongestooten, onbeschadigd, gordg’dj, adj. onverzadigd. n-göttn], adj, onverkregen e »le # v'vern-a-bl], adj. meloos, onregeerbaar, onbestuurbaar. WWW!, # [iin- d, woes ge gotten Li # ### ontembaar, 41 Is t ontembare wijze. ſtin-gitv'vern-a-blyJ, adv. op een # #aj, een van eer en a-grâce , adj, onbeval 11g. 3 - #ii, iin-grâce' fül-lyj, adv. onbevallig. (f. w w [iin-grace'füi-nesajs. onbevalligheid gra'shus], sº onaangenaam, onaar- ddeloos, slecht. # # gra'shus-ly], adv, onheusch. w negra'shus-ness], s. onheusch- sheid fº, ongeluk n. gráft'ed.], adj. ongeënt. ie-al-lyl, adv. in st, # 1 u-g ram-mat'ie-al], adj. In het de ºkkunst strijd Itin-gram- in der spºra un 'ed], adj niet toeges ip'plJ -ed-ing, vt. # # # #8 (genaam, Unhandity | LJºshan de omeness ſtin-hànd'sum-ness],s..leelijk v'vern-a-bl-nessj, s. on- & güv'vernd], adj. onbeteugeld, niet | Unharbo N ## M onhandig. ess], s, onhandigheid j onbehandeld, onbetast Unhandsome ſiin-hà J, adj. leelijk, onber lig, onfatsoenlijk, oneerlijk, w # Un handsomely ſtin-hand'sum-ly], adv. onbevallig, onfatsoenlijk, oneerlijk, Unhandines ness ſtin- Unhandled ſiin hân' leid. onbevalligheid, onfatsoenlijkheid, oneerlijkhei Unhandy Lün-hân 'dyl, adj. onhandig, # ſtin-hang' nabung, Unhanging. " gsels afnemen, afhangen (a gate) "Jnhanged ſtin-hkngd"J, adj. ongehangen. tijn happied fün-hap'pi-edJ,adj, ongelukkig gemaakt Unhappily [ ## adv, ongelukkig. Unhappiness ſtin-häp'pi-nessj, s. ongeluk n. Jn happy [iin-hâp'py1, adj. ongelukkig, ## in ene's children, ongelukkig met zijne kinde ren; an unhappy day, een noodlottige dag- Unhara need fiſn-här as sed.], adj, onafgemat 9, gekweld, ongeteisterd. # # % p N red flin-harſbûrdJ, adj, onbeschut, Unhardened Itin-har'dnd], adj, ongehard. Unhardy ſtin-härtdy J, adj, vreesachtig, schroomt Unharmºed # Unharraful Itin-harm'ful],ad, Unharmonious Liin-här-mo'n1-us Uncharness ſtin-här 'ness] -ed V w in, # ## #ſie 11jk, ### ,adj.on we # J, G. # # -ang, Wit, t taan. # loshaken, Unha trate'rulu, adj. ":"# onaan- tuin-grateful-lyl, ady. s, ondankbaar- (vredi d. # edj, adj. onvoldaa v. zonder ern esmeerd. ndſe dj, adj, ongegro grounded-nessj #, (gewi 'ing-ly], adv. zonder wan- (nen, onbewaakt. # gaten", onbezon- lijnne ſººrt geeft je h ## - g, sa ing], adj. zonder morren, je ondankbaar, Uni ## ondhei - areas, s. ongezond 'd tiin-hè eart ſtin-härt in-hën achtzaam. Usalaeedfulness u # is, onac # Unindebtedſ # dj, zonder Jnindiffereney ſtin-in-differ-en-cy w # wºr: ün-in-diildgd'1, % lijk, niet toegevend. X, Nº Nº. oopt, w Unindustrions ſtin-in-diſs'trien t hope'ruije adj. weinig belovend. Uninfected ſtin-in-féct'edJ, adj iin-hors’j -ed #"# v.t. van het paard Uninfectious [iin-in-féc's ## , # (van het paard geworpen. Uniraflanned ## , ni Inhorsed [iin-horsdºj, adj. uit den zadel gelicht, Uninflammable ſtin-in-fläm'ma-bl], n hostile ſtin-hös'til J, adj. niet vijandig. vlambaar. , inhouse Duin-houz'J -ed ing. vt. uit een wo- Uninfluenced Tjin-In'flu-enst], adj. v. verdrijven, uit een wijkplaats verjagen, Uninſuential flin-in-flu-én'shal J, used fun-houzd'], adj, van huis beroofd. | vloed, weinig invloedrijk, onmac houseted ſlin-houſzld.], adj. het Avondmaal niet in informed ſtingin toºnd", ſij- traint -üm'bldjadj onvernederd. #. Un in forming ſtin-in-form'in 'J, pret en part. van w gl. a. -- "- Unhang. richtend, geen inlichting ## - Bdj, #" Uningen ons ſtin-in-dg -tis], al refeat tiin-hürt rij, adj, onschadelijk. hartig, niet oprecht, arglis in hartfa #ar:lºl: , adv. onschadelijk. Unin # iſ. # en hiisk'J -ed -ing, vt. doppen. | vindingrijke w # corn], s, eenhoorn m. | Unie, hahitable I is cornfus], adj. eenhoornig. Iün-in-dgén-yu-us-ly ze, op bekrompen w " W n-in-habita-bl], ## 'us] » Uninhabitable nese Tiin-in-häb'it-a al], adj. niet denkbeeldig, werke- ######### # -ni-floºrous], adj. één bloemig. (lijk. | | J, s, uniform f. mij, adj. eenvormig, eenparig. -for'mi-ty],s. eenvormigheid, een-, , # mig. | Uninjurious [iin-in-ju'ri-ous 1-form-ly], adv. eenparig, eenstem- niet beleedigend, niet lastere J -ied -ying, v.t. vereenen, ver- Uninquisitive ſi maken, (rend. | gierig, bescheiden, -liis'tra-tYv], adj, niet verkla- Unizaneribed ſiin-in-s ondenkbaar, Uninspired Iün-in-spt ijze. | bende, niet met gees strueting Iiin-in raetive ſtin-in- suited fün-in-stilt hoond. eetual Iün-in-t # # eij niet begraven. eraapt een lul 'ed], adj, onafgebro- ingestoord. - - - erruptedly #vvedºn, adv. zon- j, adj. niet ingeleid, in een gezelschap, .. » vënt'ed], adj. niet uitgevonden. n-viën' tºvj, adj, weinig vindingrijk. n-ºn-ves' tiega-bl], adj, onnaspeur- Itin-in-vi'ted], adj, ongenood. (lijk. voked ſlin-in-vokt"J, adj, niet aangeroepen. # #"E# s, # ## x uin' is g, IJunion-jack Eytin' yun-fläg, ytin'yun- #33% # nationale vlag van Groot-Brittannië en Ierland, nationale Engelsche vlag f. fyu-nºp'a-rusj, adj, één jong ter wereld nieëk"I, adj, eenig. (brengend, ti-ni-se'ri-ate-lyJ, adv, op één rij, n], s, overeenstemming, gelijkheid accoord na, eenstemmig, ééntonig. -nis'o-mant], adj, eenklankig, een- ma'so nisl, adj gelijkluidend. eenheid ºf bl], adj, vereenigbaar. talri-an], s, die slechts » unitaris » een per- ris m. %#%# # # # # # # » -ing, vt.si. (zich) vereeni-lijn eien. » # . » S , vereen gde staten, sanited amen, vereenigd. igend. |E:#n,"E# |E E## verbonden, ver- | Laard Unlatehed Iiin-lat * ſtin-képt'J, niet nagekomen, # k, onnat v. onvriend onnatuurlijk, ... ... : Jnkindness Inn-kind'ness], s. onvriendel *Unie in ## -ed -ing, vat, ontt #"#! adjonkoninklijk dood Unknelled fitn-neſt # adj, zonder gelui v Jaknightly #n nihtſlyJ, adj. onridderlijk, Unknit fün-nºt'J -knit -ted -ting, vt, len (bv. breiwerk , losmaken, » # Unknot fun-not'J -ed -ing, v.t, uit den kn g: .. # doen, ontknoopen, ## Uealen en waſbie# adj, ondoorgrondel, LInknowing # # Unkindny, Run-kind' # n:now'ing], adj, onwetend, o ":"ins y ſtin-nowſing-ly], adv. zonde! weten, » .. N Unknown [iin-nown'], adj, onbekend; unkno hina, buiten zijn weten. dj, adj. niet bewerkt, onder nºri-otisj, adj. gemakkelijk KNXW'." . -ed -ing, v.t, losrijgen, Uniade G## -ed -en -ing, vt. ont Unladen Duin-la'dnl, adj. ongeladen. ## ing], s, lossin Un lading fü f ##### ilte I # sa, niet gelegd, ni ### 1e ## # onbetreurd. rdedJ, adj. ongespekt, # # #ina #"#### inlevished » N N ## fUnlaw w'J eid , adj, on inlijk. » essJ, #, #, niet-, het masker afleggen f º: . ::3% # # # # # Uranaanited Duin-maskt # adj, ong m' ber], adj. onbuigzaam, stijf. Janmaal ſtin-mást J - ed in mit ººg, adv. onbepaald, onbe 'Unmasted ſtin-mast’edj, adj, » # » S. in Lamasterable Itin-master-a- Diſn-lſm'it-ed-ly], adv. onbepaald. Unmastered Itinemasterd J, adj agk' # # # losmaken, breken. Unmatch Liin-match'J ed - # los, ongeketend. scheiden. & (lijk, e -lºk we-fiedj, adj. ongesmolten. Unmatehable [iin-match'a-bl, Liin-lrk'we-dat-ed], adj, onvereffend, Unmaatched ſtiu-match't], adj, » >. - - - - - N Unraatrieulated [iin-ma-trºſcºyu-latee ::::: # "# niet bevochtigd, ingeschreven, niet #" onde # #3 # erd, onbevochtigd, d # I corporatie, niet geref streerd, in-lms'sn-Ing], adj. niet luisterend; | LJnnaeaning ſtia-meaning J, adj, niets d, doof. » .. (lossen. Unnaeant ſtin-miënt J, adj ongeme ed -en -ing, v.t. ontladen, tuinmeasurable ſtin-mézhºur-a-bl] inadº #l: s, ontscheping, lossing f. "Unaneanura hiermee ik J -ed -ing, v.t. ontsluiten. metelijkheid, onbegrens & » öckt'J, adj. niet met een slot geslo-tºnneasurably ſtin-mêzhºur-a-bly], a ---- -- - ## (wacht. Unnaenaured fün-mezhºurd], adj, ong in-lookt'J, Unieorked for, adj, onver- Ummed die d-with ſtin-médºdld-with] n-loos' 1 - ed -ing, v.t. &i losmaken, | geroerd, ongemoeid. eenvall - » -- -- ":# dºdling], adj onbemind, (heid f. | zich met de .. # vºli-ness], s, onbeminnelijk- . , adj, niet beminnend. (gend. » ly , adv. ongelukkig, ondeu- n-liick'i-mess], s, ongeluk na, ondeu- | | # (dig, ondeugend. Un adj. ongelukkig, onvoorspoe- | Linnaeited ſlin m s], adj, zonder luister, niet Jannemah os, dof 3 | lidmaatsch j, ongemaakt. g J, adj, onbetamelijk voor ba k, N » f Zº # # ######## w w ### - --NT- - - - - - - - - - - N M aar, pen, niet wedersproken. # Irispel - ,,N bl], adj, onmisken- ## ſtin-db-djëc'shun-a-bl], adj onſ t’ti-ga-ted], adj, niet verzacht, Unobliged Lin-o-bºlidgd. J, adj. niet verplicht. w Unobliging ſtin-o-b ing], adj, niet # w -o-blºids onvermengd. Un obscured fiin-ob-skûrd'T, adj. onverdu mYxt'J, adj. w' -, . . . . . . . . . . » vººrzºrg # #33% iin-möndºl, adj, onbetreurd, onbeweend. verdonkerd, schitterend. N- t modifiable Itin-möd'e-fi-a-bl], adj, niet voor Unobsequiousness ſtin-oh-seºkwi-us-ness], s en # vatbaar. (zonder wijziging. | gehoorzaamheid, ontoegevendheid, ongedweeheid innodified ## , adj. niet gewijzigd, | Unobservable ſtin-ob-zèrv'a-bl], adj, onbemerkbaar nodish fun-mo’dish], adj. niet naar de mode, Unobserva nee ſtin-ob-zèrv'ansj,s onoplettendheid, #Orie, Zº (bevochtigd.] onopmerkzaamheid, # &## # #$ t ſtin-moïst], adj, # niet vochtig, on- Unobservant [iin-ob-zèrv'ant], Unohserving, al sted ſtin-mo-lëst'ed], adj. ongekweld, onge- onoplettend, onopmerkbaar. » # # w (ten, losmaken. Unobserved fiin-ob-zèrvd'J, adj, onbemerkt, môôr'J -ed -ing, v.t, de ankers lich- Unobstructed [iin-ob-strijkt'edj, adj, onbelemmen [iin-mör'al-IzdJ, adj, zedeloos. Unobtainable ſtin-ob-tain'a-blJ, adj, niet te ver mortgaged ſtin-mor gadgd], adj. onbezwaard, je krijgen, niet verkrijgbaar. , , therly [ifu-miirEtter-lyj, adj. niet moederlijk, | LJaobtained [iin-ob-taind' J, adj. niet verkregen, onmoederlijk, eener moeder onwaardig. Uneh trusive fin-ob trooſ ivj, adj, bescheiden, al - moulded ſtin-mould'edJ, adj, ongevormd. opdringend. (denheid mourned ſtin-mourndºl, adj, onbetreurd,.. | Unobtrusiveness [iin-ob-trô0's/v-ness], s, besch namovable fün-môôv'a-bl], adj, onbeweeglijk. Unobvions ſtin-obſvi-ous], adj. niet in het oog. " rahleneas Itin-môôv'a-bl-ness],s, onbeweeg- lend, onduidelijk, niet helder, bedekt, geheim #f - - - &## Unoeeupied I ## adj. onbezet. ttin-moov'a-bly], adv. onbeweeglijk: |Unoffended fin-of-fend'edj, adj niet beledig: -môôvd/j, adj, onbewogen. (doenlijk. | zonder zich beleedigd te achten, # -moov'ing], adj. onbewegend, onaan- Unoffending tiin-of-fënd'ingj, adj, onschadelijk, fl] -ed -ing, v.t. ontblooten, Unoffered | nººi: dº, adj. niet aangeboden. n-of-fish al], adj. niet ambtelijk, Unam ion-fin: hah'ual, adj, ongedienstig:... öffn],adv. ## ijls, “## # w » murmur-Yngl, adj. niet mor- morren. % x W » mu'zie-al], adj. niet muzikaal. Unoften ſtin-offn],ad in mii' # adv. op niet muzi- Unoiled ſtin-orld' j, adj, ongeolied. . ( dende wijze. x ui - - - - ------- Unopened [iin-oſpindj, adj, ongeopend adj, ongemuilband. ## [ün 6p'e-ra-tiv g adj. ongespijkerd. Un j, adj, ongenoemd, onbenoemd, U w & » w vend. Unorderly ſtin-or J # niet vaderlandslie- je Jaordinary [ii i it aangeboren, niet EU-norganized fün-orga-nr.'' t. (aard, onorganisch, zonder organen. "..." g; w onnatuurlijk, ont-Unostentations ſtin-ds-ten-ta'shus], adj. " # onnatuurlijk. | zichtig, geen vertooning makend, eenvou: N- tºtyu-ral-nessj, s, onnatuur- derig. # ........" --3: Unowned füm-ownd'], adj. zonder eigenaar. # Unpacitie flin-pa-citiel, adj, niet vreedzaa", " andig, oorlo #uchtig # - &# Unpacified ſtin-päsſe # niet gestil kºrtin-pack'J - # : # adj, » :: 2x ## adj, ongescheiden. ás'sa-bl], adj, niet gangbaar (as t begaanbaar, ontoegankelijk .. Iiin-päsh'un-ate], adj. bedaard, zonder hartstochten. tyurd], adj. ongeweid. nt], adj, # onge- # 'J, adj. ongebaand. (octrºoieerd. patronized ſlin pitºtrun-izdJ, adj, onbeschermd. # # onbestraat, awndºn, adj, onverpand. # ed -ing, v.t, weder goed ma- 's kw an # ## ingly # adv. onvoordeelig. een hele ſtin-pëas'a-blJ, adj, niet vreedzaam. ºblemen, Dit 'ºpera'a bi-nessj, s. woelig- meeably [iin-peas'a-bl (zame wijze. mee an is Lun-peas'a-bly J, Peaceful t## # , woelig, ongerust. in pºgij -, hevig, onvreedzaam, halen. .t, de pennen uit- # ged - ging, v. S netrated tuin-pënte-tra-ted], adj. "# # » (dringend, iin-pen'e-traetingj, adj, ondoor- in pén 'shund], adj, zonder jaarwedde, plJ ed -ing, vat, ontvolken. J, adj. ontvolkt. -per-ceiv'a-bly], adv. op een on- pèr-cëivd'J, adj. ongemerkt. niet harts- | Unpleaningness ſtin adv. op een onvreed- W Unplumn ſtin-pliſm'J ſbaar. Un r-ceivºſa-bl],adj, onwaarneem- #, .. jke wijze, " pleasant [iin-plëz'zant], ad Unpleasantly ſtin-plëz'zant- Unpleasantnese ſiin plëz'za naamheid, onvermakelijkheid f.. Unpleased [iin-pleazd'), adj. mis Unpleasing Itin plea' zing], adj, onb Unpleasingly ſtin-plea'zing-lyJ, adv. N... . . . . . --NS&S W. ## S lijkheid, onbevallighe eazººivl, adj, onaangen n-plëzhºur-a-bl], adj, ### » » .. Unpledged ſün-plëdgd'T, adj, niet ver - ## f ## onbuigz p %. Unpliantly ſtin-pl1'ant-lyJ, adv. on Unpliantness ## ## Uraploughed [iin-ploud'1, adj onbe naamheid, onbehaa # ſtin- Unpleasurable Unplume ſin-ploom'J -ed-ing, v. Unplumed ſtin-ploomd"J, adj, gepl "#e [iin-p5-ét ic], LJupoetie Un: tieaus tin-po-ºvic al in." Unapointed ſlin-point'ed.], r'fect-ed], adj, niet volmaakt, iſ torman, adj, onverricht. rdj, adj niet meineedig # , adj, en verlegen. rºse u: # dJ, ad niet tendig, niet blijvend. | be Unpoliuted ſtin-pol-lu vierkt meineedig | Un popular tún-pop'yu-ler ###au-|E "E## NRK # tin-poz-zëst'J, niet vervolgd. U 1e J, adj. niet te J, adj, onwijs- U w N N rst, ongedwon- uous [iin-pre-zümt'yu-tis], adj, niet niet stout, niet vermetel. sumptuously [iin-pre-zümt-yu-üs-lyj, adj. aanwijsheid. {tigend. ling ſtin pre-tënd'i # adj, niet aanma- # ſtin-pre-tënding-lyJ, adv. op be- zedige wijze. w (nutteloos, ling Tün pre-vail'ing], adj. krachteloos, rieating Diſn-pre-värºi-cat-ing], adj, eerlijk, apen, niet trouweloos handelende, w ated ſün-pre-vënt/edj, adj. onverhinderd. #i. [iin-pr nºy. , adj, niet vorstelijk. nprincipied ſtin-prſn'eï-pld], adj, zonder grond- ginselen, nietswaardig, beginselloos. Itin-print'edJ, adj, ongedrukt, prºz'znJ -ed -ing, v.t., uit de ge- bevrijden, op vrije voeten stellen." 1 (iin-prºzºzndJ, adj. vrij gelaten, niet al, adj. ongeschat, ongeacht nepro claimdij, adj. niet afgekon-| #d. adj, onvruchtbaar, ## niet ontheiligd. , niet verklaard. h un-al-ly], adv, met ***# EU nºu ad.. onvoordeelig, d, vruchteloos. bl-ness], s. onvoor- # # ## -profit-a-blyJ, #, ## ig youth, een niet sin Ian Unpunished ſlin-piin'isht] Unquailing flin-kwai vruchtb ## adj. weinig belo- beloven, weinig bij # voºi #, # W nººi, » UE: - uitdagend. (niet voorzi Unprudº E# ru-dën'shal], adj, onvoorzi Unpruned [iin-prôônd' J, adj, ongesnoeid. Unipublic, ſin-pitbºlie], adj niet openbaar. " kendj, geheim, » ZN # Unpublished [tin-publisht], adj. onuitgegeven Unpulled [iin-püld"J, adj. niet geplukt. Unpunctuality [iin-ptinct-u-al'í-ty], s, onnauw righeid f.. gemis van nauwgezetheid n. Unpunishable [iin-piin'ish-a-bl], adj, onstraſt" , adj. ongestraft. Unpurehased Iün-pur'tehist], adj. niet gekocht. "# #nen ſtin-pu'ri-fiedj, adj. ongezuiverd, onze ###d, '- Unpurposed ſlin-purposdJ, adj. onvoorbedacht." overlegd; onwillekeurig, zonder opzet gedaan. Unpursued tºn pur snij, adj, niet vervolgd. In voortgezet. iledig Unquaffed ſlin-kwaftºl, adj. #" w versaagd. Unitualifier in kwalitatiedj, adj, onbevoegd geschikt, onvoorwaardelijk, unqualified schikt voor, tot, unqualified to, ongeschik oerºe Uniqaaiiiie ineenſ in kwalif-fied-nessl,s omhººg # :: 28-2 . . . . . .333，8 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . (bevoeg # heid, ongeschiktheid ºf fLjn qualify ſun-ky Aiiity, -ied -ying. We # Unqualitied ſûn-kwal'i-tſdJ, adj. van gew danigheden of #"#" beroofd. (o E3 20% #enehabi, tin kwencia bij, adj, onuit" baar, onleschbaar. 1 • Unsiºenehabieness ſtin-kwënch'a bl-ne*l uitbluschbaarheid, onleschbaarheid ſº w Unique #" ſtin-kwëncht'], adj. onuitse # stuestionabienese tuin-kwëst'chtin: # M ona al west'chtin-a-byl, ad", »med 'tchfindj, adj onget" lage # » à # w twYck'J, adj. niet levendig. # ####ndj, adj niet ben" vroolijk, - etje adj, ongerust, onrust' idj # g nrustig, "Een # gereed, 11.11g, neemediable Inn-re-me'dyi onwezenlijk, (geoogst. | haar, niet te verhelpen. , adj, niet gst, niet in- Unremedied Itin-re-medyt-ed] iin-rea zn-a-bij, adj, onredelijk. | niet verholpen. 33.3.3 abten een flin-rea'zn-a-bl-ness], s, onre- Unrennen bered [iin-re-mém/h , onverstand in. - "## ſtin-re-mém isis #d, adv, onredelijk, gedachtig, niet indachtig, ongedacht able Itin-re-buſka-bij, adj, onberispelijk. Unrennitted ſtin-re-mºtſtedJ, adj, on ed Dün re-buſkt], adj, onberispt. | ophoudelijk, niet overgemaakt. lable ſtin-re-call'a-blij, adj, onherroepelijk. Unremitting ſtin-re-mitºting], adj, onor ſtin-re-calld"J, adj, niet teruggeroepen, Unremovable fijnere mooºi, J, adj, ºpen, (niet aangenomen. | |baar, niet te verplaatsen. ed # ## niet ontvangen, Unremoved Itin-re-môôvd'J, adj, onv ##### ## .. oned Lün-rée'knd » ºnd, niet geteld, >> N | vernieuwd, niet wedergeboren, able Itin-re-claim'a-ble], adj, niet op Unrept flin-re-paid J, adj, niet # (ongetemd. Unrepairable## med ſtin-re-claimd"J, adj, niet ## Unrepaired Itin-re-paird'] adj. d Itin-recog-nisd], adj. niet herkend, timmerd. # # ###### (loond. | Unrepealahle ## ## ## omgerekend, niet Unrenewed [iin-re-mind'), adj niet h rékºkum-penst], adj. onbe-lijn een aaien fin-re-peaidſ, #, # Enrepe en tarief # tºt aar: » .. # # adj, onverzoend, adj j, onver- U e fun-re-pënt'ans], re . & record'edJ, adj, niet aangeteekend, ºf 1-re, cºver-a-bil, "## tijn erdJ, adj, onhersteld root bij Eij onherstel- te verwerven; niet aan te vullen. ſetti-fied1, adj, niet verbeterd, niet E#al niet losbaar: n » Itiner dj, niet nsprakelijk. re-spönºstv], adj, niet "#| # » e 'J, s. ###### » tored [iin-re-stoºrdj, adj. onhersteld. » tained flin-re-sträind'j, adj, ongehinderd, s, onbeperkt. » » .. ed fûn re-strïckt'ed], adj. iep , zonder beperking. traeted ſtin-re-tråct'edI, adj. onherroepen. (dend. ied [iin-re-veald J., adj, niet geopenbaard. ed ſiin-re-vënjd"J, ad. ongewroken, flin-rëv'e-reudj, adj, niet eerwaardig, # # » rendly fin-rëv'e-rend-lyj, adv. oneerbiedig. #efel, nreven ging flin-re-vëndg'fül, tin- ndgºing, adj, niet wraakgierig, vergevensge- edfiin-re-wardſedij,adj, onbeloond. (zind. nerſdºdn J, adj. niet bereden, º rſdºdl] - ed -ing, v.t. ontraadselen ), oplossen (aan eeni # #erſ, 's, die verklaart, die een #me'yu-lusi, adj, niet belache- k, (len, aftuigen. , vt. onttuigen, aftake- dj, onrechtvaardig W 'a dj, niet in te lad # si-bl], adj. niet verant-J onbeperkt, LJanssatisfiahle onrecht ! ehtigheid f, maken. aan, los- nken, | kelend, geen # la-blJ, adj, onverkoop n-sâlt'ed], adj. ongezouten. ed ſiin sa-luſted], adj, ongegroet, get Jnaanctified flin-säncti-fiedj, adj, ongeheiligd, Linsane tioned [iin-sänk'shuradj, adj, onbekrach LJasated ſlin-satºed], adj: onverzadigd. Unsatiable ſtin-sa'shi-a-blJ. adj, onverzadigbaar Unsatisfaction ſtin-sãt-is-fäc'shun], s, ontevre heid, onvoldaanheid ºf # # # &#:::::3 een onvoldoende wijze. » Unsatiefactorinens ſtin-sätºis-fäc'to-ri-ness], s. toereikendheid f. (doende Unsatisfactory ſtin-sät''is-fäc'to-ry], adj, on » ## adj, onverzad Unsatisfied fün-sãtºis-fred], adj, onvoldaan, en vredigd, ontevreden. » fûn-sât'is-fy-img], adj. onvo ſtin-sãt/u-räteedſ, adj, niet E %. 3. ... ... SAS. &... 3%x. . . . . . . . . |Unaaiietaetariis fitnessvis-facto-ri-lyl, aan turned ſlin-re-turnd J, adj. niet teruggeven. # ## # Eassaturated | #jna avority [iin sa'vur-ri-lyJ, adv, onsmakelij Unsa vorianess fün-sa'viar-ri-ness], s, onsmak heid, smakeloosheid f. il tijnsavory ſtin-sa'vur-ryl, adj, onsmakelijk, snº Unnay flin-say'J, Unsaid flin-séd"J, U, v.t. ontkennen, herroepen, intrekken (zijn we to say and unsay, nu eens ja, dan neen zeg Unsealable fün-sca1'a-bl], adj, onbeklimb Unseale fun-scale'J -ed -ing, vt. schill pen, ontsluieren. Unsealy Itin-scally], adj. zonder schil, zonde Unseanned flin-scānd' J. adj, ondoorgrond. : % # W N # , adj. ongedeerd, onbeet Unsearred ſlin-scård J, adj zonder litteekenen # Unseintimiating ſtin-scrn-til-lating], adj niet. " » vonken uitwerpende MUn seismared Liin-scïz'zar d, rätcht'J, adj. niet door eend' J, adj, onbeschut ## i vººrt, losse » º .. djonschriftuurº' #### ontzetelen, af wur-the-ness], s. o t S ig. Wijns ea wur-ray], adj. niet zeewaar- n-sékºki sëe'yu-lar], a nese-cüre'J, adj, onveilig. Iün-séd'en-ta-ry], adj. ongewoon n, niet veel rustende. fitnese au'stj, adj niet verleid. g, ſtin-se-duºcing], adj, niet verleidend. ed Ilim-seed'ed], adj. onbezaaid, niet ontwik- " ( niet den schijn hebben, in een tien-seëm'J -ed -ing, v.t, niet schijnen, eenliness Eun-seem'11-nessJ, is onbetamelijk- lid ºf » (onwelvoeglijk, leelijk. j, niet wereldlijk. tººn # adj, ongezien, onzichtbaar. d [iin-seizdº J, adj. niet begrepen, niet in nomen, ongevat, # # # - - - - hness #ºneel, s, belangeloos- "# tigheid ºf et onth X (onafscheid haar. e Liin-sep'a-ra-bl], adj. onafscheidelijk, 1 sep'a-ra-tedJ, adj. ongescheiden, a-sépºulturdj, adj. onbegraven. | e Iiin-sèr’vis-a-bl], adj, ondienstig, leneas fiin sèr' vis-a-bl-ness],s ond ## in-sèr/visa-blyJ, adj » # raken, onbestendig maken, ttle opinione, de meenin- ngen; to aan nett1e a govern- verwerpen, ad J,s onbestendigheid ºf # ongescheiden, onge # # % # [iin-sown' J, ad -ing, v.t, in een ander ekluisterd, vrij ovved fiin-shi # niet ondersteund. | # flin-seem lyn, adj. and adv. onbetamelijk, # # ongezonden, un-ent for, | |LJ Unshielded ſtin-shiel Unshifting [iin-shifting, Unship [. "# -ped -pi (goods), uitschieten (the ba nemen; to anship the eapstan, Unahirted fiin-shirt'ed], # zonders zonder hemd. # | |Urashond ſlin-shöd" , adj. #", | IJns hoe fijn shôô'I shod [iin-shödl LJanshoren flin-shorn'), adj ongeschoren Unshot flin-shöt'J, adj niet geschot fen, niet geraakt, niet dood gese Urashrinking flin-shrink ing], adj. Unahrabbed ſlin-shriibdºl, adj zond Una hun nable Itin-shiinºna bli, adj, Una hun ned fiin-shiind J, adj te ontgaan, noodzakeli in-hut [iin-shiit'J, adj IJnsiecated [iin-sfe'ca-ted], adj Unaifted fün-sºft'ed], adj, onge tºGnaighted [iin-sihtſedij, ad; neightlineas Itin-si ht'lien heid, leelijkheid ºf Unsightly ſün-siht'lyJ, adv. afz "# tin-sig-nrf'1-can nend, onbeduidend. "Jasine vv Liig-sin N'. ' '." ... " ..., 'yu] -ed ## Lansinning ſinesïn 'ning 1, a Unsizable [iin-siz’a-bl], adj, van de vereischte grootte. in staan, adj, ongeli # EU nakil # Unskiifulness ſti bedrevenheid ºf Unalsilled fitneskyll li, estendig, ontsteld. waren er (ongenaaid. U U # ## » # # ongesloten. #ſge pleasures, bedrieglijke v ice, zwak tongezond) ijs eep, onrustige slaap; van sound argu- sche bewijzen, unsound eredit, twij- krediet, (ondoorgrondelijk, tin-sound/a-bl], adj. bünd' dedJ, adj. ongepeil » y -sound'ly], adv. ongezond, zonder ; niet gehard; to sleep van soundſy, geen ap hebben. (bedorvenheid f. undness [iin-sound'ness], s. ongezondheid ved [iin-sowd'J, Unsovvn Tiin-nown'], adj. » (ºonmededoogend. [iin-spa'ring], adj, niet spaarzaam, mild, ſtin-sparring-ly], adv. overvloedig, op ## # ſiin-speak'a bl], adj, onuitsprekelijk. eak’a-bly], adv, onuitsprekelijk. spés'si-fied], adj, ongespecificeerd. it'J, adj. onverbruikt, #Eenbaar, (verborgen. d'n # onbespied, onopgemerkt, (deloo adj. onwel adje onbevlekt onverteerd, oe- LJaarafern ## tained ſün-straind"I, adj onge tuurlijk. ton bevestigd, niet was Un strengthened [iin-strëngºthºndj, adj, on Unstring [lin-string' J, -strung, -st -strin ': v.t. van snaren berooven, onts Unstruck Itin-striick'J, adj. niet getroffen schokt; niet door schrik bevangen, onhe Unstraming ſiºn-string, adj ongespannen, Unstudie af in stiidſdidj, adj, onbestudeerd, zettelijk. - Y,- . . . . . . . . t genegen om te Unstudious Liin-stſi'di-us], adj. onleerzaam, IJnstuffed ſlin-sttift J, adj. ongevuld, EUnstung [iin-stiing J, adj. ongestoken. » Unsubdued ſtin-siib duidº J, adj, onoverwonnen, Unsubjected ſûn-süb jëcted], adj. niet ont Unsubstantial Iün-siſb-stän'shal], adj, or dig, onvoedzaam. W #", niet op, "Unsus eeeeded # , adj, zonder Unsuccessful flin-stic-cess'fulJ, adj. onvoors to be aanname een inful, niet geslaagd zijn. Unsuccessfully Lün stic-cëss'fül-ly], adv. de spoedig. (spoedi Unsueeessfusiness Liin-stic-cëss'ful-ness], sº le fün-stiffer-a-bl], adj ondraag (ongenoegzaa verdraaglij ontoereike # # Unanfficien # nestiemsh-ens siif fish ent lijkheid f. # onbek" IJnnuitable Tuin-stiſta-bl], adj, ongepast, ont heid "# Itin-sii-ta-bl-nessj, s om hele » onbevoegdheid f. hi 1. adv. op een on ly], 3 % 33: : : : : "E# , adj, ongeschikt ## # # S. g ess] , MJans wore ste Unswearing ſtin-swaring], U Depen. jº ed -ing, vt. het zweet, elen, tot rust laten komen , Latin elf, uitrusten, zich verpoozen | L] adj, niet zoet, onaangenaam, eet'tndJ, adj. niet gezoet, niet 'J, adj, ongeveegd... 11 #", dj, waarvan niet is ## ij gegaan, onvermeld. spro-| # x » Tiin-thri'ving], adj, onv "# -ed -in 8. laat hºren was ### adj, ongegooid, Untiekied [iin-tſe' kld], adj niet gek Untidinees fiin-t1'di-nessJ, s. o igheid f. ### ed-ºring, wit, on intied Tuin-tiedº, adj, ongebond Until Dün-tr1'J, adv. tot, totda , tot dien tijd toe, me -ness], s, ontembaar. Intired ºf # a"# ad. (heid f. 'gij - ed -ing, v.t, ontwarren. ândºl, adj. ongelooid. nïsht], adj on bevlekt, onbe- i nt, ld], adj. onbereisd. (k ing, vat, terug bl], adj, onhan ling], adj. adj. onbeproefd, onverhoord, ºod"I, Untrodden, adj, onbetreden. flin-triibº bld], adj, ongestoord, rustig, 3: » (onwaarachtig. trôô'J, adj, onwaar: ontrouw, valsch, valsch, verraderlijk. -ed -ing, vt. losmaken, ti-messJ, s, ontrouw f. trüs’ wur-ray], adj. geen ver- geen geloof verdienend. » , adj, ontrouw, trouweloos. # J, s, onwaarheid, ontrouw f. n-trôôt full, adj. niet waar, met de # ## » a-bl], adj, onwelluidend. d"J, adj: ongekeerd, ongedraaid, , adj, ononderwezen, onbe- te beven ; t onervaren, garij, niet all, meen, en verheven, sierlijk, u Unwalkened, ſtin-wa'kndJ, adj, 'Unwalled # âld"J, adj, on ongewel in LJan vvaren flin-waºrzl, adv, onverhoede. Unwarily ſtin-waºri-ly], adv. onvoorzichti Usawariness Inn-waºri-ness], s. onvoorz onbehoedzaamheid f: Unwaarlijke ſtin-war likej, adj. niet krijgs niet als een krijgsman. » Umaverarmºed #, adj. ongewarmd. Urawarned flin-warnd'J, adj. ongewaarschu Unvvarrantable ſtint warrant-a-bij, adj. woordelijk, ongeoorloofd. .. N.X:N:%WºW Un warrantabieness [iin-war'rant-a-bl-ness) verantwoordelijkheid ºf .. Unrwarrantabiy Tiin-warrant-a-blyJ,advo ted Itin-war'rant-edJ, adj. y ſtin-waºry], adj. onvoorzich MJan vvan # # "Jawash Un wasted ſtin-whistledI, # onve atehed flin-watch't J, adj, onbew &#%$#% n-wà'térdJ, adj. Jaweakened fin-weakndj, # wealthy ſtin-wélth'y], adj. o » # # rijk, # 33% dj 8:S-wWK.-WXS:X. . . . . . wEand' Itin dj. onwillig; an aanwi inwillige knecht; to be aan- ## zijn, een slechte is aan willing to work, hij wiiling or unwilling, willens ling-ly], adv. onwillig. » g >> o#heidt. . wo and [iin-wound"J, Un- X - 2 # vat, loswinden, # <-> j, onafgeveegd. wize iſ, adj, onwijs, onverstandig. evideº #d, adj. onverstandig. vïshtºn,adj, ongewenscht, van wished en, niet te verlangen. | 'I -ed-ing, v.t. onttooveren, | ine tun-wira-drawing], adj, niet ach- fi, niet # (b hie ## adj onverwel tin-wita’erdJ, adji onverwelkt, J, adj, onweerstaan- heet: dj. onbetuigd, nooit ,adv, onverstandig. (beleefd, tij, adj. onwetend, t weten. | ting-ly], adv. zonder het te onverstandig, geestel, » # geesteloos. man-lyJ, adj, onvrouwelijk. Is ## S. -> ... : : :: S. niet ge- adj, ongewoon, n ups and downs of life levens; up to, tot aan, i N ## isind ſºup-bind'1 p-bl ge-in- wil- tin nvoege; in de hoogte werpen; the stan op; the river is up, de rivier i in frozen up, de rivier is toege are # de fondsen zijn hoo i » zijn bloed is verhit, the eit burgers zijn in oproer, zijn opge movv, het WWW.W 393 - S-. . . . . . . . . .3- » is nu afgedaan , from a van mijne # af, to draw zal regiment in slagorde scharen, en tot aan de knieën, he will not ben uit, ik wil ik ben op één na ui zeer lastig, aap with a op de no # " # # w de 'stärtJ, s, ge ### U ſ d tikel in # # n, op zijn Lips A rt'J -ed -ing, v.i, schielijk bezig zijn, zich | Lpstart ſtip'stärtj, adj. ## # n; to call upon, aanroepen, | |dig rijk wordend j upstart pride, boere en op; to look upon, aan- ºf Ipstay # - ed -ing, v.t. ond apon, steunen op, to think upo + Uptalte ſtip-take'J -ed -ing v.t. opnemen an; to call upon a persºon, bij iemand vatten, in de hand nemen. - zoek afleggen. ### Uptear ſlip-tar'J, Uptore ſtip-tore'J, Upte #, adj. opper, boven, over, # tip-torn'], v.t. uit den grond halen, opensch ipper lip, bovenlip, en aaien ºf aide, It MJptrain tip train j -ed -ing, v.t. opb bovenkant, bovenzijd M boven Rijn; | aankweeken, opvoeden, verzorgen. (keeren, »er story, een bovenverdieping, the upper EUpturn [iip-turn'] -ed -ing, v.t. opwerpen, et hoogerhuis (het heerenhuis, huis der EUpward Lüp'wur # adj, opwaarts. pper erush, het neusje van den zalm ; | Upward ſtip'wurdj, adj. opwaartsch, w Upward (a), adv. opwaarts, op, van bovenin #Fºtº: eyes, met opgeheven blikken, ap # gint al pper | of twenty pounds, meer dan twintig recht in zijn hoofd, er fifty guilders and upwards, meer da door. gulden; upward and downwards, op dJ, s, bovenhand f. op en af. lërn-er], s. bovenleer n. Uranography. [u-ra-nög'gra-phyJ, s. r-most], adv. bovenst, hoogst, toj ving fº, beschrijving der hemellicham e bovenhand hebben; the up- kennis f, der hemellichamen, en # , de beste plaatsen ### # U# f # u. &#%&# zºnes wapperemest, zeggen al wat voor den w rº bt adj, stedelijk, tot een stad te ormt. Ppe v # » [ur-b adj. beleefd, wellevend, best ## adj, opgestapeld. g ſur-ban'-ty], s... beleefdheid, we zº: w (b # # E" -ing, vat. bescha S& n], s, egel, jongen, de N fytirel, s, gewoonte f. ; to #, n ure', gang houden, to put himself in "" ------ --------- ---- -- gewennen. ## w dringen, el van Urge Iürdg] -ed -ing, v.t.&i aandring", - wijze. | aanzetten, verzoeken, zich spoeden, te vººr , flight, de vlucht # , ne! de erfgenamen verdringen elkander te me into, iemand met geweld brengt kº , naar boven drijven, w ## '1 -ed -ing, v. j, adj. #, # 3% & wt, die hersenst iittter J, adj, volslagen, darkness, volslagen duis komen ondergang, an utte strekte gering. N. WE'WX. N-WESR, - . :-.W XV-X . # ºor ººgºs . koude gewend , he used to say, clanmation, een kreet slak placht was gewoon ) te zeggen, te wane the voor zijn gevoelen uitk .. en, tto use oneself, zich ge- valsche munt in omlo ragen, handelen; to use up, op- a-bl ## # j. nuttig, dienstig. , adv. nuttig. ## W ess], s, nuttigheid fi, nut nº good atteranee, h. #3% . . twijze, voordracht, to depr y] een nuttelooze ranee, iemand , adv, op #8 W-2.W -WW essj, s, nutteloosheid f. teranee to, luc eve 2. ker na. . any on een atteranee, iem ler, ondermeester m. Uiterer [iittter-rer], , die uit t inleiden, inbrengen, kooper m, are that usher the Utterty Liſt'ter-ly], adv. geh de aankondigen. Uit ont flitſt thro ), vernieti a-ca'shund, is vernietig ºf an offiee) f, rusttij v], s. koestal Ha.., koeienweide f, in-nate] -ed -ing, vt. inenten, #n tvseſtein-na'shunl, s koepokintenting e-matter Tväc'cin-mâtſter],s. (koe) pokssoff, Tväs/sil-lan-cy], s. wankelen in. âs' sil late] - ed -ing, v.i. wankelen. Iväs''sil-la'shun], s, wankeling f. (f. Iväe-cü-a'shun], s, ontruiming, lediging cu'1-ty], s, ledigheid, ledige ruimte f, cºyn-tis], adj, ledig. # brek in väc'yti-ous-nessj, s, ledighe # s, ledige ruimte f. 3&###% 2. -ing, v.i voorbijgaan, voorbij- men, verstrijken. de-më'cim], s, zakboekje n. j, loos, schalkachtig. i], s. landlooper, zwerver m. dj,adj, omzwervend, omdolend, -us], adj, grillig, wispelturig. | s, gril, kuur f. & ### ht], adj. schreiend als een kind, nbestemd, vluchtig, vaag. | gran-cyl, s, zwervend leven, m., land- nt], adj, zwervend. (l nd, onbepaald. (perij f. onbepaaldheid, E# N nderwerping. daling ºf il. #pij #. " Walueless I 1 t/ (looperij f: rettig maken, bekrac # # ## ation [val-li-da'shun], s, bekrachtiging walidity Eva: # , Walidness Ivàlºlid-n kracht, bondigheid, geldigheid ", v, of in te Valley Ivalºlyj, s. dal n., vallei f. ':33: 333 Valor Ivàl'lur], s, dapperheid, manhaftigheid iſ Walourous . N: ... -Z8,...N .. ## val'1ur-rus-ly], adv. dapper, maah! # adj. dapper, ma Valuable Ivalºyu-a-blJ, s, kleinood n. # Valuable fval'yu-a-bl], adj, schatbaar, kosthan Valuable neas Ivàl'yu-a-bl-ness], s. kostbaar Waluations Evil-yu-a’sbun], s. schatting, was ring (bv. of lands), waarde f. # Valuator Tvälºyu-à-tûr J, s, schatter m. Walue Ivàl'yüJ, s. waarde f, prijs m., #achting legal value, wettelijke, wettige waarde na 1 value, nominale waarde, superior meerdere waarde, value in cash, waarde in value en account, waarde in rekening, dard of value, standaard der prijzen; for received, waarde ontvangen, waarde gen less than the value, beneden de w value of, in mindering van; to depree value, de waarde verminderen; to set to set a value on, upon a thing, iets w ren, #en, groote waarde aan iets Value Ivá1'yug -ned -ning, vat &i. waard schatten, achten, verheffen, een wissel trekken to value goods, koop waren waardeeren value money, # niet achten, niet tell value any one, iemand achten; to value h. hoogschatten, veel waarde aan iets # value on any one, een wissel op iemand Valuer. fval'yii-er], s.schatter, taxateur, ie op prijs stelt m. â1'yu-lèss], adj. zonder waard ve tviºlv], s, klep fº, klapvliesje ne, vl an eene deur), .. # .. doen verdampen, verdwijnen. . g], s. voordeel Iván'tidg-groun tig terrein n..; (armsch ## b #%&#% 'bráss], s, schild n., wer s Mini in istbaarheid, om dj. flauw, laf, verschaald. Waar st], adj. groo -tyJ, Wapidness ſwap'pid-ness], o ke zee, was versehaaldheid f: | bergen, van Ht # anap, wasem m., vapor bath, een ºf aan een -: pbad n. .. | efforts, ontzaglijke po pur] -ed-ing, vt.&i. dampen, verdam- denkbeelden, vast proj ven, pochen; to vapor away, to vapor vººr tien vas-ta's > # # # ºf # van een fraat triº .. verdwijnen in rook, t ing: f. ( bv. en jn » v. of the sea); the val r-a'shun.1, s, uitwaseming, ui de talrijkheid van een x J, adj, vochtig, bewasemd; gril- a num, de grootte eener bar-rer], s, snoever, # ## lig. Wat Ivät], s. vat n..., Eva'pur-ing], adj, pocher %.38 % & # # # # # .. ilig, hr-rish], adj. dampig, winderig, gril- a-pur-1-za'shun], s. verdamping f. r-ſze] -ed-ing w.t.&i. verdampen, |W ## groot E: cheese vat, # # VEENE e-räte] oertuig, rijtuig, geleidmiddelen., of ideas, het voertuig der gedach- drukkunst ºf "W, . - . :: - W. mic], sl .. in, den sluier aannemen, non wor- east a veil over, een sluier over iets to lift up, to raise a veil, ontsluieren; | x & » twengeable Ivéndga-bl], adj. #siers, #", gesluierd gaan. wimpelen. ijk in. ; bearing of the veins, g der aderen, as long as I have a # w # enial droppe lang een troon (aderrijk, tweemgericht, adj, veem; weiamie eoarts, uier m., holy vein, nonnensluier; , vt. sluieren, bedekken, be- ſloedader, gave, luim, # ## ss J, s. ly J, adv, eerwaardig, -ed -ing, v.t., eere Weneration Iviën.''e-ra's hun], s, vereering "N-VANACK&NXWRXSXW» <> . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .: 3-3. ::33: WA&S eering Wenerator [viën'e-ra-tur], s, vereerder m. Venereons Ive-ne're-ous], ad wellustig, zinne Wenery fvén'e-ry],,s, jacht, jachtvermaak wenese etion Iven.''eesëk shun], s, aderlati Venetiaan Ive-ne'shan], adj. Venetiaansch, Veneti Venetian-blind [ve-nië'shan-blºndj, s. jalousie +venge ſvéndg] - ed -ing, v.t, wreken. (zuchtig Vengeance Ivendg'ans], s, wraak f: Wengeful [viëndg'fül J, adj. wraakzuchtig. wenial Iveen'yal], adj. vergeeflijk; venial is dagelijksche zonde. » ity tveen va1'1-ty], weniainess tveen val ness], s, vergeeflijkheid f. 3 % Venison Ivën't-zn], s, wildbraad n. Weno na ſwén numJ, s, venijn, vergiften, Wen om ons Evén'niim-us], adj. venijnig, we boosaardig; a venom ons tongue, een ge lijke, een kwaadsprekende tong, :<... ----- ----:3 writer, een gevaarlijke, een boosaardig wenormously fvén'nüm-us-ly], adv. vergiftig d Went fvént incht, uiting fº, the vent, # the vent eruren en, al ng geven, vrijen # "# anger ; to take a lºt ikken, 8... 8 adº gewaagd Ivén'tyueriis-ness], s. hrokk id f. ... . adj, schoon, sierlijk. # -ty],s, waarachtigheid, waarheids- k: warande f. rd afgeleid, ## ### y], s, woordelijkheid fi, lou- l-ize] -ed -ing, wat in een overbrengen, als een werkwoord ge- woorden bezigen. ( adv, mondelijk, unl, s, slag dj. woordenrijk, met te gezwollen, langwijlig, (w v], adv. op een woordenrijk jij, s. omhaal m. van woorden, groenheid f. # troen, bloeiend; to be # # .. » mondelijk, woordelijk, letter- tot woord. van woord ºver adv. woord voor woord. J -ed -ing, wit. slaan, ding ºf % # vººr » l: f. Weermilion Iver-mºd'yum] , adj, waarheidlievend, waar je Wermin Ivèrºminj, s, onge verminona # ## .. er vººr langs naeulae edition, oorspron wer, iſ verºnaij, adj, tot de iſ nal ſhowvere, lentebl lente-dag- en nac h # Wernant Ivèrºmant], adj. grot Wernation Iver na'shun], s het groen worden in lent 't Wereahie [vèrºsa- te veel & jn. # » 1-tik’J, s, groene korst f op . praak, sing kopergroen, blaren trekken w IJ, #, b ës-si-ck'shun laartrekking f. e-sſc'a-to-ry], s, trekpleister f. zº #tſil, # hol. º ſt # er], s avond m., avondster f. # ers 1 ## s, pl. vesper m. .. - piary [vés'pi-a-ry], s. wespennest, bijennest n. bel Re:# s. vat, vaartuig, schip nº; chonen vessels, uitgekozen, uitverkoren vaten, close ves- el, gesloten vat; consecrated vessels, heilige ºvestj, s, kleed, buis, vest n. #"# ſvéstj - ed -ing, vt. kleeden, bekleeden, in bezit stellen, beleggen, toevallen aan, komen , overgaan op (as a title or right). al ºvés'tall, s, vestaalsche mas vés'tal], adj. spe tak agd f. w tal Ivés'tal], adj, vestaalsch, kuisch, eerbaar. »ule Ivés'tl-bulej, s. voorhuis n., gang m., taal n. 3 sel n. ige Ivés'tidg], s. voetstap m., spoor, overblijf- tment vest mentº, # misgewaad n. stry [vés'try], s. sacristie, sistorie f. (kerkeraad. sy-elerk [vës'try-clärk],s, secretaris m. van den keeper Ivés'try-keep’er], s. koster m. # s. sacristij, consisto- Ivés'tyure], s. klee ## f, triekamer f. wared Ivëstº yurd], adj, gekleed, gedost, gehuld, th [vëtch], s, wikke, paardeboon f. ( bekleed. hy Ivétch'y], adj. vol wikke, van wikkestroo. rare en Tv # ren man m. %. &#:: 3.33: in [vétºe-ranj, adj. oud, beproefd, ervaren. rinarian ## na riani, s, veearts in, &# # #%& tºte-ri-na-ry ºnde, veterinary school, veeartse- eterinary "## ## verboden., afkeurende uitspraak ºf insten, ergeren. " " 't ition [véx-a'shun], a. verontrusting, kwelling, #" adj. kwellend, moeielijk, | Wice kerkvergadering, con- ete ran], s, oud-soldaat, beproefd krijgs- J, adj, tot de veeartsenij- W & aak t wie in twee tienj, slachtoffer nº; ing, vt. plagen, kwellen, ver- he :::::::: plaag, ergernis f. | V | Vietor Ivic'tur], s, overwinnaar m., , t netiet ## s, and adj, vicaris, daarop betrekking hebbende Wicarious [vi-ca'ri-us], adj, plaatsvervangend, earions agent, afgevaardigde m. (vanger, Wiearship # s. ambt m. van plaatsten ## 8. ## bankschroef f. # Wice IviceJ, pref, onder... # # # # Vice-admiral Ivice-äd'mi-ral], s. vice-admiraal Wice-admiralty [vice-ãd'mi-ral-tyj, s. vice-admi- raalspost m. # # # # (gevaardigde vice-agent [vice-a'dgent], s, plaatsvervanger." Wice-chamberlain Ivice-tcham'ber-lain], s, ond kamerling m. << w (selier in wiee-chaneenior Ivice-tchán'cel-lur], s, vice kan wie ed Evicdj, adj. slecht, ontaard; high vieel zeer slecht, zeer ontaard, vol ondeugden. wieegerency [vice-dge'ren-cy], s. post m. van " plaatsvervanger. w stituut in Wicegerent fvice-dge'rent], s, plaatsvervanger. " Wicegerent Ivice-dge'rent], adj. laatsvervangend #y ſyneel: "J, s, onderkoning m. Wie eroyalty Ivice''rot'al-ty J,s, onderkoning' + Vieety Ivi'ce-tyJ, s. ebrekkigheid, ondeugenaar # [vis sin-adgj, s, buurt, nabuurschapſ. wieinity [vi-sin't-tyj, s, buurt, nabijheid f; in vicinity of, in de nabijheid van. , Wicieus tv-shºws] adj, gebrekkig {an a , slecht, ondeugend, boos, vicious children deugende kinderen; wieious eond drag, vicious air, onzuivere (bedorven) vicious "## onzuivere taal... ...aarse Wiciousity Twïsh-isſi-ty], s, slechtheid, verdor e v#1, tºen er in ºns." # Viciously [viſsh’us-lyJ, adv. op een slee # wieinsitude [vi-crsºsi-tüdels verandering, wissel ligheid f: wieissitude of fortune, le: 33% vietina, boetoffer, zoenoffer ; to be w #ir ſlachtoffer van .... zijn; to perish in 'ie: sterven als slachtoffer van ... to fall a " to, vallen als slachtoffer van ... to of wietina, een slachtoffer aanbieden. (" adj vietores, tvre tur-essj, s overwinnares f. |wietorious Ivic-to’ri-us], adj. ## wietual ſyſt’t | |ten, leeftocht S: ######## wiet aaiſer Dvlºt' tl-er], #"# vierend. Victoriously [vºc-to’rt us-ly], adv. op # Vietoriousnese [vºc-to’ri-us-ness],s- # victory ſyYetto-ry J, s. overwinning, zº wietress ſºwietrice) [vic'tress],s over", d ill -ied -1ing, v.t. van me" vict t voorzien, proviandeeren: proviandse # 11, ogene Zing-hous], s.her" 'tl-ing ## # meester m., Wiettralling-house 'ietuals Ivit’tlz.] views, eerzuchtige be- wievv, vlak, # landzicht, ogelvlucht , field of view, oel, het voornemen, view a subject in all its as- n op, streven naar: .. , beschouwer, bezichtiger, op- s], adj, omgezien, onzichtbaar, avond voor een feestdag, heilige 1 m., to hold, to keep vigil, hebben, de wacht houden, sabbath insj,s waakzaamheidf. thouden. t], adj. waakzaam. nt-ly], adv. waakzaam. ## # krachti advºk .. s-ness],s. sterkte, krach , gering, veracht # | wine-clad vt. zien, beschouwen, to # de schoone dalen zien; to . van, windicator Ivyn 'di-ca-tûr] Windicatory Ivan # » id, weekend aan igend, wreken tvine' cladj, adj in begroeid, # winegar [vin'e-gerd, 8. gar, toileta zijn; rasp # dash of wine # wine-drenner Ivine'dréss-er], s w ta # # eph N gar, wwith winegar, met azijn inleggen. Vinegar-maker [vin'e- Winegar-manufactory rachtig, ## win "## elijk, (snood. laagheid, verachtelijkheid, (schimping fº, hoon ºm. Wiental i'shun], s. #nedering, be- win age : hoonen, laste- # en # y], . s. minachting, # eere tij nhuizing t illa f. M., ten nou adder in zij adderachtig, adde , s. groot en sterk vro ; helleveeg f. W groen, h dj roevormig; scherp, M & #, s, maagd f. - - - - Ivir'dg # maagdelijk, zuiver, onbevlekt. inal [vir'dgin-al], s. klavecimbaal f. 'ginal # adj, maagdelijk. z- in-geld [virt dJ, s. zuiver goud n. VN rſvir' fin hünº'ny], s. maagdenhonig m. inity [vir-dgſºn ## s, maagdelijke staat m. #. # , versch, niet ts toeloopend, sp gin-hone indj, s, nieuw, pas ontgon- le],,s, komma f. (nen landen. adj, mannelijk. (heid f. 1, s, mannelijkheid, manbaar- efde f: voor de schoone kunsten, % inst ſt, # v. w W tyu-al], adj krachtig, vermogend. Ivir-tyü-à1'1-ty], s, vermogende kracht f. virty t vae [vir'tyüJ a. deugd, kracht t, vermog perheid ºf ; 'in Y virtue of, e is, B, de 'uleney, # w n", , kwaadaardig; a. Visionist I º N *## IvIz'zit], s. b. wiperon, [vi'pe-rus], adj. | spersoon, | | (verwelkt. Wisit IvIz'zit -al-ly], adv. krachtig, met een . | den levensduur. gd I. Zº s, kwaadaar , s ziener, geesten a visit, op gen; * i y a visit, # ## . . # tigen, bezoeken afleggen, Visitant [vººij: antº, #, » Visitation Ivyz' zi-ta'shun], s. bezoek m., king, visitatie f: ; to die by the visitaſ God, plotseling sterven. - Wisiting [vïz'Yt-ting], s. het bezoeken; het u zoek n, ; visiting eard, visitekaartje nºg committee, commissie f, van onderzoek. Winitor Ivyz' zi-tur], s, bezoeker, visiteur m., t ceive visitors, gasten, gezelschap, mensel Visor [viz'zur], s. vizier, masker n. : Winored IvIz'zūrdJ, adj. gemaskerd, vermomde Winta Ivïs'tal, s. uitzicht n. # Visual [vºſzh'yu-al], adj. tot het gezicht beh gezichts...; visual nerve, gezichtszenuw, point, gezichtspunt. , , - Wital ſv1'talj, adj. tot het leven dienend, lere levensvatbaar, vital air, levenslucht, » '- levenskracht; depressie van krachten; vital ºp vital power, 33 statisties, statistiek levensgeesten; vitality tv1-tal italize tvi'tal-1 dige zweer, a vi wient t helleveeg f: . J, adv. geslepen, op een listige os, als een helleveeg; ondeugend. amelijk, te weten (zie Widelieet). rdl, s, maskeren. # 1 -ed -ing, v.t, maskeeren; met t een sluier ## # r ## s. vizier n. , ,, bulary 'yu-la-ry], s, woordenlijst f. abul # vo-cab'yu-lïst], s, schrijver m. van een Two'ealJ, adj. met een stem begaafd, gezon- mondeling, vocaal; voeal and instrumen- , muziek en zang. N o’eal-Yst], s, zanger m., zangeres f. ### s. vermogen na der stem, en in pla J, adv. overluid, mondelings. in J, s, roeping fº, beroep n. , s, roeper, vocativus m, n, uitschreeuwen. atiie tenaper, een onvast, 1 Walatileness # öl'a-til-nessJ, W. 1-ty], s, vluchtigheid, wu Weylati Wolcano Ivöl-caº'nol, Woie Evole], s, alle sl Vollery visie- s. vd j, ed -ing, vist. luid S vo-cïfºe-ra'shun], s geschreeuw n. | | b-cïfe-rus], adj, schreeuwend, s, zwang m., mode f.. i te h , in # zijn. i "de"#YE rengen ; - en gelofte vulnerary # ill'ne-ra-ry J, adj. 'W stem fº, easting vote, beslissende Wulnerary [viil'ne-ra-ryj, s, hee el, w give hie vote, zijne stem geven, to] del m., vulnerary haisann, wondzalf, vul en, de stemmen opnemen, verza- WE: wonderpleister, (kwetsen, by tvvo votes, het met een twuimerate Ivailºner ate] -ed -ing, wat twee stemmen er doorhalen; to Wulpine [viil'pine], adj. vosachtig, ## vote, tot de stemming overgaan, vulture fvü1'tyurej, s, gier m. ### the vote, in stemming brengen. Vult urine [viii'tyu-rinej, adj, gieretn), ed -ing, v.i.&t. stemmen, to vote Wying [vy'ing], pret. v. wie. .. n voor, tegen; to vote by # # # # # # ## - 3: : : : : : : » in het geheim stemmen; to ng aannemen, ter vote out, >. s. stemmer, stemgerechtigde m. .. » • adj, door een gelofte bepaald. » » .. getuigenis te waarborg m. # S. . . . . . # . -ed -ing, vt.&i. tot getuige w... [dtiblyöu] verk, voor twest] westen, n, bevestigen, getuige zijn, getui- [West-India] West-Indië. .. » orgen; M. vouch this horse Wabble ſwab'bl] -ed-ing, vi, waggelen one, ik verklaar dit paard voor bling-motion, slingerende b # # for the truth of an essertion, ºvalable I "## s, waggelende bewegingſ ener verklaring instaan. Wad Iwad], s. bundel m., prop, watt is gedaagde m. in borgtocht. | grumsnet wad, kramsprop; wad of en , s. getuige, borg mº, getuige- ken prop. ### (watteeren, o be voucher for, borg |Wad twad] ed -ing, vt. met watten n voor. . . . . . Waddingſwad'ding],s. watten pl.f, vulsel n ed -ing, vi, kt: zich Waddie ſwad/dij -ed -ing, vi,85t, w ebben van, vergun- plat t (grass) ; to waddie abon Lwad diing-ſyJ, -ed -ing, v.i.&t. wad gh water, sand an waſ fers rijvend li ſlag with a ## 'Ef, adj Eikºchtig. " gºgish # adv. schalkachtig, » gºgish-nessJ,s. schalkachtigheid f. twag’gij -ed -ing, v.i.&t. waggelen, | vv &&&&&&& # # # # # # » {gon m. Iwâg gunl, s, wagen, vrachtwagen, wag- gun-adgj, s.vrachtloonn., vracht f. » r], s, vrachtrijder m.. ###J, s, koetshuis n. g, kamerdienaar m. e; iora in wait ting-boy ſwait'ing-b # » <... :: ... #" Dwaitºir g, in de v#n # vººi in Eidfwaiting-maiaj,w ſwait'ing-wum/man], s. ka » Waiting-man Iwai gun-makſerij, s, rijtuigma- # ſtoor mij 1, s, expeditie-kan-WW uur; within n; without the waiia, ## eep’er], s. muurspecht m. ## v, ransel n. lasoogig van paarden). S ## s, muurbloem f. up] -ed -ing, v.i. &t. opkoken, op- en, galoppeeren, afrossen. owl, s. waggeling, wenteling ºf -ed ing, v.i.&t. (zich) to, wallow in | ch xxx wal'low-er], s die zich wentelt. .. twal', w-Ishl, adj. verschaald, sma- - r] s muur eper f. adj. met # kan- J, s, muurboom, leiboom m. | » » Wantage , muurkruid n. toking f. - # #ºrvenen, opkoken. , v.t, bemuren, ommuren, wanted t en, genre want, van geb gel # to find a want, ee %. gevoelen, ondervinden; to supply a wa gebrek een behoefte voorzien, via: Trºnti. En in E&i behoeve hebben (bv food, clothing ten, wenschen, verlangen, # brek lijden, te kort schieten, in winter we re, in den winter behoeven wij heb hoefte aan) vuur, te want judgment missen; he wante knowledge, het ont hem aan kennis, it wants a quarter tot wel het is kwartier voor twaalven ; it wants, thing of the sun, er ontbreekt iets aan vvhat do you want of met wat wi mij; to want any one to do any th mand noodig hebben om iets te doen; want for nothing, gij zult nergens hebben; the jury was full, want in een na voltallig, # s. het ontbreken jury was op hoefte iſ, ge # #eput. g, vt.&i, kweelen, #n- º ## zanger m., feathe-l ed warbier, gevederde zan- eine nachtegaal ; red.] bogen n.. pf. » ## ling], is gekweel n, trilling f. krijgsgeschreeuw n., oorlogs- ing, wacht, bescherming fi, oodborstje, » &##### » is. El. eeltbulten fi, eeltge- harts self, men, te warm up, o Warm-hearted ſwarm/h hartedness Iwar Warm-h ng iſ, garnizoen in vesting. Warn gevangenis ºf werk tenis ºf 3.& ## erjarigheid, X, AQ&W &S vt.&i. waken, bewaken, in to ward off, afwen- ash off, afw ze], warranty, s. '. Igen, waarborgen' -ing, v.t, machti-| g, v.t, beoorlogen. nenwoud na, visch- we "-- - - - (konijnenwoud. [wàr'ren-er], s, oppasser m. van een ſwar'rY-ur], s, krijgsman, held m. ess Dwarſri-o-rëss], s. heldin, strijderes f. DwarskötJ, s, oorlogsbelasting f. r'steed], s, strijdhengst m. stink], adj. in den krijg bezweken. J, s, wrat f. oorlog m. war'timel, s, oorlogstijd, dagen van war' tro-fyJ, s, krijgstropee f. würt], s. wrattenkruid n. ty1, adj, wrattig. V (zaam. ry], adj, voorzichtig, omzichtig, behoed- p, Iwar'hôôp], s. krijgschgeschreeuw n. verff, moeras n.., watertje voor nden, blad n... van den riem. hands, Iear, zuiver, goed schen, wegspoelen; wasschen, bleeken; to sschen, uitwis- h uil wer, ver- r i in | zaamheid, ni; afternoon wate | Wasteful ſwa’st-f #s w ſchen m., wasch, spoeling, wasschen; to | van w to wash for Wastin nis, woestijn f, ve f. (bv. of property, of tij m. (bv. of eotten); dead vv v gegeven werk, voluntary waste, moe vernieling, beschadiging, in armere waste, zuiver verlies, zonder nut; to go to wast ondergaan, zijn ondergang te gemoet gaan Waate [wä'st], adj. woest, verwoest, onnuttig bebouwd, ongebezigd; vvaste pa net misdruk; waste wood, s. t ! hout; z. Waste-land. W Waste Iwa'stl -ed -ing, v.t.