key: cord-0049667-sn7n3alf authors: Marx, Patrick title: Vliegwiel voor nationaal eerstelijns onderzoek date: 2020-09-07 journal: Huisarts Wet DOI: 10.1007/s12445-020-0857-5 sha: 034e20e0a53ef0c42d456c1816ea895dd5a219ed doc_id: 49667 cord_uid: sn7n3alf Na een sluimerende start moet het Consortium Onderzoek Huisartsgeneeskunde uitgroeien tot een nationaal icoon voor prospectief onderzoek in de eerste lijn. Kwartiermakers en huisartsen Jochen Cals en Marco Blanker vertellen over de visie van de consortiumleden over wetenschappelijk onderzoek door huisartsen. 'De Nederlandse eerstelijnszorg is een prachtig systeem waar heel de wereld naar kijkt. Maar we moeten eerlijk zijn. Als het gaat om het uitvoeren van prospectief on derzoek met grote aantallen patiënten, dan zie je het vaak misgaan' , zegt hoogleraar huisartsgeneeskunde van de Universiteit Maastricht Jochen Cals. 'Je idee en onderzoek kunnen nog zo goed zijn, alleen met voldoende patiënten kan je je hypothese toetsen. Een oorzaak hiervan is het klassieke systeem waarbij vakgroepen huisartsgeneeskun de onderzoek doen vanuit hun eigen regio en speerpun ten. ' Huisarts en epidemioloog bij de afdeling huisartsgenees kunde en ouderengeneeskunde van het UMCG, Marco Blanker. 'Tot voor kort was het not done dat vakgroepen in elkaars gebied patiënten rekruteerden. Alleen als je on voldoende patiënten had, ging je in overleg met een ande re regio met de vraag ook daar te mogen rekruteren. Het is helemaal niet zo gek om meteen huisartsen uit meer dere regio's te betrekken. Een huisarts in Groningen die graag onderzoek naar hart en vaatziekten doet, zit niet te wachten op mijn studies naar buik en bekkenklachten, maar zal een stapje harder lopen voor onderzoek in zijn eigen interessegebied. ' Het nationale Consortium Onderzoek Huisartsgenees kunde stamt uit 2013, maar leidde een sluimerend be staan, vooral omdat de vakgroepen aan het idee van onderzoek binnen het consortium moesten wennen. Vo rig jaar namen Cals en Blanker het stokje over van Hans van der Wouden (Amsterdam UMC). Als kwar tiermakers nemen beide huisartsen 2 jaar de tijd om het consortium verder te professionaliseren. Cals: 'Het consortium moet een paraplu en uithangbord worden voor nationaal prospectief onderzoek in de eerste lijn waarbij 3 of meer vakgroepen samen onderzoek uitvoeren. ' In het consortium oude stijl brachten vakgroepen kant enklare onderzoeksvoorstellen in. 'De vraag samen te werken gebeurde vaak informeel' , zegt Cals. De multicen ter uitgevoerde MIRAtrial (MIRena versus Ablatie in de behandeling van hevig menstrueel bloedverlies) is hier een voorbeeld van. Blanker: 'het onderzoek ontstond van uit een samenwerking tussen de afdelingen Huisartsge neeskunde in Groningen en Gynaecologie in Veldhoven. Het bleek een hele uitdaging om het onderzoek bij alle huisartsen uit de verschillende regio's onder de aandacht te brengen, omdat we als huisartsen nog niet zo structu reel samenwerkten binnen een consortium. ' Uiteindelijk lukte het met moeite voldoende patiënten te includeren. De onderzoekers publiceerden onlangs een artikel over dit probleem. 1 ' Als onderzoekers alleen dichtgetimmerde onderzoeks voorstellen aan het consortium voorleggen, wordt het consortium een doorgeefluik en dat willen we niet' , zegt Blanker. 'In het consortium nieuwe stijl zou de MIRA trial anders vormgegeven zijn. Als onderzoekers zouden we met ons idee aangeklopt hebben bij het consortium om dan met minstens 3 regio's het idee uit te werken tot een onderzoeksvoorstel, om vervolgens als consortium een subsidie aan te vragen. ' Factors affecting patient recruitment to trials: qualitative research in general practi ce Flashmobstudies: wetenschap in een flits