&i. verwoes nielen, bederven, verkwisten, verspillen, kw uitteren, verloop en ; disease vvast en the tient, de kwaal doet den zieke uitteren; one's inheritance, zijn erfenis verspillen, iſ brengen, to waste time, tijd verliezen, we Waste-hook ſwast-bukj, s, kladboek,n. ,, j, verkwistend, verniel ſtemde l-ly], adv. op een ül-ness], s. verkw ndJ, s, woeste, on verwoestend. Wastefully ſwa’st Wastefulness ſwa Waste-I and Iwaºst- grond m., braakland in. N"WRW - N W. wastel-bread ſwastel-brédJ, s. fijn brood in + Wasteness ſwa'st-ness], s, woestheid ºf Waste-piece [wa’st-piesj,s, spint, afvalin. " Waater [wa'ster],s, verkwis ief m. aa wwaste-shot ſwa'at-shöt], s.schot n met los' Waetewell ſwa'st-wéll], s. zinkgat n ## i fwast woöi , s kamwol f, g, ſwasting], adj. verterend, doorbr verkwistend, opmakend, # #Wat ste trel, want gemeenteweide, gemeene weide f-, afval wWatch Twatchj,s. waken n, wacht, wak opmerkzaamheid fº, horloge, zak" h, namiddag wacht, uarter watch, in acht; anchor # wateh, dagwac acht; ## iſ om een of ſingle naa : t horlogekas; g en; to keep goºt ht 'h # sw ouden, in het oog houden, in de gelegenheid bespieden ; to tch bär-rell, s, trommel %. h/bell J,s. wachtbel, scheep fwatch' brilj, s. wachtrol f. atºhºbº), s, schilderhuis na e Iwatch ſcân-d1], s nachtkaars fº, # 's, horlogekas f. 'coat J, im. (van sklok f. s. jas, overjas m. j, 's wachthond, ketting-, hond m. s. waker, bespied # ## ht- of seinschoten, rlogewijzer m. wachthuis n, eloosheid h ach ten op, uitzien naar: to watch | n; to wateh aj bode houden ; to watch | ter, te water reizen, to ge dragen, to take water w hale (eig, bailº 11e ſtierf ter land), bespoelen, water ge nemen , te water en hore # to water with thears | to water siik, zijde wa one's mouth water, . his mouth wate & .. er in: . lauw, hemelsblauw, wat s. horlogestandaard m. ## shun], s, wacht m. bij| ra roeket [wà'ter-seë'ne-ry], s, waterpartij f. werm à'ter-skôôdJ, s. hoosvat n. '- Twa'ter-shiit], s. sluis f.., waterdam m., 'ter-side],s.waterkant m. (verlaat n. er-skyj, s. donkere, waterachtige Iwa'ter-snakel, s, waterslang f. Twà'ter-soak] -edi-ing, v.t. van wa- en doortrekken, in water weeken. w spaniel [wa'ter-spân'yelJ, s, waterhond m. '-spider Iwà-ter-spi'der], s, waterspin f. # [wa'ter-spbüt],s. watersprong m., hoos een grºeien eta #N:# s, waterpacht f. - tight ſwa'ter-tIht], adj. waterdicht. » wa'ter-troff], s. waterbak m. àſter-tiibJ, s. waterton, -kuip ºf [wa'ter-way J, s, waterweg m., kana wëelJ, s. scheprad n. wà'ter-wurkj, s, waterwerk n., tee- in waterverf. # (keloos, water... à'ter ry], adj. waterig, ## sma- #!: s. teentje m., twijg m., dekl m. van een haan of kalkoen. » nº", vi. mauwen, # 11 go baar, golving, wenking fº, " e, groote golf, toased by the waves, e golven geslingerd, the waves run high, loopt hoog; ground wave, # > oen). wavel -ed -ing, v.i.&t. ( de golven, en, wenken. Jaarzelen, golvend maken, verd, ----- <--- ---------- ------------------ weg-| ng. " : - - - - - - - -3 egolfd, gekronk wa'ter-spring], s, waterbron f. (f. | klat, -ed -ing, v.t., met horden be- w able), wassen. N º -ed -ing, v.i. wassen (as moen), toenemen, worden; to wax stront feehle, vvarma, cold, old, sterk, zwak, want koud, oud worden. Wax-candle [wäx'cân'dlJ, s, waskaars f. - Wax-chandler ſwâx'tchán 'dler], s waskaarsenmu Wax-doll ſwâx'döllJ, s, wassen pop f. (kern Waxed ſwâxdºl, adj, gewast, met was geboeid opgewreven, vvaxed-eloth, wasdoek, w Waxen Iwax'snij, adj. van was, wassen, als we vvaxen image, wassen beeld, Wax (ed)-end Iwäx'ënd], s. pikdraad n. Wax-leather Iwâx'1ëTH-er], s. wasleder a, Wax-light ſwäx'liht], Wax-taper, s, waskaan WWax-stand fway'standj, s, kandelaar f. Wax-wiek ſwâx'wickJ, s. waspit m. al ax-work Iwäx'wurkj, s, wassenbeelden n pk - [wâx'sy], adj. wasachtig, als >- 'aat, # , de rechte weg, 1 y, de verkeerde weg, het tern way, deinzing, achterwaartse a long way, een lange weg; ha weg, halverwege , covert way, bedekte we reet vvay, rechte koers, Haunching way, sº helling, milky way, melkweg; way in, toegang; way out, uitgang, uitweg, way" means, streken en slenters, gauge of stand van de rails zooals zij op de spºt liggen ; vvay and another, in allen w in alle opzichten, that way, dien weg heen, langs dien kant; this way, deze". hier heen, langs dezen kant; this way and" hier en daar, verstrooid, door elkander: ". way, gekoppelde koers, which way ºf " weg, waarheen? across the way, d in den weg; hy way, op weg; hy the way." ##### vwa. ## e's way, in den weg, op zijn zijn soort, in one's own way, op zijn in 1 ay, in den weg, verlegen, the way, in d bij de hand he in an n; aan het ander way, ond < e ## wijken, toegeven erkoelen, te go a and h to go one's ## zijn weg gaan, one's own way, zijn eigen weg gaan, #t ºp het doel ## to go down the rong vvay, the way of all weg van alle vleesch aan, sterven; to have one's way, zijn loop N zin, zijn zienswijze handelen, all earth, den |vv- e! » eet # e, veel macht, veel invloed op ie- den verkeerden weg inslaan , to go 11, de zwa baken ſweak ken, krachtelo Weakened ſweakn-ed], Weakener Iwea'kneer], afmat, verzwakt m. & f. # 33.3 Weairening ſweakn ing], adj. an verminderend, verslappend, << Wealcling Tweak'lin # 3 .. Weakly ſweakºly], adj, and adº Weakness ſweakºness], s, zw machteloosheid f. ## |vveau ſweal], s, welzij eurmmon, public we meen nut , , , 1 - ed -in |weatshiry ſwélth Wealthiness Iwél di ºvean onth "# to put in the Wealthy ſwél/thy J, #", ed - # ouden, . # iyſweari-stim-lyJ,adv. lastig, moeielijk. E Twea'rſ stim-nessJ, s. # verveling ºf #% ### bv. of marching, van het gaan); to be ary of study, de studie moede zijn, N- Iwea'ry] -i -ying, v.t. vermoeien , met), vervelen, to weary out, door ver- is ui #in J # M Fyring I, t## luchtpijp f. ea'zij, s, wezel m. g 1, s. weder, weer n, wind m., her, hevige winden ; blowving weder; clear weather, hel- l eather, nevelachtig weder, t; fair, fine weather, mooi weder, y weather, mistig weder, mistig, storm; heavy weather, zware r, aaisty dikke ge from foul vv het weder; to get rijgen, to keep the ouden; to lose the , v.t.&i luc in, houden, moede, mat, vermoeid, uit- (Iend. adj, vermoeiend, verve- wer, iemand die te huis weeft. # lweaving ſweav'ing], s weven ni Power, Web zoo het we-| #j, s, weerglas in w ëd'edJ, adj, zoo onge stadig als het weder, onbestendig, wispelturig Weathering Tweraſer-ing], s blootgesteld aan weer en wind; glooiing, # f. # Weatherly [wé ## j, te loever, weather *hip, schip, dat goed bij den wind zeilt, waar Weather moet ſwéra’er-most], adv. meest te Weather-proof [wéra'er-prôôf], adj, bestand ! gen regen en wind, waterproef. Weather-quarterſwërnºer-quar'ter], s. windstreet f, het een vierde van het kompas n. (kleed a weather-saii twërner-sailj, sº geteerd zeil, dek. Weather-shore [wèra'er-shore], s, loefwal, ºp per wat m. W # - # Weather-side Tweraſer-side], s. loefzijde ſ. den Weather-tide Twëra'er-tideJ, s. stroom tegen. " %. # ſpannen wind in ma. ### Weather-tilingſwern'er-tſ1'ling],s, dekkingſ. " Weather-van-efwer H'er-vanel is een weer aan. " Weather-wise ſwéra'er-wize], adj. weerkundiº. weather-wiser Iwata'er-wi'zer], s. weerwijzer. " weave ſweavJ, wove [wovel, wovenſ Weaving, ſweav'ing], v.t.&i, weven, spinn wool, wil ik) , to weave oneself into, zien mengen, zich indringen, - Weaver tweaverj, s wever m., domestie weaving, het machinaal weven, # n chines weaving-loom tweaving-loomj, º weets, n, scherp; * * na > ** Weazen [wé'zn], adj gezich met adj, dun, sch face, een scherp geteekend gelaat, een scherpe trekken. v wéb], s, web, weefsel, vlies voor het ies in, n de pooten der water, er ºr nºt, # adj, met zwen erer al # " v,t.&i, trouwen t klooven, ee ten of bevestigen, in- ged with, verscheurd van, en, bevestigen, instampen, e], adj, wigvormig. . huwelijk m., out of vved- dhoek hound, gehuwd, t], adj, getrouwd, gehuwd. ºl, s. woensdag m., aah vved weig ## aschdag. | W. # d, gewaad, kleed na , eea e the weed, pruimen, tael W. vv's weeds, weduwe-rouw, uw staat, weed grows apaee, # ºp, # eed -ing, vit, wieden (bv. eorn); viee, een ondeugd uitroeien, wee en, uittrekken (onkruid). tweed’Eshºezj, s pl. weedasch f. ºm ieder hukj, Weeding-hook, sº wied- # (der onkruid. adj, vrij van onkruid, zon- ## S #ek, wekelijks, | | Oei: M niet kwaad h adv. goed, zeer; full good, welletjes, ferm zoo", as te as, as well as, zoowel als; well well to live, welgesteld, bemiddeld ; well zoo, braaf; well enough, vrij wel l; well as ear, vvell nigh, bijna. ## interj, helaas! vizdº J, adj, goed onderricht. 'af ed: , adj, welgezind. » adj, goed # p-par"IdJ, adj. fraai ver- # tkleed tºedJ, adj. goed ge- ag],adj zeer opmerk- "En:#, elzijn n. (zaam. Wert ſwèrt], pret. van Eſse, waart. adj. veelgeliefde, S. - - - - - - - - -- w ººij, be-sëëm’ing], adj. welvoeg- # 1 #" ed], bel #, '- #rºuwen, adj, een goeden of rºij, adj wel opgevoed. - 1'de-sëndſedij, adj, van goede w -- (man m. 'de-zèrv-er], s, verdienstelijk eathe ver tw wéll'dis-po'zdJ, adj, wel gezind, - - - - po zº (betrachting f. ſell'dô-ing], s. goede 11'diinT. inter # ## ain], s. ## daad, plicht- bravo! # ûrd], adj. schoon. (va 'tyurd # w-, #dj, # # 11 well, zeer goed, Welt Iwélti -ed -ing, v.t. wel, welter tweltſer] - ed -ing, d. | Wept [wépt Westering. Tweat'er-ri adj. een goede, wel- Westnorthwest [west'nor-westJ, s we in Westward [wést eerput m. # be- Wether Wetnea . # w # b (b iger, die het w # wëll 'er], s, begunstiger, die na Welsh-rabbit ſwélsh-räb'bit],s. ## l met gesmolten kaas, # # # # # '- > Welt # , s. omboordsel m., rand m, boorden, verwelke vi, zich wentelen in pleasures, in bloed, is welter in blood, - WE aden; 4-, v.t, doen verwelken. . en ſwémJ, s. schoot m., litteeken m., vlek f. en ſwénj, s. wen fi, adipone wen, vetwen. Wench Twênchl, s, lichtekooi, “negerin, meldt Went Twent], pret. van Go. w , pret. and part. van Weep. e], pret. van He, waren, ware, was #vvere twerej, 2. waar # Were ſware z, Wear West Iwéstj, adj. west, westelijk; west wind West [wéstl, adv. westelijk, westwaarts, ſl wëst'er-ring], adj. #" Westerly [west'er-ly], adj, westelijk. western ſwés'tern], adj, westelijk, westerseh (1 - eempire). ## (west West # s, westen in, (westenwind # t/soit-westj,s, westzuidwest, - -- twêstſwurd], Westwardly, adv. we Wet ſwét], s. nat, vocht, vochtig weer n. (waarºm wet Twëtj, adj nat, vochtig, vvet through, de en door nat, druipend nat, wet steam, nat, stoom, wet with teare, nat van tranen. " with devv, vochtig, nat, klam van dauw: " dock, bassin, nat d ; vvet weather, vlucht regenachtig weder. # hevoch- et twët] -ted -ting, vt. nat maken, beter" besproeien; wet down, doorweek º ret'glüv- ## zeemlederb Evochtigheid t Westsouthwe e tigen, ### [ t i ºcht is; º will tell. * '- f, wat zeggen; what pe welke what folly : welk eene lichtzinnigheid! w at al voorbehoedende maat- el-spoke ſhweel'spok], s, spee at zijn ; what not, wat al niet. een wiel. . j, adv. ten deele, deels, Wheel-stane # s. sl zijn , t ſhwatj, interj. wat ! hoe ! what to : heida ! Wheel work thweel' wurk], ver ſhwat-év'verj, Whatsoever ſhwat'so-| Wheel-wright ſhweel'riht], pron. hoedanig ook, wat ook, al hetwelk, Wheeze ſhºw eezj -ed -ing, te - - , ' whell. In wélk], s, puistje na, zekere at [hweat], s, tarwe f; hearded wheat, spelt, Whelm [h wélm] -ed -ing, v.t., ian vvheat, maïs, one-grained wheat, fijne graven, overstelpen , to when e; stift wheat, stugge tarwe, barbarijsche zee onder water brengen; W spring, nummer vvheat, zomertarwe, in het zand begraven , whelm vheat, wintertarwe. ## onder verdriet gebukt gaan. t/ear], s, tarwe-aar f. | Whelp [hwelpj, s, welp, jonge bº tºtn], adj. tarwen...; wheaten | vvhelp of a capatan, klamp aa nouar Thweat'flour], s, tarwebloem f. ###### 3 vvorm [hweat'worm J, s. mot m. # J, adv.. wanneer, to » [hweë'dij -ed - , due, op den vervaltijd ; when in [hwee'dler], s, bepra leien. bij kas is (zal zijn); when g Chweë'dling], s... het vleien, gevlei, ge- na ontvangst, when he ſpluimstrijkerij, ſleemerij. | when he sees, wan ling-iyº A speaks, wanneer hij maar te spreken; vvh loose wheel, losse riemschijf, over- | vv 1, bovenslagrad; paddie wheel, wiel van Zº tip ; spºur wheel, rad met when ed ver in 1, Wine m'e- ter] # s. # , s, kruiw röw-ma .. | Whina-vvham [h ân b t whin ſhºwrn], s, hulst fº, priemkrt N nemen, aan hitsen | www.hine Thwine], s. gehuil, gekerm, geteen o vv het a knife, een mes slijpen, Whine ſhwine] -ed -ing, v.i. huilen, # en; to whet the appetite, den eetlust huilende stem spreken, thinneke #n kken; to whet forward, on, aan- whinny ſhwYn 'myJ -ied -ying, v.i, brieschen op, opstoken tegen, voortdrijven. www.bino ek ſhwYnſokj, s. s. speenvarken n. er ſhwäta'er J, pron, welk van beide. Whinstone ſhwin'stone], s, basaltsteen m, r Duwérnſer], conj, hetzij, of whether twhinyard ſhwin'yardJ, s. slagzwaard m., degen! stay, hetzij hij gaat of # whether, Whip # s, zweep f., overhandsche naa bad, hetzij goed of kwaad. » (scheepsw. 1 slaggarnaad, klaplooper m., h. e ſhwétºstone), s wetsteen, slijpsteen m..] joekx whip, karwats, 1 ash whip, zweep, ate ſhwët'stone-slate], s, oliesteen m.j met slag; Ionge whip: kamerzweep; whip ! t’ter], s wetter, slijper na. | spur, spoorslags, in aller ijl; stroke of a whit ... . . . . . interj, bah ! f N » » | zweepslag; to erack a whip, met de zweepslaan Lhwäyi, s. hui, wei f. (achtig double # kabel. %. # # y], Wheyiah # adj. wei-i Whipſhwip] Whipped ſhwYpt], Whipping, vd Thwitchj, pron, welk, wie, die, dat, welke, geeselen, zweepen, slaan, overhands maaien, sch vvhich rºman is it? welke man is het? woord) takelen, betakelen, wippen, springen, h of you : wie uwer ? he which ſinds it, | |pelen; to whip n stream, eene rivier me het vindt, take which you will, neem hengel langs visschen; to do nothing bu whir, st; of vv hieh, waarvan, wier; to | altijd maar slaan, to whip wheat, tarw to know, which is which, | 1en (dorschen); to whip about, in-, ol en onderscheiden, weten te on- len; to whip away, wegslaan, wegnemen # # # ## W (welk ook. hten, vlieden; to whip back, ijlings ! N keeren, afdeinzen, met de zweep terugjage » » slaan, to whip down, met de zweep naar de In , so den jagen, naar beneden wippen, to %. # | ijlen; to vvhip o -ing, vt. met alle winden | vvhip on, voortjagen, voor randeren, heen en weeſ tes ## uitnemen -ed -ing, vt.&i blazen, uitblazen ijlings en; to vv n; ten w:## O to whip up and ri to whip, the end fien gehººr zweepkoord n. voordeel na er m. der whigpartij. # s beginselen der whigpar- Vººr ## » V. --- . . W # zweeper ººk # # # relwind m. whi dJ, s. dwarrel rstel , kleine bezem m, -ing, v.t.&i, vegen, stoffen, » ; to whisk about, fladderen; snel afdoen, to whisk om, er], s bakkebaard in # thwrskºer-split'ter], s, gemeene kºerdJ, adj, met borstels, met kebaarden, met snorbaarden. wïskºer-less], adj, baardeloos, zon- der hakkebaard, zonder knevel. , s. mand, korf m. te sj J, s. genuister mag the whispere w 'erzuchtingen van het hart; the breeze, het geruisch van den a w isper, zeer zacht, aan het oor -ed -ing, vi&t duisteren, ºf d), influisteren, to whisper Iw J, s, gerste-, korenbrandewijn, White-mann #. ſhºwt Whiten ſhwi'tnJ - bleeken (as cloth), tems with age, me het haar # one, ear, iemand iets in het| vv er], s, fluisteraar m. gefluister na hij White | |Whit #Mººit pron: n; upon the who e', whole, het geheel; the bedrag, geheel de, gehee e over het geheel, het algemeen, ## geheel, gezond, the whole geheele aarde; the whole nation, de ratie , the whole world, iedereen; the whole, het ei is heel (niet gebroken) , ole staan, de geheele som; a whole een ond reiskoelte, M '- w lesale ſhwole'sale], adv. van den handel in groot; wholesale merchant, groothande- er ik, sale [hwöle'sale], s. handel m. in het groot; holesale, in het groot, in massa. ome Thole'stim], adj, gezond, heilzaam; some air, gezonde lucht; wholesome goede raad, raadgeving; wholen onze gezonde leer; wholesonae ship, zee- ely. Thole'süm-ly], adv. op e wijze. (hei menens Ihole'slim-messJ, s. ſhol'ly J, adv. geheel, # zº. :: -- $ [hôôm], pron, wien, dien, dat; z. Who : rsons whom you see, de personen die gij ziet ; you know whom M mean, wi w , n; whom shall II zaamheid f. gezondheid, (wie het ook zij. | | er], pron, wien ook, Wid vºer] U rumoer, geraas n. geschreeuw n. &t. roepen, schreem- Il. >> roep, gejouw ne, grens hooping, bovenmatig. |t # gezonde voeren; ## wïckſit], 5. deurtje, poortje n. ( Wiek-holder [w Yck’hold-er], s. drijvertjen van Wide [wºrde], adj. and adv. wijd, ruim, breed, wide cloth, een breed laken ; a wide tablº een breede tafel, the table in three feet w by four feet long, de tafel is drie voet en vier voet lang, a wide plain, een uitge vlakte, wery wide from a truth, zeer ver de waarheid, to be wide, ver, ver af zijn, fame was spread vvide, zijn roem was verspreid, # # # w ### Wide-awake [wide'a-wakel, adv. & s goed wat ker, klaar wakker ; soort van zeemanshoed, zº wester in. --- -- # widely Twide'ly), adv. ver af, zeer wijd, zo " de ly, zoo groot, zoo wijd, zoo ver. ,, Widen [w1/dn] -ed-ing, vt.&i. # w ruimen, (zich) uitzetten, wijd, breeder worden s, wijdte, breedte, ruim Wideness Iwfde' nes Widening-pieee ## verlengstuk" fwſd'dgen], s. meereend fi, taling in Widowv [wººd' dow],s, weduwe f. (maken, berº -ing, v,t. tot we tot den weduwstaat Widow [wſd'dowl -ed Widowed # adj. beroofd. Kºde , - -- r-hüdj, s, weduwstaat." 'dowz-weedzl, #, rouwse ijdte, breedte t . . wieldj -ed -ing, vt, zwaaien. * to wield a sword, een degen ! er I, we Widowhoed # Widowv's-weeds [wY #, to-wield the sceptre, den schepter zw" R:# : Twield' less], adj. o Wieldly [wiel'dy], ## [w1'er-ry inge w een ongeregeld oerachti ſhore'más-ter, ## ig, lichtzinnig 5ar H. s. onderneming f. haagappel in wild d, woest, buitensporig ; | vv t, wild aanzien, wildheid, woestheid f. f, ## . wiurul, enz. -ness], s. loosheid, listigheid f. is groote oliekruik H. g wil, uiterste wil m. will of a prince, enk t; at vvi11, naar wenseh, naar genoegen, will, maar zijn wil, zijn welgevallen; r wint wat is uw begeerte, verlan- gij? the wii is above, de raads- els, free wil 1, welgevallen, #, ## wil, welwillendheid, in, kwaadaardigheid, wrok, | hear, to ovve any WWilsonate .. eigenzinni g, bed dr. hoort dri testament m., | #vvi el de wil van | | nen, krijgen, overwinnen, de overwinning behalen, z hattle, een slag winnen, to prize, een overwinning » W een ºf %. terij; an ora denaar # toewenschen, iemand een to have one's wifi ; to make one's wi | Wind-chann in sharp wind, bij den windskoelte , with wind, windbui met regen , side id, halver wind, sla elk wind, ady wind, gestadige wind; stern wind, wind n achteren , suadden wind, hevige bui van & wind, te loevert; the id is up and off, de wind loopt in en uit ; the right up and td , between wind and water, even onder ovvan the wind, in verval, on a wind, wind, upon a wind, bij den wind; in M eye, recht tegen wind; variable rlijke ; velocity of wind, 'an den wind; violent wind, hevige violent squall of wind, hevige bui van uur; to have the wind in his favor, e hebben; to have wind and tide in d en stroom mede hebben, to run fore th ind den wind zeilen; to aait, » go near the ºnd, scherp bij den wind zei- ; to stean the wind, met den kop op den d loef halen, to hing the ; touch the wind! zeilen; to touch the Wi ind, wind loslaten, to get | ken, ruchtbaar worden, be- . vvind, achteruit- go down the flauwe wind ; | down, windstilte, geen t # wind, de loef krijgen; efar iron ord aan ij ijzeren geschut. tirel, s. "## f, wind@hoiindJ, adj, door tegenin ad-canal, Wind- ehannel Twïnd'ca-näl, tchân'nel], s. windkanaal, windlade ºf V Twïnd'tchandg' ing], adj, wispel turig, veranderlijk, w Win de chest [wººnd'tchestJ, s, windlade, windka Wind-dial [wYndt dr. alJ, s, windwijzer n. Winded ſwïnd'ed], adj, ademig; adem hebbende long winded, met langen adem ; waaraan geen einde komt, lang van stijl; langzaam in het Wind-egg ſwind'ëgg], s, windei n. ſtalen Winder Twind'er], s, winder m., slingerplant ! haspel m., trede f, van eene wenteltrap. ſkantje Wind-fail [wºnd'fall], s, afgewaaid ooft, buiten Wind-ſlovver Twïnd'flöü'er], s, anemoon ºf Wind-gage Ewind gadgJ, s, windmeter m. Wind-gun [wººndºgtinj, s, windroer n. Windineas Twïnd'T-ness], s, winderigheid fºr winding [wind ingj, s, kronkeling, bocht, het ging f. ; vvinding a call, een stoot op de geven; winding off, het afwinden, afwind take out the winding, vlakken, vla MA'inding [wind'ing], adj draaiend, wentelt winding-sheet ſwindling-sheetj, s doodkleed Winding-stairsſwind'ing-stäirzj,s, pl. wentelt." Wind-instrument [wYnd'ſn-stru-mént), s. " instrument in. w . . 3 33 3% a 3% ºf 2 fwïndºláss], s. windas, braadspit »awl fwºndiase pas , s, pal f: d'le], s. haspel m., spil f. & nº Yndºm111], s, windmolen in 'dow], s. venster n! ; bar, ". graam, boogvenster, darmer. " window, boo ret window, dakvenster, glas, winde ten, kerkglazen, jut window, uitsteken kastraam ; paper window, papierscherm luifraam; in the windo d, ten toon gelegd, te vv, een raam, een ven the window, door het " t benchi. - venster: dow-blindl, s zonnen: # ow-car-tain) s, ve J, adj. doorget aow-fra 'dow-glass] eblazen &#& ; it in et is winderig #e krijgen, wijn ## #ne. , versne- g wine, tintelende wij n; etin e telende wijn, en weet wine, zoete x years old, zesjarige wijn, wine ater en wijn, connaisseur in wi- wijnkenner, wijnproever; erop of wine, t; spirits of wine, wijngeest, alcohol ; te the vvine, den wijn versnijden, er ſwine bib'ber], s, wijnzuiper m. te ſwine biºtºtij, s, wijnflesch f. ºr twine' broeker], s, makelaar m, in ne'caskJ, s, wijnvat n. (wijnen. ſwine'cël lèr], s, wijnkelder m. inen. rtwine'cool-er],s, koelvatºn, voor de wij- wºne'dringker], s, wijndrinker m. , s, wijnglas n. ine glass ſwine'gláss] %. vver twine'grow-er], is eigenaar van een | | ijnbouwer m .. ### # # nkelder s. wijna Winner IwYn 'nerl, s, S&# # #"### ## oogen voor altij wink, geen oog sluiten, Wink Twink] ed -ing, v.i. knipoogen; to win ik at, d Winker Twinklerſ, sº wenk ººini inz, ſwiakingſ, adj, kni Winkingly Twïnkſing-lyJ, #iratie: Winning ſwin'ning], adj. and a lig, winst fº, gewin in. ; winnai tonnen weg, » . 'o give a wind knipoog en to g # t gee # Winnovv I wºn'now] -ed -ing, v. ziften, uitpluizen. Winnovver ſwſa'now-erſ, s, wan inter. I wºn'ter], s winter me, he s; hard # N ire-markJ, s, watermerk re-pli-erz], s, pl. buigtang f. wire-pul-lers], s, pl, intriganten ; | » » woorden, is # pl. # .....W - - - - - - - - - - -. . . . " y ſwire-re-ply"J, s. #aphisch ant- Twire-ropeſj, s, ijzerdraad, touwwerk in. Twire-täckJ, s. N . (in metaaldraad n. ſwire-wurk] » ## ## raadachtig, dradig, taai, gespierd. # - wist, wat weten, meenen. # adv. gewis. S # # # Twiz'dum], s. wijsheid f. , s. wijze f: ; in any wise, in eenig Ik geval, in no wise, in geen op- geval, geenszins, in this wise, op wijs, verstandig, voorzichtig, be- ## dj, lady, woºnaan, verstandige, wijze, wise man, verstandig man, wijze, men of the , de wijn en, er niets f, ## s; rooster- bij papieren, draadstift f, draadna-| , s, draadwerk, vlechtwerk | van metaaldraad, als metaal- ser for it, ervuien, ie- e wish, heb- frighten any one out of his wits, .XXX-X schrik verbijsteren, - doen opspringen, te ture one's wits, zich suf denken ; to have at one's finger's end, door en door zijn, fonkelen van vernuft; to have one' w about one, zijn tegenwoordigheid van geest ben, gevat zijn; to seek for vvit, het versta aankweeken; to teach any one wit, iemand den droom helpen, iemand de ware toedracht zaak mededeelen; to be thought a wit, " een knap man, voor een geleerde doorgaan, # % learn wit, wijs worden met schade of schande Wit ſwit] -ted -ting, v.i. weten, to wit, weten, namelijk, dat is. ::: 33 33 333: Witch Dwitch], s, tooveres, heks f. Witch ſwitch] - ed -ing, vt. betooveren, Witcheraft Twitch'cráft], s, tooverkunde, toor witchery ſwitche-ry], s tooverij, betoover witch-ridden ſwitch/rfd-dn], adj, betooverd. - Wit-eraeker [witterâck-er], s, grappenmaker. " twite ſwite], s, verwijting f. » Wite Ewite] -ed -ing, v.t, # # Viteless ſwite'less], adj, onberispelijk. With Twitrij, prep, met, mede, bij, van, eover with any thing, met iets bedekte be pleased with any thing, met '# # # # zijn, to be disgusted with any iets afkeer hebben, the man wit de man met grijze haren; sick wi ziek van verdriet, van snaart; to en is ! invlo met dit vith t # ## th, het 1 er zijn be- # er A. tehuis ? within and Yzºzn] -ed n uitwendig, van binnen en van weede f, 23:: # within, van binnen. ## fwol, s, wee na, ellen doo H-In' doorz], adv. binnen 's huis, woe-hegorse ſwoºſ begon 'J, adj. in, -side Iwſra-ſn'side], adv. binnen in, in- | Wotelful Two'ful , treurig, ellendi :::::::::::::::&## » 'fill-lyJ, adv. treur aat twaa-bati, prep and adv. buiten, uit Ivy in, » Z. ... . ## twendig , without doors, buiten Wolt ild], s, vl 's huis, fro without doors, van buiten, with- | Wolf Iwülfj, s, wolf, out our reach, buiten ons bereik; without den wolf, jakhals, she sneeeee, zonder goeden uitslag, zonder gevolg; | vvolf, jonge wolf, eea wo $%%%%% damage, zonder schade ; to do with- the wolf from the thing, het zonder iets stellen, zich red- r hou # # N # ### ::, # .. t-out'J, conj, tenzij. » .. wººrn-ständ' J -stood-standing, vat. to withstand the attack of troops, Wol an troepen weerstaan , to withstand , weerstand bieden aan de welspre- der ſwfra-stand'er], s. tegenstander m. | A nd adj, teentje, rijsje na, zij AW an teenen gemaakt. v, zonder vernuft, zonder hier onbedachtzame wijze. 5 VW onverstandigheid f. wel -- fulness fwij 'der-fül-ness], s s, verwonderaar m. fülj, adj, verwonderlijk. w wtin (der-fül-lyj, adv: verwonderlijk, ijzonder w eer goed. , wonderlijk- * ië- ( wonder n. it Twijn der-ment], s, verwondering f, Iwtin'der-rus], adj, verwonderlijk, truck ſwijn' der-strück], adj, verbaasd. working twin der-warking), adj, won- s, gewoonte f. {deren doende, z. Wonted [wünt'ed], adj. -ing, v.i. gewend zijn, . dJ, adj. # gewend, al t oog Ioopend, niet vreemd wint'ed-ness], s, gewoonheid f: |V ôdJ Wooing, vi. &t. het N ek doen om (de hand); ht, den strijd eischen. w adj, razend, dwaas, dolzinnig. bosch, woud, hout in.; vvoor ng van twee stukken hout, barked hout; timber wood, draaispant, hevvan wood, hout dat in de , dead wood, slen vººrt vºet kanotty wood, kwas- w mphout, dood | | x vood, g hout; end, W. ad, dwarse doorsnede van hout ; ww stuwagehout, vaamhout; float, | ANW , houtvlot; wood for heading | ng], s, houtane ood-house Iwüd' ,s. houtloods, houtse wood-knife Iwudºnifej, s. hartsvanger m. Woodiness ſwud'di-ness], s. houtachtigheid, bosch achtigheid ºf w w Wood-land [wild'ländJ, s, boschachti Wood-louse Iwüd'lous], s, houtluis f. -- Wood-man [wüd'mân], s. boschwachter, jager in Wood-merchant [wud-mèr-tchant], Wood-man- ger [wüd'miing'ger] Wood-selier, [wüd'sell'erſ, s, houtkooper m. W g Wood-mote [wüd'mote], s, boschgerecht n. ood-notes ſwij d'nots], s. wild gezang n. Wood-nymph [wüd'nïmfJ, s, bosch nimf f. land n |Wood-pea Twüd'pea], s, wilde erwt f. | |Wood-peeker ſwüdſpéckſer], s. specht m. | AWoud-pi eon k eon Twild' pfdg'inj, s, houtduif f. [wild"pilej, s, houtmijt f. ºud'reëv], s, houtvester m. vüd'skrôôJ, s, houtschroeff. d'shëd], s, houtloods f. -- 'stakej,s houtmijt f, houtstapelin radiwudºstandj, s, houtkist f, houtbak" rd twüd’wardſ, s. boschwachter, hout- out... houtachtig, boschacht"， rdJ, s. houttuin m. #3 ingj#rijen " " , ſlijk D ## adv. vrijend, aanloºt s. wol f; long, ## toel > . N- ********* e d for hipheiding, hout Wegereef of one, of two year's dol ##### out; o dorou -, ki # w wasschen. # m ar'ing], Wool-cottonſ # , vrag S& ool-dresser ºf wil Ike in one's wood, Wool-driver [will'driv hout opdoen, voorraadj vitsj met hou ### ww oo s ſwurdless omvang in. | | wur'dy J, adj heet' ing], s, wollen bedde- ware R orel, pret. # » elk wurkj, ## # (wolspinster f. Wor # ner Iwul'spïn-mer], s, wolspinner m., the works of Bºerenlee, de er ſwul'sta-pler], s... wolhandelaar m. l les, the work of time, het will trade], s, wolhandel m.. 1 van de eeuwen, breaat voºr ülºward], adj. wol flanel dragend, balk; etineh vvorie, klinkwe # # & 3.-- --- | vvork, timmerwerk, day wor rdj, s woord, bericht, bevel n.; fair: | dag gedaan, dagwerk; day's wor in, fraaie beloften, # woorden, dag, dagtaak; dry vvorik, onvrucht oed woord, aanbeveling; hig lend werk , hard werk, moeielijk, hooge woorden, twist; wain word iron vvorie, ijzerwerk, kon rden, worden of course, mania werk op en werk, werk bij vvard of honor, woord van eer work, stukwerk, aangenomen w (of the mouth), mondeling, bij monde ;] eenvoudig werk, werk zond rd of command, kommando, hy good worden, zonder borduur met zachte woorden, door zachtheid, met gevoel, work, traliewerk, iſ word for word, woord voor woord, in a word, water, waarna wor: in een woord, kortom, in words, in woorden; | vvories, hut, dek, kam en, upon one's woºrd, op iemands woord, to be works, raad van op as good as one's word, man, vrouw van eer works, werk, meesterst te worse than oneºn word, zijn woord werk, aan den arbeid, al nºg werd, de tijding brengen; to werki ; hard at w elofte, zijn woord niet nakomen, ten one's woºrd, zijn woord geven ; to give me a good word, zachtzinnig » k doen, w XX823 --& 's word, zich tegen ch aan het werk, t niet gelijk blijven, zich niet aan work, aan he »uden; to have words, woorden, mouw steken: 1-1 eid hebben, to have the last with him, ik # ## het azimuth bere , to work , won # hout verwerken ; de, de breedte berekenen ; to work a e, zijn overtocht betalen door het verrich- i matrozen dienst, zich een weg banen, to] Er one to his ruim, iemand zijn onder- | :"E# iemand ten onder brengen ; to ork a miracle, a change, een wonder ver- n, een verandering bewerken of bewerkstel- n; te werk aan effect, een uitwerksel voort- ngen; to work ## or evil, goed of kwaad te voorschijn komen , to work to wind- XXN.V-RES aanloeven; to work a mine, a railway, # # ontginnen, een spoorweg exploiteeren; hip vvorks much, het schip werkt zwaar, hevige bewegingen ; to be hard vvreught, te bewerken zijn, to work aback, maar » #"#", to work at, werken | werk down, ter mederwerpen, onder- ; to work in, into, verwerken tot tas rol into eloth), indrijven, met geweld inwer- n, tusschen weven; to work one's self into h in de gunst dringen, to work into, gebruik brengen ; to work loose, los- to work off, loswerken, losgaan, ver- n; uitwrijven, aftrekken, afdrukken ; to out, uitvoeren, uitwerken (bv. a sehenae), eindigen; er uitdrijven, verdringen, be- ºnt, , uitwisschen, oplossen ſa problem); to | ip, (zich) stijgen, verheffen, naar de hoogte verwerken, opwerken, te werk up the | to rage, de hartstochten tot razernij work upon, indruk maken op, | , adj. gewerkt, bewerkt, geborduurd, # # er 1,s werker, bewerker, werkman m., # er, medearbeider arbeidersgezel. twurk fel-low], s werkmakker m. kºfdkJ,s werkvolk n, arbeiders m.pl. ſwurk/hoûsj, s werkhuis m., werk- oeftigen; to come to the werkhuis komen, urk'ing], adj, werkend, arbeidend, g elasse, werkende klasse. s. werk m., arbeid m., bewer- f, gedachte fi, overleg n. ; ag-day J, s werkdag m. ººs är-ty], s, korvee f. ace], s werkplaats ºf ast te dragen heeft." ,s, punt nadat het #materiëel n", ## &# oei te werk. 1 # aan Iwurkºwtim-m modemaakster, to be a good work-womas een goede werkster of ºoi: zijn. World Twurldj, s wereld, aarde f.., ple, groote wereld fi, levensloop m., menigte the Old World, the New World, de Oude reld, de Nieuwe Wereld; by no means in world, voor geen ding ter wereld ; for all world, voor alles ter wereld, world without end, in alle eeuwigheid, the great world, groote wereld, de grooten, de hooge stand; learned world, geleerde wereld, gestudeerde te letterde mannen, beschaafde kringen, man ºf the world, wereldling; the next world, other world, the world to eonae, de andere we het toekomstige leven ; all over the world." the world over, in de geheele wereld; for world, voor de wereld, voor het openbaar, the world, in de wereld, bestaanbaar, moge nothing in the world, niets ter wereld, hoegenaamd , to begin the world, in de w treden, het leven beginnen; to begin the wor! again, het leven nogmaals beginnen, opnieuw de weld treden ; to come into the world, enschen open geborduurd, open gewerkt. | emand die zwaar werk verricht ; | ºvoridling Lwinrd"ling], s wereld work- wereld, in de wereld komen, geboren worden fall in the world, niet slagen, het hoofd en ten ; to go over the world, de wereld door tºt ken; to go out of the world, de wereld, leven verlaten, sterven; to go round the w" om de wereld, de aarde rond reizen, te la at what the world may . Z 3.3333 --3-3 wereld, om de praatjes bekreunen, bekommer to rove about the world, de wereld rond." pen, alles heinde en verre plat loopen ; it world to see,,,, het is verwonderlijk te in as the world goes, zooals het in de wereld het leven) gaat; it is the way of the " such is the world. zoo gaat het in de 7 iteit Worldliness ſwurld'II-ness], s. wereldsgezind worduy ſwurdiy], adj wereldsch, aardschººt #, wordiy pleasures, de wereldsch: maken; a worldly aetions, menschelijke. wordly ſwurd'Iyl, adv. naar de wereld, op sche, aardsche wijze. W worldly-minded ſwurld'ly-minded.] adj we worlduy-mindedness ſwurdly-mindeden." wereldschgezindheid f. # worm ſwurm], s, worm, krasser m. (op ## stok), schroefdraad m., schroeff, zonder ele raalvormige distilleerpijp f; tread on a and it will turn, als men op een wor" Worm twurm] -ed -ing, vi&t. wurm", tjes voortkruipen, bedotten, van den wor", a dog), (scheepsw.) kleeden, trensen, " hal # worm a neº- ### S&S X- kronkelt hij. y ſwiarm'my], adj. wormig, als een worm, | zienswaardig, tº » wornl, part. pass van Wear. I bezitten, rijk zijn, in .. ont. En ## adj. versleten, (# het brood, dat men eet, niet wat Worrier twür'ri-er], s, kwelgeest, ## kweller, not worth powder and shot, het orry ſwir-ry J -ied-ying, v.t. &i, kwellen, pla- er zooveel woorden over te wisselen , rukken, slingeren, scheuren, zich angstig ma- den den nek te breken, to be a min afgebeuld worden (an eattle); to worry, een millioen rijk zijn, bezitten, how e's reputation, iemands goeden naam bezwalken. | afse worth ? wat bezit gij ? re # and adv. slimmer, erger, slech-wworthily ſwar' rat-ly], adv. "# .. snooder, minder, geweldiger; z. Worst, a., wworthineas Iwartrui-ness], s. waardi worse and worse, hoe langer hoe slechter, the worthless ſwurth'less], adj, v vorse, het ergste, het slechtere, for the #l, waardeloos, nietswaardig, .. ten kwade; to be worse, minder waard zijn, ghe & » Worthiesenen en ſwurth'less-ness J, s, er zijn, mueh, a great deal worse, veel heid, nietswaardigheid, onwaardigheid ger, rather, something, somewhat, a little Warthy I wºurſ rityJ, s, held, uitmunten ºverne, een weinig, eenigermate erger; so much wWorthy ſwart rayJ, adj, waardig , a vv te worse, des te erger, slechter, to begin gistratie, een eerbiedwaardig overhe gain worse than ever, opnieuw beginnen, er worthy man, waardig, vereerenswaar ger dan te voren ; to be the worne (forf, zich a lodging worthy of the guest, en minder wel gevoelen (om); to be vºorse off, den gast waardig, worthy that..., wat * slechter afkomen, minder gelukkig zijn, to he-lf wot ſwöt] -ted - ting, vi, weten me, to get, to grow worse, slechter worden; | WºWonidſ pret van Will, wilde, get, to have the worne of it, het onderspit | | # ven, bezwijken, de lijdende partij van ... zijn, hebben wil, would to # make, to render worse, slechter, erger ma- he were gone, ik wenschte en verergeren; to make it worse, tot over- would-be ſwüd’bej, adj, zoog t van smart; to think the worse of, het learned man, zoogenaamd denken van, slechter verwachting hebben ºnvºld-be ſwiid bej, s, naäper m fifty pounds worse than nothing, iſ ºveulding I wild' ding], s. nei ponden meer schuldig dan hij bezit. wound ſwoundJ, s. wond Vorsen) ſwur'an] -ed -ing: vt. &i. | vvo und, doodelijke wonde gelijken, slaan, erger worden, ver verwonding met een scherm orst, Hacerated wound, sche # # s, aanbidding fº, godsdienst, wonend, steekwonde ; to inst m., edelachtbare, edelgestrenge. I won luiten, stoppen, gei ip [wur'ship] -pedº-ping, v.t. Sti, aanbid- to one, iemand ee hoogachten, vereeren ; God aanbidden. (dig. Wo ere hipful Iwar'ship-füij, adj achtbaar, eerbie-, we hipfully I wurº'ship-fill-lyl, adv, eerbiedig. In wur'ship-per], s, aanbidder m, | |k " Iwurst], adj, slechtste, slimste, ergste, www. ste; let the worst come to the komen wat wil, one's worst, zijn erx worst, het ## het ergste # "s the worst of it is that, het ergste is dat, wov, Worst, op zijn ergst genomen; at the worst, e event of th » vvorst, in I frap'râs-calJ, s. overjas, mantelm. ath], s, toorn m., gramschap, wraak f. [räthºfüIJ, # toornig, vergramd. "- Iräth'fill-yj, adv toornig. w in een ſräth'ful-ness], s, toornigheid f. räth'less], adj. zonder toorn. & hºyl, adj. gramstorig, toornig, W -ed-ing, via mauwen, miauwen. -ed -ing, vt. wreken, to wreak 1 an enemy, zich op een vijand ik nemen. (razernij f. , s. wraak, drift, woede fi, N- Wretehed I twretchless Ir tºWretehalesanessſ. |Wriggle [rfg'gl J - ak], W toorn m., freak'fulJ,adj: wraakgierig. flijk, zwak. | +VVriggie [rig'gl reak'lessJ, adj, onwraakgierig; toegeef-wrightTriht],s. ellendig. W ess], s, ellendigheid f ## adj, zorgeloos, onbezorg hºle: nee, s. roekeloosheidſ M ----- -ing, v.i.&t. (zich) bewe- gen, wringen, draaien; to wriggle in one's seat, niet stil zitten, te ### into, draaien, be- wegen; to wriggle onen elf into favor, iemands gunst verwerven; to wriggie off, uit het spoor geraken, ontsporen (van spoorwegen) , to wringle out, in een snelle, wederkeerige beweging brerº gen, uitdraaien, loswringen, loswinden. wriggle fººij, E. beweging iſ, het wringen, draaiing f. adj. buigzaam, bew draaien, schudden n..; eegbaar. rkman, maker m., ship wright, athJ, s, krans m., vlecht f; a wreath scheepstimmerman, rs, een krans van bloemen ; wreath of rookkringetje, 8. . . . . .. e, trearn] -ed -en -ing, vt. bekran- , adj ingewikkeld, omgord, ºrd ; gevlochte w % » j, adj gedraaid ray Zw # w , s. overblijfsel, wrak, gestrand schip vwreek, zijn ongeluk te gemoet gaan, SEË: [rſngºer Z- WW rin AZ Wrinkle frºng'klJ den mond loopen, zijn ondergang berokken de gaan; to suffer wreek, schipbreuk lijden. tJ -ed Irèckt] -ing, v.t. &#i. { doen ! , schipbreuk lijden, vernielen, te gronde ra to be wrecked. schipbreuk ge- Z------------- # eid. .t. verdraaien, ver- foot against wr :": wring dring], vººrang [rting], wringed frºng dj, # j, v.t.&i. wringen, tbv, eiothe" in washing, kwellen, drukken, gebukt gaan ſbº- under the load of sorrow), to wring. * mast, een mast krom maken door te veel te stº gen; the griefe that wring the soul, de smar ten die de ziel pijnigen, kwellen, to wring mone from any one, iemand geld afpersen, ontnemen. s, wringer m. s, rimpel m. % - 4 - -ed -ing, v,t.&i. rimpelen # zich) plooien; to wrinkle the brow, de wen", brauw sen; to wrinkle up the ": g'kldj, adj, gerimpeld, geplooid gewrich d t van de hand nºg briale er 1e Drºng'kl. tryatj, # ge riet linker handgewricht. dj, s, mouwboord m... l, bevel, geschrift, bevel tºt lige schrift f; to have out against ### een schuldbeker laste van iemand hebben; to issue a bevelschrift uitvaardigen; any one, eene gerech. W te e trote] v.t, &i. ene |X tèks], verk, voor [Chris known quantity], onbekend ſchristmas], kerstmis; Xn Xanthie [zanºthic], adj, ge ben, Xehee [zë'bëc. # s, chebec f, t nrecht, kwaad, verkeerd; no- tº:## g wrong in the construction of a | zaamheid ! iets verkeerds, in de samenstelling een er 2 e aak; that is the wrong book, dat is niet het Xer hte boek, dat is het verkeerde boek, wrong eas, verk , valsche begrippen ; een onnauwkeurig verhaal, vers Xir ice, verkeerde praktijk; the wrong ## it, het onderste boven, the wrong Xyl innenste buiten ; to go X5 ray to work, het werk op een ver-X aanvatten, beginnen; to be wrong, Xyl iet rechtvaardig zijn, niet va -ed w x # # W wIJ -ed -ing, v.i. janken, huilen, âwºn 1, s, geeuwen m., gaping f, yawn] -ed -ing, v.i. geeuwen, gapen; ng is catelaing,zien geeuwen, doet geeuwen. yawn'er], s, geeuwer m. awn'ing], adj. fºrens, slaperig. J, adj. leed. 'pt], adj, genaamd, a, zeker, zekerlijk, [geiten). ni-ed -ing, v.t,8ti. werpen (van ooien, ſyean’ling], s. lam n. w s. jaar m., years, ouderdom, oude dag, me of his yeare, mie Year, academie-, school-, studiejaar, v, ide, ieap year, schrikkeljaar, one's early |Y iemands eerste jaren, jeugdige leeftijd, half jaar, last , laatste jaar ! RT - r, volgend jaar, new year's new year's gift, nieuw- isgift; next year, het vol- euwjaarst chenk, nie w day, een jaar en dag, 1r ; a. ear and a #* th another, goed en kwaad jaar | ilkander gerekend, year by year, jaar op aar in jaar uit, hy the year, bij het jaar, - --------- oor jaren; for one's years, voor ; in years, op jaren, ou w ir of our Hord, in het ja of the same year, van het zelfde W ren, oud, bejaard zijn, id, meer dan een t hire by the year, any one a happy nieuwjaar wenschen. | Yellowishness ſyël'low N Yellowness Tyé1 inw-nessj, s. geelheid f, iemand van zijn leeftijd, Y d, t jaar Yellow-hi »y fyé1'low-bo1] Yelles vººr release ## š zes - 3 # # Yellow-fever Eyel*low-féſv'er J, s, gele koorts f: *##ere- fyéfiowºdgeörigj, s. gele george, gunnne m. # w w Yellow-hammer ſyèl'low-häm'mer],s, goudvink in Yellowish ſyël'low-ish], # geelachtig. ſheidſ -ish-ness], s. W Yellow-oehre ſyé1'low-ty-ker], s, g Yellows ſyel'lows], s. pl. geelzucht f. ## Yello.vv-atoekings EyeP'low-stöck'ingsj, s, pl: kousenito wear yellow-stockingsjaloersch ter lºk, 3 s # geblaf n. ------------------- ---------------- zº " andman, landeigenaar na lijfwacht fi, lijftrawant m., yeoman of the sheets, scheeps-onderofficier, yeoman of wine-cellar, keldermeester. l Yeomanry ſyeö'man-ry J, s. landeigenaars m. Yerk LyërkJ, s. slag, stoot m. ## Yerk ſyérk] -ed -ing, v.t.&#i. slaan, stooten, achteruitslaan, . . . Yest ſyést], s, gist f. z# : ſtereº Yester Eyës'terj Yesterday fyés'ter-day], ad", zº Yesterday Iyés'ter-day J, s, dag m. van gisteren the day before yesterday, eergisteren, reste day evening, gisteren avond, yesterday ing, gisteren morgen, yesterday fortnight teren vóór veertien ## yesterday we'unie t dagen, in a fortnight, a week ay, gisteren over veertien, acht de yes'ter'niht],s. gisteren avondm. lgen - and er r tans, echter, yet a few years, nog eenige jar" "hite ther' wore ret heathene, ## heidenen ## yet, vooralsnog, not vet, nog % " -- ge % ná conj nog, voor alsnog, het udvink in (heidſ eelachtig | er ni. ## Yonder fyön juk komen; to shake off, ##### yoak of a eener sloep, %3.33: 3% % ####### Lyoke] -ed ſyo'ktJ -ing, v.t.&i. het juk doen, jukken, onder het juk brengen, gepaard ſwith, met); to yoke together, samen aan- en, inspannen, to yoice with paren met; be roked in marriage, in het huwelijksga- l gespannen zijn, an in yoked coupie, een dat slecht bij één past. S. ## einn ſyöke'ëlm], s, hagebeuk m. x -fellow ſ olke-anate) #l," mak- ºr, maat, echtgenoot m., echtgenoote f. ºokelet ſyoke letj, s, boerderijtje n. » Moker ſyokºerj, s, ossendrijver m. # # # olk ſyok], s, dooier m. 3: ... ... :' ###### önl rond ſyönd] wonder, # gindsch, # adj, krankzinnig, zinneloos. der], adv. ginder. » ## onker ſyönkºerſj, s. jongeling m., jong borstje n. LyoreJ, s, oude tijd m., in the days of yore, de oude tijden. %. ...we E# 3% Mae that ijt gij t die 1 do you #1. ik geef u denraad, kron to him, spreekt gij (gijlieden) met # s, jong in. iſ hem ng] Younger fyiing’gerl Youngeet is jong, jonger, jongst ; a young oen, onervaren, onhandig jongeling, , een jong dier, young people, is, roung ladies, jonge meisjes, ron.. gij, u; in vain you tell, te ver- Zealoersky Ize # , adv. op W tie: ii #### Ze doary Izé tota-ry Zenith Tze nithl, sto ns, jonge lieden, young femalen, 1 zich be-| boat, juk van | Z. [zèdJ, Zoö1, verk, voor [zoölo Zain [zaind, s, een paard in, van e en zonder vlekken, geheel zwart o Zany Iza'nij, s, potsenmaker, han +Zany [zººn, -ed ## vat, na Zanyism Iza/ny-izmJ, s. hansworster Zea Izeſaj, s. maïs n. Zeal fzaaij, s, ijver m. (bv. for lib tZeal -ed -ing, v.i. ijveren. #Zealed (zëal'edj, adj, volijverig. Zeatiesa Ezaal/less], adj. lauw, zo jn eraar, dw Zealot (zël ſluit J, s. &# N ntien diſtºr-call, adj. $Zealotie al ſnel 1 #%## rig % N jven hoog vººr, W.:-... ... #Zealotism Izël'o-tºeml, s. dw zealou feel iusj, adj ijverig, ze ijveraar, ijveraarster, to be zealo vurig zijn in # Zealouane na feel'ltis-ness], sij # %# # [ze brººd, s wondez in Ize power, in het topp van macht, to reae bereiken. *, young men, jongens, jonge kna- Zeph * young favv.n, een jong hert; a young Zero Ezern *, een jonge en uderdom kon J, adj, jeugdig. g], s jongeling m.,, jong dieren. * Lyting' wijnl, sº jong n. Iyiing'sterſ, Youni melkbaard, jong matroos m. om uw , your fa » S.::333. . . . . vrouw Your book, uw boek, dv #onbedreven, ºf in de jeugd. | boon, if yo:g En had ººit ºnometer ºa trength enough, indien de jong- zero, zero, een nul, Zest Czëstº, s, or zest tzëstº -ed k: tsung'keri, a zie: your father, uw vader, iſ nderen , at your place, jº in far, dierenkenner, dierkun-zootomy (zo #to my], sº dierontleding f. - # &# # en staan oûndz], #. drommelst J, s. dierkunde ºf zygodactylous (zy-go-däc'ti-lusj, '# # 11, van achteren twee teenen aan dEyj, natuurlijke ge-| |Zooals de papegaaien. " *** Zwaarosinaeter #meter, # gistingmetern Voºr ## # #%#%&* raat, rall, what, me, mat, prefer, fine, wíll, ma-rine, bird; no, not, nor, môre bull, fur; - th als in thin , TH als in raus; g als in go; dg, dj als in age, jar. % # vooABULARY OF PROPER NAMEs, GEOGRAPHICAL HISTORICAL & ENGLISH AND putoE # % Planation of the abbreviations. Verklaring der verkortingen. - emp kingdom, koninkrijk, - e, country, regiou, land, gewest. - d. evenee, provincie. - eit. city, town, fortress, stad, » nd, islands, eiland, eilanden. - pen. Peninsula, schi # kaap. - vv. bay, sea, Maike, baai, zee, meer ne, berg, gebergte. - fo ## # dinainautive or familiar ap ious order or neet, godsdie #", - hist, histo naming in de wijsbegee k naamwoord. atolognese (The) ºp ### bezºj, pr, het Bolo-| Caraib asoniface tbon'ni-facel, na m. Bonifacius. jºarint ca-rºn'thal, pr. Cari orean Ibo're-asj, s, de noordewind, Carnaitites ſcarſmi-li-tes], rel. C toania Iböz'ni-aj, pr. Bosnië, (Konstantinopel. Carmenia tear-me'ni-aj, p. Kiern mosphorus (The) firine bös'fo-rusj, w. de straat van Carmenian Icar-me'ni-anj, adj. K ºnthaaia tborn ni-aj, pr. Bothnië. | Carniola ## pr, Carnio ºrabant Ibrabºbant], pr. Brabant. | Laroline ſcarºro-line], n.. w. Carolin rabantine [brabºban-timej, adj. Brabantsch. | Carpathian Mountains (The) Iſrae trazil Ibra-zï11, emp. Brazilië. | mountainz.], m. liet Carpatisch ge drazilian Ibra-z/1'yan], adj. Braziliseh. Carpentaria Icar-pen-ta'ri'aj, e, Ct onisch ºrt ºver haven. Ibróó'erz-na'vn], eit. Brouwersha-sºarteniaan fcar-te-zhr-anz], phil. C # ## ## # » tºven, ## # à # ## chus, ºringovv [brºsº gotij, cit. Breisga Earthagian Icar-tha'dgiani, adj, 4 Bachus - Meistol Channel (The) fraë- ## iſ? brïs'tul-tchän'nell, darthasian Icar-thu'zhi-an], rel. Cart het Verkeerde Kanaal, het kanaal van Bristol. Caspian sea shel tºene cis/pt-an-sea, ºritain [brittan], isl. Brittanje, Great-Bºritain | Castile ſeas-tile'J, k: Castilië. grate'-brittan], c. Groot-Brittanje, . | Castilliaan ſeas triº van J., inh, Castili ritannie thrit-tän'niel, adj. Brittannisch. | Etaloni, Ecatº a loºn al, pr. Catalonië, 3. Eritany Thrºtta nyl, pr Bretagne. 4Gatalonian Icatº a-lo’nian J, inh, Catal Barth Eritish Channel (The) firne brºttish-tchän'neij, Catharine Death'a-rinej, nºw C stholomeº on thrit 'tunj, inh. Brit. (het Kanaal. Jºelestine ſee-les-tine'ſ, n. m. Celestinu #isis. Erage- broodgezj, cit. Brugge - Celestinea ſce lés timzj, rel C tere " . . . answiel brinz wicki e End cit. Brunswijk. | Eeltiberia fcel-tiebering, pr Celtiberië ºrussels ſprüsselzl, eit. Brussel, Celtic feel' tici, adj Celtisch. ºuda ## cit: Buda, Ofen. .. .. gºeits (The) fthe celts’j, inh. Celten garin ſhii-gaºriaj, pr. Eigarije. | Cephaloniº feërfa is nººij, isl, de Ereundian thar-gun dyi-anjºini, Bourgondiër, de vennen in neſthe-ee vänzij, m. jºurgundy ſhürgue-dyj, pr Bourgondië chalden ſkil, de Chalden, #ºrgurdy four gun-dyj, #, Bourgonje wijn. En idean ik al deſanj, adj Chaid "zantien Tbi-zananianj, is Zantine tbſ-zijn' champagne # r, l, adj, Byzantisch. " 14 ha na pagne ſshiim-pain # # je haar snel (The) ſºrrie te hân 'nelj # Charienaangefehärºle- main'J, nºn Charles Ltchärlz!, nam. Karel. 14Charlotte Itsharºlut], m. w. Charl ſºnarſy ItcharºlyJ, fam. f. art. ië, Batste pr. is de noordoostewind. Chin: fie het land der Kaffers. Christ ſkrist] prº Calabrië. J, e. Caledonië, Schotland, 'nian J, inh. Caledoniër, k # ºnd-aj, s, Californië. (ken "## de Kalmt # # # e eit. Campeche. Je , prom. Kamperduin. | 1 riz], isl, de t t. Kozakken, cit. Kortrijk. J. n. m. Cypriaan. feit » ## pr Dalecarlië. pr. Dalmatië. Edinburgh [ëd'i East teastj, s. Oosten, Oost, East-Indies ſeast-in'dizj, c. Oost-Indië. East-Kindian ſeast-fn'dyi-an], adj, Oost-Indisch. Ehionites Uſe-bi-o-ni'tes], rel. Ebioniten. > . 3. . . . . . . ::%. : - - . . . . . . | Eeelesiasten ſec-clëz''ſ-as'tezj, s. de Prediker, Ecclesiastic state (The) Iſrae éc-clëz"ziekstie statej, de Kerkelijke Staat. # # # h ſéd'in-burg), cit Edinburg. Edward 'Ted' wûrd], n.. ma. Eduard, | Egbert Deg bèrtJ, nº m. Egbertus. Egypt. Ie'dgſpt], c., Egypte. Egyptian Te-dgaſp'shanj, inh, Egyptenaar, Egyptian feedgſp'shan J, adj. Egyptisch. ## [ël"le-a-nor'J, m. w. # EIsinburg [ēl'sing-bürg], cit. Elzenburg, Elsinore ſel''si-nor J, cit. Elseneur. Emilian Ie-mailſyan], n. m. #". | |Emily ſém/mi-ly], m. w. Emilia. Erns ſêmz], r. Eenz. England. In #l, k, Engeland, English Ding'g h. Englishman Ingºglish-manj, inh. Engelschman, Ephesiane ## inh. Ephesers. » » » Ephenne ſéfºe » W Epicurian [ēp 1-cu-re'an Epirua ſépºl-rus], n. m. # adj. Engelsch e-sus], cit. Ephese. la # Epicuriër, XX, X& ..." Epirus. # Ernest Lèr'nèst], n, m, Ernestus, Ernst, E•op te zupl: n. m. Esopus. ther Ies tèr], m. w. | # op fe't opea N ## kan], adj. Tos de fyſielid 1, n. m.: Euclides. ſyu'dgin], na m. Egenius. < ropa. » , inh, Europeër. , adj. Europeesch. in wind, St. Eustatius. - W nj, w. de Zwarte Z j, na ee Ezechiël. ia # ri al, en # # tine Iſſor h. Florentijn *# [fitish' Vlissingen. - d (The N He north'fore'lan ord Voorland. ºoreland (The sout! Zuid Voorland, de hoek van kkige ## ran 8% # ## ’. ## ie of) [ile'öv-fráns], isl. Mauritius. WW # n. w. Francisca. » Ifrán 'cis], m. m. Franciscus, Frans, "N.NWEW. W eantfrán-cïs'canJ.rel. Franciskaner monnik. ineonia ſfrân-co’ni-aj, c. Frankenland. een Ifränks], inh. Franken. ränk], ham, Fran eis, Frans, de W te Eilanden. r "# Freek, » [frénch] adj. Fransch. w charman french manj, inh, Franschman, land [friez' land], pr. Friesland, Z ºriesland. Least friez' land], pr. Oost-Friesland, lander Ifriez' land-er], inh. Fries, # zee oneean ſriejſraë'frozn oehan],de IJszee. ulk ſfülk], na m. Volkert, # & ë, Fra # W- Gallican d": Fransch, Een mede ſgän-my- ºaseony ig㺠eo- Gaseon' ## h)#", south'fore'land],prom. | zg: Doever, # Iſraë fortyu-nate 1' G [frédJ, fam. for Frederik, n. m. Fred --> i # Gregorian Grieon- gold' (The)Ira P. -- n othard (st.) Isain Gothie [göthºic], #nland fabriºlandj, pr, Goin Gradisºva ſera-drs'caj, cit Geer Gratian [gra'shi-an] It Greek ſgreek], 1, Greenland # # régo-ry], Gregory I Jorden. Grisons (The) 'The true gri-zonz ## , tºt # . . |: [gäl'lic-an], adj. Ga ## Hesperid Heeper was als in raus, g . , cit, Livorno. eipzig, n: m. Leonard, l: m. Leopold. # ettice Iſèt'tisj, m. w. Letitia. pr. Lettenland, Leitland, Letitia, Letje. e le-vånt'J, de Levant. rel, Leviet. n. m. Lodewijk. Luik Ligurië. » Ligurisch. W # # Lijfland h. Lijn I Leendert # Leenardus, |Met ## # shoanaetan Ima-hömſe lachi Inaälºa-kIJ, n. lay # 1,1. Mal day Ima-lay'J, inh. aldiven (The) fºr Malta ſmall tal, | Marian ### Sww. Mºark [mark], ry tiida, Thijs, Mati Matthew [mathy Matthias Imath'ſ- en Innaud ! Maar 1], rel, Mahomedaan, Mu- ân], Nancy ſnän'cyJ, Nanny or Ann, Naatje, ântsj, cit. Nantes. w na’plz], k.. and cit. Napels. athaniel. ,. "- -- lië. - h. Napolitaan, tanj, adj, Napelsch. - ëd’dy], fam. for Edward. and], c. Nigritië. » ſnël'lyj, fam. for Eleanor, He- ſnän'ny], , h. d. Neptunus. , pr. Nericië. * ri-anz], rel. Nestorianen. # néTH'er-ländz], c. de Ne- C, Neustrië >----> cit Nieuwpoort. -foundland], isl. Terre-Neuve. Er , n. ## » N t i 8, Klaas Nikolan, Klaas. v. Nigritië. '- landiër, Noorman. mandisch,,, W oo rdzee. (zelman. Orkneys (The ) Orkad Tºrne ork'n (eiland Obreno quee för''re-nokº J, r. Orenoco Orient fo/r1-entj, s. Oosten. Oriental Ho-ri-énſtall, adj. Oostersch. Orlando Tor-lân'doj, n, m... Roland. Osnabrunek #s'na-brik , cit. Osnabrug. Ostend Tös-tënd/J, cit. Ostende. Ostregothia f: ##tal, pr. Ooster-Gothls Gºtho Lóth'o 1, m. m. Otto. ſlººt terras aan # t’to-man J, adj. Ottomanisch. Ovid Löv'vidJ, m. m. Ovidius. P. *acific O. eean Ipa-clf ic-o'shan], w. de groote Pat ſpät], fam. for Patriek. ." Palatinate of the Rhine (The)Trne pa laten öv-raë #"# # de Rijn-palts. E*alestine ſpâl'les-tine], c. Palestina, Mºamphilia ſpam-fY1'ya], c. Pamphylië. ia fi . Pannonië. H agonia ſpäf-la-go’ni-a], c. Paphlago | Mºatagonia | |Patrick Ipäſtrie . f |Patrimony of st. Peter (The)[the pºt'rin | EPatty ſp | |ºensylvania ſpân-no'nf-a], c Bººijs, rſzh'yan], inh, and adj. r: ſpär'thI-aj, c. Parthië. trarun #-go' -a], c. Patagonië. trekj, m. w. Patricius, # c. het pauselijk gebied. 'tyJ, fam. for Martha. Rºaul ſpäulJ, m. m, Paulus. ALTA - TV - - - - - - - 'aud ### vr waailand ar Margaret, " . rel. Pelagianen, ºn #ie Pelageams ſpe-la'dgi-anz], re # ni-aJ, pr. ergammas Ipiër ##### ipateties Ip Aristoteles, # Periseii Ipe-ris vrozene luchts w a], e. 'Fahemicië. % e-nºshºyang, inh Pheniciër: fe-nïsh'yani, adj. phenicisch- 'yan J, am. for Behilip: ster-Goth ich. de groote Zº e palletti iië. ië. & hiagonië. ij. Parijzen j iPa gonië. te pºſtºrie bied. aadland, rgaret, lgianen Menselvanie, # # # eit. Plym ## # » X % . . . . . . .A. 'WN # # t Man (M pr. Polachië. x, inh. Pool, Polak. ºn # Poolsch. ania ſp ## pr. Pommeren, ſpompy J, m. m. Pompejus. 2], ºp orto ſo-porºto], cit. Oporto. gal ſporttyn-gal], k. Portugal, aguese ſportſtyu-geëz'J, inh. Portugees. uguese ſportſtyu-geëz'J, adj. Portugeesch. gue Ipra/gj, cit. Praag. am ſpri’amºl, n. m. Priamus, natus ſpro-pon'tisj w. de zee van Marmora serpine ſprös'er-pine], h. d.. Proserpina, venee ſpro-vans/J, pr. Provence. %. ººl, k, Pruisen. . hſan J, inh. Pruis. 'J, adj. Pruisisch. my], n. m. Ptolemeus. re-netan], adj. Pyreneesch. [rne pirºre-neëz'J, m. de Pyre-saxons [ eesch gebergte, rzl, rel. Kwakers. and nº m., Quintilianus. tſlºvan 1, ists], rel. Quietisten. sai Isaij, sa sailust Isalºl sardinia t#irayaj, sam [sam], sananay samaria #sa majºr aj, k. S samaritans Isa-mâr sarah Tsa'rah J. # : sardinia,s ## sardinian ## N saramatia ſsär-ma’shal, p. sarmatians Esär-ma’shanz saturn Ishtſt # .. savoy # 'voIJ, d. Savooi saxon Isâx'uni, adj. Sa! sax'unz], in , inh. Spartaan. » ſe ### 3 W # ex J, adj, Spartaansch. Traey # fam, for The ziande (The) [the spice'I-landz), isl, de Trajan ſtra-djan], n. m. Traj # rij Eilanden, de Molukken. Transalpine ſtráns-àl'pinej, adj. spire], cit. Spiers. - >> w zijde van de Alpen liggende, ta' blo], cit. Stavelo. N- Transilvania ſtrân-sil-va'ni-a], c. Zevenberg 1 en Istë' ven], n. m. Stephanus, Steven. Transilvanian ſtrân-sil-va'ni-an], inh. Zevenbe uzzel fstraffinij, c. Straalsund. Treven ſtreveJ, Triers ſtriers], cit. Trier. [stráz'burg], cit. Straatsburg. w Trojan ſtrö'djan], inh. Trojaan. "- "E adj. Stygisch. Trojan Itro’djan], adj. Trojaansch. ria Istrrºri-a], pr. Stiermarken. Troy [troïJ, cit. Troje. w N nia ſsu-der-ma/ni-aj, d. Sudermanland. Tureomania ſtur-co-maºni-aj, pr, Turcoman! sulky Tsuk'ky], fam. for Suan, Santje, Turkey ſtur'ky], emp. Turkeije. rät], cit, Suratte, N- Turkish ſturkish], adj. Turksch, ſsii'ri-nam], c, Suriname, Tuscan Itiis' kan J, inh, Toskaan. siir'ry], pr. Suroyen. N- 'Tuscan ſtüs' kan J, adj. Toskaansch. ah Isü-zân' na J, m. w. Susanna. Tuscany ſtüs'ca-ny], d. Toskanen. [swa 'bi-a], c Zwaben. Tyre [ty're], cit. Tyro, Tyrus. in Iswa 'bi-an], inh. Zwaab. Tyrol (The) [TH t1-rol'J, p. Tyrol. 'swa'bi-anj, adj. Zwaabsch. d weed, inh. Zweed. e .. [swe'den], k. Zweden. dish fswe'dishj, adj, Zweedsch. w .. U. » [swïss], adj. Zwitsersch. » [swïssj, inh. Zwitser, Zwitsersche vrouw, rland [swmt'zer landj, c, Zwitserland, Ube- st.) Isaint yu'bz], setuval. cit. St. " in Isr1' van], n. m. Silvanus: Setnval. aan [sºr-ra-cu'zan], adj. Syracusisch. United Provinces (The) [THë ü-mited-pt te [strºra-cuzel, cit. Syracuse. ciz], de Vereenigde Provinciën. ,, irri-al; G. Syrië: | United states (The) fira u-ni'ted-statsj, " M -äc], 1. 't Syrisch. w | Vereenigde Staten. W V -w. Leº nl, inh. Syriër. W | Urban Eurºban], m. m. Urbanus, Urbaan, Ir'ri-an], adj. Syrisch. jral vrountain, Tºrhe) fyu’ral-mountinzl," # w " Uralisch gebergte. # # # # Ursula Dür'su-läJ, m. w. Ursula, Ursel. V. en Aiin' ######## º ### wi, Wä # ## "* van rvan, tam. for valentine. - (Tarpejus SE ## # # ar tar-na-van-rºicki de herºl walentine (vä1'len-tinel: n...m: # "## ## ##erianus Ear-ra' # # # Valeriaan Iva-lë'ri-anJ, n. m. Valeriº", #-wn-anl, adj Tar S# # # ## #ra-lisi. e. 't Zuidland.! Waud (**ays de ſpa'i-de-yo'º, Pr:,,E 3 ## # Wene eian ## adj, Venetiaansch. m. Tertullianus | | t Venetië. # "en W # ## S # # alentijn, m. Valentin Weenen. . m. Vincentius. # n: m. Virgilius, Thiebout, vi #e . m. Theodorus, Dorus, >- r. Volhyt # # t "Vale: # * Dirk. hoven. ## Treesje, aan de Zevenber 1. Zeven Trier, cit. St. " nited-prº" l-stäts], e- baan, an'tinz]," sel. spasian # ## ſwarºsaw J, cit. fwélsh], adj. Waalseh. » inster ſºwiesº naïne ster], eit. Westminster, ſtphania Twètºfa'It-aj, p. Westphalen. stphalian Iwéet-fäºlſ-and, Westphaalsch. » S era via Twét''te-r㺠"l. # Wetterau. *# ige ſhwïgz], hist, adj. Volksgezinden,... . . Zacharia Izak-ka ri'ahl, Zachary, m. m. e sea ſºrhelſtraehwate'seal, w. de Witte Zee, Zealand fzealandl, pr. Zeeland. Twº 1 kºvius Twï1'ly], fam. for William, | Zedekiah [zëd-e-ki'ah], m. m. Zedek im. » .. Zephanjah fzëra ni’anj, n, m. Zephanja. tun, bull, ſur; - en al - in thln, tu ai- in tavs, g al, in go; ag, dj al- v ER K oRT IN GEN IN HET e e de G. e d e e 1 t e. # # # - # # # # bijvoeglijk naamwoord. bijwoord. NE-W N # bedrijvend (overgankelijk) werk" . . . . . . . . deelwoord, .. #& lidwoord, ##### .. mannelijk. . . . . . . . . . onzijdig. X-: '... ................. # onpersoonlijk werkwoord. & :33% d g (onovergankelijk) werk" telwoord. # tusschen # # # # & # ### # # # # # # # # # # # # #s # # # # # # # # # # # # # e # NEDERLANDSCH ENGELSCH A. ief: &# little T; ## tve r # anvil, incus, altijd op hetzelfde ppen, te strike always on the sam in den hamer en het aambee tween the hammer and the anvil. , o.. an vil-stock. N- , o.. w. to walk on, to make speed, ren, o,w. to belong. » reen, oºk appartenance, , v. mv. piles, hemorrhoids. den, o, w. to come, to arrive. g, o.. importance, consequence. en, o,w. to concern, * b.w, to ring the bell, to rin nding, forwarding, 1, t ng. , tie, t w # rompt, to stin blazer, m, blower, instigator, inciter, lazing, v. blowing, instigation. aanblijven, o.. w. to remain, to continue to be left a-jar. " # # # # # : Aanblik, ma. # Aanhikken, b.&o. w. to glance at, to appe d #### to glitter on aanbod, o, offer; aan bod en vraag, demand Aanboeten, b. w. to stir up. ## Aarabonzen, b.&o. w. to bounce, to bump against Aan boorden, o..w. to fall aboard of a ship. Aanboren, b. w. to broach (a cask); boring continue. geza, to run agai Aan botsen, bw, to clash together; aan hots Aan botsing, v. dashing against, shock. "- Aanbouw, m., building, cultivation ; schip aan houvv, ship on the stocks. in, b.w to let out by public tender, to|Aanbouwen, b.w to build on, to cultivate done by contract or by the job). 1. letter, one who cau by contract. . . . . . . . . . . . . . . . . . . ing, v. public tender; hij # A uses a work anbouwer, m. builder, cultivator. # anbouwing, v. clearing (of lands), cultivation anbranden, o, w. to be REW burn. , o. burned part. mankraadsel, ; er zal een aanbesteding|Aanbransen, b. w. to brace. de|Aan breien, b.w. to knit to; kousen aanh to new-foot stockings. Aanbreisel, o. # newly knitted. # Aanbreken, 9, 8 b. w. to appear, to arrive, to to open, to begin, # Aanbreken, o, arrival, met het aanbreken.' den dag, at day-break, bij het aanbrek E # arriveert * to le;Aanbrenger, hislAanbren gerij # isa ng, supply, inform ormation, # at, # w, orm of, to make known" n, b. w. to growl at. w o.wº to foam, to roar. to # bow. ce; ieman ## name to one ## w ikheid, v. m. w lossen, b. w. to put on ## v, carrier, raaien, b. w. to turn.... ragen, b. w. to bring, to tell, to inform. andrager, m. informer, tell-tale. - drang, m. pressure, earnestness; aan rentelen, o,w. to loiter forward, hbelen, o..w, to trip forward. iri fster, v. pusher, (one's own accord. # jven, b.&ow. to press, to push on, to sti- (be cast on shore. impulsion. ndrijver, m. jving, v. ress, to push on, to # er", instigation, dringend, bv. insisti ringer, m. insister. NR. Vº... rin aty. insist. % #### insisting upon, entre druisen, o w. to be contrary. drukken, bºw. to press close, top "Press on, to join by printing. ºndrukki pressing against. g? to indicate. ion # # # * are; ik durf het Er durf hem ni ress against, # ush on, agai thrusting N- h# to, to turn, tighter. w w drang|Aan an mensehen, thronging of people , met aan- g, earnestly, ſt, v. impulse, uit eigen aandrift, of ulate, to prompt, to incite, to come floating, to|Aang »ed nº, broth & w; ngeklaagd, bv. accused. ngeklaagde, m, & v. accuse ang arrive leerd, bv. acquir legen, bv. impor w w $#3;&#### Aangelegenheid, v. importance, matter, Aangemerkt, voegw, since, as consi Aangenaam, bv.&b w. agreeable, agr Aangenaamheid, v. agreeableness, pl Aangenomen, voegw, suppose. Aangeschoten, bv. hurt, led, tipsy. : : : :s :s : tant. Aange apen, the salt, plaint about a thi ge a complaint aan, # corn to lo aangeven, to ente even, to ## the Aangever, ingewin ##### ack, hold. 'r upon,to be c (ziek) ww. to oppose, # th, increase. (br # , to # to, to resist aan to grow, to increase. Aank zag, v. opposition, resistance. growth, increase. mannen en, b. w. to look at. to get green. ## Aanklaagster, v. accuser. » b. w. to hoek, to fasten, to attach. |Aanklacht, v. accusation, charge. , b w. to draw tighter, to flatter, to caress,|Aanklagen, b. w. to accuse (of, wegens to mention, to seize, . .. Aanklager, m. accuser. » v. lovely, sweet, attractive. Aanklaging, v. accusation, denunciation, ſtof » Aanklampen, b.w, to fasten, to board, tot |Aanklamping, v. fastening, boarding, ace Aankleed en, , wº to dress. depende # # # : # # ## Aankleeder, m. dresser. » w, to hang on, to adhere, to|Aankleeding, v. dressing. e felt, to add. Aankleedkamer, v. dressing-room, follower, adherent. Aankleefsel, o.. sticking part. ### Aankieve, m. appertenance, met den aan" # 33 & van dien, and appertenances, and ever . ent, appendix belonging thereto. » (to, to begºn adhesive, adherent, attaching. Aan kleven, o,w. to stick, to adhere, to be! d, v. adhesiveness, adherency,Aan is te ver, m. adherent. - |Aankleving, v. sticking, adhesion, adh to have on, to have lost (a match nikloppen, o.&b, wº to knock, to apply bben, to wear boots, |Aanklopper, m. one that knocks. » isy, # Aankleni # v, knocking. » faaterts Aan knikken, b, wº to mod to. ## ening, Aanknoopen, b w. to button together to X--N---- . . . . . . . . . .X- .. bind, to add , betrekking aan knoepen » n; een # aanka onversation; 'ikennis aankn intance, » buttoning together # E# ## to arrive, to be coming : ve, to improve in health," in gather strength, een ander lat artij aan gir ten ºp give rise # egamentals : Livreij give rise to supp livery, ik kan die|Aanlengen, bºw, deren niet aan krijgen, I|Aanleun '-3-3333 shoes and clothes ; in icans aan .. # # # ## the ## # anikrijgen, to get tipsy,Aan w, to cree ## (to get # Aanlig n, o, wº to walk on. # # Aanligg en, b, wº to be a match for, Aanlijnen en, b. &o w.. to ſling, to do a heavy fall!Aanlijni eek, m cultivation. » (against, eeken, b. w. to cultivate. # nºg, vººr cultivation. | to smile at; de fortuin lacht onsAanl es on us; hij lachtte mij aan,Aanlo * * * * . het tachtte mij aan, it pleased Aaaiolºsei, o, attraction, ing to me. Aanlokster, v. charmer, to land; goed aan landen, to|Aanlonken, b w. toogle slecht aan landen, tot “# if Aanloop, maar sta # landing, coming off. to reach, to pass. to add to, to botch on. to e, ten join to, g， * ... ... :: 2, 3 & » on, et verrasseer je o leav haar #or ºnet *ting. v. planting, plantatio leren, bºw, ## stering, v. plastering. .. egen, b w. to plough on, to join by oten, o, wº to make haste. #### nporder, m. inciter, stimulator. Aanporren, b. w. to ineite, to stimulate. ## ## v. incitement, stimulation, |Aanpoten, b.w, z. Aanplanten, etc. # Aanpraten, o.& to tattle on, to palm niet Aanprater, m palmer, , tion, Aanprating, v. persuation. , to enroll, zieh la |Aanpreken, z. Aanpraten, enz. ist one's self, to enroll'Aanpreeker, m. insinuating preacher, , &# tone's se anpreeking, v. preaching (up). * * * * - an prikkelaar, ma, inciter, stimulator, enewºu , v. coining. Aanprikkelen, b, wº to incite, to s w, to sew at; men kan hem geen courage. # :& n maaien want hij heeft er twee, het Aanprikkeling, v. incitement, stimulation, en 1e ed upon, for he is too clever for|Aanpruiten, o w. to remain pouting ar, to approach. (that Aanpruttelen, o,w. 1 nable, ## gruna drawing near, approaching. Aan ater, v. recommender. W roaching, approximation, " , , b. w. to preach up, to praise, " ! en, v. approaches. Aanprijzer, m. recommender, praiser. % <---- |Aanprijzing, v. recommendation. Aanpunten, b. w. to point, to nib (apen v. acceptable, admissible, d, v. acceptability, acceptableness As x to light a pipe ### # we 3 pt, to receive, to admit, to|Aanradera, b, wº to advise, to recommen" w ge; als lid aannemen, to admit|Aanraden, o, advise; op aanraden. " " als lidmaat aannemen, to con- advice of, in pursuance of... 's advies en nemen, tot een werk|Aanrader, m. adviser, recommender Aanrading, v. advice recommendation: anraken, bºw, to touch, in ral in #, V. touch # in. aanraking n ## nt van aanraking ', to to attack, #. assailer. # behen, o..w, to advance with a rushing sound, º nib.&o,w, to shut with a jerk, to advance, Aanslibben, o,w, to for op den vijand aanrukken, toi, grond, alluvial ground, enemy, » "# # # 'AEibbing, v. alluvion. o approach, hij het aanrukken. Aansrijken, o..w, to be filled by . volk, at the approach of the Aanslijpen, b. w. to sharpen, to wh to provoke, (cavalry, A p to sneak along, prov N- &w.w, to sit ng, buying, acquisi attach one's ng ## -- - - - - - - - - - - - - - - - w an smeer kºn echte, by|Aansluiting, v. conti a greater number of servants, ## al # kelen, b.w to link, to connect. W eling, v. linking, connecting, chain. n aansluitin "eenenmeren, o..w, to dawn. meeherpen, b. w. to sh rpen, to whet. ***cherp ** * ening * # ten, g it, to wound, to p shoot fort " tallize; op ieen ten, to rt o appearance, ng at. ## , bv. contagious, catching. Aantooner, m. shower, demonstrator, pr kheid, v. contagiousness. | |Aantooning, v. showing, demonstrating » to fasten, to open, to infect,|Aantred, m. Aantrede, v. approach, on fire, to light, to rot. Aantreden, o..w. to assemble, to be present, agious, infectious. (lighter, iemand aantreden, to walk up to any one er, lantaarn aansteker, lamp-Aantreding, v. assembling. ## kindling, infection, Aantreffen, b. w. to meet, to find. w, w. to appoint, to nominate, zich | Aantreffing, v. meeting. to behave. -- Aantrekkelijk, bv. sensitive, impre m. nominator. | affected, charming. · ſcharmingn g, v. appointment, nomination, Aantrekkelijkheid, v. sensitiveness, in o,w. to gather strength, to improve in|Aantrekken, b. w. to attract, to draw tighter # - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - (in health. deren en schoenen aantrekken, te > ## strength, improvement clothes and shoes, zich iets aantrek W , to mention. affected by a thing; men moet de rit g, mentioning. al te hard aantrekken, one should ## Aantrekkend, bv. attractive. # # # # w Aantrekking, v. attraction. w-w-WW to incite, to stimulate. Aantrekkingskracht, v. -svermogen." iciter, instigator. Aantrekkingspunt, v. centre. (tive #s Aantrouwen, b, wº to affy by marriage, **** trouwde nicht, niece by marriage- Aantrouwing, v. alliance by marriage- materrera, e at. . . .- tart waarden to accept, to begin, to ambt aanvaarden, te ## erfenis aanvaarden." aking pos > º "- ## on entering upon we ick, punt Nº- ###### # # # # & v. mv. relations. , relation. 3 33 add grease to, to thicken. join by # to subjoin, ing together, ºntjoining, -- -- --- piece joined by plaiting. Aan een, bas, ill up with ish, to fly out against. A b.w to announce. ien, o,w. to flow on, Aanzegger, m. announcer. o float, # # # # # # # 5, wº announce ºating. w , &o,w b: w. to join, to adjoin. ### vo-Waz-AOW wºw' joining, aanvaegen de vvijs, sub- Aanzetter, m. rammer, encourag die aarde the sod, S Aar. # emble, to thrive, aarden naar (to ashore, to take after: h ardt naar zijn vader, ke ear, to pay om. payment: #### en E w-Z # ow to swim on, to swim, to drift, takes after his father, een goed is N money ; aap komt uit zijn vader aardt, like sire like son; object shows itself. I kunnen aarden, to thrive every where, -heid, v. apishness. | hier niet aarden, things here do not a % &# # # : : : : : : : # Aardebaan, v. orbit of the earth, .. ed van aard, good natured Aardewerk, o.. erockery, # In elftach apital. S. de werk, earthenware, delft-ware, delft, ; -heid, v. earthiness. gebaseh aardewerk, wedgwood ; Keulsch t. .. » » de werk, stone-ware, » » , aardappelen schillen, Aardewerker, m. potter. e aardappel, mealy Aardgeest, m. gnome. , waxy potato, geej Aardige Z• S. potatoes, gehate Aa ##### tºe # ish, thin was, o. plant that grows on land, vvenaei, o, bustling world. Aardig gestoofde Aardglobe, v. terrestrial globe. ardappelen ## lgoed, o inferior quality (of tobacco Aardgordel, m. zone. areth & o.. asphaltum, bitumen. # m. mound. # ice, nicely, nicely, prettig - y, #, curiosity, ## #orea. . . #"eind, lump of e" 1 ." tº # of the earth. # # # t|Aehterlº ºf: W # » # rass, ach-Achterkleindochter, v. great-granddaughter zº to discover the truth,|Achterkleinkind, o. grandchild. .. jn, to know the thing. Achterkleinzoon, m. grandson. w, behind, in the rear. :-2. |Achterkomen, o,w, to discover. ling, v. neglect. | |Achterlap, m. heel of a sh # # out of the way. Achterlappen, b. w. to heel-piece, to heel .. v, remote quarter. # Achterlaat, m. (hebben), to want to go to the terbaks, bw, in secret; - doen, to do under Achterlaten, b.w, to leave behind, tot id; - houden voor, to keep back from. Achterlating, v. leaving behind, omissi rhank, v. last bench. |Achterleen, o... mesne tenure » hindleg, , , Aelsterleenhouder, m, undertenant, stay behind,to remain behind. Achterli w, to lie behind, to be less # behind, straggling: disregar achterliggen bij, to be in # ## 1 by. rpart, backside. # ward; achterlijk #, . payer, achter! d-part. | het Heeren, to be slow in learning. -d, bv. z. Achterdocht, -ig. Achterlijkheid, v. bac dn : v, backdoor, loophole. Achteraan, m. hind # n: ſciousness. Achternaast, m. mizzen-mast. picious, -heid, v. suspie Achtermiddag, na afternoon. #te turnen, # behind-neigh ijk, b : i:# quarter. (bor: betalen, to be a slow N ##### .. e edio Achterna, bw, after, behi Achterneef, m. great-neph hternicht, º: successio , bw, backwards er weg, m. backway, backroad. - -- WWZWTA- w, aside, achterwege blijven, not|Ad w behind, achterwege hou-Ader, v. vein, back-work. (den, to conceal. Aderen, to ve o, arrears, : : : : . . . . . . # bºw, to ble hind-wheel. Aderlating, v. bleedin Aderrijk, bv. venous. - * Aderslag, m. pulsation, pulse, throb. Adjudant, m. # ## m, admiral, XW-VA- Admiraalschap, o, adm octagon, i adm g, octagonal, octangular. tigheid, v. oetangularness. v. esteem, regard A- bv, e > ctagonal. w 1, bv. ight times, ºnde, bv. of eight months. der, m. eightpounder. v, of eight pounds. ## » to twist of, to wring, # &# .:3:::::... 3 ::3 33 33 33 38 Jº- , . . . . . . » utel afdraaien, to break r, in | in the lock, een deur afdraaien, to locken ation, Afdraaiing, v. twisting off.. (pay, in trickle down. # |Afdragen, b. w. to carry down, to wear bite, to nip off. |Afdraven, b. w. to trot through, to measure en bºw, to chop off ] trotting, een paard afdraven, to try al b. w. to unbind, to untie, to loo: wrat- zich afdraven, to fatigue one's self by # binden, to string warts. fing warts. ik moet heel wat afdraven eiken dag, ag, v, unbinding, untying, loosening, string | a good deal to run every day. N ren, b, wº to strip off the leaves. |Afdrijven, b.&o w. to drive away, to drive- en, b, wº to blow off to sound the retreat, urge, to be d off, to pass over. in, o..w, to keep off. . W . isirijveand, t rgative; pieafdrijvend, .. rub off, to brush. Afdrijving, v. driving off. o atone for, Afdringen, b, wº to push off, to extort, borrow from, Afdrinken, o.&b, wº to finish drinking in #brush, » an end at.... by drinking a glass together | twist afdrinken, to drown a quarrel in # X-... . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . :-3-3 |Afdrogen, b. w. to wipe off. » mish, materials, voor afbraak Afdroging, v. wiping off, door de als worden, to be sold in order to be deel van zijn tranen, by wiping off his team, %:33 33% 2.. :: |Afdruipen, o..w, to drop down, to run w, to fire oft, to discharge, to burn gutter, to blare, to steal away. f; het brandt hem de keel af, |Afdruk, m. printed copy. NYS WN. W Afdrukken, b. w. to print, to finish pr! » Afdruksel, o, impress, >> e-|Afdrup, m. drop, % # Afdruppelen, o.vr. to trickle down- ## , b. w. to push of # 3% tray on, to deviate, dwaling, v. straying off, deviation ºnd weer te S » ºf dwin &#%&#%$#%# .. 3 # b.w to # .. # ing, # exaction, .. » . # ten, 1 #. # # eating, to nibble- .. age { of a gun J. al- to go to stool, to din" 'o walk down tº , to give up, ': A. stracted. » nee of mind. kamer van afgevaar- ate, renegade. o come off, to off, threadbare, een afge , a threadbare joke. er; -nehap, o.. embassy. v, separateness, loneliness. ast off, to sheer off, to trend. r off, to cast, to mould. off, casting, moulding. s.. :: 3 poured off, cast, copy. # ## 3: . . . . ... ..; 333333 { doºr, o slide down; -ding, v. sliding *peren, o,w, to slip down. ipping, v. slipping down. m. idolater. S. . . . . . idolatress. idolatry, meddle. ºf in Afhelpen, b. w. to help; ieman afhelpen, to help any to ## het rid of S. y one to g Afhoorder, m. listen # Afhooren, b, wº to overhear, to try. Aſhoering, vººr overhearing. off, to downl d afhouden, schip is ºy Afkrabben, b." ..Wax& Ex- Aſkranhing, v. scraping of Afkrabsel, o, scrapings. S # wºni * * » Af krijgen, b.w, to get down, to finish, b.&o. w. to scramble, to clarmber, tol. Afikruimelen, b.&o, w. to crumble. bew, to pinch off, (climb down. Afkunnen, b.&o. w. to make up with, g, v. pinching off. ## to leave, to get rid of; ik kan niet v w. to proclaim.... by ringing the bell.j werk af, I cannot leave my work; ik m proclaimer. x .. van huis af, I cannot leave home, g, v. proclamation, » niet van hem af, she cannot get rid namen, b. w. to climb down, to descend. kan er af wanneer ik wil, # # v. descent. # : « » draw from it when it suits me; ik kan »en, b. w. to beat off, to clean by beating, van mijn woord af, I am bound to my afkloppen, to beat any one sundly. Afkussen, b. w. iemand afkussen, toen ng, v. sound beating. toffij any one by a kiss, elkander afkussen, ren, bºw, to gnaw off; -ing, v. gnawing reconciled by a kiss, een zeer gedane plek # » is tussen, to kiss an injured part; tranen ing on. 3% . zº tussen .. » toff, kussen, to kiss away tears. belen, bºw, tonibble off; -ing, v. nibbling Aflaadster, v. unloader. n, b. w. to gnaw off; -ing, v. gnawing off Atlaat, m. indulgence, volle aflaat, plenan een b r, to break, » Aflaatbrief, m. letter of indulgence, iare w, to crack, Anaetdagen, m. mv. days on which ind ing. » Atlaatgeld, o. Afmaatpenning, m. shroºt 'o gnaw; -ing, v. gnawing. |Aflaathandel, m. Anaatkraam, v. sale inch of » Aſtaat jaar, o, jubilee |Aflaat kanselarij, v. # » Aftraat heraanner, m. seller of indulgences. Atlaatprediker, m... preacher of indulgence g, v. Amaatweek, v. week of Corpus Christi dat, ng Amaden, b w. to unload; -ding, v. unloadist ºng, vlaflader, m, unloader. » # - Aflaten, b &o. w. to descend, to draw # | lees (as wine), to desist; iemand de trººn | |ten, to show # one out, to let any one laat af van mij, leave me. # g, ,, Aflating, v. descent. » e- v. cooling Afteenen, b. w. to borrow; -ning, eht aflroken, tot ren, b, wº to artelaar, telen, b .. rar » harass, to founder tymology, to give one's self a gre drop down, to trickle, geest afnemartelen, to ra me who delivers up. Afmarteling, v. torture. deliver, to send off. > ...S. to tire, (of goods), part, number en in maandelijksehe af-A ublished in monthly parts, tsj, to collect (stones), A. call over, to read loud; na - # N to p over names, » & & w. to o # ion bij de aflezing van Al en, b, wº to exten oordig zijn, to be present]Afmete ### ee, # :... . . . . . . . . . . --> # anderen en Afanatten # # 3:33 3: ... ... :: ## # # # # naar ke, to lift off; het masker of others by one's # » . . . . . . . . . . . . . . . . . N.S. meting, v, measur ie off the mask. N » far off, to be distant. Afºnijnen, b. tant, remote. » » a public sale; ee deceased, Afmijner, m. last crying - de » # m. departure on to square, to give exact Afro , o, wº to row away. # counted money. »en, b, wº to call down, away, from, over # - - - - - - - -- proclaim, namen afroepen, to call over Afroeper, m, proclaimer. Afroeping, v. proclamation, publication. Afroenten, o,w, to rust away, off. W ºver van # , Afroffelen, b w. to plane roughly, to bungle te it,to enclose, to fold,to fence in one's work in a hurry. & ### imitation, enclosure, close, Afrollen, o.&b. w. to roll down, away, to u to extort. » » Afrolling, v. rolling down, unrolling. , xtorter, extortioner. Afronden, b. w. to round, to make round, ng, v. extortion. (self Afronding, v. rounding, roundedness. # w.w to torture, to harass one's Afroomen,b,w.to skim (milk), afgeroomden N xtortion, torturing, torture. skimmed milk. .. (drub, to the to # off, # Afreesen, bºw. to curry a horse, to override 3. to fiatten. JAfrosser, m. ribroaster. .. # v. flattening, flatness, (pleadings Afrotten, o w. to rot off. w, to finish pleading; to save... by one Afrukken, b. w. to snatch away, bºw to fiatten. # # Afraaikker, m. one who tears off. ## o. orts, pickings pl. , Afraaikking, v. tearing off. (out, to fight! &#& pick off, -ing, v. picking. Afsabeien, b. w. to cut off with a sword, te ker. (gathering-Aſschaafsel, o, shavings, pl. .. -... » bºw, to gather, to pluck; -ing, v.Afschaduwen, b. w. to adumbrate, to typi plucker. Afschaduwing, v. adumbration, shadow, v, te el b w. to abolish, to abrogate, te WWN- '. W reform, to discharge, to send telmei 3.wº to slip off, parate by an intiem e, to smooth with ave. y sermon tºe hoºr, is Afschilferen. (nehillen in ing for coming down, z. Af-, cant, to pour a liquor gentlyAfee & :: 3 ), to send, to put rd, to shift one off; iemand af- to put any one off (met mooie praat- se h fair words), zich laten afschepen, to justify one' # ne's self to he put off. ven, to give money, to 1 per, m. dispatcher. » .. hij wil niet afschuiven, v, dispatching. #e ºm het ººit w. to scum, to scoop off; den Afee, e melk afscheppen, to skim milk. w. to shave off, to shear off. A. to delineate, to sketch, to describe, # ter tof a person), lineater, describer. # elineation, sketch, # , b. w. to tear off, to break ; van erhart afscheuren, to sever terrein. Er . separation s # evering fr . 2 # » beseech, to depre- to discharg set of tract; s afsmeeken, tol hoef te, to get th n; iemand iets af- of one; een vuurwerk afsteken, to let W. ,,W. o entreat any one to grant a thing. I fire-work; van vval afsteken, to go of heeker, m. implorer, supplicator. . » Afstekend, bv. contrasting. .. ing oration, supplication. . Afstelen, b w. to steal from. .. b.&o. w. to melt off, to finish melting. Afstellen, b. w. to put off to set aside, to r! bºw. to take off to smear entirely. Afsteller, m. abolisher, remover. » # row off » Afstelling, v. putting off, removing. ZN: N. ,,W en, b, wº to speak rudely to, to snarl at. Afstemmen, b.w, to vote against, to reject, to v, section, paragraph. .. Afstemming, v. voting against, rejection n, b w. to cut, to cut off, down, to clip eene wetsvoordracht, of a project of la irtail, to clip, to pare, to trim, to break, Afsterven, o,w. to die, to expire, to depart ard den staart afsnijden, to dock the life, to lose, to withdraw from, to die tot er, m. cutter, (tail of a horse.j zonde, der wereld afsterven, to die, te 1, o the thing cut off, cut, cuttings, clip- to the world, aan alle vermaak afsterven rings, shreds, become indifferent to pleasure. ren, b. w. to cut into small pieces. Afsterving, v. decease, death. W # # Afstijgen, o..w. to alight, to dismount, to go w. to prune, to lop, to clip. to descend, to put up (at an inn) r, m. eutter, lopper. » gen of van een paard afstijgen, . oeisel, o, prunings, parings, clippings. a carriage or from a horse, aan een logº pen, b.w, to snap # to secure , iemand afstijgen, to alight at an inn or at a hºtel fenoepen, to snatch a thing away from Afstoffen, b.w. to brush off the dust, to dust en, b w. to snuff (a candle). (any one. Afstompen, b,w, to blunt. - candle-snuff. # Afstooten, b, wº to push down or to t to cut, to slice. ## off, van zich afstooten, to push backº. unyoke, to unbend, to uncock ject, to push, to jog, to butt, zich de h" paarden afspannen, to takel, afstooten, to sow one's wild oats. 3 . . . . . . . Afstooting, v. knocking off, rejection. he horses out. Afstorten, b.&o. w. to precipitate, to tumblet g, v. chipping. & #r: # Afstorting, v. tumble, fall (be reflected. Afstraffen, b. w. to beat... sundly. iegelen, to|Afstraffer, m. chastiser. ſtrench,Afst, # beam, to shine. t, to dig away, to|Afstraling, v. splendor, irradiation. ,, Afeitrijden, b. o &w.w, to finish ## » . #&#%#3-3; tigue one's selfb ike d job o a good joºd in strijkstok." | a measure W » Af-troomen, ow to stream, to flow de Afstroopen, bºw. to strip off to skin te rabbe ###### .N » hare) # uncas # het land afst ##nen neation, drangh #" " sht, ik down, oft. # set sail, to puſ » #3 ry, to tire out, zieh aftoh-I go down along X: 3-3;& ge; zijne hersens aftobben, to ander schip a en, to break ne's brain. (sound the retreat. I ship by sailing against her , een in m. retreat ; den aftocht blazen, to] to spring a mast. men, bºw. to buoy (bv. a channel). Afvegen, bw, to wipe off, to w men, b w. to unbridle. Afveger, m., Afveegster, v. b.w to take off the head, to top. Afvergen, b w. to require, to bºw to unsew, to rip off Afverging, v. requisition, e ren, bºw, to dress, to curry, to beat. Afverven, b. &o, w. to dye entirely, pen, b. &o, w. to kick down, off, to step down ing, to lose its color. na step. .. |Afvijlen, b. w. to file off, to file. en, b. &ow to measure by paces, to pace, Afvijlen, b, wº to flay, to strip down, to go down, to alight, to go away,Afwissehen, b &o w. to empty b "iate from, to resign, to leave (an office) ; up, to finish fishing. let treedt af, exit Hamlet, Jan en Piet Afvieien, b, wº to coax for. # ºunt John and Peter. Afvlºeiing. v. coaxing. , ing, deviation, resignation. Afvliegen, o..w to fly o ction, substraction, sale, demand vliegen, to run he een goeden aftrek, that Afvli # , na aftrek van een gu1-jAfvliet sting one florin, goeden aftrek|Afvloeien, o,w d a ready sale, to be i d. Afvoer, m. conv w, to deduct, to substract, to di-|Afvoeren, bºw. n away, to draw off, to pull off, to|Afv » # ## to make extrac herbs, Aſvol etire, t way, to e N # ; ie substraction, ded .. (tion, retr a tart er #to t ## ### by sound of trumpet. , #. to it ep AL to avert, to ward off, parry (a dan v, #### < , S f, to throw down to shake afzegging v Een te hinder vºl ºf m, to # 'AE# to se ##### N egging, v. counter-order; afz gedane uitnoodiging, recoll of , excuse for # * ## o &b. w. to set sail, to sail away, te o break off by sailing against. g, v. departure. » Afzenden, bºw. to send, to despatch. Afzender, m. sender, despatcher. Afzending, v. despatching, sending, shipment Afzet, m. swindling, cheat; een afzet aan rena afwerpen, to shed doen, to swindle any one out of his p n, to yield profit. Afzetbaar, bv. renewable, deposable. f, casting down, casting. Afzetbaarheid, v. removability. to finish, by weavin, , als ow, gebruikt', v. absence. ine, e, to deflect, Afzettend, bv. aperient. Afzetsel, o, layer, gronds ion, Afzetter # me a sign to be sor eject, to repel. tovary, to diversi alternat Zº (Wezen & Zijn, int w # # # # # Afzetten, b. w. to set down, to remove, to plat g a distance, to cut off, to amputate, to set " put off to rob, to plunder, to selt, to dº to depose, to dethrone, to set off to color. " | luminate, to # van afzetten leven, tºt to give way, en aan WAWX werve, to di- swindling; d iet 8% any one out of a thing; ie #%" º 3 van zich af to dismiss a thing from one's thoughts pl. er, sharker, swindl »bery swindling; * men W, #$% 'bv hideous in # w o.&b. w. to turn away the eye', w see to ## #' xpect, to wait for # being looked " # gloomy, sad, dismal, sullen. Wie aan iets zijn, to feel nerve-Aigo lig, bleek, ghastly pale: Alg: reariness, gloominess. pail, bucket, # # #&# » of a pig fed on a corns, Afgoedheid, v. : ## koorn-akker, graan-akker, Alhier, b w. here tav In Buittºre, (corn-field. Alhoewel, bw, on whedrijf, o, farming, husbandry, die dinger bºuwgereedschap, o, implements of hus-jººd farming utensilº rad, o, arable land, ºpice, copse underwood.| an, tiller, plough-man. tilling, tillage, .. m int, certificate , akt .. S zag, a bill of indictment, impeach- en a, life certificate, air te nemen tidis allen tijde at # amandel, bitter almond; gebrande crisp almond, zoete amandel, sweet Amara oesena, m. almond-flower. » m. al mond-tree. o, almond-paste, m, al mond-milk. k, o, almond-cake. almond-oil. : kern mery; -steen, m. emery stºn der, o, washed emery, flouro #, .. Amazonenl: leed sheid, v. harmlessness, in offensiven pºtentieel ºm te W malice, maileion nee, malignancy, pei, sweet, sour-Arglistig, bv. & b w. crafty, cunning, -ly, %. .. Arglistigheid, v. craftiness, cunning, malicious Argusoog, o... sharp looking eye. Argwaan, m. suspicion, umbrage; argwaan $ om of an apple-tree. S » apple tree. W tyard. ben, krijgen, voeden, wekken, to have to aard, m. orchard of apple-trees, apple- to nourish, to awake suspicions, iemand vider. # waan in slaap wiegen, to lull any one' » picions, geen argwaan hebben, not to Argwanen, b. w. to suspect. # Argwanend, Argwanig, bv. suspicious Aria, o, air, tune. W Ark, Arke, v. ark, arike Noachs, Noah's en Het » ark des Verbonds, ark of the covenant, o appeal. S. huis is letterlijk een ark, this house is e-man, apple-monger, | fect Noah's ark. ### » le-market, Aram bv. poor, indigent, needy z. Arme m ## Arm, m. arm, branch, handle, power, armee rivier, branch of a river. Aram hand, m. bracelet. # Armbestuur, o, college of overseers of the Armbestuurder, m. overseer of the poort Arm bezorger, m. almoner, deacon. Aramblaker, m. sconce, candelabrum, # Arnsbus, vº, poor's x, » # Arme, m. & v. pauper, poor man, poor ". W ## bw. poorly S # h: ## # appleblossom, vale-red. ehoo ## N N # #" # # pit # #nen ſesian, artesische put, art d, clause, line, het #tiele by artic ons, statutes. ms, ordnance, lie light artillery ; ller # und # m, b. w. to scate ca - : ' ... R&S r, m., capital seater, whalerſ » tivvever, m. baize-weaver. naaizout, o, bay-salt. # *aak, v. beacon, bakens verzetten, beacons, de bakens zijn verzet, the # , als 't tij verlo kens, when the circumstances a Haalt geld, o, beaconage, » Miaan, v. path, walk, way, road, slide, breadth, de baan breken, to brea de baan komen, to come into vo N # | on the carpet; ruime baan maken, #s welk » i the passage, iemand van de # ind, evening-breeze, ## $ # » en van dat geen ths of this stuff, een ropenmaker, (half knight, bannere $$$ spelen, to lord ", » S f , many saved, is a penny ovetousness, avid .. er, g ####### # # ti # * **** # he MEand, m. band, tie, string, cord, ferru -- --- ing, volume, girdie, waiitband, # # s zº: y waggon, -- truss; de band der vriendschap, the bond ball, bowl; met den bal spelen, to play friendship; de banden des bloeds, the tien ls; den bai misslaan, to be mistaken, den] kindred, in handen kwijnen, to languin » g captivity ; zijne banden vertrek: W # gslaan, to give tit for tat; den bal » - laan, to hit the nail on the head. Esanddoek, m. warm # b ne's, o bal dance), Bandelier, m. shoulder-belt, bandoleer. ºk, m. # rope-dancer's pole. |Handiet, m. bandit, ruffian. # lance, balance sheet, schedule. Handwever, m. ribbon-weaver, tape-weaver Bandhond, Meandreike1, m. bandog. balansrekening, v. balance-sheet. Handweverij, v. ribbon, manufactory. w dadig, bv. & bw. malicious, wanton, -ly. Banen, b. w. to level, to pave; zich een weg' midadigheid, v. malic ness, wantonness. I mean, to open one's self a way to , een ge dadig, bv. foolhº * . - - - - - - - - - - weg, a beaten way; den weg voor iſ adigheid, v. foolhardiness. banen tot, to put any one on the way for ren, o,w, to thunder, Etang,bv. afraid, fearfal, timorous, cowardly, W tang, bw, fearfully; bang maken, tot W | to make afraid, net voºr te mij bang om ## (ball-dress: hart, I am alarmed. .. w ad, o, Halkleeding, v. Balkostuum, o |HEangheid, v. fearfulness, anxiety, bar, tub; een sieraad van de balie is anier, v. banner, standard. o adorn the bench, # # Ranjerheer, z. Baanderheer- k-basket - - . , form, #' bank, pawam shap, o, office of a bailiff Bankaard, m. & v. spurious child is" fter , bar (motenbalk). | |sankbiljet, o.. banknote. g bankrºet e Bani breuk, v. bankruptey; -ig, v. bank" |it niet, is je, o. bank bij banknote Esanken, o w. to stay, to gamble, lang # # to stay a long time, ) & w W N----...WW.WN W ast, unbal-Mºanke ºankroetje), O. v, un (lasted, b upt (" keroet j in, bankeroet # # keroet slaan, to turn a ban met vierhonderd gulden van ºnſ A .. w his turning a bankrupt has a t, ballast-lighter guilders, een groot " buiate, to form into bals; ,iaan, to fail to a heavy amount, een " clench the ſists. | van eene halve ton slaan, to fail to allet-dancer, of fifty "#### een han to suffer a loss; ik heb vººr to have fail talent bankr # # Banket, o.ban n; een balsem op de Esantcetbak! E ie Banketeerd ## # balsa In 1C. * % ### w, t anquet. >S >> # militia, d # shave to be a barber. #ier, o nonºrei animº 3. ::::::... # erdhend, m. mongrel dog. # # terdnachtegaal, m, fauvet, war N , m. bardish song. Easterdplant, v. mongrel plant, san, halbert: , #anterdran, o, mongrel breed. th to, to bring forth, to bear. Easterdtaal, v. mongrel tongue. in haren, to create mischief, Basterdsuiker, v. bastard-sugar, driet haren, to cause any one ºasterd vorm, m. bastard-mould, #%#$ $333 ow, de tijd baart rozen, pael Mºastiaan, m. slave-driver. mee brings thing about, de berg heeft Eastig, Rºaatachtig, bv. barky, husky een geh 1, the mountain has brought lean zanger, m. bass-singer. # » m, child-birth, ſforth a mouse #ataljon, o, batalion, # # , m. Harensweeën, o.. mv. labor Baten, o & onp. w. to avail, wat haar vrouw, de berg in barensnood, avails? iemand haten, to be of use to e mountain in labor. # baat het niet dan schaadt het niet, ºv, # » % # no good, it cannot harna nei # » » » Hatig, bv. als een batig rgon, lingo. ''.3.3... ... 8 1 a balance in one's favor, is, barrenness, severity. Eatint, o, cambrie. ring, bringing forth, causing. Etatistwever, m, cambric-weav barge, kleine hark, liehter,litatietweverij, m. cambric-ma # # .. boat statterij, v. battery iſ een en S » » | tillerie, a brigade of artill ciful, compassionate, -ly. Er mound. , to burnish, #nen een se, #azin, v. the mi | bazuin, th cultivate, to ## apon. Elk *, o. ch, temple, cha cultivation, covering ldings Etede 1, b. w. to cover, to ## t het heet, at th side; naar Hedekking, v. covering, convoy, escort. - bed; te bed, in bed, het bed. Hºedeksel, o covering. . . . . . ., ## »p maken, to make the bed, bed van eer, fieldjahedekt, bv. & b w. covered, hidden, latente honor; scheiding van tafel en bed, partial secret, clandestine, strewed with; secret W. ---------------- # # # # # (old.] destinely, underhand; op een hede aged, old; vrij bedaagd, rather in bedekte termen, in an indirect way, eid, v. advancing age. --------- ---------------------- ººkedelaar, m. beggar. » bv. bw, composed, sedate, calm, -ly. Redelaarsdeizen, v. checkered cover, theid, v. calmness, sedateness , met heel gºede laars dessert, o.. almonds, raisins, eid, calmly. - - #t Bedelaars doelen, m. beggar's inn, bedacht, dw. & bv, mindful, advised, cireumspect, Bedelaars gebed, o, beggarly supplication en rares careful, attentive, bedacht zijn op, to delaarsgebed doen, to count over one's." . . . . . . . -- -- edly Hedelaars herberg, v. beggars inn. # w, advisedly, premeditately, design-stedelaars leven, o mendicity, life of s. ze & bw, considerate, considerately | Bedelaarstaat, v, beggar's cant, beggar , v. circumspection. Bedelaarster, v. beggar, beggar-woman. ,, p, to dam in, to dam. Hedelaars troep, -zvverna, m. a par of up, damming # danaming Hedelachtig, bv. beggarly. » , to cover with vapor. Bedelarij, v. beggary, begging. th vapor. ,, |ERedelbrief, m. begging-letter. - 1 to refuse, to dismiss... Redelbroeder, m. mendicant friar, mendie* v u al: iedel brok,m. poor bit, beggar. ... in jan Bºedelbrood, o. ## bread, # ar"， ## Redelen, b.&o.w to beg, to ask alms, te # return to calmne Helmonnik, m. me w quiet; de al del orde, v. order orm abates. Hedelstaf, m. mendicity, : : : : : gen, to reduce to begg geraken, komen of to beggary. to enabe d. begga # vaartganger, lgr & # # # # # # rtplaats, v. Hedreven, ## & v. bed-fell skillful, hed 1 minister, bedienaar voor een Redrevenheid, v. skill, met veel bedreven holds an office, bedienaar van with great skill, zijne bed ſheid in lister of the Gospel, bedienaar Engelseh, his being conve he irtaker's man, undertaker. | tongue. » |Bedriegen, b. w. to deceive, # in history. bedienen, to serve bedienen, to hel ien is, help yo --- ten, to avail one's self o ambt bedienen, to hold " ## "# gl ienen, to treat a patient, toºnt een bedrie administer the last sacraments to asked ri unce, omce, e pte bedienin to enclose. (se # g, sculpture. m, mear 't matter, k ve language, metaphor ignifie 1. ive, metaphorical ; beduimelde hoeken, truct ## tºt hun bed volu Beelde tornemend, bv. iconoclastic. # » 3% j#eeldstormer, m. iconoclast, breaker of imagº kreeidstornerij, v. iconoclasme, destruction, | images. (werk, low-relief, bass relief S ing, eist g, |Beeldwerik, o, imagery, half verheven bº is bedankens, in mynseeltenis, v. image, representation, portrait in ester. (opinion, ness, effigy, in beeltenis ophangen of verbr". int, constraint, subjection, con- den, to hang or to burn in effigy, to exeen houden, to keep under con-lineermd, m. field, meadow. lein & :::::::::::::::..33 : : : : : : 3 3%. (gidd in, o, bone, leg, shank, door merg en been # an, to cut or touch to the quick, op de het to raise, to set on foot, een leger"， rengen, to raise an army: " » kºmen, to recover, to set up agai: to restor 's self remain <. . . .: 38,...:- - - - - - v. sp.avin. one, ossiele, small leg; ie # 11 n, to supplant, tot eentje lichten, to trip a .. ne's nose out of joint , beentje » ver the other eratio H. niefranjed, wild dier) , boar (mannetjes-Hºegaafd, b '-dam, mould, mole, pier, buttres, een zeer catapult, rammer (stoºrniram) iſ een zeer h. N eiseher), dirt, excrement, een orator, an orator e a bear's cub, de groote heer, the orator with great e de kleine beer, the little bear W. 'N. ...WW ' 'WOW WWW.'' Hºefdrager, - , langzaam, vlug van apprehension. #n, ºvered, to overgrow; z. Begroei 'ergrowing. ze zº een S ::33 . . . . . . . . . . . . . . . # # # ## .NESN.VX:SE. . . . . . . . .X # salute, to compliment, tot watering. jasegr ng, v. salutation, compliment, greetin to present, to endow, to gift, late n, b. w. to scold, » ### # . . . *# # # # # # # . tion, endowment. bºw. to estimate, to compute, en » s ting, v, estimation, computation, 1 een begrooting maken, to form an en staat van begrooting, budget. ,, &... EVE Begruizen, b.w to bedust, to grind, to staat .. in naa-jasegunstigen, b. w. to favor (met, with) ſupon, to undertakeſ to abet, een opstand begunstigen, te egin, to commenee, to enter lion, # & ,'' 3. . . . . . . : : : : : : : : : : : : : ::33 ## #egas netiger, m. favorer, protector, patronen diment; zedelijk stegunstiging, v. favor, protection, abetment le, de beginselen een erºſieg igster, v. protectress, 3 - - - - - - -3: language, de beginse-lasehaaglijk, bv. & b w. pleasant, agreeable tº elements of geometry able, (comforta Z glijkheid, v. agreeableness, ple Ekehaagziek, Behaagzuchtig, bv. coa ######## , bv. covered with hair, hairy. bv. covered with hai # to rough-hew ſtimber SNS bºw, to g to obt to rule, to govern, zien ze be master of one's self, to r, governer, monarch. ernment, crommand. ,, #ten, -sing, v. bewitching | en ww to make shirt, to have re-linehulpzaam, bv. helpful, met leugens behelpen. to re-Etehulpzaamheid, v. re. sehraaltjes moeten behel-lasehuwd, dw.r de bº but a scanty allowance. ontain, # exterous, handy. ſterously, handily, eieren: it # le agen , in p v. scolding. basin, pelvis, e. W , cymbal, in he # verkoopen, to sell by auction, ver with lime. Heel tºeneel, o, sk .. » t Iime. » m. Calvary. e, to backbite. Heel , m. suture, row mouldy, to mould. Elekken eenvlies, o... perieranium. befight, to fight against, tojºsekicenist, m., cymba er, cymbalist. st, (van, combater of lagekºſtenmeter, m. pelvimeter, gonist, adversary, bekamper Eelsiºentrekken, o,w, to make faces, bating; bekamping van zijn elitekkentrekker, m. mower. ## mbating one's passions, strug-Beeklaagde, m. & v. accused, defendant, passions. ## | Eeklaaglijk, bv. deplorable; -heid, v. er, v. conrenter. iſ? #eiri ter, v. pitier, accuser, # to convert, zich bekeeren. Hekladden, b w. to daub, to smear, te besmet to reform, to repent, to alter one's blot, to bescribble, to sully, to stain, to de tersion, reform. (mind.] to slander. (defamer, slan proselytism, # # # # Eekladder, m. Bekladster, v. dauber, chap, o, mission. Erekladding, v. sullying, staining, slanderij proselytism. # # # # aseklag, o, # commiseration; in conversion, # zijn, to be pitied; zijn beklag doen ºm elytism. » complaint of » . . . . . . . . . . . . . . . . &... ....... . . . . . .XS  # Hºek 1agen, b, wº to lament, to deplore, te quainted (met, with), commiserate, to accuse, to inform again bekend maken, to beklagen, to complain of, to repent to discover, to make iemand beklagen, to lodge a complaint iemand bekend ## ': # iets te laat belde: ## # # # ####### # to late. ns waard (i ## g, thrivin # to climb, t m, climber, scale k $ 3 r, ascent, mounting, escalade. erplex, linekrachtiger , oppression. Bekrachtiging, aggle, to chaffer, iemandſ Elekransen, b belen, to haggle with any dºeltransing, v. wre de # # # # is elkrassen, b, wº to haggling; beknibbeling van kºelereten, dw. "--- -- ng, v. pinching. v succinct, #, brief, -ly. ºcinctness, conciseness. to be cheated, taken in, as paid it too dear ; hij he i ## taken in nºg t WEN, EV-N -, (any one. , m. reia den, o,w. 1 o Ian beland ? what in ! » t he # en bi w in het , for the sake of; van (geen) be- consequence. v.&bw, disinterested, disinterestedly. leid, v. disinterestedness. w. to concern ; vvat... weten 8 acerning, as for, with regard v. party concerned. ; belangrijke tijd in- en belangrijk werk, Belegger, m. one who r, m, beste elegeren, b. w. to bes elegeringsarmee, v. besieging skelegerings w ri n º W battering piece. N &## EBelegeringskunst, v. tactics of besieging, Bielegeringspark, o. besieger's parc of #elegeringstroepen, m. mv. besiegin is elegering werken, o. mv. approaches. kelegeringsvverktuig, o, besieging instrº eger, ## W iege; -ring, v. siert gesehut, o, battering artille train, een stuk belegeringsge eleggen, b. w. to cover, tot overlay, to bean plank, to floor, to lace, to trim, to appe convene, to convoke, to put out (at intere belay; eene vergadering beleggen, tot to call together a meeting, geld belegt covers, wie is de " ger van deze vergadering ? who con iet meeting ? # w tºelegging, v. covering, de ## w - oor << tegels, covering a vloer met belegging to a meeting; d Beleghout, #elegeel, o. iace, tri . » # | drop, to overhear. # e: -ing, v. belying: ſite lui ## v. listening in order ster, v. one who belies. elust, bv. longing, belust zij ase, to gratify, als het u be-lºselustheid, v. ſonging. neem wat u belieft, take itemachtigen, b, wº to conquer ooaie u belieft, as you please, master of to seize, to take po what k rekenmachtiging, v. seizu u say do you please? I beg you you say ? # » v, to leasure, desire; naar uw believen niemanning, vºeren en in wat ##kenmannen, s ar believen met iets omgaan. Intermante of a thing at pleasure, maar belie to mask man, fawner (ven, at pleasure with ramparts. # # Etenaanteling, v. cloak, elitema*ten, bºw, to ma je tenmeeld, bv. flour # # rofess the protestant, , belijden, to pin to make a shit waardigheid bie m. en vious, jealous person. > NS - v. envy. # # - Benijdster, v. en vious, jealous woman, enijpen, b. w. to pinch z. Renepen, benoembaar, bv. appointable. tº, noemde, m. appointee, nominee, " Z, Eke. igen, etc. enoemen, b. w. to name, to call, to a to hurt, to prejudice, to injure. Benoem er, m. appointer, nominator. ſena deelster,v. injurer, wr Henoeming, v. nomination, prejudice. # ## #"# N " # to adopt RBemoedigd, bv. wanted, requ aderen, b. w. to claim, to seize, to confiscate, deri claimi h izure, adoption ; bij g # # w 3 3 n A- noodigd zijn, to want, to be in need of Benoodigdheid, v. want, necessity; pl. neeeee Benoorden, bw & voorz. on the north side of tent, o company, clique, coterie, band. | Een tgeest, m. Ben treas, v. z. Partijgen RBenzoëbloemen, v. mv. flowers of benzo Mbenzoëboona, m. benzoin-tree, enzo e ether, m. benzoie ether. , eigen zoehara, v. benzoin, gum benjamin Henzoë water, o.. virgin milk. B zuur, o.. benzoie acid. snaar, m. student practioner. # #### to cultivate, tor door de bepleiting vanl pleading this subject. # ng. dorn with feathers, to plume- ggy, plushy. # # lant, to set; -ing, v. plantation, te; een h pe suade, to cajole, to wheedle, n: good o mountain-air. birchen, bireh, h-leaves. rlijnseh blauw, o, prussian blue. ram, m. berme, W keeroemd, bv. famous (as a - city), renover - warrior), illustrious (as a - family), ted (as a - orator) ; een der beroemde #### , one of the celebrities, zich beroe o pe of a mountain, olin. # e of mountai , mountain- ſtal en, to signalize. zº - Hero eendheid, v. celebrity, fame, renown. , eroemen (zich), w.w. to boast, to pride #. self on, to # in, to pretend, to set up cleft, glen, clough. Beroeming, v. boasting. w W -crystal. ## Beroep, o, profession, trade, vocation, nou of a mountain. een beroep doen op, to appeal to; d "- hoogste beroep, in the last instance, ger beroep komen, to appeal. ":# b. w. to call, to convoke, to ap predikant beroepen, te beroepen zijn, to ouserent, s e wij"Eii, hij e is not within call, zich eht, m. professional duty. , bv. paralytic, troubled, miserables g , disturber, » ''Now id, v. miserableness, pitifuln", w, to disturb, to stir, to rbance, commotions sturh #### # ## 'S # ##### # of apoplexy; binnenin in. p ## intestine depriv , v. depriver, bv. wretched, poor, lead, tipsy, d wretchedness, p9" migate, tot ration. ... . v. smoky, black with " ond is zeer ionarissoukoo moyenguoo am een # # 3X $33:... . . . . . . . u pausilod tiAio 'airtod “pa ## tattoº j'spugu Aºut ut ºanine naast al gºaouaosainboe 'normen zijsar no 'span se Burun a aanal on ºuran S na ºm “neoaaaaaaaaaa was in een ton attaqns om “uodºn Aron on ºuodn Jap “romoanoud u naturanasa 'uodn asar oa do wonen aan tiAidunoo on uurprang ºut announaouas aan om 'asar om 'puadap oa “Ataa om auo A 'aantaris om “uaaros om 'uuorg jpue aantal ann om paartnuroo aq om 'Ato anoid om 'Aata ºna wraatnasagni W & 'Itants on a q 91oad 'asomoad a yºun "# W 'ssousnotronou A'pt 'autraeus “nuaumonte A zºu gaan osas snotaag snorroaou A duoana H &q pounsap aan ... :-* :-: -3: # . » » eend, bv. decisive (as a - battle, # | sitive, beslissen de eed, decisory oath, biljet, o, ule of taxability. Hier liseer, m. Meeslisster, v. one who dee v, timid, fearful, timorous, be-filieslissing, v. decision. ijn oren te to fear to .. een onaneren, b. w. to bother, to involve in v, timidity, timorousness, of difficult affairs, to embroil. it; -bakker, m. biscuitbaker, Rºeslommering, v. trouble, care, encan used, defendant. J. bustl Dustle (der vereld, of the world), euse { van diefstal, of hºe loten, bv. closed in, protected, in 1, to blame, to unpeach.j red, determined, private, bezioten geze user, plaintif. | club besloten jachttijd, close of thee usation, een beschuldiging seasoni beeloten koliek, iliac passi, brengen, to bring a charge ten tijd, advent, hij besloten water." accuser, against oneel, water is, trozen. - - - S. tºr & protection, fence, eenheid, v. being closed in, being 33 : zº uit, o, resolution, conclusion, dee to shelter, decreet koninklijk besluit, royal dee fender, uit, ten besluite, to conclude. lºse teloos, bv. irresolute, wavering, jaren uiteloosheid, v. irresolution, indeels Besluiten, b.&ow. # resolve, to concludee! , degree to montain, to include, to detere niting, v. conclusion. # ijken, b.w to bemire, to dirt, to bespa" (lay u e, to economize, er besparing van ke er, to splash with m w, to lard; -ing, v. larding. bºw to play on. , # » # W eer eive, to remark, to autover: ºy Wººººººººº ption. to spy, to watch, spying, espionage. en piedster, v. spy, emissary, , b. w. to contemplate, to expose to a tºe, contemplative, speculative, be-l contemplative life, bespiegel to speckle, in # b, w. to forward, to hasten, to acce- v, ft ding, acceleration; 3 zº zzs: zº: ###tºtal## » .. ».. . . . . » je bestudeerder, m... Rºestudeerster, v stu ## # mºestvarieeren, b. w. to study, to practice. ination, de bestemming van Bestudeering, v. study. te destiny of man, de mensehe-Bestuiven, b w. to cover with dust. ming, human destiny; plaats van Eestuiving, v. covering with dust. place of destination. lekentaren, b, wº to govern, to rule (a coun b w. to name, to style, to stamp; steer (a vessel), to manage, to conduct, te to guide, ik zal het wel zóó trachten te sturen, dat..., I'll try to manage it so, met tien naam van, to give the x. & : : : (name of, 3% » 3 ontinual, Besturing, v. direction, management, steering , v. stamping, name. steady, durable, lasting, c » een bestendig karakter, a steady] dimance, goddelijke besturing, divine of .. EBestuur, o.. government, administration, swaf » #ality # ngeless; 'S:S:S3%.3 - . . . . . . . . . . -S acter; bestendig weder, settled weather. digheid, v. steadiness, duration, changeless reign, management, direction, muni constaney. |Bestuurder, m. governor, director, a . to make stable, to confirm. ruler. » (bestuurster, e confirmation. Hestuurderes, Hestuurster, v. directress, to die of, to turn deadly pale, like testuwen, b w. to stow; z. Oma tuwen "-WW.' W W. . . . . N |Bestwil, bv. best; uit bestwil, for the best ly pale, growing tender.j iemands bestwil, for any one's best 3 Betaalbaar, bv. payable, to be paid; be op zicht, payable at sight, betaalbaar toonder, payable to the bearer, een we manager. In taaibaar stellen, to domiciliate a bill of er ge, to govern, to conduct.jeRetaalbriefje, o, check. x e lºketaaldag, m. guarterday, pay-day. w. to dot, to point. Eetaalmeester, m. pay-master. (time for # (incite. Ek jn, Retaaltijd, en of # ing dead father. Haalternai W haald, bv. paid; iemand iets betaald ! make any one pay for a thing to " ### &## r # hij is aan de beterhand form, is convalescent, # ietra r, chap, v. amendment, convales-Eretrachting ment, beterschap beloven, toiletraliën, bºw to amend, iemand beterschap wen- w, to cate fish any one the better, ra " # v. tarring, door de betering van die by tarring this enclosure. | , hºw to bridle, to curb, to check. # v, restraint, check, curb. . . . . . . - $ bv. confused, abashed, perplexed. rdheid, v. confusion, perplexedness, ring, v. perplexedness, agitation. ten, bºw (van, of), to charge, . ler. (van, with). Betreffe isation, imputation, late tre # r, to line with timberwork, toase iemands licht betimmeren, to cut ny one's house, to put any one's Eee N N ren, een eurtelings, bw, alternately, by turns, in rots 3 ## bv # y Beurtman, m. Beurtschip, o, barge, tha 1 at fixed times. < |Beurtschipper. m. master of such a vessel, # Eteurtvaart, v. barge-conveyance. » #raait Heurt wijze, bw, by turns. » wood. # Henrtwisseling, v. alternation, rotation, o, wood of the beech-tree. Ekeurtzang, ºm alternate song, bv. beechen. » » #eurzenmaker, m. purse-maker. beech-nut, # # liteurzensnijder.. m. cut-purse, allet. ## Ebeurzensnijderij, v. pickpocketing o beats, beater. Eteurzig, bv. z.. Heursch, etc. lace for beating stockfish, Etemazelaar, m. trifler, idler, nºg » » Beuzelaarster, v. trifler. g tioner, tyrant. Reuzelachtig, bv. trifting, frivolous, trivial. # # |Beuzelaehtigheid, v. triflingness, trivialit # # , ##g: ## Beuzelarij, #, trifie, » » dhealing, black-pudding. Eeuzelen, o..w to trifle, to idle. ce. Eenzeling, v. trifle. servant. ## ### kraam, v. fiddlefaddie. » hangman. # zelkramer, m. trifler. - # ſneeuzelpraat, m. nonsense, idle talk, trilling broker, interloper, petti neeuzel werk, o, trifling work. ---- -- ettifogger. (f 'er. Hºevaarbaar, bv. navigable; -heid, vººr nºg # .. en, ow to be confined, to be delive" # thehagen). » ie, bv. charming, pleasing, graceful, gheid, v. charm, grace, amiablen de bevalligheden, the graces g, v. confinement, delivery. o. extent, compass, » e # ied en, bºw. to seize, bevangen we en with; door slaap bevangen, , overwhelmedt navigate tb rdened to ; zijne bevat, avigating th remble, to shiver, to quiver, toºnde ele arth), to quake; van leende en tage, to adv en to tremble with cold, with Bevoordeeler, r de gevolgen, I tremble at ### onsequences , hºeven als een remble at it, beven voorrechte stande koorts, to shiver of fever, de aarde die voorwaarden, bºw, z earth shakes, - # : : : : &ſ3&W&S X2 beaver, castor. castorium. h#r hat, beaver. trivial, W'-N.N - W beaver, eastor. - iviality gen, bºw to confirm, to affirm, to fortify, tol 3X . , onder eede bevestigen, to ſture, n, confirmation, inves #" van z # %33.: 3:::::::::::::::::33 33.22:3%. & ing, v. organization. ## ## Baet Hºewesten, voorz. & bw situated to the w # to walk in the pathisewierooiken, b. w. to incense, to flatter, following. of virtuel:ewierooker, m. flatterer. » to fish (a mast). % . * Hºewierooking, v. incensing, flattery. bºw to arm. » Esewijs, o, proof, evidence, demonstration, g, v. arming, armature. token, title, deed; het bewijs geven, te w, to keep, to preserve, to save, to bewijs doen, alsof, to appear to, to preten tect, to guard; zijne deftigheid, hij heeft zijn vaders bewijs en zij haar to: # up one's dignity; God be- ders bewijs uit den boedel .. God forbid! .. .. portion after his father's -, and she got v. keeping, preservation, trust, care ter her mother's death; ten bewijze bevvaring hebben, to have in one's support of, as a proof of. » verzekerde bewaring nemen, toegewijsbaar, bv. provable, demonstrable, tstody. ---- -- lºsewijsbaarheid, v. provableness, demons to cover with vapor. Hewijsgrond, m. argument, reason. covering with vapor, being co late wij-je, o show. w, to wash; men hevvas eht mij, ## #, #" power, rashing; iemand bevvas schºen, # ººlen dºen, of prooi: ,,,, # » & # # : : : : : : : : : : : ## "Bewijs plaats, v. quotation that proves any » # Bewijsstuk, o, document, titledeed. e overgrown. Bewijsvoering, v. argumentation, den gate (a medow), Bewijzen, bew: to prove, to evince, tot # (as a proposition), to show (as favor: ,, Inewilligen, b. & ow to grant, to allow" sent ſin, to), to yield. » Esewiiiiger, m. grantor; bewilliger in KS. - -3: ing, v. consent, allowance, grant: n, b w. to disguise, to mask: ", g, v. disguise, paliation is", W irection, management, ad" nden,b.w to wrap up, to wind about Ere windhebber, m. director, manager, zeewind hebherschap, o, directorship, te windee, o wrapper, bandage, swath. Hºew the west flatter, mizzen-mast. w, r, -ing, & bw, composed, sedate, lº, d, v. composure, sedateness, calmness. to compose, to calm, to appease, Bezig, bv. busy busy, to occupy; Ine be busy tranen lºezielin . Mºezien, t view, to see, t of, th # the question i ezienswaard tig), bv # active. ## aan bezig, het is hard zºg with), thing) en, to compose one's self, to mode-|E:ezigen, b, wº to use, to to settle to the bottom, to settlelie zi theid, v. to the bottom, settling. # # lateziger, m. one who makes use. business, oc lasezijden, voorz, en bv. next of, bezijden de wa overing, Bºezingen, b-w. ## . # jks...., Lºezinger, m. celebrato .. arly ex-Rºerinken, o, wº to , b, wº to wound, to hurt. (pense of...lºsezinksel, o, sedim and, by hurting my hand. ren, b, wº to drivel upon. » ", to seal, to ratify, to confirm, #aling # » ing. N. hurting iſ door de bezeering van schip, a bad sailer. Bºezinnen, o, wº to fi think to consider, t #en Eijd"-chip, a tast nººi ## . into a s hºº v. # # W ## o, wº, to g, skirting, lºnen en f, bv. shivery. Heezuipen, is in hering, v. shivering, shiver. inness. W heele, v, library. » # , anxious (voor about), lºsinst in the earis, m, librarian. en : een bezorgd uitzien, toºid bankj hassock. & ful air, ſness, anxiety je ag, in day of prayers or thanksgiving solicitude, anxiousness, # .. to take care of to mind, to provide 8 l, he is provided for. awa fairt hting at, swoon. shiver, to shudder. # # ieiplaats, v. oratory, chapel. # 35 ## finie en aar, o, hour of prayer. bºw. situated to the south of #iri vertrek, o, oratory. S. » nomize, to save, to lay un fession, shrift; te biecht ge iſine niet te » onfessions, de biecht hooren, g, ra. 8% v. penitent, traten, o w. to confess, to shrive. #iechter, ma. Rººie ehte ter, v. confessant #ieel tikind, o, confessant. #ieel tºpenening, m. confessor's fees. atstoel, m, confessional, &... 33. ... ... ... 3. . . . . . » confessor, father-conſ ffer, to present, to bidt # » meer bieden dan een ander, to outblººt ZW bieden dan ten any one; minder bieden in el, to offer less than so or " ery, orter, drayman. ## , with, among, # , toe in, of; ik k ## ººk ## gewee vonen,to live with to have a thing ## # ik zwe 1. y God; bij mijn ziel, "### # # # # ## his life in ## # Bij ersant with the doctrine. ast, bv. well-read in v. & di *, W. ## en, b,w. eea, b, ', # 3.33.: 3% # N dº, ma assistance, aid, succor, re ## tander, m. bystander, de bijstaande ſtanders, the standers-by, ... 'ER' confused, at a los eep to. handbijl, hatchet. | # » al piece or document. v, contiguous, adjacent. of a ship, great or gra ijtellen, b. w. to count to. » .. s. (bill of sa b.&o. w. to bite, to smart, to itch, en # bijten, tot grind one's teeth, in #", bijten, to do a thing unwill antly, de wonde bijt, the wound is d, bv. biting scherts, sarcasm. tster, v. bitter, gapemaker. then. # oon, early. del, o, corrosive. Bijval, m. accide Hij vallen, o, wº to com | to mind, to remember ng, sharp, sarcastic, corrosive, el # zate en kraanwagen wist kan # voºr : oºi # xons-paviana ano-pasſin # S # paailliq i-tie, finand weet aaruikt een ort autº u daan om uane, waaruit # , o, wº to turn of # derloos, bv. leafless. ## isladerrijk, bv. Ieafy, full phical, biographic. Liladgoud, o.. gold-leaf. >- - - - - - - - - - logize. » Eiladgroente, v. leafy vegetable. Eiladkoper, o... sheet-copper. ladluis, v. pueeron, plant-louse, #adtin, o.. tin-foil # » page, o: leaf-silver, foliated silver .. a, v. agari 3% N jnklaffen, o.. w. to bark, yelp; tegen de mº fen, te vent one blië in an impotent en de honden bijten niet, barkin bite, van den honger blaffen, to hungry; hij blaft van den honger, is laffer, m. barker, bawler, boaster. Hººiafferd, m. list, catalogue, register, Estafting, v. barking. itialen, o.&b, wº to burn, to be inflamed scorch, to parch, to bream (a ship). Elaker, m. flat or chamber-candlest Esfaltend, bv. ardent, fervent; blakend h; in blakend en welstand ten, b. w. to scorch. $3 : :: 33333 &#% # N3;!% to huft a << draagt spelen, huffing is not play o sound the attack, # ## # n, to sound the retreat, van geen blazen en, to be a me W W # # d *, to d h* blow hot and cold; beter dan den mond gebrand, gr. » geblazen zij lind kij g at a thing. thing;, blind ## ern, y W # HEIoedend, bv. bloody ºut; blinde gehoorzaam- W.,.,.,.,., N- ence, blinde liefde, muur, dead wall blind blind luck, blinde klip- blind love, Bloedgang, m. le onderwer-Bloedgeld, o, price of blood. submission, blind geloºf, "#", tººt, >------- e Bloedgierig, bv. z. alley. ## v, z. Bloed bloodless; hºle id, v. want of , to bleed, to dear for one's rashness; na heart bleeds; dood bloede to be forgotten; # a mine day's wonder; “# % r: leeding. ou shall pay W. ,'' ,,Nº bedin flux. bloody # # # ## rtyr. HBloeddorstig. * ddorstigheid w insloedhond, m. bloodhound andom, z iron, to een - Bloedklonter, m. e insloedkoraal, o., red coral. ing, v. bleeding. le, 'o weak ei fia Bloedig, bv. bloody, sanguinary. 1eur, v. blo or. of blood, jisto ediaruid, o.. knotgrass. dysentery, flux. Bloedloop, -- ## t, o.. sanguinary edict HEloedp1 Eloedplas, m. pool of blood. #loedi-lenging, v. blood-shed. ,, , raad, m sanguinary council in ebat, o, sen of death, crim Bloedsehendig, bº 1 incestuous perso loedschennis, " »urative. . . . . ation of the bloo eat, # # W wth, bloom, flower, pri- eenzaad, o. voli en bloei staan, tolseloeseme block-head, hier Biokbeeld om, to blossom, to flower, to|Eilok . blooming. (flourish.] klokk Etientair S » # # # :: # # of flowering. | Elokken, bloom, choice, pink, lokker, m » in bloemen, klokland vermen, artificial ft n, imitated flowers. wers, . # N af of a flower. iferous. Er ho has a mania for flowers. En e, scent of flowers. Een owe en, ow to blos - #### p wel z, Ha. # oedel, m. estate, possession, hot boedelafstand doen, to take the benefit of insolvent act, een boedel onder beneficien inventaris aanvaarden, to accept an inte ance under benefice of inventory (without li to debts beyond assets descended). ethesehrijving, v. inventory, onder voor recht van boedelbeschrijving, under b | of inventory. W edelhouder, m. Boedelhoudster, v. het "- emains possessor of the estate after | wife's or her husband's death. "W------- jnboedelhuis, o, house of public sales. Etoedelkamer, v. chamber of insolvency, Hoederlijst, v. inventory. '- (ministr ## Hºeheider, MBoedelredder, m. executor ilseheiding, v. division of an estate, f, m. knave, rogue, convict. ## oefachtig, bv. & bw, roguish, roguishly. Ekoefaehtigheid, v. knavery, villamy, Boeg, m. bow, prow; iemand dwars voor boeg komen, to cross, to thwart any ， V over een boeg zeilen, to gº self; het over een anderen hoe ra, to tack about, to turn over a ter or, to change one's tone, to sing v: * ail gen wenden, to try thing, niet weten over weilken boeg n! wenden zal, not to know which way to go te eganker, o, bow-anchor, ## n, o, w. to sail or steer with a binding, bookbinders traden binding, bookbinder's shop. ing, r boy. & ::::::: ## to book, ten register ºnd bookseller. na knoc l 869&SWOW.. » # lºngen, o,w. (or) to glory in, to pride one's N S .. #ogennaaiker, m. howmaker. te santry. En o jaar, m. boiar, boyar. # ge, hovel, crib. iBoºk, na goat, he-goat, box (of a coach), # *, jack, blunder, mistake, surly person; horse, tr m: clownish pride, upstart pride, op den bok gaan zitten, to take one's s &#$%&# I the box, een boek schieten, to make a b. der; bok-sta-vast, leap frog, buik-sta-vaste | 1en, to play at leap-frog. . » # # S., lºokaal, v. beaker, bumper, bowl. .. # work, Boka ehtig, bv. surly, rude; iemand bokse g, v. farm-house. » behandelen, to be blunt with one. n of a peasant, young peasant. #", v. rudeness. » - woman, boerinnen aante, capskolkje, o, kid. # . % an. (without ceremony. #okkehaard, m. goat's beard. ſnish, rustie: op zijn boersen, trokken haar, o... goat's hair. wmishness, rusticity. ik ºok laten leider, Bokkenleer, o, goat-skin, antry, # # # Ebola is en lederen, bv. buckskin. .. » ig. Etolkixen lucht, v. goatish smell. tºto cut to joke, to sport, to banter. Bokkesprong, m. caper, bokkesprongen mal » # » x Bokikavel, o.. goat's skin. # # # ſnel je ºok kig, bv. unfriendly, dogged; -heid, vºedt Brokking, m. red herring, dry jest, sly rep hij kreeg een hokking, he got a rebuke, geen boikking zoo mager of er braadt al # # eenig vet uit, even # poorest publ yields some perquisites, through the # # ome profit is to be derived fro & body Bokiringh ik ro. 1. Bokici #s ed Hoksen, o,w, to » ten, he will pay for Boikeer, m. boxer. to gratify one's pas lºoks horen, m. goat's horn. # to feed the fires. ka leden tº's is d, swollen, convex glo rown (of a hat), bul head, pate, roll; hij is een hel, t schort hem t hij het # era, ## » ermon, een and put in the oven again, an een hoed, crown of a bombardier. - ombarie maken, to make fu bast, fustian. "- 3 :: * < bv. bombastic, aperture of a belfry zijn, o, fustian. , # # # # ## zijn wever, m. bombazine-weaver, en, o, swollen leg, ... ... " mb-foundry. e hommel brak los, the als de hommel losbreekt, an explosion z.. Homa, , # sound (like an empty barrel); innen het hardst, empty casks voor een pond rijst nd of rice each. - w r, m. woodcutter. makever, m. mey-bug, cockchafer, ## omklok, v. bell that is rung when the boom of a harbor is opened or shut. ## # Etoomkruiper, m, creeper. oomkweeker, m. nursery-man. omkweekerij, v. nursery. oof, o.. leaves, # - - - - - - - - - - - - - - - - -- reeless, without a tree Hoo devotietje ## e, o, col º ## v. one who hems, bore. #eer. gimlet, we u » to hem, l, one who hems, borer, #nºrmaal, boordevol #, w w > # » ordeel, o, edge, 'edging, binding oorgat, o. o rijzer, 0, Boorpriem, v. priming iron. HEoorschaaf, v. rabbet-plane. #oorsel, o, drill-shavings. oorstang, m. boring rod. orster, v. borer. # 3. oortje, o, small borer. ### oorte, v. overflow of bile, lientery. oor, bv. & b w. wicked, evil, angry, in z. Hooze, boos weder, bad weather, geest, the evil spirit; ieman ºm na # #, one angry ; zaaaken, to grow angry #, Boosaardig # & bw, malicious, malicioudt Boosaardigheid, v. malice. vº-NE ---- -- Boosdoener, m. malefactor, culprit, boosheid, v. wickedness, malignity, an vicht, m. wretch, villain. , boat, a set of ote boot, the small boat, riemen, first c V Hootsen, b w. to igun ME ootsgezel, m. sailor, seaman, Bootshaak, m. boathook. -- scantle for a boat. , o, boatswain's call. boatswain's mate. »rst water, Borat waterz art zorgen, helikorstwering, owing, the bailator-tzenuw, v. th f, buyer, giver oºi eredit ngry, in a #ſher, de a kind ºf t ding, stone for building. » . v, materials. ſe, ## # blough-season. dish, » W verant, m. style of building, pat. # # # ## #onwwal, m. ruin, ruims, atter, botertje boven, the butteredja Bouwvaliig, bv. decayed, threatening het in botertje boven tusseheni Hoet wvalligheid, v. decayed state, decay, e on the best terras, je kouwwoede, v. rage for building. Hºonwziek, bv. found of building, bouwt l to have a mania for building. . # » Boven, voorz. en bw above, upon, over om 3:38 - ; ; 33. . . . . . . <> onaan. . . 3 up, up-stairs, boven den wind, to wi weighing-office for butter. | boven wonen, to live up stairs, va , m. butter-shop. . » from above, van boven komen, toe untness, dulness, stupidity. - up stairs; het is boven, it is up stairs p , old coin (21/º pa 1, gebak ºf boven mij, he is above me, maar hoe ed plaice; botje bij botje leg- to look on high ; als boven, ut supra is S ether. » opnemen van hoeven tot beneden, te & v. block-head. # any one from top to toe; te boven gan , stroke, dash. (to clash w ceed, to surpass , te boven komen, tot to knock, to dash, to strike against to surmount, te boven zijn, to be bey # Z » e ag sion, shock, encounter, difference Bovenaan, b w. at the up ..: # » Etovenaardseh, bv. superterre #ev bw, from the surface. t. above all, above all things na aan part of the arm, # # d # #onder", p boveena ntioned, je Jo 11 'AaopupA) # om aanhaq oun ures om “natuo aa : asouiroddn 'don ann no a ##### “ssaulaangenaadns - ºf tennaeumadins tua ºut ## .. | oA to maar eens naar toe .. . : 'peoisAudenam Aq. ua to trapoo doneeaan 'A "## » soisandeau, 'A # dea-aaddºn 'aaaats a go augd- tº: 'ueuinttraditis A W en er een mail 'aatse en na S - E : up agaA o weeſ nu en in ## aan 3upteaq en “aazſinue ºf 'A 'eaan uaat ui danuari een # 1 in dm 'A 'een - reeer. - oa un ºntwerpen W ######## in Maaap '. ## » om 8upuanº << -3.- . . . . . . . randslang, v. hose, halºrandspiegel, o, burning- # %. st, Erandspuit, v. fire-engine. # tre, to se to smart te brandspuitgaat, ma, fire-man, kaars brandt goed, the candle strandspuithuisje, o, engine-house, # ht; zijne vingers branden, toen randstapel, m... pile, stake. ne's fingers; b. en van ongeduld, EBrandsteen, m. lunar caustic. verlangen, to burn with impatience, love EBrandstichter, m. incendiary. anden naar het genot of bezit van Erandstichting, v. arson. upon the enjoyment or the possession of Lºrandstof, o, fuel, # » n en branden, it is an accumula-ºrandverf, v. enamel. 3:... :: 3. sorts of penalties; jenever branden lºsrand viele, m. mark of burning. n; kalk branden, to burn lime, kof- ºf rand waarborg, m. fire-insurance. De len, to roast coffee; kolen branden, raad waarborgmaatschappij, v. fire-int od, schapen, schepen, vaatwerk iſ randwacht, v. fire-watch. # to brand sheep, ships, easks. Elrandwond, m. burning. bv. burning, bur #-hot, lighted, ar-E randzalf, v. ointment for burns, #erºt randend van on-Brandzooi, m. inner sole. %. : : : : tatience, brandend Zºran, m, brace; de hezaansbran, the mix n the possession, ik heb er den bras (brui) van, I'll hav N ler, een brander to do with it; een wilde bras, a wild be eager for a thing, een Brasbiolº, o, brace-block. ## (one. Herauen, m. bream, .. ndy, # ## # o.. sumptuous party, v. brandy-distiller's wash. Eraspe g, m. piece of ten doits, te N .. p iemand, to be mad of any reasdagen, m. mv. shrove tide. assen, o feas » # » # ee; vol brassen, to brace full- nd. Erasser, m. feaster, reveller. 8% inflaming. Eea erij, feasting, junketing, glutton ght, mildew, jºrat, o, woollen stuff. .. # # Erraveeren, b w. to affront, to face to # eihout, o, brazil-wood; Antil brazilettºwood, Jamaica- & bw, broad, large, ly, e" ## g # ker's boy. w, Sº -hammer. ), o, calking-iron. ito lord it. le, curb, #, thro idler. bridle, to curb, to check. ## #### #len, -heid, v, unbridless- w jn ºren ### to knit (as stockings). knitter. w » tting-cotton. ## o.. money for knitting. ecessaries for knitting. # tº learns to knit. tting-needle-case. an that teaches knitting. that 1 knit. Ereuk, deelige hr- de breuk, keren ieke » ',,W. , ,, W. # reve, v. Erevier, o ood, covey. ::Sz, rooding-time, elk, v. trowsers, breech (of a cannon broek, breeches, een apanbroek, vrouw heeft de broek aan, it is the wears the breeches, een kind in d ken, to breech a child, pas in de h stoken, just breeched; iemand voor geven, to whip the breech of any one r, bot- any one, onderbroek, drawers, pair o (cher. #roek, o, marsh, pool. » #roekachtig, bv. marshy. EBroekband, m. wast-band. .. # bv. without breeches. .ww. **roeken, b.&o w. to pocket up, to wear gs,z. Heroes een kanon broeken, to breech a fellow; lus- broekt niet heelijk, his trowsers are vvdbroe-, fit, a pair of pantaloons suit him admira oeder troeken goed, o Ebroeikenstof, v. tro others. Hiroelegenp, v. knee-buckle. 3 avianº % ......N. ' W . . . . .W. hing. * . .. 3:3; rsh, roelemannetje, o.. breeehe Broekspijp, v. Leg of the trow .. Liroekzak, m. breeches pocket. # W rokken, odds and ends. . ºratºrie ide, okje, o, bit, morsel; ee . » %. BErokkelen, b.&o w. to br # erly, fraternal, -ly. "# na ni < # daily bread, het spel is hem, gambling is meat » » basket. (drink to him. Mºraagg # baking. # # making bread. strui, m; "#", VWOOWW, WW, N-V knock; ik I won't do it, er in .. there is the » read. | geven, to damn it , depriver of livelihood.] ven, to laugh at # nton, fulness of bread. ## ei en nikenheid, v. wantoaness, 8 3: %. &... » X less, hºroordelen en worden, ººruidleider, m. brit broodeloos zijn, to belaaruidleidster, v. bride # bruine bt, bl. get brown, een do burnt face, Eºn ik dienaar, lesuikig, bv. bi tºuilt naad, m. suture irpoise. th; het bruis stond o. his mouth. to froth, to snort. lesuiir vli int, rough, gruit, sharp, : brutaaltje,s lini p zijn: bulged. belly-band. m glutton. & & : : : : : : # bellied, bulged. iarrhoea. of the belly, gastrorap #n bv. uit. #'nººi. high #i, m. ikpijn, v, belly-ache, ## & rommeling, v. rumbling in the bowel iſie z. Etuikpijn, # ing, v. gastrotomy, z. nº, o, ventriloquy. r, m. ventriloquist. rij, v. ventriloqui ## ikatuk, o.. floor-timber, naval-timber. in, v. ventral fin. & ## x o. peritoneum. » peritoneal in the # en ik ik vi ik # inflammat belly, nement vliesontsteki waterzue .. 1 mag vºl : ## drop, huren, m. mv lituren, o,w. # meer en eist # renge v, canonization. ren, b. w. to canonize. ## viscount, » ountship, burggraviate, Cantine, v. canteen. # & 10apitulatie, v. capitulation. # scapituleeren, o, w. to capitulate. le, canal. lºcarriee, v. whim, freak. Capricieus, bv. whimsical, whimsically. ) ; z. Er lazen slecardinaal, bv. cardinal, een eardinaal P. t for the poor 51 cardinal point, .. # » Elect Tearga, Cargo, v. cargo, bill of cargoes. box. cargadoor, m. ship's freighter, » ricatuur, v. caricature. arnaval, o earnival. Carton, o, pasteboard, z. Maarton. Cameo, m. hull. # lºcasiano, o, casino, # # 'Lassa, v. cash; -hoek, o, cash-book. Cassatie, v. appeal, zieh in easeatieve to appeal; hof van eassatie #of tenbus, v. fund supported by a tion of one cent a head, ºntre; - hoor, v, centre-bi ntral, # S 'entre. .. Ceremoniëel, o, ceremon enter, m. master of the ceren ceremonious, » e, v. competition. # eren, o,w. to compete (met, with een natie, v. condemnation. &##3% eeren, b, wº to condemn, tioneel, bv. conditional. ditioneeren, b. w. to stipulate. doleantie, v. condolence. » Condoleantiebrief, m. letter of condolence Condoleeren, b. w. to condole (with). Conducteur, m. guard, conductor. Conductor, m. conductor, Conferentie, v. conference. infirmatie, v. confirmation, onfirmeeren, b, wº to confirm. Confiscatie, v. confiscation. fliet, o, conflict. » aforna, bv. in conformity. .. ren, b. w. to conform. # teit, vr conformity. onfrater, m. brother, colleague. Confronteeren, b. w. to confront, jºonfusie, v. confusion. # , v. conjugation. Connexie, v. connexion. naaereeren, bºw, to (met, withl 112, #s condolence ##, bie articles, het consult, give y ºn (excellent pe # ## consumption, artikelen van eon-le e, articles of consumption, "# '- | Cre ct; een contract passeeren, Cre tract, to enter into a contract ; Cred w marriage articles, koop-3: to dawn, to summ » ger, m, plaintiff, summoner. W 'on-Dageraad, m. dawn, day-break, dageraad , levens, prime of youth. ## | Dagge: v. dagger, poniard, cat-o'-nine-tails. |inaggeld, Rºbaghuur, Miragloon, o, day's waren Ibaggelder, Miraghuurder, Mbaglooner, mede aanging, v. summoning. » ver # » | |Elbag licht, o, day-light. n, bv. about that place. Iſmagorder, v. general order. » eks, bw, thereabouts. Hºagregister, o, journal, » , under there, among, in it. I agreis, MBagreize, v. day's journey, reupon iſ Aagseholier, ma & v. day-scholar, over that, over there, opposite, onjºagnehoot, v. day-school, t or concerning that. inhageter, v. morning-star. » at 3: - - - - - - - - - - - - -38. Ibag teekenen, b. &o. w. to date (bv, a lett- hat purpose. dag teekenen van, uit, to date from. t that, meanwhile. HEag teekening, v. dating, date. - here nagvaarden, b, wº to cite, to summon, to in" om that, Dagvaarding, v. summons, indictment. # & ::::::::::::::::::::: jºnagvaart, v. diet, assembly of the states, 1 # : : : : : :3 . . . . . . . .:::::: ... ... 3 & . . . . . . & Emag verhaal, o, journal, » m, m. date-tree Dag wacht, v. day-watch. tual, real, immediate, ac- Dagwerk, o day-work. # ## Dagwerker, m. day-laborer. # ; tot dadelijk-anagwijzer, ma calendar, almanack, ephen |nale, o roof, onder dak brengen, toch der shelter, er is dan op huis, pitch thatcher, tiler, slater. ov, v. gutter. # ## ºntpijp, v. conduit pipe, spout of 4 gatie Iei, v. roof-slate. # or, garret-window le, over berg en dal, & atmosphe # rical air. : gemseheede, v. scab gradatie, v. degradation. radeeren, b,w. #"# ; -in nen, o w. to be fog ## Deinzing, v. retreat, » Hºeïsme, o. deism. # Wat g ## » » . w, to breakfast. , er, o.. breakfast, luncheon, dejeuner hette, meat breakfast. er, bed-clothes, deck, horse-cloth, m. joist, W. ' . . . . W S. . . ... ... " & zº ggen, to be hand and glove get, m. stallion, stone-h in, bºw. to cover ctual pow int iender, m. # man. # ! in dienen, b. &o & to serve, to attend, to wait ss' cake. | der a service, to be useful or of use, to | vice, to suit, to ought, to answer, om u wº to tap by drawing off the bung- nen, to please you; het zal wel die ee, motto. # | course it must; dienen te, to be oblige Mitt .. > . . . . . . . . . .33: . . . . * Mienst, m. service, kamerheer van dien # berlain in waiting tot uw dienst, a z. Welke, # » » | vice, de eene dienst is den anderen because, since, one service is worth another, s, these; ten tienden dezer, the Dienstaanbieding, v. offer of service, ; dezer dagen, one of these days. Diensthaar, bv. serviceable, in service. he same. S. knienetbaarheid, v. utility, usefulness, nezerzijdseh, bv. on this side, serviceableness, thraldom, bondage, toonry (from this side, dienstbetoon, o, service, 3 ... , iadena, EPiensthode, m. & v. servant, menial, bon, een chap, o, deaconship. Dienstian is, o, house of bondage. oness, | |Epienstig, bv. serviceable, useful, good. nd, en, | Dienstigheid, v. usefulness. » ### . Dienstjaar, o year of service. S. . . . . . . . NVAN N. Emien stiknecht, m. servant, man-servant Hºienation.n, o, wages, hire, Dienstmaagd, nienstmeid, v. femal ## # . . . . . . ## ºlie bv. liable to service. het maat, in ver 'ienstplichtigheid, v. liability to military # solid, close, mass t wood, ſervice, ### sefulness, age, & enial, good. servant female, kwerker, m. dik kwezen, d, all tha mijn, vn. thine, het mijn en dij mij stuk, o, leg, tasses. anijzak, m. trousers-pocket. nijzig, bv mist, roggy, heid Heils, bv. thick, "## 1 bloated, deep, dikke en van lippen, blubber-lip | Charles the Fat; het dit nººi is, bw, ly, bi Mºik, o, di the leg, ion dig, bv. & b w. condemnable, rdigheid v, p , v. condemnableness. d", & - < » nºoit # to condemn, to do, erform, to make, een eed doen, to take on oath, id doen, to pray to God, een van en sprong, een reis doen, to take a p, a journey, een vraag doen, to ask # N en, to make a voºr promise; iemand ; van doen # n? # **, b,w. ki Doodslaap, m. sleep of Doodslag, m. man-slaugl MMoede lager, m. murder 3 , '...', w Doodsnik, m. last gas Hboodenood, m. aj ; * notice, announcement of nood, driven to despair, without der, m aker, (a death.|Doodsteek, m, mortal stab, deat en, o, w. to bleed to death, to fall into Aboodsteken, b. w. to stab. # o be a nine days' wonder. Doodstil, bv. silent, still as death. , v. bleeding to death, falling into Doodstraf, v. capital punishment, . - ... Eboodstrijd, m. agony, pangs of death. lls of mortality. Enoodstuip, v. convulsive F# of death # to cauterize (a wound). Doodverf, v. paleness of death, dead co obituary letter. &# # # # Ibood verven, bºw, to paint in dead colors, , v. urn. . #! dverfd worden, to be said to be v, certificate of death, ed for an employment. & v. dead pe e w rvig, bv. palid, livid. # # # and, Dood vijandin, m.&v. mort" # of death eath-be d W obituary derta entence .. htisaaal ceremony. rch-register. .. #v. Anabaptist Baptist #" " rhei s been aad, bv, # gh, r, m... pipe fit to change i ken, b.&o. w. to pass, to # tºt e to understand. naeren, tot » Doornehermen, o, w. to battle on, - x ºn HPoerscheuren, b N- - - - - N bladen, to interleat oorschijnen, o w. to shine through, to &# Doorschijnend, bv. transparen v... --> . to get sore by lying.jeRoorschijnendheid, v. transpa # En # b. w. to scrate ven, o w. to write on. i to pa, through to beat through, to be room, to dissipate, ierce, to perco en, b w. to shuffle, to stir. o Inter rough, tot shuffle, to use 'shi ts; iemand ºgen draaien, to deceive o antjes heen d giddiness, *# the head. Mºraaikolk, m. whirlpool, eddy. HPraaikunst, v. turnery. Mºraaiergel, o, street-organ. HDraairad, o, turning-wheel. taaireep m. stay. - %; ## 3 aaischijf, o, turning-platform, triºtti, pil, v. capstan. ::-. a als, as soon as ;Draaispit, o, jack. t '- than. VN ## room, m. whirlpool, vortex. ## hirligig. big, bv. thick, dreggy, t ### v, dregginess. eht, burden es f wou ther-cock, ligheid, v. ma. inriepunt #rt * en, toj Drie regel out, Driespan, o. kººs # # » e zag in het id. net, o, dragnet. rapnel, hawser. reaten, to be in suspenselij * * * * * *# d. - vallen, to be on the 5, hree-leg # #l * Drievoudig, bv. & b. #". N- " pij City, ºrtex, # *... . .. ..3 heid, w # ſediment. gish. - to delay, in dºor ied tce, devil, voor .. drommelt what the mannel, the wole lot, om t! by no means!  # rill, to bore, to drill (a soldier),jnronken,bv. drunk, drun to brandish ta spear). - #"# » nºg, hij heeft een arrelsome in his cups # n; een dronken man, de man in dronken, the ## dronken van vreugde, iry, aria, dun, plain, mº yed, with tearless eyes, droge s; dro # naien, dry nurse, #### # # # :## rooghek, o. clothes-horse. -- ---- -- IBroogje, o, dry ; op een droogje zitten. " . w, drily. nothing to ! ## lft een is cups .. N dung, ": ton's egg, to, pigeo en koe, en niveaus lag, kºu , v. pigeon-marke # XS ker, m, pigeon-fancier,  #". guano. dblad, o, mail d inade, h a thousand heats, # i answer gebed, is. , and down, # : <<.... - S3 . . . . . . . . - 3 e bbeanchor. # # #3 volstrekt geen e #### ####### W. » in good-bre t, oath, is ARES eed doen, ke an e , to take an oath ; de toen ke the oath of...; een eed afnema, and dºen eed op leggen, tot any one to make oath; bij eede, by an onder eede, upon oath, # Eedaflegging, v. taking an oath, swearing » edafnenaing earing. S # bege # pirat inspiracy, coni ## ## onsort, husband, » # -heid, v. callosity ### .. #and % not # %, 3%,''...", "...s | met zijn 1 vv meegaan, tory. ] one's age; gouden, kopere W ## N hortly. in a short time. upright; dood eerlijk zij < eerlijk duurt het lange is the best policy. - # # "E# uprightly. - #, tºt tien tºt # ## % al, perpetual, eten", ## perpetually, een wig en erfelijk, ever a probity, uprightness, voor eeuwig, for ever. # 'amous, infamously. Eeuwigdurend, bv. everlasting, eternal, perp" W w # Eeuwigdurendheid, v. everlastingness. . Eeuwigheid, v. eternity, in eeuwigheid, in | eeuwigheid der eeuwigheden, for ever ever, in der eeuwigheid niet, never # w jubilee. , kelaar, m. stock- roker. # # ----- ºft, grººt in l; iemand op zi zestam: m. trunk to tread on any one's corns. Elzestruik, v. alder # % :: 33% y one. Elzetak, m. branch of an 1. Email, o, en amel; -Heeren, er iemancipatie, v. emancipation. eipeeren, b, wº to emancipate, ballage, v. packing, » Emha Heeren, b w. to up. mbargo, o, embargo, to be embargoed, onder e embargo, een embargo ritus, bv. emeritus, grant, m. & er in pºt matter, pus. w #$%& tig, bv. purulent, mattery; -heid, r. empyema. ### edracht, v suppuration. |Etteren, o,w. to suppurate. Ettergat, o. fistula. Etterig, bv. purulent. Ettering, v. suppuration. ttergezwel, o, ulcer. -- ## v: purulent, collection, jn, o.. purulent phlegm. ºrmend, bv tºch, . :: centric, odd, stra ## # . ## # #e fep zijn, to be giv eppen, b, wº to tipple, ## er, m... Rºepster, v. trippler, toper. eens fºeren, bv. firm, firmly pp # # ## Eermoor, o. boasting tool. » .. rster, v. fashionier.Eernambukhout, o, fernambucwood, to fashion, to form, to finish,Eestiviteit, v. festivity. » & # Eestolen, o.. festoon, . , genteel, decent, Fiat, tuss, be it so, » be omingly. idee1, bv. merry, jolly. 33% . dei-eonannie, o, trust, elt, m. rogue, rascal. en tachtig # knave, scoundrel. elitaehl , bv. & bw, roguish ik, o. Fieiterij, v. , knavish, kne villany. % » knavish tri # r, bv & bw, high-spirited, proud, spi Eierheid, v. high-spirit, spiritedness, pride, d Eigurant, m. & v. figurant. (make a good ureeren, o,w, to figure; goed figureel uur, wº & o figure, form, shape, trope, ## bv. & bw, figurative, -ly, tropica » tuinzoeker, m.fortune-hunter, adventurer, lºonarage, v. forage, fourageeren, o,w.toſo Eourier, m. guarter-maste .. Fout, v. fault, mistake, #iander, zonder S.XEX N . . . . 1 without fail; zonder fouten, faultless. in folio, in folio; een gele Fraai, bv. & b w. "# handsome, fine, hij zat vroeger krap, handsomely, finely, nicely. » S& arly Eraaier, v. finer; wel nu nog fraaier, oh -days! Eraaiheid, v. prettiness, handsomeness, b Fraaiigheid, v. fine thing; het is een erg gene fraaiigheid, it is will he, mill he, Eraaitjes, bw, pretily, nicely. » Eragment, o, fragment. Eragmente wijze, v. in fragments, rak, m. dress-coat. & naboos, v. raspberry. 'ambozeboom, m. raspberry-bush. 'rambozenazijn, m. raspberry-vinegar. rambozen gelei, v. raspberry-jelly, » rambozen koekje, o, raspberry-cake, rambozensap, o, raspberry-juice, Eranahozenstroop, v. raspberry-syrup, |Eranahozen wijn, m. raspberry-wine. Franciscaner, bv. fran n; franciscan rails friar, fr # .. suit g the things are niet gaan, zou not be as you think, e. .. ricassee; -ing, v. frying | # ## n: fruiterer, green-grocer. t #", green-grooer, Masket # duifje zonder gai, a ſure, a pigeon-livered girl, over- 1, overflow of bile, up the bile; zij » gall, to vent one's spleen, zijn to feel vexed, to S. 'gernis, to # choked with vexation, # la, - . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . bv. bilious, cholerie. id, v., biliousness, bitterness. io state, gala. » gaiiantly. - . . . . . . . . . . . . % al to set going, to set W to be getting one's hand in; aan den gang de gal op wekel gal uitbraken, fret, zijn gal op- Ganseh, bv. ditie: » t, walk, co sage; iemand zijn gang laten gaan, one have his own way; aan den gang he ont aan den gang ke way, aller to be doing; hij staat in deze gang, he is the hall, allen maar zijn gang laten ga to let things take their course, to let things their chance i iemands gangen nagaan, into any one's goings, Gangbaar, bv. "# -heid, v. currency, ## .. .. Gangpad, o, pat foot-path. |Gangspil, o.. capstan. 8. “# #, .. goose; z. Ganzen, mannetjes moeder de #' Mother Goose, er; NSX » S whole, all, wholly, gan verse, # van ganacher harte, with all one's heart hen ## niet wel, I am not at all ganse "## all. a is je, this is a piece of good fortune, nexpected wind-fall. ebloem, v. Easter daisy. º: ## ehout, m. le, ng of a goose. Gebaar, o, ges Gebaard, bv. be #ehvalshºek X-S, ZZ netishery, vv, v. shrimp-woman. u rim ; -ing, v. trimming. et, trimming, ## , een gar- , a set of pearls. . # #Ge service of the garrison. | garrison-place. . heid, v raneidness, gbaar gas, portable gas. el Gehra le:# . fond: gebrand zi Gebrand, bw, very ſond; gebrand zijn op, |Gebrek, o." want, # jn op, #ered, nowery. g ished ; en, plenty oft .. uithangen, told rand, bv. burned, gebrande en": ##### » very ng; den gebraden haan en , poverty, defect, in gebreke blijven, to neglect, to fall, hij ! hreike van, in default of, for want of, geblunchte kalk, (slacked lime | gele heeft zijn gebrek, every man has a fotº his sleeve, er is niemand zonder gebre nobody is ſaultless; gebrek hebben aan te in want of, gehrek tijden, to be in a sta ºf starvatio .. .. » is ikelijk, bv. & b w. disabled, lame, crip hrekkelijkheid, v. infirmity, lameness brekkig, bv. & bw, defective, faulty, defe brekkigheid, wil defectiveness, faultiness. eeeh, o neighing, snorting. ed, o, brood, breed, race. # ": m. mv. brothers, S. de gebroede" # brothers. : # eed, race, 's, # Hines, entrans, boven ## s. ecorated. in ºn a n i. angular, cornered. ng at hoop, trundling 9 * ## en talrijk len zonder geh uarreling. ng, dispute, strife, oing. 3 3-- -- . . tickling, titillation. bv. & bw, foolish, foolishly, id, v. foolishness, silliness. to jest; zonder gekken, seriously, , o. mad-house, lunatic asylum. raat, -taal, v. foolish talk, nonsense. rk, o.. madness. j, v. joke, jest. # fool. - #s blotting, scrawling, daubing. complaint, lamentation. . clanking. ## prattle, tattle, ## hands a wip). W of a macking to Zº erin nºg. g, rattling. » ging, call (of storks). Iljº, # ------------------ clambe , rin # tter smacking, clashing- s o. clashing, clattering, clucking. tale-bearing. >> g, clang of arms. inkling, # » ( hobnobbi # kneeling, o. pinching, o. # |eel rºl, #, # Gekrookt, bv. bru |Gekuier, o.. walking. Gekwel, o, vex Gekwijt, o. dr. | Gekwijn, o. ingle. » | kwispel swarming. g: - - - - - - -3: »v. woolly, crisped, crisp; de n hebben gekroesd haar, negroes have wooll of a ruttish cat. w M. ised, broken. Taekruimel, o, crumbling. Gekraal, o.. curling. - w » Gekscheren, o.wº to jest, to play the fool. |Gekskap, m. & v. fool, fool's can, Gekuch, o coughing. ift, bv. cr tufted. --- ip, o, cooping, intriguing. :: # scht, bv. pure, chastened, een gekuisen" stijl, a correct style. a... . . . . . 3. Gekunsteld. bv. affected, stiff, formal, artiſt Gekaas, o, kissing. W W 1Gelswaak, o, croaking. Gekvvalt, o.. dashing. . Gekwakkel, o, cry of a quail. Gekwansel, o.. bartering, trucking. Gekweel, o, war #. singing, ion, Gekvvezel, o, playing velling, saliva » languishing. Gekwinkeleer, o, wa Gekwispel, o, wagging, met den sta staart, o, wag kx ar -Z. ted, ## aarsd en geºp' quite ready , de gela "Geirº eur, v. comp! rek, m. feature. tstint, v. complexion lach, o.. laughter, laug eRaeta, # bu # B, sh seeks for money. ºa: nered mobility. # , rit 2:33. Idbeurs, v. p. &# # # # . . . . . . . . . 3:33 ## eldboete, ine, mulct. » » # i te #" m.demon of money,greediness for money, lijk, bv. pecuniary eloon, bv. moneyless. # # & elden, o..w to cost, to be worth, to avail, to pre- # vail, to concern, to regard, de meeste stemmen! # ## of votes decides the ques- it, zelfs .. hij won presents eis tºt rele » its occasion; h. % lie it, th, hope an :: f slaan aan bv. ibility. oors ke article of faith. belijde confession of faith. elhezvvaar, o scruple. # abrieven, m. mv. credentials, 'oeder, m.brother in faith, fellow-belie vvang, m. constraint in religious opi al tºt 1 rmulier, o, confession of faith. 'noot, Geloofsvervant, m. & W. t schil, o, controversy. id, m, champion of faith, » - - - - - - - - religious zeal. of faith. ce, # gracious, m adig, have mercy! ch, to draw near, N N # o. offi # de, Geneeskunst, v. nºdig, bv. medici ne gen e # barley-heer. raak, m. barley-w ter. # en v. barle » ha erstemout, ºr y alt. ratenat, e- harle ## rrid, murmur (of a ais, v. constitution, natu situation, # ed gestemd, sleck #tºr, # tºt w geatern orteerd zijn, ºesten be well assorted.|G liters of geen (a roof. Gesti |ſie estie Geurigheid, v. #Geus, m. a cant naval w. es al tergens, in WN .2 ſ&3 % ::33 %;#3 .. aval warrior of th het getij waarnemen, tol, het zijn maar ſneuzen, # to seize time by .. » verloop en, noto: en versiert het game ene ## ornament of its # ## ## ## ## ih nder hea touch e a gift of, to bestow, sensibly, rudely, gevoelig voor het li fer, to grand, to afford, tot anderen, feeling for the ills of others; roduce, to pay, to bear, to] Hig voor roem of schande, alive to g land geven, to hand; ik shame, een gevoelige snaar, a sensitive p geven, I cannot let it go een gevoelige koude, a severe cold. anen geven, to yield, toGevoeligheid, v. sensi flity, sensitiveness, impr ven, to advice, to counsel; sibility, tender heartedness. om de ooren geven, to box one's Gevoelloos, bv. * bv. insensible, senseless, inser geven, to give a blow, to slap, lºſsevoelloosheid, v. insensibility: (sibly to punch, een seh op ge-Gevogelte, o, birds, fowls, poultry. "- itslagen geven, to beat; zijn. Gevolg, o consequence, train, retinue ; ten g ne's word, to engage , in volge van, in consequence of; hij gevolg, com: but forth, iemand sequently, ingevolge, according to; gevolg g a good exemple ºf ven aan, to w " evolg i n, to follow... up, to carry... out # w hebben, to be attended with, w w e & sporen gev & raden geven, to lea w matig vvenir Ereven vorderd, bv. rea ## Ist, bv. ſorked ## ze newwaand, bv. preten waar, bv. aware. 1, hw. by open force, forcibly. v, violence, vehemence, forcibleness, m. noisy fellow. # , roof, arched roof, het gewel he canopy of heaven, onderaardse erra en we, erawling, erowd. inured, hardened to; aan vvend, acclimated. # issing and licking. dit, influence, zag, an eeft veel ge ty. -- ## < gvoerder, m. director, adm aster of a merchant-ship. w conjunctive, tively, altoge ook, - - - - - -- (o bir repeating always the same w Gezocht, bv. desired, loved, essenger e gezant, a messen- Gezoen, o, kissing. Gezond, bv. healthy, wholesome, een pauselijk tie"Pope, de # # de, v. optics is in yº hen, to laugh (a person's face hticundig, bv. optical, versed in opties, zichtkundige, m. optician, ezichtspunt, v. point of view Gezichtszenuw, v. visual nerve aspect, nen, # jn, not to be of - , w w Gezindheid, v. inclination, disposition, persuasi Gezindte, v. sect, church, community, . ",- , ,,'' , 'W demand, in reg sought after, retched, , tocht, far-fetch salubrious, so ### worden, to recover; ve flesh, the ### gezond gezond in de leer, orthodox, als een hoen, as sound as a roach , sandiver. Haasje lºslaaslijper, m. glass-grinder. » diep in het Glastraan, v. Rupert's drop. # a cup too much ,，alasvocht, o.. vitrious humor of the eye. asje zijn, : be a Glaswerk, o, glasses. Glaswinkel, m. glass-shop. |Glazen, bv. glass, with glass-doors. » Glazenkast, v. eupboard with glass-doors, Glazenmaker, m. glazier. 3% adjºhazerig, Glazig, bv. glassy. is lazuren, b. w. to glaze (bv. earthenware). feiſ lazuur, o, glazing, en smel. 14: leie, bw, glazed, varnished. ,,Gleisen, b w. to glaze, z. Glazuren. leis werk, o, glazed wares. Gleuf, v. furrow. # libberen, o,w. to glide, to slide. ig, bv. slippery, -heid, v. slipperinen # e, to slide, #" ... . . . . . . . . . "S low." eep (naar, at). # ter, v. one who is leerin for God's sake bevy # # bv. beneficent. # onp. w. to think fit, to choose. o. opinion, jud ken, as will ap d; het goede doen, to do good, " #a: z. Good, enz.; gemeen- # nity of goods, ## freight-car. clement, mere avor, kind, favorably, (nature od-natured, kind, g good-nature, kindness. s, kindness, ent, will; zooals Gonzer, m. buzzer. * -- ent Goochelaar m. Goochelaarster,v.juggler,conjur G Goochels Goocheltaal, v. juggler's talk ## # throw. ## |Gooien, b.w to throw, tof -ing, v. gumming, w %. 2% l. gondolier. ns, m. buzzing, onzen, o,w. to buzz, to # hum, -ing, v. buzzin » rij, v. juggling, Goochelhai, m. juggler's ball. Goochelſheker, m. juggler's cup. chelen, oºkbºw. to juggle, to conjure. cheikunst, v. juggling. # # elspel, o, juggle, enchantment, illusion, spel tuk, o. Goocheltoer, m, juggle, oeheitaseh, v. juggler's pocket. #heiweri, o juggling." 8. ly Gooi, v. throw, een gooi met dobbelsteene a cast with dice; een mooie gooi, a goo gij hebt den eersten gooi, you have the ; iemand met nen gooien, to throw stones W W den haik gooien, to b avve beurt om te gooi ooier, m. Genoister, v. or, bv. sour, nasty, dirty. raat, o.. sour whº #oot, v. gutter, kennel; in done for; zoo 1 to as you mak otgat, G, EEG ootlijst, v, mo pijp, v. w. in, m. "#s wat # el. # tot dness, # ( h: . f lerero (smal field-piece), z. Gi # # # ind, goldleaf, bea zagewerkt goud, gold, en vwº t #" goud waard, he is .. gold; stof goud, # duist vink, m. ## t er blinkt, all 1 is eh, m. visscher, re f h. mbling gold, like gold. gold. # se with aaf ver ealthy, and wise . undred thousand Goudz º W een. : , grass-blade. # #" near the coast, ing to a count asteel, a count's east , harm catch, el, m. title of a count. digger, # engraver. engraving. o, wº to graze; het vee laten grazen, the cattle on to pasture, # rassy, gre # ## ken, to take any one grof b | coarse bread-, grof meel, d flour, el, groove, notch.j garen, thick thread, grof zand, coars r, m, undertaker. # een grove pen, a broad-nibbed pen; grº r, o, grooving-tool. . #3 W den, clumsy hands; een grove . eg, v. plough, grooving-plane. gross error, een grof abuis, a great m ºrmig, bv. grooved. # # # een grove leugen, a great untruth, a gross , o, channelled work. a lie with a matchet, grof werk, # owth ; dat kind is rough workmanship , grof schrijven, to wr shild is S . largehand; dat is te grof, that is exorbi zijn op den groei gemaakt, these that is, outragious , grof geld verdienen, e made with an allow # gain plenty of money; iemand grof # 33; j nen, to use any one roughly, to treat any w, to grow; groeien in iets, to de-| radeiy, iemand grof aanpakken, to tak ing, to rejoice at a thing. # # : one up roundly;, zich grof vergissen, # ## | egregiously mistaken, grof liegen, to teiii r, vegetative faculty. .. the score. # gen, to r, » lºrofachtig, bv. rather coarse, gross, rude, favorable to vegetation, het Grofgrein, o, grogram. .. & r, this weather, favors ve-eGrofheid, v. coarseness, grossness, roughness, eizaam regentje, a rain which ## bv. corpulent; -heid, v. corpulence, grow, Grofschilder, m. house-painter, dauber, f. (van het weder), Grofschrift, o, large-hand. # ºr to viel ººrofsmid, m. blacksmith. # # v. coarseness. Groºg, m. grog; runagrog, grogo grogje, waiter, a # of # Grol, v. silly tale, joke. Grollen, o.. w. to grumble, cold. irolienmaker, # # ###### Grollig, bv. Groen, o, entrails of jaar onaanmelen, o,w, t Grommelig, bv. we ſ rum, Jan, g, surliness, unsound tings, de g d # S. 'N..... NX ST.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .NEW groenten, gaff, iron-hook. # iſ groot, in great. # # g: landlord, - . . . 8%%.: 33%& & nezenier, m grand-a bv. & bw, thorough, profound, muddy, , bv. right, hot thoroughly, grondige ### &#& .. rheid, v. erudition, 1 ness of one's know- .. ieel nºg is wri » # 1 in 'ali Nis » spaanach heid, the very truth. #ºr gheid, v. profoundness; groundy taste, . H tº: ground-ice. » # kleur, v. prime color. .. .. laag, v. first layer. ndlasten, m. mv. ground tax. #, # » %. , founder, ng, v. foundation. taak, v. original cause. t, v. ground-rent. fundamental doctrine, principle in an age ty, xeerable action. inable, ": S # # # |Haag ºp Haag ap elhoorn, m. ar jºna ik, tass, ha! oh! Haag, v. hedge, het mee un ### &37 - - - - - er in de haak to r , to brush off, to cut one's stick Hºaag bezie, v. blae "# » hoseh, o, bush, thicket. k, m. English oak. mes, o, hedging-bill. 3 %. # Six ark; ## ## alfvasten ::... . . . . . . . . . EHalfwassen, b lifegrown, » . . . is halleluja, tuss, en o. Hallelujah. Haim, m. ear, spike, blade; grashalm, blade ass; stroohanna, # of straw. # N # , neck, throat, boo mplete gangway; ons hals brengen, toek komen, to perish, op den hals ten, to be den hals # : angen e imprisoned for a capital cri # upon el # fellow; den h # Handici Ik ij # , en# ancer, aan van erij, ry, chiromancy, Handkus, m. kissing of hands, tot den ha v. commerc toegelaten worden, to be admitted to kis cial agent. queen's, king's hand. g of trade. # Handlanger, m. assistant, hodman; handla (tions, dier politie, blood-hound of the police, ommercial rela-Hiland lange ter, v. helper. # ºr. Handlantaarn, v., hand-lantern, r, v. d cart, ruck ker, m, palmister, chirom v. palmist niieiding, v. instruction, manual. id lichting, v. release, emancipation, erk, o, signature, mark. TUAN - , len, m, handmill. » - ---->---- -------- -- grand opening, v. permission to nominaten mercial undertakins:# ging, v. imposition, laying on # V Hand paard, o.. led-horse. , ler. |Handpalm, v. pal he hand. : • W untlet, iemand to throw down nsion-bridge. ng, zijn hart zoni » zijn heart went down to his heels, ter har , to take the heart, van harte, from in ganscher harte, with all one's 1 fit, syncope, apoplexy. » 'E## # #ed. ast, # 'kracht, v. military ºf » # delicious, nobly. glorious cently, deliciously, delightfully. je eerlijkheid, v.glory, magnificence Heerschaehtig, bv. imperious. <.. -.-.- - - - - - -3388. 3. . . . . . . . gheid, v. imperious hap, o, master, lord, ## ... ::X-...3,3% ehappij, v. dominion, power, empire, reign, ij voeren, to rule, to bear sway # to rule, to sway, to govern, tore vogue, to prevail. S aat, re prevalent, fashio erness, regentess. dominion, º:S. . . . . . . on: in, pagan, the pagan le noise . e on in singing. Een Iepoel, v. pool of hell. proces, o, trial of a witch. #eite vorst, m, prince of hell. werk, o, witchcraft, sorcery; het is geen libelleveeg, v. shrew. # werk, it is not beyond the power of manielle vwicht, o, reprobate. # ry, witchcraft, daar moet hele- Helling, v. inclination, declivity, slope, do. »en, this goes beyond human un-, scheepshelling, wharf, dock-yard. p, (derstanding. Helm, m. helmet, casque, caul, met e een in gehoren, born with a caul on one's head, 1 toreroom, nedergedaalaisein, v, broom, > to hell; in. de hel wer zielnaet, o, helmet. » # ker als de hel, dark Hºelangat, o, opening in the visor, hel, go and hang yourself Helmkaan, m. crest. .. en vloeken, to curse andere Irakruid, o.. little celandine. to swear like a trooper; Heimplant, v. broom, . de 1 ha - Miel nastok, m. tiller, helm. en Heinsteek en, o crest. » . . . . . . . . . . Help, tuss, help! .. ; hielpen,b. &o.wº to help, to assist, to aid, to succo # with a silver spoon in one's mouth. elieve, to avail, to be of use; iemand a , rain to die, to go to heaven. # in zone one, aren, en .. 'educible, - NWW.VN.''X'. W.:... ...RV-RYN.NEWX. N.-NR'8:::%. w, to reduce, guldens i te hellingen herleiden, to reduce English shillings, een gewone breuk tiende enige herleiden, to reduce a fractional , v. reductie # (number into a deci reduct to rise from the dead, zo life again, to revive, do oopt te herleven much, how many. # veelsten van de maand of month is it ? Hoofden einde, o, head. Hoofdgaſlei, v. first galley. Hoofdgang, m. principal passage. . . . . . . . . . ? w Hoofdgebouw, o, chief building. honey. Hoofdgebrek, o.. capital defect, - fault. absent, gome, ver van Hoefd geld, o, poll-tax, capitation. at d rom home, op honk, hoofdgerecht, o. principal dish. n jven, to remain at home, Hoofdgericht, o, supreme court. by rib; van honie Hoofdgeschil, o, principal dispute. (gaan, to leave home | Hoofd getal, o.. cardinal number. ry. » Hoofdgrond, m. principal argument. to do honor to; een wissel. Hoofdhaar, o., hair of the head. show due protection to a bill. Hoofdig, bv. obstinate, heady. ## tains Hoofdigheid, v. obstinacy, headiness. ole; uit het hoofd Hoofdingang. m. principal entrance. irt; per hoofd, a he Hoofdingeland, m. chief-landholder. head; van het hoofd e|EHoofdin houd, m. summary, argument. t) ## > t Hoofdkaas, v. brain-pudding. k|E-oofd kantoor, m. head-office en,Hoofdkerk, m. cathedral. het Hoofd ketter, m. heresiarch. as sweet as van honk, t distance # ## :enturion. * nitial. . ieden), captain, li o, omee or a ca -E ptain orde" , v. high mass. # ſtieier, m. field officier. en de eva r, m. head-master. cipal aim. . al or main cause. general. ooggeëerd, - En nog geel, o, Hooggeleerd, b thead wor m wreath, diadem, turhau. main thing, chief case, principal in # ## ::::: x .. » .. 3 & » # cipal, chief, W. material, principalness. er, topsy-t » . d; een "f, ens many people, overhoop liggen, t fusion, met elkander overhoop liggen, friendly terms; overhoop steken, to ## sacramentº; oog tijd te hoop loopen, to gather in a mob. make a feast of a # |Hoop, vº hope, hopes, een zoete hoor, a # treason, # | |ing hope; een straal van hoop, a ray of hopen end, bv. soaring, high, lofty. # zijne hoop stelten in, to put one's hope in, op r, m. high-flying bird, person with lofty, hoop van, in the hope of, hoop voeden, er hij is geen hoogvlieger, he will hoop leven, to hope. # # ## # ames on fire, Hos bºw, z, Op hoopen. # E, &b- st # Hy, het is # ſo, bºw, # #s. r, ººit vººr een inent, elke keet in een fººi Hoopers, m. mv. Younkers. #w. " "s # # # #udibly. r, bv. right Hoorder, m. hearer, auditor. .. - # |RHooren, b. & o..w, to hear, to listen, to mind, learn, to be informed of, to belong, z.. Heb ren, hoor eens, hear me; zich laten hooren, to be heard, to speak to sing, to play on the fºute; dat laat zich hooren, of course, na goeden raad hooren, to listen to advice, geen raad willen hooren, to be deaf toe vice; wie niet hoor en wil moet voelen, who will not hear advice must smart for it, hoor wie het mij zegt, I don't care for wh eople say; ik heb het van hoor en ze have it from hearsay; van hooren ordt # gelegen, from hearsay en moet ':# # het hoort, as it ough so it should be; hij should be at home, hearing, hoorende doof z 'bv. worthy to be heard, # ºran S aren, hordes of barbarians. , # Hordenvleekster,m, hurdle-maker. - en te , loyal in, m. horn, shell, shelfish, zijn hoe uss, stop! hold ! ken, to show one's teeth, op den EHou haar, bv. tenable, # , to blow or wind a horn; iemand. Honden, b. & ow. to hold, tten, iemand een paar horens contain, to observe, to ful ## e any one a cuckold; veel op upon, to take for, to horens hebben, to have much on on hand houden, to hold N 1 op zijne horens nemen, to ####### ## ## #a: # at ie naar of a horn, sound of horns | a pile of wood. S we y.# dry, x » #g - ## » S. op zijn eigen houtje, of one's ow het houtje, a disperaging expressio ſuch as Roman Catholic. b, wº to cleave wood. .. od-cleaver, Huichelarij, v. ## % - 3 3,3% << Huichelen, o.&b.w to dissemble, to feign, tor 1 ieman # # » sword, ag, cutting. iron-hammer. howitzer, opping-knife rtier, W 'E#ive at eeart, iema-au- b.&o. w. to receive at court; iemand huis Hoven, zen en hoven, to entertain any one well. Hovenier, m. gardenier, ovenieren, o,w, to garden, - ie anair, m. gardener's calender, j # Hovenierskunst, v. horticulture. EHoveniersmen, o, gardening knife. Erovenierster, v. female gardener, gardener's wil #### m. kneeband, garter, iehelaar, m. Huichelaarster, v. br: uichelachtig, bv. & b w. hypocritical, ": the hypocrite. << Huaid, v. skin, hide, met haai :333 ly, ### onbereide huiden, raw nd de huid vol schelden, to inveigh aga ## o, cutaneous vein. (aar » . » ## 's friends at home, ergen te huis zijn, to feel quite at ho 'E alle markten, # after). ntary, een huiszittend 1e- » nthalve, on their haaranae or their sake, van het # ### ºppel, m. skipping, hopping, aan den harp m, to be skipping, to be hopping: # Idans, m. skipping dance, hopping dance, pelen, o,w, to hop, to , # eling, v. hopping, skipping eh, bv. agreeable, pretty, genteel, kind, Huren, b. w. to ##### » gift, v.marriage-gi d, m. hymen. dowry Infºminatie, # lling. 11 e 33,33 33 333 nd, bv. dreadful. * # lf, I myself, ik ben het, it is I, ik, my own self; mijn tweede ik, f, my better half v. illuminati mijn eige may other sel # | 11unnineeren, b. w. to illuminate. H11usie, v. illusion. » » Illustratie, v. illustration. » . - - - - - - - -.... " # | 11ustreeren, b. w. to illustrate. twinkle. Hmmer. bw, ever; in armergroen, evergreen, pert- » S'. Z reneer, bw, more and more, ever more, mers, bw, indeed, #. at least, though, innnoreel, bv. immor Impost, m. tax, duty, Inm provisatie, v. improvisation, e Emproviseere w, to improvis # lptu, verze # een nºg w Tºrre: aheien, b." piles). ## v ecrate, # achen, b w. to hoist in. w r" awaai erson; En hollen, o..w to run in with full speed. (summary. ## jn, to be pleased at a inhoud,m, contents, tenor, capacity, korte inhoud, zelven ingenomen zijn, to be inhouden, b w. to contain, to restrain to reserve. omen zijn tegen, to be preju- to keep back; zich inhouden, to restrain one' v, prepossession, affection. (diced.]Inhouding, v. reservation. e lf W ## # # Inhoudanaat, v. measure of capacity, ": > w #### clusive, included, Inhoudsopgave, v. table of contents, mid, modest. |Inhoudsregister, o. table of contents. timidiy, modestly. En houdsruimte, v. room, hold. modesty. in houten, o.. mv. body timbers. # Inhouwen, b. w. to hew in, z. K mister (bv. physic);|In huldigen, b. w. to inaugurate; - ", iscreet, ti discreetly, , v. discretion In humaniteit, v. inhumanity. S& trauve Inhuren, b.w, to hire, to renew a lease, to engage nhuring, v. hiring... a-new, (a-new- (sic, Haai , o, initiative, het iniatief nemen, te of take the initiative, to be the first to do a thi Injagen, b. w. to drive in, to overtake. linicah belen, b. w. to sap, to undermine. , bowels; pijn in de Inkankeren, o..w. to eat in, to become inveterate e ingewanden der in kankering, v. corrosion, inveteration. eist af tºt ### ºrnaat, bv. flesh-colored; o.. carnation. In keep, v. notch. # : m. repentance; tot inkeer komen, to re- lderen, b. w. to lay up in a sellar. w N ven, b. w. to notch, in ik, m. open place, open view to the eyes of every ---- ----------- ijken, b & o.. w. to look in. . # klaren, b. w. to declare; -ing, v. clearing, kan mor van inklaring, custom-house. eerlen, b, wº to clothe #to give' to clothe, to dress up, .. Baran dachten in woorden in n, to oughts with words; goed initieeden, to give a graceful turn te thing; zedelessen in een fabel | mould moral lessons into the form kleeding, v. clothing, elaboration. ,, Ieppen, b. w. to sum ging a, bel limmen, o,w. to climb in; -ing, v. climbing # ,,Er ruartering, v, bliieting, quartering nee money, first stock, stake. v, to load, 1 N er # #, by ioading coal. money, stake, in, nº wº 1 3 S&#S3%. t 'ribe to enroll, to tender, |Inschrijver, m. subscriber, offerer. » ' . . . # ## Inschrijving, v. subscription, enrollment de , (to stamp. Inschroeven, b w. to screw in. t, to inculcate, to impress, Inschrokken, b. w. to swallow, to gulp down, # Inschrokker, m. gulligut. Inschuifblad, o.. leaf of a table. ## to sink. Eeselauiftafel, v. table with lengthening pieces. e, v. inquisition. |Inschuiven, b w. to push in, to shove in. o.. w. to get in. » Inschuiving, v. putting in, interpolation, 'o rain in, |Inschuld, v. active debt. # # # # # to cover with ashes, insect, o, insect. Z* . . . . . » ke any one in. Insectenetend, bv. insectivorous. ke, to gallop in. Insectenkenner, m. entomologist, , to arrange, toj insectenkunde, v. entomology, » &# (adapt, to regulate. Insectenleer, v. entomology. # ## i tion, arrangement, regulation. Insecten verzameling, v. cabinet, collection o overtake, to ride in, to enter ºns gelijks, bw, likewise, in the same mannen, wn by riding insinueeren, b. w. to insinuate, ### :|Inslaan,b. &o, w. to beat in, to drive in by beating," break, to take in, to lay in, to take to swa t..! down, to staye, iemand de hersens inst N knock any one's brains out; den bod Haan, to foil, de bliksem is .. ## his house was struck # vict # supply, woof, hases. ad of the woof. inspection » ''. . . . . . . . . . ." b.w, to nail in. storten, tor &b.w, to swim in, to stream in, toi is ingestort, the &#### (wash in.jinstorting, v. relaps # rººd vººr , 2, 3 p state, inspiration, instinct, de in-line touwen, bºw, to » van het geweten, the call of one's con-linetrijken, b. &ow to science, de inspraak van het hart, the dictates en strooien, b. w. to stre ken, b.&o. w. to interrupt, to meddle with; na ins inspreken, to encourage. # ... ..: 33%; 3. &#% v, instºrt in, o beat in, to inculcatel ## # ### % tºr ## mport, to nd n, inport-trade s ng: v. importation, introduction. rrecht, o, import-duty. # # gea, b, wº to comply with, t 3 ging, v. compliance, in duigen jºnvorderaar, m. claimer, dunn ## derbaar, bv. due; -hei ing, v. folding inward. -w, to corrode, to eat in. v. corrosion. w, to fill up, to inser filling up, in m. intercala :w, to blow in, t inward # ikheid , w w mmernis, v. lamentation, misery 3. 3-3 poel, m. pool of misery. w | Lammertoon, m: ery of distress. |Jan, m. John, waiter; jan en alleman, every on st. Man, midsummer, midsummerday; St. J appel, honey-apple , st. Man's en vel, fal 1 sickness; hij wauk; wat what a capital apple; carried one's point, ond less than the half of the number of ºp red; iemand onder jan houden, double game; jan rap en zijn maat, tagrag al bobtail; jantje contantje, money upon the mai antje recht uit, plain-dealing man, plain-deal one who speaks his mind; het met Jantje v Haeiden afleggen, to use shift, to loiter. jalandorie, Jandome, tuss, the deuce, hang it. V en", 0,W, Z, Marake # el, o, rabble, mob, sort of gingerbread, it waar, m.. janiss w staat bij Mano w m. J s, ah ! eh! oh ! dear! alas 1 gen; -achtig, bv. like gin, lasting, v. gin-tax. v. Jewish di ... : S. jewish jargon. oden winst, v. unlawful profi din, v. jewess. anderij, Jeneverstoke ever broer, m fuddle-cap, tippler, toper, drum-lºok me verdrinker, m. gin-drinker X ºr, m. noºit fieseh, v. gin-bottle, ## mij, v. jok , o, gin-glass, teneiros, m yoked ht, v. gin-smell. | Jol, v. yawl. lºoien, o..w. & # bv. » , v. $3: 33% huis, o, gin-magazine. eis, o. #", gin-shop. tgeen appe jaaaai, v. quay, wharf. naaidraai, z. Raadraai, enz. ity, jovialness. . ejoice." » jaar, o year of jubilee. kaak stellen, to expose any one to pub S. . . . . . . . . . . . . . Haaakbeen, o, jaw-bone. (contempt y. |HAaakje, o.. plum-cake. W. • '. W # #aals mes, o gutting-knife. » er, in juchtlede-Edaalsslag, m. box on the ear. ::::::3;& # gaaal, bv. bald (as a - head), bare, naked (as a & .. - crown), leaſless, poor, shabby; kaal afkome to come off with disgrace, kale vlakten, barren | fields, een vogel kaal plukken, to pluck a # # iemand kaal plukken, to strip ik S ## isatie, # kaartje, here is m - made of cards, pl ds - - - - - - - - - - - Kalmus, m. iris-root. & &#& # Beafot, v. scull-cap. - r, -ing, v. calendering. Haalven, o,w: to calve. w erachtig, bv. silly, simple. verliefde, v. first love of yo hot-pressing, zºalw Press. H&am, m. comb, crest, bridge ; & :: 33 kam scheren, to treat all alike, to consider, cross-beam, nuchter kalf, be all of the same stamp. w 3 :# #% as and kalf ploegen. Kannborstel, m. comb-brush w fe of another ijken meel, m. camel ; Isameel en slikken, e easy man, een 1 ung people, allen over to swal ow down a camel, to believe, to give credit ! the most incredible assertions. Ekameeldrijver, m. camel-driver. Kameel pardºel, m. giraffe, camelopard, H&ameelshaar, o, camel's hair, mohair, H&oumeelaardag, m, camel's bunch, » ». » ## o, chameleon, Edºannelot, o, canalet. Eaamelotten, bv. camlet # # # # # Edamen, o..w. to grow mouldy. ## Ekamenier, v. lady's anaid, waiting maid, Kamenieren, b. w. to dress. v * r, cavity, breech; kamer handel, chamber of commerce; eer" rst chamber, tweede kamer, secon" een kamer met twee bedden meer over hebben, kamerling, m. Hamerline » ght, struggle, geven, to yield; ge to, VS. Zº ..." » .. ## eester, m. store keeper. o encamp. N # encapment. (wr W .. combat, to strugg hampion, struggler. En, o irºniari faii, E" Haardennoom, v. etnen # ºardinaal, m, car & W # naar innaaiah nee EAardoes, m. cartridge. . # v. cartridge-box, # ## m. water-spaniel, er, m. cartridge mould. p, m. neck of a cartridge, S #paper. # # uur dronken als een ik as a lord, , carvel, met karveelsvver biola, o a block. . . . . . om: -nagel, m. belaying pin- eedaan, Haeer dicht, o, # & kieeren, b.&ow, to turn, to stop, to resist thv rivari enemy), to prevent; het is waard keer en to sie, ai, the evil, zich aan niets keeren, to care » ing, v. turning, resistance, stopping. (nothi rºering, in tropic. 38 » rkring.n, bv. tropical. punt, o, stand-still- Zº » #eer weer, m. turn-again-alley. EKeerzijde, v. reverse, back, S': ' N. -. ..." Eeeehond, m. # ºl, pith, marrow, quintessent .. ºks, shed, out-house. w, to refine tsal # , wº to bark, to bawl. * * # to chain, to enchain. ºns eraak link etter, m. heretic. > etterheul, m. persecutor of heretics. Metterdoen, o, heretics. ermeester, m. inquisitor. je ettersch, bv. heretical. # ! H&etting, m. chain ; op den ketti # rule the roast, to furne and rage, is heiiiet cable , schoorsteen ketting, pot-han ttingkogel, ma. chainshot, ti gel, m. Bºetting rekening, v. chain rºl , m. chainstitch. # ... ..." # zaken gereedschap, o, kitchen-utensils. ken ik toen wer, na cotguean. ::: - - - - - - - - - - - -.-. ken ik neeht, m. scullio ukenlatijn, o.. bad L Ikenmeid, v. cook-m spittle (through the te bop een ! %. » n, ow to play at bopeep. a; -dief, m., kite. smock-frock, keel, m, garboard-streak. b. w. to keelhaul. or track, wake. # ## kiet, we are quit a drawn game. # is een kink in den 1 any one, # # ## inish, to get # diness, ik laat i laheid, v. evidence, # arheid, v. clearness. - . . .& V3.& » Miaarachijnend, bv. bright, shining, luminous Helaar ziende, bv. clear-sighted. » 3% #Ataan, m, minny, jack. & :: ...33ë& zºnacht, v. complaint, lamentation, klachten ! gen iemand inbrengen, to complain of one, lodge a complaint against one, # lad, v. stain, blot, spot, rough draught; iet klad brengen, to make a rough-draught, thing; iemand een klad opleggen, to bri ute upon any one, de ik had inbreng own in value. 3 -- hoek, o waste book. n, b. &o. w. to stain, to blot to dirty # .. toe n; b. &o, w. to i r, m. HAiiirater, v. alt, o, clashing of lie ººk o: ## # ns ## to descend capital one, ##### Eén de , anarsing, v. hanaster, m, cani Berna y knechtsch, bv. & bw, servile, servile iven, to bite one's Hºnechtje, o.. boy. n te kluiven, it|Een echtschap, o, servitude. # # kan echte loon, o.. wages. :: >- ## , b, wº to knead (as dough). olitarily, to run hollow. jhºn , m. kaneedster, v. kneader. ermit; -ster, v. female hermit Eineding, v. kneading, eersing, vººr manage :::::::::::::% ſoest, tuss, ::- Haoest bv. guiet, zich koest houden, to be quiet | zij hielden zich koest, they did not stir. Maoestal, na cow-house, # Hieesteraar, m. cherisher. Rºeieren, b.w, to cherish, to | to encourage to protect, zich is x I, to nurse one's self up. t Lioestering, v. cherishing, protection, encou & # v. eoot, . 'Exoeteraar, m. jabberer, jºoeteren, o, w. to jabber. » » | keetertaal, v. jargon, gibberish, cant. » %. .. . Raoets, v. coach, carriage, koets met zes paar » | |den, coach and six: Ikoets met twee paarden, -ground, common. | coach and pair; echtkoets, huwelijkskoeten ## astry-cook. Jºaoetsenmaker, m. coach-maker (nuptial gerbread-bakery. jºoetshuis, o, coach-house. » ead past >:- :-... . . . . . . . . . . . :-3. . . S& jićoetsier, m. coachman, * ... ... :: 3.: 3 Raoetspaard, o, coach-horse. Mºenenstroom » oort, v. gate-way, # ## ## 33: » m. lever, handspike. s e, v. meadow, pastureground, nº, o, w. to sneer w, to be # kome mstick (of a w EA onmediestuk, of a horse, horse with Raonneet, v. com. % # ad; -bijl, v. 1 out sleeves 'l Leonnen, # staan ko ## n » ay# to # rº t » eitsel, o, co ### (for importation, , o, convoy; konvooien en licenºten, duty . , v. coeket; -Hooper, m. ship-broker, onzenielje, v.. cochineal. X. # ni, v. berth, hammock, bed, cag ºf v, decoy-duck. cubinage, # # 338,3 S x .. to live » , boiling, aan de Iroo o boil # e kook zijn, to have ceased bo s van de kook, he is indisposed, ookhoek, o cookery-book. kookfornuis, o furnace for cooking # # reedschap, o, kitchen furniture, » te, v. boiling heat. # huis, o.. cooking-house, k: ook leaehel, v. furnace for coo olkloetel, m. Kookpan, v. boiler, # # #33 % :: 3 kikunst, vaart of cookery, culinary art. ººk wel decoetion, ºvery thing. of ## # wicht koop de markt ":", o W arket); een huis koope # Ikoop en niet, voor m: buyer, purchaser, graankoop nt; Iinnenkooper, d ings of inferior workmanship. fond o # # , m, t m, merchant's cler Z 2- - - - - - ----> zijn kop cantile letter. Nº w # foot, a sho # commodity; ico ko Iow, imp nttle creature, woºn rennaeter, urer. een molen, m. corn-mill. # Hºorenmolenaar, m, corn-grinder, inlºorenoogst, m, corn-harvest, Hºorenpaſt huis, o, granary. 'Korenprijs, m. price of corn. keer ron, v. cornerose, vrense haal, v. corn-balance, Hºorensehieter, m, corn-stirrer, jºderen schip, o, corn-ship. # ehoof, v. cheaf of corn, op, v. corn-shovel, # » ## ſt, v. corn-ship, stinate. -1 vºl ense haar, v. granary. # r N en ikkei, 'vº reaping-hook. . S 3. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . :-: < is m, nav, corn-stubble, Meent, » # # ren wanner, # ni, wi » en te de .. & . . . . die dººr en self, ## heid, ## » S. N # bv. & b w. laconie, concise, ly. igheid, v. coneiseness. aard, Maartegarde, v. wateh-house, # » w, shortly, brieſly, zº kaart. Hºot ter, na e, bv. not long ago, lately, Hºornbeitel, wº to shorten, to clip, to erop, to deduct, lºond, bv. col » sake of brevity, etion, discount. # # hort, in a word. enectually, po v, efficacy. loon, bv. weak, impoten rachteloos maken, to debilit # el cartilage, rtilaginous, lelicate things. "#, in. .. ºver ene arm, Eidº, # ## # , aay karak, tuss, crack! » & E. . . . . . . . :s : #3 #ºrale, na crack, een krak krijgen, to be ,,nished, to be weakened, to be impaired. res, stuff, childhed, in de rakeel, o, quarrel, squable. <º:: - - - - - - - - - - - - - - - to be confined, in de kraan gerakeelachtig, krakeelig, bv. quarrels # w %. N Hirakeelen, o,w, to quarrel, to wrangle, to » to squable. » .. .. ºrakeeler, Birakeelster, m. & v. quarreller .. elzucht, v. guarrelsomeness. krakeelzascintig, bv. quarrelsome, Hºralºeiing, m. cracknel. » raken, b. &o. w. to crack, to creaek; iem harde noot te kraken geven, to gi bone to pick; -ing, v. cracking. m. cracker. an, v. eramp-iron. m, o..w, to be confined, to be broug kramen moeten, to be in the ilve of war. » tivit W karijsehend, bv. hoarse. Marijtaarde, v. cretaceons earth, Rºrijter, Mºr krijgswetenschap, v, military art. Erijgswezen, o military system. •woord, o, word, military term. zang, m. military song. . zuchtig, bv. warlike, # Harijgvoerend, bv. belligerent, at war, engaged wºr: krijg voeren de mogendheden, the krijseh, m. hoarse cry, scream. {gerent pow Larijsehen,o w. to croak, to cry, to shriek, to ser % Marijt, o, chalk, crayon , met dubbel krijt schr W ## weer, to reekon double, in het krijt ": bv. crying, whining. r, Marijtster, m. & v. crier. ebergte, o.. chalky hills, pedº-harig bv. woony-ha , wº to curl, to crisp (the hair), ºnen, m. mv. crocodile's tears. ! # #t >><< Hiraispaal, m. standard of the cross, jaaruinpad, o, cross-path. # # # Mirnispoort, v. port of the gunner's room. Earuiara, v. mizzen-yard. EAruisraam, o, cross-bar window, Exruieriem, m. sursingle. w, tolºruisscherp, o, cross-bar shot. #ºraaisseh ei, v. transom. Haruinsnede, v. crucial incicion, # # Mºruinsprong, m. intersection, er , het kruikje gaat kºrrainsteek, m. cross-stitch. r, totdat het eindelijk breekt, kruissteng, v. mizzen-top-mast, ### so often to the well, that it co-harnisstraat, v. cross-street. in at last, Z he pitcher to Kruis ter, v. wheel-barrow woman. &## # kºraaistoeht, m. cruise, erusade. Bºruiavaan, v. banner of the cross. EAruisvaarder, m. erusader. Ekruisvaart, v. crusade. EAruisverheffing, v. exallation. Haruinvinding, v. invention of the cross, Ekruisvormig, bv. cross-shaped. hººrnist W # kruisweg, m. eross-road, W geruiswerk, o.. cross-work. ruiswijze, bw, cross-wise, 1, o, mizzen-top-sail. rit, o, powder, gunpowder, kruit op de priming, al zijn kruit verschieten, tot e's powder and shot; niet tegen den aan het kruit kunnen, geen is ruithuis, o, powde . uitkamer, v. powder-roo uitlantaarn .. » g:# # # # # # # # ## # to meet with ill sueeess, » halaeid, v squearnishness, sickness, na, na thick waper, smoke. nemen, en w. to smoke, z. "Walraen. r, v. mass of spittle, 3% aan en, na wild archet #vvarmselachtig, bv. of a trucki #vvaasselaar, ºm de vraanselaars Havvarmee ben, o,w. to truck, ::::: kwansnis, hivvanswijs, bw, as iſ; iete kan wijn doen, te pretend te ENSWX XJWRN. ## il ik dan kwanawwijs, I pre dººrvaat, na blade, chap, een ze f ; een vroolijke leavant, eh, bv. & b w. indisposed, ill, tart, or fourth ſpart), guarter. artaal, o, quarter, ## arter of a hogshead. # .8. zoo door als een leven » in neckerchiet. » v. good-for-nothing. to babble, to tell tales. j reikt, to eut one's coat ace , they # # ove tog # en eten aaie en dan het » -... NRX-8 % » arding to one's iemand van Balken geven, to take ", # # # ## ahereider, m, cloth dresser, in aan Lakenhandel, m. eloth-trade. nfabriek, v. cloth-manafactory. mafabrikant, m. clothier. ſm aken handelaar, Lakenkooper,m, draper, Erpe, in opper, boat. uitbarsten va Lakenpere, v. cloth-press, # Lairen en, bv. cloth, of cloth. Lakemueheerder, m. shear-man, Lakenveldsch, bv. spotted. Lakenveryer, m. cloth-dyer. aliaal en volder, ma. fuller. ik kon mijn Lakemawever, ma. cloth-weaver. t help laughing, E. W ## v, cloth-weaving, ite m. woolien draper's shop. # ing, v. geog r, o, governan # er, m, countryman. ster, v. country woman. possession # land. 2. presentative usband, #aan terpen, v. sland steraarster, # » v, slanderons, calu | Lasterhoek, m. calamany, slander, 1 | Lasterdaad, v. villamy, .. Lasterdicht, o.. lampoon. Haasteren, b. w. to slander, to calumniate, to bl me, dºod, lasteren, to blaspheme. ideastering, v. slander, blasphemy, Haasterlijik, bv. & b w. slanderous, -ly, defama Haastermond, m. & v. slander. ing, pen. Haasterrede, v. calumniating speech. te astere ehrift, o, libel. Lasterstuk, o.. piece of calumny. ... WEx . ,,ARZWOOTS.V... » ## #### v. inclins tunnage, rincipal. # blesome, burden some ble; -heid, v. troubi packshorn # # to give any en tspuit, fresh, to qu » .... . . . . . . . . . . . . . . r, lavender; -bloesem, v. lay ie, v. lavender oil, oil of laven r, o.. lavender-water. .. er; een laver van d nxvelp, o.. lion's cub, you werikakooi, v. lark's cage. » weriksnest, o.. lark's nest, # uwvers, m. mv. eriagles of the bowline. eeuwtje, o, lion's whelp, poodle (a small doel, ELeg, m. & v. lay, ovary. # |Legaat, o, legate, legacy. Legataris. m. # - » ,,S Lega te eren, b. w. to bequeath, # Legdagen, m. mv. laying-days, running days. 'Legeeren, b. w. to alloy (as gold with silver). » Hºegeering, v, alloyage, N <3333333 #. v. legend. :: . Maeger, o. army, bed, form, seat (of a hare), haunt (of is ## { of a wild boar). # #komen, to spring als worden, to spring a leak, # virgin honey. v, leakage, , elteatef , nicely. apje, # tidibut, st, to banquet .. eating and drinkin hºe # # ight , # #aeve g, bv, lively, quick, sprightly, e sehrij- Hºevend #h. id,v.liveliness, viv# #, w lines. Levendmaking, v. vivification. ## NS. ELevengevend, bv. life giving, vital, Levenloos, bv. ## -heid, v litele neumpt he ! iver-oil; -worst, v. li .. ſt, v. liver-com ## # # 8: : : :$ v. inguinal hernia, gezwel, o, tumor in the groin. klier, v. inguinial gland. # # ## inflammation in the groin, ing, m. darling favorite, ingshe gheid, v. favorite occupation, N recht, or favorite dish. # eiing ur, v. favorite color. elingsmuziek, v. favorite music, WX aats, v. favorite place. .. eve sneer, ou geve rijver, m, favorite author, w, the Virgin, Lie b. w. to love. » # make up with. Hiewer, bw, rather, ik heb dit 1 ficent. I like this house better ; van lieve gradual- # ly; lieverkoekjes worden er niet gehakt Bren, here it no choice, you should it as it is. # natie-, o. mv. insipid in to flatter ### , to matter. de hen te iemand ge ein # N N if tºe. Er N illy , zijn lijf te goed doe # # N .. in in ordinary. # » frame. # ame ( as a picture), #%&### ## Linnenkooper, m. linen-draper. # ## v. laundress. Linnen naaien, o needle-work, Linssen naaischool, v. sewing-school. Linnen naaister, v. seamstress. Linnen was ehter,v. washer-woman for linen thian Linnenwever, m. linen-weaver, ſnufacten Linnenweverij, v. linen-weaver's trade, lin je innenwinkel, m. linen-draper's shop. ins, v. z. Lens. # Lintfabriek, v. ribbon-manufactory. | Lintwerker, Lintwever, m. ribbon weaver. ntweverij, v. ribbon-weaver's trade. » JLLintworm, m., tape-worm. » . . . . . . . . . . "Linzeboom, v. bladder-aut tree, | Linzenakker, m. lentil-field. Zº Mainzenmeel, o.. lentil fi - |Linzevormig, bv. lenticular, lentiform. |ELip, v. lip; de lip laten hangen, to politie op de lippen bijten, to bite one's lips: hart op de lippen hebben, to be frank. Liple lieren, v. mv. la lands. # Lipletter, v. labial letter, lab en poemade, v, in saïve, WX | Wear , en loop, r of doors, | winkel heeft den Hoop, this iLoopachtig, bv. gadding." ELoopbaan, v. carreer (a baan intreden, to int # .. in one's 'engen, toen un, to flow, to s #t i wer loop", ### jn oneer, m.r eid, v. z. nºg, v. reden astrijders |Losspelden # 23:..::: - -: 2-3: # , o, a b ed ple # bv. & b w. worthless, clut & b w. loose, free, ewd, changing, in m, to ſet to ioosen, o fire without shot, ee .. ede rukking, v. compression of the air. , w: to air, to match ta cask), to in the negative): laten ! ; -gat, ir-hole, temperature of the teor, # slep Luilakken, o,w. to be lazy. |ELuilekkerland, o, Cocagn |Latin, via humor, w # 'm. # # stuggard, luilak & » im, freak; in een goede in spirits, in een kwade tuin, in illh op zijn tuin liggen, to be on the look ait for a fit opportunity. Luinnig, bv, humorous, een luimig se Luinnigheid, v. humorousness, humor, e, in .. ## m. leopard. Luipen, o,w, to lurk. Luiperd, mar hypocrite, i » » » Luis, v. House, -achtig, bv. lousy. Luister, m. lustre, splendor, gloss. # & 3 :: 3-2. ## ## #, Viſt k, bv. splendid, magniſ ºm sº eaves dropper. ificent, (strious ager, » lager, bw, poorly, meagerly. &... . . . . . . . Magerheid, v. 1eanness, thinness. # agermannen, m. mv. fore-topsail's bowline, agerte, v. meagerness, leanness. .. gertjes, bw, lean, poorly. # Magistraatspersoon, m., magistrate. Waagneet, m. magnet, load-stone. * Magneet naald, v. compass-needle. Magneetsteen, v. loadstone, » iMagnetisch, bv. magnetic. agnetiseeren, b. w. to magnetize. netiseur, m, magnetizer. » gnetisme, o, magnetism; dierlijk magne! mus, animal magnetism. ahomedaan, m. & v. mohametan. ahomedaanseh, bv. mahometan, ont, o, mahogany. . mail; overland mail, land-mail. & # # W.. ...RZN » » » # # :::::::::... . . . :-3-38S. . . . - º 3 majesty; -sschennis, v.leze-mº , man rin. i de >. taehwit, v. market-boat arktschipper, m. master of such a host. Harktschreeuwer, m. guacksalver, mounte Marktvlek, o, borough, market-town volk, v. market-people. rietvrouw, v. market-woma an, Marktwetten, v. mv, laws, regulation of a fair larlen, b. w. to marl, # WWINN - ' 'X'. -W. "W WW Marling, Marlreep, m. Marllijn, v. marline, Marlpriem, m. marline-spike, » ## Marmelade, v. marmalade. #Maraneldier, v. marmot. .. niMarmer, o.. marble, -achtig, bv. marble-cole elf to the haarmerbeeld, o. marble statue. en mantel op den Mlarmerbeeldhouwer, m. statuary, one's profession; i . , bv. marble, .. en, to chid . S: v. marble-quarry. W armerslijper, m. polisher of marble, armersteen, m. marble. ## houwer, m. marble-cutter. mortel, m. marble-mortar. word, met iemand medesp % :?. % e side of any one, to take any o van Medestander, ma. partner, accomplice. » what is. Medestemmen, b.&o.wº to consent, to vote Medestemming, v. voting with the others, Medestrever, m. competitor, Medestrijd, m. competition, # Medestrijden, o.. w. to join in the combat. , to assist. Medestrijder, ma. fellow-soldier, utor. Mede vallen, o w., to be more favorable than # I thinks, to succeed, to fall with. .. Medievallertje, o z. Meevallertje. # Mede vieren, o..w, to celebrate... conjointly, te part in the festivity of . edevoeren, b.w to carry along with, to bring de voogd, m. Medevoogdes, v. fellow-git Medevrijer, m. Mede vrijster, v. rival. |Medevrijerij, v. rivalry. & # terken, o..w, to cooperate. verkend, bv. cooperative. evverker, m... cooperator. S. . . . . . . . . . . . Medewerking, v. cooperation, # edeweten, o.. consciousness, privity. " ijn medeweten, without his knowledge that is privy to any ºt ter broth #s"Eiging, "dancini: "En belangen denken, your concerns w care of, men is niet altijd jong g ; anael (koe, a woman cannot be always yong and # .. - laat men zeggen, wat men wil, let them # # | ### # # (what they please Mºlengbaar, bv. miscible, -heid, v. miscibility, engel, or two pints' measure, two pints. Mºengeldichten, o.. mv. miscellaneous poems, Mengelen, b.w, to mingle, to mix. Mengeling, v. mixture. twaalf Mengelingen, v. mv. miscellanies. k-cows |Adengelklomp, m. chaos. t. een A-engelmoes, o, confused medley, mixture, hod ujºlengelstof, v. miscellany. # Mºengel werken, o.. mv. miscellaneous . Mengen, bºw, to mix, te blend, toe ## to temper, to dilute; de hele nare | blend colors, onder een, door een | mix together, zich onder de menigte meng to mix with the multitude, zich in een tw | mengen, to meddle with a quarrel. Menger, Mengººier, m, & v. mixer, Menging, v. mixition. # » *: |## ## en een engehenge enschen geheugen » » meratie de # mankind, race of r of man, ####### » # at, m. misanthropy. | way to profit; ieman m: misanthrope, man-hater, in to put the knife , v. knowledge of men iſ het mes in den haaik zi o: life of man. ſ humanity, serable scrape : onder , Mensehennain, v. philant # NEW W-X&Z. ''W. "W WWZ g, praise of men, human praise. o human sacrifice, human victim. Mººie humaan pair, # # man duty, duty of man, of men, human race, ## %. after some time, # ## bºw. as a resident; anette te, to be a resident igen, to fix one's ab re, hou tains, 3 .3: 3: 33% uur, ma. pa n-wall. ddei oorzaak, v. intervenient cause ddelpunt, o, centre. # iddelpuntig, bv. centrical. ſee delpuntnehuwend, #" # iddelpuntzoekend, bv. centripetal, Middenschot, o, partition, midriff, midde van den neus, eartilage of the nose. Middelslag, o, midling sort. # Middeisoort, v. & o, middle-size, texthand Middelstand, m. middle-class. Middelste, bv. middle, middlemost. Middelstuk, o, middle-piece. # de Middeltocht, m, centre, ## ere Middelvinger, m, middle finger. ng. Middelweg, m, midway, means; den n bel houden, to keep the mean; een an rºl zoeken, to seek for an expedient: , Midden, o, middle, midst; het midden h! tassenen, to be between, to observe the " m between; een uit ons midden. " #&#%#3 te midden van, in the " w, in the middle, midde middle. #s, te ## # t the military fort # to measure wrong, " o miss one's aim. g, bv. & b w. "# disconsolate, ºf en, to say mass Maiana oedig b.w, to discourage, to disht het mis hebben, t << ###### ## mais, in that you are wrong. M g con isanthrope, misanthropist. Misnoegdheid, v. di w le, - 2 Misnoegen, o, diacontent, displeasure, te, ill backed, failure. Misoffer, o sacrifice of the mass, w # # Mºisoordeel en, o.wº to judge ill. Miapan, m. error, fault. Mispel, m. medlar, -boom, teen,b. w. to misplace, a t Misschie , bw, |Misschieten, o # fail. to wants tº o #. ## anord " Misstap, m. Misstappen, Hissteken, Mºisestelling, v. mist jMissstooten, b.&o, w f a mill. : e, instof, v. mill-dust. lentie, o little mill; hij loopt ene , he is a little crack-br ºr &## # shirts, -east, .. kill, to maul, to caress. d, o, palma-christi. # nger, m. mole-catcher. &: water-m 'S tild. rek, o, conferene # of age' oopt met ned # maa # shirts, Mo Men #os #os M » muscle fishery. osselvrouw, v. Mosselvvijf, o. m Mossig, bv. mossy; -heid, v. mossin jºost, ºm must, eider. Mostaard, Mosterd, m. mustard, den maaltijd, mustard after dit make a bad den naasterd rieken, to be very Mostaardiepeltje, o.. mustard-spoon, ardman, m. Montaardvrouw, he motives of to arizzle. ## zeldrijver, m. muleteer. ker with shoes and slippers. | # per-shop. .. .. ijf, o. m # # # S W •W . 's v: mossiness , m. muzzle » the ear, cuff, slap. bit: # » # the hand, met man mouse, stil als een muis is in # eeten do ot, desol » %. e, o. ºn » # Naaij wºen, o. cushion to se won en, to be beaten Naaimand, v. work-basket. when he is out Naaimeirie, o girl #i rns sewing, ooals zijn muts staat,|Naainaald, v. newing-needle. n the fit of humor he is in ;Naairing, v. tailor's thimble, tkeerd, he has a grumbling Naaischool, v. sewing-school, » » # Naaister, v. seam stress. ar den mutsaard rieken, Naaivrouw, v. sewing-sch tesy, ## Naaiwinkel, m. needle-w .. Maaisel, o.. seam, sewing, Naaivverk, o, sewing-work, Naaizak, m. needlework-bag. Naaizijde, v, sewing-silk. ,, vier naaren, in ;Naakt, bv. & b w. naked, bare, nakedly lind well; looze muur, mock maakt en bloot, destitute of every is een muur, firm as a rock ;Naaktheid, v. nakedi << en anuari loepen, to]Naald, v. nee na hebben ooren, naald genaaid, » & : : : : : Naalden # eniek weed. |Naalden ## o.. pin-money. Naal denk aald nizer, m. needle-case, g, m. needle's head. naar gelang, in proportion, is said, ####### ghtful, dismal, poorly, paltry work after. (whereas IN . , voegw. since, because, as, Nachtglan, o.. ni # lelancholy, -ily. |S:# , o, in # W, # |Nachthuisje, o, dismalness, ghastliness, frightfulness. Na ehtjak, o.. nig bv. & b w. diligent, diligently. |Nacht N d, v. diligence. h en voorz. next, at, near, nearest ; ik Nachtleger, or 't naast, I am most inclined to think Nachtlieht, hij, almost, very nearly , hier naas aei, aan te prijs, the nearest pri be the nearest. ſti n. & v. mv. the fellow-cr an est ºnde, bv. next, following subsequent. to ## one's words. # ark after. & ## or ur W IIlºn, % N Najagen, b. w. to pursue eagerly, to covet, to de ſlowly after one. |Najaging, v. pursuit. - ,"A ---- ---- -- fterwards. Naken, o.wº to approach. - # pe after. iſ |N### b. w. ## to revise, to exa piracy, pirated copy, emphasis, energy, Naklank, m., resound, echo, ## # k, ## I, impressive, forcible Naklappen, bºw. to repeat, to tell over, kheid, v. iimpressiveness. Naklauteren, ow to clamber after. # ## ## Naklimmen, o,w. to climb after. ## Naiklinken, o w. to resound, to re-echo. Naklucht, v, farce, after piece. # icond time. Na kluiven, b. w. to pick again. # harrow after Naknorren, b.&o. w. to grumble or growi afte Nakomeling, m. & v. descendant, off-spring, Iakomelingschap, v. posterity. w ::::::3 komen, oºk b. wº to follow, to observe, to perfor o obey, to fulfill. # # # ikonaend, bv. ensuing, next, koming, v. observance, fulfillment, perform de nakoming van eene beloft nagel aan zijn Nala Nal # ver ### » &% » 3 .. einzen, b. w. to meditate; -ing, v. meditation, neza, b, wº to press again, » # teren, b. w. to do over again with plaster. ten, o..w. to argument afterwards, W. . . . . . W. •• - , '' • WW Heiting, v. after-argumentation. oegen, b.w, to plough again. SNS # apluizen,b.w.to pick again, to investigate, to sean IN apluizer, m. investigate | 1 pluizing, v. investigat k, m. after-erop. X plukken, b, wº to pluk after, ok, v. pock that appears after the others, lijsten, bºw, to polish again. » . post or mail. 3 %; : : : : : : : : :S ten, b.&o.w, to repeat the words of another neering manner, to repeat. & ei, v. narcissus, -senhed, v. narcissus-plot. N: N # ºlosel signif # t nauw ## , exact, conse uality, conscient f, straitness, % accurate, -ly. Nazoek, o z. osely, strictly ---- -- auw, those matters ! > -- Nederla Nederhe - #### # meer, * ,-- . . . ening, v. revisal, ex N k, o Onderzoek. N azoeken, b,w, to search, to seek af Nazomer, m. latter part of summer. eh, v. nib. dingen, to haggle hard; Nectar, m. nectar. mºuw niet, it is no great matter, Neder, bw, down, under, below, lower. 'Nederaspunt, o, nadir. » Nederhonzen, b.&o. w. to throw down, t Nederbuigen, b.&o. w. to how down. Nederbuitelen, o, w. to tumble down. Nederbakken, o,w. to stoop down. Nederdalen, o.. w. to descend; -ing, v. º Nederdragen, b. w. to carry down. Nederdruipen, o,w. to drop down. ederdrukken, b. w. to press down. » S## v. depression, oppression lederduiken, o..w, to dive ; -ing, v. º Nederduwen, b. w. to thrust down. ederduwing, v. depression. edereind, o lower end. ene ow to go down, to descent dergang, m. descent. b. w. to pour down. '## to glide or slide down ####### V, Ctttt in # » en, bºw. to strike, to fetch don angen, o,w. to hang down. # ellen, o..w to weigh down, to slop' il v. bending, slope, # » e, to alight, to strew, to spread. ## , to stream down. troepen, b.w, to strip down. iſselen, o,w, to stumble down. len, b w. to tell, to count down. appen, b, wº to tread down, » den, b. w. to thread down the heels of. 'rken, b, wº to pull down. % allen, o,w, to fall down. ellen, b, wº to fell, to strike down, eiling, v. felling. x » iegen, o,w, to fly down, to alight- lijen (zich), w.w, to recline. loeien, o..w. to flow down. . , bw, to cast down, to overthrow, g, v. overthrowing. ###### # to set down, to settle. # # to look down, w, to # away, down, -ing, v. sinking. down, -ing, v. sitting neven en niets we n # ##### . N## rº. neg Nek egerslaaf, m. neg |Neigen, o w. to inc .. ### ten av Neiging, v. inclination, m: nape of the neer to break any o aanzien, to look any one with scorn # ool Neutraal, bv. neutral, impart very Neuzelaar, m. prier; -ster, W » Neuzelen, Neuzen, o,w, to pry into; h. overal. he pokes # nose every where, ºldtitel, ligt » # bv. nebulous, fo heid, Neveligheid, v. ne gginess, haziness. # º evelen, onp. w. to be foggy. evelamiet, Nevelrooit, m. fog, haze, even vlek, v. misty spot. f, next to; daar neven, nº de samenstellingen z.. Hºij- aannaam, m. one's neighbor. evens, voorz. besides, with, ': ether, ht, v. niece, cousin; we # » S In th the hearts and 1 et, o, fat covering kidne .. rtition of meid, v. self , v. trifler. l. .. to , hij lous, fogº haze. even, in raij-). are dag, m. new year's day. aarsdicht, o, poem on the new-y jaarsgift, v. new-year's present. .. eh, m. new-year's wis ger . . . . . urious, -ly; nieuwsgie- rious to know at # 3 . . :::::::::::::3 be on the pº onaan er, o. en viou en vious nviousness # ambt, Notarisschap, o, Notariskantoor, o.. notary's office otebolster, m. peel; -boom, m. Noteboomen, bv. made of waïnut. º Noteboomen, b. w. to paint like the wood |Noteboom en hout, o, walnut, Notedop, m. nut shell. oteeren, b. w. to note down. INotermauskaat, v. nutmeg. Notenkraker, m. pair of nut-crackers. |Notenpapier, o, music-paper. Noten schaal (Toonladder), v. scale. S# m, music-copier. » Notie, v. motion , daar hebben zij ge van, they have no notion of it. >- - - - - - & iNotificatie, v. notification, notice; iets cessary, necessarily. I tificatie aannemen, to give no further se ſto forceel tion to a thing. » .. » ense, sary, -ly, indispensable. ar ne saity, |Notitie, v. note, list, memorandum; not men van, to take notice of, to noti notitie nemen van, to leave unnoti MAN le, v. novel, tale, # ovellist, m. novellist, November, ma. November the third of November. Nu, bºw Degw, now 10 everzoom, m. tº of, voegw, or, either, it, whe yes or no; of aan hem of him or to her; of gij wilt will or not, vraag in een of in ask him if he will think ) zij dood was, she w e, v. observation. ieleger, o. army of observation, rium, o, observatory # # me ocean. .. # ## 1 alas ! oeh kom : why not 42 orning, des ochtends, in the morn-lºº d, to-morrow morning, van ## # fe unnoticel writer. derde N » ning paper. d, o morning-prayer. aad, o morning-dress. , o morning-gown. 4 it, ::::::S . . . . . . . . . b, wº to embrace; -ing, v en, b. w. to publish by sound rumpet. .. N n, b.w to proclaim by ringing ſannah er, o, ombre; -doos, v. fishes-box » % » jaren heren, o.. w. to play at ombre. # dºen hergezelschap, o, ombre-party. -moien, m. oil-mill. Dan herkaart, v. pack of cards for omb aper). Japan berpartij, v. game of ombre. kºraberºepen, o. "#. tste oliesel, extreme unction iſ na bertafel, v. ombre-table, <> om binden, b, wº to tie about; wij zull draai je oma binden, we'll tie a thread een sensortje om hinderen, to put on a %. dieren, o.&b.w, to turn over a lea b. w. to blow down, to pr » cruetstand. -kan, v. oil kan, % . . . . . . . . . . # trumpeting. Jºanhol werken, b, wº to fence about with » » to throw dow # # # ## - in # by g# # v, sound by ringing a 's #. mbre. ## par ds # tbre. ing, # bute, to deal, to sur, ## v, all th rounds, mijne omge-omloop, . S.WSSW.' • ... ... NS. S tion th Iery, jn, g # . pset, to overturn,to throw down , wº to gird, to gird on, to surround, ## rench, to circumvallate, to omhaal van #rden, circuity,# m.: » wordiness; omhaal van een schr fd # # & ::::::::3;&### ## .. o f a letter, weinig omhaal maken, ºmloo #### S - ' . . to fell, to cut down. to pull down. put om, to envelop. pery, hangings. ## le dow mbling do impark, to - - - - - - - - - - - - - ---- -- nclosure. d by water, round in a boat to put one's arms round . # wºn, g, ºmvang, m. compass, circumference, extent. 'mvangen, b. w. to surround, to encompass -L, contain, to embrace. Om veilen, “Dan vellen w. o blow down. W btw. to throw down. - ### w. to pull down. er raken, o w. to overturn, to upset. zº b. w. to run down. ## ſun g, v. turning up, turning over, rummag-lººnaan i, o, wrapper, cover. ##### ere, m. mv. perioeei, perieocians. roeten, b. w. to root up, » N gen, b. w. to inform the neighbors of is zeilen, o, Stb. w. to sail round, to turn foul of len :ircumnavigate, to double. lºna ehthna inzenden, b. w. to send about. (ment of capitals lººnachterd ti # sale; omzet van kapitalen, move-lººnachterdochtigheid, v. m, b, wº to turn about, to border, to dolon achterhaalbaar, bv. s to the amount of; veel geld omzetten, ºnachtzaam, bv & bw make transactions for a considerable amount of » .. money; 50 duizend gulden omzetten, to make for 50 thousand guilders transactions. .. zetting, v. transposition. ichtig, bv. & bw, circumspect, -ly. iehtigheid, v. circumspection. . N S iem, o.. w. to look back, to mind, to take care naar of; zie niet om, don't look behind you. # onnen, b. w. to edge, to border, to encompass rcle, to surround; to hem. th # #" " , bv. improper, int behoorlijkheid, v. impropriety, in he #houwen, bv. unhewn, uni ## » ... :-... » # # . Onbehulpzaamn,bv. # unable to hel ibleness. onbehulpzaamheid, v. disob ligingness, # ved of the holy to help one's self, helplessness. (sacramention bejaard, bv. young; -heid, v. youth, ## is onbekeerd, bv. unconverted. » ##### impenitent, obstinate, onceivableness. # on het eerlijkheid, v. impenitence, obstinae ied, not endangered. Onbekend, bv. unknown, incognity, onh barrassed, resolutely. I zijn aan of hij iemand, to be unknown need, unskilful, one, onbekend zijn met iemand, t riettee, 3. :S » acquainted with any one, onbekend zij , infallibly, I iets, to be ignorant of a thing; onbekend ity, i en is een ind, unknown never made beloved # opnbekende, ma. & v. stranger. dullness. Dan bekendheid, v. obscurity; mijn onk » heid smet die heeren, my: 1, v. confidence with these gentleme # # die dan my ign way; iets thing. titerranean ject, ## kt, # Dºngebruineerd, by Ongehuild, '5. unbo Dngedach ºngedachtig, bv. u jongedag teekend, ºngedeeld, bv. un divided. ## uit ºngedeerd, bv. unhurt. 8. 'W ºngedekt,bv.umcovered, met ongedekten ongedempt, bv. not filed up, * ºngedenkbaar, bv. immemorial. ##### bv. uncomplai w we is ºngedoemd, bv. unconde 1, bv. not killed, w -- # -lijk, bv. insufferable. m, bv. severe, rigorous, v, unbaptized. W w ºpt, bv. un.shelled. # jºngedoracht, bv. unthrashed. jºngedraaid, bv. untwisted. V gedrenkt, bv. not watered. ongedroogd, bv. undried. # ºngedrukt, bv. unpr unpressed, geduld, o, impatience. # geduldig, bv. & b w. i ient, -ly. Mangeduldigheid, v. impatience. ºngedurig, ongeduurzaam, bv. inconstan ººk aan een twee ####### ----------------------- N-------- W orms. ent, & bw, unhurr uncombed. bv, unelotte een gekarteld, bv. unindented. gekauwd, bv. unchewed. eerd, bv, unturned. gekend, bv. unknown, # "d, bv. not double milled. # S. neolored. not clotted. cleft . .. unelippen, geldig, bv, not eldig en alten, to un jºb (eut, he wron , bv. & ance - # # gular, extraordinary |ºngepleegd, b. committed, .. # # unplastered tiened, not rolled, no d. bv, unadorned. ## t, bv. not killed. W t tig, ble, %. » is een gat .. gºn heid, v. roughness, rudeness, ºnhanaerbaar, bv. unmalleable. ºnhandelbaar, bv. unmanageable, unt je ºnhandig, bv. unhandy; -heid, v. u is ºnhebbelijk, bv. clumsy, rude, unmanne lººnhebbelijkheid, v. clumsiness. 42n heel haar,bv.incurable; -heid, v. i ºnheil, o, misehief, harm, calamity, onl » » b gen, stichten, to do mischief. ##### , , 9 bv, & bw, unholy, profane, ly, usual,uncommon, unused, -ly.ººnheiligheid, v. unholiness, profaneness, unusualness. leſbaan ellend, bv. ill-omened. » se, » idºs, heilzaam, bv. un wholesome. » .. # aanheid, v. un wholesomeness, ºnherbergzaam, bv. inhospitable. ,, : # gzaamheid, v. inhospitality, lººnherk, , bv. unregenerate. > ijk, bv. not to be done over herhaaibaar, bv. not to be repeate herhaald, bv. unrepeated, abaar, bv. not to be recognizer elkaar aan", not re-eligible. v. irrecoverable. bv. irreducible. SEN irrevocable bv. & b w. i o weeds; # . row apace, v. & bw, unchaste, immodest, ly. deness, tºt » hheid, v. unchastity. '- '..' • - '... ' . W able. * 1 a W ig, bv. & b w. ignorant, unsk gheid, v. anskillfulness, bv. invulnerable, at ': ,,E# ago. 12 ilful, ly. occupied ha (ranc ignorance; uit onkunde, from igno-lein inſmit, manpoo # .. # # * * » nnaspeurlijk, on ºana-peurlijkheid, vº un ##### bº Eiji heid, ºnnauwke - # ik, bv. bv. useles ## S Onnoozen, bv. inno jdelijk, bv. intolerable, v, intolerableness. # & bw. .N impatent, -ly. # » w, tiri bv. inglorious. haar, bv. undeniable. baarheid, v. undeniab een onnoozel wie # wicht, a onnoozele bioed, je ºnschendbaarheid, v. oit , vele ºnschijnbaar, bv. unlikely, # table ent ºnschijnbaarheid, v. improbability, riftmatig, one chriftuurlijk,by. .. hriftuurlijkheid, v. unscriptural to per onschuld, v. innocence. , (suasion onschuldig, bv. & bw, innocent, uerable, invincible, onschuldige, m. & v. in nquered. | gen, the guiltless # ense, unmeasurable, illi-ion sierlijk, bv. inelegan loºnstijt , bv. not to be out, ed. lºsse snake is, bv. unsavory, disagreeab # N jkheid, v. unsavorine ir, bv. not to be melted, je, onpasselijke re- ": 3% peeler. » # • #n, to teach wit to, # # delivered, » » bv, inflammable. ng, v. kindling, combustion, ling, v. unbridling, door de ontbrei- van de hartstochten, by g N to be w w: to want to miss t, every thing is wanting . I am in want of every thin bv, untamable. bv. not to be shown to w, to unpack 1 npacki W » dead one, deceas S W the dead, d, the tabitab # ion , to shun, to escape. # | rwisseld, bv # rwittigd, bv. » à # ### en, bv. unconqu Intrepid, undaunted, in- en riks y, undauntedness, ong V w aar, tºen verwri oan verwrikt, bv. un moved. # ºnverzadigd, bv. unsatisfied. rtified, ºnverzadelijk, bv. insatiable, bºw, #t. -ly. elijkheid, v. insatiablen º E ## , hered, ikkelijk, b '- Onverzadelijt geeft fºtº, << e i, bv. not stopped up, not obst verschoon lijk, bv. w zeerlijk, bv. invulnerable. cused, teu. E verd, bv. unhurt. onverschoonlijkheid, ºnverzegeld, bv. unsealed. # # jºnverzekerd, bv. uninsured. ed, not fired away, unex-Onverzeld, bv. unaccompanied. it is nog ona verscho-lººn verzet, bv. unremoved. # ll untouched. Onverzettelijk, bv. un movable, obstinate # ºnverzettelijkheid, v. obstinacy. jºnverzocht, bv. uninvited, unsolicited, > unreconciled. # bv. irreconcilable, implan id, v. irreconcilablenes unsoled ti in ull-grow bw. incompl incomplete ncom ess. iableness. # not obs # le, ed. ble, obstinat inacy. g unsolicited, # # ilable, imple oneilab ene" u * npringely. unawares, sud required. y be ce yº, : » ; ik ben onvriend met # terms with him , i .N:... ....... . . . . . .XXX-, Y- .. ## e mad, the lun sgeerig, bv. anti-p sheid, v. foolishness. lijk, bw, unwisely. N unsafe, # venience, unsafety. º >>> # bw. #oluntary, -ly. 8 : : :: is, & mnwillingness. » » ekeurig, bv. in volunta unwill N fruitful, barren. barrenness, sterility, rdable. W W will ak ## any one smart for a thing; ie de oogen zien, to face any one, to iemand naar de ongen zien, ie de oog en omzien, tot stand in ºf to be the slave of any one's will, any one's wishes, 2 - - - -... . . . . . .S. thing one ; iemand de oogen verblind een rad voor de oogen draaien, o cast a mist before any one's voor de oogen kunnen zie #### opzetten, to be astonishment; zijne oog gaze on, to stare at; in eyes smart; de ooge 8 his eyes w oog , zijn oogmerk he-l » te 1 # ooren kunnen 's ir. (a slaneel een oogopslag, at| , een to bother any on ooren halen, tof! sen, to prick up one mijn oor en tuit the report, zijn ious to hear bear one's head Joost-Indiew , m. East-India- dºostnoordoost, on east-north-east. tvaarder, m. Baltic trader. dºostwaarts, bw, eastward, : ºostzuidoost, o, east-south-east. » oºtje, o. small-sized letter one, circle i » het ootje nemen, to make a fool o ## loºnadº: m: humility, 3 ºotmoedig, bv. & b w. humble, -bly, ºp, voorz. on, upon, up, at, in, about » ## an hour; op nieuw, ſion, the qi # roast again. eeast, W # t again. r, en, b w. to burn, to consume me. to spend in banqueting, to br to break open, to break up, to i ng the shee to decamp, het beleg opbre lººpdri box on e siege, die spijs breekt mij op drillen, b, wº to ses; dat zal u opbreken, you tº pen, br king up, de- » re: opbreking ving, v. exhumatie ºpgroeien, o, wº to gro se,jºphaal posee ºphaalb lººnhaaie r, dust man , v. cutting up, braggardism, r, to draw, to pull to fetchup 11' , # e tip, tºen $%#$ 33.33:33% # , to dig up. ## ring, tot unharibor, to bolt out je ºplader, m. ioa to calender again. (dislo ºp langer, m. futtock. # » ºplappen, b, wº to patch up. b up. » . . . oplaten, b..w to let up, toilet # suffer, to remain up , een w | om ee # e]1 na een, to take any s for any > the vo aiijk opnem & r ieman e tip ## # " superior officer. erpostmeester, m. postmaster perpriester, m, high-priest, perabbijn, m, chief rabbin. errechter, m. chief justice. ers.eheraker, ma, chief cupbearer. persen, bºw to press. perstalmeester, m. equerry. perste, bv. uppermost, highest. pperste, m. superior. V.' N - - - -,'' Opperstuurman, m. first mate, i op ## eer, m, gener ### b ppervlak º cialness tºppervlakte surface, superficies. oppervval, m. weather shore. Opperzaal, v. upper-room. ppikken, b. w. to peck up # ken, b. w. to paste upon, loegen, b w. to plough up. »oetsen, bºw, to clean, oken, b to stir up. v. embellishment, w, #. to fill, to 3% lings. # en pºp dress up, to adorn, to trim, toleºps am, to draw back, lººpspraak, v. v Opsprakelijk, b opspreken, o,w W ## w t op, speak out, orten, b. w. to suspend, to delay, to prorogue,|opspringen, ## ourn, to tuck up. je ºp iten, o,w, t horting, v. suspension, delay, adjourment. 1, 0,W, 10 o, inscription, superscription, direction, #### hoek, o, waste-book. arijfhoekje, o, note-hook, pocket-book. hrijven, b. w. to write down, to inventory. ve .. ehrijver, m. opschrijfster, v. noter. i rection, chrobben, b. w. to scrub. # against, 'hroeven, b. w. to screw up. |Opnt. ## b.w, to shake up, een bed "## zit #### N # , the rust gladden; b. w. to fill up, to er stuff with straw. op vnister, v. one who fills up el, o, stuffiing. # n, b &o. w. to blow up, als het the wind increases, bw, opwaartech, bv. upward. , b. w. to wait upon, to expect er, m. one who is waiting. # , v. : zijn ## smaal # | pa spects, to wait upon, zijn op cock, to turn up I t ij iemand maken, to wait upon any to pay a visit to any one. Opwakkeren, o.&b. w. to increase, to rou # ordain. - , v. ordination, orders. sº::::::::::::: ijk, bv. & b w. honest ": # ": S, ijkheid, v. honest ze any one in for solorder, v. order, comman y one of so much ; iemand the order of tot nade opzetten, to cuckold; er orders, wat is er van uw torm opzetten, a tempest arose, pleasure, what are your c incitement. # ººrdee geestelijke, m. pries spection, direction, regard, reference,jºrdinaris, v. ordinary, eating-hot nen opzichte, with a d teniºrdineeren, b. w. to order, to o ehte van, with respect ! ºrdonnanas, m. orderly (sergeant). in which respect, t orderly offic onnantie van deze doºrsneeren, b. w. to orde , m. organy, wild ºrgan. w ººk er, m. overseer, director Organist, m. o o. w. to sit up, rgel, o, or leven, to dance as others pi ## ga to qu llow down. ill, to inſlate. lf past ##### plaats over, there , een kamer over oom te re, # very pr nwoordig, bv. zº. Alomteg » aar, ºver babbelaarster, v je ºver babbelen, b. w. to tell. # ºver babbeling, v. tale-bearing, door de babbeling van hetgeen hem toevert was, by "#lattig that which had been i ºp verballasten, b. w. to ballast too much, m ºverhed, o. feather-covering. ºverheen, o, ## excrescence, ºverbekend, bv. known all over. v, too polite, officious. , surplus, v. surplus population, r, bv. very bitter. ----------- , bv. very white, t »el, the rema w, to remain, r, transportation. » . . . . . . . . . . xaggerated, excessive, im- la exaggeration, in het over passing the proper hounds ºverheer b. wº to mas f, excessiveness, # due, to domineer; -ing, w. to drive over, to pass, tºol ºverheer1 bv, evee zien in .. - overdrii weer ºver in erheen, bw over ## ºvernemen, ow upon one's verneming &## overov te: # one tooverp en, ºverpikken, b, wº to pitt verplaatsen, b. w. to remove ; -ing, v. - ººse: 3- akken, b.w, to paste over. " n, b. w. to transplant, M je ºverplanten, er again. ºverplanting, liberation, judgment.jºbverp, % to deliberate, to ex overpio # ### survivor. r, to surrender, to trans- e nakomelingschap ºverred in to posterity, radition; hij ove overred overred gran ath, passage gut, m one into 1 over. v, most wicked, bv, excited. # ## w.w, to overexert one's s g, v. span, overstraining. , b. w. to lay by, to save. eelster, v. adulteress. o, adultery. teler, m. adulterer. lig, bv. adulterous, de , the woman taken in adultery. interpane, quilt. » resence, » &o. wº. to # chie , captain, ste, wat zegt gij : 'ou say to that ? t ## ºverval, m 3 :::: 16  ºvervallen, b.w.t Overvaren, o.. w. to Overtellen, bºw, t ºve rden achter dºen wag - before the horse. dedek, o, caparison, WAAL - Wºº rse-cloth, # 'de kracht, v. horse-power. aardeleder, Paarde leer, o, horse-l Leaarden, b. w. to make use of a towing ## Paardenarbeid, m. difficult work. E'aardenarts, m. veterinary surgeon, horst are, money for translating, je aarden berijder, m. horse-breaker. . to translate, to ferry over. E*aardenbloem, v. dandelion. tter, m. translator, ferry-man. #aarden boonen, v. mv. horse-beans. tting, v. translation, :: ... . . . . . . . . . .,, Eaardendief, m. horse stealer. er, o, fer dendieverij, v. stealin to overlook, to review,jke aard en dokter, m. horse-doctor. # » W E*aarden drank, m. horse-drench. W Leaarden dreik, m. horse-dung. |--aardenfokkerij. v. horse-breeding, Paardengeld, o, tax on horses. ji'aarden haar, o.. horse-hair. | |aardenhandel, m. horse-dealing, |E aardenhoef, m. hoof of a horse, je aard en horzel, m. horse-stinger. Leaardenkam, v. curry-comb. denkeutel, m. bit of horse-dung. en klauwv, m. horse's hoof. wel, v. hippomanes, . horse load, ho li h ice, ', o, forage, ## #" horse-leath # n *aletten, o,w.t j ; -huur, v. rent. | alfrenier, m. g hiring, farming. # # # » w hiring game. w w # #thw, #e. el be t d. path; op het pad zijn, to be abroad. Er Padde, v. toad; opzwellen als een -- "- well with rage, to swell with anger; hi zº lm, decimeter; et geld als een pad in de veeren, he *alen, m, palm; den f money as a toad is of feathers. away the palm, dat is steen, m. toad-stone. & "al aanhoorn b ºr stoel, m. toad-stool, mush-room. » "# sluggish. "# puff I # # g, bv. dull and heavy. <---& igheid, v. dullness, heaviness. istok, m. paddle-stick, paddie. y palatine #P, eerage, x e, suit of clothes; mijn. Zo my Sunday dress; mijn a11edaa bag and baggage, bedelpan. #". ## # of # -- !! laseka, v. pearleashes. y. | |arelbank, v. pearl-bank. isºarel hoor, v. pearl-borer. .. liearelduiker, m. pearl-fisher. i geschotenlº-arelen: o, w. to sparkle, to pearl. to have had a relgrijs, bv. pearl-grey. » ºarelgruis, o, seed-pearl. # | arel handelaar, m. dealer in pearls, ſhºarelkleur, v. pearl-color. » jgeareileroom, v. erown set with pearls. & ## o. gremail, » » 'arelkust, v. pearl-coast. 'are Inno ºare Inneer, o, z.. Hºaartenaemer. .. Bearelmoesel, v. Pareloester, m. pearl, Eearelachelp. Parel schulp, v. pearl-shell, Earelsnoer, o, pearl necklace, &# ºarelvangst, Bearelvisseherij, v. pearl .. &b, wº to couple, to match. o: w. to pronounce one's fur geparen teerd, I stand in tten, to put in a p nthesis, in parenth t; ik der. Hearl, # pearls. th pearls. # m. pearl ! - pearl-shell, ij, v. pearl match, # to be at par 'o bet, iſ guilder, # O heid, v, partiality. jganger, m... partisan. eest, m, party-spirit. jºehap, v. faction; -twist, m. party-dispute-in- is o, bastif zuela, º: party spirit # -ie, bv, partial. ":"# ## # uur, v. score. .. ur, o, match. : |- astinak, v. parsnip .. paint in pasti %# # j, portrait in pastil. .. N p # u, m, upstart. is'astoor, m... priest, parson, pace, step, defile, pass, passport, dismissal, Pastori ## ## ## nd den pas afsnijden, to prevent one, toleºnswoord, o, # me's road, » • . . . . . . .NX . . . . . . . 3 jºatent, # & & bw, decorum, searce, hardly, just, van jºatent, bv. capit ## # mate eren. b. # . fit, convenient, appropriate, in time, pat; epas, unseasonably; te pas komen, # to be convenient, to be proper, to come in on, to be serviceable to come to pass ; . apply as » actly t sloop, v. bolster-cas is'en, v. pen, peg; onversnedene pen, qu pen vermaken, to make a pen; in de p to be on the carpet; 't is in de pen ge it has been forgotten, in de pen geven, to de pen voeren, to carry the quill, uit zijn gevloeid, flowed from his pen; opbreng de pen, to bring up, severed from the houten pen, peg, ijzeren pen. nail. » #enantepiegel, m... pier-glass. " er, god-mother; peet wor- en anttafel, v. pier-table. ». ... ... " # ther or god mother to jkºematen, m. mv. penates, household goods, -tante, v. god-mother: naten overbrengen, to take up one's iſ pegasus zadelen, den: zijn penaten opzoeken, to return hom pegasus berijden, tol, penaten wederzien, to see one's home # Mºennekunst, v #h#"hir. , ea .. peil, Hºennelikker, m. clerk, qui # # ': "E ijeenneme, o. pen-knife.” # # # # evel of the wa-sºennen, b. w. to pen, to write. ## p, ennen bereid h of Dutch qui -driver, |-rennen hou & .: , bound, limit. ### ºns ment, o, parchment, vellum. . . in een 1 vrucht, v. pulse. ºntbereider, m. parchmentdresser, kºersren, o, wº to sniggl. W inent, # # maker, m. parchmentmaker de tanden peutere s; op de pers, in the press, ter Pereel de tanden peutere 1, to put into the press, voor de Pers in den neus peuteren, to stir eeren, to read a last time for the press- hard peuteren, to work hard, ona, m. beam of a press, » ik*euzelaar, m... piddler. # »rd, o, pressing-board. # ºeuzelarij, v. picking, S.NWRZN.N bºw, to press, to squeeze, to crowd, to urgej ºeuzelen. b.&ow to pick, to press-man. .. .. Mºezerik, m... pizzle. » v. persicot. » Phantaseeren, o,w. r, 9 # & rave, to have idle fan , pressing, pressure- # to be a fancy mon o personage. ### W. . W.- SNN. . . . . . . . . . . . kº hilanthropie, v. phi it, v. personality & lºeihotographie, v. personal- » , jºehysica, v. nat persons, dienstbaar personeel, ser-leianimo, v. ondergeschikt personeel, subalterns, rei eriors, onder hebbend personeel .. n: m. person; in persoon, perso leren » ik in eigen persoon, I lieieikstof, m... pik van persoon, to know anyo sight Piepen, o..w to er persoon, so much S ieper, m. wh , of little stature; N zonde ing, v. ch reoons, without any personal con- ## bv. very & » « uw personal, ly, in perso e iſ in Energeia b. w. to c eleiding, vººr prosopopoeia, X. ..: W. . . . . .XX ### » elaarster, v. tippler tipple, zitten te pina o be tippling. # "impelmees, v titmouse. Eimpelpaars, bv. black and blue. je impernel, v. burnet. |E impernoot, v. pistachio. - . . . . . . kºeien perrante boom, m... pistachio-tree. in, we peg, pin, # jºinas, v. pinnace, ::38 ingel, v. kernel of a fir-eone. .. kºink, ui, little finger, ik verdraai er mij is niet aan, I don't care a straw for it. Ik in is, v. # fishing-boat, helfer. in ken, bºko w. to pink, te wink; een uit de oogen pinken, to wip a tear ºf , bv. topographical. anesehrijver, m. topographer, tebeschrijving, v. topography, planter, alse waarder,m, EPlaatsbewaarster, v. # er, o, dibble. .. » # ticket. # # # # # topener. Ik laating, v. planting, settling. local, plaatselijke gesteldh # v. abiaqueal hings. » # *lantsoen, o sapling, plantatio lace, to put, to set; geld plaatje laat, in puddle. na 1 van een artikel iſ naaslank, met plan dank beha ell mue zeian rege pouring shower, %. er, # st bstitute, > . . . . . . . . . . . . . . # # . placing; plaatsing van geld, in-ie- of funds, plaatsing van een handels- sale of an article. per, m. polisher of plates, polis .. m. major of the place. .. » clownishness, rudeness, leader. Eelonzen, o &b. w. z.. Hºlonapen. r, v. law-suit. *iooi, v. plait, fold, in zijn plooi, in g # # : het is uit zijn plooi, it is out of ord 1, v. court of audience, ## aan iets geven, to give a turn to ig, v. litigious. de pioniers op ien aan de voorhoefd eht, v. litigiousness. , , 1 rows in a person's forehead, zijn gelaat pleasure, favor; pleizier vriendelijke plooi zetten, to put in zier Elooien, b, wº to fold, to put in order. iooier, m, Bºloointer, v. plaiter, accom r ons te, ſo #º1 ooiing, v. folding. # amuse one's self. oten, b, wº to pluck the wool off. e # ter, m, leather-dresser, eling, Mºlotselijk, bv. sudden. elijk, bw, suddenly # W m. & v. bung, plug. in huim, v. plume, feather, ie is, te besto g hed, to spin, een offer rie libation, wijs en plengen, ## » ## insachtig, bv plumy. uinmateriaa, v. plume-alum. inhal, m. shuttle-cock. ############# | naaken, to fetch a pu # | pump blows; de pomp E*loert , om de poen, is de pomp in veruit ## w # , for money's sake. 'onapbaix, m. char looi, in gt fart, wind, een poep laten, to let a fart, om phoor, v. pump-borer. ºut of orde elderij, v. hubbub, # (to let a wind. En om permamertje, o lower p! en vi # , o,w fºrt, (with, vºormpen, b.&o. w. to pum puss; niet voor de poes, not to be trified verzuipen, it is hard stru D. little cat, darling, nice thinh. En amper, m. pumper. m. hotch-potch, hodge-podge. *ompernikkel, m. rye bv. poetical, |Lºompgas e k, prank; iemand eene poets hak-Lºompgat # any one a trick. W # ,w, to clean. »v. plump, chubby, dimpled. w gheid, v. plumpness. w Eeo w # ry. # ton credit. Rºompke N of, on tick, upon trust, Lºompitie to buy upon tick, ## Lºostpaard, o, post-horse. #Hºostpapier, o, post-paper. # lºost rijder, m. post-boy, courier, Poetse hip, o, packet-boat. how, - Hºost tijding, v. news, post-news. e, nice, delicate, Postuur, o, posture, shape, figure; plar. postuur, of a fine stature; zich in in, ho wakes people in the morning.j zetten, to draw up, zich in postuur is, bv. porous, # iſ om zich te verdedigen, to throw er, o, ºorſiersteen, m. porphyry. into a posture of defence. # $ 8. # . ºostwagen, m. stage-coach. tºt .. Leontwezen, o, etablishment and system Pot, m. pot, stake, stock of ### pool ; ht i pot, ordinary fare, den hond is, dºen er den, to find nothing left; z, Bºund 1 e | de pot schaft, not to be dainty, dieh 1 pot, very close; den pot winnen, to stake; den pot verteren, to spent th burn one's fingers; zoo pot zoo dek ## ## 't is eers pest aat, it tter's clay. Athe sai up , snan Mºestage, Jack- r mee als Jan Bºotage ree with it, # et i it given me by... w achtig, bv acity. Presentie. v. presence, in mijn ºl, talker. » #ºresentielijst, v. r # # le, o, gossip, flying report; een praatjeſ kºresident, m. # en met iemand over iets, to speak to any rem, to be in the hout a thing, het praatje gaat, it is a l, there goes a report, een praatje vº in postuur as no ears. # N " throw on Lier v. tanker,'chatterer, gossip, , v. pleasure, W toel, m. chair of eloquence; op z sure ; pret heb to be in a prating fit. one's self with cht, v. talkativeness. retamaak n o..w, (on, forn to beg, , m. beggar, -ij, v. b. v, pomp, magnificence. magnificent, sumptuous, ly. | #### #, Ork, # t tice; in praktijk brengen, tot to bring to practice. --- &o.w, to practice (as a lawyer wyer w-,- ........, o press, to squeeze; z unier à press of sail. is en "à incitement, ei, o greinde n W dºor oefspel, &## # rik o death where is roefsteen, m, touch-stone. v. hard de ver enen tegen roefstuk, o.. master-piece, sample, trial Heroeftijd, m. apprenticeship, novitiate. Heroesten, o..w. to sneeze. * |Proeven, b. w. to taste, to try, to probe; met Iity, is er den Engelse human uit proeven, this sa rick, to spur, to excite. Eeroever, m. taster. T ( of the English ag, incitement. Eerofaan, bv. & m, profane. » # ik"rofeet, m, prophet, de groote profeten, # major prophets, de kleine profeten, the mi w i prophets, een profeet die brood eet, a - - | prophet, ## rop heet, prophet of e; -schap, o.. p. ! tidings; een #e is nooit geëerd in 1 r, princip eigen vaderland, no one is a prophet in own country; de wet en de profeten, a e; een man zonder princi- , isºrofessor, m, professor. yal, Bºrofeteert ':# to prophecy. W tess. gikºrofetes, v. prophete tojºrofetie, v. proph #. bv, "# etic. E*rofijt profit, gain. telijk, bv. & bw, p lijk w N ºpen, .. # # fill, # N #% # m. pop-gun, dram-drinker, »meliet, m. & v. proselyte, bliek, bv. tus, ma & o, prospectus, .. girl of the town, t, o.. protest, protestation, met protest zºu bliek, o, public, in het pub gkomen, to return dishonored. # het aanwezige publiek, tho m, protestant; -seh, bv. protestant. Hºudding, in pudding. eren, o.&b. w. to protest ſtegen, against);lke af, v. mind, humbug, g ssel laten protesteeren, to get a bill to have something again prebend ; -nier, m... prebendary. uie, v. under uin, o, a kind of almshouse. .. oduce. ## v. provision, victuals, stores. eren, b. w. to victual, to store. uis, o, store-house, # ster, m. purveyor, steward. ######le ller, -wagen, m. waggo # » rampe ## # int, na guietist, v, #### # ar, wº va, en orient, o, quotient ovisatie, v. assessment. tineeren, b. w. to assess. een &3:33: : : : : : : : : : : : : :s : zal het raak zijn, if ever a we seinen rijgen : : 3% . ASX: . . . . . # ut between the English and reak out i , it will not be a trifling matter, den haijkſtag ## , the hin ... : 2°. . . . . . . . . . . . . . . . . 3. » aan, to hit » ## vºetangent, (atthew N i window, frame; aan, voor het r na airn , zijn raam te hoog anaal neºn .. S gºt makruid, o. ikatten val, v. rat-t: bv. raw, uncooked. heid, v. rawneas, # # # ## urd, m. ravenous nature, lºkavelaaas, o, rogue that deserves hang keavengekras, o, croaking of a raven. Etavenzwart, bv. as black as a raven, Itavotter, m. wild boy. ,ietavotster, v. # wild girl. y Meazeil, o, yard-sail, # iekazen, o, wº to make a great noise, to 2 # # # to sing; gij moe #z: : : :... 3 ner, v. iteageeren,o. .. de, v. 1 Mºebel, m. rebel; # # # rebellion, .. bv. rebellious. ren, b, w. to ticize t, m. critic, # , v. rawneas, nature, deserves han of a raven. as a raven, girl. reat noise, to W. een net t S., , o,w. to reb edactie, | |dactie ee paper, een gel the ## .. Ikeddeloos, bv. Eten N go vlucht, to make a zaken redden "## # # le, -ig, bv. rectangular, lºkedding, v. delivery, hali "# # # S." nesie # standing, in de 1e verstaan, to list ijn, to be ..." hij ed equity. ts en links, rig over de reeh well to the wi klappen, blows are falling #". there was a shower alls; hij zal nat regenen, he wi eeden, to provide for any tegen mantel, m. overdress. n en reed en, to provide for tegenscherm, o. umbrella. , & er. tone's self-lºkegent, m. Regentes, v. regent, reg % # Etegen tijd, m. rainy season. N. ER pij, v. freighting-company, Etegen tºehap, o. regeney. ## # # Etegen vlaag, v. shower of rain. - 28-S ereedschap. Etegen vloed, m. torrent; -water, o ing, m. tra manufacture, Regenwaterbak, m. cistern. ig, bv hand, m. reef-band. * #egen waterpomp, v. rain-waterpum #1 en f-hole; -talie, o, reef-point. je tegenwind, m. rainy wind; -vwo ik, vººr w, to t keggen, b. w. to strike the mast. tegister, o, register, record. # # # # # # # ### | Registratie, v. registration, entry. , chain, ridge. * Etegistreeren, b. w. to register, to enter rope, string, p, strip, flasl - -> o. regulation, statue, rule. 1. angling-line. Hºei, m. r. chorus; den rei aanvoerd ter, Bºer # m. rope maker. | the dance, ter reie gaan, to go and eft, erack, split, chink. (son gaat geen reiſ voor eten, a hun ls, sweat or foam of a dying per kºeien, o,w. to sing and dance. 3 E. EN and wash the dead. #te m..heron; -jacht, v. heron- # .. -... . . . . icooi, v. heronr ; iemand hand rei g hand, ten hemel reik st, het ng na ts a shower men, he wil .. is. ## « regent, reg ## f rain. - water, ## # & ..:S ::.: ººs eiling na m. mvº travelling-expenses, m.. desire of travelling, tel, m. travelling cloak. ing, m travelling expenses. dig, bv. ready to set out, m: carpet-bag, .. w, to travel, to voyage m. Eteizig lothes-horse roost, ": extensible, tensible, extensibility, m: reckoner, arithmetician, ar, bv. e # # 3.338 # o: ciphering book. & o ciphering board. # b &o w. to count, to reckon, to cipher,laten om reken » ke no account o thing but death, da ººk een ketting. Hiermee horen, in 1-tenanten, b. tºenmonstrant, m. remonstra lºtermonstrantach, bv. remons jºken, m. run, galop, yage. izigeter. v. traveller. is voor alles, that is is een remedie te very per ## Etenaise, vi, nee, mitteeren, bºw, bºw to trig, to stop. aan den ren, a- jºdenhaan, vrace- Eten dier. o rei ſtenegaat, in a g ze er nºrs en men heeft, one mº en, to have a good best of the means one has to dispose of. an, it cannot kiemblad, o, blade of an oar, # (the test die iemen, b. &o w. to gird, to row. » #iensgat, o, stirrup; -klamp, m. elamb of #... # Etienne lag, m. stroke of oars. bottle. » latiet, o, reed, cane, rush, thatch; in het rie r, m. perfumer j, pen, to turn wrong, S S-38. -S. ## o, reedy naar N # f # va oeier, o, perfºrming powder, 3%; 2x3 % #" " " "E: # #% ##tietfluit, v. reep-pipe, -gras, o, reed |Lºtietpijp, v. reed-pipe; -snip, v. sn BRietst ok, m. reed, cane. id, o, reed-ground, .. carcass, skeleton. , set, series, file, op één drive, to spaw era, to skate n: impe mperial h 1 eag office. grººt ºf » government, » m. rixdollar ; -dag, m. diet. o, jurisdiction of the empire. . sovereignty. kan evindt, » ka daalder, - - - - - - - - S. gebied w, m, circle of the empire. m, v. imperial crown. , m, counsellor of the empire. een, o, fief of the empire. atmeester, m, treasurer of the empire, % , imperial city; vrije rijke stad, fre staf, m. imperial sceptre (tow ijkstroepen, v. mv. troops of the empire, ergadering, v. imperial diet, : : : : : : : : : # , m... prince of the empire, vorstendom, o, principality. unctionary, exciseman ike and Rijn werk stijsbos, m. hun tij-chool, o ridin W ## o. brush-wood, |Rijst, v. rice, :## Etijstebrij, v. rice Rijstebrood, o, ri stijstaat, o ziet Etijsvvaard, m. land a river. nijtijd vºl spaw j W. ca # te, # h. W . » » hippopotamus. eent aat er ººk van..., to Etner, o.. rudder, helm; het roer zitten, to b roer luisteren, to answer the in handen nemen, to take the m rs in one's hands, het roer w » : uit. » » # » -. trument used to brand cask swith | affai '-WWW. " aan staat w. to run up and down. helm of state ; zijn roer niet recht ku houden, not to know how to manage o concerns, to be tipsy and reel about , hou is eerder, m. stirrer. » Etoerdomp, m, bittern. » S # Etoeren, bºw, to stir, to move, to mouch, to af roerende goederen, personal estate, moval #oering, v. motion, ## vier op up the river, de S # er p in '' " , roer recht, don't lose your way. Roerion, bv. motionless, without a rudder, toerpers, v. tiller, helm # # ### Ekeersel, o, that whfeit is stirred, impulse, d # heime roerselen van het hart, the secret spatula. (pulses of the ſh , whip-staff, stirrer. zijn roes uitst in den roes # # rondte, in a circle, roun Ronduit, bw, frankly, plaiml jºttend venten, b, wº to peddle Etond vliegen, o w. to fly round, - ovel, X. . . . . Etondwandelen, ow to wa ballad, song. Etondzwerven, o, wº to wan bv, romantic, .. (velist, tong. v. standard, # hrijver, m... Romanschrijfster, v. no-jºonken, o..w to smore, to purr, na, trash, confusion, medleyſ, een heel elitonker, m... Roeskster, #" # l, a lot, om de rommel, old things, jºonking, v. snoring, o..w, to rumble, to roll. &##### ## rumbling (bv. of the bowels), » ºlen, huw to ", v. lumber-room. service or the navy. .. & . S& ººk onze hons, vi ## » ## r, m. one that oºd, bv, red, zoo roo naam, red as a turkey-c ## as red as fire; rood van dit of med, #% van rooken, that ile pijp rooken daar van tij S # and then they are (quarrelling there. g ror N N %.... : : : : : : : : : : : : : :: 3.33: 3% w # | to mourn for; in rouw gedompeld, into mourning, rouw hebben van, to , to fee t , flue. ſor house i gret of ; geen rouww hebben van of a chimney, smoky roomlºtouwband, na amourming band. de pork. itouwbedrijf, o, mourning. W W." Bouwbeklag, o, condolence. (of perst S er in mney doctor, je touwbrief, m. letter to communicate the dea er een smoke consuming. Etouwdicht, Rouwgedicht, o, elegy. sch, o smoked beef, hungbeef. litouwdrager, m. mourner. .. (sold wear mourning, to repent, to card; het ro N. - N-V 2. RNW . . . . . . . se, house where cream i mij. I regret, het zal u rouwen, you f, cream-cheese, 3. . . . . . . . . . . . . . . . . . | repent of it, you will feel regret of it, v, Roman, Roman catholic, de rooms-Hitouwſhours, o, scrape. r, the Ron lic church, de Room: #":", Rouwgoed, o, mourning. int S& » Rouvv bv. mournful, sorry, ik ben er t mind it. I don't care man, catholie, papist # ona, I don't me > nºt care # #Rouvvklacht, v. lamentation, condolence. un), stouwkleed, o, mourning dress. de roos, under touwkoets, v. funeral car, hearse, to sleep as a top lºs ouwkoop, m. smart money # ! ben, to repent one's bargain e , to back to maintain ee, reverse. "N lºt uitijd, m. mew. » zijn, to be moulting Etuk, m, pull, tug, jerk. moult. Rukken, b.&o, wº to pull, totug, to tear, '- ; -heid, v. hairiness. snatch, to push; te veld rukken to rough-hew, W acht, v. horse-guard en, b &o, w, to smell, to scent; geuren te n, to smell perfumes; wild rasilcen, to seen - w," - - -- game; iont ruiken, to smell a rat; aan een eſatuals wind, m. gust of wind, roos ruiken, to smell a rose; hij kan daarin kul, bv. crumbling, hard, pungent. et aan ruiken, that lies beyond his compass, Mºkum, m. rhum; een fles Ex zal er niet aan ruiken, he will not have de ruimtesch, the rum bott -- ng of it, het ruikt naar museus, itatumoer, o.. rumour, uproar. of musk , dat zal naar geld rui-| Run, v. tan, # l be very dear, Eeund, o, ox, cow, buil. segay, lºun dergebraad, o, roas . ange, barter, bargain, een goeden, ººk anderharst, m. loin * ruil doen, to gain, to lose by the bar-fºunderpest, v. eattle-p ## iten, o..w, to barter. #undvee, o, cattl w iten, b. w. to change, to barter, to truck "- r »fgº nives for gold dust). hange, barter. w hold, void, vae f. large, wide, is mer, a spacio # n neen, jk als, fully as bove ten years & more than eigh ust harak, v. coue tdag, m. day o v. rest, # k, # # # # salon omon, salomon is thu ! hem, he is a very shrewd fellow. », W # salon, o, saloon, drawing-room. # . salpeter, o, saltpetre, nitre. re-time, holidays. salpeteraehtig, salpetrig, bv. nitrous. repose, hour of recreation, salpeterbereider, m. saltpetre-maker. m: perturbator. salpetergeest, m. spirits of saltpetre ugh, rude, rugged, ly. salpetergroef, v. saltpetre-mine. & ht. (ruggedness.isalpeterhut, v. saltpetre-house. uwigheid, v. roughness, rudeness, salpeterzuur, o, nitric acid. ble, quarrel; ruzie hebben, to bejsal neeren, b. w. to salute, » ie maken, to quarrel, ruziesaluut, o salute, salutation. & .# a quarrel with, x jsnivº, o salute, volley, een salvo van toejui- Ruziemaakster, v. Ruziezoe- en ingen, a round of applause. < ## oekster, v. guarrelsome ## v. simar. ſter into partnership. # # 3 : samen, bw, together, samen doen gaan, to en- # # # i # : sannen aarden, o.. w. to sympathize, 3%. 33% # # samenbinden, b. w. to bind together, to connect, S 3%.3 # 3 % to mix, to amalgamate. .. ſtio # » samenbinding, v. connection, mixture, amalgama samenbrengen, b.w, to bring together. annen doen, o.. w. to put together, to be partn en dragen, b, wº to carry together, samen dringen, b, wº to compressº » # samendrukken bºw. to press together, to compr d voor aahhatisannenduwen, bºw eze together. nt bread. #sannen dan wing, v. compression %3:33 % W: • : . . . . . menhang, m. coherence en hangen, ow to ##### #ien, schakeling, v. con .. inschikken, b..w, to e samen schik ## ##### samenscholen, o,w, to flock together. samenspannen, o.. w. to conspire. samenspanning, v. conspiracy, samenspraak, v. conversation, con samenspreken, o..w, to converse. samenspreker, m. interlocutor. sane, v. sauce. » % & samenspreking, v. conference. » sausen, bºw. to sauce, to repro samenstel, o, system, compound. is aankomen, v. sauce boat, samenstellen, b. w. to compose, to compile, to comesauslepel, m. sauce ladle, -pa samensteller, m, composer. .. (pound, savelboom, m. savin, >- :: ->< menstelling, v. composition. S savonet, v. s avone thai, m. wash menstemmen, o..w, to agree to concord. |savoyelrool, v. savoy-cabbage. samenstemming, v. agreement, harmony, concord-seaphander, m. life-preserver samentrekken, b &o. w. to contract, schaaf, v. plane; na et de ruwe ºlie # samentrekkend, bv. astringent, costive, carelessly; er de fijne schaaf over hºe W intrekking, v. contraction, a stringency, gaan, to polish it. »  men vlechten, b. w. to twist together, # iehaafhanke, v. joiner's bench, menvloeien, o..w, to concur, to ſlow together, schaafheitel, m. bit, -naen, o, menvloeiing, v. confluence, concourse, eur-schaafsel, o... shavings. # ramenvoegen, b, wº to conjoin. trº senaaiapaanderen, m. mv. voeging, v. junction, conjunction. W en voegsel, o. conjunction. # # S.NTW nvouwen, b. w. to fold up. sanne uwing, v. folding up, s en rºer ºver #. o..w, to grow together. # x een, o, texture, tissue, web ng, v. cooperation. n, b w. to warp up, en, o..w, to dwell ## to men woning, v. dwelling to #% w, to wri listing ft, seh shaft, not fit every foot schaften, b w. to eat, to dine, to take tone's ; -in, v. shepherdess schaftgat, o, wicket; -tijd, ma. dinner time. # .. sehakeerexa, b, vr. to variegate, to chequer, p-hook, erook. schakeering, v. variegation. # # ### # # # # # # # # sel als eersel, o.. variegation. # schakel, v. link, mesh, concatenation, drag- Selakeien, b.&o. w. to link, to con catenate, to with a drag-net. # king, #atenation. # -| o: garh of innocence; in sehaaps # % . # tot u, they come to you, schakeling, v. lin epfold. (in sheep' clothing senal einet, o, trammel-ne # air of scissors, is , troop, schaken,b.&o. w. to run away with, to ravish, to de senaar uit, prices are at chess, to slacken, to veer; zieh laten se r het oog van de schaar, een door, to elope with. # self, schaker, m. ravisher, chess-player, ig, bv. notched, schaf, m. sound. N schaliebijter, m. horm-beetle. ## 3% schalen, bºw. to fish, een maat aehalen, t alle, m. rogue, scamp, wag, # chaikachtig, bv. sly, waggish, roguish. schalkachtigheid, schatkheid, v. sliness, se haikseh, bv. sly, ## # schaliehijter, m. horn beetle. 11en, º: "und. & 3 :: 3 .. # id, v. ind &#:::::::::::: zich], w, schamps na, graze, glance, schampen, o, wº to graze, to sli W mper, bv. & b w. scornfu ## N e's) din time, penhok, o, sheep-fold. hapenkaas, v. sheep-cheese, hapenmelis, v. sheep milk. ::3333 est, m. sheep's dung. penaat, o, mutton-broth. hapen ongel, o & m. sheep-grease. hapeſ » schººf, bv. n)stal, m. sheep-fold. zie hten ºp eelt ## sheep. t, slanting, slop s en, to make w meheer dat juffert wel, lit seireefhalen, mºet nwol scheefheid, # v x .. » # ken, v. transparent clouds ; een Inebei, ## sehapenwolken, a mottled sky, a cardled sky." ht, v. fleece, . sheep-skin. : '': 3,3 % k, bv. tolerable, indifferent, moder , bw, tolerably, pretty well. » jikheid, v. tolerableness. ## . ###### < S. e, v. multitude, crowd, band. » haren, b. w. to range, to draw up , zich in sla ren, to draw up in battle-array, ziet t vuur scharen, to draw round t der de keizerlijke van en s ge one's self under the imperia in, scharlakenrood, or se clary, orvale. (kleu lzel, m. skeleton-， W ship-carpenter. aval expedition. equipment of ships, rigging. » #ne. w Ig. . v. nautical expression. oogd, m. e mmander of a ship. acht, v. ship-load. sea-term, term of navigation, hgation', # # W shearer. ren, o warp. | tice knavish tricks, to utse for schel machtig wij sehelen nie veel, we 't kan mij niet schelen, I do it does het scheelt niet veel, ### wat scheelt den man ? what ails 1. scheelt iets aan, something is the it; wat scheelt er aan ? what is wat scheelt u ? what is the matter mij scheelt niets, nothing is the me; het scheelde niet veel of # #e: he was near being killed, e niet veel of ik was zelf geke on the point of coming myself. seheimheid, v. shrillness. scheiklinkend,seheimuidend, selse koord, o, bell-string. schelkruid, o.. great celandine. #sche IIak, m. shellack. schelden, o &b.w to ring the bell, t meid scheiden, to ring for the serv ehelling, m. shilling, sixpense, schel na, m. rogue; den seheim spe »ul practice voor een schelen uitmaken, to ca knave, voor schelm weggejaagd be dismissed ignominiously. " machtig, bv. & bw, roguish, -l schelmerij, v. roguery. "- helmseh, bv. roguish, ras tuis, o.. piece of ## w ig, bv , v. shell; -achtig, bv. test pdier, o crustaceous animal. hing is the in 't what is is the matter thing is the veel of hij in being killed, s zelf geko myself dend,bv.sht ndine, is the bell, te een for the serva xpense, eheten •pelen O foul practice maken, to call eggejaagd wi g Y. ### roguer neat To ar, to fit o pardon , wijn sche # » » orrer win »earer, butl er 2. er, donor. tel, m. kettle, tea-kettie. v. side-board, G v, violation, rape. k, bv. nefarious. hristen, m, false christi deugd, v. feigned virtue, ood, bv. dead in appearan oode, m. & v. one that appear to nen, o.wº to shine, to appear, schijn geleerde, m. pretended lear schijn geloof, o, false faith, hypocrisy is ngeluk, o, false happiness. schijngoed, o, imaginary good. » schijngrond, m. seeming reason. art, to east, to veer, schijnheilig, bv. & bw, hypocritical, .. # ## #, v. hypocrisy. aak, o, false pleasure. riend, m. false friend. v, seeming to be wise, der; in zijn schikt, moet geen oude scho dat men nieuwe hºe .. tie. » good yo e, before rtue, hypoet # host; hij is bang voor a grasp, ik zou in appearance- sehim, he is afraid of hij shadow.j staan, I should e th ###### met honden we app tance, hesitatin end schoenen, she did not y # he was unshakable, hnenband, m. sl ner, m. sch icht, o satire, -er, m. satirist, .. nº, o, wº to taunt, to seoff top, at). .. #". injuriously, tauntingly, is . ## » # #eal, -ly. I the circle of his family; in pedantry, W zijn, to be in heaven, to be happy ; het w pedantically. | in den schoot leggen, to yield, to come school-girl. mission, de handen in den schoot legge m. school-master. ] desist from any further exertions, to submi v. school-mistress, w one's fate , met de handen in den se tor of the schools. , , ten, to remain idle, to sit still, to do no gation to go to school: de schoten vieren, to ease the sheets, schoothondje, o, lap-dog. (way, - a sckootkindje, o, foundling, een sehootk van de RFortuin, a favorite of fortune, a <---- |S:# # le:# apron. (child off << hoot vrij, bv. shot-free. hoo verzeil, o.. mainsail. w v. shovel, spade, scoop (spade), schommel), schop, m. kick; den sch ven, to dismiss; den schop krijgen, tot missed ; met schop en spade, with pick-an spade; iemand op de schop zetten, tot one out; op de schop zitten, op den sch zitten, to epend on the s of any o schoppen, v. mv.: ": raatas, # ace o ## " A- klºk ten gººit, < to be di onh is ground, , sense of harsh , een specious. ----R w ## r, cleaniy ; er-in-law. ## area ne e, o, saucer » # # #E ter, o, dish-water, sch x-::::---- der b, # piece of iee; ijsschots, flake of ice. |sch .. & by rude, clownish; sehotseh, o, scot- ## ſtish linen, what lies h #1#, #a", in a read #iner famil rift, o, libel, lampoon, to stand re zijn er fan ºr, m. shoulder, de schouders ophalen, money, rug the shoulders, op wehouder 't geweer schrapen,b.w to scrape, bijeenseh der your arms, over schouder, don't believe sehraper, m. scraper. derblad, o... shoulder-blade. schrappen, b, wº to erase, to cross, breuk, v. rupture of the shoulder. ## scrapings, eren, b.w, to shoulder, & .. » schrede, v. pace, step, met derlap, v. scapulary. - - - - - - - - - - 1 with long strides; er is e erkint, o, shoulder-knot. &#g. :# # # .. tussee hen mij en de d ermantel, m. cloak, scapulary. between me and death, ºm, balift, sheriff, schout en schepenen, schreef, v. line, stroke; b. and aldermen. # # # # # ## to exceed the limits, to go ij-nacht, m. rear-admiral. iſ buiten iemand er echt w, v. ferry-boat, inspection, view. # wro oop tspade), wºurg, m, theatre, play house, # de in een gzaal selara ## y posture #"Er"# en we haar 1, play, en voile eehouw.f te krijgen, tot zaal, a full house. # te ei ek twen, b. w. to inspect, to surve W vven, o,w, to de with piek ºr, m. inspector, schouwe en, schreeuwer, m. bawler, # schreen vring, v. hawli N schreien, brºzo.w, to # eien, o. stage. is heften), o, wº to take rest, to eat, support, trestle. met maker a letter). schrooien, b w. to clip. w '- schrooisel, o, clipping. een schrik wak-schroom, m. f. ith a start, to z- chrik hoor eh, bv. timid, timoro n, schroomvalligheid, v. timidity, ijgenlsen, o grape-shot, iangrei, sehieten, to fire grape-shot. ## seka, was, (bos), v. grapnel-shot-box. imoro & lo rotas. # ishness, timorousness. rie tened, te startle, tost w dreadfully. Haag, na: beating, º: : : : : : ::33 ing, *##"# l: #j # weer, to beat, staat krijgen, is en, to be beaten. # # ## r: »w. engaged, fighting, als age with; siaag z b.&o.wº to beat, to strike et, to sing, to chirp, to cast, de, to coin (money! ; door een » ## een de g, bv: # b m. lo e rier; -deur, v. wicket. bi # n, met, with). tchery. n agersstaal, o, butcher's ste m, butcher's shop. rote, z.. slenter, » # # l, the common course, islin 3 keep a-going. siis door het #*** id, v. false de .. the mire. , slip, v. skirt, lappet, corner. slippedrager, m. train-bearer ſto slip, t - slippen, o w. to slip, to escape, late ter, m. escape, een slipper maak slobberen, b. &o. w. to slabber, slobbetje, o, cinderella. slodderachtig, ## #, min vangen, wisten a castle. smaaal dicht, -- -3%&S- toil, to slave. smachten, mask, pretext, een sluier wvere smachte n, lank, erhand, #water. smuggle, v. smuggler. ggler, is naak, v. hoy aarster, m., & v. slumberer, smaak, m. east, w. to slumber, to doze, smakelijk, bv slumber. » # pleasing, delicio , bw, stealthily. # al » # ret door, 1 away. # teal, to sneak; weg sluipen, tolsmak bv, t smakeloosheid, shore. smaken, bºko. m, hiding-place, corner, subterfuge, ## v. heetie fever. # m. assassination, ar. siuain na ter, » ...... :-* . . . . . . . . . W8. el, m. smuggling, contraban aunch-bellied person smokkelhandelaar, m. smuggler, contraband eerester W » » vein. ## . . er of the great consound, ism eigo ## smokkelhandel, is nu ook, m. smoke. & s > .. 2 x 3 . . .: sx e smoordronken, bv. dead drunk. E, N. smoorheet, bv. excessively hot. .. ood-for-nothing. smoorkuil, m. suffocating pit; van zº , uncouthness, rascality, villamy, N t WWEEKE. 'NXS....WASXSW .XX v, dirty creature, love, is en oorpan, v. stew-pan. » smoren, b. w. to smºother, to stifle, to su inroering, v. s'mothering, stifting. smotsen, b, wº to soil, .. smotsig, bv. & bw, nasty, filthy, -ily, smousachtig, bv. je wish. sneuzen, o.w, to #', &N o. gin, drain, een snaps a drop, to take a dram; veel van honden, to like the bottle. raapater, v. gossip, 3 ::::::3 1eutel, m. string-key. nepeeltuig, o stringed instrument. Een ijſdeel, o clippi renspel, o music of stringed instruments, harp-snijkamer, v. aaat narp-ls: "I ##% ºny-us » X ſstrings, three-stringed..snijkunde, saai, kunst, v. rig, bv. with strings, driesnarig, with three snijlijn, v. secant. *, m. bit, een snars aan hebben, to be tipsy ;lsnijmes, o. pruning-knife " "re nºt a bit. . . . . . . snijpunt, o, intersection, ter, m. mouth 'ehn#el, ze snavelsnel snijtand, m. cutting tooth, ##### snijtijd, m. vintage-time. wachtig, bv. snarling. » snijwerk, o carved work, e ven, o.wº to snarl, to chide, ## snik, m. sigh, sob; de laatste en m. snauw ter, v. snarler. (talker, snik: bv. tipsy, niet recht en ik, h # bv, beak-formed, rostrate. # v. bill, beak, snout; -big, bv. sna #, jzen:P, we an cut, slice, edge, stroke section, division; snippen vangst, v pe r snede, just to the purpose, verguld snipper, v. #, shred, ede, gilt on the edge, tsarian sectionssnipperaar nipperaa g, m. & v. one born by the aid of the ce-s cuit i , bv. & bw, witty, -lv. ingenious, ly, snipperkoek, m N eid, v. shrewdness. snippermand, v. baske u cheat, sharper, snipperuurtje, o.. spare-hou score, snoeiater, v. boaster. ::::::::: 3. » snoeftaal, v. bragging uwie.. bv. snowy. ten path on the snow. je, *# # letje, o figure of snow. seks, v. snow-finch. is m: avalanche. e # iebollen, bºw lien, b. w. to toss, sollicitant, m. candidate. # . sollicitatie, v. solicitation. (candi solliciteeren, b. w. to solieit, to apply for, to be sein, m, solg , ## # # el, salospeler, solozanger, solozangeres, v. so haut gout. # # v, sum; de # op de sona, the proo laarster, v. ferreter. somber bv. melanc oly,sad, dark, gloomy. ( to ferret, to search, somberheid, v. gloom. V. EN . » |somma, v. sum-total, sum. is onaanatie, v. summons, N sommeeren, b. w. to summon, to sum. sommige, telw. some. - x somnambulisme, o.. somnambulism, somp, v. marsh, swamp, fen. ## sompig, bv. marshy, fenny. et eerste snuifje sompigheid, v. marshiness. cream of a thing. omtijds, som wijlen, bºw, sometimes. . » » # b. w. to sound, to probe, taker. N sondeerijzer, o, probe, » rakel, m. snuff-shop sonnet, de sonnet. » .. # ### soort, v. & o.. sort, kind, species, dat is in » l goed in zijn soort, that is excellent in its 's nosel, is dat is eenig in zijn soort, that is unique lade, een rarel like of that does not exist; hij is eenig in ##### # # ## » j soort, he is unrivalled in his way; soort zº ! soort, like loves like, birds of a feathe N k, bv. specific. gelijk, bv. similar, such like aam, m. generic name, appellative. & v. broth, sop; het ruime sop, the het # de kool niet waard, e the two #ºr discant. Ieder, o, cord-wain, e # iet, o, cane. ſt, o.. calx of lead, Spanish paint. v. savings-bank. » # bende, v. mv. reserve. , m, spaarster, v. saver, economist. eld, o, spare-money. Maar, vr savings-bank. N3% ianap, v. economical lamp. ot, m, money-box, hoard. < .. » arzaam, bv. economical, sparing, saving, tural . » rzaam, bw, economically, sparingly. » specifieeeren, b. w. to spe aarzaamheid, v. economy, frugality. # v, speculation. l # species, sort, signeeiebriefje, o, bill of speciehandel, # ## th, o spar; - aehtig, bv. sparry. % speculeeren, o, w. to speculate top, onl, bv. & b w. late, backward; te spade, too speelt, v. spoke. W-, W. W N vroeg of spade, soon or hate. speeksel, o, spittle; -achtig, , v. spade. » speelachtig, bv. playful; -h len, b, wº to dig up. » # speelavend, m. play evening. ier, o, lattice-work, .. % » speelbaan, v. play-ground. Ik, v. splint. » » speelhal, m. laughing-stok en, b w. to splint, to open wide, to stretch, het noodlot, a sp # v. splinting, .. speelbord, o, gaming spanne, v. span. » ispeeldag, m. playeda, ter in of horses), » speeldoos, v. musie # » ## o, span's b tight trowsers. cut or slice butter,... . » WRZ ide of shavings or chips, een spa chip-box, .. m: girth ; -haa in, v. spanketti # gel, m. looking-glass, mirror, glass, examp spiegelbeeld, o.. figure-head. » spiegel hoog, m. tafarel, crowning of th ; %. pilot's cross-bow. # # # - sport, music, performance, spiegelen (zich), w.w to look in a looking-gl ack, een spel is aarten, al to take warning, to take example, zich spiegel t spel staan, to be at stakel aan, to take an example by, to take an exam from, wie zieh aan een ander spiegelt, sp gelt zich zacht, happy those who draw inst i tion from the misfortunes of others. spiegelgevecht, o mock-fight, sham-fight. spiegelglad, bv. as smooth as a looking gl spiegelglas, a. pate-glass. 3': 8 (g iegeling, v. reflection. # iegelkooper, m. dealer in looking-glasses, iegellijst, v. frame of a looking-glass. Spiegelmaker, m. looking-glass-maker. piegelvisch, ma. johndory. piegelwinkel, m. looking-glass-shop. iemon vv, v. cowhide, scupper, ; -achtig, bv. museu & re epierin te ear, javelin, d 'to ver, to ### , I am sorry that, het spijt hem, w, spiteful, cross, snappish, shrewd, sant, spitefully, snappishly, grie-, #%# 3 » ## it is a pity, een spijtig spitsheid, v. sh ess » ful face, een spijtig antwoord, spitsig, bv. pointed. vºer, spitanens, m, pointed nose. spitefulness, snappishness, spitsroede, v.gantlet, de a o.wº. to feed, te dine, to sup. spitsvondig, bv. & bw, s to feed, to give to eat. » # ##### S » # # 1, wº to dig, tºen peckle (bv. tobacco). bv. spick and span new. le, hinge, axis. v, spindle-leg. aste, to spend. ind-thrift, gal; -te, v. prodigality. o nijdig als een spin wor- with anger. -maker's thread. » # ; -bed, o, spinage-plot, spinage-seed. ry, # ### » use of correction, ewgate-bird. by his voice. # e, id , o, prevailing practice id, o, accent, # # ,v, knowledge of languages, philo ## 3 w 's, aai. E. v. grammar. » n, haunting spirit, scare-spraakkunstenaar, m., grammarian. ## ook, a scare-crow, an uglyjspraakkunstig, bv. & bw, grammatical, -ly. ºly, ghostlike. (thing spraakleer, v. grammar. w van ape). *- - - - - - - - - praakmeester, m. master of languages. unted house, akorgaan, o. organ of speech, organ. w , ghost. spraakvermogen, o. power of speech. v, in # #ins creature, spraakverwarring, v. confusion of ## W ing, v. ghost-story. l, fusion of languages, misin ## 3 %$#%. E&## paard de sporen geven, te spraakwerktuig, o, orga ech. ijn paard de sporen geven.jspraakzaam, bv & b w. a e, talkative, ly to one's horse; zijne sporen aan spraakzaamheid, v. * on one's spurs. < , sprakeloos, bv. speechless, du track, foot-step, road, prick (of afsprakeloosheid, v. speechiessness. , rails, railroad, 't spoor bijs-sprank, v. spark, : 3. rankel, v. sparkle. pree, v. quilt, counterpane. spreeboom, m. service-tree. find spreekbeurt, v. turn to speech or to deliv r, by speech, een spreekbeurt vervullen, to d spreekgestoelte, o, pulpit, tribune. #82% spreekhorentje, o.. ear-trumpet. spreekkamer, v. parlor. er, v. manner of speaking, speaker. # w mat, m, locution, preek trompet, v. speaking spreekuur, o, hour of access. spreek vertrek, o, parlor ## spreekwijze, v. phrase, locution, e trumpet. eekwoord, o, proverb, a spreekwoordelijk, bv. & bw. preeuw, m. starling, seoffer, jeste rei, v. counterpane. leap, to jump, to bound, 3, to chap, in de bocht spuwdrank, m. ſush in defence ; in het oog wen, &o .. & 3:33 3::::::::::::::::: 33% , to be obvious to the eye; in de lucht spuwer, m. spuwwater, v. spitter. to be blown up; uit zijn vel springen st., tuss. hushſ tush1 sash! ...3 % . ::::33 n with; mijn horloge moet sprin-'staaf, v. bar; -goud, o, gold in bars, must part with my watch , touwtje staafhout, o, staves; -ijzer, o iron b en, to s # with a rope, ## v. zº stag. # f, m springster, v. leaper. staagjes, bw, steadily. » N Has; o.. ruper's drop. .. staalk, m. stake, # prop. » steel, #er. sword, knife >< # » » . ºver naar e # angst, m. stallion. staal, o, sample, magnemag » :-in-'t-veld, m., & v. wild spark. is taalachtig, bv. like steel. gkruid, o, spurge. , << is taalader, v. steel-vein. geniet, o, # » » staaiboek, o, pattern-book, pattern gpaard, o, stallion. # Ierts, m. steel-ore. # gslot, o, lock with a spring. ,, staalfabriek, v. steel-factory. tier, m. bull kept for breeding. taalharner, m. steel-hamme tok, m pole. . . . . . . . ij, o springvloed, m. spring-tide, ## - is ur, o. St. Anthony's fire. . sta ES .. zaad, o, balsamine, # , staaltje, o, spe aan. m. grass-hopper, locust, de sprink-staal weer, v. 's Egypte, the locust of Egypt. alvijlsel, o, filin # # # # » taal water, o, chal ##### , sproetig, bv. fxeckled id, v. ness, # ## kelaarster, v. gatherer,4 to b , in sproºk er, gleaner. rena, v. yellow daffodil. » ## dry wood. 3 S & staatskas, v. publie tre op staatsloterij, v. state-lottery 33833:::::::..33; N. aterman, m. statesman. ouse- atsminister, m. minister of state. ; bij » atsomwenteling, v. revolution. 'my. is alusten, v. mv. intestine trout , staande de ## staatspapieren, o.. mv. stocks, public before the meeting breaks uit dier van staatspapieren, stock-hold or a place. staatsraad, m, council of state, counsel ing place. staatsrecht, o, political law. r lichten, to couch al staatsregeling, v. constitution. a the eye; iemand van de staar staatsregeering, v. government. ny one, to undeceive any one staatsschuld, v. public debt, national ucher. » & staat vergadering, v, assembly of th hing-needle. staatsverhooging,v.advancement to al ail, train, rear, remnant, met den staatsverraad, o, treason. j *, to wag the tail; met kop staatswege, bw. : van staatswege, iſ ad and tail; er is kop nog staart of the government, by authority. neither rhyme nor reason in it staatswet, v. political law. j ijn, al heel-tap of wine; is staatszaak, v. state-affair. % » ottle as staatzucht, v. ambition. N 9tig, bv. & bw, ambitious, . ſtaat zaaie tabiliteit, v. sta stad, v. city, town. » tadachtig, bv. town like. taal het voºrner, m. inhabitant of a to 3% ## stade, v te sta de komen, to be to dat zal hem wel te stade irona be very useful to him. & genoot, m. & v. fellow-citizen. ſtadhoude stadtholder. (d stadhouderse stadhuis, o, to al law, nstitution, overnment, ic debt, national r, assembly of th dvancement to * #n » in staatswege, »y authority. l law. na .. w, ambitious, 4 # like. -- habitant of a to komen, to be te te stade kome V of a town. lege of the city, jurisdiction # .. ## 3 33 33% ..: 38%.3 % t sta v. town council, municipal govern. | ering, v. N tkamer, v. treasury of the town, ºol, v. municipal school, charity-school. 's ijver, m. town-clerk. » den, v. mv. debts of the town. el, m... key of the town. ervverf, v. dock yard of the town. ## ſle of the town. rt, moat, N rivilege, freedom of a city. ighing-house of the town, # S Z .. eal of the town. # ownwards, townward, to town. Is , sceptre, erook. , m, staff officer, s; de groote stag, the mainstays, ov gooien, to tack % lili,-touw, o stays. rope e off, to wwerk stampvol, bv. w v. h ºr-stand, m. stand, # staan eerders, m. In stampen, b.&ow to stamp, to ram, toss, to work as a ship). ping, pon pounding- # staanppaarden, v. mv. »eed pearl. Istanapstok, m. rammer. stampvoeten, o, wº to stamp. #". S. # e W. ''W gy, staan vader, m. ancestor, ana wapen, o, arms of a family. anavvoord, o, primitive ": # # on, state; in stand .. , t he steekho # # is een inrief, in ºrarreſtrit steekdegen, m. tuck. » » steek dicht, o, lampoon. steekgaren, o, met for partridges. r a thin ele grond, m. anchor-ground, anchorin ut lightly steekhoudend, bv. standing the test. ind a thing, steekijzer, o. burin, ... . . . . . . ist upon a steekind, o z. stadskind. ºngsteen kan, v. half an anker # # # steekknieën, v. mv. standards supporting i t ordina n by step, steeklijnen, v. mv. gaskets. ar; -gewelf, o, th ent, sky, teekneus, m. pointed nose, old maid, p. staro ogen, ow to stare. #steekpalm: m. holly, holly-oak, holm. .. Hy, # teekpenning, m. bribe, fee. teekpil, v. supository. #steelspriem, m. punch, » steekspel, o, tournament, tilt, joust. steek turf, m. flat turf. steekwiek, v. tent. 3. . . . ## steel, m. stalk, stem (of a flower), hat spoon), shank (of a pipe). steelbloem, v. flower growing on the steelhaak, m. hook. steelieden, m. mv. town-people, steelkwast, m. mop. steelster, v. stealer, de heelster is zo 1 als de steel ## sceiver is as bad as steelswijze, bv. & : S.-. 3 %. S&X » steenman, m. tow ridges. nd, anchor the test, s supporting iſ g » old maid, " mak, holm. # lt, joust. flower), han ng on the ople. eister is ze r is as bad as! ent, tobbe id, v. ston o: culm, ooper, m. dealer in bricks. tuif, m. stone-quarry, lie, v. petroleum, ven, m. brick-kiln, » #: chicken-pox. okjes, o, N iet, # aren, v. .. hartstongue. lan, o, asbestos. orm, m. stone-mould, rucht, v. stone fruit. » ..::-... 3. # ved-road, causeway. t stone's cast, ag, v. stone-saw. ager, m. stone-sawyer. , m. cast of a stone, g, or gremil. r, m lapidary. ºm 'owi, "#, m. lanner. vernor of a town or castle, bridge: weg nog stea weten: S W eirº, tºt in zee steken, to put to se to stop short, iets laten stel thing, in. den zal ste S stekend, b ## #. poignant steking, v. pricking, shooting. stelligen, b.w, to sucker, to set stel, o, place, order, set, een stel bo van eten zijn, to be of plates, op stel en sprong, in p ### vv komen, to recover, len. b.w, to steal, to thieve, to rº wat hij grijpe hij steelt alles kan, his fingers are lim | om te stelen, she loo ler, m, thief, zº sneller. 1hout, o, bed of a gun, carriage, g kunst, v. algebra, -ig, bv. algebr age, v. scaffolding. # e", bw, to set, to pla N tellen, i geval, o, ase, death, terfhuis, o, house of the decea sterfjaar, o year of one's deat God; sterfiijst, v. bill of mortality. terfuur, o, hour of death, rfvvo ſ, v. woel of a dead sheep. <<< ## o: the firmament, v s sterk, bv. strong, firm, hard, power # stad, a strong town, het leger is tiendin is man sterk, the army is ten thousand str to verify the votes. i een sterk bewijs, a strong argument; poll, # boter, rancid butter, sterke drank, (vote: strong drink; sterk maken, to fortify, a right to give his sterk maken, to dare say; sterk zijn, t sterk worden, to get strong, en » # to sneeze very loud; het waait to strengthen, to fortify. hening, cordial. in the form of a star' wort, ji innigheid, ingel, m: st ## en we tijfzinn g, fresh herrine. slen, to give any one a lift, # in stijgen, o, wº to mount, to i e- # ##### # n van wat wenden, to set out stijging, v. ascel den steven wenden naar, to direct stijl, m. stile, pi ow to steer, to sail (one's course to.j ner of doing, eeh. solid, strong, stout, ſirm, een stevig style, nieuwe stij en, not to besparing of the wine-stijven, b. &ow. tevig glas wijn insters, to be a tify, to encourage inker, een stevig uur, a good hour, de beurs sti to go at a brisk pace, starter in Eb: # boaster. tº rerig, stonig, bv. dusty. is. stoffigheid, v. dºustiness. ing, stinking hole stof oud, o.. gold-dust, stink-pot. s; -pot, #, tch.' w, Speekie, w. to point, to prick. w bw, precise, punctual, exact, -ly. precision. N- mp, trunk, # # # : v, rompish, gamesom # romp, to dally. ##### www. omp ng, wanton. at, pulpit, see, bottom (of an -------- el, take a seat, sit stokdegen, m. tuck-stick. holy seat; de pau-stokdoof, bv. stone-deaf. stoelen aasatte stofhagel, m. sleet. ------- stofhagelen, onp. w. to sleet. stofje, o, mote, grain, atom. stofregen, ºm drizzling rain. stafregenen, onp. w. to drizzle. stofseheider, m, chymist, stofscheiding, v. chymistry. W stofvarken, 6., z. stoffer, 1e lid, stofb stofwolk, v. cloud of dust. , stofzand, o, dry sand. w stoïcijn, m, stoic ; -sch, bv. stoical, # stok, m. stick, perch, cane, staff, handle, stock; het met iemand aan den stok gen, to get a quarrel, or a fight with any |stokbewaarder, m, jailer. w stokebrand, m. & v. fire-brand. 1.w: to make fire, to stir the # 'ovoke, to incite, to stir, to distill na stoken, to heat an oven, en, to burn wood and turf, kolen stoken, to burn coal; jeneve to distill gin; kwaad n, to brew twist of tweedracht stoken, to sow S& 38% i. stoker, distiller, firebrand. stillery. # # # # # #, W, ----- till ing, je,o. little stick; alle oking, in all ear gekheid op een t; nie stofhe sal, ste handle, 'n stok ith an opot, m. stewing-pot. a in | # stoelen, by my stootdegen, m. rapier, migheid, v. dumbness. ap, in stump, thrust, push. ap, bv. blunt, dull, obtuse. apen, b. w. to stump, to blunt. per, m. cuffer. .. eid, v. bluntness, dullness. oekig, bv. obtusangular. nean, m. & v. fiat broad nose. oet, m. & v. club-foot. d, m. time. hour, moment, turn, van ston- .. henceforward. » m, v. mv. menses, flowers, mouthly courses, I. v. foot-stove, stove. << geel, o, handle of a foot-warmer. is, o.. stove. S m. stewing-kettle. # *## # » t ## v, pear fit to be stewed. ir, o, soft fire, » at, o, smoke-hole, vent, # # # graag, ma & v. one fond of stirring the fire sower of dissension, ### o, laboratory. # stry, art of distiming. ## tume, to go b manufacto working with s stoeten, b. &o. wº to push to pound, to jolt, to be deur stooten, to turn out of ten, to hurt one's self, to take off stooten, to meet with a # stooten, to dethrone, to dismiss, to remove, uni dispossess, to deprive, to oust; ie gen in het hart stooten, to rº any one's breast; iemand ee stooten, to plunge a dagger iemand met de ellebergen stº one, to push any one, iemand stooten, to plunge any one int den voet tegen iets stoot en a thing; iemand voor het in be un kind to any one, to disob koets stoot, the coach solts, zº hart one's self, to take offens stooter, m.twelve cents and a half stoorterig, qv. harsh. stootkant, m. welt. ## v, cleat, plaat, v. hilt, tvrij, bv. free from harm, stop, v. stopple, tomanizer. o, sh , to vex, laat stovenhok, sto isje, o, stoveer b you, een stoven zetster, v. woman that gives foot of sto win stewing, formentation. # m. ray, b out, radius, ss ### w E". straatkrans, m. glory, for straalswijze, bw, like a beam, ray. 1e straat, v. street; de straat van Gibra straits of Gibraltar, en 'aat, in th langs straat, # #e W %. w iemand op straat bre an private li straathez % # #terotis is te # # : straatgerneht, o, noise in the street. straatgespuis, o, mob. # raatgoot, v. kennel, sewer. traathanaer, nl. paver's beetle. ##### tumult in ». z stra waard, o, sword, # # trijd, m, fight, co # N » iff, tight. -ly, stretched, iemand ons strijd, emulously, in ri » sly, in aanzien, to look fixedly in any one's faeest contrary to; strijd voere kijken, to look stern, to look demire iſ altijd zijn strijd hebben o trak ge 33%; 3. : : :# . :- es, Gtraks, bw. presently, by and by, justl zien eid stinness, tightness, # beam, to shine, to radiate. icht, a stern look, a demure look: pleasure, ten ºnrijde trei. ## # » hard; -heid, v. stiftness. shore; op het strand, om t , etmaster, (b len, o.wº to strand. ſig # ederen, v. mv. stranded property, wrecke ding, v. stranding. law respecting stranded goods m. walf, wreck, (ships, r, m. one who takes care of wrecked strijdig, ººk een triº onderij, v. survey of the shore. strijdigheid, v. diffe b. w. to pave. ## 3 :: &# . : : : : : # umerence rijdknecht, m., warri rijdkolf, v. club, iid is een eliten, we trooipenning, strooipoeder, o, pow . strooisel, o litter, straw. strooister, v. girl that strews flowers. » strooisuiker, v. powdered-sugar. # # # # # W # o, writing-sand. stone, # jstrook, v. strip, band, flounce ; een japo , smoother. » j strooiken, a gown with furbelows, a gown fiddle-stick. je flounces, a furbelowed gown:,, to iron linen. 3 :: ## ## # # (with, met). s * * * * etes tot strook lerar, v. straw-color. w, to make a bow, to courtesy: tes: ,,Tien, ig, bv. straw colored. , .. » # # .. stroom, m. river, stream, current, de stron v. parapet. ºn-trikie-, trim- tijds, the current of time, met den • , snare, kwikje* en *** #", r # #arn to follow the general, uit te strilde en uitzetten, ## others do; op stroom liggen, to lie at al nd strikken spannen, to lay on the river: voor stroom afdrijven, to &... ---- -- » ' . . . . . . . . S. % down the river, tegen stroom opzeilen,t up the river, tegen den stroom in, again! grain; den stroom doodzeilen, to stem the stroomaan, m, maan of straw, scarecrow. stroomaat, v. straw-mat. stroommatras, v. straw-mattress. bed of a river. to stream, to ſlow; alles # to make a knot, to lay enares, eter te strikken, he zal stuit, m. .. N stuit, v. rump; -been, o, rump bone, » # stuiten, b.&o.w to stop (bv. the ter, rope, stock; den strop verdie- stream), to rebou , to be halter-sick, to deserve the gallows | valli, » . . .28%. Wºw, and een strop om den hals halen, to put progress. . . . . . . one's neck in the halter, to put the rope stuitend, bv. shocking, dat is stui any one's neck , zich zelven een strop. mijn gevoel, that jars upon my feel den hals halen, to put the rope round one's stuitend gezicht, a shocking sight, # x . stuiter, m. one that stops, marbl . stock; -gesp, m. stock-buckle. stuiteren, o.. w. to play at marbl o.. strop. : : : :: & stuiting, v. stopping, . oat; iemand den strot afsnijden, stuitklamp, v. cleat. & ne's throat. » stuiven, o, w. to fly rt ... v. jugular vein. | to be dusty; het stuift erg, i o. epiglottis, wat stuift het hier, what a cl d, o... larynx, # the world is vanity; uiteen et, fritter; men moet geen struif, run to the right and to the en om een ei, don't be penny-wise and stuiver, m. penny. (pound-foolish. *# ## stig, bv. shrubby, stalky. struikelaarster, v. s ºr. | & 33%#$& 3:33 33.333 33%;#83.3%.: 33% # o. stumbling-block; iemand een knows what may happen, ik in den weg leggen, to lay ans ik, o piece, part, matt any one's way, # # picture, play, papier, p w, to een paard met vier ik eit wel s, it is a good horsel # that never stumb stuur, lost, he to be out of countenance. nikerzoet, bv. as sweet as sugar, zoete stem, a honey-sweet voice 3 .. ## woorden, honeyed words, suikerzoe ## van stuurboord naar een suikerzoet gezicht zetten, to look! the right to the le manch bºrden #hina. f navigation, , al ly, to run riot. ## SI: N.S. and honey ; nuikerzoet tegen ieman be all sugar and honey with any one. suizebollen, suizelen, ow to grow isuizeling, v. giddiness. » 3% suizing, v. tingling, buzzing. ## ow to sing, to whizz, to tingle, to b serjet, o, subject, # # isolade, v. candied lemon-peel. (candiet sukadekoek, m. cake interspersed w sauwel, m. & v. poor wretch, poor creature, | thing, novice, aan den sukkel zijn, to sukkelaar, m. loiterer, poor fello nia kela, » ## ble, viscous, sticky, niggard hij is taai, he is tough , hij - n taaie snee aan hebben, he will rather tough. gel, m. tough one, tough one, he is v close-fisted. ty, toughness, viscosity taak is volbracht, my task Fa w k stellen, to set ## O, te taak opgeven, to set Tabaksveld, o, (any one a task Tabakswalm, m. sm iTabakswater,o, water infilte the hi ier Noxº. S. , to gº talende gen, dentition, de tanden beginnen d . komen, the child is cutting its teeth ; tand wisselen, to shed one's teeth, to shed teeth, en schen de tanden mompelen, to matter between one's teeth, iets tussehen zijn tanden ho » » den, not to betray a thing, met een mond v tattºire, tanden staan, to look blank, met lange t met wortel en tak, up dºen, with reluctance; iemand de tanden late y;. van den hak op den zien, to show any one one's teeth, zijn tande p from one thing to another | aan iets stooten, to get acquainted with a thin ; voor top en takel loo- to get the scent of a thing, to pry into a thin to send #e: bare poles. #randeloos, bv. toothless. - # | landen, b.&o w. to tooth, to breed teeth, # tandenborstel, m, tooth-brush, Tandenrij, v. row of teeth, th a tackle, to rig. Tandenstoker, m. tooth-pick. Tandheelkunde, v. science of a dentist, dkas, v. tooth-socket. ## w, to challenge, to provoke, to dº wheat; 'Mºuriksehe tarwe, maize. em, v. best flour of wheat. ood, o, wheaten-bread, wheaten-loaf, eel, o, flour of wheat. # t, m. wheat-harvest, wheat-crop, o, o, wheat-straw, # # # # mºeten, v. mv. bran of wheat , 't zij amelen, it is bran of wheat. # p 3.. : : : :..: 3.3% » s tehel, pouch, pocket, bas, zij is een lº . puss; zij is een ſtin 1, she is a # » is a good housekeeper ; bri :::::: w, to heap. (taech, letter-bag, S # t, m. groping, bij den tast, op den tast, .. groping, op den tast Hoopen, to grope one's Eeekening, v ay ; # den tast naar iets zoeken, to grope tº a thing, # htbaar, Tastelijk, bv. tangible, palpable. en, b. &o. w. to feel, to grope, tast aan, d; tast toe, help yourself: dat kan men # en tasten, there is no doubt, this is cl in dºen zak tasten, to dive one's h m. feeler. (into one's pock v. feeling, han # » w. to stamm # en, o, wº, t to prevent any a thing; 23% r# to stop the progress of a thing Tegengalm, m. echo, resound. Tegengainnen, o..w, to echo, to resound, ## gapen, o,w, to gape at. egengababbel, o, contradiction, Tegen gekef, o, barking, #### Tegengeschenk, o, reciprocal present, pr raad in tegengesteld, bv. opposite, contrary. in, to sayiſt Tegengift, o.. antidote kan o sp gen glimmen, regen glinsteren, o. egen grauwen, o.. w. to snarl at. egen graven, bºw, to countermine. egen grimmannen, o, wº to look fiercely at. gengroet, m. reciprocal salutation, » r, m, counterpart. » , v. mv. adversities. b. w. to hinder, to prevent, ºv, prevention. in, o,w, to skip towards. ## rds, # ºne who ers, those who #### lien, rush tow rteling, v. resistance. spelen, o w. to play against. poed, m. adversity, voorspoed en tege od and ill Tuck. W w, tot haat en to. » unprosperous, » Zº eiſen, o,w. to struggle against. trary to. . » reken, b,w, to contradict. reker, m. e # » diction, in tegenspraak ra, ## ºl ten aanzien van, as for, as to, &# ten deele; partly, t Tender, m. tender. (ten einde, in orde Tengel, m. joining-piece. Tenger, bv. slender, slim; -heid, v. slend |Tenor, m. tenor; -ist, m. tenor-singer. heid, v. tamableness. whining, whiningly. » i then, sometimes, perhaps. #l." ". e', # ubdue; zijn e's passions, 1 | Tentzeil, o, awning, tilt. Tenorstem, v. tenor-voice. Tent, v. tent, zijn tent opslaan, to pitch ont Tentamen, o, preparatory examination. | Tentdoek, o, tent-cloth, awning: Tenten, b w. to probe (a wound). Tentenmaker, m. tent-maker, Tentijzer, o, probe. t Tentoonspreiding, v. display. Tentoonstelling, v. exposition. 'E'entsela uit, v. tilt-boat. Tenue, o, k.v. dress, in groot tenue, in dress, in uniform, in klein tenue, u | Tenuitvoerlegging, v. execution. Ter, voorz, at, to - team, to settle; dood brenge vvare, Tenzij, voegw, unless, in, into, at ter zijde, aside, ter go faith; ter goe N in a hurry, by-the-bye tijnol , o, terrace. asvormig, bv. w round, * tract, to go from on Terugtrekken, b.&o o draw back, to retrea 3 ## dish, tureen, terreen. # amuilks, bw, #sºr. | to draw ba # ſamediately ### 3333 -, major third,li rd, minor third.'' gbegeven (zieh), w.w. Terugbekomen, b. w. to get back. Terugblijven, o.. w. to remain behind. v Terugblik,m. retrospective view, terugblik op een wel besteed leven, retrospect of a life well spent. 'Er k, .w. to bring back; in h N T to recall to life ; tot ## ## o of; terugdenken aan, to w '- recall... to memory, to recollect, '- 's' he to turn backwards. ive, repelling, n, to come back; alter one's # o. tithable groun aan pachter, ma, farmer of tithes. Tiendrecht, o, tithe; sehuldig, bv. " Tiendubbel, bv. tenfold, decupier # #Tienduizendste, bv. ten-tousandth. nºg ehting, v. farming out of tithes. ## ecade, . e enjarig, bv. dee # , Tienmaal, bw, ten times. Tien man, m. decemvir. » Eien manschap, o, decemvirate. #Tienponder, m. ten-pounder, lººien en arig, bv. ten stringed. Tiental, o number of tien, $3:3. tallig, bv. decimal. # g: ten, number of ten, piece of ten bv. ten fold. {d ten times. # pleasure. , , "en, o wº to thrive, to bawl; welig tieren hrive well; razen en, tofum > bv. ': ing; #ical table. nology, nºdig, bv. chronolo radige, m. chronologist. , v. space of time, period. , o, beginning of ti » Haag. v. d. minat # epo *# » o, course of time. period. to appropria ne: # k: ###3 # x N W r:# v. appropriation, assump en » # . . . . . 'roefluisteren, b.w, to whisper into the ze to, on, towards, in addition, tot hier iemand iets toefluisteren, to whisper a 'S :-. - 3 3.8%. X XX:>:-3 now, tot daartoe, till there; to any one. et toe, never mind, no matter ;Toegaan, o..w, to go on, to close to shut of af, this does not make to come to pass; het gaat raar toe at doet het er toe, what reld, it goes strange in the world . ## tot daar aan toe, we willi het toe met...? how does it go w NVN as it is; er slecht aan toe zijn, to/Toegang, m, access, avenue, entrance, toe in bad circumstances. # ## verleenen, to give admission ; toegang we w- shut, op den koop toe, into the bar- gen, to obtain admission into. ##### be, the door is shut, Toegangbiljet, o, ticket. # me, cheer up tº make haste. Toegankelijk, bv. accessible, » to swaddle up. Toegankelijkheid, v. accessibility. # N (bargain. Toegeeflijk: bv, # condescending. eak in the Toegeeflijkheid, v. indulgence, condes eens » Toegenegen, bv. & b w. affectionate, affec ienaam egenegen zijn, to feel affe any on feel disposed in any one's fa # toegenegen zijn, to feel inclined to a T d, v. affection, " genegenhei een grºei t u doen toekomen, to you. » ## bv. future, next; toekomend ge-T ture happiness; toekomend leven, futureliº men de week, next week. > h" puta << Toerekenen, b. # # st, v. future. .. .. » ſtig, bv. future. # . en, b. w. to get into the bargain. 'E'oeriehºten, o. small herbs of salad. iToerij 33 v. addition, augmentation, gratification ºf oeri o: w. to smile at. 83. K. iſ oeren, ow to make a # ZN..! :: WWZ to seal. {rate] ermit, to suffer, to allow,to tole-ºººoe ssion, leave, allowance. Toero # design, purpose, intentie ## ed to a t 'ggen, b. & to add, to allow, esign, Toernº ºlination. z:#%#%# # ###### ## th h in the Toeschei # # en, te advance sudde hieten, tº g him bºw, to adju ing, v. assignment, adjudication. ren, h.w, to wave to, to beekon te oezegelen, b w. to seal. # van alle kanten Toezeggen, b. w. to promise, thither from all egging, v. promise. S. » er, m. Toezendster, v. sender, Toezicht, o.. care, toezicht houden ov Toezichthouder, m. surveyor. # Toezien,o. w. to superintend, to behold, tot pº one's Toeziend, bv. careful. N (self Toezien de voogd, m. co-guardian. # Toeziener, m. surveyor. » ## Toezwaaien, b w. to sway or wave to; # - zwaaien, to praise, to extol. , to accede. Toezwellen, o w. to close b. sion. Toezweren, b. w. to swear to; ## zwveren, to take on oat <º: . ::33 33 % Lºnga, v. toga, met een toga aan, tog - toilet, o.. dressing-table, toilet, dress; zi 1 maken, te 3 n geeft veel vol & p er disease of the tongu gate, » & # # zwel, o, tumor at the tongue, hypoglossis.' # ier, v. lingual gland, » | W. " in acto uid, o, horse-tongue, ºooneelstuk, o play. er, v. lingual letter. & & 'ooneelvoorstelling,vrepres < > ... :: 3 , m: tongue-string; van tien tongriem onen, b, wº to show, to in r, v. sender, zijn, to have one's tongue weli hung zich tonnen, to show o houden over » ingual muscle » # ### zater, no # << SR) .. » #se .. een raketinst, vººr music, # o behold, total m accent, dialect. Toonkunstenaar, m. T ...... . mig, bv. linguaform. Toonladder, v. scale, ardian. erna, maar tongue-worm, Toonloos, bv. mute » S &## S. . . . . . . . . . . Toon te eisen, o, ac # wie we tot # m, wrath, ## » # : # by swelling. o w. t trel or tun up. ; iemand tro ### e, duty. of fidelity to s # er ## 1 na # d %. ie, v. compromise. .. o make a compromise, o. mv. transit-goods, zºlººg: zº 3% .. , m. transit-trade. aanslaat » on , voor translaat eon- , conformable to the original. ten, bºw, to translate, ## m, translator; beëedigd tranen of black writing-lines, ireeren, o,w, to perspire; iemand laten eeren, to throw any one into a pers moet transspireeren, I must bri verspiration. # ort, or transport, carriage, nsporteeren bºw. tot er, to trans ## » .. E ### # ### #& port-s! way, method, k aat geschreven, any one's # # #riº # ### ullen wij treffen, this will be a piece luck for # effen is kwaad treft ing; een . . . . . . . . . . ---- -- ustain a very painful loss. << n zeil, with every , met trei1 e ging thereto. # to draw, to tow, zooals het trei , with every thing belonging to it. rain, retinue. » ul , draught, dash, flourish, fea # # inclination, weinig t to have but little appetite for , vv n om te, to have a mind to , gee en om to have no mind to dº # e trek i lf character to be in d vo d .. ## trick, &#g. # rtsen, Tºronteeeren, b, w, t tseering, v. defiance. foot-path, r, m, troubadour, faithful, loyal faithfully, lo ht, v. turbulent spirit. 'arden, om deze tuin leiden, to deceive." # mould. # &; m. gardening. n. gardener. artijen hiertºe horticultu ## ga ss-way. ## Tweestemmig, bv. for two les; t 'n'weestrijd, m. duel, internal combat, stru tweestrijd met zich zelven, wave n, at twelve o” double-tongued, eon; in twva bv. bip "----- Tweevoudig, bv. two - re, a ## v. duality. r: ºlven, al is veevverf, bw, twice. l arter past twelve. Tweevvijverij, v. bigamy. # weezang, m. duet. N- tijdig, bv. two-sided, bilateral. , bw, in two ways, both ways, doubt, in twijfel staan, te ntiousne ji # N 'R'. # pe van, a perfect type of # teral, th ways, natra en aan te proceeds from the Father, e, bv. outward, outward bound de reehten, export-duties, .. luitgalmen, bºw to sound forth. . legitgang, m. outlet, iss eath Uitgav # expense, p #itge Uitgehºre , we exten itgedacht, bv. invented, c ediend, bv. ## uit, 3 . v, ºr » # way, uitgelkin out, to empty. (deepen, is Jitkippen, b. w. to : to dig up, to disin Uitklaren, b.w to clear 'ation. Uitklaring, v. clearing; become ":# to comel, clearing-office, ### , g. excrescence. (to full growth. Uitkleed en, b.w to Tundr pembroke-table. w, to hook out, to 1, v. ... #loppen, hºw to bea # unhinge. Eitklopper, m. one who be » ..., g: #### 3%; 3 .. .. he S # w, to cut away. ## b. & ow to press ou malen, b. w. to pull out, to draw out, to fetch steal away. t, to get, to draw, to elaborate, to feast, to|AJitknijper, m, squeezer, fellow tha atch out, to save. Uitknippen, b w. to cut & # ler, m. even terater, pipe-cleanser, profit; dat jitknipsel, o cut pap een uithaler, that saves so much. #Uitknoppen, o,w Jitha # v. eventeration, cleansing, saving, sing-Uitkoken, b. & o &V. » ### voice, making way, dishingj ####### » eeting # word, o.. sign-board, sign. on, b.w, to # # vr d RS # play the hypocrite, to pr s; den heer uith , to p # # exclaim, to cry, t pen tot koning, to "# v, exclamation, shout, als koning, proclaim t of exclam # venie, m, Uitventster, v. h. Jitverkocht, bv. out of print, out t-Uitverkoop en, b. w. to sell off. weer out, t m. Dit vindsel, o to exhale, is Thakſin Shirt erming, v. evaporation, exhalation. | t ## hen, b. w. to wash. van de W w, to grow out. w air by hea to fall into, to issue. Uitzicht, o outlet, issue. - &o. w. to soak. # ## o.&b. w. to weep out, zijn oog en ºn, to cry one's eyes out. ## evasion, escape, expedient. b. w. to weigh out. to expatiate, to digress, digression, expatiation, -------- ------- w outward, external, -ly. ward appearance, outside. rowing out, e cast, excrement. to weed ut, 1 vaarwel toeroepen aan, Waas, v. vase. > Vaatdoek, m. dish-cloth, Waathout, (HPuig w # Waatje, o.. little-barrelſ; uit een ander vaatje tappen, to speak in a quite different way. Vaatwater, o, dish-water. k, o, fustage, plates and dishes. cation, holidays. # N 3. -day, holiday. # º: Waeatie, v. sitting time. R: #e: mv. fees, ºok tot va # derrok valstrik, m. s ht valwind, m, ## w-bridge; -deur, v. trap door, van, voorz. of, from, ijn, o, blind; -hek, o, portcullis. 1 het huis, the door m, head-roll. | gen tot den ave » W to be valid; het zal u validee- rijk van het vwº ekening, pleace in account, | kwam van binne poºrt naaiateau, # & #eine # noode h hnen, to want # verre, afar on fore, van zijn leven dually; van Z # hoven en van in hoven, # come do brush, een wild var wweten hoe een en hºe g, bv. h r, Wa 'Want knoopen, |vastkoppelen, b.w. # coup &### | g # vast vastighei I, astketenen, tºC , VW, # i h v, tying, fastening, bu N *# "# t (lin knooping, min Wast # ether x astleggen, b.w. # Want liggen, o,w, to b Vastlijmen, b. w. to glue. WastHoopen, o. .w. (zieh) a ground, not to find an outi Wastmaken, b. w. to fasten. Waatnaaien, b. w. to sen M Vastnagelen, b. w. pennen, W Wantplakken, b.w. to run close, tore et, -- w # astpinnen, b. er, paste # bring any one to a entangle one's se fire, een koude vatten, te nker vat, the anchor bites. , v. fighting. aan, m. game-cock , g, # ## latikaanst, v. art of fighting. Hustig, bv. pugnacious, given to fighting. | . » . v. fight; -perk, o.. lists. Veel anarie, bv. with many stri e. # X: . . . . . . . . . . . . . veeltalig, iv, polyglot, w. to fiddle, .. weelte, v. abundance, quanti ther; -achtig, bv. feathery. | Veeltijds, bw, oft X. WW.X » Veel voetig, bv. na veel b weelvoudi vºeldmuseh, v. fie Weidsmuziek, v. field Weiduinaf, v. mi Weldontdekt W.--W » gene ly.lveldprediker, m. military chaplain. Weldroos, v. wild-rose. # # # # # Weldrot, weldrat, v. field-rat. eldsalade, v. corn-salad. # # 3 veldslang, v. eulverin (canon); common field snakt veldsnip, v. snipe. S # b, wº, i something to work up, Verarmd, bv. & 8: & ## b.&o window-frame. window rod. j aledge race. » » baasd, aan, tºen ## stering ### ## er, m. interlopers between fishe o little fellow, 't is g nod fello .N-. . . . . . . . . . . . . . . . . N.VX niet is en of we . verblind, bv. blind, dazzled (! erblinden, b. w. to blind, to blindfold, to maand de n blinden, to dazzle one's eyes, to # y one. . verblindheid, v. blindness. # : : : : verblinding. v. "# error. ## ##### # #%& away, 3. rarssenaren & b w. figurative, allegorical ratively, allegorically. . » Werbloemen, b. w. to disguise, to dissemble,t v, one's " :##### disguise, palliation. verbluffen, bºw, to confound. o depre- *# v. confounding, putting... out of ras i W e, discountenancing. # . t, bv. confounded, discountenanced, , de # eteriorate is boasting of. remoteness, distance, , bv. enlightened. w b.&o, wº to enlig! eſſie ger. , redress. , palate; verhemelte hemel te letter, ### kleeden. o. ned. by rejoiced # en over, to rejoice at, to be gia ugen in, to rejoice in, me n doode koolmees, chimmerical hope, # happy nad, bv. n mbed, stin, verkleumd de koude, stiff with cold. . erkleumdheid, v. benumbedness, numbness, benumbed with cola. tourager. squanderer, spoiler, to squander-, to was te ndermain .. een to take w, to cheer up. fresh air. # &### en, van zich laten verlan ºf anderstand, to be told , ik heb en luiden, I was told. # en, to giv n ten ºm Veriuien, o..w. to grow t weriuieren, b.w, to verlustigen, b, wº to i to delight ſin, in) verlustiging, v. delight, recreation. "ernaaagse happen, b, wº to relate, to marry i # laagschapping, v. alliance. apt, bv. related to » de w, to c e mason , to spend in mason-work, p, v. vermicelli-soup, # , bv. avoidable, to be avoided. jk, bv. avoidable. » .w to avoid, to shun, to escape from. Al tation, avoiding, # # to grumble away, vºor grºenten, ::# # rm-eaten, spoiled, .. # ; -achtig, bv. like ver- # Inspose, # atsing, v. Verplakken, b.w. to: ver al # to lose... by staying out, ergen kik & & & 33 %&&&&& too long any int, to paste... over aga #oi in Flashing tº: sick, # person, # » .. nurse, # niet, not so, by far n , verre van mij, aan te zeggen dat , by om fa van h, to cool, een te y conse W ## # # any one, een spi tter of controversy, nail into another plac ## .. Werslag, o, relation, account, verslag doen N to give an account het verslag van de missie, the report of the committee, jaarlij ,,verslag. Yearly account, yearly #"# ### verslagen, bv. beaten, slain, defeated, dejected empt, mayed, flat, stale, quenched # 33 as to Wer ºm killed, de verslagenen, the k <: s... : :: # » # N # º verslaan, to dri ## dthritt. o lose by sleeping, to paſ away , zieh verslapen, nadelijk, bv. & bw, scornful, # mptuo s, ly # # 3 - 2:33. ## :: .. aaden, b, wº to disdain, to despise, to scorne, m. Wersmaadster, v. scorner, despitſt .. N # # ter, versplitsen, bºw, to .. | splice otherwise. forge again or otherwise, tolwerspoelen, oºk bºw. versmeed staafijzer, iron v#", » & %&# ::3% ... » » -..." to divulge, ver ## red up, made use of eirbaar, bv. to be melted, fusible. eramenten, b.&o. w. to smelt, to dissolve. . b. w. to spend in smearing, to sm te veel boter op de boterham neren, to spread to much butter onjº ing up, making use. ng. ialize. Eerstok erstormd, staand sta Verstoren blunted, ained, blu m, b &o. w. to steam away, r, bv. that may be troub v. disturbed, offended, # Verstoorster, v. disturbe W , t: we # etoog, o. ' eted, mist vertoogen, b, wº to ill, to ed ill,jw sehrift, o. » 'R: on, o, show, ng ill, neglect, getting mise makers # that can be translated Trable 1 van anslated, een vertaald hoek, money paid for translating. & r-right. » # delen, o.. mv. means of tinuation, sequel, in het het is een vervolg op, it i ation of, ten vervolge, as a continua % o, continuing volume. lº .. $ - $ . . . . . SSS & # follow, to pursue, to persecute, verward bw, conf in u cutively.] conf , intricately, # conse º .. urther, thereupon, successively, verwardheid, v. confusi mº pursuer, persecutor, prosecutor verwarmen, b, wº te Verwarmingstoestel, m. hot Verwarren, b, wº to entangl confound, to perplex, to be verwarring, v. confusion, e rvraseraren, ## # #a, bv. #ie. geable. . . ange, to confound. v. change, # # ## , b, wº to acquaint, to inform, m, informer, warmer. verwittiging, v., information. . Verwoed, bv. & bw: enraged, furious, furio le, ºerwoedheid, v. rage, fury. - Werwoesten, b. w. to desolate, to destroy, vage, to lay waste; iemands geluk ver ten, to blight any one's happiness. erwoestend, bv, destructive, '- #ssers en verwoester, m. destroyer. - # to gain, to acquire Verwoesting,v. desolation, devastation, des ed; z, verwijzen verwonde. m. & v. wounded one exity, confusion, embar- den, the wounded. , ced, Verwonden, b,w, to wound. #% » '- Verwonderd, bv. surprised, astonished. Verwonderen, b. w. to surprise, to astonish, verwonderen, to wonder, rve (over, at); het verwonderd mij, I we Verwonderenswa # bv. surprising, : rwondering, v. wonder, admiration, surpt steek en, o, noter of exclama! & b w. wonderfu v. wonderful to refuse to repr ver, condemner. bati # destroy, tak werd 2n, destr »wd, multit ncyclopedia. w g rendez-vous, meeting place hati zich verzien, to m rd, o, collective moun, ſceptacl. niled up with sand, verzan ### W en, ow to be filled up with sand. | zien in anding, v. shallow. 2. |werzieni g stak eepen, b. w. to saponify. Verzijgen, b.w, to percolate # # sealer. Zº # v. percolation, i hen op, to zegelen, b. w. to seal; -ing, v. sealing. Verzijg wat, o ander. o promise, to engage one's selfverzilveraar, m. one who silvers ggen, We # p # to do, ik verzeg het, I damn it; verzeg- verzilveren, b. w. to silver. n om iets te doen, to damn it to do a thing, verzilvering, v. silve swear to it not to do a thing. Verzingen, b. w. to los amned, promised, engaged, repeated, Verzinken, o,w, to sink, ver over again, | ten, absorbed in thought, pº eilen, 'o.&b. w. to sail out of the course, laten zinken als, hang my soul if. rzeilen, to set a prise by sailing, niemand verzinking, v. sinking, eet vraai verzeild is, nobody knows what Werzinnelijken, b,w, to render m; aan lager vval verzeilen, senses, to represent in a sensi wo %. . . . . . w # verzinnen, b. w. to invent, tº zich verzinnen, to mistak rabie. # verzinner, m. inventor w policy of insurance. Verzinning, v. invention, cont sured, sure, zich verzekerd verzinsel, o, fiction, false repo be sure of; verzekerde h. ºr w {den, the insured ## verzeke |Weter, m. lace. veteraan, m. veteran. # Meterhand, o. tape, -beslag, o. tag. teren, b.w to lace, to taunt, to rebuke, any one up roundly. w < . . :- tergat, Weter gaatje, o, lace-hole. terraaaker, m. lace-maker, # # # : or. Metheid, v. fataess, greasiness, ed, toWetje, o.. joh, profit. den. Verkaar", v. dip.,, , .. t A W., # Vetkooper, m. tallow-chandler, oilman, ag, v. drowning. vetleer, o, kind of leather. ## en, o wº to grow souri, wat in het vat in,lwet maag. v. rennet-bag. ... . W. at which lies in the pickle wilt wetpan, v. #n. bearance is no acquittance, lºve， puist vººr pimple. , , # r, turning sour, spoiling. Wetsalade, v. corn- alad. tir, # Vetºtaart, m, fat-tail. # ally by marriage, zieh Vetten, bºw to fatten, to grease, by marriage tranet, to). 'We bv. fat, fattish. N marriage wetti , v. fatness, greasiness. grease-spot. ## r, meadow in which cattle is f: # w. to square, to id, v. # %. f four parts. vijfde, v. quint # ## , v. being four-fold, lvijfde ºnei. E or five sorts. t tiergrepi g, bv. of four syllables, vierlet- en j #erºi, bv of nv ºorts. ## #a, ## n Vijfdubbel, bv. guintuple. ºling, m. eee, v. one born of four children atiºn E. . 333GS. #S irth, four-twin (child); ###oordig, bv. five headed rlobbig, bv. fourlobulate. » vijfhoornig, bv. with looper, m. truss-tackle. » wijfjarig, bv. quinque rmaal, bw. four times. wijfje, o, five, piece of five st in, m. guadrumvir. Wijfkant, o, pentagon, -ig, m: bullet of four pounds, four pounder: wijnedig, bv. five-fold. bv. of four pounds. vij#riº, E of ave ey v: four-footed vijfmaal, bw, five times. ## # # #" ana, in vijf maand, eh, bv. or five months g, bv. on four wheels. (quatrain, viifoond ave-rounder. g, bv. of four lines; vierregelig vere, ij p" ter, m. nve-pounder: » Ev, tribunai, court of Justice, voor de vijf ronde, bv. of fi » ar, before the tribunai; zº spannen. Wij rig, bv. fi' bv four-stringed. # vijftal, o.. number let of four. - way.]vijftien, telw. fifteen. ## wherefour roads meet, cross vijftiende, bv. fifteenth. for four voices, by four die vijftienjarig, bv. of fifteen ye vijfhoek, m, pentagon, - ig, bv. p and four, iVioolspeler, m. speelster, v. violinist, viol ; een vin verroeren, to stir;j viooltje, o, violet. # . .. vin, he did not stir, hej Wirtuoos, Wirtuose, m. & v. virtuose. dwin, furuncle. Virtuozen, m. & v. mv, virtuosi. o meet, to settle; ik vond Wisch, m, fish , zontevisch, salt-cod; vlieg paper ; zij vonden viseh, flying-vish; versteende wiseh, icht 38; 33% ; 3.53:: 3-233-, 2 . . - 3 the; zoo gezond als een visch, as sound roach; zoo stom als een viseh, as mute fish, botertje bij de visch, money upo mail; men weet niet of men wisch of wie aan hem heeft, he is a man one cannot # out, he is a man never to be trusted; de g at twelve o'clock; visschen slokken de kleintjes op, th aar ik zal hen wise hachtig, bv. fishy. , (fishes eat the s ering me, but I'll wisehangen, m. fish-hook. » 's, Vischarend, m. ospray, ººioolsnaar, v. violin-string. ouse officer. |WIak, o fish, een aan, een anker Echip N o fish an eel, an anchor, via hen ren, d # h for, to inquire after, naar conn-lºwtairen, bºw, vl on vissehen, to fish for compliments, wiakgangen, m. mv. floor-pl aan, to go afishing, ieder vischijvlakheid, v. flatness. very body takes time while timelvlakkeloos, bv. zº wiele ter, fisher-man. (serves. Viakken, bºw, to blot, to (fishermen.|viante vººrlain, level, dat bited by Wlakte inhoud, m. square-roo lwiaktemaat, v. square measu vlakkerig, wiakie WIakten meting, v. pli vlam, v. flame, blaze, the flames; zijne oog .. 3& his eyes flashed fire, een vi » . sigaar aan te steken, o find fault top, with), to cavil, toy:ie: v, flame-col S. -.--... ... :S:S ions (op, upon). » WIanonnen, b. & o,w, to flame, ensor, caviller. ... ...3 : ... > # # te damaakeen, vlamme . fault-finding, particular, Wiam vervig, bv. flame temper, particularness, wias, o, flax; -aeh h ºngs, Vlasakker, shaard, o, scouring of spots, is # # 2. »lotting paper. ####t, vleugel, m. wing, ºpinion, vane. leugeladjudant, m. aide-de-camp. # ºm leugelde tasei, o, wing-shell. carnatuty, ## vleugelen, b, wº to pinion. # rnivorous, de vleeseheten de ºlie g,bv. winged; vier vleugelig, four-w ora. # # # # » tºt ### s, bv. wingless. S& << selheetster, m. & v. eater o # in. m. leader of the file. f meat. (meat Wien geleehild, o, wing-shell, S - #w en vormig, bv. wing-formed, wing-shar , o,w, ze slagen. # e, o, moment of good luck, shart rev boot, v. fly-boat, - # den, o,8: b. wº to ſlee, to fly, to shun, te » er, m, Wiiedster, v. flier, shunner, ave jwiieg, v. fly; iemand een vlieg afvang cut any one out, to out wit any one, twee : gen in één klap slaan, to kill two bird drie stone, .. # , ow to fly; i. up, in brand bºw, ### ne, v. meer voogd, m admiral, wºonzijde, v. flock silk. WInt, o, raft. . ## e. - en waar aardai e a duit application, de vrijl":"E," ", "#####", 1 dili Wlotachtig, bv, raftlike somewha WIot ballen, m. mv. timber rafte. whotelingen, m. mv. they that belong to the ### e al de vlotelingen, all the crew Wlot gaand, bvv. easily, fluent, W tot gran, o, sea weed » » Wlot hout, o, drift-wond. 3. . . . # a ceous, wroeten, hººgo w to float, to succeed. l, stream, river, inundation.ſwinnen, v, flight, extent between th eat many ; een vloed van mºties of bird's wings eovey. 3&#$%#$% ars, een vloed van zo'n 1 de vereist, on the wing, in a ſsins, eb en vloed, ebb and foodd nemen, op de vlucht g - # # flux and reflux, de witte one's heels, op de vlucht to" tºt er in wnutes. » .. » jagen, en ºp de vlucht slaan toe ºm : ## deuren, v. mv. dood-gates. v### in 8 v. fitgitive » » ter, o, t ### WIachten, o, wº to fly awayi v » vijand, to fly before the ººg to fly from. # # , bv. & b w. volatile, ºf eursory, inconsiderately. e ide ruiten ijve urishingness. geen voeg geven, to be un- ge als voren omschreven, as roege dat, so that, in dier weege table, becoming. (dat, so that, , v. suitableness. b. &o.wº to fill op the joints of, to join, to to suit, to be fit for; zich voegen naar, ply with, to accommodate one's self to : #"ij zoo te spreken, it becomes met # 'S.: ; . . . S. . . . . . . . . . . S.S. # # # ## me before in voege al volgt, as # to an up the joints wit netion, .. oming, at, decent. ": deel g, voetangel, Voetbad; o.. ſ den ouden voet blijven, voºr je onder den voet halen, to pu voet volgen, to fol y o ## V downt den voet hebben, to be master of, # # voet liggen, to have come to an end, den voet smijten, to throw down, afoot; twee duizend man te voet, two foot, krijgevo tik te voet, infantry, foot. iemand te voet vallen, to throw one' any one's feet, voor den voet weg, at voet voor voet, step by step ; voet zetten, to land, geen voet verzetten % geen voet ergens zetten, notº one's self anywhere, iemand dºen voet zetten, to thwart any one; iemand d lichten, to supplant any one, to cut any to put any one's nose out of joint; iem geven, to encourage any one, iemand voet geven, to be too indulgent with a voeten en warmen te groot, much toe van het hoofd tot de voeten, from head from top to toe; iemand op vrije voet ten maken, to brush off, voeten treden, to tram, vegen, to wipe the feet; ten, to set any one at Liberty, zich uit to cut one' upon ; de iemand de vegen, to fawn any one, to flatter any m, trap, caltrop. , m. foot-post. m. v. mv. irons, fetters. » serpent, squin, # # of the foot. | f %. .. 1, een versteende vogel, an ting, to answer ete vogel, callow bird, Gaiiow Woldoend, bv, satisfa low, een schrandere vo-Woldoende, bv. sufficient gel is gevlogen, the bird meer dan voldoend has escaped. » .. .. yen, 1 m. bill of a bird, voldoening vragen, to 33 33 33% hrijver, m. ornithologist. Woldragen, bv full-grown. (a rijving, v. ornithology. . . . . . . voleinden, wol eindigen, b. w. to finish bird's egg. Voleinder, m, finisher. # o, wº to catch birds, wol eindiging, Woleinding, v. itje, o, bird-call. . # # # # # # 1 plishment, en d; hij de voleindi kweel, o, warbling. wol geestig, bv. full of wit, witty , o, voice of a bird. volgeling, m. follower, votary. ng, o, singing of birds. » Volgeling, v, follower, votares m, dealing in birds. volgen, b. &ow to follow, m. dealer in birds. volgen, to indulge on d-keeper, follow; volgen uit, ing. # » # gen, to deliver up, ## claw, S. . . . . . . . . . . . . . . . . - Volgend, bv. successive, fo # volgens, voorz, according to , according to his # otaress. to succeed, 33 d ::: # volg -market. , , , » eq r in birds, bird-keeper. Volgooien, b, wº to fill. neet, volgreeks, v. series, succes t. » 1, # # grown an, bv. doeil aanheid, v. doeiii foot, ſinger-grass. k, m. snare. deatcher. atching, fowling. w ng, v. Volnooien, m. vol smolen ## w 1 ll. W » w º clear, distinct, cl enaar, Wolmondig, bv. & bw tinctly, openly, freely. '- Wolop, hw. # ity. &# 3. Wolprezen, bv. highly praised; power of the people, * , every praise-deserving. m: demagogue. Wolprezenheid, v. being dul » natural philosophy popu- prezenheid, being beyond huma fare. (larly explained.jwolschenken, b. w. to fill to the brim. instruction Wolsehieten, o..w. to be filled, # #ï, # % w moed schoot vol van dankbaarheid, h m. Wolknop w swelled with gratitude, hare oog en sch lar sedition, uproar, Botie vol tranen, her eyes were filled with team w A is # z bw, fault, complete, quite, # # tankzinnig, quite mad. ar tradition- Wolstaan, o, w. to suffice, to satisfy. e, faction, volstaan en et..., it will be suffic woïstandig, bv. & b w. steadfast, co iWolstand d, v. steadfastness, c Wolstrekt, bv. & bw. absolute, absolutely i strekt niet, by no means. z:-. # efore, as; eens voor ik doe het voor u, I do it er een gulden voor, eten en vººr hem, 1 stoo . "WMUWRWOWW-WWW ereider, m. d. onnen, to appear, iſ voorbereiding, v. ; iets voor ons waar houden, voorbereidsel, o, pre as not true; iemand voor woorherient, o, prefa to take any one for Woor beschikken, bºw, ik houd er niet voorbeschikking, v. van en ga ## acht voorbestaan, o, pre-existence. o out of town for eightjvoorbestemd, bv. predestinated oor ºanehen, it came before woorbestemmen, bºw. voor kiespijn, it is good woorbestenmaning, v. 1 oor drie weken kwam hij: v. previous » en, nu we to to intercede, to pray # aken ; eft hij o is his ## bove ott bw, formerly, be e, v. van, van gua voorhof, o, vestibule, parvis, porch. ( voorhoofd, o, fore-head, een stalen we » E# b.w, to propose, to repr » # En man prepo ringenomenheid, v. ºp ## 'R, E. b, wº to ,,tegen, to prejudice against voor paard, o, fore-hon woorpand, o, ſore-skir Woorplaats, v. Woorp! ing, castle, yard, coun voorplecht, v. fore- woorpoort, v. outer-ga # voorpoot, m. fore-leg. run before, to go too fast (of voorportaal, o, porch, mmer ſa watch), iW previous, previously. op zijn voor Proever, roundly, to send voorraad, m, provisi » # hen, to have in ato to keep in store, v. | provir ons, een voor #rººt of wood, in voorstuk, o: fore-piece, het voorst piece, een voorstuk, a fore-piece. Voort, bw, forward, on, away, quickly, p. voortaan, bw, henceforward, Woortand, m, foretooth. x S. Voortarbeiden, o,w. to work on inafore. voortbabbelen, o,w. to tattle on, » opin... before the breast, voortbazelen, o,w. to prate on .. w, to play first, to have the lead (atjvoortbazuinen, bºw, to proclaim, to make.. ude, wie moet voorspelen, whoi woortbedelen, o..w, to continue begging, to voortbeen en, o,w, to walk on. ‘, one who has the lea orthºek o w. to continue toping, t » ea . teren, o. e, to predict, onheil voortbewegen, bºw. to move on, to trop ortune, I voortbewe » • . . . . . . . . snijdster, v. carver geknife, great-knife. bewegen, to go on, to move on. ## voortbewegend, bv. propelli mis voortbeweging, v. ## ------------------------- drive on, to drive, en,o..w, to corrode, to grow in to sneak away, t onaen, o.. w. to proceed, to come forth, tolvoort, mijten, b. w. ive, to be born, &# : : : : : (struggle on. Woortsnellen, o,w, rkrabbelen, o.. w. to continue scratching, to Woorten orren, o. ººs en, b. w. to get along. Vººr pºlen, o, w. to play ien, b.&o. w. to wheel, forward in a Woortspinnen,o,w, to spin w, to wheel on, to drift on, to patro- to purr on, to continue omote ## "- Voortspoeden, o,w. to h. heen, l, Voortspreken, o,w, to c way Woortspringen, o..w. to 1 to erºep along, to ſ unnen,o. w. to be able to proceed, to proceed, Voortspruiten, o,w, to proceed, to even, o.w, to continue living. # # < ## - # # to continue reading, to read on, rºther w k, in, o, w. to run on, to ruu away, proc w, to make haste, zich voort- away, to escape, #Woer to be forced to go on, to be koran, ik moet voort, come, gansehen dag voort, rest the whole day. to continue writing, to writel as possible. - --S -- to propagate, to spread, # # » # N speak without in te tep before. ## to go on speaking, to p, to run koetsier # ## oorweraden, b, wº to pretend, » voorwending, v. pretending, feigning. Woorwendsel, o, pretence, onder voor we under pretext. .. » .. Voorwerk, o, frontispiece and preface, int voorwerp, o, object, en andere voor we voorwerpelijk, bv. objective. (and other a Voorwerpen, b. w. to object: iemand een ..j oudbakken brood voorwerpen, to thro ; bij piece of stale bread before any one. . n paid be voorwerping, v. Woorwerpeel, o, objecti (forehand voorwerpsnaam, m. name of an object, ard iWoor weten, o, prescience, fore knowledge, .. adj mijn voor weten, with my knowing it, zijn voor weten, without his knowing known to him, iets doen met do wilfully, to ## a thing pose, # f, fore-streamer. Vossenbon #vossenhaar, %3% . . . . . # # #3 ## » Vossenhol, o, re-garret. » Wessen hun ## fo beginning of the summer. Voesenjacht, v. foxh son by a former marriage, Vossenjager, nu, %. precaution, care. # W. jong, o, fox's cub. ngy; -heid, v. sponginess, W val, m. fox-trap. r, m. claimer. S3 . . . . . . . . . . . . . Vossestaart, m. fox-tail. o. & b, wº to advance, to improve, to Wossevel, o, fox-skin, ask, to claim, to exact; vorderen in Wouw, v. fold, plaid, "# # schap, to advance in knowledge, een eiwouwbaar, bv. to be folde Id vorderen, to demand a debt; hij heeft Wouvvheen, o, folding-stick. cent te vorderen, he has not to claim won vvdeur, v. fo #"#1 » . # Wouwen, b, wº to fold (as line progress, improvement, de boekbinâ.), de han ring maken, to improve, E j" folder # » Wenen werij, vººr bw, betor WW--'. ''- W ar en na f refusing neither; Wraagachtig, bv. in S 1, ma & v. ## ce of peace. articles of peace. Vreugde, v. ºf iemand, ton Vreugd ## # zen voor, to fear Wreik, m. miser, ## Wrek: Wreleachtig, vrekirigheid, v. tinginess. vreten, b.&o. w. to eat gluttonously, to swallow, Nee: m, glutto d -ij, v. eating, feas » # ness , vreugde beleven aa » delight in any one, to live to see an one happy; hij is de vreugde zijn er ouder he is the joy of his parents, Vreugde f, o, rejoicing. wreugdebetoon, o... show of joy, vreugdedag, m. festival, ## ºf de dans, m. merry dance, Verenigd maken, bv. intoxis eest, o, festivit # .. festivity. 'wren: de gaten, m. shout of joy. ubel, Wreugdegejuich, o, cheers, ##%. &#%& # # # # is houting, 1, exclamation of joy, merry shout ng of joy. # joyless. eastly dinner, feastly meal. #2 #', gun in token of j Wreugdeloos, b Vreugden # # N #. frosty. % - & 3 - $ # % free, easy, liberal, loose, N reedo , you are free to..., vrij man zijn, the liberty, it. ><< NS-X38- 32% - & S.<->< mij ten, I beg to inform # arts: in d . #! m, al arts; an - #$%% 33 33 3: ... :: Vrijheidsgeest, m. W fresh air; de vrije lucht staan, to be Vrijheid " , e ####### # # # #*#, one is er nººit vººr,,,,,in iſ men, to be free again, op vrije voeten Meijheid maagd," goddess of 1 , to set at liberty op vrije voeten zijn. Vrijheidsmin, v. love of .. ree; vrije wil, free will, een vrij goed wrijheidazucht, v. spirit o ; veel #" eten, very good eatink tolvrij houden, b.w to keep hiy wel vrij ºnd, rather ofd vrij vrij is, o, ayfun rather much, a f deal of ; vrij ## o, free ye al .. # of ### #. l of money', vrij van, exempt from Iwº #ieratiº, ºly, E# ### 1. holiday. ' (much more |': '#"# # # j free-ticket. .. » ven, o.. w. to remain free, lvrijkooping, v. rede vrijbrief, m... pass, jkooping, v. rede passport, indulgence vrijkorp, o, body of » voluntee w, to rob, Wr > . . . . . . . . . . . . 3. » aay and » ..." » (Saturday |vrijn, kheid, v.womanliness, fem & S&...:: ..::% ard, m. female nature, female charac rouwenadel, m. female lottiness of character, vrouwvenarm, m. female arm. ... : : : » ## ##### # # w WNS E. e... EVrouwendag, m. Candlemas. ful # E#i."#ekeloth. Vrouwen drank, m. drink for women. vrouwengek, m. one fond of woman. Vrouwenglas, o, ising-glass, » Vrouwen haar, o weeping-thyme. # Vrouwenhaat, m. female hatred, hatred of a w. 1 man, woman-hating, hatred against women, vrouwenhand, v. female hand. # Sºw en handschoen, m. woman's glove. Vrouwenhart, o, heart of a woman, a woman' vrouwenhater, m. woman-hater. th Vrouwen heraad, o, shift. liberty. . . vrouwen hoed, m. bonnet. ed, liberal. (sentiment* vrouwenhuis, o.. asylum for old women. mindednsss, liberality of vrouwenkerk, v. church of Our Lady, - a boat by a single oar vrouwen klap, m. women's gossip, two Vrouwenkleed, o, woman's dress. » .. .. rouwenkleeding, v. dress for women. rouwenklooster, o, nunnery. ouwenkracht, v. female power. rouwenlaarsje,o.bottine, woman's boot, ſwom ouwenliefde, v. womanly love, fondness ſt, %. # ith the u rºl staan, to be on zwaard verwoeste vuur en vlam ºpnwen, t koud van #% e wet vuur, life, een paard van » 3.::"33: 33 33 3. het ºver en der liefde, a rotten egg, vuil, vuur den oorlogs, th 33 % ile taal, foul languagel van twint en tweede 1 kijken, to look angry. jv W cked person. & b w. malicious, -ly. Wuurberg, Vuurbrakend, talk. Wuurbraker, m. gun , dirtiness, obscenity, malice, waar haalt, m, fire-book, 1th, filthiness, dirt, malice, ille <><>, <: ... - W troom, m, current, river, stream. Wederbekomen, b. w. to recover. nden, o,w. to feel one's mouth water, ## v, getting back. | ## b. w. to desire... back. nd, my mouth waters; het doet mij wederheloonen, b w. to remunerate, nden, it makes my mouth water, doen westerbrengen, b. w. to bring back, to return en, to make one's mouth water; ik wºederbrenger, m. one who brings back. er van, it makes my mouth water, vºederbrenging. v. bringing back. indt er naar, it makes his mouth We derbrengster, v. one who brings back. (water, sea-voyage, wederdienst, m. reciprocal service, service m. Water uitstapje, m. trip on the wederdoopen, bºw, to rebaptize. # water-cask. Ivºederdooper, ma. anabaptist. »: . . . . . . Watertreden, o, wº to tread wat we de reisch, m. redemanding. # pright |vvedereisehen, b. w. to redeman, to reclaim. , m. swimmer who by only jwe de reischer, m. reclaimant. 3. . . 3, the up of his body ## hing, v. reclamation, . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . :-... N . Wedergade, v. match, equal, dergade, matchless, hij heeft zij na het biljartspelen, he gaf aan, m. resounding. ergeboorte, v. regeneration, rgeboren, bv. regenerate. geven, b, wº to #" &.3 # , b. w. tetake. : erom, bw, again, back again, anew, derontmoeten, b. w. to meet again. ºntmoeting, v. meeting-again, run , ma, # w vving, v. re-edification, priehºten, b, wº to re-edi richter, m. re-erecter, &## ie-establisher, -> ren, v. ce Wedrennen, o, # ichting, v. re-erection, re-establishment. W "Wederops ; o.w, to rise from the dead. Wederopstanding, v. urrection. Wederpartij, v. adversary. --------- -- w elijk, bv. & bw, illegal, unlawful, telijkheid, v. unlawfulness. lijk, bv. revocable. 3, »ep ederroeping, v. recall, repe spait, v. rebellion, mutin ::::::::::: anneling, m. & v. rebel. > nnig, bv. rebellious, -ly, refractory <-> # refractoriness. --- repeal. ## m. adversity, i #raait, v, contradictio . elken, b. w. to contra to gainsay, 't w to be i tent with. er, v. contra-lv. tdicte adiction. g: ### to resist, to oppose, esistible, > :::: « v. resistibility. ee; wederstand again, to ren #' # weduwschap, Weduwnaarschap, 9. wido # W Weduwvrouw, v. v Wee, o, pain, pang, w Wee, tuss, woe, we Weede, v, woad, bloeien, Weedom, pain, grief. Gº weaver's tra Weefhoon, o money fo º eetlijnen, v. mv. rop tissue º v, wainscot, wa ar, bv. weig A- 1, # en er we » eer o eet, na, twee rechijn, m. reflec Weerschijnen, o..w, Weerse hij aan el', o, r Weersgesteldheid, sure ºf eerslaan » both si # e # > S k thunder-clap, eiike, Weerspannig, bv. obstinate. Weerspannigheid, v. obstinacy » eeraireven, b. w. to counter-act. eerstrever, m. one who counter-acts. Veerstrevig, bv. counter-acting. » Weerstroom, m. #ſter- en rent eerste uit n. # # oth sides, ºrological table w, to lea en, o..w, to ken, b kern, b, hite away. blow away. **, stay away. . - en, b. w. to rub off, to clean, to stelen, b.w. to h N to lf; van of, because of, he, on your hand # # ade we Wekklok, v. alarm-cloc ## welketen, v. rousing voice. .. "Wel, v. spring, well. Wel, bw, well, right, zoo wel als, as well | niet al te wei, not quite well; ien al | mogen lijden, to like any one very well, | twintig, more than twenty; ik zal het w doen, I will do it certaiuly, # # AWel, tuss, wellit ## # . roa N # # # # # ## IAAvelaan, tuss. well then I come on 1 away, to be lost. - Weihearheid, bv. "#"# well-dome. # Wel hebouwd, bv. densely huilt. eadow, in de weide doen, wel bedacht, b well-advised. » eadow; uit de weide halen, Welbedachtheid, v. considerateness. ow, ## HAAV'einehaaglijk, bv. well pleasing. AWel behaaglijkheid, v. delightfulness lMWelbehagen, o.. good pleasure, approbation. Wel bekend, bv, Eno wºn, .. # elheltende, m. & v. intimate. (custome vºelbeklant, bv. with a good custom, with ma Weibelronnen, o, good success; z.. Hºekomen, concertea. . . . # well-dressed. luent, eloquent, volub reid, v. cheerfulnes , bv. well-or pen, bv. well-made. t, bv. apposite. , bv. pleasing. alligheid, v. complacence. dheid, v. good shape. d, bv. in request. en, bv. respected. ad, bv. well-minded. dheid, v. good intention. v , springy land. t, bw, soon. luxuriant, proud. d in »v. courteous, id, # polite Wel verstaande, # pr Wel ving, v. vaulting, v Welvoeglijk welvoeglijkh eid, v. dece Wel voorzien, bv. well pro Wel water, o, well-water. Wel wezen, o, welf Welwillend, bv. ben welwillend, bw, bene Welwillendheid, v. t Welzalig, bv. blessed. Wel zand, o, loose sand, welzijn, o welfare "tendig welz Wemmelen, o,w. ( of, overal weri #Wºerts #AA'er is ertoe us. AWerks pak, ## *# # erkplaats, v. workshop, workyard, laborat Werkeloof, v. drudge. # talker, m. striker. Werkstellig, bv. practical; werks to put in practice ## .. to put practice. jwerkstelligheid, v. practice. "Merkster, v. char-woman. .. Weriestuk, o piece of work, workmans Werktafel, v. work-table. werktijd, m. working time. # W strument, organ, en rittuigkunde, v. mechanics, erktuigkundig, bv. mechan erktuig & me m, West-In west-side. # » , o, westnorth-west. g in d. . # # ezen li k, # WWezenli ## ent, o, bw, westward. # 3 . . . . . . . . . . . o, west-south-west, » ernment, magistracy; wetten naar Wezenloos, iemand de wet stellen, toWezenlooshei W wezenlooze, m st, law, gov make laws; any one, the law, nood breekt wet. AA no law; naozaïsche wet, mosäie wezens trek, alen wet, an inviolable rule, juwhiaten, o,w, to code. » # we hi ſpel, er, m. law-breaker. .. |vviehei, rij, w, a uir, v. breach of the law. wieheren, o..w, to aug b, wº te ow; doen of laten weten, tolwicht, o, baby, chilt rd, to inform one of; te we born child, #### men kan nooit weten, there is Wieht, o, weig 3- S , you o # madelaar, m. wine-merchant, wijnhuis, o. tavern, public-house, gin-shop, Wijnjaar, o.. year of vintage. Wijnkan. v. wine-pot. » wijnkelder, m. wine-cellar. w er, m. wine-merchant. Wijnkooperij, v. wine-trade. wijnkrans, m. tavern-bush, Wijnkruik, v. wine-vessel. Wijnkuip, v. wine-tub. » iWijnkuiper, m. wine-cooper, N Wijnland, o, wine-country. # wijnlezen, o.. wijn lezing, v. vintage. jn lezer, m. vintager. ijnm: , October. wijnmaat, v. wine-measure. wijnmeter, m. wine measurer. r, v. lees of wine. st, m. vintage, crop of wine. ter, # vi Wijsgeer, m. philosopher. Wijshoofd, m. & v. wiseacre. wijsneus, m. & v. wiseacre, pedant. Wijsneuzig, d, pedantic. ger, m. fo g .. tºt o). » # stafvv v, yielding uit. Winstderving, v. gain 1 Winstgevend, bv. lucru 'Winter, m. winter, in p &# bend, N instbejag, o, purs of gain, ººien missed, ive, ters, in winter-time, in t 1 van den winter, na the midst of the winter. ints winter-potato. terachtig, bv. wintery. # t"Winterappel, m. winter-apple. #Winterarbeid, m. winter- 1 winteravond, m. winter e winterhed, o, winter-bed. "Winterbloemen, v. winter-fi interhºoter, v. w. Winterbui, v. wint |wwinter daags, bw, in Winterdag, m. winter-da den winterdag, in win inte ppel, m. profit. .. w # | Winst #### Wisselziek, bv. in Wit, o, white, butt, -- , bv, wwit geld, o, silver . ## ter gain. Witgepleisterd, b w wing, strappado, moment, in een ### bv. whi # inkling of the eyes, in a trice, opwitharig, bv. white-haired. V te gaan, to be on the point witheid, v. whiteness. .. withouten, bv. white wooden. Witje, o, butterfly. Witkalk, v. lime # white wash. naar de wip, hang yourself without, o, white wood. w- €, ## Witkleurig, bv, jwitte "Wit ik » , v. wool-weaving, rness, desert; inwond, Wonde, v. wound. jºuw ondarts, m. surgeon. # Wond heid, v. vulnerableness, vulnerabil ven, to dye in wond! m, v. ungent for wounds. en faced; veel wonden, b.w to wound, to hurt. (wo uch ado about wonder, o wonder, miracle; geen wonder .. # Wonder, bv. & b w. strange, very, extrao |wonderbaar, bv. wonderfui. |vvonderbaarlijk, bv. º bw, wonderf g, -heid, v. wooniness. N8, NN. ''; . . . Z., S. •V # # # wonderbaarſtijl. heid, V. marvellousness. wonderbalsem, m. wonder-balm. bv, wolvish. wonder beeld, o, miraculous ## Wonderboom, m. Palma-Chri ona #WWonderd erdaad, v. miracle, jwonderdadig, bv. & b w. miraculous, # inderdier, o, prodigy. .. .. I am punished, ik zº wording, v. becoming 8:33 33: »eren, to comma voeren voor..., to be the spokesman in rd geven, to pass word jij Worgen, b.w, to »ken, word, zijn wºorger, m. strang , to keep one's word, zijn woord. Worging, v. strangl in one's self; het woord worgkoord, o, stra ak woord is aan N , it Worm, m. worm, w et vw 1 komen, Wormachtig, bv. v. k, iemand het Worsmaehtighe - , to take the word! worm drijvend, #. Morg, m., quinsy to speak 1e was Wormgat, o, worm-h r uit, Wormig, bv. wormy. # zegel, wormkoekje, o, vermifuge W niwormkoorts, v. fever caused by wo - Wormkruid, o, tansy. # a quarrel withiwormmiddel, o, verm iemand, toj Wormpoeder,,o. # wormstekig, bv. 1 wormstekigheid ormziek rong, w AAvrongel, tiAWron #AWrongkroon, v. diadem. Waaft, bv. fickle, mutable. it-wuftheid, v. fiekleness. ſwuiv ## to wave, to waft; ## n 1 wreath. x . v, curds of milk. eckon with; iemand wuiven, toen vºe ee, te sapprove, to blame, to reject W . .. outshot, # o, vauit, cave. # # tottering state, wulpsen, bv. & b w. gay, frolic, wanto Wulpschheid, v. wantomness. .8. - . . . . . . . . . . . . . . . . . . ..., lºw urg, v. squinancy. , Vººnrgen, b. w. to strangle. HAVurekoord, o strangling-string, Warmen, o..w, to drudge, to fret, to i pawn, sperm. v. like seed, # # » # ## m. so wing-time; -veld, o, arable field r, o, sowing-weather. ### . . ? » ak, m. sower's bag. v. thing, case, cause, matter, business, affaire. Zal ide, hebt gij al uwe zaken bij een 't Zakelijkheid, v. all your things ready, eene zaak van Zalk formaat, o.. po a matter of importance; eene zaak. Zakgat, o, pocket-h a cause, de goede zaak, Zaltimorloge, o, wa ake, tot de zaak komen, to come to Zakje, o sachet ; ter zake tº come to the point! dat! Zat u aan, m. Zakka te : zake, that is of no bºw, to bag. ## NW:WNNSX'.....N:XX ###### stig, 11 jraa h met een andere zaken. Z » . ddle with the business of an: Zal ikenroller, S.,... -.T. . . . . . .EN * zijn. to be out for Zakker, m. pock ken, man of business Zakkijker, ma. e enis van zaken, with the Zak » ge of things. » # #orrie, » » a lantaarn, v. po lannen, o, pocket-k Zaknet, o, hagnet, # angsten, v. singing-voice. Zangster, v. singer, muse, any coherence, in Zangstuk, o.. song. dust; iemand Zangtana, m. singing-tone. » .. st before Zangvereeniging, v. singing-society. any one's eyes;#za urs the stomach, Zangvogel, m. singing bird. $ 2 :: # # d. # Zang wijze, v. tune, melody. # : : : : : : :: 3 Zanik, m. & v. grumbler, tedious person. Zaniken.o.w.to grumble; iemand aan zijn o zaniken, to bother any one. &# # # # # # ## en Zaragºvernmogen, o, singing-faculty, dy, , m. sand-bowl. |zaniker, m, grumbler, tedious person, bore Za ull, tired, dru sa, o, sandehill, eat one's fill; hij is a fith sand, heeft geld zat, he has ple •V # # # # . . . . . zat zi na, to hav g, m. Sat aterdage, bw, on a Saturday, rdagaeh, bv. Saturday, devilish, f, satiety, drunkenness. er, they, thena, ## W. . . . N. bw. moral, morally. oral, -he immoralit hn-dory, & eenmeeuw, v. guli, sea-me reach. Zeeanen, hºw to taw in whi a-letter; -burg, m. sea-fort, ennen, bv. shammy. haris, m. commissary of the navy. Zeementap, m. wash-lea m, sea-service, navy. Ze ## zeenieer, o s iety. | # # mº animal. '... . . . . . . . . . . . %. S. • R.... .. ## coast-village. » N Zeemogendheid, v. maritime power, int, ster, een oºr, # XX. Zeemonster, o, sea-monster * Person % nots' # # | |Zeenatouwer, m. leather-d aan zijn...... ! &#%## -devil, -eend, v. sea-duck, Zeenat, o, sea-water, -niaat, v. de jn oo se hin: -engte, v. ntrait. Zeeoever, m. sea-shore, # rson, bon dicht als een zeef, as close Zeeofficier, m. sea-officer, -oorlog, ", oore, sieve like. (as a speaking-trumpet. Zee overste, m. admiral, » e crehriforme plate of the ethmoid,zeer, v. soap; groene ze v. curve. (bone, os cribriforme, zeep, white soap, spaansche zee reukzeep, perfumed soap, harde ter, # Zeepaard. o sea horse. o. roaring of the sea, Zeepaarde, v. fuller's earth. (noise of the sea. Zeepaehtig, bv. soapy. of a harbor or river. # # » gelkosten, gellak, o, 's ession of a seal. # << zº s Zegenaar, e: een ººk: .. aat, m.. ary Zelfkanten, bv. th! Zelfkennis, v. elft linker, m. elfliefde, v. elfmoord, v. ails, op zei- fast sailer. v. sailing-boat. :::::::::::::::::::::33: ple aar, bv. ready . # k Zelf vernº # ######### Zelfvertrouwen, o, ail-v. ### Zelfverwijt, o, remorse, Zelfvoldoening, v. satisf Zelfzine %3;& 3% Zelli Hºeive ### t-rater, tax-regula tterij, v. compositor's work-place. Zetting, v. setting. IZeulen, b 'o drag, to drag... alo Zeuren, o..w to loiter, to talk nonsens Zeven, telw, seven, Zevenarmig, bv. with seven arms. Zevenblad, o, tormentil. # ende, bv. sever zevende, in th 'en threads, en Zie ern, W Zieltogend, bv. Zieltoging, v. a. Ziel verheffend, #Zielverkooper, Ziel verpestend, , to be Zielverzorger, 1. to learn, to endel. she likes him ver be in favor ienna aan games en even stand in awe of any ºnbevvaarder, m, man-nurse. laat ons zien, let bewaarster, v. nurse. # at, to look for ; zien eg, m. hospital. # 4 care for, to be sparin, uin, o, hospital. , # | gers zien, not to be e. karner, v. sick-chamber. a thing, no to mind a eder, v. female surveyor in a hospital. Ziener, m. seer roost, m, comfort for the sick. Zie aan vrij ze, v. opinion. rooster, m. comforter of the sick. Zier, v. whit, atom, pin, g ten vader, m, surveyor in a hospital. Ziertje, o, small quantity, en stoel, m. easy-chair for a sick person. Ziezoo, tuss, look here, sickness, illness, maſady, disease, val-Zift, v. sieve, # e, epilepsy; engelache ziekte, rick Ziften, b w. to siſt (as e ekte, epileptie, aan te scrutinize; nanggers zº Zifter, sifter, critic. Zifterij, v. criticism, Zifting, v. sifting, discus rij he, he, i ing, v. boi .. # ier, bw, look here. ill, sick, diseased; ziek liggen # XA v, unhealthy, ailing. (sick. htig, bv. sickly thed, o, sick-bed. e, ma & v. sick person. lijk, bv. sickly, infirm, # jkheid, v. sickliness, infirmity, rij, W Zijd, disease. | º # de vijf zinnen, ive veel zinnen, so many men zinnen beroofd zijn, " sensee, to be mad; van zins zi zij doet zijn zin, she # zin doen, to do as one likes; g. doen, you can do as you lik geven, to satisfy any one , z # to carry one's point; mijn # , I have my own fancy, iemand # men, to run into any one's head; zin hebt geen zin hebben in, # et vijf kinder left a widow withſ, (five children Zomergro 'ime of continement, om ergroen verhitte, v. summer- merhuis, o, sum # 1, 0 en een zomerkoorn, o sum ting Zomerlucht, v. sunnen to be seek-Z zoek raken. Z giana, W # & gster, Zoog vrouw, v. nurs ken, o sucking-pig. zuster, v. foster-sister, ol, v. guantity, lot, &## sol, v. sole, foot. alteder, Zoolleer, v. sole-leather. is tegie, v. zoology, Zoivingisch, bv. zoological, de zestie, Zoöloog, m. zoologist, (the zool Zuormen, b, wº to hem, to fringe. Zoom katoen, o, hemaming-cotton. Zoo en raaad, v. hem, » (no more t |Zoom.in, bw, as little, zoonairs al ## Zoon, m. son; schoonzoon, son zoon, step-zon, kleinzoon, gram aanschap, o, sonship. Zoopje, o dram, een zoopje hier, oopjesman, m. tavern-keeper. ter, bv. rough ; #. roughness, t-monger. rain of salt. ## gpijl #### % Zuigpijp, v. sucker, porn |Zuiſ # v, sucker, re zigiann, o, sucking-lamb. Zuigpapier, o, blotting-paper. k np, w .N:... SN:... . # & Zuinig, Zuinig m: salt-measurer. Zuinigheid, v. salt-mine. Zuinigje, o sa # Zuip, v. dri j i to drinkin %. Zuipachtig, bv. te zº:-..:-. Zuipen, bºto. w. te ## ui # #ulphurous. Zvvean # » Zwema flower of brimstone, Zwerm aan hurie spring. » # ºn of sulphur. N rimstone, # with tas, v. smoking... with brimstone. ever, v. sulphuret of pot ## Haneirt, v. su . t , 1, # ible, -bly; # old man, een zwval n; een zwak ten # ####e # w, weakly. er upon, » ness, oible, Ir k, bv. & bw, weak, -1, # a fainting-f to swoon. m. cup of frensy. become dizzy. zwijn, wild boar. #% tijnskot, o, hog-sty. vijmap riet, v. boar spear, ijsastrog, m. hog's trough. » atleet, spige m. ikiken, o. #w. to turn, to swing, ikiking, v. sprain, » Zwinderen, ## bed #. to giddy, v, iness, vertigo, < r, m. Zwingelaarster, v. len, b,w, to break fas flax), t elhout, o., Zwingelstok, m, swi % # ºvviesg # via g, o, breaking, swin! # o.wº to toil, to pant » # #n # ſolling, drudging, p! "Eid," sai en rivier, v. the ium, m. Ambrose, N o, America. nach, bv., American. # zel, o, # # kºeatrix, v. as, Andrien, abries, m, Andreas, Andrew. Etei ºngelien, Engeltje, v. Angelica. # ## naa. Naatje, Antje, v. Anna, Anne, Ann, Nan, telg, m: Anselm. (Nancy, N Ezelgi e eilanden, o. mv. the Antilles ſited edi a, Toontje, v. Antonia. antonie, Antoon, Toon, v, Apennines. Arabella, Bell. #e # laten engal. engalen, o Bengal , 'reuni ony, Tony Nee jamin, m. Benjamin , bv. Armenian. # Arnold, m. Arnold, Arnauld. agon. Arragonese. : Dorian. # Hºnorathea, v. Dorothy, Eolly, Doll. EBruïden, m. mv. Druids, g: ## JIBuinkerken, o, Duinkirk. IPssins, o. The Downs, |iniºn, bv. German. jºbsnitaeher, m, Germaan. ### o. Germany, # #ijn keetje E. ## .. .. ##### # » » .. # ## Eduard, Edward, m, Edward. :: » Egbertus, Egbert, m. Egbert, Egypte, o, Egypt, Egyptenaar, m. Egyptian, Egyptiseh, "#l Egyptian, Eliza » ": » h "## Betty, Bess, Bet. # » 21 m. Alsace, Emanuël, m. Emanuel. #### Emma, Emametje, v. Emma. ngeland, ## Engeland. v, A i N rentij , Francina, Frances, Fan je, v, N W N. N. . . . . . . . . N, ZN . . . . . in, ma. Florentinus, Florence, Francijntje, Fransje, v. Florentina. Frans, m. #nen, Frank, # and, o, Francon S # lenindo, m. .. ºorlander, m, # Helv ia. ik een drien, die intje, v. Hºendrien", meendrik, # Ha nault. w EHenegouwen, o E Herbert, m. Herb m. Herod, # 's Hertogenbosch, o, Bois-le- Edes, m. Hessing .. Henio dus, m Hesiod. laaieronyman,, m. Hierom. keihernië, o, Hibernia, Hiberniër, m. Hibernian, Hindou. je ireanië, o Hircan EIolland, o. # # ELuik, o, Liege, # Hanikerwaal, m. Walloon. Lusitanië, o. Lusitania, Lusitaniër. m. Lusitanian. Luxemburg, o, Luxemburgh. antje, v. Juliana. in Jupiter, Jove. # # # # ..." eens # #tina. ..., # M. # ##### o: Magdeburg, Maas, o, Maese, Meuse. Maastricht, o, Maestricht. Macedonië, o, Macedonia. » ## m. Macedonian, # 3-3 # . Manasse, m. Man eh, aratten, m,nav Mahrattas. mon, acedaemonian, n: en, o, Prussia, Eeunisehe oorlogen (de), m. m. Hºeyreneën, v. mv. Pyrenees. Naples, # # # . . . . . . . . . . . * .. ''N#o. rav, The Netherlands, R. # Dutchms » .. ### » #S » N Eaele. " n ### #iers, #%# : :: 33,3 3.3%.3.3 (Nick, ## :: en m eolaas, Claas, Klaasje, m. Nicholas, burg, o.. Ratisbon. enet, o, Newport. » # m. Raymond. %. steinout, Reinier, ei # # # # tiehard stijl aard, stijkerd, m. etagier stateert, zºut Ik kon aante, o, Romania. Z hout, m. Bombold, Hºorn # .. rian. # # East-Friesland. # # Eilanden, o. mv. seilly isies. arken, o, Styria, , ... , s #". santje, o. Susannah, Suzan. vr v# tijn, m., Valentine. R# » 'ſ Wateriaal aan % m. Valerian. ºr, m. Venetian. W-WW itan. m. Virgil. Vlaanderen, o, Flanders. Vlaming, m. Fleming |wiissingen, o, Flushing. Wogenen, m. mv. Vosges, , m. Frieslander, Waal, m. » waadland. #, country of Vaud. Theobald. oor, alsoortje, v. Theodora. lzae tarie-, m. z ekia, m. Zede jwaiiachije, o. Wallachian. Wallachijer, m. Wallachian. WWallis, de Wales. walter: m. Walter. weiensei, m. vistute. ## n. Werner, eh, bv. westphalian. o Westphalia. ahen, o. Swabia. den, o, Sweden. # G. B. van Goor zoNEN te couna Ganot, LEERBOEK DER PROEFONDERvi * TOEGEPASTE NATUU NT op het Leerboek der Natuurkunde Hemelglobe. het reeds ten on el nu zeker velen het bekend dat ook wel # # #1 N .. ##### .. » Uitgevers tot eene ge ts de helft van den oorspronkelijken prij besluiten. Als bewijs voor de meerdere uitgebrei teringen in deze nieuwe uitgave, moge onder anderen die rwijl de laatste Hollandsche uitgave 160 in den tekst ge Houtsneden bevatte, deze nieuwe, maar de vierde Frans » ewerkte vertaling 643 Houtsneden inhoudt. D ids en vraagbaak zijn, zoowel voor d den. Fabrikant, als voor ieder bescha gere Burgerschool, bedroefd weinig en practisch nog min- dan theoretisch, van de kruidkunde. Zij hebben derhalve oor hunne liefhebberij hulp noodig, die zich duur laat beta- » al te weinig de voldoening schenkt, welke zij min- n maar al recht hadden te verwachten. AMSTERDAMsche CouRANT, No 169. De Heer J. C. Krook, bloemist en mededirecteur der Kon. N # : Tuinb »uwmaatschappij .. Linnaeus s heeft de bezitters v#### ergelijke tuinen, die gaarne uit eigen oogen willen zien en ten, ten zeerste aan zich verplicht, door de uitgave van zijn oeielijk een geval voorkomen, waarin dit Handboek u in den teek laat, zoo eng, van alle kanten door hooge muren inge- ten, zoo dor en bepuind kan uw terrein niet wezen, of aan land der onuitputtelijke en immer milde natuur weet deze ovenier nog een tal van planten aan te kw eeken en den grond ijne omgeving te sieren met den liefelijken tooi van oog id groen en de honderdvoudige schakeeringen, kundige schrijver en bloemsoor ## 'Iſilliq aaaz laat u aao ua apula mau moi uiſlag , uea uaouapa rood ſit- in nah uapueq aataa un af looq hip uatlosuaan ſiaw uataz (uapſ is uaueua3uee uaa # tua3eapa3 nauun: Hotz ſiz ueeu peeuppral uapoo3 uaa uomioos a31preeAsuala Aaq nlosa3 saou aon reep aap Buuuuuuosdo op u! ualſnz w umn unu u! ap 'ſiz piau mapuozu I amsualpuaa 3 ua 'laas an malu neAaq nah uassau am uez, Joeuoaaa uet manu 'uapnoq Bizaq HAA lo ueA plaquapuozu! “umn uao ueA Bunueſdaq p naui qouz op 'uaaylla alp uapaquaaura3pe nev naam lag een ouaumoua3 qouz do op ueA noem oau ſiq na pamounia Aaon pao8 'smonoerd naues .. ee aalpua Aoq sea" ºpge komen, die u bedrei opgetreden ziekte door gepaste mid- 83 :::::::33: : : : : ::::::: , of wel om de taak des dokters, wanneer tenschap te hulp geroepen wordt, aanmerkelijk door afgaande doeltreffende zelf behandeling te verlichten. er van dit Werk wenscht eene leemte aan te vullen, in onze Maatschappij maar al te veel laat bespeuren; eemte heet gebrek aan toereikende kennis van de gewone oorzaken der ziekten, van de eenvoudigste middelen om ze te rkomen, of, waar dat niet mogelijk blijkt, ze te bestrijden, van ebruikelijkste medicijnen, die de huisapotheek behooren uit ken, enz., enz. ; kortom 't is het gebrek aan medische ken- hij verhelpen wil. - Gij dan, vaders en Moeders, wien loei en groei van uw huis, de welvaart en gezondheid van u vriend, en weest verzekerd, dat ge dan, zoo ge hem oordeel raadpleegt, uw geld op zwaren interest, op woeker een uitvoerig en wel bewerk wisten dat, met het oog op z indeeling aanbevelenswaardig i »treft, beschreven, terwijl ook # igde termi »lijk verstaanbaar is en de aangegeven geneesmic »met den Hollandschen naam worden genoemd. gemakkel k, dat bij de behandelin l worden gevonden jn tijd zoo be alle andere niet onthoude ": t in de ac ichaam it gezonde ! Dit werk mag voorzeker het goedkoops genoemd worden: het bevat 264 quarto eigen studie, zoowel als voor theoretisch de meeste volledigheid bogen, terwijl h voorstelling der wetenschap gedurende vier maanden van een op den voet te volgen. Tot n zelf in even zooveel Cahie icht, als men Hoofd-, # gericht, t oog op de vele reeds bestaat , Leerboeken enz., zou men het overbodig kunn lat getal nog met één te vermeerderen. de waarde dier werken te willen te kort doen, n voor dat sommige, hoewel ontegenzegge van de bekwaamheid hunner vervaardigers wijdloopigheid minder practisch zijn, betreft, verouderd kunnen worden ge- S ijken van de actijk op de meeste h aar die zich met enk n, leert dit gewoonlijk zonder j dat »practische boekhouden” g chuin toe, de routine schiet daarbij een beknopte handleiding, z # gtal bladzijden een duidelijk overzicht vs » geregelde boekhouding geeft, toch zeker nut kan stich niet overbodig geacht mag worden. L. F. Geerling, DE NEDERLANDSCHE BRIEFSTELL oudende: Brieven en andere opstellen over de mee onderwerpen, die in 't maatschappelijk leven gemee borkomen, met vooropgaande bepalingen over de gesc wijze van samenstelling en inrichting der brieven, b lin en en opschriften, bene ens allerlei koopmansb leven Alsmede: voorschriften bij Geboorten, Huwelijken een behoorlijken brief te ºid mist, terwijl men bij gebrek aan eigen huiſ » ht tot anderen nemen moet? Onder de verschillende Geschriften, die ten onzent onder de titels van B rieven boek, Cor respondent en dgl. het licht zagen, behoort dan ook eene eereplaats te worden inge- ruimd aan GEERLING'S BRIEFSTELLER : dat is het getuigenis van allen, die dit Werk leerden kennen en evenveel gemak als voordeel trokken uit den overgrooten schat van de nuttigste en noodwendigste zaken des dagelijkschen levens, die hier in een matig bestek zijn saamgevat. - Nadat ACHT uitgaven van dezen BRIEFstellen waren uitgeput, droegen de tegenwoordige t kopierecht de omwerking daarvan op aan zius bevoegd Schrijver, door wien het werk tal heeft verkregen en geheel naar de behoeften van gen tijd is omgewerkt en aanzienlijk vermeerderd. ei ding, waarin de redactie en inrichting der gezet en ook de Titulatuur, alsmede de brieven, volledig behandeld wordt, geeft rubrieken eene reeks MooELBRIEvEN, gelijk , ag, in het maatschappelijk en bedrijvig leven voorkomen, terwijl hij elke rubri t voor- uten, waarin n het werk a hier 1] .. hetgeen jn handelsboeken te houden naar eenigszins noodig is, voorschriften, m * *** J vººrzet ºver we dat ieder in staat wordt gesteld de meeste ge en zijn eigen Zaakwaarnemer te zijn, steeds met kennis ken te handelen en zich voor schade en teleurstelling te wac nis, DE HONDENDOKTER Handboek ten die eigenaars van Honden om de ziekten dezer dier kkelijk te kennen en door eenvoudige midde spoedig te genezen . . . . . . ene Vereeniging van Vade e... 1 o pag.) in 9,8o thans der kunstbenamingen in meid en tevens klaar voorgesteld # d diene nog het hier zoo dikwijls gebruik Tevergeefs zoekt men het woord in de ges # onzer letterkundige taal op. De Jager stellig aan het Nederlandsch toehoort en . en huidige schrijvers gebruikt wordt, maar no sche tongvallen en met het Engelsch to gi # wijze lachen of # voor het snateren der ganzen gezegd, van h. in verband staat. taalonderwijs zich hier niet aakleer bepaalt, maar ook # Engelsch en # niet alleen in het erre een Boek, een Tolk, die hem de technische taal ten leert verstaan, die hem voor de duizende vreemde uit loutere raadpleegde, 1, aan welke de nieuwere uitvindingen het aanzijn gave derlandsch woord in de plaats geeft, of, waar dit niet k is, hem althans de met het vreemde woord bedoelde naar behooren omschrijft en toelicht. De gewone Taal- nboeken - ieder weet het - schieten daarin veel ten hem, die ze in zake van technologie opsla in den steek; terwijl nog bovendien datgene, wat zij a isch gebied ontleenden, daar met zóoveel stof van is vermengd, dat er vaak niet weinig tijd en het verlangde daaruit op te delven. woorden en voorkomen, Bureaux van Administratie van allerlei aart et gebruik van vREEMDe wooRDEN vrij alge % is, en men het hoogste belang bi en de rechte spelling dier termen heeft. Lezers van Couranten en T ºlk niet alleen in ## # & » # x In geprest linnen band f M ag schier overb dig heeten, hier nog iets in 't midden te anbeveling van dit product eens Schrijvers, die zich cographisch gebied een gevestigden naam heeft verworven. Deze vREEMDE-WOORDENTOLK vult de leemte aan, di n zijne beide andere Woordentolken b gezet door E. 3. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . - %. Bur gerschool met 5jarigen Cursus te Zwolle. # jgbaar in circa 25 afleveringen be pag van 2 kolommen compressen druk, elheid letterdruks, gelijkstaande met 24 vel uk à f o,75 de aflevering. # In twee ingenaaide deele men band gebont halflederen band » de # Jaar drijkskundig taal verscheen. steeds niet digen toestand der landen ! Rijken zijn te gronde gegaan, ken zijn opgekomen, steden, vroeger bloeiend en welvarend, zijn als het ware verdwenen en vergeten; vlekken, dorpen, ge- huchten zelfs, waarvan de naam schier onbekend was, zijn be- langrijke koop- en industriesteden geworden. Mannen, toegerust met kracht, moed en kennis, hebben ons geheel onbekende dee- ten der aarde ontsloten, landen, volken en zeeën doen kennen in de verzengende gewesten en ijzige streken. Waarnemingen te land en te water hebben in menig opzicht onze denkbeelden en begrippen omtrent een tal van zaken groote wijzigingen doen ondergaan. Kortom in geen tijdperk trok de geographie zoo zeer de algemeene aandacht, wekte zoo een ieders belangstelling als in onze dagen, nu de witte vlekken op Afrika's kaarten angzaam verdwijnen, Amerika's vlakten zich niet meer kunnen eroemen nog nooit door een 's menschen voet te zijn ge- drukt, Australië's rijke minerale velden zich hunne schatten moe- ten laten ontnemen, de bergen geen onoverkomelijke scheids- ren meer vormen, stroomingen en winden niet meer afschrik- r zelfs aanmoedigen om de drijvende zeekasteelen als bruggen te doen dienen van het eene naar het andere 't Is daarom dan ook niet vreemd, dat wat voor een vierde n eene eeuw als nieuw en goed beschouwd werd, op dien titel geen aanspraak meer kan maken. Het meubelstuk "de dat ons tot gids strekte, behoort verwisseld te lke goede diensten het ons ook door zijne lichtende wezen hebbe. raal, als .. 3 :: 333.333 33 r, de koopma W zeeman, dlezer en niet het m der beschaafd men Het aantal afleveringen won eeds 35 verschenen. Afl. 1-22 vormen uur- of schei of kruidkunde geer of theologant of mathe- sterrenkundige en regtsge- en koopman verklaart, dat tel igte van deze laatste taal van de hoogere standen der maatscha der woord van het Frans »onderstelde regels afw leveren, in parenthesis a g, die casu uo met medehulp van ſaal wil # zekere lettergrepe .. bij d #### ien aard, »voorko de fat zij vo gegaan zij de uitspraak van elk woord allert vooral omdat aangeeft. .. ens, D IzioNARIo Italiano-olandese e Olandese- » Gebonden in al geen ond iens r hunne opmerkzaam Italiaansch chen abweicht und der unregelmászigen Niederländische in Ubereinstimmung » Wörterbuch der Niederlär » DE VRIES en TE WINKEL ederländisch und Niederländisch-Deutsch, auch enthal- end ein Verzeichniss der geographischen Namen, der Manns- und Frauennamen deren Schreibart von der Nie- lerländischen abweicht, und der unregelmäszigen Zeit- orter. Dritte viel vermehrte und verbesserteauflage (Uit- ave Maart 1876). Gebonden in geprest linnen band f 1,50 Jaeger, NEW POCKET DICTIONARY, of the English- a and Dutch-English languages, containing also: In e First part after every wordt the Declaration of the Pro- unciation likewise a vocubalary of proper Names, geo- raphical and historical Fourth edition entirely reviewed mented. (Uitgave Januari 1880). Gebonden in st, goedkoope zakwoordenboeken, die reeds bij d k door hunne nette uitvoering behagen (KRAMER g 1 Wo VET van den 17den Augustus 1878 tot regeling v LAGER ONDERWIJS, met Aanteekening en AL inklijke besluiten. S. # w. Regt, ALLERE TISCHE ONDERWIJSKUNDE, voornamel ractische Onderwijs onderwijzers eenvoudig en c at men den helderzienden zoovelen, fraaiklinkende e treden, levert in een kort bestek e beooraeetenae ges der Paedagogiek in Nederland, welke »orvlochten is met korte biographieën van de beroemdste Sehool- u Het zal dus gewis welkom zijn aan Hoofd- en Hulp- oNoERwijzeRs, aan KwEEKELINGEN, aan School.orziENERs en LE- DEN vAN SchoolcoMMissiëN, aan bezitters van de Pract is che nderwijskunde van denzelfden Schrijver, kortom aan ieder, die in eenig verband tot het Openbaar Onderwijs staat. Men al wel niet aan de bijzondere verdiensten van dit Geschrift wijfelen, wanneer men weet, dat de Maatschappij tot Nut van Algemeen het gereedelijk de door haar uitgeloofde Premie waar- g gekeurd en opgenomen heeft in de rij der pedagogische schrif. en, welker gebruik zij den belanghebbenden bijzonder aanbeveelt, erwijl eene derde uitgave, herzien door den heer G. B LALLe- , voor zijn algemeen en bijval pleit. Regt, HOOFD- en STEUNPUNTEN uit de vakken et Onderwijs. Herinneringen voor die de school ver- of uitgebreider onderwijs overgaan. . f 0,85 JLOEFENINGEN. Derde druk herzien r G. J. Vos Az . . . . . / 1,25 nloopen Labberton, ziELKUNDE voor Opvo duitsch ## ijzers Dit belangrijk werkje zº lager onders belang heef H. van Moerker | en, RE EKUNST beneve s : sen en Onderwerpen van Opstellen, bewerkt vo lbare en Latijnsche Scholen . . . # ### cht van heden, vergeleken b icht is vooruit De aarbor ikbaarheid niet alleen, maar tevens van de voorkeur araan boven andere werkjes op dit gebied door velen ucer is met veel waaraa d maar waarvan de kennis thans beh deling van alles wat de wetensch goed onthaal # % # # % # # hebben, terwijl hij i # e voorbeelden van Begin en ort duidelijk gemaakt w or sch-Romantisch Tafereel tevrouw ouarles, SABINE, Historische » Roman. 4 deel lag it prachtig boek. Verhalen, die zoowel voor is meer te weten, ga naar zijn boekverkooper. sv aal en het Kaapland Met gekl pla ten . Gr. Roy # In prachtband f 1 e jeugd. Met gekleurde platen. Gr. Roy.80. 2de druk. boek bevat een heldere voorstelling van de gevaren, araan in de vorige eeuw het zeemansleven, rondom de Nieuwe , wegens de zeeroovers was blootgesteld. De avo # met levende kleuren geschilderd. Men ziet voelens der humaniteit in tweekamp met voor reffelijk vrouwenkarakter), ene menigte liefelijke beelden te groepeert waarde van echt vrouwelijke deugden, e rp en moet.' ijver; zº ev nde a jonge geslach al voor de jeugd. erm geteekend karakter, et geschied in de veeten tusschen geheel is geschakee . s naar het leven genomen. Lichtzinnigheid id en boos opzet, waardoor tal van ongelukkigen hunne hebben zien verloren gaan door de boosheid en, vinden hier hun meester. Voor jongens uit- ikt. n verhaal voor de Jeugd, Met gekl. x » • f 0,70 BEELDSNIJDER VAN BRUGG is van MIJNHEER KARDoEs EN MEIUF- in prachtband # EN VASTE wil koMT VELE BEzwAREN # ne kinderen buiten le s- en speeluren aangenaam en zeer bezig houden, zal gewis niet verzuimen kennis te ma- t den bevalligen kinderschrijver Nieritz. heeft hij on en de afwisseling, die aan hunne bevatting en st # ver van De Kerstavond”, »De Paasc #%# %# % # # # S # # 3 % & # S Q 3 #3% % & 8 WAYS 8 3% # Z # # # # Q # %## # Q # # # ## & 3 %3% S & # # # # # S # # # # # # # # # % Z # # # # & S # # # # # % # # # ## # # # # # % W. # # S # 3 # # # # # # # # # # # # # # % ## # S # %###% # # # # 3 # # # # # # # % # # # # # # # # # # # # # # # # # # #% 38 # Q ## # # S # # ## # # #% # # # 3 # # S # # # 8 # # # # # %3% # # # # # Z # # $ $ ſ # # # # # % # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # % #%#$ # # # ## # # % Z # # # # # %%%% &% # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # Z # # # # # # % # # # # # # # # # % # # # # # # # Z # # # % # # # S3 # # &%#% % # # # 33 % # 3 # # # 38 # Z # S # # ## # # QS3 # # Z ## o # # # # #%# # # 8 # # # # X # # % % # # # # #% # # # % # # # # & # # # # % # # # # % # % & S833 % ## # # % S %%%%% # # # # 8% # # # # # W. # & # # % % % # # # % # # # # # # # # # % # # < %# & # % # OW # Z # # # Z % # & WQXQWSW # % # # % # # ſ S W # i3% 3333333 %#%# 3 # % # # # S # # # "W% OW # # # %%%% S #% # 8 XS # # S # # Z # 3% # # # %%%% # SZW&UX.IXIWSWXUIS # # Z #% WW  # # # % # 8 # # # # # & # #%$#% # # # # # T # # # # # ## # # % # Z # # ## â # # # # # Z S W 3 # # # % % ſ # g#### - VE- 3 - % # # #% - - V Zº - - W %# w » x 3 W %. # w w # W # 3 Z Z W #$%% #% 3%. % Y # # # # # ººg # WW W % iſ I ſ Q # # # % # # # # # # # W # # # # W. - . . w #%# r 3. ## - - # # # # ºf # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # # 8 # % ## ## % # # #Q # # # # # # # % # # # # # % # # ## % # # # # # # # # # # # # # # %j% # # # %% # # # # 3 W8% # # # S # # # # % #% # # & # # # # 8% # # # # # ## # # # % # # # # # # # # % # % # # # #% # # # # # # # # # # # # & # # # # # % # # # # # # # # # # # ſ # # % # # % # # # # # # # # # %## # # # # # # ſ # # # # # # # # %jſ # # # # % # # # # # # # % # # % # # # # # # # # # # # # ſ # # # # # # # # # # # # # #